BE1031052B1 - Vorkelement voor een grijperaandrijfsysteem voor een weefmachine - Google Patents

Vorkelement voor een grijperaandrijfsysteem voor een weefmachine Download PDF

Info

Publication number
BE1031052B1
BE1031052B1 BE20230069A BE202300069A BE1031052B1 BE 1031052 B1 BE1031052 B1 BE 1031052B1 BE 20230069 A BE20230069 A BE 20230069A BE 202300069 A BE202300069 A BE 202300069A BE 1031052 B1 BE1031052 B1 BE 1031052B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
bearing seat
bearing
fork element
fork
main body
Prior art date
Application number
BE20230069A
Other languages
English (en)
Other versions
BE1031052A1 (nl
Inventor
Patrick Strubbe
Original Assignee
Picanol Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Picanol Nv filed Critical Picanol Nv
Publication of BE1031052A1 publication Critical patent/BE1031052A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1031052B1 publication Critical patent/BE1031052B1/nl

Links

Classifications

    • DTEXTILES; PAPER
    • D03WEAVING
    • D03DWOVEN FABRICS; METHODS OF WEAVING; LOOMS
    • D03D47/00Looms in which bulk supply of weft does not pass through shed, e.g. shuttleless looms, gripper shuttle looms, dummy shuttle looms
    • D03D47/27Drive or guide mechanisms for weft inserting
    • D03D47/275Drive mechanisms
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16HGEARING
    • F16H21/00Gearings comprising primarily only links or levers, with or without slides
    • F16H21/46Gearings comprising primarily only links or levers, with or without slides with movements in three dimensions
    • F16H21/54Gearings comprising primarily only links or levers, with or without slides with movements in three dimensions for conveying or interconverting oscillating or reciprocating motions

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Textile Engineering (AREA)
  • Pivots And Pivotal Connections (AREA)
  • Support Of The Bearing (AREA)

Abstract

Een vorkelement voor een grijperaandrijfsysteem (1) voor een weefmachine bevattende een eerste lagerzitting (10), een tweede lagerzitting (11), en een hoofdlichaam (12) met een koppelelement (13) geconfigureerd voor het koppelen van het vorkelement (5) aan een kruk (4) van het grijperaandrijfsysteem (1), waarbij de tweede lagerzitting (11) dichter bij het koppelelement (13) is gepositioneerd dan de eerste lagerzitting (10), en waarbij de eerste lagerzitting (10) integraal met het hoofdlichaam (12) is gevormd en de tweede lagerzitting (11) afzonderlijk is gevormd en met behulp van bevestigingselementen (14) aan het hoofdlichaam (12) kan worden bevestigd. Een vorkelement systeem (50), en een grijperaandrijfsysteem (1) bevattende een vorkelement (5) en/of een vorkelement systeem (50).

