BE1026699B1

BE1026699B1 - Plano vouwproces en mechanismes

Info

Publication number: BE1026699B1
Application number: BE20185698A
Authority: BE
Inventors: David Michel Provoost; Dycker Herman Germain De; Steenkiste Dimitri Daniël Raphaël Van; Stefaan Albert Marie-Louise Hamerlinck
Original assignee: Avercon BVBA
Priority date: 2018-10-10
Filing date: 2018-10-10
Publication date: 2020-05-15
Also published as: BE1026699A1

Abstract

Apparaten en werkwijzen voor het vormen van dozen uit plano’s omvatten het voortbewegen van de plano op een aandrijflijn terwijl één of meer zijpaneelvingers verschillende zijpanelen van de plano op een alternerende wijze op een neer bewegen. Eén of meer houders houden de zijpanelen op hun plaats, terwijl de plano voortbeweegt op de aandrijflijn. De op en neer bewogen zijpanelen verstijven verschillende panelen van waaruit ze zich uitstrekken. De verstijfde panelen kunnen minder gevoelig zijn om te buigen langs valse rillen die zich dwars over de plano uitstrekken tijdens vouw- en buigstappen van het doosvormproces.

Description

Plano vouwproces en mechanismes

ACHTERGROND

Technisch veld [0001] De uitvinding heeft betrekking op verpakkingsmachines. Meer bepaald heeft de uitvinding betrekking op werkwijzen en inrichtingen voor het vormen van op maat gemaakte verpakkingsdozen uit velmateriaal.

De relevante technologie [0002] De verkoop van goederen en diensten via internet is de laatste jaren sterk toegenomen en deze trend zal naar verwachting voort blijven duren. Het overgrote deel van de online bestellingen wordt naar de klant verzonden, waardoor de meeste online gekochte producten verpakt moeten worden voor verzending. Uit het brede assortiment aan producten dat besteld wordt, kan de verpakking een aantal uitdagingen voor fabrikanten en distributeurs opleveren. Bijvoorbeeld, terwijl producten in alle soorten en maten verpakt moeten worden en naar klanten gestuurd moeten worden, kunnen fabrikanten en/of distributeurs slechts een beperkt aantal doosformaten hebben om dergelijke producten te verpakken.

[0003] Dientengevolge worden producten vaak in dozen geplaatst die te groot zijn. het gebruik van dozen die te groot zijn maakt gebruik van extra verpakkingsmateriaal, wat verspilling en kostbaar is. Ook verpakkingsdozen die te groot zijn voor het product dat verzonden wordt resulteren in verspilde ruimte in de doos en rondom het product. Deze extra ruimte kan ervoor zorgen dat het product verschuift, stuitert, of anderzijds beweegt in de doos tijdens verzending, wat ertoe leidt dat het product tijdens het transport beschadigd wordt. In veel gevallen wordt vulmateriaal rondom het product in de doos geplaatst om te voorkomen dat het product teveel wordt bewogen. het extra vulmateriaal kost echter geld en tijd.

[0004] Er zijn verpakkingsmachines die in staat zijn om verpakkingsdozen aan te passen aan specifieke productafmetingen om enkele van de hierboven genoemde uitdagingen te beperken of te elimineren. In dergelijke machines worden dozen gevormd uit velmateriaal dat naar de machine toegevoerd wordt, waardoor het velmateriaal in een doossjabloon (of “plano”) gesneden wordt. De plano wordt vervolgens tot een doos gevouwen.

[0005] Alvorens tot doossjabloon te worden gevormd, kan het velmateriaal heen en weer gevouwen worden bovenop zichzelf in afwisselende segmenten in een stapel. Als zodanig omvat het velmateriaal ril- of vouwlijnen die zich uitstrekken over het materiaal tussen segmenten. Vanwege deze ril- of vouwlijnen kan het gebruik van kettingmateriaal (bijvoorbeeld velmateriaal dat heen en weer op zichzelf gevouwen is) voor het vormen van plano's problematisch zijn. Bijvoorbeeld kan de plano gevormd uit kettingmateriaal zich vaak uitstrekken over meerdere

BE2018/5698 segmenten van het kettingmateriaal. Derhalve hebben plano's gevormd uit kettingmateriaal typisch ril- of vouwlijnen die zich uitstrekken over een of meer panelen, lippen of andere delen van de plano. Deze ketting ril- of vouwlijnen die zich uitstrekken over de plano worden “valse rillen” genoemd, omdat zij waarschijnlijk niet rechtstreeks op de plano vallen waar de plano moet gevouwen worden. Dat wil zeggen, verpakkingsmachines verbuigen typisch de plano's bij begrenzingen tussen de panelen en lippen om dozen te vormen en valse rillen komen niet noodzakelijkerwijs overeen met die grenzen. Als zodanig vormen valse rillen zwakke punten in het plano materiaal die ervoor kunnen zorgen dat bepaalde panelen of flappen van de plano in elkaar klappen, buigen, scheuren of anderzijds falen tijdens het buigen of andere doosvouwende werkwijzen binnen een verpakkingsmachine.

[0006] De moeilijkheden die veroorzaakt worden door valse rillen die zich uitstrekken over plano's worden verergerd wanneer de verpakkingsmachine de opdracht krijgt om een verscheidenheid aan aanpasbare doosafmetingen te vormen, zoals hierboven besproken, uit generiek kettingmateriaal. In dergelijke situaties kunnen valse rillen die zich over de plano's uitstrekken op elk punt langs de lengte van de plano optreden, afhankelijk van de grootte en inrichting van de plano, die kan veranderen op basis van de grootte van het product dat wordt verpakt. In wezen kan de positie van valse rillen op plano's veranderen van de ene plano op de volgende. Deze verscheidenheid maakt het voor fabrikanten en/of distributeurs moeilijk om de verpakkingsmachines aan te passen om de moeilijkheden te overwinnen die valse rillen opleveren tijdens het vormingsproces van aanpasbare dozen.

[0007] Dienovereenkomstig zijn er een aantal problemen in de techniek die aangepakt dienen te worden. De hierin op aanspraak gemaakte materie is niet beperkt tot uitvoeringsvormen die eventuele nadelen oplossen, of die alleen werken in omgevingen zoals welke hierboven zijn beschreven. Veeleer wordt deze achtergrond slechts verschaft om een voorbeeld technisch gebied illustreren waar enkele hierin beschreven uitvoeringsvormen in de praktijk gebracht kunnen worden.

KORTE SAMENVATTING [0008] De huidige uitvinding heeft betrekking op verpakkingsmachines. Meer in het bijzonder heeft de huidige uitvinding betrekking op werkwijzen en inrichtingen voor het vormen van op maat gemaakte verpakkingsdozen uit generiek kettingmateriaal. In een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding omvat een methode voor het vormen van een doos uit een plano , bijvoorbeeld het verschaffen van een plano op een aandrijflijn. De plano kan een aantal panelen omvatten, waaronder een voorpaneel, een tussenpaneel, een onderpaneel, een achterpaneel en een lijmlip die zich uitstrekt vanaf het achterpaneel. Elk paneel heeft een of meer zijflappen, die zich daarvan

BE2018/5698 uitstrekken. In een dergelijke uitvoeringsvorm omvat de werkwijze verder het voortbewegen van de plano op de aandrijflijn en op een alternerende wijze zijwaarts vouwen van de zijflappen. [0009] In een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding omvat een werkwijze voor het vormen van een doos, het verschaffen van een plano op een aandrijflijn en het daarop voortbewegen van de plano. Terwijl de plano voortbeweegt op de aandrijflijn, worden verschillende zijflappen van de plano op alternerende wijze op en neer bewogen om panelen te verstijven waaruit de zijflappen zich uitstrekken. Ook houdt een houder de zijflappen die opgevouwen zijn in positie vast en houdt het een bodempaneel van de plano naar beneden terwijl de naburige panelen van de plano omhoog en over gevouwen worden om achter-, voor- en boven- oppervlakken van de doos te vormen. In een dergelijke uitvoeringsvorm is de leidende onderhoek van de houder afgeschuind zodat voorpanelen van de plano gedeeltelijk opgevouwen kunnen worden voordat het voorpaneel volledig een voorrand van de houder passeert.

