<Desc/Clms Page number 1>
Werkwijze voor het drogen van producten van allerlei aard, in het bijzonder van voor teniperatuurverhooging gevoelige producten .
Bij het drogen van producten van plantaardige of dierlijke oorsprong, dat tot dusverre steeds geschiedde bij verhoogde temperatuur, ondervindt men het nadeel, dat door de verwarming min of meer ingrijpende veranderingen in de bestanddeelen der producten kunnen optreden, die voor sommige doeleinden ongewenscht zijn. Zoo kan bij zetmeelhoudende stoffen het zetmeel gedeeltelijk ontsloten worden, of het kan door zwelling uit de het omgevende celwanden treden, waardoor de oorspronkelijke vorm van het product verloren gaat. Blad-of stengelachtige grondstoffen verflensen bij drogen door verhitting. Bij eiwitachtige uitgansproducten kunnen de eiwitten ongewenschte veranderingen ondergaan, bijvoorbeeld min of meer sterk coaguleeren.
Van vitaminen of hormonen bevattende producten gaande vitaminen of hormonen door verhitting in meer of minder sterke mate tot ontleding, althans tot onwerkzaamheid over.
Ook wordt in sommige gevallen het droogproces bij gewone of weinig verhoogde temperatuur verricht, bijvoorbeeld met droge lucht of door middel van zonlicht. In dat geval zijn soms zeer gecompliceerde inrichtingen noodig en duurt het droogproces te lang of is niet voldoende intensief.
Er werd thans gevonden, dat men deze nadeelen kan vermijden, door de te drogen stoffen in direct contact te brengen met een geschikt droogmiddel in vasten vorm, dit contact gedurende eenigen tijd te handhaven en vervolgens het droogmiddel langs op zichzelf bekendenweg van de geheel of gedeeltelijk gedroogde stof te scheiden.
Als geschikt droogmiddel kunnen tal van hygroscopische stoffen dienen, bijvoorbeeld silicagel ; z.g. "droogsteenen" ( in chloorcalciumoplossing gedrenkt puimsteen, dat vervolgens gedroogd is) hygroscopische kunsthars, fijnverdeeld boorzuuranhydride en derg. Maar ook minder gebruikelijke stoffen zijn voor het onderhavige procédé geschikt, zooals ontwaterd aardappelmeel, ontwaterde-bijvoorbeeld door verhitting boven 100 C.- cellulose of cellulosehoudende materialen en dergelijke.
Indien de te drogen stof zelf hygroscopisch is, althans
<Desc/Clms Page number 2>
een zekere mate van hygroscopiciteit bezit zooals dit bij a@r-
EMI2.1
dappel.neel, cellulose en dergelijke het geval is, kan men deze stof in scherp gedroogden, dus hygroscopische toestand, als
EMI2.2
droogmiddel gebruiken. Dit heeft het voordeel, dat er onda.nlt gebrekkige scheiding geen gevaar bestaat voor verontreiniging
EMI2.3
van het gedroogde product. In sommige gevallen kan :.ne1 zelfs de scheiding geheel achterwege laten.
De voor de bereiding der hygroscopische stof nood- zakelijke scherpe droging kan of geschieden door behandeling met een droogmiddel volgens bovenstaande en hieronder nader om- schreven werkwijze of op eenvoudige wijze door verhitting bij bijvoorbeeld 60 C. in een vacuumdrooginrichting. Is de aan de scherpe droging te onderwerpen stof niet gevoelig voor boogere
EMI2.4
temperaturen of speelt dit met het oog op de toep-sii-ig van het product geen rol, dan kunnen vanzelfsprekend ook hoogere droogtemperaturen worden toegepast,
EMI2.5
De scheiding van het droogmiddel en de te drogen stof- kan langs op zichzelf bekende weg geschieden, bijvoorbeeld door windseparatie, builen, zeeven, kloppen en afborstelen.
Voorwaarde hiertoe is dat of de afmetingen ofwel het gewicht der beide componenten voldoende verschillen. @en moet dus bf
EMI2.6
het droogrnid elaFde te drogen component zulke afmetingen of pen zoodanig gewicht per deeltje doen bezitten,als geschikt is met het oog op de keuze van de soort scheiding, die zal worden
EMI2.7
toegepast, ofwel men doet de keuze van de wij7,c van ,sc'1eicHng laten afhangen van de zooeven genoegde factoren.
Hnt innig contact kan men bereiken door de coponrntn eenvoudig te :cn en ofwel deze lF'ag{ijze met elkaar in a.nra- king te brengen, waarbij men al naar gelang van de omstandigheden de lagen zoowel verticaal als horizontaal of in eenige
EMI2.8
andere richting kanaanbrengo-i en eventueel de lagen nog kan scheiden door een geschikt weefsel of gaas.
De tijd, gedurende welken het contact gehandhaafd blijft, hangt van velerlei factoren af, bijvoorbeeld of al dan
EMI2.9
niet een overmaat:aan droogmidclel wordt toegepast, waarbij met overmaat bedoeld wordt, dat de hoeveelheid vocht, die het droogmiddel kan opnemen grooter is dan de hoeveelheid, die de te drogen stof afgeeft. Een andere factor is de snelheid, waarmede deze laatste vocht verliest en het eerste vocht opneemt, hetgeen weer samenhangt met den vorm en grootte der deeltjes. Kleine deeltjes en groot oppervlak bevorderen in het algmeen deze snelheid en verkorten dus den tijd gedurende welken men het
EMI2.10
contact moet handhaven. Het droogproces kan in elke wi1lel-::eu- rige van de vochtige buitenlucht afgesloten ruimte geschieden.
Eenige verwarmingsinrichting is overbodig. Na de behandeling en de scheiding kan het droogmiddel desgewenscht geregeneerd worden, teneinde het opnieuw te bezigen. Soms kan het wenschelijk zijn het droogmiddel voor of na de regeneratie te reinigen door het bijvoorbeeld te behandelen met een geschikte oplossing of vloeistof, bijvoorbeel soda-oplossing ofwel een
EMI2.11
zwak zure oplossing ofwel door het te extrnheeren met aether, benzine, alcohol ofwel meerdere van deze bev;erking achter el- kaar.