Description

1 BE2023/0069
Vorkelement voor een grijjperaandrijfsysteem voor een weefmachine.
Technisch gebied en stand van de techniek.
[0001] De uitvinding betreft een vorkelement voor een grijperaandrijfsysteem voor een weefmachine, een vorkelement systeem, en een grijperaandrijfsysteem bevattende een vorkelement en/of vorkelement systeem.
[0002] Een grijperaandrijfsysteem bevattende een vorkelement wordt bijvoorbeeld getoond in EP 4 008 817 A1. Het grijperaandrijfsysteem drijft een lansaandrijfwiel aan om heen en weer te oscilleren bij rotatie van een aandrijfas van de weefmachine.
Het grijperaandrijfsysteem bevat een schijf die met de aandrijfas van de weefmachine roteert, een kruk die met de schijf is verbonden, het vorkelement dat roteerbaar op de kruk is gemonteerd, een dwarselement dat roteerbaar op het vorkelement is gemonteerd, en een tandwielsegment dat vast met het dwarselement is verbonden, waarbij het dwarselement met het tandwielsegment bij rotatie van de schijf wordt aangedreven om heen en weer rond een tandwielsegment as te oscilleren.
Samenvatting van de uitvinding.
[0003] Het is een doelstelling van de uitvinding te voorzien in een lichtgewicht vorkelement voor een grijperaandrijfsysteem zonder een sterkte van het vorkelement te verminderen. Verdere doelstellingen van de uitvinding zijn om te voorzien in een vorkelement systeem bevattende een dergelijk vorkelement en een
2 BE2023/0069 grijperaandrijfsysteem met een vorkelement en/of een vorkelement systeem.
[0004] Deze doelstellingen worden opgelost door het vorkelement, het vorkelement systeem, en het grijperaandrijfsysteem met de kenmerken van conclusies 1, 10 en 15. Voorkeurdragende uitvoeringsvormen worden in de afhankelijke conclusies gedefinieerd.
[0005] Volgens een eerste aspect wordt een vorkelement voor een grijperaandrijfsysteem voor een weefmachine bevattende een eerste lagerzitting, een tweede lagerzitting, en een hoofdlichaam met een koppelelement geconfigureerd voor het koppelen van het vorkelement aan een kruk van het grijperaandrijfsysteem voorzien, waarbij de tweede lagerzitting dichter bij het koppelelement is gepositioneerd dan de eerste lagerzitting, en waarbij de eerste lagerzitting integraal met het hoofdlichaam is gevormd en de tweede lagerzitting afzonderlijk is gevormd en met behulp van bevestigingselementen aan het hoofdlichaam kan worden bevestigd.
[0006] Doorheen deze specificatie en de volgende conclusies worden de uitdrukkingen "eerste" en "tweede" enkel gebruikt om het ene element van het andere element te onderscheiden en niet om een enige volgorde van de elementen aan te duiden.
[0007] Bij een typisch gebruik kan het vorkelement zo worden aangebracht dat de eerste lagerzitting zich onder de tweede lagerzitting bevindt, daarom kan de eerste lagerzitting ook als onderste lagerzitting worden aangeduid en kan de tweede lagerzitting ook als bovenste lagerzitting worden aangeduid.
3 BE2023/0069
[0008] Het koppelelement is in uitvoeringsvormen een koppelpen, die in gebruik roteerbaar in een bus van de kruk van het grijperaandrijfsysteem is aangebracht. In andere uitvoeringsvormen is het koppelelement een bus, die roteerbaar een pen van de kruk van het grijperaandrijfsysteem ontvangt.
[0009] Daar de tweede lagerzitting die afzonderlijk is gevormd dichter bij het koppelelement is gepositioneerd, kunnen de bevestigingselementen die gebruikt worden om de tweede lagerzitting aan het hoofdlichaam te bevestigen dichter bij een centerlijn van het koppelelement waarrond het vorkelement wordt bewogen worden aangebracht dan bevestigingselementen uit de stand van de techniek die de eerste lagerzitting aan het hoofdlichaam bevestigen. Daardoor kunnen bijkomende massa balanselementen die voorzien zijn aan vorkelementen uit de stand van de techniek worden verminderd of vermeden, en kan een totaal gewicht van het vorkelement worden verminderd.
[0010] In een uitvoeringsvorm zijn de bevestigingselementen zo gekozen dat de tweede lagerzitting niet van het hoofdlichaam kan worden ontmanteld.
[0011] In andere uitvoeringsvormen zijn de bevestigingselementen bouten, waarbij het hoofdlichaam en de tweede lagerzitting elk voorzien zijn van gaten om de bouten te ontvangen. In een uitvoeringsvorm zijn de gaten in de tweede lagerzitting doorlopende gaten en zijn de gaten in het hoofdlichaam schroefgaten, waarbij de bouten via de doorlopende gaten in de tweede lagerzitting zijn ingebracht en in de schroefgaten in het hoofdlichaam zijn geschroefd. In andere uitvoeringsvormen zijn de gaten in het hoofdlichaam doorlopende gaten en zijn de gaten in de
4 BE2023/0069 tweede lagerzitting schroefgaten, waarbij de bouten via de doorlopende gaten in het hoofdlichaam zijn ingebracht en in de schroefgaten in de tweede lagerzitting zijn geschroefd.
[0012] In een uitvoeringsvorm strekken de gaten in het hoofdlichaam en in de tweede lagerzitting zich uit in een richting loodrecht op een raaklijn aan een lagerring cirkel van de tweede lagerzitting op een punt van de lagerring cirkel dichtst bij het koppelelement.
