BE1027290B1

BE1027290B1 - CHANGING WIRE COILS

Info

Publication number: BE1027290B1
Application number: BE20195755A
Authority: BE
Inventors: Ramses Pannekoucke
Original assignee: T M C Machines Nv
Priority date: 2019-11-04
Filing date: 2019-11-04
Publication date: 2020-12-09

Abstract

In een eerste aspect voorziet de uitvinding een werkwijze voor het wisselen van een onderspoel in een inrichting voor het vormen van stiksteken, welke inrichting een naald omvat met een oog voor ontvangst van een bovendraad, en welke inrichting verder een eerste haaksamenstel omvat met een ontvanger waarin een onderspoel is gevat, waarbij het haaksamenstel in een werkpositie tegenover de naald is gepositioneerd, en waarbij het haaksamenstel is aangepast voor samenwerking met de naald, voor het vormen van stiksteken. In het bijzonder omvat de werkwijze daarbij de stap van het bewegen van het genoemde, eerste haaksamenstel vanuit de werkpositie in een laadpositie, en de stap van het bewegen van een verder, tweede haaksamenstel vanuit een laadpositie in de werkpositie. In een verder aspect voorziet de uitvinding nog een inrichting voor het vormen van stiksteken.In a first aspect, the invention provides a method for changing a bobbin in an apparatus for forming a lockstitch, the apparatus comprising a needle having an eye for receiving an upper thread, and which apparatus further comprises a first hook assembly having a receiver in which a bobbin, wherein the hook assembly is positioned in a working position opposite the needle, and wherein the hook assembly is adapted to cooperate with the needle to form running stitches. In particular, the method comprises the step of moving said first hook assembly from the working position into a loading position, and the step of moving a further, second hook assembly from a loading position into the working position. In a further aspect, the invention provides an apparatus for forming running stitches.

Description

CHANGING WIRE COILS

TECHNISCH DOMEIN De uitvinding heeft betrekking op naaiapparatuur voor het aanbrengen van stiksteken. Meer bijzonder houdt de uitvinding verband met systemen voor het wisselen en/of wikkelen van draadspoelen in zulke naaiapparatuur.TECHNICAL FIELD The invention relates to sewing equipment for applying running stitches. More particularly, the invention relates to systems for changing and / or winding thread spools in such sewing equipment.

STAND DER TECHNIEK Stiksteken zijn gekend door de vakman. Door gebruik van twee draden (nl. een onderdraad en een bovendraad) wordt een robuustere steek verkregen. In het Engels wordt een stiksteek ook wel aangeduid met de term “lockstitch”.STATE OF THE ART Stitching stitches are known by those skilled in the art. By using two threads (ie a bobbin thread and a top thread) a more robust stitch is obtained. In English, a lockstitch is also referred to by the term “lockstitch”.

Traditioneel wordt zulke naaiapparatuur via één enkele motor aangedreven. Eerst en vooral drijft de motor een bovenste drijfas aan. Het gaat om een krukas die met een naaldstang is verbonden. Onderaan de naaldstang kan een naald worden bevestigd. Vlak boven de scherpe naaldpunt bevindt zich dan een oog, waar de bovendraad doorheen wordt gehaald. Veelal verzorgt de bovenste drijfas ook de aandrijving van een draadgever, met als resultaat dat de bovendraad op gepaste momenten wordt gespannen en ontspannen.Traditionally, such sewing equipment is powered by a single motor. First and foremost, the engine drives an upper drive shaft. It is a crankshaft that is connected with a needle bar. A needle can be attached to the bottom of the needle bar. Just above the sharp needle point is an eye, through which the upper thread is pulled. The upper drive shaft often also provides the drive for a thread giver, with the result that the upper thread is tensioned and relaxed at appropriate times.

Daarenboven is de bovenste drijfas via een riem verbonden met de onderste drijfas. Op zijn beurt drijft de onderste drijfas een schuitje aan. Het gaat om een houder die ronddraait tijdens het stikken, en waarin de onderspoel met de onderdraad is gevat, omgeven door een spoelhuis. Het schuitje is voorzien van een haak. Deze haak is essentieel voor het mechanisme van het naaiapparaat.In addition, the top drive shaft is connected to the bottom drive shaft via a belt. In turn, the lower drive shaft drives a boat. It is a holder that rotates during the stitching process, in which the bobbin is held with the bobbin thread, surrounded by a bobbin case. The boat has a hook. This hook is essential to the sewing machine mechanism.

Voor het maken van stiksteken doorheen een weefsel, wordt de naald met bovendraad eerst doorheen het weefsel gedreven. De bovendraad gaat dan een lus vormen doorheen het weefsel, en wordt meegenomen met de haak van het ronddraaiend schuitje. Terwijl de naald terug omhoog wordt getrokken, komt de bovendraad in een lus omheen het spoelhuis te zitten. Aansluitend wordt de bovendraad opnieuw gespannen. Er vormt zich een stiksteek.To make running stitches through a fabric, the top thread needle is first driven through the fabric. The top thread will then form a loop through the fabric, and will be caught on the hook of the revolving boat. As the needle is pulled back up, the upper thread will loop around the bobbin case. The upper thread is then re-tensioned. A lockstitch forms.

Naaiapparatuur voor het vormen van stiksteken is op zich gekend. Zoals hierboven beschreven worden de bovenste en onderste drijfas veelal aangedreven door éénzelfde motor. Als gevolg hiervan bewegen de naald en het schuitje steeds synchroon.Sewing equipment for forming lockstitches is known per se. As described above, the upper and lower drive shaft are often driven by the same motor. As a result, the needle and boat always move in sync.

In elk geval blijft het wisselen en wikkelen van de onderspoelen een omslachtige bezigheid. Tijdens deze handelingen kan het stikken niet worden verdergezet. Het gaat om een vertragingstijd. Er werden al verscheidene pogingen ondernomen om de spoeltjes automatisch te wisselen, onder meer met als doel om deze vertragingstijd zo veel mogelijk in te korten.In any case, changing and wrapping the undercoils remains a laborious activity. Stitching cannot be continued during these operations. It is a delay time. Several attempts have already been made to change the coils automatically, including with the aim of shortening this delay time as much as possible.