De voorgestelde wijze van drogen kan voor de meest uiteenloopende producten worden toegepast, zooals:
<Desc/Clms Page number 3>
1.- Knol-en wortelvormige gewassen, bijvoorbeeld aardappelen, radijs, koolraap, bieten, wortelen, enzoovoorts; 2.- Vruchten, granen en zaden, bijvoorbeeld appelen, peeren, pruimen, citroenen, aardbeien, paddestoelen, cocosnoot, mals, boonen, enzoovoorts ; 3.- Groenten en andere blad-of stengelvormige producten, bijvoorbeeld koolsoorten, uien, bladgroenten, knoflook, geneeskrachtige kruiden, theebladeren en dergelijke planten of plantendeelen, tabak en tabaksblad ; 4. - Allerlei poedervormige of fijnkorrelige producten, bijvoorbeeld aardappelzetmeel, zetmeel uit granen, dextrine, enzoovoorts ;
5. - Eiwitten of eiwithoudende producten, bijvoorbeeld vleesch, vleeschwaren, bloed et bloedwei, lever, nieren of andere organen, visch of vischdeelen ; zeedieren zooals oesters, mosselen, garnalen; slakken; kaas, caseine, enzoovoorts ; gist en andere microbiologische preparaten als bacteriën cultures, enzoovoorts; 6. - De onder 1-5 genoemde soorten producten in gekookten.of gestoomden vorm ; 7. - De werkwijze kan eveneens worden toegepast voor het drogen van breiachtige stoffen en oplossingen of suspensies, zooals fijngemaakte vruchten (geraspte appelen, van schillen en pitten ontdane pruimen of druiven), jams, vruchtenmoes, en vruchtenpulp, vruchtensappen, koffie-extract, melk, kipeiwit of-eigeel, leverextract, enzoovoorts ;
8. -Chemische en pharmaceutische preparaten, speciaal zulke welke niet tegen temperatuurverhooging bestand zijn , bijvoorbeeld explosieve stoffen (nitrocellulose), zoetstoffen, dierlijke en plantaardige pharmaceutische extracten (alkaloid-extracten, insuline-, adrenaline-preparaten), enzoovoorts.
9.- Bloemen en deelen hiervan.
10. - Leder en pelswaren, huiden van zoog-, zee- en kruipende dieren, darmen, blazen, insecten.
In het algmeen zullen de te drogen producten eerst een op bekende wijze uit te voeren voorbehandeling moeten ondergaan, zooals schillen, pellen, ontdoen van pitten of andere onbruikbare deelen, reinigen, wecken, stoomen, koken of derge-. lijke. Daarna worden ze, indien noodig, klein gesneden en vervolgens vermengd of op andere wijze in contact gebracht met een van geval tot geval te bepalen gewichtshoeveelheid van het droogmiddel, waarna de componenten eenigentijd aan zichzelf worden overgelaten. De vereischte contacttijd varieert sterk met de aan het product te onttrekken hoeveelheid vocht en kan .) tot 20 uur bedragen.
De vorm der afzonderlijke deelen of snijdsels van de te drogen producten is onverschillig, de afmetingen daarvan zijn echter aan bepaalde grenzen gebonden ; moeten n.l. zoo gekozen worden, dat de deelen of snijdsels na droging voldoende in afmeting verschillen van die van het droogmiddel om bijvoorbeeld door een zeef van passende maaswijdte daarvan gescheiden te kunnen worden. Indien het gedroogde product aan-
<Desc/Clms Page number 4>
EMI4.1
merkelijk lichter gewicht bezit dan het droogmiddel, kan ook windseparatie'oorden toegepast.
Eetmeelhoudende g=1>:ar;;en verdeelt nen bij voorkeur niet in snijdsels van te kleine afneting, d?; r ander het gevaar bestaat, dat het zetmeel door te sterke beschadiging van het weefsel buiten de cellen treedt, hetfeen een
EMI4.2
ster}:.everandering der eigenschappen van het product. medebrr-ngt.
Het is SOMS van voordeel, de droging in trappen tr doen geschieden, doord.at men het te drogen product eerst met een gedeelte van het totaal benoodigde droogmiddel droogt, daarna bijvoorbeeld door zeeven het droogmiddel verwijdert, vervolgens een versche portie droogmiddel toevoegt, dit, na-
EMI4.3
dct het met vocht verzadigd is, opnieuw. verwi.jde.'t, enzoovoorts, totdat het product voldoende droog is. Ook kan nen het uitgan;s- product voordrogen met reeds gebruikt, doch nog niet met vocht verzadigd droogmiddel, daarna scheiden vervolgens nadrogen met versch droogmiddel, dat daarop weder voor het voordragen van een nieuwe charge product gebezigd wordt.
Door een dergelijke handelwijze wordt voorkomen, dat in sommige gevallen de bui-
EMI4.4
tenlaag veel te snel uitdroogt en de voohtuittredjng uit meer binnewaarts gelegen 1::, cedeel'Lenber.,ioeilijkt wordt.
Wenscht men breiachtige stoffen te frogen, dan moet uitgegaan worden van op bekende wijze door verhitting gedroogd product. Men laat dit een hoeveelheid van de breiachtige stof opnemen, zoodanig dat een voor de droging geschikte consistentie is bereikt. Daarna wordt dit mengsel bij niet verhoogde
EMI4.5
tenperatuur Het behulp van het droogmidc;el verder gedroogd. Van dit gedroogde preparaat wordt weder een gedeelte gemengd
EMI4.6
ment het ver2che breiachtige product en aldus een nieuwe charge gedroogd. Zoo wordt bereikt, dat na eenige charges geen noei-iensi,-.,uarclige hoeveelheid door verhitting gedroogd product meer in liet eindproduct aanwezig is.
Dok oplossingen of suspensies kan iaen volgens hetzelfde
EMI4.7
principe drogen, indien men de op]o&rdng of suspensie la- t absorbeeren in een hetzij door verhitting, hetzij volgens de onderravige methode gedroogde, hetzij op eenige andere v.i,je verkregen droge substantie. Dit is bijvoorbeeld van belang voor het bereiden van sterk geconcentreerde extracten . Zoo kan men vruchtensap laten opnemen door gedroogd vruchtvleesch of leverextract door gedroogde lever, waarna de verkregen massa aan een droging volgens de uitvinding wordt onderworpen.