[0013] Het vorkelement is aangepast om een dwarselement roteerbaar in de eerste lagerzitting en de tweede lagerzitting te ondersteunen. Bovendien is het gekend om het dwarselement zo aan het vorkelement te monteren dat het niet verplaatsbaar wordt ondersteund in axiale richting in de eerste lagerzitting verder weg van het koppelelement, die — in gebruik - typisch de onderste lagerzitting is. De uitdrukking “niet verplaatsbaar ondersteund in axiale richting” wordt gebruikt om een draagstructuur te beschrijven, die idealiter een beweging in de axiale richting verhindert, waarbij marginale relatieve bewegingen als gevolg van spelingen, veerkracht en andere in uitvoeringsvormen toelaatbaar zijn. Door de axiale ondersteuning van het dwarselement is de eerste lagerzitting onderhevig aan krachten in de axiale richting.
Anderzijds, ingeval het dwarselement enkel radiaal wordt ondersteund in de tweede lagerzitting, is de tweede lagerzitting niet onderhevig aan krachten in de axiale richting. Hierdoor werken geen dwarskrachten of schuifkrachten op bouten die loodrecht zijn aangebracht op een lageras die door de tweede lagerzitting en de eerste lagerzitting is gedefinieerd. Daardoor kan een grootte en/of een aantal bouten worden verminderd in vergelijking met inrichtingen volgens de stand van de techniek.
[0014] In een uitvoeringsvorm kan de tweede lagerzitting met behulp van vier bouten aan het hoofdlichaam worden bevestigd.
[0015] In een uitvoeringsvorm is de tweede lagerzitting met 5 losse productietoleranties aan het hoofdlichaam bevestigd in de richting van de lageras die door de tweede lagerzitting en de eerste lagerzitting is gedefinieerd. Ingeval het dwarselement enkel radiaal in de tweede lagerzitting wordt ondersteund, is een opstelling van de tweede lagerzitting in de richting van de lageras ten opzichte van het hoofdlichaam aanvaardbaar met losse productietoleranties.
[0016] In een uitvoeringsvorm is het hoofdlichaam een hol element. Dit zorgt voor een lichtgewicht ontwerp van het vorkelement met voldoende sterkte. In een uitvoeringsvorm hebben wanden van het holle hoofdlichaam uitsparingen voor een verdere gewichtsvermindering.
[0017] In een uitvoeringsvorm is een centerlijn van het koppelelement schuin ten opzichte van een lageras die door de tweede lagerzitting en de eerste lagerzitting is gedefinieerd, waarbij een schuine hoek kleiner is dan 90°.
[0018] In een uitvoeringsvorm snijdt de centerlijn van het koppelelement de lageras die door de tweede lagerzitting en de eerste lagerzitting is gedefinieerd op een snijpunt, waarbij het snijpunt dichter bij de eerste lagerzitting dan bij de tweede lagerzitting is.
[0019] In een uitvoeringsvorm ligt een zwaartepunt van het vorkelement en alle elementen die niet verplaatsbaar in positie aan het vorkelement zijn bevestigd, dit betekent alle elementen die op
6 BE2023/0069 dezelfde manier als het vorkelement bewegen zoals lagerringen bevestigd aan de lagerzittingen, op de centerliin van het koppelelement. Hierdoor kunnen onbalanskrachten bij het aandrijven van het vorkelement worden vermeden.
[0020] Volgens een tweede aspect wordt een vorkelement systeem bevattende het vorkelement met een hoofdlichaam, de eerste lagerzitting en de afzonderlijke tweede lagerzitting die aan het hoofdlichaam is bevestigd en bevattende een dwarselement voorzien, waarbij het dwarselement in de tweede lagerzitting van het vorkelement en in de eerste lagerzitting van het vorkelement roteerbaar wordt ondersteund, en waarbij het dwarselement niet verplaatsbaar in axiale richting wordt ondersteund in de eerste lagerzitting die integraal met het hoofdlichaam is gevormd.
[0021] Daar het dwarselement enkel in de tweede lagerzitting roteerbaar wordt ondersteund, is de tweede lagerzitting niet onderhevig aan lagerkrachten in een richting van de lageras.
Hierdoor zijn bevestigingselementen die worden gebruikt voor het bevestigen van de tweede lagerzitting aan het hoofdlichaam niet onderhevig aan grote krachten in de richting van de lageras. De richting van de lageras wordt ook aangeduid als axiale richting van de lagers of elementen daarvan.
[0022] In een uitvoeringsvorm wordt een eerste lager voorzien bevattende een binnenring en een buitenring, waarbij de binnenring in axiale richting niet verplaatsbaar is ten opzichte van de buitenring, welk eerste lager tussen de eerste lagerzitting en het dwarselement is aangebracht, waarbij het dwarselement niet verplaatsbaar in axiale richting aan de binnenring is bevestigd, in het bijzonder via een bevestigingsplaat en bouten, en waarbij de buitenring niet
7 BE2023/0069 verplaatsbaar in axiale richting in de eerste lagerzitting is bevestigd.