[0010] In een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding omvat een werkwijze voor het vormen van een doos het verschaffen van een plano op een aandrijflijn en het daarop voortbewegen van de plano. Terwijl de plano voortbeweegt op de aandrijflijn, worden verschillende zijflappen van de plano op alternerende wijze op en neer bewogen om panelen te verstijven waaruit de zijflappen zich uitstrekken. In een dergelijke uitvoeringsvorm houdt een houder de zijflappen die opgevouwen zijn vast in positie en houdt een onderpaneel van de plano naar beneden terwijl naburige panelen van de plano omhoog en over gevouwen worden om achter-, voor- en boven oppervlakken van de doos te vormen. Ook vouwt een spatelarm de lijmlip naar beneden en maakt de voorrand van de spatel contact met een grens van de twee voor panelen van de plano. Op deze manier worden de twee voor panelen op de grens gevouwen om het boven- en vooroppervlak van de doos te vormen.

[0011] In een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding omvat een werkwijze voor vormen van een doos het verschaffen van een plano op een aandrijflijn en het daarop voortbewegen van de plano. Terwijl de plano voortbeweegt op de aandrijflijn, worden verschillende zijflappen van de plano op alternerende wijze op en neer bewogen om panelen te verstijven waaruit de zijflappen zich uitstrekken. Ook houdt een houder de zijflappen die opgevouwen zijn in positie vast en houdt het een onderpaneel van de plano naar beneden terwijl naburige panelen van de plano omhoog en over gevouwen worden om achter-, voor- en boven oppervlakken van de doos te vormen.

[0012] In een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding omvat een werkwijze voor het vormen van een doos uit een plano het voorzien van een plano op een aandrijflijn. De plano kan een aantal panelen omvatten, waaronder een voorpaneel, een tussenpaneel, een onderpaneel, een achterpaneel en een lijmlip die zich uitstrekt van het achterpaneel. Elk paneel heeft een of meer zijflappen die zich daarvan uitstrekken. In een dergelijke uitvoeringsvorm omvat de werkwijze het voortbewegen van de plano op de aandrijflijn en het op een alternerende wijze op en neer vouwen van de

BE2018/5698 zijflappen. Een houder houdt de gevouwen zijflappen in positie vast terwijl de plano voortbeweegt op de aandrijflijn. Terwijl de plano verder voortbeweegt, worden de twee voorpanelen en de twee achterpanelen omhoog en over gevouwen om respectievelijk de boven-, voor-, achter- en lijmlipoppervlakken van de doos te vormen. Bovendien houden, in een dergelijke uitvoeringsvorm, een of meer volgende gehoekte armen en een of meer leidende gehoekte armen de volgende onderhoek en de leidende bovenhoek van de doos onder een vaste hoek vast.

[0013] In een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding omvat een doosvormmachine een aandrijflijn. De aandrijflijn heeft een langsrichting en een aandrijfmechanisme dat ingericht is om een plano voort te bewegen op de aandrijflijn. De doosvormmachine omvat ook een of meer vingers en een of meer houders. De vingers zijn ingericht om zijflappen van de plano op een alternerende wijze op te tillen en naar beneden te duwen terwijl de plano voortbeweegt op de aandrijflijn. De een of meer houders zijn ingericht om de zijflappen van de plano in positie vast te houden terwijl de plano voortbeweegt op de aandrijflijn.

[0014] Deze samenvatting is voorzien om een selectie van concepten in een eenvoudige vorm te introduceren die hieronder in de gedetailleerde beschrijving verder beschreven worden. Deze samenvatting is bedoeld om de belangrijkste kenmerken of essentiële kenmerken van het geclaimde onderwerp te identificeren, noch is het bedoeld om te worden gebruikt als hulpmiddel bij het bepalen van de reikwijdte van het geclaimde onderwerp. Extra kenmerken en voordelen van de geopenbaarde uitvoeringsvormen zullen uiteengezet worden in de beschrijving die volgt, en zullen duidelijk zijn uit de beschrijving, of geleerd worden door de praktijk van de uitvinding. Deze en andere kenmerken zullen duidelijker worden uit de volgende beschrijving en de bijgevoegde conclusies of kunnen geleerd worden door de praktijk van de huidige uitvinding.

KORTE BESCHRIJVING VAN DE FIGUREN [0015] Om de bovenstaande en andere voordelen en kenmerken van de huidige uitvinding verder te verduidelijken, zal een meer specifieke beschrijving van de uitvinding gegeven worden door verwijzing naar specifieke uitvoeringsvormen daarvan welke geïllustreerd zijn in de bijgevoegde figuren. Het zal duidelijk zijn deze tekeningen alleen geïllustreerde uitvoeringsvormen van de uitvinding weergeven en daarom niet als beperking van de omvang ervan moeten worden beschouwd. De uitvinding zal beschreven worden en toegelicht worden met aanvullende specificiteit en details door het gebruik van de bijgevoegde figuren, waarin:

[0016] Figuur 1 een voorbeeld doosvormmachine en een systeem illustreert, omvattende een materiaal toevoer systeem, een plano snijmachine, een product toevoer machine en een doosvormmachine;

[0017] Figuur 2 een detailaanzicht van het systeem geïllustreerd in figuur 1 illustreert, inclusief de product toevoer machine en de doosvormmachine;

BE2018/5698 [0018] Figuur 3 een voorbeeld plano gevormd door een plano vorm machine omvattende een aantal panelen, zijflappen en een lijmflap illustreert;

[0019] Figuur 4 een aandrijflijn van een doosvormmachine, waarbij de aandrijflijn een plano voortbeweegt op een transportband, en een aantal armen, houders en zijflapvingers illustreert;

[0020] Figuur 5 de plano verder langs de aandrijflijn met een zijflapvinger illustreert, waarbij een eerste stel zijflappen naar beneden gevouwen wordt tijdens het voortbewegen van de plano op de aandrijflijn;

[0021] Figuur 6 de plano verder langs de aandrijflijn illustreert, waarbij de zijflapvinger een stel zijpanelen naar boven vouwt terwijl de plano voortbeweegt op de aandrijflijn;

[0022] Figuur 7 de plano verder langs de aandrijflijn illustreert, waarbij het aantal zijflappen op een alternerende wijze op en neer gevouwen worden en waarbij de verschillende panelen en zijflappen op hun plaats gehouden worden door de houders terwijl de plano voortbeweegt op de aandrijflijn;

[0023] Figuur 8 armen van de doosvormmachine illustreert die panelen van de plano optilt om voor en achter vlakken van de doos te vormen;

[0024] Figuren 9 en 10 de aandrijflijn van de doosvormmachine zonder de plano illustreren om een stel volgende gehoekte armen te tonen die omhoog komen terwijl de volgende gehoekte armen voortbewegen langs de aandrijflijn;

[0025] Figuur 11 een achter perspectiefaanzicht illustreert van een stel volgende gehoekte armen op een aandrijflijn die een onder achterhoek van een doos onder een hoek vasthoudt, terwijl de plano voortbeweegt op de aandrijflijn;

[0026] Figuur 12 een spatelarm van de doosvormmachine illustreert die een lijmflap naar beneden vouwt terwijl de plano voortbeweegt op de aandrijflijn;

[0027] Figuur 13 een stel armen van de doosvormmachine illustreert die panelen van de plano omhoog vouwen om een voor oppervlak van de doos te vormen terwijl de plano voortbeweegt op de aandrijflijn;

[0028] Figuur 14 de stel armen geïllustreerd in figuur 13 illustreert, waarbij een voorpaneel van de plano omlaag wordt gevouwen om een bovenoppervlak van de doos te vormen terwijl de plano voortbeweegt op de aandrijflijn;

[0029] Figuur 15 een leidende gehoekte arm van de doosvormmachine illustreert die een boven voorhoek van de doos onder een hoek vasthoudt terwijl de plano voortbeweegt op de aandrijflijn;

[0030] Figuren 16 een boven zijarm van de doosvormmachine illustreren die zijflappen van de plano omlaag vouwt om een zijoppervlak van de doos te vormen terwijl de plano voortbeweegt op de aandrijflijn; en

BE2018/5698 [0031] Figuur 17 een onder zijarm van de doosvormmachine illustreert die zijflappen van de plano omhoog vouwt om een zijoppervlak van de doos te vormen terwijl de plano voortbeweegt op de aandrijflijn.

GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING [0032] De huidige uitvinding heeft betrekking op verpakkingsmachines. Meer specifiek heeft de huidige uitvinding betrekking op werkwijzen en inrichtingen voor het vormen van op maat gemaakte verpakkingsdozen uit generiek kettingmateriaal. In een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding omvat een werkwijze voor het vormen van een doos uit een plano bijvoorbeeld het verschaffen van een plano op een aandrijflijn. De plano kan een aantal panelen omvatten, waaronder een voorpaneel, een tussenpaneel, een onderpaneel, en een achterpaneel. Elk paneel heeft één of meer zijflappen die zich daarvan uitstrekken. Bovendien kan elke plano al dan niet één of meer valse rillen omvatten die zich daarover uitstrekken. In een dergelijke uitvoeringsvorm omvat de werkwijze verder het voortbewegen van de plano op een aandrijflijn en het op een alternerende wijze op en neer vouwen van de zijflappen.

[0033] Uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding lossen één of meer van de hierboven besproken problemen in de techniek op door werkwijzen en apparaten voor het vormen van dozen uit (of “plano's”) die al dan niet valse rillen hebben die zich daaroverheen uitstrekken te voorzien. De hierin beschreven werkwijzen en apparaten omvatten stappen en inrichtingen die verschillende panelen en flappen van de plano's gevormd uit kettingmateriaal verstijven, zodat de valse rillen geen negatieve invloed hebben op het vouwproces of de structurele integriteit van de laatste doos. [0034] Nu kijkend naar de figuren, illustreert figuur 1 een voorbeelddoosvormmachine en systeem 100, omvattende een materiaal toevoersysteem 102, een plano snijmachine 104, een producttoevoermachine 106 en een doosvormmachine 108. Zoals te zien in figuur 1 omvat het materiaaltoevoersysteem 102 verschillende stapels kettingmateriaal 110 die naar de lege snijmachine 104 toegevoerd kunnen worden. Zoals hierboven opgemerkt, kan het kettingmateriaal 110 rillen 112 bevatten, waar het materiaal gevouwen is om de stapels 110 van aaneengesloten kettingsegmenten 114 te vormen.

[0035] Het hierin geïllustreerde kettingmateriaal 110 kan golfkarton, karton of andere verpakkingsmaterialen, of een combinatie daarvan omvatten. Hoewel het kettingmateriaal golfkarton/karton kan omvatten, kunnen één of meer uitvoeringsvormen van kettingmateriaalstapels 110 andere materialen dan golfkarton/karton omvatten die gebruikt kunnen worden om pakketten en dozen te vormen. Kettingmaterialen kunnen bijvoorbeeld verschillende kunststoffen, rubbers, papier of andere bruikbare materialen omvatten, of combinaties daarvan die algemeen bekend zijn in de techniek van verpakking en doosvorming.

BE2018/5698 [0036] Het kettingmateriaal wordt toegevoerd naar de plano snijmachine voor het vormen van een vlakke doossjabloon, of “plano”, die in meer detail in figuur 3 geïllustreerd is. Eerst wordt in figuur 2 een detailaanzicht van de planosnijmachine 104, producttoevoermachine 106 en doosvormmachine 108 getoond. De planosnijmachine 104 voert een plano toe naar de doosvormmachine 108, die de plano vouwt tot een doos voor verpakking van één of meer goederen. In het voorbeeldsysteem geïllustreerd in figuur 2 kan de producttoevermachine 108 een transportband 116 omvatten die één of meer goederen toevoert op de door de planosnijmachine 104 gevormde plano, voordat de doosvormmachine 108 de plano tot een doos vouwt.

[0037] Bovendien kan de productoevoermachine 106 één of meer scanners 118 omvatten, waaronder één of meer dimensionale en/of barcodescanners die de afmetingen van de één of meer goederen die verpakt worden, bepalen. Deze afmetinggegevens kunnen dan doorgegeven worden aan de planosnijmachine 104 die op zijn beurt een plano tot optimale afmetingen kan snijden, die extra ruimte rond de één of meer goederen binnen het uiteindelijke doosproduct minimaliseert. Nadat de één of meer goederen op het juiste gebied van de in de planosnijmachine 104 gevormde plano geplaatst zijn, worden de één of meer goederen en de plano naar de doosvormmachine 108 gevoerd. Als zodanig kan de doosvormmachine 108 een doos vormen rond de één of meer goederen die op de plano geplaatst zijn.

[0038] Zoals hierboven opgemerkt, kan een plano gevormd in de planovormmachine 104 een vlak velmateriaal omvatten met een aantal panelen, zijflappen en/of lippen die onder verschillende hoeken kunnen gebogen worden om de verpakkingsdozen van verschillende vormen en afmetingen te vormen. Figuur 3 toont een voorbeeld van een plano 300 dat door de planosnijmachine 104 gesneden is uit een deel kettingmateriaal 110. Ter referentie geeft de pijl aan de rechterzijde van figuur 3 de voorwaartse richting aan waarin de plano 300 door de doosvormmachine 108 voortbeweegt. In het geïllustreerde voorbeeld omvat de plano 300 een voorpaneel A, een tussenpaneel B, een onderpaneel C, een achterpaneel D, en een lijmlippaneel E. Elk paneel omvat tegenoverliggende zijpanelen of flappen A’-E’ die zich dwars op elke zijde van de overeenkomstige panelen A-E kunnen uitstrekken.

[0039] Het voorpaneel A wordt aangeduid als het “voorpaneel” omdat het in de voorwaartse richting georiënteerd is, terwijl het in de plano 300 door de doosvormmachine 108 voortbeweegt. Evenzo, duidt het achterpaneel D een paneel aan dat het achter andere panelen aanloopt wanneer de plano 300 voortbeweegt door de doosvormmachine 108. Het onderpaneel C is hoofdzakelijk gepositioneerd waar de één of meer goederen geplaatst kunnen worden door de producttoevoermachine 106. Het onderpaneel C kan het onderoppervlak van de eindelijke doos vormen.

[0040] De plano 300 geïllustreerd in figuur 3 is bedoeld als een niet-beperkend voorbeeld van een configuratie van een plano. Men zal begrijpen dat de planosnijmachine 104 plano’s van een

BE2018/5698 willekeurig aantal vormen, afmetingen en paneelconfiguraties kan vormen om dozen te produceren die elk aantal productvormen en afmetingen kunnen verpakken. Bijvoorbeeld kan een plano in één of meer uitvoeringsvormen meer panelen of minder panelen hebben dan die geïllustreerd in figuur 3. Ook kan in één of meer uitvoeringsvormen een plano panelen omvatten met slechts één zijpaneel dat zich daarvan uitstrekt, meer dan twee zijpanelen die zich daarvan strekken, of geen zijpanelen die zich daarvan uitstrekken. In één of meer uitvoeringsvormen kan een plano gevormd worden die geen lijmlippen of twee of meer lijmlippen omvat die op verschillende plaatsen op de plano gepositioneerd zijn.

[0041] Echter, ten behoeve van het illustreren en beschrijven van verschillende uitvoeringsvormen van de doosvormmachine volgens de huidige uitvinding, zal de plano 300 weergegeven in figuur 3 de plano 300 zijn die geïllustreerd is in de volgende figuren. De stippellijnen getoond op de plano 300 van figuur 3 kunnen slechts illustratief zijn voor begrenzingen tussen panelen en/of lippen waar de doosvormmachine 108 de plano 300 kan buigen om een doos te vormen. In één of meer uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding, kan de planosnijmachine 104 het materiaal bij de grenslijnen van de plano 300 rillen, drukken, plooien of anderzijds beïnvloeden om zwakheden in het materiaal te vormen. Op deze manier is de plano meer geneigd om te buigen bij de weergegeven grenslijnen wanneer de zijpanelen A’-E’ of panelen A-E gemanipuleerd worden door de doosvormmachine 108. De geïllustreerde plano 300 is ingericht om een rechthoekig gevormde doos te vormen, zoals duidelijk zal zijn uit de beschrijving en figuren die volgen.