Het
EMI4.8
absorbeerende Dlediw.1 kLl1 daarbij ook van anderen sard zi jn, dan de te absorbeeren vloeistof, bijvoorbeeld ag±r-agar, Johannes- broodkernmeel, cellulosederivaten, pectine, gelatine in ge- , granuleerden vorm, enzoovoorts. Laatstgenoemde stoffen hebben het voordeel, dat deze groote hoeveelheden vloeistof kunnen opnemen en toch een niet klevend of samenbakkend, korrelig geheel vormen, zoodat de behandeling met het droogmiddel, bijvoorbeeld silicagel, geen bijzondere moeilijkheden ondervindt.
Desgewenscht kan men na het drogen en scheiden van het droogmiddel nog een scheiding bewerkstelligen tusschen het geabsorbeerde gedroogde product en het hulpmiddel, hetgeen geschiedt door extraheeren of elueeren.
Indien producten gedroogd moeten worden, die meer of minder klevende eigenschappen bezitten kan men op verschil-
EMI4.9
lende wijzen voorkomen, dat het droogmiddel, bijvoorbeeld silica.- gel, zich aan het te drogen product vasthecht, n.l. a- de te drogen stof wordt op een of andere bekende
<Desc/Clms Page number 5>
wijze voorgedroogd, zoodat de buitenzijde voldoende droog wordt om vastkleven van het droogmiddel te voorkomen; b.- de te drogen, stof wordt gemengd met, opgenomen in, bestrooid of bestoven met een geschikte poedervormige of fijnkorrelige stof, bijvoorbeeld gekookte of gestoomde rijst met rijstemeel of rijstegries, ofwel gekookte andijvie met aardappelmeel.
Als poedervormige of fijnkorrelige stof kan ook dienen een lichaam, verkregen uit het vooraf, al of niet volgens de onderhavige droogmethode, gedroogde en daarna gemalen preparaat van denzelfden aard als de te drogen stof.
Soms kan het van voordeel zijn, dat men de te drogen goederen aan een partieele droging met een droogmiddel onderwerpt volgens de hiervoor beschreven methode en daarna, de gedeeltelijk gedroogde goederen nogmaals een droging laat ondergaan op reeds bekende wijze.
De werkwijze zal thans aan de hand van een aantal voorbeelden worden toegelicht.
Voorbeeld 1.
Aardappelen worden op bekende wijze gereinigd, geschild en daarna gesneden in langwerpige stukjes van 7 x 5 x 5 mm.
100 gew. dln. van deze snijdsels worden innig en homogeen vermengd met 300 gew. dln, droog silicagel en dit mengsel in een geschikte ruimte dedurende 17 à 20 uur aan zichzelf overgelaten.
Nadat de snijdsels volkomen gedroogd zijn, wordt het mengsel op een zeef gebracht, die de snijdsels tegenhoudt en het silicagel doorlaat. Het silicagel wordt geregeneerd en opnieuw gebezigd. Wordt het zoo verkregen eindproduct met watergeweit na gekookt, dan wordt een gerecht verkregen, dat in smaak en uiterlijk niet te onderscheiden is van in verschen toestand gekookte aardappelen.
Voorbeeld 2 100 gew. dln, als in voorbeeld 1 in stukjes gesneden aardappelen worden innig vermengd met een 5 à 6-voudige gewichtshoeveelheid van het volgens voorbeeld 1 scherp gedroogde en daarna. vermalen product. Van tijd tot tijd wordt de massa opnieuw dooreengemengd door voorzichtig roeren, rollen van het vat o.d. waarbij gezorgd wordt, dat de snijdsels niet te veel gekneusd worden of verpulveren. Nadat de snijdsels voldoende gedroogd zijn, wordt gescheiden.
Voorbeeld 3.
Wortelen worden op bekende wijze gereinigd en gesneden in schijfjes van 3 mm dikte. 100 gew. dln. dezer schijfjes worden vermengd met 150 gew. dln, droogsteenen (puimsteen, gedrenkt in calciumchloride en daarna scherp gedroogd) en in een afgesloten ruimte gedurende ongeveer 10 uur aan zichzelf overgelaten, waarna de wortelschijfjes volkomen droog zijn en door zeeven gescheiden worden van de droogsteenen. De laatste worden geregeneerd en opnieuw gebezigd.
Voorbeeld 4.
Koolraap wordt op bekende wijze gereinigd, geschild en gesneden in stukken van 25 x 5 x 5 mm. 100 gew. dln. Hiervan worden vermengd met 100 gew. dln. éénmaal gebruikt silicagel.
Na ongeveer 10 uur wordt het silicagel uitgezeefd en geregene- @
<Desc/Clms Page number 6>
reerd. De aldus gedeeltelijk gedroogde snijdsels worden, vermengd met een gelijke gewichtshoeveelheid droog silicagel. Na ca 6 uur, wanneer de snijdsels volkomen droog zijn, wordt het silicagel door zeeven. verwijderd en gebezigd voor de gede ltelijke droging van een nieuwe portie, versche snijdsels.
Voorbeeld 5.
100 gew. dln, aardappelmeel, dat tengevolge van een of andere bewerking een vochtgehalte van 40% bezit, wordt gemengd Met 80 gew. dln. grof silicagel en gedurende 1/2 uur geroerd. Na afzeeven heeft het aardappelnieel een natuurlijk vochtgehalte van 17% en is gereed voor verzending.
Voorbeeld 6
100 gew. dln, aardappelmeel met 40% vochtgehalte worden vermengd met iets meer dan de gelijke hoeveelheid aardappelmeel van 2% v@chtgehalte en gedurende korten tijd geroerd, totdat een mengsel van homogeen vochtgehalte is verkregen.
Voorbeeld 7.
