BE1027617B1 - Vouwsequentie - Google Patents

Vouwsequentie Download PDF

Info

Publication number
BE1027617B1
BE1027617B1 BE20195654A BE201905654A BE1027617B1 BE 1027617 B1 BE1027617 B1 BE 1027617B1 BE 20195654 A BE20195654 A BE 20195654A BE 201905654 A BE201905654 A BE 201905654A BE 1027617 B1 BE1027617 B1 BE 1027617B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
blank
box
folding
finger
fingers
Prior art date
Application number
BE20195654A
Other languages
English (en)
Other versions
BE1027617A1 (nl
Inventor
David Michel Provoost
Dycker Herman Germain De
Steenkiste Dimitri Daniël Raphaël Van
Stefaan Albert Marie-Louise Hamerlinck
Original Assignee
Avercon BVBA
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Avercon BVBA filed Critical Avercon BVBA
Priority to BE20195654A priority Critical patent/BE1027617B1/nl
Publication of BE1027617A1 publication Critical patent/BE1027617A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1027617B1 publication Critical patent/BE1027617B1/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65BMACHINES, APPARATUS OR DEVICES FOR, OR METHODS OF, PACKAGING ARTICLES OR MATERIALS; UNPACKING
    • B65B11/00Wrapping, e.g. partially or wholly enclosing, articles or quantities of material, in strips, sheets or blanks, of flexible material
    • B65B11/004Wrapping, e.g. partially or wholly enclosing, articles or quantities of material, in strips, sheets or blanks, of flexible material in blanks, e.g. sheets precut and creased for folding
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65BMACHINES, APPARATUS OR DEVICES FOR, OR METHODS OF, PACKAGING ARTICLES OR MATERIALS; UNPACKING
    • B65B11/00Wrapping, e.g. partially or wholly enclosing, articles or quantities of material, in strips, sheets or blanks, of flexible material
    • B65B11/06Wrapping articles, or quantities of material, by conveying wrapper and contents in common defined paths
    • B65B11/08Wrapping articles, or quantities of material, by conveying wrapper and contents in common defined paths in a single straight path

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Making Paper Articles (AREA)

Abstract

Een inrichting voor het vormen van een doos, omvattende: een aandrijflijn geconfigureerd om een plano vooruit te transporteren in een beweegrichting op de aandrijflijn; één of meer vingers die naast de aandrijflijn zijn geplaatst, waarbij de een of meer vingers zijn geconfigureerd om op en neer te bewegen om zijpanelen van de plano afwisselend op en neer te buigen; één of meer houders die voorwaarts zijn geplaatst vanaf de één of meer vingers, waarbij de één of meer houders zodanig zijn gepositioneerd dat de zijpanelen van de plano in positie worden gehouden door de één of meer houders terwijl de plano vooruit beweegt op de aandrijflijn.