US 4 002 130, bijvoorbeeld, beschrijft een automatische spoelwikkelaar. Van zodra de onderspoel leeg geraakt, wordt het stikken voor een korte tijd gestaakt. Door middel van een transfertarm wordt de lege onderspoel uit het schuitje gehaald. Vervolgens, na een 180° rotatie van de transfertarm, wordt een tweede, gevulde onderspoel ter vervanging ingebracht in het schuitje. Het stikken kan nu worden verdergezet. Ondertussen kan de uitgehaalde, lege onderspoel weerom worden gewikkeld.US 4 002 130, for example, describes an automatic bobbin winder. As soon as the bobbin becomes empty, stitching is stopped for a short time. The empty bottom coil is removed from the boat by means of a transfer arm. Then, after a 180 ° rotation of the transfer arm, a second, filled lower coil is inserted into the boat as a replacement. Stitching can now be continued. In the meantime, the removed, empty bobbin can be rewound.

Nadeel is dat hiervoor heel wat verschillende acties vereist zijn; nl. het naderen van het schuitje, het ontgrendelen van het schuitje, het uithalen van het spoelhuis, het verlaten van het schuitje, het draaien van de transfertarm, het naderen van het schuitje, het inbrengen van het tweede spoelhuis, het vergrendelen van het schuitje en tot slot het verlaten van het schuitje. Dit resulteert in een hoge vertragingstijd. Verder beschrijft WO 2004 113 603 nog een naaiapparaat met een automatische spoelwisselaar. In het bijzonder kan het schuitje met de haak worden verdraaid tussen een eerste “operationele positie” en een tweede “laadpositie”. In de laadpositie is het schuitje makkelijker toegankelijk voor vervanging van het spoelhuis en de onderspoel. De lege onderspoel kan dan eenvoudig uit het schuitje worden gehaald, waarna het wordt vervangen door een volle onderspoel uit een spoeltjesmagazijn. Het naaiapparaat voorziet een bovenste drijfas en een onderste drijfas die mechanisch zijn gekoppeld, voor een gesynchroniseerde beweging. Het schuitje maakt een draaiende beweging omheen de onderste drijfas, tussen zijn twee posities. Zodoende is het niet nodig om het schuitje bij deze beweging los te koppelen van de drijfas, hetgeen een zekere tijdswinst zou opleveren.The disadvantage is that this requires a lot of different actions; i.e. approaching the boat, unlocking the boat, taking out the bobbin case, leaving the boat, turning the transfer arm, approaching the boat, inserting the second bobbin case, locking the boat and finally leaving the boat. This results in a long delay time. WO 2004 113 603 further describes a sewing apparatus with an automatic bobbin changer. In particular, the boat with the hook can be rotated between a first "operational position" and a second "loading position". In the loading position, the shuttle is easier to access for bobbin case and bobbin case replacement. The empty bobbin can then easily be removed from the boat, after which it is replaced by a full bobbin from a bobbin magazine. The sewing machine provides an upper drive shaft and a lower drive shaft that are mechanically linked for synchronized movement. The boat makes a rotating movement around the lower drive shaft, between its two positions. Thus, it is not necessary to disconnect the boat from the drive shaft during this movement, which would save a certain amount of time.

De huidige uitvinding beoogt een vernieuwde werkwijze en inrichting m.b.t. tot het geautomatiseerd wisselen en/of wikkelen van onderspoelen. Daarbij wordt getracht om de vertragingstijd zo veel als mogelijk in te korten, en om de autonomie zo sterk mogelijk te vergroten. In het bijzonder tracht de uitvinding een aantal gekende mechanismen voor het wisselen en/of wikkelen van onderspoelen te verbeteren.The present invention aims at a new method and device with regard to the automated changing and / or winding of undercoils. An attempt is made to shorten the delay time as much as possible and to increase the autonomy as much as possible. In particular, the invention seeks to improve a number of known mechanisms for changing and / or winding undercoils.

SAMENVATTING VAN DE UITVINDING Daartoe voorziet de uitvinding in een eerste aspect een werkwijze volgens conclusie 1, voor het wisselen van een onderspoel in een naaiapparaat, welk naaiapparaat een naald omvat met een oog voor ontvangst van een bovendraad, en welk naaiapparaat verder een eerste haaksamenstel omvat met een ontvanger waarin een onderspoel is gevat, waarbij het haaksamenstel in een werkpositie tegenover de naald is gepositioneerd, en waarbij het haaksamenstel is aangepast voor samenwerking met de naald, voor het vormen van stiksteken. Daarbij omvat de werkwijze de stap van het bewegen van het genoemde, eerste haaksamenstel vanuit de werkpositie, in een laadpositie. In het bijzonder omvat de werkwijze nog de stap van het bewegen van een verder, tweede haaksamenstel vanuit een laadpositie, in de werkpositie. Als belangrijk voordeel kan het stikken onmiddellijk worden verdergezet, a.d.h.v. het tweede haaksamenstel en de daarin aanwezige onderspoel. Bij voorkeur kunnen beide haaksamenstellen correct synchroon worden aangestuurd met de naald, voor het vormen van stiksteken. In de stand der techniek wordt geen mechanisme beschreven met een eerste haaksamenstel en een tweede haaksamenstel die beurtelings in de werkpositie worden gebracht, waarna het stikken onmiddellijk kan worden hervat. Dit kan toelaten om ondertussen het andere haaksamenstel te legen, en om het overeenkomstig spoeltje te wisselen en/of te wikkelen, met als gevolg een kortere onderbreking van het stikken. De uitvinding is hier niet toe gelimiteerd. In een verder aspect voorziet de uitvinding nog een inrichting volgens conclusie 12, voor het vormen van stiksteken.SUMMARY OF THE INVENTION To this end, the invention provides in a first aspect a method according to claim 1 for changing a bobbin in a sewing machine, the sewing machine comprising a needle with an eye for receiving a top thread, and the sewing machine further comprising a first hook assembly having a receiver containing a bobbin, wherein the hook assembly is positioned in a working position opposite the needle, and wherein the hook assembly is adapted to cooperate with the needle, to form lockstitches. The method comprises the step of moving said first hook assembly from the working position into a loading position. In particular, the method further comprises the step of moving a further, second hook assembly from a loading position into the operating position. As an important advantage, the stitching can be continued immediately, based on the second hook assembly and the bottom spool contained therein. Preferably, both hook assemblies can be actuated correctly synchronously with the needle, for the formation of running stitches. No mechanism is disclosed in the prior art with a first hook assembly and a second hook assembly alternately brought into the operating position, whereupon stitching can be immediately resumed. This may allow in the meantime emptying the other hook assembly, and changing and / or winding the corresponding bobbin, resulting in a shorter stitching interruption. The invention is not limited to this. In a further aspect, the invention provides a further device according to claim 12, for forming running stitches.