100 gew. dln. paddestoelen worden gereinigd en gesneden in stukjes van + 10 x 10 x 10 mm. Op den bodem van een vat wordt den los geweven katoenen doek uitgespreid van een iets grooter oppervlak dan het vat. Hierop wordt een + 1 cm. dikke leeg silicagel gebracht, daarop een gelijksoortige doek, dan een + 2 cm. dikke laag paddestoelensni jdsels, vervolgens weer een doek met een laag silicagel , en zoo verder, tot het vat gevuld is. men laat het geheel gedurende 15 uur aan zichzelf over en licht daarna de lagen van met vocht verzadigd silic agel en gedroogde paddestoelen uit het vat.
De stukjes paddestoel worden zoo noodig op dezelfde ofwel op een bekende wijze verder gedroogd; de silicagel wordt geregenereerd en de doeken na uitwasschen en drogen opnieuw gebezigd.
Voorbeeld 8.
Appelen worden gewasschen of geschild, van het k@okhuis ontdaan en vervolgens gesneden in schijfjes van 5 - 10 mm. dikte.
100 gew. dln. van deze snijdsels worden vermengd met 150 gew. dln. silicagel, dat reeds eenmaal gebruikt doch nog niet met vocht verzadigd is. Men laat het contact gedurende 8 -10 uur bestaan.
Daarna wordt afgezeefd en opnieuw met 150 gew. dln. versch, droog silicagel gemengd. Na 10 uur zijn de appelschijfjes volkomen droog en wordt het silicagel afgezeefd, waarna dit voor het voordrogen van een volgende. charge kan worden gebezigd.
Voorbeeld 9.
100 gew.dln, gestoomde rijst worden, teneinde het kleven aan het silicagel te voorkomen, vermengd met 20 gew.dln.fijn- gepoederde rijst, daarna vermengd met 200 gew.dln. droog grof silicagel en gedurende 20-25 uur daarmede gedroogd. Vervolgens wordt gescheiden door middel van een zeef die het silicagel niet door- laat.
Voorbeeld 10.
100 gew. dln. gekookte of gestoomde andijvie worden, na van het meeste aanhangende water door uitlekken te zijn bevrijd, vermengd met 300 gew. dln. grof silicagel en gedurende 25-30 uur aan zichzelf overgelaten. De aldus gedroogde groente wordt door windseparatie van het silicagel gescheiden. Het is wenschelijk, dat de andijvie voor deze bewerking niet al te gaar gekookt wordt.
Het silicagel wordt na afloop kort met water afgespoeld en geregenereerd.
<Desc/Clms Page number 7>
Voorbeeld11,
Versche kaas wordt in reepjes gesneden van ongeveer 5 x 5 x 10 mm. grootte. 100 gex.dln. hiervan worden vermengd met 150 gew. dln, silicagel en gedurende 10 uur daarmede in aanraking gelaten. Het silicagel wordt vervolgens afgezeefd. De verkregen gedroogde kaas kan zeer goed tot poeder worden vermalen.
Voorbeeld 19,.
100 gew. dln. gekookte, gepelde en in geringe mate gezouten garnalen worden kort voorgedroogd bij 40 C., zoodat de buitenkant een weinig aangedroogd is en niet meer kleeft. Deze voorgedroogde garnalen worden gemengd met 300 gew.dln. silicagel en gedurende 20 uur in de koude in een afgesloten vat aan zichzelf overgelaten. Door zeeven wordt het gedroogde product van de silicagel gesch eiden. De garnalen hebben door deze bewerking hun vocht verloren en vormen een houdbaar, eiwitrijk voedsel.
Het silicagel wordt met warm water goed afgespoeld en vervolgens geregenereerd.
Voorbeeld 13.
100 gew. dln. gekookte lever worden in stukjes van ongeveer 10 x 10 x 5 mm. gesneden en daarna gemengd met 200 gew. dln. fijn silicagel ; na droging gedurende 15 - 20 uur wordt het silicagel afgezeefd. 100 gew. dln. van de gedroogde lever worden vervolgens gedrenkt met 50 gew. dln, op normale wijze verkregen leverextract. Daarna droogt men de gedrenkte.lever opnieuw met behulp van 200 gew. dln. fijn silicagel, gevolgd door nogmaals afzeeven van het silicagel. Deze bewerking wordt eenige malen herhaald. Men verkrijgt op die manier een zeer geconcentreerd leverpreparaat.
Het gebezigde silicagel wordt telkens met behulp van verdunde sodaoplossing gewasschen en geregenereerd.
Voorbeeld14
100 gew. dln. met behulp van silicagel gedroogd vruchtvleesch van citroenen laat men 30-40 gew. dln. citroensap opnemen, waarna men het aldus verkregen korrelig-vochtige preparaat aan een droging met 200 -250 gew.dln. grof silicagel onderwerpt.
Door afzeeven wordt het silicagel verwijderd, waarna men het verkregen product nogmaals 50 gew. dln. citroensap laat opnemen, opnieuw droogt met 200 - 250 gew. dln. silicagel en wederom afzeeft. Dezelfde bewerking kan eventueel eenige malen worden herhaald. Het verkregen preparaat is houdbaar en bevat de waardevolle bestanddeelen van citroensap in onveranderden hooggeconcentreerden vorm.
Voorbeeld 15.
Men laat 100 gew. dln, gefiltreerd tomatensap absorbeeren door 250 gew.dln. grof gesneden agar-agar. Het aldus verkregen preparaat onderwerpt men aan een droging met 200 gew. dln. fijn silicagel. Wanneer het silicagel met vocht verzadigd is, wordt gescheiden en verder gedroogd met nogmaals 200 gew. dln. silicagel. Wanneer deze portie silicagel met vocht verzadigd is, wordt de bewerking herhaald, en zoo vervolgens tot het preparaat voldoende gedroogd is. Het verkregen product bevat alle voor de voeding waardevolle bestanddeelen van tomatensap in houdbaren vorm. De silicagel wordt telkens geregenereerd en opnieuw gebezigd.
<Desc/Clms Page number 8>
Voorbeeld 16.
EMI8.1
100 gew. dln. vochtige, afgeperste zuurcppeine worden fijn gegranuleerd en net 200 gew. dln, gedroogde grove silicagel "r,iengd. Na een cont-acttijd van 15 uur wordt de croge caseïne gezeefd. Op deze wijze wordt een zeer witte, gemakkelijk op- losbare caseïne van hooge kwaliteit verkregen.