Description

Vouwsequentie De uitvinding heeft betrekking op cen werkwijze voor het vouwen van een doos uit cen plano.
Verkoop van goederen via het internet 1s sterk gestegen in de afgelopen jaren. Ook wordt verwacht dat verkoop van goederen via het internet nog con tijd zal blijven stigen. Een uiteenlopend assortiment aan goederen met verschillende groottes en vormen wordt online aangeboden. Wanneer online cen aankoop wordt gedaan, kan dat voor óén of meer dezelfde of verschillende goederen zijn. De goederen worden via een pakiesdienst of koerier geleverd op sen 16 afleveradres. Hiertoe worden de goederen typisch samen in óón of meerdere dozen gepakt.
In de praktijk wordt een doos gekozen uit cen reeks dozen met verschillende standaard afmetingen, met als doel de goederen te verpakken in een doos die het best past. De doos zal nagenoeg altijd tc groot zijn. In de praktijk wordt daarom vaak extra vubnatcraal tocgevoegd om de lege rummite te vullen en de goederen vast te zetten. Dit brengt cen extra kost met zich mec en vergroot de afvalberg. Ook tijdens het transport zal ecn gedcelte van de transportruimte met optimaal benut kunnen worden. Nagenoeg elke doos dic getransporteerd wordt heeft namelijk sen lege rumte in de doos.
Bovenstaande sttuatie toont de nood aan voor het maken van individucle dozen op maat. Hoewel deze nood hierboven aangetoond is met als voorbeeld verkoop van goederen via het internet, zal de vakman begrijpen dat ook in andere situaties het maken van mdividuele dozen op maat voordelig is. Byvoorbeeld voor het inpalken van bestellingen in cen winkel, of het mpakken van gocderen m cen fabricageomgeving, of het voorbereiden van bestellingen, enz.
In de stand van de techniek zijn vele machmes beschreven voor het vouwen van dozen. De overgrote meerderheid hiervan is geoptimaliseerd voor het opeenvolgend vouwen van dozen met dezeifde afmotingen. Daarbij kunnen de machines wel mstelbaar zijn om de machine aan te passen voor het vouwen van een andere doos met andere afmetingen. Echter cens de machine ingesteld is, zal de machine geoptimaliseerd zijn voor het vouwen van dozen met dezelfde afmetingen. Wanneer dozen met sterk afwijkende afmetingen opcenvolgend gevouwen moeten worden, blijkt dit niet mogelijk met dergelijke bekende machines.
Het is cen doel van de huidige uitvinding cen werkwijze en inrichting te voorzien waarm dozen met verschillende afmetingen op een betrouwbare wijze opeenvolgend kunnen gevouwen worden.
Hiertoe voorziet de uitvinding in cen werkwijze voor het vouwen van cen doos uit cen plano, waarbij de werkwijze uitgevoerd wordt op con aandrijflijn met cen voortgaande bowecgrichtng, waarby de werkwijze volgende stappen bevat:
- aanlevoren van de plano op de aandrijflijn zodanig dat zijvlakken van de plano zich dwars op de aandrijflijn uitstrekken: - positioneren van één of meerdere goederen op cen middenvlak van de plano; - voortbewegen van de plano met de sen of meerdere goederen langs de aandrgflijn: - opwaarts vouwen van zijvlakken die diagonaal zijn aan het middonviak: - opwaarts vouwen van cen achterste vlak en vasthouden van dit vlak als achterwand van de doos; - opwaarts vouwen van voorste vlakken door het opwaarts bewegen van cen arm, tijdens het voortbewegen van de plano, vanaf cen eerste positie onder de aandrijflijn tot cen tweede positie boven de doos zodanig dat de doos onder de opwaarts bewogen arm voortbeweegt om zo met de voorste vlakken een voorwand en cen bovenwand van de doos te vormen.
Bij het vouwen van dozen met verschillende afmetingen worden plano’s aangeleverd met verschillende afmctingen. Do afmetingen van de plano’s stemmen overeen met de afmetingen van de dozen. Uit tests en simulaties is gebleken dat het moeilijk en/of duur is om machines tc bouwen die elke plano optimaal hanteert. Een plano is een vlakke karton, en cen plano wordt optimaal gehantoerd wanneer ze tijdens het hanteren goed, bij voorkeur zo volledig mogelijk ondersteund wordt. Door het goed ondersteunen van de plano tijdens het hanteren wordt voorkomen dat con ongcwenstc vouw ontstaat m het karton. Een ongewenste vouw kan bet verder vouwen van de doos negatief beïnvloeden en heeft m vele gevallen de potentie om de vouwmachine te blokkeren. De werkwijze van de uitvinding is erop gericht om ongewenste vouwen te vermijden terwijl de plano suboptimaal wordt gchanteerd.
Volgens de werkwijze worden de zijvlakken van de plano, diagonaal aan het middenvlak, opwaarts gevouwen. Het middenvlak is het vlak van de plano waarop de goederen gepositioneerd zijn. Door het opwaarts vouwen van de zijvlakken diagonaal aan het nuddenvlak, wordt de buigsterkte van de centrale vlakken van de plano, die voor en achter het middenvlak liggon, noemenswaardig versterkt. Namelijk de opwaarts gevouwen zijvlakken verhinderen dat cen ongewenste vouw kan ontstaan in de centrale vlakken die voor en achter het middenvlak hggen. Doordat de zijflappen opwaarts gevouwen zijn, kunnen de voorste vlakken en achterste vlakken zonder noemenswaardige ondersteuning van deze vlakken omhoog geduwd worden. Een puntkracht op het vlak zou voldoende zijn om het gehele vlak als één geheel omhoog te bewegen, zonder noemenswaardig risico op cen ongewenste vouw. Daarbij zal voor de vakman duidelijk zijn dat zonder het eerst omhoog vouwen van de zijflappen, de voorste en achterste vlakken wel nagenoeg volledig ondersteund moeten worden tijdens het omhoog vouwen om ongewenste vouwen te vermijden.
Omdat de voorste en achterste vlakken geen volledige ondersteunmg nodig hebben, kumen ze via een simpele mechaniek omhoog bewogen worden. Met name de voorste vlakkon worden opwaarts bewogen door het bewegen van cen arm van cen positie onder de aandrijflijn tot sen positie boven de doos. De arm mag de voorste vlakken raken op een verschillende relatieve positie van het vlak, afhankelijk van de grootte van de plano. Doordat de zijvlakken opwaarts gevouwen zijn, zal het vlak grenzend aan het middenvlak zich als stijve plaat gedragon, en na de opwaartse bewegmg de voorwand van de doos vormen. De arm beweegt naar een posite boven de doos, en door de aandrijving van de doos beweegt de de arm relatief ten opzichte van de doos zodat de arm zich boven de doos bevindt. Hherdoor zal het voorste vlak van de plano, zelfs wanneer in dit vlak ongewenste vouwen ontstaan, zich over de bovenzijde van de doos positioneren. In het geval dat één of meerdere ongewenste vouwen ontstaan in het voorste vlak, zullen deze valse vouwen typisch het karton over de arm hoen vouwen. Echter door con relatieve beweging van de doos ten opzichte van de arm, worden deze ongewenste vouwen automatisch teruggevouwen en zal het karton over de arm tot op de doos bewegen. De werkwijze volgens de uitvinding laat aldus toe met cen uiterst cenvoudige beweging, zonder het gecontroleerd ondersteunen van de verschillende vlakken van de plano, de doos correct te vouwen. Dit laat toe om plano’s met verschillende afmetingen te vouwen op eenzelfde machine, waarbij het risico op blokkeren of vastlopen of vervaardigen van een foutieve doos gominimaliseerd wordt.
Bij voorkeur wordt het opwaarts vouwen van de zijvlakken uitgevoerd tijdens het voortbewegen van de plano op de aandrijflijn door het positioneren van vingers onder de zijvlakken. Bij bet voortbewegen van de plano kunnen vingers aan weerszijden van de plano voorzien worden. De hoogte van de vinger zal bepalend zijn of de vinger onder de zijflap of boven de zijflap grijpt, wanncer de zijflap bij de vinger arriveert. Hierdoor kan met con minimale beweging van de vingers de cne zijflap omhoog govouwen worden, door de vinger met con distaal emd onder de ziflap te positioneren, en de andere zgflap niet omhoog te vouwen, door de vinger te positioneren met cen distaal eind boven de betreffende zijflap. Aldus laat de werkwijze toc om met een eenvoudige mechanische opbouw de gewenste zijvlakken opwaarts te vouwen.
