<Desc/Clms Page number 1>
Haarrol, een werkwijze voor de vervaardiging daarvan, alsmede een stempel bij de werkwijze toe te passen
De uitvinding betreft een haarrol voor het zetten van krullen in het haar, bestaande uit een wikkellichaam, waar- aan een klemplaat en een klembeugel scharnierend zijn beves- tigd; en betreft tevens een werkwijze voor het vervaardigen van zodanige haarrollen, alsmede een stempel om bij de werk- wijze te gebruiken.
Er zijn haarrollen, waarbij het wikkellichaam uit een metalen cylindertje bestaat en de scharnierende klembeu- gel, die het afrollen van het om het cylindertje gewikkelde haar moet voorkomen, aan zijn uiteinde is voorzien van een rubber stop, die enigszins klemmend in het open einde van het cylindertje kan worden vastgezet. Deze uitvoeringheeft echter het nadeel, dat hetcylindertje te slap is en gemakkelijk zijn vorm verliest, bijvoorbeeld door het over elkaar schuiven der naadrande, waar- door de rubber stop niet meer in het open cylindereinde passen zal of te gemakkelijk los laat. Om dezelfde reden is ook een anders uitgevoerde klemverbinding tussen beugel en wikkelcylinder
<Desc/Clms Page number 2>
weinig zeker.
Men heeft getracht een stijver wikkellichaam te verkrijgen, door dit te vervaardigen uit twee schaalhelften, die door om te buigen lipjes aan elkaar worden bevestigd.
Deze uitvoering vertoont echter de bezwaren, dat de vervaar- diging hierdoor kostbaar wordt, de delen ten opzichte van el- kaar los gaan zitten en het haar achter de lipjes kan blijven haken of daar tussen geklemd raakt. Bovendien blijkt bij de ge- noemde voor beelden, het haar niet gemakkelijk van het wikkel- lichaam te schuiven te zijn, als gevolg van het feit, dat het cylindertje overal dezelfde doorsnede heeft en met een scherpe rand eindigt.
De uitvinding beoogt nu een haarrol te verschaffen, die de genoemde nadelen niet bezit en bovendien goedkoop in massa kan worden vervaardigd. Dit wordt bereikt, doordat vol- gens de uitvinding het wikkellichaam van de haarrol torpedo- vormig is uitgevoerd, nabij zijn ene toegespitste einde twee gaten bezit voor het scharnierend opnemen van twee uiteinden van de, bij voorkeur uit een draad gebogen klembeugel, welke uiteinden tevens de klemplaat scharnierend kunnen vasthouden, en nabij zijn andere toegespitste uiteinden twee verdiepingen of openingen bezit,. waarin twee naar elkaar toegebogen punten van de klembeugel, klemmend kunnen snappen.
Door de torpedovorm wordt een stijf en toch licht wikkellichaam verkregen, dat zijn ronde doorsnedevorm niet verliezen kan, zodat het de zijde- lingse klemkracht van de beugel nabij zijn uiteinde gemakkelijk op kan nemen. Bovendien heeft deze vorm het voordeel, dat het haar gemakkelijk van het wikkellichaam kan worden afgeschoven.
Bij voorkeur is het torpedovormige wikkellichaam uit een metaalplaat gestanst en gebogen, waardoor een zeer goed- kope en snelle fabricage mogelijk wordt. Volgens de uitvinding bestaat een werkwijze voor het vervaardigen van de torpedo- @
<Desc/Clms Page number 3>
vormige wikkellichamen daaruit, dat een metaalstrook onder een gecombineerd stempel:wordt voortbewogen, welk stempel achter- eenvolgens alle bewerkingen, nodig voor het stansen en buigen van de lichamen, verricht.
Verdere kenmerken van de uitvinding zullen naar voren komen in de volgende beschrijving van een uitvoeringsvorm van de uitvinding aan de hand van de bijgevoegde tekening, waarin fig. 1 een aanzicht toont van een haarrol met klem- plaat en klembeugel, en fig. 2 het wikkellichaam afzonderlijk weergeeft. fig. 3 toont een bovenaanzicht van een metaalstrook, waaruit het wikkellichaam geperst wordt en geeft de verschil- lende opeenvolgende fasen van bewerking weer, en fig. 4 toont in doorsnede het gecombineerde stempel, dat deze bewerkingen verricht.