[0023] Bij het bevestigen van het dwarselement aan de binnenring die nauwkeurig ten opzichte van de eerste lagerzitting is gepositioneerd die integraal met het hoofdlichaam is gevormd, kan het dwarselement nauwkeurig ten opzichte van het hoofdlichaam van het vorkelement in de axiale richting van de lagers worden gepositioneerd, en dus ook ten opzichte van de centerlijn van het koppelelement.
[0024] In een uitvoeringsvorm wordt een afstandsring tussen de binnenring van het eerste lager en een schouder van het dwarselement voorzien. De afstandsring zorgt voor een compensatie van hoogteverschillen die het gevolg zijn van een opstelling van het lager in de lagerzitting, zodat het dwarselement nauwkeurig ten opzichte van het hoofdlichaam is gepositioneerd.
[0025] In een uitvoeringsvorm is een eerste lager dat geconfigureerd is om axiale en radiale krachten tegen te werken, bij voorkeur een conisch lager, tussen de eerste lagerzitting en het dwarselement aangebracht, en is een tweede lager dat geconfigureerd is om uitsluitend radiale krachten tegen te werken, bij voorkeur een cilinderlager, tussen de tweede lagerzitting en het dwarselement aangebracht. Het tweede lager zorgt voor een roteerbare ondersteuning van het dwarselement in de tweede lagerzitting. Het eerste lager zorgt voor een roteerbare en een axiale ondersteuning van het dwarselement in de eerste lagerzitting. Het eerste lager is in uitvoeringsvormen een conisch lager, in het bijzonder een kegellager.
[0026] In uitvoeringsvormen is aan het dwarselement een
8 BE2023/0069 tandwielsegment bevestigd, in het bijzonder met bouten vastgezet.
In gebruik wordt het tandwielsegment heen en weer rond een tandwielsegment as doorheen het snijpunt van de lageras en de centerlijn geroteerd. Door de nauwkeurige positionering van het dwarselement langs de lageras, kunnen hoge lagerkrachten van een as van het tandwielsegment worden vermeden.
[0027] Volgens een derde aspect wordt een grijperaandrijfsysteem bevattende een vorkelement en/of een io vorkelement systeem voorzien.
Korte beschrijving van de tekeningen.
[0028] Hierna worden uitvoeringsvormen van de uitvinding in detail beschreven met verwijzing naar de tekeningen. Doorheen de tekeningen worden dezelfde elementen aangeduid door dezelfde referentienummers. De figuren tonen:
Figuur 1 toont in een zijaanzicht een grijperaandrijfsysteem en een lansaandrijfwiel aangedreven door het grijperaandrijfsysteem;
Figuur 2 toont in een perspectiefaanzicht het grijperaandrijfsysteem van figuur 1;
Figuur 3 toont in een perspectiefaanzicht een vorkelement van het grijperaandrijfsysteem van figuur 1;
Figuur 4 toont in een doorgesneden zijaanzicht het vorkelement van figuur 3 en lagers die in een eerste lagerzitting en een tweede lagerzitting van het vorkelement zijn aangebracht;
Figuur 5 toont in een doorgesneden bovenaanzicht het vorkelement van figuur 3 en een lager aangebracht in de
9 BE2023/0069 tweede lagerzitting van het vorkelement;
Figuur 6 toont in een doorgesneden zijaanzicht een vorkelement systeem bevattende het vorkelement van figuur 3, een dwarseiement, en tandwielsegment dat aan het dwarselement is bevestigd; en
Figuur 7 toont in een doorgesneden zijaanzicht een detail van de eerste lagerzitting van figuur 6.
Gedetailleerde beschrijving van uitvoeringsvormen.
[0029] Figuur 1 toont in een zijaanzicht een grijperaandrijfsysteem 1 dat een lansaandrijfwiel 2 aandrijft om heen en weer te oscilleren bij rotatie van een as 30 van de weefmachine. Figuur 2 toont in een perspectiefaanzicht het grijperaandrijfsysteem 1 van figuur 1.
[0030] Het grijperaandrijfsysteem 1 getoond in figuren 1 en 2 bevat een schijf 3 die met de as 30 van de weefmachine roteert, een kruk 4 die met de schijf 3 is verbonden, een vorkelement 5 dat roteerbaar op de kruk 4 is gemonteerd, een dwarselement 6 dat roteerbaar op het vorkelement 5 en via lagers 32 in een gestel (niet getoond) van het grijperaandrijfsysteem 1 is gemonteerd, en een tandwielsegment 7 dat vast met het dwarselement 6 is verbonden.
De kruk 4 bevat eveneens een tegengewicht 31. Bij rotatie van de schijf 3, wordt het tandwielsegment 7 aangedreven om heen en weer rond een tandwielsegment as 8 te oscilleren. Het tandwielsegment 7 grijpt in een tandwiel 9 dat verbonden is met het lansaandrijfwiel 2.
[0031] Figuur 3 toont in een perspectiefaanzicht het vorkelement 5 van het grijperaandrijfsysteem 1 van figuur 1, welk vorkelement 5 een eerste lagerzitting 10, een tweede lagerzitting
10 BE2023/0069 11, en een hoofdlichaam 12 heeft.
[0032] Figuur 4 toont in een doorgesneden zijaanzicht het vorkelement 5 samen met een eerste lager 15 dat in de eerste lagerzitting 10 is aangebracht en een tweede lager 16 dat in de tweede lagerzitting 11 is aangebracht. Het hoofdlichaam 12 van het vorkelement 5 heeft een koppelelement 13 geconfigureerd voor het koppelen van het vorkelement 5 aan de kruk 4 van het grijperaandrijfsysteem 1 (zie figuur 1). In gebruik wordt het 190 vorkelement 5 om een centerlijn 80 van het koppelelement 13 bewogen. In de getoonde uitvoeringsvorm is het koppelelement 13 een koppelpen. Alternatieve koppelelementen 13 zijn echter door de vakman gekend.