Bi voorkeur heeft de plano minstens vier centrale vlakken die zich opcenvolgend in de beweegrichtmg van de aandrijflijn uitstrekken, en is het middenvlak gevormd door de derde van de minstens vier centrale vlakken. Het middenvlak is het vlak waar de één of meerdere goederen op gepositioneerd worden. De voorste vlakken worden door de arm omhoog bewogen tijdens het voortbewegen van de doos. Door het derde vlak als middenviak te selecteren, worden door de arm twee vlakken omboog gevouwen, en wordt de bovenwand van de doos gevormd door het voorste vlak. Dit voorste vlak rolt, zelfs wanneer ongewenste vouwen ontstaan in het voorste vlak over de arm om steeds correct aan een bovenzijde van de doos terecht te komen. Deze oriëntatie van de plano, in relatie tot de beweegrichting van de aandrijflijn, blijkt optmmaal voor het vouwen van de doos.
Bij voorkeur bevat de werkwijze verder:
- aanbrengen van een lijm op con lijmzone in minstens éón van twec gebieden van de plano die overlappen bij het vormen van de doos, - aandrukken van de plano ter plaatse van de lijmzone na het minstens gedeclelijk vormen van de doos.
Verder bij voorkeur wordt, voorafgaand aan het aandrukken, cen positioncervinger geplaatst tussen de gebicden, naast de hjmzone, of vroegtijdig raken van de gebieden te voorkomen, waarna de gebieden ten opzichte van elkaar gepositioneerd worden zodoende de doos minstens gedeeltelijk te vormen, waama de positioncervinger tussenuit de gebieden verwijderd wordt. Nadat lijm is aangebracht op minstens één van de overlappende gebieden van de plano is belangrijk dat deze gebieden elkaar pas raken, wanneer de gebieden ten opzichte van clkaar correct gepositioneerd zin. Dit wordt gerealiseerd door het plaatsen van een positioneervinger tussen de gebieden.
De positioncervinger houdt de gebieden op een afstand van clkaar, zodat het mogelijk wordt de gebicden correct ten opzichte van clkaar te positioneren alvorens de positioncervinger tussen de gebieden uit te verwijderen. Pas na het verwijderen van de positioncervinger tussenuit de gebieden, zullen de gebieden elkaar raken. De positioncervinger laat daarmee toe om de gebieden op een relatief ongecontroleerde wijze naar elkaar toe te brengen, terwijl lijm reeds aangebracht is op minstens een van de gebieden, De gebieden zullen elkaar niet ongewenst raken, omdat de positioncervinger tussen de gebieden geplaatst 18. Dit laat toc om de gebieden eerst correct te positioneren ten opzichte van elkaar, en daarna de positioneervinger te verwijderen, Dit laat toe de gebieden elkaar op een correcte en gewenste wijze te laten raken en zo cen correcte verlijming te realiseren.
Bij voorkeur strekt de positioncervinger zich boven de doos uit in de beweegrichtng, zodanig dat de bovenwand van de doos op de positioncervinger terechtkomt, waaneer de arm de voorste vlakken opwaarts vouwt. Zoals hierboven beschreven kan met name het voorste vlak van de plano, dat de bovenkant van de doos vormt, wel ongewenste vouwen bevatten. Hierdoor is de manier waarop de bovenwand op de doos terechtkomt niet helemaal voorspelbaar. Door de positioneervinger boven de doos te plaatsen, zich uitstrekkend in de beweegrichtine, kan de bovenwand van de doos op de positioneervinger terechtkomen. Hierdoor vangt de positioncervinger als het ware de bovenste wand van de doos. Hierna kunnen achterwand en voorwand van de doos correct gepositioneerd worden, waama de gebieden correct gepositioneerd zijn ten opzichte van elkaar, en de vinger kan verwijderd worden tussenuit de gebieden.
Biu voorkeur bevat de werkwijze verder het necrwaarts vouwen van zijvlakken die met de bovenwand verbonden zijn en het opwaarts vouwen van zijvlakken die met de onderwand verbonden zijn, zodat laatst genoemde zijvlakken de zijwanden van doos vormen. De zijvlakken kunnen verlijmd worden met elkaar om de zijkant van de doos tc sluiten.
De uitvinding heeft verder betrekking op een inrichting voor het vouwen van cen doos uit een piano bevatiende cen aandrgflijn met cen voortgaande beweegrichtine, waarbij de 5 inrichting verder bevat: - gen aanleversectie voor het aanleveren van de plano op de aandnifliin zodamg dat zijvlakken van de plano zich dwars op de aandrgflijn uitstrekken; - cen positioneersectie voor het positioneren van één of meerdere goederen op een middenvlak van de plano; - cen aandrijfsectie voor het voortbewegen van de plano met de één of meerdere goederen langs de aandrijflijn: - gen cerste vouwsectie voor het opwaarts vouwen van zijvlakken die diagonaal zijn aan het middenviak: - een tweede vouwsectie voor het opwaarts vouwen van een achterste vlak en vasthouden van dit vlak als achterwand van de doos: - een derde vouwsecte voor het opwaarts vouwen van voorste vlakken door het opwaarts bewegen van een arm, tijdens het voortbewegen van de plano, vanaf cen eerste positie onder de aandrijfln tot cen tweede positic boven de doos zodanig dat de doos onder de opwaarts bewogen arm voortbeweegt om zo met de voorste vlakken een voorwand en cen bovenwand van de doos te vormen.
De mrichtmg volgens de uitvinding bevat secties om de hierboven beschreven stappen van de werkwijze voor het vormen van con doos uit te voeren, Hierdoor zal, net zoals de werkwijze, ook de inrichting geschikt zijn om verschillende dozen met verschillende afmetingen opeenvolgend te vormen. Voordelen en effecten dic hierboven beschreven zjn in relatie met de werkwijze zijn ook van toepassing voor de inrichting.
Bij voorkeur bevat de cerste vouwsectie vingers die beweegbaar zjn in de dwarsnchting ten opzichte van de aandrijflijn om de afstand tussen overstaande vingers aan te passen aan cen breedic van de plano, en waarbij de vingers zich uitstrekken in een richting tegengesteld aan de beweegrichting met een distaal emd dat opwaarts en neerwaarts beweegbaar is om onder genoemde zijvlakken dic diagonaal zijn aan het middenvlak te grijpen. Door de vingers in de dwarsrichtine te bewegen, kunnen plano’s met verschillende breedtes correct door de innichting gevouwen worden. De zijflappen van brede of minder brede plano’s kunnen door dezelfde vingers worden gevouwen door het bewegen van de vingers dwars op de aandrijflijn.
Bij voorkeur bevat de inrichting verder: - cen lijmpistool voor het aanbrengen van lijm op een hijmzone in minstens gen van twee gebieden van de plano die overlappen bil het vormen van de doos:
- cen aandrukelement voor het aandrukken van de plano ter plaatsc van de lijmzone na het minstens gedeeltelijk vormen van de doos. Door het aanbrengen van lijm en het aandrukken van de plano kan de doos stevig gevormd worden.
Bij voorkeur bovat de innchtimg cen postioncervinger die zich boven de aandrijflijn bevindt, welke postioneervmger beweegbaar is in de beweegrichtime om zich tussen de gebieden uit te strekken teneinde vroegtijdig raken van de gebieden te voorkomen, waarna de gebieden ten opzichte van elkaar gepositioneerd worden zodoende de doos minstens gedeeltelijk te vormen, waarna de positioncervinger tussenuit de gebieden verwijderbaar is. Hierboven is uitgebreid uitgelegd hoe de positioncervinger orvoor zorgt dat de gebieden waar de lijm aangebracht is eerst correct gepositioneerd kunnen worden ten opzichte van elkaar waarna ze tegen elkaar gedrukt kunnen worden. Dit laat tce om de plano minder gecontroleerd te hanteren en toch een goede vorming van de doos te krijgen.
Bi; voorkeur is het aandrukelement gevormd door de arm die verder voorzien is om in de beweegnchting te bewegen tijdens het aandrukken van de plano ter plaatse van de lijmzone. Daarmee zorgt de arm voor het vouwen van de voorste vlakken van de plano en voor het aandrukken van de plano om de verlijming te fixeren.
Bu voorkeur bevat de inrichting verder cen vierde vouwsectie voor het ncorwaarts vouwen van zijvlakken die met de bovenwand verbonden zijn en het opwaarts vouwen van zijvlakken die met de onderwand verbonden zijn zodat laatstgenoemde zijvlakken de zijwanden van de doos vormen. Door de vierde vouwsectie wordt de zijkant van de doos gevormd en is de doos klaar. Ter plaatse van de vierde vouwsectie wordt bij voorkeur ook lijm aangebracht om de zijkant dicht te lijmen.