[0042] Figuren 4 tot 17 illustreren verschillende stappen van een werkwijze voor het vormen van een doos in de doosvormmachine 108, en componenten van de doosvormmachine 108 die de plano’s tot de dozen vouwt. In deze figuren wordt voor illustratieve doeleinden de plano 300 voortbewegend door de doosvormmachine 108 getoond zonder dat er enige goederen of producten op geplaatst zijn. Het is echter duidelijk, zoals hierboven besproken, dat één of meer goederen op de plano geplaatst kunnen worden voordat de plano door de doorvormmachine 108 beweegt, zodat een doos rond de goederen gevormd wordt. In het bijzonder kunnen in de uitvoeringsvorm van de plano 300 die hierin getoond is, één of meer goederen op het onderpaneel C, dat het onderoppervlak van de doos die gevormd wordt, vormt, geplaatst worden.

[0043] Figuur 4 illustreert een inwendig gedeelte van de doosvormmachine 108 met de plano 300 die de doosvormmachine 108 langs links binnengaat. Ter referentie, de richting waarnaar hierin wordt verwezen als de “voorwaartse” richting wordt geïllustreerd van links naar rechts in figuur 4 en in de volgende figuren. De doosvormmachine 108 kan een aandrijflijn 108 omvatten die de plano 300 door de doorvormmachine 108 voortbeweegt. Daartoe kan de aandrijflijn 400 één of meer aandrijfmechanismen omvatten die de plano 300 langs de aandrijflijn 400 voortbeweegt. Eén of meer uitvoeringsvormen kunnen verschillende aandrijfmechanismes omvatten, zoals transportbanden, kettingen, roloppervlakken, rails e.d., of combinaties daarvan.

BE2018/5698 [0044] De doosvormmachine 108 kan ook één of meer armen 402, houders 404 en zijpaneelvingers 406 omvatten, welke elk in meer detail beschreven zullen worden met verwijzing naar de volgende figuren. Zoals getoond in figuur 4 kan de plano 300 de doosvormmachine 108 op een vlakke manier binnengaan wanneer deze begint voort te bewegen langs de aandrijflijn 400. Bijvoorbeeld, zoals getoond in figuur 4, zijn het voorpaneel A en bijbehorende zijpanelen A’ over het algemeen vlak, wanneer de plano 300 de doosvormmachine 108 binnengaat.

[0045] De zijpaneelvingers 406 kunnen echter de zijpanelen A’-E’ op alternerende wijze op en neer bewegen wanneer de plano 300 voortbeweegt op de aandrijflijn 400. Bijvoorbeeld, zoals getoond in figuur 5, kunnen de zijpaneelvingers 406 op en neer bewegen terwijl de aandrijflijn 400 de plano 300 voortbeweegt zodanig dat de zijpanelen A’ naar beneden gedrukt worden, en de zijpaneelvingers 406 onder de zijpanelen B’ geplaatst zijn. Vervolgens, zoals getoond in figuur 6, kunnen de zijpaneelvingers 406 naar boven bewegen wanneer de plano 300 voortbeweegt op de aandrijflijn 400 om zijpanelen B’ op te tillen onder een hoek ten opzichte van het tussenliggende paneel B van plano 300. Eens de zijpaneelvingers 406 terug naar boven bewegen, zoals getoond in figuur 6, kunnen de zijpaneelvingers 406 boven zijpanelen C’ geplaatst worden.

[0046] Zoals hierin beschreven, betekent het op een alternerende wijze op en neer bewegen van de zijflappen dat afwisselende zijflappen op en neer gevouwen worden. Met andere woorden, een zijflap wordt naar beneden gevouwen en de aangrenzende zijflap wordt naar boven gevouwen, enz. Als een gevolg wordt elke andere zijflap naar boven gevouwen, terwijl de andere zijflappen naar beneden gevouwen worden.

[0047] Wanneer een zijpaneel naar beneden gedrukt wordt of opgetild wordt door de zijpaneelvingers 406, zoals de zijpanelen A’ en zijpanelen B’, respectievelijk getoond in figuren 5 en 6, kunnen de panelen waarvan de zijpanelen uitsteken, verstijfd zijn. Bijvoorbeeld, omdat zijpanelen B’ opgetild worden, is het tussenpaneel B van welke zijpanelen B’ zich uitstrekken, verstijfd. Het tussenpaneel B dat star bevestigd is aan zijpanelen B’, heeft minder kans te buigen of anderzijds te falen op een andere plaats dan de grens daartussen omdat de zijpanelen B’ die zich daarvan uitstrekken gevouwen zijn en niet langer co-planair zijn met tussenpaneel B. Op dezelfde manier kunnen de zijpanelen A’ die naar beneden gevouwen/gebogen zijn het voorpaneel A van waar zij zich uitstrekken, verstijven. Hetzelfde geldt voor de andere panelen A-E als de zijpanelen A’-E’ op alternerende wijze op en neer gebogen worden, wanneer de plano 300 voortbeweegt op de aandrijflijn 400.

[0048] Het verstijven van de panelen A-E wanneer de plano 300 voortbeweegt op de aandrijflijn 400 kan de panelen A-E versterken en verzekeren dat de panelen A-E gebogen of gevouwen worden op de juiste grenslijnen tussen aangrenzende panelen tijdens daaropvolgende planovouwmethoden en stappen van het doosvormproces dat hierin beschreven wordt. Langs deze lijnen kan het verstijven van verschillende panelen van de plano 300 het risico verminderen dat

BE2018/5698 panelen buigen of vouwen langs valse rillen die zich uitstrekken over de plano 300 op andere plaatsen dan de grenzen tussen de panelen.

[0049] Figuur 6 illustreert een voorbeeld van een valse ril 112 die zich over plano 300 uitstrekt. Zoals te zien is in figuur 6, strekt de plano 300, die gesneden was uit kettingmateriaal 110, zich uit over een kettingril 112 waardoor een “valse ril” in de plano 300 ontstaat. De valse rillen 112 van plano 300 kunnen zwakheden in het planomateriaal vormen die veroorzaken dat panelen A-E en zijpanelen A’-E’ ten onrechte buigen of vouwen tijdens het vormen van de doos. Omdat, echter, de zijpanelen B’ onder een hoek worden opgetild door de zijpaneelvingers 406, kunnen tussenpaneel B en de zijpanelen B’ verstijfd worden. Dat wil zeggen dat het tussenpaneel B de neiging kan hebben om te buigen bij de juiste grens tussen de aangrenzende panelen A en C, in plaatst van te buigen langs de valse ril 112, vanwege de hoek van de zijpanelen B’ ten opzichte van het tussenpaneel B.

[0050] Evenzo is, zoals getoond in de figuren 5 en 6, het voorpaneel A verstijfd doordat de zijpanelen A’ die zich daarvan uitstrekken onder een hoek ten opzichte van het voorpaneel A naar beneden gebogen zijn. Terwijl de plano 300 voortbeweegt op de aandrijflijn 400 kunnen de houders 404 panelen vasthouden die naar beneden in hun vlakke positie gevouwen zijn. De houder 404 geïllustreerd in figuur 6 omvat bijvoorbeeld een onderrand die bovenop het zijpaneel A’ zit, wanneer de plano 300 voortbeweegt op de aandrijflijn 400. In één of meer uitvoeringsvormen kunnen de houders 404 stationair zijn. In één of meer andere uitvoeringsvormen, kunnen de houders 404 tijdelijk of permanent beïnvloed worden om aangepast te zijn aan de behoefte van verschillende plano’s en paneelconfiguraties. Zoals duidelijk zal zijn uit de volgende figuren kunnen de houders 404 ook de positie van de zijpanelen A’-E’ die naar boven zijn gevouwen, vasthouden, terwijl de plano 300 voortbeweegt op de aandrijflijn 400.