[0033] In de getoonde uitvoeringsvorm is het hoofdlichaam 12 een hol element, waarbij wanden 71 van het hoofdlichaam 12 uitsparingen 70 voor een verdere gewichtsvermindering hebben. Een grootte en positie van de uitsparingen 70 kunnen door de vakman worden gekozen om een hoofdlichaam 12 met een laag gewicht en een voldoende sterkte te bekomen.
[0034] Het eerste lager 15 en het tweede lager 16 zijn uitgelijnd en bepalen een lageras 60. De centerlijn 80 is hellend ten opzichte van de lageras 60 onder een hellingshoek A (zie figuur 4). De centerlijn 80 snijdt de lageras 60 in een snijpunt 86, waarbij het snijpunt 86 zich dichter bij de eerste lagerzitting 10 dan bij de tweede lagerzitting 11 bevindt.
[0035] Het vorkelement 5 heeft een eerste arm 54 bevattende de eerste lagerzitting 10 en een tweede arm 55 bevattende de tweede lagerzitting 11, waarbij de eerste arm 54 groter is dan de
11 BE2023/0069 tweede arm 55. De tweede lagerzitting 11 is dichter bij het koppelelement 13 gepositioneerd dan de eerste lagerzitting 10. In de getoonde uitvoeringsvorm is de tweede lagerzitting 11 in gebruik boven de eerste lagerzitting 10 aangebracht. De uitvinding is echter s niet beperkt tot die uitvoering. De eerste lagerzitting 10 is integraal met het hoofdlichaam 12 gevormd. De tweede lagerzitting 11 is afzonderlijk gevormd en met behulp van bevestigingselementen 14 aan het hoofdlichaam 12 bevestigd.
[0036] Zoals best te zien in figuur 3, zijn de bevestigingselementen 14 bouten, bijvoorbeeld vier bouten aangebracht op de hoeken van een vierkant. Zoals best te zien in figuur 5, waar slechts twee bouten worden getoond, om de bouten te ontvangen, is het hoofdlichaam 12 voorzien van gaten 120 en is de twee lagerzitting 11 voorzien van gaten 110. In de getoonde uitvoeringsvorm is het hoofdlichaam 12 voorzien van gaten 120 in de vorm van doorlopende gaten en is de tweede lagerzitting 11 voorzien van gaten 110 in de vorm van schroefgaten, waarbij de bouten via de gaten 120 in het hoofdlichaam 12 zijn ingebracht en in de gaten 110 in de tweede lagerzitting 11 zijn geschroefd voor het bevestigen van de tweede lagerzitting 11 aan het hoofdlichaam 12.
[0037] Zoals getoond in figuur 4 wordt het tweede lager 16 aan de tweede lagerzitting 11 bevestigd door een bevestigingsring 24 met schroefdraad. Verder kan een lager 25 op het koppelelement 13 worden voorzien. Zoals te zien in figuur 4 kan ook een instelpen 26 worden voorzien om de tweede lagerzitting 11 ten opzichte van het hoofdlichaam 12 te positioneren voordat de bevestigingselementen 14 worden bevestigd.
[0038] Zoals getoond in figuur 4 ligt het zwaartepunt 81 van het
12 BE2023/0069 vorkelement 5 en alle elementen die niet verplaatsbaar in positie aan het vorkelement 5 zijn gemonteerd op de centerlijn 80 van het koppelelement 13; waarbij het vorkelement 5 het hoofdlichaam 12 met de eerste lagerzitting 10, de tweede lagerzitting 11, de bevestigingselementen 14, de bevestigingsringen 23 en 24 met schroefdraad, en elementen die niet verplaatsbaar in positie aan het vorkelement 5 zijn gemonteerd, die dus op dezelfde manier bewegen als het vorkelement 5, zoals delen van de lagers 15 en 16, bevat.
Hiertoe kan de tweede lagerzitting 11 ook voorzien zijn van een klein uitsteeksel 28, bijvoorbeeld een uitsteeksel dat integraal met de tweede lagerzitting 11 is gemaakt.
[0039] Zoals getoond in figuur 5 strekken de gaten 120 in het hoofdlichaam 12 en de gaten 110 in de tweede lagerzitting 11 zich ‘15 Uit in een richting loodrecht op een raaklijn 51 aan een lagerring cirkel 52 van de tweede lagerzitting 11 op een punt van de lagerring cirkel 52 dichtst bij het koppelelement 13.
[0040] Zoals best te zien in figuur 5 zijn de bouten evenwijdig met de centerlijn 80 aangebracht. Verder, aangezien de tweede arm 55 kleiner is dan de eerste arm 54, kan de massa van de tweede arm 55 inclusief de bevestigingselementen 14 worden gekozen om overeen te komen met de massa van de eerste arm 54. Daardoor dienen geen bijkomende massa balanselementen op de eerste arm 54 worden voorzien, en kan een totaal gewicht van het vorkelement 5 worden verminderd.
[0041] Zoals verder getoond in figuur 4 is het eerste lager 15 aangebracht in de eerste lagerzitting 10 geconfigureerd om axiale en radiale krachten tegen te werken. In de getoonde uitvoeringsvorm is het eerste lager 15 een conisch lager. Het tweede
13 BE2023/0069 lager 16 aangebracht in de tweede lagerzitting 11 is geconfigureerd om uitsluitend radiale krachten tegen te werken. In de getoonde uitvoeringsvorm is het tweede lager 16 een cilinderlager.