BESCHRIJVING VAN DE FIGUREN Figuren 1A-B tonen respectievelijk een explosietekening en een perspectieftekening van een haaksamenstel voorzien van een onderspoel en spoelhuis, in overeenstemming met een mogelijke uitvoeringsvorm van de uitvinding.DESCRIPTION OF THE FIGURES Figures 1A-B show an exploded view and a perspective view, respectively, of a hook assembly provided with a bobbin and bobbin case, in accordance with one possible embodiment of the invention.

Figuur 2A toont een schematische doorsnede van een inrichting voor het vormen van stiksteken, volgens een mogelijke uitvoeringsvorm van de uitvinding. Figuur 2B toont een schematische perspectieftekening van een inrichting voor het vormen van stiksteken, volgens een alternatieve uitvoeringsvorm van de uitvinding.Figure 2A shows a schematic cross-section of a device for forming running stitches, according to a possible embodiment of the invention. Figure 2B shows a schematic perspective view of an apparatus for forming running stitches, according to an alternative embodiment of the invention.

GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING De uitvinding betreft een inrichting voor het vormen van stiksteken, en een werkwijze voor het wisselen en/of wikkelen van onderspoelen in zulke inrichtingen. Tenzij anders gedefinieerd hebben alle termen die gebruikt worden in de beschrijving van de uitvinding, ook technische en wetenschappelijke termen, de betekenis zoals ze algemeen begrepen worden door de vakman in het technisch veld van de uitvinding. Voor een betere beoordeling van de beschrijving van de uitvinding, worden de volgende termen expliciet uitgelegd. “Een”, ”de” en “het” refereren in dit document aan zowel het enkelvoud als het meervoud tenzij de context duidelijk anders veronderstelt. Bijvoorbeeld, “een segment” betekent een of meer dan een segment. Wanneer “ongeveer” of “rond” in dit document gebruikt wordt bij een meetbare grootheid, een parameter, een tijdsduur of moment, en dergelijke, dan worden variaties bedoeld van +/-20% of minder, bij voorkeur +/-10% of minder, meer bij voorkeur +/-5% of minder, nog meer bij voorkeur +/-1% of minder, en zelfs nog meer bij voorkeur +/-0.1% of minder dan en van de geciteerde waarde, voor zoverre zulke variaties van toepassing zijn in de beschreven uitvinding. Hier moet echter wel onder verstaan worden dat de waarde van de grootheid waarbij de term “ongeveer” of “rond” gebruikt wordt, zelf specifiek wordt bekendgemaakt.DETAILED DESCRIPTION The invention relates to an apparatus for forming running stitches, and a method for changing and / or winding undercoils in such apparatus. Unless defined otherwise, all terms used in the description of the invention, including technical and scientific terms, have the meaning as commonly understood by those skilled in the art of the invention. For a better assessment of the description of the invention, the following terms are explicitly explained. “A”, ”the” and “it” throughout this document refer to both singular and plural unless the context clearly suggests otherwise. For example, “a segment” means one or more than one segment. When “about” or “around” is used in this document for a measurable quantity, parameter, time or moment, and the like, it means variations of +/- 20% or less, preferably +/- 10% or less, more preferably +/- 5% or less, even more preferably +/- 1% or less, and even more preferably +/- 0.1% or less than and of the quoted value, to the extent that such variations of are applicable in the described invention. However, this should be understood to mean that the value of the quantity using the term “approximately” or “round” is itself specifically disclosed.

De termen “omvatten”, “omvattende”, “bestaan uit”, “bestaande uit”, “voorzien van”, “bevatten”, “bevattende”, “behelzen”, “behelzende”, “inhouden”, “inhoudende” zijn synoniemen en zijn inclusieve of open termen die de aanwezigheid van wat volgt aanduiden, en die de aanwezigheid niet uitsluiten of beletten van andere componenten, kenmerken, elementen, leden, stappen, gekend uit of beschreven in de stand der techniek.The terms “comprise”, “comprising”, “consisting of”, “consisting of”, “incorporating”, “containing”, “containing”, “comprising”, “comprising”, “containing”, “containing” are synonyms. and are inclusive or open terms that indicate the presence of what follows, and that do not exclude or impede the presence of other components, features, elements, members, steps known from or described in the art.

> BE2019/5755 Onderling uitwisselbare termen “haaksamenstel” en “haakmechaniek” kunnen doorheen dit document worden opgevat als een veralgemeende aanduiding voor het schuitje met haak, hierboven beschreven in de stand der techniek. Bij voorkeur kan het haaksamenstel draaiend worden aangestuurd, omheen zijn as. Daarbij omvat het haaksamenstel een haak die omheen een ontvanger voor een onderspoel draait. Bij voorkeur zijn de haak en de erdoor gevolgde draaibeweging ervoor aangepast om de bovendraad mee te nemen in een lus omheen de onderspoel, ter vorming van een stiksteek. Soms wordt het “schuitje” ook aangeduid met de termen “shuttle” of “crochet”. De term “haaksamenstel” dekt al deze termen af.BE2019 / 5755 Interchangeable terms "hook assembly" and "hook mechanism" may be understood throughout this document as a generalized designation for the boat with hook, described above in the prior art. Preferably, the hook assembly can be rotatably driven about its axis. In addition, the hook assembly includes a hook that rotates around a back coil receiver. Preferably, the hook and the rotational movement followed by it are adapted to entrain the upper thread in a loop around the bobbin to form a lockstitch. Sometimes the "boat" is also referred to by the terms "shuttle" or "crochet". The term "hook assembly" covers all of these terms.

Het citeren van numerieke intervallen door de eindpunten omvat alle gehele getallen, breuken en/of reële getallen tussen de eindpunten, deze eindpunten inbegrepen.Quoting numeric intervals through the endpoints includes all integers, fractions, and / or real numbers between the endpoints, including these endpoints.

In een eerste aspect voorziet de uitvinding een werkwijze voor het wisselen van een onderspoel in een inrichting voor het vormen van stiksteken, welke inrichting een naald omvat met een oog voor ontvangst van een bovendraad, en welke inrichting verder een eerste haaksamenstel omvat met een ontvanger waarin een onderspoel is gevat, waarbij het haaksamenstel in een werkpositie tegenover de naald is gepositioneerd, en waarbij het haaksamenstel is aangepast voor samenwerking met de naald, voor het vormen van stiksteken. Daarbij omvat de werkwijze de stap van het bewegen van het genoemde, eerste haaksamenstel vanuit de werkpositie, in een laadpositie. In het bijzonder omvat de werkwijze nog de stap van het bewegen van een verder, tweede haaksamenstel vanuit een laadpositie, in de werkpositie.In a first aspect, the invention provides a method for changing a bobbin in an apparatus for forming a lockstitch, the apparatus comprising a needle having an eye for receiving an upper thread, and which apparatus further comprises a first hook assembly having a receiver in which a bobbin, wherein the hook assembly is positioned in a working position opposite the needle, and wherein the hook assembly is adapted to cooperate with the needle to form running stitches. The method comprises the step of moving said first hook assembly from the working position into a loading position. In particular, the method further comprises the step of moving a further, second hook assembly from a loading position into the operating position.