De uitvinding zal nu nader worden beschreven aan de hand van cen in de tekenme weergegeven uitvoermgsvoorbeeld.
In de tekening laat : figuur | cen plano zien in bovenaanzicht; figuur 2 een vinger zien voor het omhoog vouwen van zijflappen:; figuur 3 een sequentie zien van vouwstappen; en figuur 4 con bovenaanzicht zien van cen inrichting voor het vouwen van con doos, In de tekening is aan cenzelfde of analoog element cenzelfde verwijzingscijfer toegekend.
In het kader van deze beschrijving is middenvlak van con plans gedefinieerd als con vlak dat niet grenst aan ecn rand van de plano. Vlakken worden in een plano van clkaar gescheiden door rillen en/of snede’s. Verder wordt in deze beschrijvmg met het woord vouw bedoeld een hoek die gevormd is in cen plaatvormig materiaal.
Figuur Ì toont con plano 1. In figuur | is de plano 1 in bovenaanzicht weergegeven. Een plano 1 is een stuk plaatvormig materiaal dat gevormd is om cen doos mee te vormen. Het plaatvormig materiaal is typisch cen karton. Alternatief kan een plano 1 ook uit kunststof vervaardigd worden. Met vormen van cen piano voor het maken van cen doos wordt typisch begrepen het uitenidon van het plaatvornug materiaal en het vormen van rillen in het plaatvormig materiaal, In figuur ! is een plano 1 weergegeven waarin de volle lijnen snijlijnen zijn en waarbij de stippellijnen rillen zijn. Een ril is een mdrukkmg in het plaatvormig materiaal die plooien van het plaatvormig materiaal ter plaatse van de indrukking vergemakkelijkt, Alternatief kan een ri ook cen partiële ingnede zijn, waarbij het plaatvormig materiaal gedeeltelijk, dit wil zeggen niet over zijn volledige diktc, doorgesneden wordt, zodanız dat een verzwakking, van het plaatvormig materiaal ontstaat ter plaatse van de snede. Deze verzwakkmg vergemakkelijkt de plooien van de plaat ter plaatse van de snede.
De plano uit figuur 1 heoft vier centrale vlakken A, B, C en D. Elk van de vier centrale vlakken is voorzien om een wand van de doos te vormen, In de configuratie uit figuur | vormt het vlak B de onderwand van de doos, vormen vlakken A en C opstaande wanden van de doos, en vormt vlak D de bovenwand van de doos. In de figuur is ook aangeduid hoc de lengte 1, breedte b on hoogte h van de doos voortvloeit uit de afmetingen van de piano 1. Dit zal voor de vakman duidelijk zijn en wordt niet verder tocgelicht. Elk van de vlakken A, B, C en D heeft twee zijflappen, die respectievelijk aangeduid zijn met A”, B’, C° en D’. Deze zjflappen zijn voorzien om de twee zijwanden van de doos te vormen, Verder is in de huidige uitvoennesvorm aan vlak À in de beweegrichting 2 of lengterichting van de plano | cen shutflap A” voorzien. Deze sluitflap A” dient om vlak À met vlak D te verbinden bij het vormen van de doos, Dit zal verder toegelicht worden aan de hand van de volgende figuren. In figuur 1 is de sluitflap À” gevormd als een flap die in de lengterichting van viak A uitsteekt. Altematief kan sluitflap A” ook van overeenstemmende zijflappen voorzien zijn zodat slutflap A’ zich over de volledige breedte van de plano uitstrekt. Het voordeel hiervan is dat geen afvalstukken moeten afgevoerd worden. In figuur 1 1s tussen naburige ziflappen een spievormig stuk karton weggesneden. Dit is m de praktijk in sommige gevallen een voordeel bij het vouwen van de zijfflappen. In figuur 1 is deze uitvoeringsvorm getoond omdat ze duidelk de zijflappen illustreert, De werkwijze volgens de uitvmding laat ook toe om met con plano | te starten waarm de naburige zijflappen slechts door een enkele snede van elkaar gescheiden zijn, en waarbij dus geen spie karton weggesneden is. Met andere woorden kunnen de zijflappen in de plano 1 gevormd zijn door een rechte snede, in de dwarsrichting van de plano !, die start aan cen rand van de plano en die zich richting cen centrale as van de plano uitstrekt over cen lengte die gelijk is aan de lengte van de zijflappen. De vakman zal verder begrijpen dat de zyflappen A’, B’, ( en D’ gedimensioneerd kunnen zijn om het zijvlak volledig te vormen of gedeeltelijk te vormen. Wanneer het zijvlak slcchts gedoeltelijk gevormd 1s, zal het zijvlak typisch centraal con opening vertonen waardoor de doos niet volledig gesloten 1s. In sommige situaties is dit voordelig. Wanneer het zijvlak volledig gevormd is, komen de zijflappen aansluitend of overlappend zijn. Verschillende combinaties hiervan zijn mogelijk.
De vakman zal begrgpen hoc cen plano kan gevormd worden om cen doos met vooraf bepaalde afmetingen te vormen. Het vormen van de plano zelf is geen onderdeel van de huidige uitvinding, aangezien de huidige uitvinding met name betrekking heeft op het vouwen van een plano tot cen doos. Echter de ultvinding is wel ontstaan in het zoeken naar oplossing voor het vormen van dozen op maat. Bi; het toepassen van de uitvinding in cen bredere context, zullen daarom plano’s zoals gctoond in figuur 1 op maat gemaakt worden van de te verpakken goederen. Daarbij heeft de plano bij voorkeur een opbouw zoals getoond in figuur |. Een plano met cen dergelijke opbouw vormt het geprefereerde vertrekpunt voor het vouwen van cen doos volgens de uitvinding.
Figuur 2 toont cen aspect van de uitvindimg, met name het opwaarts vouwen van zijvlakken van de plano. Dit opwaarts vouwen gebeurt bij voorkeur tijdens cen vooribeweging in de beweegrichting 2 van de plano 1. Hiertoe wordt de plano op cen aandrijflijn gepositioneerd met zijn lengterichting in de aandnjfichtmg. Aan weerszijden van de aandrijflijn zijn vingers 3 voorzien die via con vmgerarm 4 positionccrbaar zijn ten opzichte van de plano. Door de plano tc bewegen in de beweegrichting 2, zullen de vier zijvlakken D’, €’, B’ en À’ bij de vmger 3 passeren. De vinger 3 is posthoncerbaar ten opzichte van de zijvlakken. Meer bepaald is de afstand tussen de vinger 3 en cen centrale aslijn van de plano 1 instelbaar, zodanig dat de vinger 3 im de dwarsrichting positioncorbaar is ten opzichte van de plano 1, Dit laat toc om de vinger 3 te positioneren in de dwarsrichting, ter plaatse van de zijvlakken. Meer bepaald wordt de vinger 3 bij voorkeur gepositioneerd overlappend met de zijvlakken en in de nabijheid van de centrale vlakken.
De vinger 3 is georiënteerd met cen distaal cind dat zich uitstrekt togen de bewecgrichtng 2 in en bet distaal cind wijst minstens cen beetje naar beneden. Een bectje naar beneden wijzen 1s gedefinieerd als dat de vinger minstens ter plaatse van het distaal emd een hoek vertoont met het horizontale vlak van maximum 30 graden, bij voorkeur maximum 20 graden, meer bij voorkeur maximum 15 graden.
De vngeranm 4 is verdor voorzien om de hoogte van de vinger 3 te controleren. Dit is in figuur 2 aangeduid met pijl 7. Daarbij wordt de hoogte van de vinger 3 gecontroleerd, zodanig dat het distaal eind zich boven een zijflap D’ bevindt, wanneer de znflan D’ door de voortbeweging in de beweegrichting 2 arriveert bij het distaal eind van de vmger 3. De vinger kan dan naar beneden bewogen worden 7 om onder zijflap €’ te liggen met con distaal emd van de vinger wanneer de zijflap ©’ by de vinger 3 arniveert. Het gevolg hiervan is dat de vmger onder de zijflap ©’ zal grijpen en de zijflap C° opwaarts zal vouwen zoals geïllustreerd met pijl 8. Daarbij kan hot distaal cmd van de vinger drukken op de zijflap D’, zonder dat dit nadclig is. Op basis van deze beschrijvmg en in combinatie met de figuur 2, zal de vakman begrijpen dat het vormen en controleren van een vinger 3 ten opzichte van de flappen op uiterst eenvoudige wijze toelaat om zijflappen wel of niet opwaarts te vouwen, Door de instelbaarheid in de dwarsrichting, kunnen zelfs zijflappen wel of niet opwaarts gevouwen worden, onafhankelijk van de breedte b van de Joos, Deze opbouw laat toe cen inrichting op eenvoudige wijze te vormen voor het vouwen van dozen met verschillende afmetingen. Ook voorziet deze opbouw in een eenvoudige werkwijze.
Bij voorkeur is verder con zijflaphouder 5 voorzien die aan cen zijflaphouderarm 6 bevestigd is voor het vasthouden van de opwaarts gevouwen zijflap tijdens het voortbewegen van de plano over de aandnyfirin. De zuflaphouder 5 is in de verdere figuren niet getoond, maar wordt wel beschouwd als bij voorkeur aanwezig om de zijflappen in de gevouwen toestand te houden tijdens verdere vouwstappen.