[0042] Figuur 6 toont in een doorgesneden zijaanzicht een vorkelement systeem 50 bevattende het vorkelement 5 en het dwarselement 6 met het tandwielsegment 7. Het dwarselement 6 wordt via het eerste lager 15 in de eerste lagerzitting 10 en via het tweede lager 16 in de tweede lagerzitting 11 ondersteund, en het tandwielsegment 7 bevestigd aan het dwarselement 6. Het tandwielsegment 7 wordt met behulp van meerdere bouten 27 op het dwarselement 6 gemonteerd. Instelpennen 29 kunnen worden voorzien om het tandwielsegment 7 ten opzichte van het dwarselement 6 te positioneren voordat de bouten 27 worden bevestigd.
[0043] Zoals best te zien in figuur 6, bepaalt het eerste lager 15 dat geconfigureerd is om axiale en radiale krachten tegen te werken een axiale positie van het dwarselement 6, dit betekent een positie van het dwarselement 6 ten opzichte van vorkelement 5 langs een lageras 60 evenals een radiale positie van het dwarselement 6 op het eerste lager 15, terwijl het tweede lager 16 uitsluitend de radiale positie van het dwarselement 6 bepaalt op het tweede lager 16 ten opzichte van de lageras 60.
[0044] Door het ontwerp van het tweede lager 16, werkt het tweede lager 16 geen krachten tegen in axiale richting, dit betekent in de richting langs of evenwijdig met de lageras 60. Daardoor worden geen of slechts kleine krachten uitgeoefend op de tweede lagerzitting 11 in de axiale richting bepaald door de lageras 60.
Hierdoor zijn de bevestigingselementen 14 die de tweede lagerzitting
14 BE2023/0069 11 aan het hoofdlichaam 12 bevestigen niet onderworpen aan hoge schuifkrachten in de axiale richting bepaald door de lageras 60.
[0045] Verder, aangezien de axiale positie van het dwarselement 6 wordt bepaald door middel van het eerste lager 15 dat integraal met het hoofdlichaam 12 is gevormd, is een kleine relatieve verschuiving van de tweede lagerzitting 11 ten opzichte van het dwarselement 6 toelaatbaar in de axiale richting bepaald door de lageras 60. Hierdoor, voor het bevestigen van de tweede lagerzitting 11 aan het hoofdlichaam 12 met behulp van de bouten, is een beperkte verschuiving toelaatbaar. Anderzijds komen de tweede lagerzitting 11 en het hoofdlichaam 12 in contact met elkaar bij een aanslagvlak 53, waar een vlak oppervlak van de tweede lagerzitting 11 en een vlak oppervlak van het hoofdlichaam 12 tegen elkaar worden gedrukt, welk aanslagvlak 53 zich evenwijdig met de lageras 60 en met de raaklijn 51 uitstrekt (zie figuur 5). Het vlakke oppervlak van de tweede lagerzitting 11 en het vlakke oppervlak van het hoofdlichaam 12 kunnen nauwkeurig evenwijdig met de raaklijn 51 en dwars op de raaklijn 51 worden bewerkt, zodat het aanslagvlak 53 evenwijdig met de lageras 60 zal worden aangebracht. Indien de bevestigingselementen 14 speling hebben binnen de gaten 120, kan het tweede lager 16 nauwkeurig ten opzichte van de raaklijn 51 worden gepositioneerd, zodat de lageras 60 samenvalt met de axiale richting van het dwarselement 6.
[0046] Aangezien de axiale positie langs de lageras 60 van het dwarselement 6 wordt bepaald door middel van het eerste lager 15 dat integraal met het hoofdlichaam 12 is gevormd, kan de axiale positie van het dwarselement 6 nauwkeurig ten opzichte van het koppelelement 13 van het hoofdlichaam 12 worden ingesteld.
15 BE2023/0069
[0047] In de getoonde uitvoeringsvorm, zoals best te zien in figuur 7, die een detail van figuur 6 toont, bevat het eerste lager 15 twee binnenringen 17 en twee buitenringen 18, welke buitenringen 18 door een afstandsring 22 zijn gescheiden, waarbij de binnenringen 17 niet verplaatsbaar in axiale richting in de buitenringen 18 worden ondersteund. De buitenringen 18 zijn vast in positie in de eerste lagerzitting 10 aangebracht, en de buitenringen 18 zijn door een bevestigingsring 23 met schroefdraad tussen een basisoppervlak 63 van de eerste lagerzitting 10 en de bevestigingsring 23 bevestigd. De binnenring 17 is met behulp van een bevestigingsplaat 20 en bouten 21 zo aan het dwarselement 6 bevestigd, dat het dwarselement 6 niet verplaatsbaar is in de axiale richting bepaald door de lageras 60 ten opzichte van de binnenringen 17, en aldus ten opzichte van de buitenringen 18, en aldus ten opzichte van het hoofdlichaam 12. In de getoonde uitvoeringsvorm is de bevestigingsplaat 20 rond of ringvormig, waarbij de bevestigingsplaat 20 gaten heeft via welke de bouten 21 bijvoorbeeld in schroefgaten van het dwarselement 6 worden ingebracht. De bevestigingsplaat 20 maakt contact met een buitenkant van de binnenring 17, en door het aanspannen van de bouten 21 dwingt de bevestigingsplaat 20 de binnenring 17 naar een zijkant 61 van het dwarselement 6. Een afstandsring 19 is voorzien tussen een binnenkant van de binnenring 17 van het eerste lager 15 en een schouder 62 van het dwarselement 6. Een hoogte van de afstandsring 19 kan zo worden gekozen dat de positie van de schouder 62 in een bepaalde gewenste axiale positie ten opzichte van de eerste lagerzitting 10 wordt aangebracht, en op die manier wordt het dwarselement 6 in een bepaalde gewenste axiale positie ten opzichte van het hoofdlichaam 12 aangebracht.