In de fig. 1 en 2 is door 1 het torpedovormig wik- kellichaam aangegeven, waaraan een klemplaat 2 en een, uit veerkrachtig draad gebogen, klembeugel 3 scharnierend zijn verbonden. De uiteinden 4 van de beugel 3 zijn daartoe naar binnen gebogen en door twee gaten in het verbrede, om het li- chaam 1 liggende, eind van de klemplaat 2 gestoken en vervol- gens gevat in twee, nabij het toegespitste eind tegenover el- kaar in het lichaam 1, aangebrachte openingen 5 (fig. 2). Nabij het andere toegespitste einde van het wikkellichaam'zijn twee tegenover elkaar verdiepingen 7 aangebracht, waarin twee naar elkaar toegebogen punten 6 van de beugel 3 klemmend kunnen snappen.
De haarrol wordt nu als volgt gebruikt. Het uiteinde van een haarlok wordt tussen de klemplaat 2 en het wikkellichaam 1 gelegd en met de hand daartussen geklemd vast gehouden, waarna de lok om het wikkellichaam en verder over de klemplaat wordt gerold. Om afrollen van het haar te voorkomen, wordt tenslotte @
<Desc/Clms Page number 4>
de klembeugel 3 over het haar neergedrukte totdat de nokken 6 in de verdiepingen 7 snappen. Om de haarrol te verwijderen, behoeft men slechts debeugel te lichten en het wikkellichaam zijdelings uit de opgerolde lok te trekken. In het wikkellichaam en de klemplaat zijn nog ventilatiegaten 8 aangebracht.
Het wikkellichaam wordt zoals de fig. 3 en 4 tonen, vol automatisch uit een metaalplaat 10 gestanst en geperst met behulp van een gecombineerd stempel, dat de verschillende opvol- gende bewerkingen verricht. De eerste bewerking (1) bestaat uit het gelijktijdig stansen van de gaten 9 voor het voortbewegen van de metaalstrook, van de ventilatiegaten 8, van de centreergaten 5 voor het opnemen van de klembeugeluiteinden (het stempel'hiervoor is in fig. 4 door 5' aangegeven), van de uitsparingen 11, om het' toespitsen der wikkellichaamsuiteinden mogelijk te maken en uit het inpersen der verdiepingen 7 voor de klembeugel.
Na opschuiven van de metaalstrook over de vereiste afstand in de pijlrichting , vindt de volgende bewerking (II) met behulp van het stempel 12' plaats, waarbij het deel 12 wordt uitgestanst en een zijde van het te vormen wikkellichaam. wordt begrensd. Bi j de volgende bewer- king (III) wordt door uitstansen van het deel 13 door het stem- pel 13' de andere zijde begrensd. Tussen de delen 12 en 13 moet een metaalreepje 14 blijven staan om de strook-10 de nodige stevigheid bij de volgende bewerkingen te laten behouden; hierdoor bevindt zich tussen de be werkingen II en III een vrije slag, daar de stempels 12' en 13' niet op zo een kleine afstand als de breedte van het reepje 14 naast elkaar opgesteld kunnen worden.
Het metaalplaatje 1', waaruit het wikkellichaam verder wordt gebogen, is nu alleen nog door de reepjes 15 met de band 10 verbonden. Dit buigen geschiedt in vier bewerkingen. Bij bewer- king IV worden door het stempel 16' smalle randen 16 omgezet.
Bij bewerking V wordt het plaatje in een U-vorm gebogen door het stempel 17', dat van een aandrukstuk 18 is voorzien, hetwelk @
<Desc/Clms Page number 5>
voor het neerkomen van het stempel 17' het plaatje tegen het onderstempel houdt gedrukt. Stempel 19' buigt bij de bewerking VI de benen,van de U iets naar elkaar toe, waarna bij de laatste bewerking (VII) het wikkellichaam in de uiteindelijke ronde 1 geperst door het stempel 20' en de reepjes 15 worden door geknipt.
Op deze wijze kunnen goedkoper dan tot dusver mogelijk was, de wikkellichamen door een stempelinrichting met grote capaciteit worden vervaardigd, Als uit fig. 3 blijkt, lopen de verschillen- de stempels voor het uitstansen en buigen van de metaalplaat, naar de uiteinden smaller toe, om de gewenste toegespitste uit- einden van het wikkellichaam te verkrijgen.