Voorbpeld 17
100 gew. dln. biergist worden gegranuleerd en vervolgens verruengd met 200 gew. dln. door droging ontwaterd aardappelmeel.
Na ca. 3 uur wordt het aardappelmeel, dat thans ca. 10% vocht bevat,, door zeeven gescheiden. Er resulteert een gedroogde gist, welke na wecken in lauw water uitstekend als bakkersgist kan
EMI8.2
1::orden 'gebezigd ofwel als piwitrijs preparaat in den chancel kan worden gebracht.
Voorbeeld 18
Gaargelooide en Tiet fatliouor behandelde huiden worden, na van hun overmaat vocht door walsen bevrijd te zijn, in een bak opgehangen met tusschen; iimtenvan 3-4 om. Deze tusschen-
EMI8.3
ruimten worden gevuld met boorzuuranhydrid. Na beëindiging van het droogproces worden de huiden er uitgetrokken en door kloppen of borstelen gereinigd. In plaats van boorzuuranhydrid had men ook silicagel kunnen bezigen. Voorbeeld 19.
EMI8.4
Silicagel, dat voor het Sroogproces, beschreven in voorbeeld 1R, is gebezigd, wordt nadat net 90niEP malen is gebruikt met benzine uitgetrokken teneinde kleine hierin opgpnonen hoeveelheden vet te verwijderen. Ook kan men het gel net een zwak soda-alkalische zeepoplossing hetzij lauw, hetzij kokend behandelen.
EMI8.5
Voorbeeld 0¯.
Ruwe huiden worden bestoven met een geschikte s' f, bijvoorbeeld talcum of aé1rdappelzetrneel en vervolgens in horizontalle richting laagsgewijze in een bak gelegd, afgp"tsse16 0t l"1en silicagel van ongeveer 5 en. dikte. Na beëindiging van het droogproces worden de huiden uitgeklopt en geborsteld. In plaats van silicagel had men ook kunnen bezigen door verhitting
EMI8.6
gedroogde puimsteen, welke voorst in een chloorcalciumoplossing gedrenkt was.
Voorbeeld 21.
100 gew. dln. bloemen of bloemdPelen, welke sterk rieken, bijvoorbeeld rzen, de bloembladeren hiervan ofwel hyacinthen, worden gemengd met 200 gew. dln. droogsteenen; na droging wordt gescheiden en het gedroogde product gemalen. Het verkregen poeder is geschikt voor tal van doeleinden, waar anders reuk- stoffnn worden gebezigd, zooals poeders, zalven en dergelijke.
Voorbeeld 22.
100 gew. dln. lindebloesem worden gedroogd met 100 gew. dln. silicagel. Men verkrijg een product, dat veel geuriger en beter houdbaar is, dan door droging op bekende wijze.
<Desc/Clms Page number 9>
Voorbeeld 23.
Stukjes rauwe aardappel, als beschreven in voorbeeld 1, worden vermengd met scherp gedroogd aardappelzetmeel. De componenten worden in een trommel langzaam bewogen. Na voldoende tijd is het vocht grootendeels overgegaan in het aardappelzetmeel, dat wordt afgezeefd en geregenereerd.
Voorbeeld 24.
100 gew. dln. cetylalcoholsulfonaat, met een gehalte van 30% aan c'etylalcohol, worden gemengd met 250 - 300 gew. dln. silicagel. Na 1 uur staan onder af en toe roeren, is het deegvormige product overgegaan in drogen poedervorm en kan gemakkelijk van het silicagel gescheiden worden.
C 0 N C L U S I E S .
1. Werkwijze voor het drogen van producten van allerlei aard, in het bijzonder van voor temperatuurverhooging gevoelige producten, met het kenmerk, dat men het product, in vasten vorm, eventueel na dit in dezen vorm te hebben gebracht, bij gewone of weinig verhoogde temperatuur gedurende den door de gewenschte droging vereischten tijd met een vast hygroscopisch product in aanraking doet zijn en daarna het gedroogde product van het droogmiddel langs physischen weg scheidt.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het drogen plaatsvindt in een voor vocht toetreding beschutte ruimte.
3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat men het product met het droogmiddel innig .mengt en vervolgens Ln rust aan zichzelf overlaat.
4. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat net product en het droogmiddel gedurende een deel van of gedu.. rende het geheele droogproces dooreengeroerd of ten opzichte van elkander bewogen worden.
5. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat men het product met het droogmiddel laagsgewijze in aanraking brengt en wel in horizontale, verticale of andere richting, waarbij tusschen de lagen eventueel een geschikt weefsel of gaas kan zijn aangebracht.
<Desc / Clms Page number 1>
A method for drying products of all kinds, in particular products sensitive to tenure enhancement.
During the drying of products of vegetable or animal origin, which has hitherto always been carried out at elevated temperatures, one experiences the disadvantage that more or less radical changes in the constituents of the products may occur as a result of the heating, which are undesirable for some purposes. For example, in the case of starch-containing substances, the starch can be partially broken down, or it can leave the surrounding cell walls through swelling, whereby the original shape of the product is lost. Leaf or stem-like raw materials flare when dried by heating. In the case of proteinaceous starting products, the proteins can undergo undesirable changes, for example coagulate more or less strongly.
Vitamins or hormones from products containing vitamins or hormones, by heating to a greater or lesser extent, lead to decomposition, or at least to ineffectiveness.
In some cases the drying process is also carried out at normal or slightly elevated temperature, for example with dry air or by means of sunlight. In that case, very complicated devices are sometimes required and the drying process takes too long or is not sufficiently intensive.
It has now been found that these drawbacks can be avoided by bringing the substances to be dried into direct contact with a suitable desiccant in solid form, maintaining this contact for some time and subsequently removing the desiccant by means of a known manner of the whole or in part. separate dried substance.
A variety of hygroscopic substances can serve as a suitable drying agent, for example silica gel; so-called "dry stones" (pumice stone soaked in chlor-calcium solution, which is then dried), hygroscopic synthetic resin, finely divided boric anhydride and the like. However, less common substances are also suitable for the present process, such as dehydrated potato flour, dewatered-for example by heating above 100 DEG C. cellulose or cellulosic materials and the like.