[0051] Figuur 7 illustreert de plano 300 die verder langs de aandrijflijn 400, getoond in figuur 6, is voortbewogen. Figuur 7 illustreert de zijpaneelvingers 406 die de zijpanelen D’ omhoog duwen om achterpaneel D te verstijven. Zoals getoond zijn zijpanelen A’ naar beneden gevouwen, zijpanelen B’ naar boven gevouwen, zijpanelen C’ naar beneden gevouwen, zijpanelen D’ naar boven gevouwen en zijpanelen E’ kunnen naar beneden gevouwen zijn. Op deze manier kunnen de zijpaneelvingers 406 de zijpanelen A’-E’ op alternerende wijze op en neer vouwen, terwijl de houders 404 de posities van de zijpanelen A’-E’ ofwel naar boven ofwel naar beneden (of plat) vasthouden, terwijl de plano (300) voortbeweegt op de aandrijflijn 400.

[0052] Eens de zijpanelen A’-E’ gevouwen zijn om de respectieve panelen A-E te verstijven, dan kan de plano 300 verschillende buig-/vouwstappen ondergaan om een doos te vormen. Zoals getoond in figuur 8 kan, eens het voorpaneel A zich volledig uitstrekt voorbij de voorste uiteinden van de houders 404, één of meer armen 402 - waarover het voorpaneel A en het tussenpaneel B voortbewogen zijn - omhoog worden gebracht als de plano 300 zich voortbeweegt op de

BE2018/5698 aandrijflijn 400. Wanneer de armen 402 het voorpaneel A en het tussenpaneel B opheffen zoals getoond, kan de plano 300 langs de grens tussen het tussenpaneel en het onderpaneel C gebogen worden in plaats langs van de getoonde valse ril 112. Aldus zorgt de verstijving van de panelen AE, als gevolg van de op en neer gevouwen A’-E’, ervoor dat eventuele valse rillen 112 die zich dwars op de plano 300 kunnen uitstrekken geen negatieve invloed hebben op de vouwstappen van de doosvormmachine 108.

[0053] Ook, zoals getoond in figuur 8, kunnen achterpaneel D en lijmlippaneel D’ omhoog getild/gevouwen worden door één of meer volgende gehoekte armen die boven aandrijflijn 400 uit kunnen stijgen vanonder de panelen D en E. Achterpaneel D en lijmlippaneel E kan opgetild worden tegelijkertijd met, vlak voordat of vlak nadat hoofdpaneel A en tussenpaneel B door de armen 402 opgetild worden.

[0054] De houder, die boven- en ondergedeelten 404a en 404b kunnen omvatten, kunnen verschillende zijpanelen A’-E’ in positie vasthouden gedurende het vouwen gedurende de vouwstappen geïllustreerd in figuur 8. Bovendien kunnen de houders het onderpaneel C vasthouden terwijl de andere panelen A, B, D en E opgetild worden door de armen 402 en de volgende gehoekte armen. Op deze manier wordt de plano 300 niet van de aandrijflijn 400 getild tijdens de hierin beschreven vouwstappen.

[0055] Ook kunnen in één of meer uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding de leidende onderhoeken van de houders 404 afgeschermd, of onder een hoek geplaatst zijn. In dergelijke uitvoeringsvormen kunnen de armen 402 beginnen met het optillen van het voor- en tussenpaneel A, B voordat het voorpaneel A en/of tussenpaneel B door de aandrijflijn 400 geheel voorbij de voorrand van de houders 404 voortbewogen zijn. In een dergelijke uitvoeringsvorm kan de afgeschuinde hoek van de houders 404 de snelheid van het vormen van een doos uit de plano 300 in de doosvormmachine 108 vergroten, omdat de armen eerder kunnen beginnen met het optillen/vouwen van de voor- en tussenpanelen A, B dan wanneer de voor- en tussenpanelen A, B volledig voorbij de houders 404 voortbewogen moesten zijn voordat de armen 402 zouden kunnen beginnen met het optillen/vouwen van de voor- en tussenpanelen A, B.

[0056] De volgende gehoekte armen die hierboven vermeld zijn met verwijzing naar figuur 8, die het achterpaneel D en het lijmlippaneel E optillen, zijn niet weergegeven vanwege de plano 300 die aangebracht is op de aandrijflijn 400. Figuur 9 illustreert echter de aandrijflijn 400 zonder de plano 300 erop, om een uitvoeringsvorm van de volgende gehoekte armen 900 te tonen. Voordat de volgende gehoekte armen 900 het achterpaneel D en het lijmlippaneel E van de plano 300 optillen, kunnen de volgende gehoekte armen 900 gelijk met of onder de aandrijflijn 400 liggen. Figuur 9 illustreert de volgende gehoekte armen 900 wanneer deze boven de aandrijflijn 400 beginnen te stijgen om het achterpaneel D en het lijmlippaneel E omhoog te tillen. In één of meer

BE2018/5698 uitvoeringsvormen kunnen de volgende gehoekte armen 900 zich omhoog uitstrekken, totdat zij rechtop staan, zoals getoond in figuur 10.

[0057] In één of meer uitvoeringsvormen kan de doosvormmachine 108 slechts één volgende gehoekte arm 900, of meer dan twee volgende gehoekte armen 900, omvatten. Bovendien kunnen de volgende gehoekte armen 900 in één of meer uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding zich uitstrekken over een willekeurig aantal hoeken, afhankelijk van de vorm van de doos die gevormd wordt en de vereiste hoek van het achterpaneel D ten opzichte van het onderpaneel C. Op deze manier illustreert figuur 11 een perspectiefaanzicht van een stel volgende gehoekte armen 900 die zich opwaarts uitstrekken met een plano 300 op de aandrijflijn 400. Zoals getoond strekken de volgende gehoekte armen 900 zich omhoog uit boven de aandrijflijn 400 om het achterpaneel B en het onderpaneel C onder een hoek ten opzichte van elkaar te buigen langs de grens tussen de panelen C, D. In één of meer uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding kunnen de getoonde volgende gehoekte armen langs de aandrijflijn 400 met de plano 300 mee voortbewegen om de volgende onderhoek van de doos vast te houden terwijl de plano 300 voortbeweegt.

[0058] Kijkend naar figuur 12 kan de doosvormmachine 108 ook een spatel 1200 omvatten die zich naar beneden uitstrekt om het lijmlippaneel E naar beneden te vouwen wanneer de plano voortbeweegt op de aandrijflijn 400. De spatel kan het lijmlippaneel E naar beneden vouwen, tegelijkertijd met het optillen van het achterpaneel D. In één of meer andere uitvoeringsvormen kan de spatel 1200 het lijmlippaneel naar beneden vouwen, nadat het achterpaneel D opgetild is. Ook kan de spatel 1200 een voorrand 1202 omvatten die zich dwars over de aandrijflijn 400 uitstrekt. [0059] Zoals getoond in figuur 13, kan de voorrand 1202 van de spatel 1200, die verborgen is door paneel A dat omhoog getild wordt door de armen 402, zich uitstrekken naar en contact maken met de grens tussen het voorpaneel A en het tussenpaneel B. Terwijl de plano 300 voortbeweegt op de aandrijflijn 400, zoals getoond in figuur 14, kunnen de armen 402 verder omhoog gaan over de grens tussen het voorpaneel A en het tussenpaneel B. Terwijl de armen 402 op deze wijze naar boven stijgen, kan de voorrand van de spatel 1200 contact maken met de grens van het voorpaneel A en het tussenpaneel B, zodat het voorpaneel A ten opzichte van het tussenpaneel B buigt langs de voorrand 1202 ter plaatse van die grens.