Doorgaans wordt een stiksteek gevormd a.d.h.v. een bovendraad gedragen door een naald, en een onderdraad gevat op een onderspoel. Bijvoorbeeld zit de onderdraad gewikkeld omheen een onderspoel (Engels: “bobbin”) die gevat is in of tegen een spoelhuis (Engels: “bobbin casing” of “bobbin housing”). Daarbij vormt het spoelhuis een minstens gedeeltelijke behuizing voor de onderspoel. In werking zit het spoelhuis dan op zijn beurt gevat in de ontvanger van het haaksamenstel. Echter is de uitvinding niet tot deze opbouw gelimiteerd. Doorgaans moet de onderspoel worden gewisseld of gewikkeld, van zodra de onderdraad op geraakt.Usually a lockstitch is formed by means of an upper thread carried by a needle, and a lower thread held on a bobbin. For example, the bobbin thread is wrapped around a bobbin (English: "bobbin") that is held in or against a bobbin case (English: "bobbin casing" or "bobbin housing"). The bobbin case forms an at least partial housing for the lower bobbin. In operation, the bobbin case is then in turn contained within the receiver of the hook assembly. However, the invention is not limited to this construction. Usually the bobbin should be changed or wound as soon as the bobbin thread runs out.

De huidige uitvinding voorziet minstens twee haaksamenstellen, elk werkzaam gekoppeld met een aandrijving, elk voorzien van een eigen haak, en elk ervoor geschikt om in hun werkpositie te worden gebracht voor samenwerking met de genoemde naald. Een haaksamenstel met (deels) geleegde onderspoel kan dus eenvoudig onmiddellijk worden ingeruild voor een haaksamenstel met een vollere onderspoel, in werkpositie.The present invention provides at least two hook assemblies, each operatively coupled to a drive, each provided with its own hook, and each adapted to be brought into its working position for cooperation with said needle. A hook assembly with a (partially) emptied bottom coil can therefore easily be immediately exchanged for a hook assembly with a fuller bottom coil, in working position.

Het is niet nodig om de onderspoel uit een stationair haaksamenstel te halen.There is no need to remove the bobbin from a stationary hook assembly.

Minder handelingen zijn vereist, en de complexiteit van de beweging is lager.Fewer actions are required and the complexity of the movement is lower.

Dit resulteert in een tijdswinst.This results in a time saving.

Het stikken kan aansluitend worden verdergezet.The stitching can then be continued.

Optioneel is er een sensor voor automatische detectie van het vulniveau van de onderspoel, en/of voor detectie van een lege toestand voor de onderspoel.Optionally there is a sensor for automatic detection of the fill level of the bottom coil, and / or for the detection of an empty condition for the bottom coil.

Bij detectie van een lege toestand wordt de stuureenheid gesignaleerd, waarbij het bewegen van de haaksamenstellen in gang wordt gezet.Upon detection of an empty condition, the control unit is signaled, initiating the movement of the hook assemblies.

Optioneel is er een transporteur voorzien die het te stikken weefsel vooruit beweegt, zodat zich een hoofdzakelijk lijnvormige (of andersvormige) stiksteek vormt.Optionally, a conveyor is provided which advances the fabric to be stitched to form a substantially linear (or otherwise) lockstitch.

Als alternatief bewegen de bovenbouw en onderbouw van het naaiapparaat t.o.v. het weefsel.Alternatively, the top and bottom of the sewing machine move with respect to the fabric.

Optioneel omvat de werkwijze volgens het eerste aspect ook verdere stappen i.v.m. het geautomatiseerd aanbrengen van stiksteken, dus niet gelimiteerd tot het wisselen van een onderspoel/onderdraad enkel.Optionally, the method according to the first aspect also includes further steps related to the automated application of running stitches, so not limited to changing a bobbin / bobbin thread single.

Zulke stappen kunnen omvatten, maar zijn geenszins beperkt tot: het wikkelen van een lege onderspoel en het daadwerkelijk aanbrengen van een stiksel.Such steps may include, but are by no means limited to: winding an empty bobbin and actually applying a stitch.

Optioneel is de werkwijze een werkwijze voor het geautomatiseerd aanbrengen van stiksteken.Optionally, the method is a method for the automated application of running stitches.

De frequentie waarmee een onderspoel moet worden gewisseld is in belangrijke mate bepaald door de dikte van het garen, door de lengte van de stiksels en door de snelheid waarmee de stiksels elkaar opvolgen.The frequency with which a bobbin has to be changed is largely determined by the thickness of the thread, the length of the stitching and the speed with which the stitching occurs.

Sterker en dikker garen zal op een onderspoel meer plaats innemen.Stronger and thicker thread will take up more space on a bobbin.

De capaciteit van de onderspoel ligt dus lager.The capacity of the lower coil is therefore lower.

In dit verband is de uitvinding bijzonder voordelig voor het aanbrengen van zware stiksels bij de productie van ladingszekeringsnetten (bv. weefsels of legsels) uit bandmateriaal of koordmateriaal.In this connection, the invention is particularly advantageous for the application of heavy stitching in the production of load securing nets (e.g., fabrics or webs) from strap or cord material.

Daar zijn robuuste steken van bijzonder belang.That's where robust stitches are of particular importance.

Bij voorkeur laat de uitvinding toe om meerdere lagen continu smalbandweefsel te stikken.Preferably, the invention makes it possible to stitch multiple layers of continuous narrow band fabric.

Echter is de uitvinding hier niet toe gelimiteerd.However, the invention is not limited to this.

In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm worden het eerste en tweede haaksamenstel van plaats gewisseld.In a further or alternative embodiment, the first and second hook assembly are switched places.

De laadposities van het eerste en het tweede haaksamenstel stemmen dus overeen.The loading positions of the first and second hook assemblies thus correspond.

Er is dus één werkpositie en één laadpositie die beurtelings door het eerste en het tweede haaksamenstel worden ingenomen.Thus, there is one working position and one loading position that are alternately occupied by the first and second hook assembly.