Claims (15)

16 BE2023/0069 Conclusies.
1. Een vorkelement voor een grijperaandrijfsysteem (1) voor een weefmachine bevattende een eerste lagerzitting (10), een tweede lagerzitting (11), en een hoofdlichaam (12) met een koppelelement (13) geconfigureerd voor het koppelen van het vorkelement (5) aan een kruk (4) van het grijperaandrijfsysteem (1), waarbij de tweede lagerzitting (11) dichter bij het koppelelement (13) is gepositioneerd dan de eerste lagerzitting (10), daardoor gekenmerkt dat de eerste lagerzitting (10) integraal met het hoofdlichaam (12) is gevormd en de tweede lagerzitting (11) afzonderlijk is gevormd en met behulp van bevestigingselementen (14) aan het hoofdlichaam (12) kan worden bevestigd.
2. Het vorkelement volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de bevestigingselementen (14) bouten zijn, waarbij het hoofdlichaam (12) en de tweede lagerzitting (11) elk voorzien zijn van gaten (120, 110) om de bouten te ontvangen.
3. Het vorkelement volgens conclusie 2, daardoor gekenmerkt dat de gaten (120, 110) zich uitstrekken in een richting loodrecht op een raaklijn (51) aan een lagerring cirkel (52) van de tweede lagerzitting (11) op een punt van de lagerring cirkel (52) dichtst bij het koppelelement (13).
4. Het vorkelement volgens conclusie 2 of 3, daardoor gekenmerkt dat de tweede lagerzitting (11) met behulp van bevestigingselementen (14), in het bijzonder vier bouten, aan het hoofdlichaam (12) kan worden bevestigd.
17 BE2023/0069
5. Het vorkelement volgens één van de conclusies 1 tot 4, daardoor gekenmerkt dat de tweede lagerzitting (11) met losse productietoleranties aan het hoofdlichaam (12) is bevestigd in een richting van een lageras (60) die door de tweede lagerzitting (11) en s de eerste lagerzitting (10) is gedefinieerd.
6. Het vorkelement volgens één van de conclusies 1 tot 5, daardoor gekenmerkt dat het hoofdlichaam (12) een hol element is, waarbij in het bijzonder wanden (71) van het hoofdlichaam (12) uitsparingen (70) voor een gewichtsvermindering hebben.
7. Het vorkelement volgens één van de conclusies 1 tot 6, daardoor gekenmerkt dat een centerlijn (80) van het koppelelement (13) schuin is ten opzichte van een lageras (60) die door de tweede lagerzitting (11) en de eerste lagerzitting (10) is gedefinieerd, waarbij een schuine hoek (A) kleiner is dan 90°.
8. Het vorkelement volgens conclusie 7, daardoor gekenmerkt dat een centerlijn (80) van het koppelelement (13) de lageras (60) die door de tweede lagerzitting (11) en de eerste lagerzitting (10) is gedefinieerd op een snijpunt (86) snijdt, waarbij het snijpunt (86) dichter bij de eerste lagerzitting (10) dan bij de tweede lagerzitting (11) is.
9. Het vorkelement volgens één van de conclusies 1 tot 8, daardoor gekenmerkt dat een zwaartepunt (81) van het vorkelement (5) en alle elementen die niet verplaatsbaar in positie aan het vorkelement (5) zijn bevestigd op de centerlijn (80) van het koppelelement (13) ligt.
18 BE2023/0069
10. Een vorkelement systeem bevattende het vorkelement (5) volgens één van de conclusies 1 tot 9 en een dwarselement (6), waarbij het dwarselement (6) in de tweede lagerzitting (11) van het vorkelement (5) en in de eerste lagerzitting (10) van het vorkelement (5) roteerbaar wordt ondersteund, daardoor gekenmerkt dat het dwarselement (6) niet verplaatsbaar in axiale richting wordt ondersteund in de eerste lagerzitting (10) die integraal met het hoofdlichaam (12) is gevormd. 60
11. Het vorkelement systeem volgens conclusie 10, daardoor gekenmerkt dat een eerste lager (15) een binnenring (17) en een buitenring (18) bevat, waarbij de binnenring (17) in axiale richting ten opzichte van de buitenring (18) niet verplaatsbaar is, welk eerste lager (15) tussen de eerste lagerzitting (10) en het dwarselement (6) is aangebracht, waarbij het dwarselement (6) niet verplaatsbaar in axiale richting aan de binnenring (17) is bevestigd, in het bijzonder via een bevestigingsplaat (20) en bouten (21), en waarbij de buitenring (18) niet verplaatsbaar in axiale richting aan de eerste lagerzitting (10) is bevestigd.
12. Het vorkelement systeem volgens conclusie 11, daardoor gekenmerkt dat een afstandsring (19) tussen de binnenring (17) van het eerste lager (15) en een schouder (62) van het dwarselement (6) is voorzien.
13. Het vorkelement systeem volgens conclusie 10, 11 of 12, daardoor gekenmerkt dat een eerste lager (15) dat geconfigureerd is om axiale en radiale krachten tegen te werken, bij voorkeur een conisch lager, tussen de eerste lagerzitting (10) en het dwarselement (6) is aangebracht, en waarbij een tweede lager (16) dat geconfigureerd is om uitsluitend radiale krachten tegen te
19 BE2023/0069 werken, bij voorkeur een cilinderlager, tussen de tweede lagerzitting (11) en het dwarselement (6) is aangebracht.
14. Het vorkelement systeem volgens één van de conclusies 10 tot 13, daardoor gekenmerkt dat aan het dwarselement (6) een tandwielsegment (7) is bevestigd.
15. Een grijperaandrijfsysteem voor een weefmachine bevattende een vorkelement (5) volgens één van de conclusies 1 tot 9 en/of een io vorkelement systeem (50) volgens één van de conclusies 10 tot 14.
BE20230069A 2022-11-18 2023-09-13 Vorkelement voor een grijperaandrijfsysteem voor een weefmachine BE1031052B1 (nl)