[0060] Het zal ook duidelijk zijn dat de gebogen zijpanelen B' die zich uitstrekken van het tussenpaneel B ook de juiste vouwpositie tussen de voor- en tussenpalen A, B kunnen vergemakkelijken. Bijvoorbeeld, zoals getoond in figuur 14, maakt het zijpaneel B' dat naar boven gevouwen is, contact met het onderpaneel C en/of de zijpanelen C' om te voorkomen dat het tussenpaneel B nog verder buigt, terwijl de armen 402 neer duwen op het voorpaneel A. Hetzelfde geldt voor het zijpaneel D' dat zich uitstrekt van het achterpaneel D, wanneer het achterpaneel D omhoog gedrukt wordt en het lijmlippaneel E naar beneden gedrukt wordt door de spatel 1200, zoals hierboven beschreven. Aldus kan het buigen van de zijpanelen A'-E' zoals hierin beschreven

BE2018/5698 ook functioneren om een juiste buiging van de plano 300 te verzekeren wanneer de armen 402, de volgende gehoekte armen 900 en de spatel 1200 op de verschillende panelen A-E drukken.

[0061] Zoals getoond in figuur 15 kunnen de armen 402, wanneer de plano voortbeweegt op de aandrijflijn 400, mee met het voorpaneel A van de plano 300 voortbewegen, en het voorpaneel A tegen het lijmlippaneel E dat naar beneden gevouwen is door de spatel 1200 drukken. Wanneer dit gebeurt, kan de spatel 1200 teruggetrokken worden tussen het lijmlippaneel E en het voorpaneel A. In een uitvoeringsvorm kan de spatel 1200 zich terugtrekken juist voordat het voorpaneel A contact maakt met het lijmlippaneel E. In een andere uitvoeringsvorm kan de spatel 1200 zich terugtrekken juist nadat het voorpaneel A contact maakt met het lijmlippaneel E. In nog een andere uitvoeringsvorm kan de spatel 1200 zich tegelijkertijd terugtrekken wanneer het voorpaneel A contact maakt met het lijmlippaneel E.

[0062] Zoals getoond in figuur 15 kan het voorpaneel A, zodra het voorpaneel A door de armen 402 omlaag gevouwen is, het bovenoppervlak van een doos 1500 vormen. Op deze manier kan het tussenpaneel B een vooroppervlak van de doos 1500 vormen, het onderpaneel C, het onderoppervlak van de doos 1500 vormen en kan het achterpaneel D het achteroppervlak van de doos 1500 vormen.

[0063] Zoals ook getoond in figuur 15, kan de doosvormmachine 108 een leidende gehoekte arm 1502 omvatten. Zodra het voorpaneel A naar beneden geduwd is om het bovenoppervlak van de doos 1500 te vormen, kan de leidende gehoekte arm 1502 zich naar beneden uitstrekken en contact maken met het bovenoppervlak en het vooroppervlak van de doos 1500. Dienovereenkomstig kan in een uitvoeringsvorm de leidende gehoekte arm 1502 een eerste component 1502a omvatten die ingericht is om contact te maken met het bovenoppervlak en een tweede component 1502b die ingericht is om contact te maken met het vooroppervlak. In de geïllustreerde uitvoeringsvorm, die een rechthoekig gevormde doos 1500 toont, gevormd uit de plano 300, zijn de eerste en tweede componenten 1502a en 1502b onder een hoek van 90 graden ten opzichte van elkaar opgesteld. In een dergelijke uitvoeringsvorm kan de leidende gehoekte arm 1502 de leidende bovenhoek van de doos 1500 vasthouden onder een hoek van 90 graden wanneer de plano voortbeweegt op de aandrijflijn 400.

[0064] Het zal echter duidelijk zijn dat de eerste en tweede componenten van de leidende gehoekte arm 1502 onder verscheidene hoeken ten opzichte van elkaar geplaatst kunnen zijn, afhankelijk van de vorm van de doos die gevormd wordt. Bijvoorbeeld kan de doosvormmachine 108 in één of meer uitvoeringsvormen dozen vormen die niet rechthoekig gevormd zijn. In dergelijke uitvoeringen kan de leidende gehoekte arm 1502 eerste en tweede componenten 1502a, 1502b hebben die onder een hoek staan die groter of kleiner is dan 90 graden ten opzichte van elkaar. Bovendien, terwijl de uitvoeringsvorm geïllustreerd in de figuren één leidende gehoekte

BE2018/5698 arm 1502 toont, kunnen één of meer andere uitvoeringsvormen van de doosvormmachine 108 meer dan één leidende gehoekte arm 1502 omvatten.

[0065] Op dezelfde wijze kunnen, zoals hierboven besproken, de volgende gehoekte armen 900 zich opwaarts in verticale richting uitstrekken vanaf de aandrijflijn 400 om de volgende onderhoek van de doos 1500 in een hoek van 90 graden vast te houden wanneer de plano 300 voortbeweegt op de aandrijflijn 400. Echter, zoals bij de leidende gehoekte arm 1502, kunnen de volgende gehoekte armen 900 onder andere hoeken dan 90 graden ten opzichte van de aandrijflijn 400 geplaatst worden om hoeken van andere dozen dan de rechthoekig gevormde dozen te vormen.

[0066] De doosvormmachine 108 kan ook boven en onder zijarmen omvatten die ingericht zijn om de overblijvende zijpanelen van de plano 300 te vouwen om rechter- en linkerzij oppervlakken van de doos 1500 te vormen. Figuren 16 en 17 illustreren respectievelijk boven en onder zijarmen 1600, 1700. De boven zijarm 1600 kan omlaag bewegen, terwijl deze in contact is met het zijpaneel A' dat zich uitstrekt van het voorpaneel A om het zijpaneel A' naar beneden te vouwen om ten minste een deel van het rechteroppervlak van de doos 1500 te vormen. Op dezelfde manier kan de onder zijarm 1700 van de doosvormmachine 108 zich opwaarts uitstrekken terwijl deze in contact is met het zijpaneel C' dat zich uitstrekt vanaf het onderpaneel C om het zijpaneel C' te vouwen om ten minste een deel van het rechteroppervlak van de doos 1500 te vormen. Op dezelfde manier kunnen overstaande boven en onder zijarmen 1600, 1700 het linkeroppervlak van de doos 1500 vormen door op overeenkomstige wijze verschillende zijpanelen te vouwen om het linkeroppervlak van de doos 1500 te vormen.

[0067] Het zal duidelijk zijn dat gedurende verschillende vouwstappen die hierin beschreven worden, één of meer werkwijzen kunnen voorzien worden om de verschillende panelen aan elkaar te hechten terwijl de doos 1500 gevormd wordt. Bijvoorbeeld kan de doosvormmachine 108, in één of meer uitvoeringsvormen, de stap van het aanbrengen van lijm of ander kleefmateriaal op het lijmlippaneel E omvatten. Aanvullend of alternatief kan de doosvormmachine 108 middelen omvatten voor het aanbrengen van lijm of ander kleefmateriaal op ten minste een deel van het voorpaneel A. In dergelijke uitvoeringsvormen kunnen het voorpaneel A en het lijmlippaneel E aan elkaar hechten wanneer ze in contact worden gebracht.

[0068] Evenzo kunnen één of meer uitvoeringsvormen van de doosvormmachine 104 van de huidige uitvinding middelen omvatten om lijm of ander kleefmateriaal op de verschillende zijpanelen aan te brengen die de linker- en rechteroppervlakken van de doos 1500 vormen. Op deze manier kan de doos intact blijven nadat de panelen van de plano in positie zijn gebogen/gevouwen langs de aandrijflijn 400 van de doosvormmachine 108, zoals hierin beschreven.

[0069] Het zal duidelijk zijn dat de verschillende componenten van de hierin beschreven doosvormmachine 108 componenten, vormen en configuraties kunnen omvatten, of onder verschillende hoeken of afstanden ten opzichte van elkaar geplaatst zijn, anders dan degene die

BE2018/5698 hierin beschreven zijn, terwijl hun eigen functies die hierin worden beschreven, behouden worden. Bijvoorbeeld zijn de armen 1402 die zich dwars over de aandrijflijn 400 uitstrekken geïllustreerd als langwerpige, rechthoekige staven. Eén of meer andere uitvoeringsvormen van de armen 402 kunnen echter één of meer staafvormige staven, vlakke platen of onregelmatig gevormde componenten omvatten.