If the substance to be dried is itself hygroscopic, that is
<Desc / Clms Page number 2>
has a certain degree of hygroscopicity, as with a @ r-
EMI2.1
dappel, cellulose and the like is the case, this substance can be dried in a sharply dried, i.e. hygroscopic state, as
EMI2.2
use desiccant. This has the advantage that there is no risk of contamination under faulty separation
EMI2.3
of the dried product. In some cases: .ne1 can even omit the separation entirely.
The sharp drying required for the preparation of the hygroscopic substance can either be effected by treatment with a drying agent according to the above and further described method, or in a simple manner by heating at, for example, 60 ° C in a vacuum drying device. The fabric to be subjected to the sharp drying is not sensitive to boogere
EMI2.4
temperatures or if this is irrelevant in view of the application of the product, higher drying temperatures can of course also be used,
EMI2.5
The desiccant and the substance to be dried can be separated by means known per se, for example by wind separation, bolting, sieving, tapping and brushing.
The condition for this is that either the dimensions or the weight of the two components differ sufficiently. @and must be bf
EMI2.6
cause the drying component to be dried to have such dimensions or weight per particle as is appropriate in view of the choice of the type of separation to be used.
EMI2.7
In other words, the choice of the mode of action is made to depend on the just enough factors.
Intimate contact can be achieved by simply comparing the coponents and either bringing them into contact with each other, depending on the circumstances, the layers being either vertically or horizontally or in some form.
EMI2.8
can be applied in a different direction and optionally the layers can still be separated by means of a suitable fabric or gauze.
The time during which contact is maintained depends on many factors, for example whether or not
EMI2.9
not an excess of desiccant is used, by which excess is meant that the amount of moisture which the desiccant can absorb is greater than the amount released by the substance to be dried. Another factor is the speed at which the latter loses moisture and absorbs the former, which in turn is related to the shape and size of the particles. Small particles and large surface generally promote this speed and thus shorten the time during which it is used
EMI2.10
must maintain contact. The drying process can take place in any wheel - :: in a room closed off from the moist outside air.
No heating device is required. After the treatment and separation, the desiccant can be regenerated, if desired, for reuse. Sometimes it may be desirable to clean the desiccant before or after regeneration by treating it, for example, with a suitable solution or liquid, e.g. soda solution or a
EMI2.11
weakly acidic solution either by extracting it with ether, gasoline, alcohol or several of these consecutively.
The proposed drying method can be used for a wide variety of products, such as:
<Desc / Clms Page number 3>
1.- Tuber and root-shaped crops, for example potatoes, radishes, kohlrabi, beets, carrots, and so on; 2.- Fruits, grains and seeds, for example apples, pears, plums, lemons, strawberries, mushrooms, coconut, tender, beans, and so on; 3.- Vegetables and other leaf or stem-shaped products, for example cabbage, onions, leaf vegetables, garlic, medicinal herbs, tea leaves and similar plants or plant parts, tobacco and tobacco leaf; 4. - All kinds of powdered or fine-grained products, for example potato starch, starch from cereals, dextrin, etc.
5. - Proteins or protein-containing products, for example meat, meat products, blood and whey of blood, liver, kidneys or other organs, fish or fish parts; sea creatures such as oysters, mussels, shrimp; snails; cheese, casein, and so on; yeast and other microbiological preparations such as bacteria cultures, and so on; 6. - The types of products mentioned under 1-5 in boiled or steamed form; 7. The process can also be used for drying knitted substances and solutions or suspensions, such as crushed fruits (grated apples, peeled and pitted plums or grapes), jams, fruit purée, and fruit pulp, fruit juices, coffee extract, milk, chicken protein or egg yolk, liver extract, and so on;
8. Chemical and pharmaceutical preparations, especially those which are not resistant to temperature increase, for example explosive substances (nitrocellulose), sweeteners, animal and vegetable pharmaceutical extracts (alkaloid extracts, insulin, adrenaline preparations), and so on.
9.- Flowers and parts thereof.
10. - Leather and fur products, skins of mammals, sea animals and crawling animals, intestines, bladders, insects.
In general, the products to be dried will first have to undergo a pre-treatment to be carried out in a known manner, such as peeling, peeling, de-pitting or other unusable parts, cleaning, preserving, steaming, boiling or the like. corpse. Then, if necessary, they are chopped up and then mixed or otherwise contacted with a case-by-case determination by weight of the desiccant, after which the components are left for some time by themselves. The required contact time varies greatly with the amount of moisture to be extracted from the product and can be up to 20 hours.
The shape of the individual parts or cuttings of the products to be dried is indifferent, but their dimensions are subject to certain limits; n.l. be chosen so that the parts or cuttings, after drying, differ sufficiently in size from those of the drying agent to be able to be separated therefrom, for example, by means of a sieve of suitable mesh size. If the dried product has
<Desc / Clms Page number 4>
EMI4.1
considerably lighter in weight than the desiccant, wind separators can also be used.
Meal-containing g = 1>: ar ;; and preferably does not divide into slices of too small a size, d ?; There is also a risk that the starch will pass out of the cells due to excessive damage to the tissue, ie
EMI4.2
star}: change in the properties of the product. co-brr-ngt.
Sometimes it is advantageous to have the drying effected in stages by first drying the product to be dried with a part of the total desiccant required, then removing the desiccant, for example by sieving, then adding a further portion of the desiccant. after-
EMI4.3
dct it is saturated with moisture, again. remove, and so on, until the product is sufficiently dry. The starting product can also be pre-dried with a drying agent already used but not yet saturated with moisture, after which separation, subsequent drying with a different drying agent, which is then used again for presenting a new batch of product.
Such a procedure prevents that in some cases the outside
EMI4.4
dries out much too quickly and the exit from more inward-lying part of the Lenber is difficult.