Ingeval er automatisch wordt herladen, moet er dus ook slechts één laadmechaniek worden voorzien, aan de laadpositie.In case of automatic reloading, only one loading mechanism must be provided at the loading position.

In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm worden het eerste en tweede haaksamenstel gelijktijdig bewogen.In a further or alternative embodiment, the first and second hook assembly are moved simultaneously.

Bewegingen worden minstents voor een deel gelijktijdig uitgevoerd.Movements are performed at least partly simultaneously.

Door het uitvoeren van bewegingen in parallel wordt een extra tijdswinst gerealiseerd.Extra time savings are realized by performing movements in parallel.

De mechanische verbinding tussen de onderste drijfas en de bovenste drijfas in gekende naaiapparatuur, impliceert dat zulke naaiapparatuur een onderling gekoppelde onderbouw en bovenbouw heeft.The mechanical connection between the lower drive shaft and the upper drive shaft in known sewing equipment implies that such sewing equipment has an interconnected base and superstructure.

Als nadeel is de maximale breedte van de te stikken weefsels beperkt door de mechanische koppeling tussen onderbouw en bovenbouw.As a disadvantage, the maximum width of the fabrics to be stitched is limited by the mechanical coupling between the substructure and the superstructure.

In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm voorziet de huidige uitvinding afzonderlijke aandrijfmiddelen voor de verschillende haaksamenstellen.In a further or alternative embodiment, the present invention provides separate drive means for the different hook assemblies.

Bij voorkeur is er geen mechanische koppeling tussen een onderste drijfas (voor aandrijving van één of meerdere haaksamenstellen) en een bovenste drijfas (voor aandrijving van o.a. de naald). De beweging van de naald en het haaksamenstel (in de werkpositie) kan elektronisch worden gesynchroniseerd, vanuit de stuureenheid.Preferably, there is no mechanical coupling between a lower drive shaft (for driving one or more hook assemblies) and an upper drive shaft (for driving the needle, among other things). The movement of the needle and hook assembly (in the working position) can be electronically synchronized, from the controller.

Daarbij is het niet nodig om de haaksamenstellen en de aandrijfmiddelen te koppelen en/of ontkoppelen, gezien zij één eenheid vormen die eventueel samen kan worden bewogen.It is not necessary here to couple and / or disconnect the hook assemblies and the drive means, as they form one unit which can optionally be moved together.

In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm zijn het eerste haaksamenstel en het tweede haaksamenstel op afzonderlijke aandrijfmiddelen aangesloten.In a further or alternative embodiment, the first hook assembly and the second hook assembly are connected to separate drive means.

Daarbij worden het eerste en/of het tweede haaksamenstel samen met het overeenkomstige aan aandrijfmiddel bewogen.The first and / or the second hook assembly are herein moved together with the corresponding drive means.

De bewegingen zijn eenvoudiger en een tijdswinst wordt gerealiseerd.The movements are simpler and a time saving is realized.

Ook is er meer vrijheid qua vorm van de beweging.There is also more freedom in the form of the movement.

Als alternatief worden twee of meerdere haaksamenstellen aangestuurd d.m.v. éénzelfde aansturing, die gezamenlijk met de haaksamenstellen kan worden bewogen (bv. gedraaid op een gemeenschappelijk onderstel). De uitvinding is hier niet toe gelimiteerd.Alternatively, two or more hook assemblies are controlled by means of one and the same control, which can be moved together with the hook assemblies (eg rotated on a common undercarriage). The invention is not limited to this.

In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm zijn het eerste haaksamenstel en het tweede haaksamenstel op een gemeenschappelijk onderstel voorzien, waarbij de haaksamenstellen samen worden bewogen via een beweging van het onderstel.In a further or alternative embodiment, the first hook assembly and the second hook assembly are provided on a common chassis, wherein the hook assemblies are moved together via a movement of the chassis.

Dit laat toe om de haaksamenstellen in één beweging te verplaatsen.This allows to move the hook assemblies in one movement.

In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm worden het eerste haaksamenstel en het tweede haaksamenstel center-symmetrisch gedraaid, t.o.v. een centrale as. Bij voorkeur worden het eerste en het tweede haaksamenstel over 180° verdraaid, ten opzichte van een centrale as.In a further or alternative embodiment, the first hook assembly and the second hook assembly are rotated center symmetrically, with respect to a central axis. Preferably, the first and second hook assemblies are rotated 180 ° relative to a central axis.

Naaiapparatuur voor het aanbrengen van stiksteken voorziet bij voorkeur een bovenbouw en een onderbouw. De bovenbouw omvat een op- en neerwaarts bewegende naald. De onderbouw omvat een schuitje dat kan worden rondgedraaid. Het schuitje omvat minstens een haak. In gebruik bevindt de bovenbouw zich aan de ene zijde t.o.v. het weefsel (bv. boven het weefsel), terwijl de onderbouw zij aan de andere zijde bevindt (bv. onder het weefsel). De uitvinding is hier niet toe beperkt. De termen “boven” en “onder” zoals hierin gebruikt moeten dus niet worden opgevat als beperkend. Eveneens dekt de uitvinding onder meer naaiapparatuur met zijdelings bewegende naalden en opwaarts gerichte naalden af.Sewing equipment for applying lockstitches preferably provides a superstructure and a substructure. The superstructure includes an up and down moving needle. The substructure includes a boat that can be turned around. The boat includes at least one hook. In use, the superstructure is on one side in relation to the fabric (e.g. above the fabric), while the substructure is on the other side (e.g. under the fabric). The invention is not limited to this. Thus, the terms "above" and "below" as used herein are not to be construed as limiting. Also, the invention covers inter alia sewing equipment with laterally moving needles and upwardly pointing needles.

Optioneel is er tussen de naaikop en het haaksamenstel een steunvlak voor het te stikken weefsel. Optioneel gaat het om een bovendeel (naaikop) en een onderdeel (haaksamenstel), waarbij het steunvlak in hoofdzaak horizontaal is gerangschikt.Optionally, there is a support surface for the fabric to be stitched between the sewing head and the hook assembly. Optionally, it concerns an upper part (sewing head) and a lower part (hook assembly), in which the support surface is arranged substantially horizontally.

In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm worden het eerste haaksamenstel en het tweede haaksamenstel evenwijdig bewogen met het steunvlak dat zich tussen de naald en de haaksamenstellen uitstrekt.In a further or alternative embodiment, the first hook assembly and the second hook assembly are moved in parallel with the support surface extending between the needle and the hook assemblies.