[0070] Ook, bijvoorbeeld, terwijl de armen 402 geïllustreerd zijn als zich dwars op een loodrechte wijze over de aandrijflijn 400 uitstrekkend kunnen één of meer uitvoeringsvormen armen 402 omvatten die zich over de aandrijflijn 400 op een niet-loodrechte wijze uitstrekken.

[0071] Ook, bijvoorbeeld, terwijl de huidige uitvinding de zijpaneelvingers 406 illustreert als omvattende hoofdzakelijk cirkelvormige staven die taps toelopen in de richting van zijn achterste uiteinde, kunnen één of meer andere uitvoeringsvormen zijpaneelvingers 406 van andere vormen en/of afmetingen omvatten. Bijvoorbeeld kunnen de zijpaneelvingers in één of meer andere uitvoeringsvormen rechthoekige staven, platen, of andere onregelmatig gevormde componenten omvatten die in staat zijn om dezelfde hierin beschreven functies uit te voeren.

[0072] Ook kunnen bijvoorbeeld de aandrijflijn, spatel, volgende gehoekte armen, leidende gehoekte armen en houders van de huidige uitvinding vormen en componenten omvatten die anders zijn dan deze hierin beschreven, of gepositioneerd zijn onder andere hoeken dan getoond. Deze componenten van andere uitvoeringsvormen kunnen dezelfde functies uitvoeren als deze die hierin beschreven zijn.

[0073] Bijvoorbeeld zijn de spatel 1200 en leidende gehoekte armen 1502 geïllustreerd als zich van de bovenkant van de aandrijflijn 400 naar beneden uitstrekkend. Bij één of meer uitvoeringsvormen kunnen de spatel 1200 en/of de leidende gehoekte armen 1502 zich van onder of naar de zijkant van de aandrijflijn 400 uitstrekken om hun beschreven functies uit te voeren. Ook kunnen de spatel 1200 en/of de leidende gehoekte armen 1502 zich bijvoorbeeld onder een hoek ten opzichte van de aandrijflijn 400 uitstrekken in de plaats van evenwijdig in de lengterichting van de aandrijflijn 400, zoals hierin weergegeven.

[0074] Het zal ook duidelijk zijn dat de verschillende stappen en vouwprocessen die uitgevoerd worden door de doosvormmachine 108 die hierin beschreven wordt, in andere uitvoeringsvormen kunnen variëren. Wederom kan de plano 300, die hier wordt getoond voor illustratieve doeleinden, veranderd worden om dozen van verschillende andere vormen en afmetingen te vormen. Dienovereenkomstig kunnen de stappen, vouwprocessen en de volgorde waarmee deze stappen uitgevoerd worden, herschikt worden, gewijzigd worden of afgeschaft worden in één of meer andere uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding.

[0075] Bijvoorbeeld kan de plano 300 in één of meer uitvoeringsvormen geen lijmlippaneel E omvatten. In een dergelijke uitvoeringsvorm kan de doosvormmachine 108 al dan niet een spatel, zoals hierin beschreven, omvatten. Ook kan de doos die gevormd wordt door de doosvormmachine

BE2018/5698

108 bijvoorbeeld in één of meer uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding een open doos zijn met één of meer open oppervlakken. In een dergelijke uitvoeringsvorm kan de doosvormmachine 108 al dan niet één of meer boven en onder zijarmen omvatten om linker- of rechteroppervlakken van de doos te vormen. Zo kan in een dergelijke uitvoeringsvorm de doosvormmachine 108 al dan niet een voorpaneel over de bovenzijde van de één of meer goederen brengen om een open bovenzijde van de doos 1500 te vormen.

[0076] Het zal duidelijk zijn dat het wijzigen van de volgorde, het aantal en de soorten vouwstappen en werkwijzen die hierin beschreven worden een fabrikant en/of distributeur in staat kunnen stellen om een willekeurig aantal doosvormen en afmetingen te vormen. Deze verschillende doosvormen en afmetingen kunnen gewijzigd, ontworpen en aangepast worden om een willekeurig aantal productvormen en afmetingen die in de doos verpakt moeten worden te verpakken. Dienovereenkomstig zijn de doosvormmachines van de huidige uitvinding ingericht om op maat gemaakte dozen te vormen die rond producten passen zonder verspild doosmateriaal of toegevoegde verpakkingsmaterialen. Bovendien zijn doosvormmachines van de huidige uitvinding ingericht om dergelijke dozen te vormen zonder kettingrillen (of “valse rillen”) die de doosvormende stappen en/of werkwijzen die hierin beschreven zijn, negatief beïnvloeden. Als zodanig kunnen de hierin beschreven werkwijzen, processen en apparaten met succes op maat gemaakte dozen vormen uit generiek kettingmateriaal met kettingrillen.

[0077] De huidige uitvinding kan worden belichaamd in andere specifieke vormen zonder af te wijken van zijn geest of essentiële kenmerken. De beschreven uitvoeringsvormen moeten in alle opzichten alleen als illustratief en niet beperkend beschouwd worden. Het kader van de uitvinding wordt daarom aangegeven door de bijgevoegde conclusies in plaats van door de voorgaande beschrijving. Alle veranderingen die binnen de betekenis en het bereik van equivalentie van de conclusies vallen, moeten binnen de reikwijdte ervan omvat worden.

Claims

Conclusies

1. Werkwijze voor het vormen van een doos uit een plano (300), waarbij de werkwijze omvat:

leveren van een plano (300) op een aandrijflijn (400), waarbij de plano omvat:

een aantal panelen (A, B, C, D), omvattende een voorpaneel (A), een tussenpaneel (B), een onderpaneel (C) en een achterpaneel (D); en een aantal zijpanelen (A', B', C', D’) die zich dwars op de aandrijflijn uitstrekken, waarbij elk paneel (A, B, C, D) verbonden is met twee tegenover elkaar liggende zijpanelen (A', B', C', D');

een lijmlip (E) met of zonder verbonden zijpanelen (E');

positioneren van één of meer goederen op het onderpaneel (C);

voortbewegen van de plano (300) op de aandrijflijn (400);

op een alternerende wijze vouwen van de zijpanelen (A', C') neerwaarts en van de zijpanelen (B', D') opwaarts wanneer de plano (300) zich voortbeweegt op de aandrijflijn (400), zodat de panelen (A, B, C, D) waaruit elk gevouwen zijpaneel (A', B', C', D') zich uitstrekt, verstijfd zijn; en vasthouden van de zijpanelen (B', D') die omhoog gevouwen zijn terwijl de plano voortbeweegt op de aandrijflijn (400).
2. Werkwijze volgens conclusie 1, verder omvattende het optillen van het achterpaneel (D) naar boven om een achteroppervlak van de doos te vormen.
3. Werkwijze volgens conclusie 2, verder omvattende:

vasthouden van het achterpaneel (D) onder een eerste hoek ten opzichte van het onderpaneel (C) om een volgende onderhoek van de doos vast te houden, terwijl de plano (300) voortbeweegt op de aandrijflijn (400).
4. Werkwijze volgens conclusie 3, verder omvattende:

omhoog- en over tillen van het voorpaneel (A) en het tussenpaneel (B) over de één of meer goederen om respectievelijk een bovenoppervlak en een vooroppervlak van de doos te vormen, zodat het voorpaneel (A) in contact komt met een lijmlip (E) die zich uitstrekt vanaf het achterpaneel (D) terwijl de plano (300) zich voortbeweegt op de aandrijflijn (400); en waarbij het voorpaneel (A) onder een tweede hoek ten opzichte van het tussenpaneel (B) gehouden wordt om een volgende bovenhoek van de doos vast te houden terwijl de plano (300) voortbeweegt op de aandrijflijn (400).