If it is desired to dry knitted fabrics, the starting point must be a product dried in a known manner by heating. This is allowed to take up an amount of the knitted fabric such that a consistency suitable for drying is achieved. Then this mixture is not increased at any time
EMI4.5
temperature Further drying with the aid of the drying agent. Part of this dried preparation is mixed again
EMI4.6
ment the knitted product and thus dried a new batch. In this way it is achieved that after a few batches no significant amount of heat-dried product is present in the final product.
Dock solutions or suspensions can follow the same
EMI4.7
In principle, drying if the solution or suspension is allowed to absorb into a dry substance obtained either by heating, or dried by the lower method, or on any other dry substance. This is important, for example, for the preparation of highly concentrated extracts. For instance, fruit juice can be absorbed by dried pulp or liver extract by dried liver, after which the mass obtained is subjected to drying according to the invention.
It
EMI4.8
absorbent Dlediw.1 kLl1 also belong to others than the liquid to be absorbed, for example ag ± r agar, locust bean kernel flour, cellulose derivatives, pectin, gelatin in granulated form, and so on. The latter substances have the advantage that they can absorb large quantities of liquid and yet form a non-sticky or caking granular whole, so that the treatment with the drying agent, for example silica gel, does not encounter particular difficulties.
If desired, after drying and separation of the desiccant, a further separation can be effected between the absorbed dried product and the auxiliary, which is done by extraction or elution.
If products have to be dried, which have more or less adhesive properties, different options can be used.
EMI4.9
These methods prevent the desiccant, for example silica gel, from adhering to the product to be dried, i.e. a- the substance to be dried is known to be some sort
<Desc / Clms Page number 5>
pre-dried in such a way that the outside becomes sufficiently dry to prevent the desiccant from sticking; b) the substance to be dried is mixed with, incorporated into, sprinkled or dusted with a suitable powdery or fine-grained substance, for example boiled or steamed rice with rice flour or rice semolina, or boiled endive with potato flour.
The powdery or fine-grained substance may also be a body obtained from the previously dried preparation, whether or not according to the present drying method, and subsequently ground preparation of the same nature as the substance to be dried.
Sometimes it may be advantageous that the goods to be dried are subjected to partial drying with a desiccant according to the method described above and then the partially dried goods are allowed to undergo a further drying in a manner already known.
The method will now be illustrated by means of a number of examples.
Example 1.
Potatoes are cleaned in a known manner, peeled and then cut into elongated pieces of 7 x 5 x 5 mm.
100 wt. parts. of these cuttings are intimately and homogeneously mixed with 300 wt. parts of dry silica gel and this mixture left on its own in a suitable space for 17-20 hours.
After the cuttings have completely dried, the mixture is placed on a sieve which retains the cuttings and allows the silica gel to pass through. The silica gel is regenerated and reused. If the end product thus obtained is after boiled with water antlers, a dish is obtained which is indistinguishable in taste and appearance from potatoes boiled in the fresh state.
Example 2 100 wt. Parts of potatoes cut into pieces as in Example 1 are intimately mixed with 5 to 6 times by weight of the sharply dried according to Example 1 and then. ground product. From time to time the mass is mixed again by gentle stirring, rolling the vessel or the like. taking care not to bruise or pulverize the cuttings too much. After the cuttings have dried sufficiently, they are separated.
Example 3.
Carrots are cleaned in a known manner and cut into slices of 3 mm thickness. 100 wt. parts. these slices are mixed with 150 wt. parts, dry stones (pumice stone, soaked in calcium chloride and then sharply dried) and left to themselves in a closed room for about 10 hours, after which the carrot slices are completely dry and separated from the drying stones by sieves. The latter are regenerated and used again.
Example 4.
Rutabaga is cleaned, peeled and cut into pieces of 25 x 5 x 5 mm in a known manner. 100 wt. parts. Of these are mixed with 100 wt. parts. once used silica gel.
After about 10 hours, the silica gel is sieved out and regenerated.
<Desc / Clms Page number 6>
rated. The thus partially dried cuttings are mixed with an equal amount by weight of dry silica gel. After about 6 hours, when the cuttings are completely dry, the silica gel is passed through sieves. removed and used for the partial drying of a new batch, fresh cuttings.
Example 5.
100 wt. parts of potato flour, which as a result of one or another operation has a moisture content of 40%, is mixed with 80 wt. parts. coarse silica gel and stirred for 1/2 hour. After sieving, the potato has a natural moisture content of 17% and is ready for shipment.
Example 6
100 wt. Parts of potato flour with 40% moisture content are mixed with slightly more than the equal amount of potato flour with 2% moisture content and stirred for a short time until a mixture of homogeneous moisture content is obtained.
Example 7.
100 wt. parts. mushrooms are cleaned and cut into pieces of + 10 x 10 x 10 mm. At the bottom of a vessel, the loosely woven cotton cloth is spread from a slightly larger area than the vessel. On this a + 1 cm becomes. put a thick empty silica gel on top of a similar cloth, then a + 2 cm. thick layer of mushroom sprinkles, then another cloth with a layer of silica gel, and so on, until the vessel is filled. the whole is left on its own for 15 hours and then the layers of moisture-saturated silica gel and dried mushrooms are lifted from the vessel.
If necessary, the pieces of mushroom are further dried in the same or in a known manner; the silica gel is regenerated and the cloths are reused after washing and drying.
Example 8.
Apples are washed or peeled, stripped of the cooking house and then cut into slices of 5-10 mm. thickness.
100 wt. parts. of these cuttings are mixed with 150 wt. parts. silica gel, which has already been used once but is not yet saturated with moisture. The contact is allowed to persist for 8-10 hours.
It is then sieved and again with 150 wt. parts. mixed dry silica gel. After 10 hours the apple slices are completely dry and the silica gel is sieved off, after which it is pre-dried for the next one. charge can be used.
Example 9.
100 parts by weight of steamed rice are mixed with 20 parts by weight of finely powdered rice to avoid sticking to the silica gel, then mixed with 200 parts by weight. dry coarse silica gel and dried therewith for 20-25 hours. It is then separated by means of a sieve that does not let the silica gel through.
Example 10.
100 wt. parts. boiled or steamed endive, after being drained of most of the adhering water, mixed with 300 wt. parts. coarse silica gel and left on its own for 25-30 hours. The thus dried vegetable is separated from the silica gel by wind separation. It is desirable that the endive is not overcooked for this operation.