In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm omvat de werkwijze verder het uithalen van de onderspoel uit het eerste haaksamenstel in de laadpositie, het wikkelen van de uitgehaalde onderspoel, en het weerom inbrengen van de gewikkelde onderspoel in het haaksamenstel. Optioneel omvat het uithalen van de onderspoel uit het haaksamenstel (a) het uithalen van het spoelhuis uit het haaksamenstel en (b) het uithalen van de onderspoel uit het spoelhuis. Optioneel omvat het inbrengen van de onderspoel in het haaksamenstel (c) het inbrengen van de onderspoel in het spoelhuis en (d) het inbrengen van het spoelhuis in het haaksamenstel.In a further or alternate embodiment, the method further comprises removing the bobbin from the first hook assembly in the loading position, wrapping the removed bobbin, and reinserting the wound bobbin into the hook assembly. Optionally, removing the back bobbin from the hook assembly includes (a) removing the bobbin case from the hook assembly and (b) removing the back bobbin from the bobbin case. Optionally, inserting the bobbin into the hook assembly includes (c) inserting the bobbin into the bobbin case and (d) inserting the bobbin case into the hook assembly.

In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm wordt de onderspoel uitgehaald, gewikkeld, en weerom ingebracht via een opeenvolging van maximaal tweedimensionale bewegingen. De globale beweging is dus een aaneenschakeling van verschillende, tweedimensionale bewegingen. Bij voorkeur wordt de onderspoel overgenomen door een ander bewegingsmechanisme, tussen elke twee opeenvolgende bewegingen in. Complexe driedimensionale bewegingen zijn duurder om te ontwikkelen, terwijl ze machinaal trager uitvoerbaar zijn dan tweedimensionale bewegingen. Voorts is ook het risico op ontregeling veel groter doordat er meer pneumatische cilinders bij te pas komen. Ook dient de operator beter opgeleid zijn voor een correcte regeling. In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm van de werkwijze wordt, d.m.v. éénzelfde aanzuigmiddel: - een restdraad van de uitgehaalde onderspoel af gezogen, en - een draadeind van de gewikkelde onderspoel gericht. Het aanzuigmiddel (bv. omvattende een Venturi) wordt dus dubbel benut. Bij voorkeur kan de zuigmond van het aanzuigmiddel dichterbij en verderaf de onderspoel worden bewogen. Niet-limitatieve voorbeelden staan verderop beschreven. Een voordeel van het richten van het draadeind, is dat de onderdraad na het wikkelen mag worden afgesneden. In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm omvat het wikkelen: - het vormen van één of meerdere wikkellagen met inklemming van een draadbegin, tegen en/of achter een flens van de onderspoel, en - het aanbrengen van één of meerdere, verdere wikkellagen waarbij de genoemde inklemming is gelost. Daarbij wordt de flens zelf gebruikt om het draadbegin in te brengen. Na vorming van minstens twee wikkellagen (weg van, en terug naar het draadbegin) is de wikkeling voldoende stabiel om het draadbegin te lossen. Met vorming van twee verdere wikkellagen (weg van, en terug naar het draadbegin) zal het draadbegin worden ingegrepen door de wikkeling. Na vorming van tenminste één verdere wikkellaag is het draadbegin in de wikkeling opgenomen. De uitvinding is hier niet toe gelimiteerd.In a further or alternative embodiment, the bobbin is extracted, wound, and reinserted through a sequence of up to two-dimensional movements. The global movement is therefore a sequence of different, two-dimensional movements. Preferably, the bottom coil is taken over by another movement mechanism, in between every two successive movements. Complex three-dimensional movements are more expensive to develop, while they are slower to perform mechanically than two-dimensional movements. The risk of disruption is also much greater because more pneumatic cylinders are used. The operator must also be better trained for correct control. In a further or alternative embodiment of the method, by means of one and the same suction means: - a residual wire drawn from the removed lower coil, and - a wire end of the wound lower coil. The suction means (e.g. comprising a Venturi) is thus used twice. Preferably, the suction mouth of the suction means can be moved closer to and further away from the bottom coil. Non-limiting examples are described below. An advantage of aligning the thread is that the bobbin thread can be cut after wrapping. In a further or alternative embodiment, the winding comprises: - forming one or more winding layers with clamping of a thread start, against and / or behind a flange of the bottom coil, and - applying one or more, further winding layers, whereby said clamping is unloaded. The flange itself is used to insert the thread start. After at least two winding layers have been formed (away from and back to the wire start), the winding is sufficiently stable to release the wire start. With formation of two further wrap layers (away from and back to the wire start) the wire start will be engaged by the winding. After at least one further winding layer has been formed, the start of the wire is included in the winding. The invention is not limited to this.

In een tweede aspect voorziet de uitvinding nog een inrichting voor het vormen van stiksteken, de inrichting omvattende een frame waaraan minstens een naaikop en een eerste haaksamenstel zijn voorzien, welke naaikop is aangepast voor opname van een naald voorzien van een oog voor ontvangst van een bovendraad, en welk haaksamenstel een ontvanger vormt die is aangepast voor opname van een onderspoel met een onderdraad, waarbij het haaksamenstel in een werkpositie tegenover de naaikop kan worden gepositioneerd, en waarbij het haaksamenstel is aangepast voor samenwerking met een in de naaikop opgenomen naald, voor het vormen van stiksteken. In het bijzonder omvat de inrichting nog een verder, tweede haaksamenstel dat eveneens in de werkpositie tegenover dezelfde naaikop kan worden gepositioneerd. Optioneel is de inrichting aangepast voor uitvoering van de werkwijze volgens het eerste aspect van de uitvinding. Diezelfde kenmerken en voordelen kunnen dus worden hernomen.In a second aspect, the invention provides a further apparatus for forming running stitches, the apparatus comprising a frame on which at least one sewing head and a first hook assembly are provided, which sewing head is adapted to receive a needle provided with an eye for receiving an upper thread. , and which hook assembly forms a receiver adapted to receive a bobbin with a bobbin thread, wherein the hook assembly can be positioned in a working position opposite the sewing head, and wherein the hook assembly is adapted to cooperate with a needle received in the sewing head, for forms of running stitches. In particular, the device comprises a further, second hook assembly which can also be positioned in the working position opposite the same sewing head. Optionally, the device is adapted to perform the method according to the first aspect of the invention. The same features and benefits can thus be retaken.