Het gevolg van het opwaarts vouwen van de zijflap ©’, en van de zijflap À , zoals hieronder verder zal toegelicht worden, is dat de stijfheid van segment C en segment À, ten behoeve van het opwaarts vouwen van deze segmenten voor het vormen van de opstaande wanden van de doos, noemenswaardig verhoogt. Doordat de zyflappen C’ en A’ opwaarts gevouwen zijn, worden ook de centrale vlakken C en À verstevigd, doordat de buigbaarheid van de vlakken C en À ter plaatsc van de aansluiting met de zuflap C’ on À’ nocmenswaardig daalt. De vakman zal begrgpen dat de stijfheid van de secties C en À hoog is nadat de zyflappen C’ en À’ opwaarts gevouwen zijn. Dit laat toe om op een minder gecontroleerde, zelfs brute wijze, de segmenten C en A opwaarts te vouwen, zonder dat dit de betrouwbaarheid van het opwaarts vouwen negatief beïnvloedt. Na het opwaarts vouwen van de zijflappen C’ en A’ kan optioneel zijflap 5’ ook minstens gedeeltelijk opwaarts gevouwen worden. Door zjflap B’ bijvoorbeeld ongeveer 35 graden opwaarts te vouwen, wordt verhinderd dat zijflappen €’ en À’ ongewenst ontvouwen, namelijk de gedeeltelijk opwaarts gevouwen zijflap B’ verhindert dit.
De vakman zal begrijpen dat wanneer plaatvomug materiaal gchantcerd wordt voor vouwen, gemakkelijk cen ongewenste vouw ontstaat wanneer het plaatvormig materiaal niet voldoende volledig ondersteund wordt tijdens de voowbeweging. Door eerst de zjflappen C’ en A’ opwaarts te vouwen, worden dergelijke situaties vermeden. In het A-segment en C-segment zal cen ongewenste vouw nagenoeg niet kunnen ontstaan, zolang de zijflappen À’ en €’ cen hoek vormen met de centrale vlakken À en C, respectievelijk. Dit is met name cen voordeel wanneer dozen met verschillende afmetingen gevouwen worden in één inrichting. Namelijk de mrichtmg kan noemenswaardig cenvoudiger gevouwen worden, en de werkwijze van het vouwen is noemenswaardig robuuster wannoer de scgmenten À en C bruter en/of nunder gecontrolecrd mogen gehanteerd worden. Hierdoor wordt het mogelijk cen arm of drukelement of vouwelement te voorzien dat niet noodzakelijk het vollodige vlak À en/of © onderstcunt tijdens het opwaarts vouwen van het respectievelijke vlak.
Figuur 3A toont een plano 1. In de toestand van figuur 3A is reeds cen goed of goederen 9 geplaatst op het vlak B van de plano 1. Verder zijn de zijflappen €’ en À’ reeds opwaarts gevouwen. In de toestand van figuur 3A zijn de centrale vlakkon A, B, C, D nog met omhoog gevouwen, en heggen ze nog op de aandrijflijn (niet weergegeven in figuur 3). De beweegrichting is in figuur 3A geïllustreerd met pijl 2. Wanneer de plano 1 in de beweegrichting 2 beweegt, wordt aan cen voorste emd van de plano 1, op vlak D, lijm 12 aangebracht via cen lijmpistool 10. Figuur 3A toont verder hoe con arm 11 zich in cen beginfase van de werkwijze onder de aandrijflijn, on dus onder de plano 1, uitstrekt.
Figuur 3B toont een verdere stap waarbij de arm 11 van een positie onder de aandrijflijn omhoog beweegt. Deze opwaartse bewegmg van de arm 11 is geïllustreerd met sen pijl
13. Tridens het opwaarts bewegen 13 van de arm 11 kan de plano 1 nog steeds in de beweegrichting 2 voortbewogen worden. Aan de achterzijde wordt via cen actuator 14 de achterwand opwaarts gevouwen, Opwaarts vouwen van de achterwand is geïllustreerd met pl 15. De actuator 14 kan op verschillende manieren uitgevoerd worden. Omdat de zyflappen A’ en C° recds opwaarts gevormd zijn, zijn de segmenten À en C van de planc stijf en kunnen ze eenvoudig opwaarts gevouwen worden door de arm 11 en de actuator 14. Afhankelyk van de grootte van de plano kan het eerste segment D, ten gevolge van de opwaartse beweging 13 van de am 11 ongewenst plooien. De plooi zal typisch, ten gevolge van de beweegrichting 2 en ten gevolge van de zwaartekracht, voorwaarts gericht zijn {wijerzin in figuur 3b), zodanig dat de arm I! steeds onder het segment D tercchtkomt. Door do opwaartse bowoging van de arm, zal de arm het segment D, zelfs wanneer dit cen ongewenste voorwaartse vouw heeft, toch omhoog kunnen bewegen. Ook kan de aangebrachte Im 12 door een dergelijke ongecontroleerde beweging niet tegen te arm 11 of tegen cen ander decl van plano 1 stoten.
De vakman zal begrijpen dat de exacte volgorde van het aanbrengen van de Im, het omhoog vouwen van zijflappen A’ en C’ en het plaatsen van de goederen op de plano kan variëren zonder de uitvinding wezenlijk te veranderen.
Figuur 3C toont ecn verdere fase in het vouwen. Daarbij is het achtersic vlak À van de plano | volledig opwaarts gevouwen om de achterwand van de doos te vormen. De actuator 14 volgt de voortgaande beweging 2 van de plano om de achterwand À correct gepositioneerd te houden, Wanneer de achterwand À opwaarts gevouwen is, wordt een positioneervinger 16 van bovenaf voorwaarts en naar beneden bewogen, zoals geïllustreerd met pijl 17 tot aan de bovenzijde van de doos. Door deze voorwaartse en neerwaartse beweging 17 zal de posttioncervinger 16 de sliurtflap A”, dat de overlappmg vormt zoals hierboven beschreven, voorwaarts vouwen.
De positioncervinger 16 heeft verder als functie om het cerste segment D op te vangen.
Het cerste segment D wordt door de arm 11 over de goederen heen gevouwen om de bovenkant van de doos te vormen.
Zoals hierboven beschreven kan het bovenste segment D ongewenste plocien hebben en is de beweging van het vouwen van dit voorste segment D niet volledig gecontroleerd.
Afhankelijk van de grootte van de doos, de sterkte van het karton en de snelheid van het vouwen zal het voorste segment D sneller of trager, al dan niet sterk geforceerd door de arm Il, als bovenwand van de doos naar beneden vallen.
Dit naar beneden vallen 1s gcïllustreerd met pui 18. Het neervallen 18 van het eerste segment D wordt gestopt door de positioncervinger 16. Wanneer zich cen valse ril in het eerste segment D bevindt, kan het eerste segment D vroeg en scherp naar beneden vallen.
Het zal daarom cen voordeel zijn om de positioneervinger 16 tot nagenoeg vooraan de doos te laten uitstrekken, om het eerste segment D mm alle gevallen correct te kunnen opvangen.
De vakman zal begripen dat de vorm van de positioncervinger 16 niet wezenlijk is voor het tocpassen van de principes van de uitvinding.
De belangrijkste reden voor het vormen van de vinger is de complementanteit in de dwarsnchting met de aangebrachte lijm.
De vingers en de lijm zullen bij voorkeur, in de dwarsrichtmg beschouwd, niet overlappen.
Zo zal de vakman begrijpen dat ook twee of meerdere vingers kunnen gevormd worden waarbij lijm tussen de vingers aangebracht is in de dwarsrichtmg beschouwd.
Hierdoor wordt voorkomen dat lijm 12 die zich op het ecrste segment D bevmdt, ongewenst, op cen verkeerde plaats of vroegtijdig, in aanraking komt met goederen en/of met de shniflap A” in aanrakmg komt.
Om te voorkomen dat de him 12 met de posttoneervinger 16 in aanraking komt, wordt de positioneervinger 16 bij voorkeur smal gevormd, in de dwarsrichting beschouwd, en centraal geplaatst ten opzichte van de doos terwijl do lijm in de breedterichting, beschouwd,
excentrisch aangebracht wordt, en dus niet aangebracht wordt in het centram.
Figuur 3D toont cen verders fase in de werkwijze voor het vouwen.
In figuur 3D is de achterwand À opwaarts gevouwen en wordt de positie van de achterwand À vastgehouden door de actuator 14. Inmiddels is door de bewegmg van de arm 11 ook de voorwand C opwaarts gevouwen.
De positie van de voorwand C wordt bij voorkeur door cen verdere actuator 19 vastgehouden.
Door de actuator 19 kan de positie van de opwaartse voorwand, gevormd door het C-segment van de plano, optimaal vastgehouden worden.
Dit is geïllustreerd met pijl 20. Bij voorkeur is de actuator 19 ter plaatsc van cen bovenzijde van de doos voorzien van cen vmger (niet weergegeven) die de hoek vormt tussen zijvlak en bovenvlak, om deze hoek haaks te vormen.