BE2018/5698
5. Werkwijze volgens conclusie 4, verder omvattende het naar beneden houden van het onderpaneel (C), terwijl het voorpaneel (A) en het tussenpaneel (B) omhoog over de één of meer goederen gevouwen worden.
6. Werkwijze volgens conclusie 4, verder omvattende het tegenhouden van het onderpaneel (C), terwijl het achterpaneel (D) opgetild wordt om het achteroppervlak van de doos te vormen.
7. Werkwijze volgens conclusie 4, waarbij een zich horizontaal uitstrekkende spatel (1200) de lijmstrook (E) naar beneden toe vouwt en een voorrand van de spatel (1200) een grens tussen het voorpaneel (A) en het tussenpaneel (B) aangrijpt zodat het voorpaneel (A) ten opzichte van het tussenpaneel (B) ter plaatse van de begrenzing buigt tijdens het omhoog- en over tillen van het voorpaneel (A) en het tussenpaneel (B) over de één of meer goederen.
8. Werkwijze volgens conclusie 4, verder omvattende het vouwen van de zijpanelen (A', B', C', D’) voor het vormen van linker- en rechteroppervlak van de doos terwijl de plano (300) voortbeweegt op de aandrijflijn (400).
9. Werkwijze volgens conclusie 4, waarbij de zijpanelen (B', D') die opgevouwen zijn in positie gehouden worden met een houder (404).
10. Werkwijze volgens conclusie 9, waarbij een leidende onderhoek van de houder (404) afgeschuind is.
11. Werkwijze volgens conclusie 10, waarbij het voorpaneel (A) en het tussenpaneel (B) omhoog en over de één of meer goederen getild beginnen te worden voordat het tussenpaneel (B) een voorrand van de houder (404) volledig gepasseerd is wanneer de plano (300) zich voortbeweegt op de aandrijflijn (400).
12. Werkwijze volgens conclusie 9, waarbij de houder (404) stationair is, terwijl de plano (300) voortbeweegt op de aandrijflijn (400).
13. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij de zijpanelen (A', B', C', D') op een alternerende wijze op een neer gevouwen worden door één of meer vingers (406) die op een neer bewegen, terwijl de plano (300) voortbeweegt op de aandrijflijn (400).

BE2018/5698
14. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij een of meerdere vingers (406) zich uitstrekken tussen de zijpanelen (A', B', C', D') wanneer de plano (300) voortbeweegt op de aandrijflijn (400).
15. Werkwijze voor het vormen van een doos uit kettingsmateriaal, waarbij de werkwijze omvat:

vormen van een plano (300) uit kettingmateriaal, waarbij het kettingmateriaal kettingrillen omvat, waarbij de plano (300) ten minste één valse ril (112) heeft die zich dwars over de plano (300) uitstrekt;

voortbewegen van de plano (300) in lengterichting langs een aandrijflijn (400), waarbij de plano (300) omvat:

een aantal panelen (A, B, C, D) omvattende een voorpaneel (A), een tussenpaneel (B), een onderpaneel (C) en een achterpaneel (D); en een aantal zijpanelen (A', B', C', D') die zich dwars op de aandrijflijn (400) uitstrekken, waarbij elk paneel (A, B, C, D) verbonden is met tegenover elkaar liggende zijpanelen (A', B', C', D');

een lijmlip (E) met of zonder verbonden zijpanelen (E');

op een alternerende wijze vouwen van de zijpanelen (A', C') neerwaarts en van de zijpanelen (B', D') opwaarts, wanneer de plano (300) zich voortbeweegt op de aandrijflijn (400), zodat de panelen (A, B, C, D) waaruit elk gevouwen zijpaneel (A', B', C', D') zich uitstrekt, verstijfd zijn; en vasthouden van de zijpanelen (B', D') die omhoog gevouwen zijn, terwijl de plano (300) zich voortbeweegt op de aandrijflijn (400).
16. Werkwijze volgens conclusie 15, verder omvattende het omhoog en over vouwen van het voorpaneel (A) en het tussenpaneel (B) over het onderpaneel (C) om respectievelijk een boven- en vooroppervlak van de doos te vormen.
17. Werkwijze volgens conclusie 15, verder omvattende het omhoog vouwen van het achterpaneel (D) en het onder een hoek ten opzichte van het onderpaneel (C) vasthouden van het achterpaneel (D) om een volgende onderhoek van een doos te vormen.
18. Werkwijze volgens conclusie 17, verder omvattende het duwen met een spatel (1200) van een lijmlip (E) die zich uitstrekt van het achterpaneel (D), waarbij de spatel (1200) een voorrand omvat die contact maakt met een grens tussen het voorpaneel (A) en het tussenpaneel (B) wanneer het tussenpaneel (B) en het voorpaneel (A) omhoog en over het onderpaneel (C) gevouwen zijn om respectievelijk een voor- en bovenoppervlak van een doos te vormen.

BE2018/5698
19. Werkwijze volgens conclusie 15, verder omvattende het vasthouden van de zijpanelen (A, B, C, D) wanneer de plano (300) voortbeweegt op de aandrijflijn (400) nadat de zijpanelen (A', B', C', D') op een alternerende wijze op en neer gevouwen zijn.
20. Werkwijze volgens conclusie 19, verder omvattende het naar beneden houden van het onderpaneel (C) wanneer het voorpaneel (A), het tussenpaneel (B) en het achterpaneel (D) gevouwen zijn om respectievelijk het boven-, voor- en achteroppervlak van de doos te vormen.
21. Een doosvormmachine (100) omvattende:

een aandrijflijn (400) met een lengterichting en een aandrijfmechanisme dat een plano (300) in de lengterichting op de aandrijflijn (400) voortbeweegt;

één of meer naast de aandrijflijn (400) aangebrachte vingers (406), waarbij de één of meer vingers (406) ingericht zijn om op en neer te bewegen om zijpanelen (A', C') van de plano (300) neerwaarts en zijpanelen (B', D') opwaarts op een alternerende wijze te buigen wanneer de plano (300) voortbeweegt op de aandrijflijn (400);

één of meer houders (404) die voorwaarts van de één of meer vingers (406) gepositioneerd zijn, waarbij de één of meer houders (404) zodanig gepositioneerd zijn dat de zijpanelen (B', D') van de plano (300) op hun plaats gehouden worden door de één of meer houders (404) terwijl de plano (300) voortbeweegt op de aandrijflijn (400).
22. De doosvormmachine volgens conclusie 21, verder omvattende één of meer volgende gehoekte armen (900) die op de aandrijflijn (400) geplaatst zijn.
23. De doosvormmachine volgens conclusie 22, waarbij de één of meer volgende gehoekte armen (900) een neerwaartse positie en een verhoogde positie hebben, waarbij de één of meer volgende gehoekte armen (900) in de verhoogde positie een hoek van een volgende onderhoek van een doos gemaakt van de plano (300) vasthouden, terwijl de plano (300) voortbeweegt op de aandrijflijn (400).
24. De doosvormmachine volgens conclusie 21, verder omvattende één of meer leidende gehoekte armen (1502) die ten minste gedeeltelijk boven de aandrijflijn (400) geplaatst zijn.
25. De doosvormmachine volgens conclusie 24, waarbij de één of meer leidende gehoekte armen (1502) ingericht zijn om een hoek van een leidende bovenhoek van een doos gevormd uit de plano (300) vast te houden wanneer de plano (300) voortbeweegt op de aandrijflijn (400).

BE2018/5698
26. De doosvormmachine volgens conclusie 21, verder omvattende een spatel (1200) met een voorrand die naar voren gericht is in de lengterichting van de aandrijflijn (400).
27. De doosvormmachine volgens conclusie 26, waarbij ten minste een gedeelte van de spatel

5 (1200) een oppervlak omvat dat evenwijdig is aan de aandrijflijn (400).
28. De doosvormmachine volgens conclusie 26, waarbij ten minste een gedeelte van de spatel (1200) boven de aandrijflijn (400) geplaatst is.

10
29. De doosvormmachine volgens conclusie 21, waarbij de één of meer vingers (406) elk een langwerpig onderdeel omvatten dat taps toelopend is naar een achterste uiteinde daarvan.
30. De doosvormmachine volgens conclusie 29, waarbij het langwerpig onderdeel van elk van de één of meer vingers (406) evenwijdig aan de aandrijflijn in de lengterichting van de aandrijflijn 15 geplaatst is.