Bij voorkeur gaat het om een geautomatiseerde inrichting voorzien van een stuureenheid voor elektronische aansturing. Mogelijke actuatoren zijn pneumatisch, elektrisch en/of hydraulisch. Optioneel omvat de inrichting ook een laadmechaniek voor het uitladen en/of inladen van onderspoelen, in de laadpositie van het haaksamenstel. Optioneel omvat de inrichting ook middelen voor het wikkelen van onderspoelen.It is preferably an automated device provided with a control unit for electronic control. Possible actuators are pneumatic, electric and / or hydraulic. Optionally, the device also includes a loading mechanism for unloading and / or loading undercoils, in the loading position of the hook assembly. Optionally, the device also includes means for winding undercoils.

In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm zijn het eerste en het tweede haaksamenstel samen voorzien op een gemeenschappelijk beweegbaar onderstel. In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm betreft het een 180° verdraaibaar onderstel.In a further or alternative embodiment, the first and the second hook assembly are provided together on a common movable chassis. In a further or alternative embodiment, it concerns a 180 ° rotatable undercarriage.

In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm zijn er één of meerdere naaikoppen, en zijn er minstens twee haaksamenstellen voorzien per naaikop. Optioneel zijn de bovenbouw en onderbouw “losgekoppeld” zoals hierboven beschreven. Optioneel zijn de naaikoppen en haaksamenstellen (eventueel geordend in paren) individueel beweegbaar.In a further or alternative embodiment, there are one or more sewing heads, and at least two hook assemblies are provided per sewing head. Optionally, the superstructure and substructure are “disconnected” as described above. Optionally, the sewing heads and hook assemblies (possibly arranged in pairs) are individually movable.

In wat volgt wordt de uitvinding beschreven a.d.h.v. niet-limiterende voorbeelden en figuren die de uitvinding illustreren, en die niet bedoeld zijn of geïnterpreteerd mogen worden om de omvang van de uitvinding te limiteren.In what follows the invention is described by means of non-limiting examples and figures illustrating the invention, and which are not intended or should be construed to limit the scope of the invention.

Figuren 1A-B tonen respectievelijk een explosietekening en een perspectieftekening van een haaksamenstel 1 voorzien van een onderspoel 2 en spoelhuis 3, in overeenstemming met een mogelijke uitvoeringsvorm van de uitvinding.Figures 1A-B show an exploded view and a perspective view, respectively, of a hook assembly 1 provided with a lower bobbin 2 and bobbin case 3, in accordance with a possible embodiment of the invention.

Het haaksamenstel 1 vormt een ontvanger 4 waarin de onderspoel 2 kan worden gevat. Fig. 1A toont een lege onderspoel 2. Voor het vormen van stiksteken zit er weliswaar een onderdraad (niet getoond) omheen de onderspoel 2 gewikkeld. Verder vormt het haaksamenstel 1 een haak 5. Ook is het haaksamenstel 1 nog voorzien van een aansluiting 6, waarmee het haaksamenstel 1 op een aandrijfmiddel 7 (niet getoond in Fig. 1A-B) kan worden aangesloten. Dit laat toe om het haaksamenstel 1 roterend aan te drijven, omheen zijn as 8. Daarbij gaat de haak 5 een roterende beweging maken, omheen de ontvanger 4 en de daarin gevatte onderspoel 2.The hook assembly 1 forms a receiver 4 in which the lower coil 2 can be received. FIG. 1A shows an empty bobbin 2. To form lockstitches, a bobbin thread (not shown) is wrapped around the bobbin 2. The hook assembly 1 further forms a hook 5. The hook assembly 1 is also further provided with a connection 6, with which the hook assembly 1 can be connected to a drive means 7 (not shown in Fig. 1A-B). This allows the hook assembly 1 to be rotatedly driven around its axis 8. The hook 5 then starts to make a rotating movement around the receiver 4 and the lower coil 2 contained therein.

Met een dergelijk haaksamenstel 1 (voorzien van onderspoel 2 en spoelhuis 3) kan een stiksteek worden gerealiseerd, door samenwerking met een naald 9. Daartoe is de naald 9 voorzien van een bovendraad (niet getoond in Fig. 1A-B). Bij een correct gesynchroniseerde beweging van het haaksamenstel 1 en de naald 9, wordt de bovendraad in een lus omheen de onderdraad getrokken. Daarbij vormt zich een stiksteek. Doorgaans is er ook een spoelhuis 3 voorzien. De onderspoel 2 kan in het spoelhuis 3 worden gevat, waarbij het spoelhuis 3 op zijn beurt in de ontvanger 4 van het haaksamenstel 1 wordt ontvangen. Optioneel voorziet het spoelhuis 3 een lipje 12, waarmee het spoelhuis 3 de onderspoel 2 aangrijpt. Figuur 2A toont een schematische doorsnede van een inrichting 13 voor het vormen van stiksteken, volgens een mogelijke uitvoeringsvorm van de uitvinding.With such a hook assembly 1 (provided with lower bobbin 2 and bobbin case 3), a lockstitch can be realized by cooperation with a needle 9. For this purpose the needle 9 is provided with an upper thread (not shown in Fig. 1A-B). With correctly synchronized movement of the hook assembly 1 and the needle 9, the upper thread is drawn in a loop around the lower thread. A lockstitch forms during this process. A bobbin case 3 is usually also provided. The bobbin 2 can be received in the bobbin case 3, with the bobbin case 3 in turn received in the receiver 4 of the hook assembly 1. Optionally, the bobbin case 3 provides a tab 12 with which the bobbin case 3 engages the bobbin 2. Figure 2A shows a schematic cross-section of a device 13 for forming running stitches, according to a possible embodiment of the invention.