Een gelijkaardise vinger kan voorzien worden aan actuator 14 zodat actuators 14 en 19 de doos haaks en met rechte hoeken kunnen vasthouden.
Door het positioneren van de voorwand C en de achterwand À is ook de bovenwand D correct gepositioneerd ten opzichte van de shutflap A”. Dit laat toc aan de arm 11 om het voorste segment D aan te drukken tegen de sluitflap A”, zodat de lijn 12 tussen het voorste en achterste deel D en A van de plano 1 terechtkomt.
Hierbij wordt de positioncervinger 16 bij voorkeur teruggetrokken, Terugtrekken kan door het actief achteruit bewegen van de positioneerdvinger 16, zoals geïllustreerd met pui 22. Alternatief en/of bijkomend kan de positioneervinger 16 relatief beschouwd teruggetrokken worden door een voortgaande beweging in de beweegrichting 2 van de doos. Na het uitvoeren van het aandrukken 21 is de doos gevormd met con onderzijde, gevormd door het B-scgment van de plano, cen voorwand gevormd door het C-segment van de plano, een achterwand gevormd door het A-segment van de plano en een bovenwand gevormd door het D-segment van de plano. De zijwanden zijn recds partieel gevormd door de omhoog gevouwen zijflappen A’ en CC”.
In figuur 3E wordt de doos vervolledigd door het omlaag vouwen van de zijflap D en het omhoog vouwen van zijflap B’. Daarbij kan aan óón van de zijflappen lijm voorzion worden, zodat zijflap B’ op ziflap D’ kan vastgezet worden. Alternatief kunnen zuflappen B’ en D verlijmd worden met de reeds omhoog gevouwen zijflappen A’ en C’. De vakman zal begrijpen dat ook de volgorde van hot omhoog vouwen van zijflap B’ en het omlaag vouwen van zijflap D’ kan gewijzigd worden zonder noemenswaardige imvloed op de hierboven beschreven vouwprineipes.
Figuur 3E illustreert verder hoe arm 11 de bovenzijde van de doos D finaal kan aandrukken 21 met de sluitflap A”. Ook toont figuur 3E hoe de positioneervinger teruggetrokken is.
Figuur 4 toont cen bovenaanzicht van cen inrichting voor het vouwen van dozen uit plano’s. De imrichting is gevormd om verschillende goederen met verschillende afmetingen in te pakken in op maat gemaakte dozen. Hiertoe heeft de mrichtmg een aanleversectie 25 voor het aanleveren van plano’s 1. Ter plaatse van de aanleverscctie worden de plano’s op de aandrijflijn 30 gepositioneerd met de zijvlakken dwars op de aandnijflijn 30. De aandrijflijn 30 is voorzien om de plano voort te bewegen in de bewcegrichting 2. De mrichting is verder voorzien van cen positionsersectie 26. In de positioneersectie 26 worden goederen 9 correct gepositioneerd op de plano 1. In de praktijk wordt cen aanvoer 31 voorzien voor de goederen. Via cen controller wordt de aanvoer 31 bij voorkeur operationeel gelinkt met de aanleversectie 25 zodat de plano’s | die via de aanleversectic 25 aangeleverd worden cen vorm en afmetingeon hebben die overeenstemmen met vorm en afmetingen van de goederen 9, 9° die aangeleverd worden via de aanvoer, Meer bepaald hebben opeenvolgende goederen 9 en 9’ dic aangeleverd worden verschillende afmetmgen, en hebben overcenstemmende plano’s 1, die via de aanleversectie 25 aangeleverd worden overcenstemmende verschillende afmetingen.
Ter plaatse van de positioncersectie 26 worden de goederen 9 op een centraal vlak B van de plano 1 gepositioneerd. De vakman zal begrijpen, op basis van bovenstaande toelichting, dat de goederen ook op het centrale vlak © zouden kunnen gepositioneerd worden. Daarbij moeten enkele handelingen, bijvoorbeeld het bewegen van de arm 11, en van de positioneervinger 16 anders uitgevoerd worden. De beweging van de arm 11 zal iets complexer worden, ten gevolge van de beweegnchting van de plano 1, maar de vakman zal begrijpen hoe cen dergelijke mrichtmg op basis van dezelfde werkingsprincipes kan gebouwd worden. Daarbij kan dan gokozen worden om de shutflap À” te laten aansluiten aan cen buitenzijde van de doos, of om de sluitflap te verhuizen naar het vlak D, Wanneer de siuitflap À” ter plaatse van het vlak D gevormd is, kan de werkwijze uitgevoord wordt zoals hierboven beschreven en zoals getoond in de figuren. De shutflap D’ zal dan overlappen met vlak À ter plaatse van de opstaande zijwand van de doos. De arm 11 kan dan verder voorzien zijn om de sluitflap en het vlak À aan ter drukken tegen de zijwand.
Nadat de goederen 9 op de plano 1 gepositioneerd zijn, wordt de plano 1 voortbewogen door de aandrijflijn 30 naar de eerste vouwsectie 27. Ter plaatse van de cerste vouwsectie 27 zorgen de vingers 3, die hierboven tocgelicht zijn aan de band van figuur 2, voor het opwaarts vouwen van de zijflappen die diagonaal gepositioneerd zijn ten opzichte van de goederen
9. Figuur 4 toont hoe twee vingers 3 aan weerszijden van de plano voorzien zijn voor het opwaarts vouwen van zijflappen aan wecrszijden van de aandrijflijn 30. De vakman zal begrijpen dat afhankelijk van de breedte van de plano die afhankelijk is van de grootte van de goederen 9, de vingers 3 dichter of verder van de aandrijflijn 30 bewogen worden door middel van de vingerarm
4.
In de uitvocringsvorm uit figuur 4 bevat de eerste vouwsectie verder de lijmpistolen 10 voor het aanbrengen van lijm op bet voorste segment van de plano 1. Hot zal duidelijk zijn dat de hjmpistolen 10 ook op een andere plaats op de aandrijflijn kunnen voorzien worden.
Figuur 4 illustreert verder de tweede vouwsectie 28 en de derde vouwsectic 29. Om de werking van de inrichting gemakkclijk uit te leggen, zun de tweede vouwsectie 28 en de derde vouwsectie 29 geïllustreerd als verschillende delen van de inrichtine, In de praktijk kunnen deze segmenten of secties 28 en 29 in elkaar overlopen of met clkaar verweven zijn. Bij uitbreiding kunnen ook andere secties 25 en 26 in clkaar overlopen of met elkaar verweven zijn. Ter plaatse van de tweede vouwsectie 28 wordt de achterwand opwaarts gevouwen, Ook zal typisch ter plaatse van deze vouwsectie 28 de positioncervinger 16 voorzien worden. Figuur 4 illustreert hoe de positioncervinger smal is en hoe de hjmpistolen 10 voorzien zijn om lijm aan te brengen excentrisch terwijl de positioncervmger 16 zich centrisch uitstrekt.
In de derde vouwsectie 29 wordt de arm 11 voorzien die, zoals hierboven toegelicht aan de hand van figuur 3, zich van cen postte onder de aandrijflijn 30 beweegt naar cen positie boven de doos. Door deze bewegme en door de voorwaartse beweging in de beweegrichting van de plano, kan de arm op cen cenvoudige wijze de functies uitoefenen die hierboven beschreven zyn aan de hand van figuur 3. De positioncervinger 16 is bij voorkeur gemonteerd op cen actuator die toelaat om de positioncervinger 16 in de beweegrichting 2 te bewegen. Verder is de positioncervinger 16 bij voorkeur in de hoogte beweegbaar. De arm 11 kan uit twee stukken voorzien worden dic aan weerszijden van de aandrijflijn voorzien zijn. Dit laat op eenvoudige wijze toe om de arm te bewegen tot op cen positie onder de aandrijflijn zonder dat de armen in botsing komen met de aandrijflijn 30. De inrichting kan nog cen verdere vouwsectie (met weergegeven) bevatten voor 53 het omhoog en omlaag vouwen van de zuflappen B’ en D’. Daarby kunnen zijflappcn B’ en D voorzien worden van lijm om ze onderling te verbinden of om ze te verbinden met de zyflappen À en/of C’. Ook kan de imrichtmg nog een verders inpaksectie bevatten om bijvoorbeeld een verstevigingsband rond de doos te bevestigen. Verder kan de mrichting cen sectie bevatten voor het labelen van de doos. Alternatief kunnen de planc’s reeds gelabeld aangevoerd worden op basis van de operationele verbinding tussen de aanvocrinrichting 25 en de aanvoer 31.
Op basis van de beschrijving hierboven zal de vakman begrijpen dat de uitvindimg op verschillende manieren en op basis van verschillende principes kan uitgevoerd worden. Daarbij is de uitvinding niet beperkt tot de hierboven beschreven uitvoeringsvormen. De hierboven beschreven uitvoermgsvormen, alsook de figuren zijn louter illustratief en dienen cnkel om het begrip van de uitvinding te vergroten. De uitvinding zal daarom met beperkt zjn tot de uitvocrinesvormen die hierin beschreven zijn, maar wordt gedefinieerd in de conclusies.