Afterwards, the silica gel is briefly rinsed with water and regenerated.
<Desc / Clms Page number 7>
Example11,
Various cheese is cut into strips of approximately 5 x 5 x 10 mm. size. 100 parts by weight. of these are mixed with 150 wt. parts, silica gel and left in contact therewith for 10 hours. The silica gel is then screened off. The dried cheese obtained can be ground very well into a powder.
Example 19 ,.
100 wt. parts. boiled, peeled and slightly salted shrimps are briefly pre-dried at 40 ° C, so that the outside has dried slightly and no longer sticks. These pre-dried shrimp are mixed with 300 parts by weight. silica gel and left by itself in the cold in a sealed container for 20 hours. The dried product is separated from the silica gel through sieves. The shrimp have lost their moisture as a result of this process and are a sustainable, protein-rich food.
The silica gel is rinsed well with warm water and then regenerated.
Example 13.
100 wt. parts. boiled liver are cut into pieces of about 10 x 10 x 5 mm. sliced and then mixed with 200 wt. parts. fine silica gel; after drying for 15-20 hours, the silica gel is sieved off. 100 wt. parts. of the dried liver are then soaked with 50 wt. parts of normally obtained liver extract. The soaked liver is then dried again with the aid of 200 wt. parts. fine silica gel, followed by sieving the silica gel again. This operation is repeated several times. In this way a highly concentrated liver preparation is obtained.
The silica gel used is washed and regenerated with the aid of dilute soda solution.
Example 14
100 wt. parts. Lemons pulp, dried with silica gel, are left 30-40 wt. parts. lemon juice, after which the granular-moist preparation thus obtained is dried with 200-250 parts by weight. coarse silica gel.
The silica gel is removed by sieving, after which the resulting product is added another 50 wt. parts. allow to absorb lemon juice, dry again with 200 - 250 wt. parts. silica gel and sieve again. The same operation can optionally be repeated several times. The preparation obtained is shelf stable and contains the valuable constituents of lemon juice in unaltered highly concentrated form.
Example 15.
100 wt. parts of filtered tomato juice, absorb by 250 parts by weight. roughly chopped agar-agar. The preparation thus obtained is subjected to drying at 200 wt. parts. fine silica gel. When the silica gel is saturated with moisture, it is separated and further dried with another 200 wt. parts. silica gel. When this portion of silica gel is saturated with moisture, the operation is repeated, and so on until the preparation is sufficiently dried. The product obtained contains all nutritionally valuable components of tomato juice in shelf stable form. The silica gel is always regenerated and reused.
<Desc / Clms Page number 8>
Example 16.
EMI8.1
100 wt. parts. moist, squeezed acids are finely granulated and just 200 wt. Parts of dried coarse silica gel. After a contact time of 15 hours, the croge casein is sieved. In this way a very white, easily soluble casein of high quality is obtained.
Predicted 17
100 wt. parts. brewer's yeast are granulated and then comminuted with 200 wt. parts. potato flour dehydrated by drying.
After about 3 hours, the potato flour, which now contains about 10% moisture, is separated by sieves. A dried yeast results, which after preserving in lukewarm water is excellent as baker's yeast
EMI8.2
1 :: can be used or can be introduced into the chancel as a protein price preparation.
Example 18
After being freed from their excess moisture by rollers, tanned and Tiet fatliouor-treated hides are hung in a tray with intermediate; from 3-4 to. These between
EMI8.3
spaces are filled with boric anhydride. After the drying process has ended, the skins are pulled out and cleaned by tapping or brushing. Silica gel could also have been used instead of boric anhydride. Example 19.
EMI8.4
Silica gel, which has been used for the drying process described in Example 1R, is extracted with gasoline after just 90 µE grinding to remove small amounts of fat accumulated therein. The gel can also be treated with a mild soda-alkaline soap solution either lukewarm or boiling.
EMI8.5
Example 0¯.
Raw hides are dusted with a suitable s'f, for example talcum or apple starch, and then placed in a horizontal direction layered in a tray with silica gel of about 5%. thickness. After the drying process has ended, the skins are beaten and brushed. Instead of silica gel it could also have been used by heating
EMI8.6
dried pumice stone, previously soaked in a chlor-calcium solution.
Example 21.
100 wt. parts. flowers or flower parts, which have a strong smell, for example roses, their petals or hyacinths, are mixed with 200 wt. parts. dry stones; after drying, it is separated and the dried product is ground. The resulting powder is suitable for a variety of purposes where fragrances are otherwise used, such as powders, ointments and the like.
Example 22.
100 wt. parts. lime blossom are dried with 100 wt. parts. silica gel. A product is obtained which is much more fragrant and more stable than by drying in a known manner.
<Desc / Clms Page number 9>
Example 23.
Raw potato pieces, as described in Example 1, are mixed with tart dried potato starch. The components are moved slowly in a drum. After sufficient time, the moisture has largely passed into the potato starch, which is sieved and regenerated.
Example 24.
100 wt. parts. cetyl alcohol sulfonate, with a content of 30% of cetyl alcohol, are mixed with 250-300 wt. parts. silica gel. After standing for 1 hour with occasional stirring, the doughy product has passed into dry powder form and can be easily separated from the silica gel.
C 0 N C L U S I E S.
1. Process for drying products of all kinds, in particular products sensitive to temperature increase, characterized in that the product, in solid form, optionally after having been brought into this form, is taken at ordinary or slightly elevated temperature. contact with a solid hygroscopic product during the time required by the desired drying and then physically separate the dried product from the drying agent.
A method according to claim 1, characterized in that the drying takes place in a space protected from moisture ingress.
3. A method according to claim 1 or 2, characterized in that the product is intimately mixed with the drying agent and then left to rest by itself.
4. A method according to claim 1 or 2, characterized in that the product and the desiccant are stirred or moved relative to each other during part or during the entire drying process.
A method according to claim 1 or 2, characterized in that the product is brought into contact with the desiccant in layers, in horizontal, vertical or other direction, a suitable fabric or gauze optionally being arranged between the layers.