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
EP22208241.4A EP4372135A1 (en) 2022-11-18 2022-11-18 Fork-element for a gripper drive system for a weaving machine

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1031052A1 BE1031052A1 (nl) 2024-06-12
BE1031052B1 true BE1031052B1 (nl) 2024-06-17

Family

ID=84360466

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE20230069A BE1031052B1 (nl) 2022-11-18 2023-09-13 Vorkelement voor een grijperaandrijfsysteem voor een weefmachine

Country Status (3)

Country Link
EP (1) EP4372135A1 (nl)
BE (1) BE1031052B1 (nl)
WO (1) WO2024104638A1 (nl)

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4784005A (en) * 1986-10-18 1988-11-15 Lindauer Dornier Gesellschaft Mbh Crank drive having four spacially extending axes intersecting in one point
CN201082911Y (zh) * 2007-07-09 2008-07-09 江阴市第四纺织机械制造有限公司 用于剑杆织机的空间曲柄摇杆引纬机构
CN111850779A (zh) * 2020-08-26 2020-10-30 浙江泰坦股份有限公司 一种剑杆织机的驱动装置
EP4008817A1 (en) * 2020-12-07 2022-06-08 Picanol Method and device for determining a movement parameter of a gripper

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4784005A (en) * 1986-10-18 1988-11-15 Lindauer Dornier Gesellschaft Mbh Crank drive having four spacially extending axes intersecting in one point
CN201082911Y (zh) * 2007-07-09 2008-07-09 江阴市第四纺织机械制造有限公司 用于剑杆织机的空间曲柄摇杆引纬机构
CN111850779A (zh) * 2020-08-26 2020-10-30 浙江泰坦股份有限公司 一种剑杆织机的驱动装置
EP4008817A1 (en) * 2020-12-07 2022-06-08 Picanol Method and device for determining a movement parameter of a gripper

Also Published As

Publication number Publication date
EP4372135A1 (en) 2024-05-22
WO2024104638A1 (en) 2024-05-23
BE1031052A1 (nl) 2024-06-12

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US9878782B2 (en) Stiff-in-plane rotor configuration
CN101268425B (zh) 倾斜的陀飞轮
US7637446B2 (en) Roller mill for grinding solid material
BE1031052B1 (nl) Vorkelement voor een grijperaandrijfsysteem voor een weefmachine
CN100564085C (zh) 用于车辆的防侧倾/俯仰系统以及装配有该系统的车辆
EP3722119A1 (en) Extending and contracting link and suspension
CN209012065U (zh) 用于涡旋压缩机的配重组件和涡旋压缩机
JP6417263B2 (ja) 摩擦式走行装置および全方向移動装置
CN1284631C (zh) 离心分离器
CN1991636A (zh) 包括用于调节旋转部件或轮副的摆动的装置的机械钟表
KR20190141675A (ko) 자동차용 레벨 조정 장치
SE525668C2 (sv) Led till ett lagrat ställdon lagrat kring ett wobbelorgan
CN108367294B (zh) 用于惯性圆锥破碎机的扭矩反作用皮带轮
JPS624459A (ja) 懸垂式遠心デカンタ
EP3009327B1 (en) Steering device
AU2021282486B2 (en) Propulsion device for vertical take-off and landing rotary-wing aerodyne, and aerodyne comprising at least one such propulsion device
CN112108893B (zh) 倾斜旋转工作台装置
CN1186666C (zh) 二维转动刚性联接微调精密反射镜架
GB2232101A (en) Facing head with mass balancing
US5692738A (en) Work fixture brake
JPH06210821A (ja) 被せ嵌め可能なスリーブを備えた印刷機胴のための支承装置
CN219045518U (zh) 一种汽车球头组件
US7503238B2 (en) Engine balancing device
US4982633A (en) Facing head with mass balancing
SE462318B (sv) Stoedlagersystem foer en konkross