Claims (10)

Conclusies
1. Een inrichting voor het vormen van een doos, omvattende: een aandrijflijn (30) geconfigureerd om een plano (1) vooruit te transporteren m een beweegrichtmg (23 op de aandrijflijn (30); een of meer vingers (3) die naast de aandnijflijn (30) zijn geplaatst, waarbij de een of meer vingers (3) zijn geconfigureerd om op en neer te bewegen om zijpanelen (A, B’, C’, D”) van de plano {1} afwisselend op en neer te buigen; één of meer houders {5} die voorwaarts zijn geplaatst vanaf de één of meer vingers (3), waarbij de één of meer houders (5) zodanig zijn gepositioneerd dat de zijpanelen (A’, B’, €’, D’) van de plano {1} in positie worden gchouden door de één of meer houders {5} terwijl de plano {1} vooruit beweegt op de aandnjflijn (303.
2, Inrichting voor het vormen van een doos volgens conclusie |, waarbi ten minste één van de één of meer vingers (3) con langwerpig deel omvat dat taps toeloopt m de richting van cen voorste uitemde daarvan, waarbij het voorste uiteinde is gepositioneerd in de nchtmg van de aaniever- en positioneersectie (25, 26).
3. Inrichtmg voor het vormen van cen doos volgens conclusie 2, waarbij het langwerpige deel van elk van de een of meer vingers (3) naar beneden is gebogen zodanig dat het voorste uitemde daarvan verhcaal lager is geplaatst dan een achterste uiemde daarvan.
4. Inrichting voor het vormen van con doos volgens sen van de conclusies 1-3, verder omvattende een positioncervinger {16} met cen voorrand die naar voren is gericht in de lengterichting van de aandrijflijn (30).
5. Inrichting voor het vormen van cen doos volgens conclusie 4, waarbij; ten minste sen deel van de positioncervinger (16) cen oppervlak omvat dat evenwijdig is aan de aandrijflijn (30),
6. Inrichting voor het vormen van een doos volgens conclusie 4 of 5, waarbij ten minste één deel van de positioncervinger {16} boven de aandrijflijn (30) is geplaatst.
7. Innichting voor het vormen van cen doos volgens cen van de conclusies 4-6, waarbi de positioncervmeer (16) is geconfigureerd om in aangrigping met cen sluitflap (A ’}van de piano {1} te bewegen om de sluitflap (A) in cen gesloten positie te vouwen.
8. Inrichting voor het vormen van cen doos volgens cen van de conclusies 4-7, waarbij de postioneervinger {16} is geconfigureerd om te vangen en te helpen bij het postioneren van gen eerste segment (D) van de plano {1} voor het vouwen van het eerste segment van de plano
6.
9. Inrichting voor het vormen van cen doos volgens cen van de conclusies 4-8, waarbij de positioncervimger (16} is geconfigureerd om is voorkomen dat cen eerste segment (D) van de plano {1} voortijdig in contact komt met goederen (9) die zijn verpakt in de plano (1) en / of een shutflap (A ”} van de plano (1).
10. Innchting voor het vormen van een doos volgens cen van de conclusies 7-9, verder omvattende: con actuator {14} die is geconfigureerd om cen achterliggend segment (A) van de planc (1) om een item {9} op de piano (13 op te vouwen om cen achterwand van cen doos te vormen; een arm (1 1} die is geconfigureerd om leidende segmenten {€ D} van de planc's {1} om het item {9} op de plano {1} te vouwen om cen voorwand en cen bovenoppervlak van de doos te vormen.
BE20195654A 2019-10-04 2019-10-04 Vouwsequentie BE1027617B1 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20195654A BE1027617B1 (nl) 2019-10-04 2019-10-04 Vouwsequentie

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20195654A BE1027617B1 (nl) 2019-10-04 2019-10-04 Vouwsequentie

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1027617A1 BE1027617A1 (nl) 2021-04-28
BE1027617B1 true BE1027617B1 (nl) 2021-05-04

Family

ID=68392645

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE20195654A BE1027617B1 (nl) 2019-10-04 2019-10-04 Vouwsequentie

Country Status (1)

Country Link
BE (1) BE1027617B1 (nl)

Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US20050079965A1 (en) * 2003-10-10 2005-04-14 James Moshier Container forming machine
WO2017203401A1 (en) * 2016-05-24 2017-11-30 F.L. Auto S.R.L. A closing station for closing a cardboard box formed about an article and a machine for packing an article internally of a cardboard box obtained from a cardboard blank

Patent Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US20050079965A1 (en) * 2003-10-10 2005-04-14 James Moshier Container forming machine
WO2017203401A1 (en) * 2016-05-24 2017-11-30 F.L. Auto S.R.L. A closing station for closing a cardboard box formed about an article and a machine for packing an article internally of a cardboard box obtained from a cardboard blank

Also Published As

Publication number Publication date
BE1027617A1 (nl) 2021-04-28

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US11305903B2 (en) Box template folding process and mechanisms
JP4933614B2 (ja) 連続動作梱包システム
NL8301614A (nl) Hulsvormige kartonnen doos voor dranken.
HU205730B (en) Method and machine for forming boxes of polygon cross section from plate material
CN111417578B (zh) 一种用于优化运输容器高度的系统和方法
JP2019517424A (ja) 段ボールブランクの上に載った物品を梱包するための段ボールブランクの折曲げステーションおよび段ボールブランクから得られた段ボール箱の内部で物品を包装するための機械
JP6793823B2 (ja) 段ボール箱などの包装容器の充填前にフラップを離間させる装置、及び該装置を備えた充填ステーション
RU2530869C2 (ru) Картонная коробка для упаковки контейнеров наподобие пакетов для напитков, устройство для закрытия упаковки и способ закрытия упаковки
US8419602B1 (en) Cartoner for cartons having concave sides
US3875724A (en) Method of forming wrap-around shipper package
BE1027617B1 (nl) Vouwsequentie
BE1026202B1 (nl) Vouwsequentie
US20190077106A1 (en) Apparatus, Method and System for the Careful Pre-Folding of Carton Sleeves
BE1028206B1 (nl) Plano vouwproces en mechanismes
BE1026699B1 (nl) Plano vouwproces en mechanismes
BE1030730B1 (nl) Manipulatie-inrichting voor het vouwen van producten en bijbehorende werkwijzen
CA3185954A1 (en) Loading cases with items
NL1023073C2 (nl) Verpakking en plano en inrichting voor het vormen van een dergelijke verpakking.
US20190337649A1 (en) Method and apparatus used to close external cardboard packagings
NL9100499A (nl) Werkwijze en inrichting voor het in dozen verpakken van voorwerpen.
EP2145836A2 (en) Apparatus for and method of making a package
JPH0698967B2 (ja) 前方側サイドフラップの折込み方法

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20210504