De inrichting 13 omvat een naaikop 14 met een naaldstang 15 waaraan een naald 9 is gekoppeld. De naald 9 voorziet een oog 10 voor ontvangst van een bovendraad (niet getoond). Onder de naald 9 bevindt zich een steunvlak 16 waarop het te naaien/stikken weefsel kan worden gerangschikt. De inrichting 13 is er nu voor aangepast om de naald 10 met een op- en neergaande beweging aan te sturen, volgens de naaldrichting. Daarbij wordt de naaldpunt met het oog 10 doorheen het weefsel gedwongen. Verder omvat de inrichting nog een eerste haaksamenstel 1 en een tweede haaksamenstel 1’. Optioneel zijn deze in overeenstemming met de uitvoeringsvorm van Fig. 1A-B. Elk haaksamenstel 1, 1’ vormt een ontvanger 4 waarin een onderspoel 2 is gevat. Bovendien is elk haaksamenstel 1, 1’ aangesloten op een afzonderlijk aandrijfmiddel 7. De aandrijfmiddelen 7 zijn erop voorzien om de overeenkomstige haaksamenstellen 1, 1’ roterend aan te drijven, omheen hun as. Daarbij volgen de overeenkomstige haken 5 een roterende beweging omheen de bijhorende onderspoelen 2, zoals hierboven beschreven.The device 13 comprises a sewing head 14 with a needle bar 15 to which a needle 9 is coupled. The needle 9 provides an eye 10 for receiving an upper thread (not shown). Below the needle 9 there is a supporting surface 16 on which the fabric to be sewn / stitched can be arranged. The device 13 is now adapted to drive the needle 10 with an up and down movement, according to the needle direction. The needle tip is thereby forced through the tissue with the eye 10. The device further comprises a first hook assembly 1 and a second hook assembly 1 ". Optionally, these are in accordance with the embodiment of FIG. 1A-B. Each hook assembly 1, 1 "forms a receiver 4 in which a lower coil 2 is housed. In addition, each hook assembly 1, 1 "is connected to a separate drive means 7. The drive means 7 is arranged to drive the corresponding hook assemblies 1, 1" rotatably about their axis. The corresponding hooks 5 herein follow a rotating movement around the associated undercoils 2, as described above.

Slechts het eerste haaksamenstel 1 bevindt zich in een werkpositie 17 tegenover de naald 9. Het bewuste haaksamenstel 1 is aangepast voor samenwerking met de naald 9, in die werkpositie 17, voor het vormen van stiksteken. Daartoe volgen de naald 9 en het haaksamenstel 1 een correct gesynchroniseerde beweging, door een geschikte aansturing van o.a. het bijhorend aandrijfmiddel 7. Het tweede haaksamenstel 1’ bevindt zich in een laadpositie 18. In die laadpositie 18 is het bewuste haaksamenstel 1’ tegenover een laadmechaniek 19 gepositioneerd. De laadmechaniek 19 laat toe om een deels lege onderspoel 2 uit het haaksamenstel 1’ te halen, en om een gewikkelde onderspoel 2 in het haaksamenstel 1’ te brengen.Only the first hook assembly 1 is in a working position 17 opposite the needle 9. The hook assembly 1 concerned is adapted to cooperate with the needle 9, in that working position 17, for forming running stitches. To this end, the needle 9 and the hook assembly 1 follow a correctly synchronized movement, by a suitable control of, inter alia, the associated drive means 7. The second hook assembly 1 'is in a loading position 18. In that loading position 18, the hook assembly 1' concerned is opposite a loading mechanism. 19 positioned. The loading mechanism 19 allows to take a partially empty lower bobbin 2 from the hook assembly 1 ", and to introduce a wound bobbin 2 into the hook assembly 1".

Ondertussen moet het stikken niet worden onderbroken. Daartoe is de laadmechaniek 19 bij voorkeur voorzien in een omgeving van de laadpositie 18. Bij voorkeur is de laadmechaniek 19 beweegbaar tot aan het haaksamenstel 1’ in de laadpositie 18, en weg van het haaksamenstel 1’ in de laadpositie 18.In the meantime, stitching should not be interrupted. To this end, the loading mechanism 19 is preferably provided in an environment of the loading position 18. Preferably, the loading mechanism 19 is movable up to the hook assembly 1 "in the loading position 18, and away from the hook assembly 1" in the loading position 18.

Het eerste en tweede haaksamenstel 1, 1’ zijn samen voorzien op een gemeenschappelijk onderstel 22. Via een rotatie over 180° van het onderstel 22 t.o.v. een centrale as 23, kunnen de haaksamenstellen 1, 1’ van plaats worden gewisseld. Daarbij wordt het eerste haaksamenstel 1 vanuit de werkpositie 17 in de laadpositie 18 bewogen, en daarbij wordt het tweede haaksamenstel 1’ vanuit de laadpositie 18 in de werkpositie 17 bewogen. Beide haaksamenstellen 1, 1’ worden dus gelijktijdig bewogen. Trouwens worden de aandrijfmiddelen 7 samen bewogen met de overeenkomstige haaksamenstellen 1, 1°.The first and second hook assembly 1, 1 "are together provided on a common undercarriage 22. Via a 180 ° rotation of the undercarriage 22 relative to a central axis 23, the hook assemblies 1, 1" can be exchanged. The first hook assembly 1 is herein moved from the working position 17 to the loading position 18, and the second hook assembly 1 "is moved from the loading position 18 into the working position 17. Both hook assemblies 1, 1 "are thus moved simultaneously. By the way, the drive means 7 are moved together with the corresponding hook assemblies 1, 1 °.

Dit maakt een minimaal onderbroken werking van de inrichting 13 mogelijk. Van zodra de onderspoel 2 in het eerste haaksamenstel 1 leeg geraakt, worden de haaksamenstellen 1, 1’ van plaats gewisseld. Het tweede haaksamenstel 1’ met een gevulde onderspoel 2 bevindt zich nu in de werkpositie 17. Het stikken kan onmiddellijk worden hervat, via dat tweede haaksamenstel 1’. I.h.b. wordt het bijhorende aandrijfmiddel 7 zodanig aangestuurd dat de haak 5 een gewenste beweging maakt, synchroon met de naald 9. Ondertussen kan de lege onderspoel 2 in het eerste haaksamenstel 1 worden ververst. Dit schema kan onbeperkt worden herhaald, bijvoorbeeld via steeds dezelfde rotatie over 180°, of bijvoorbeeld via afwisselend positieve en negatieve rotaties over +180°. De uitvinding is tot geen van beide gelimiteerd.This allows for a minimally interrupted operation of the device 13. As soon as the lower coil 2 in the first hook assembly 1 becomes empty, the hook assemblies 1, 1 "are changed places. The second hook assembly 1 "with a filled lower bobbin 2 is now in the working position 17. The stitching can be resumed immediately, via that second hook assembly 1". I.h.b. the associated drive means 7 is controlled such that the hook 5 makes a desired movement, in synchronism with the needle 9. In the meantime, the empty lower bobbin 2 in the first hook assembly 1 can be refreshed. This scheme can be repeated indefinitely, for example by always the same rotation through 180 °, or for example through alternating positive and negative rotations through + 180 °. The invention is not limited to either.

De naaikop 14, naaldstang 15 en naald 9 zijn omvat door de bovenbouw 21 van de inrichting 13. Onder meer het eerste en het tweede haaksamenstel 1, 1’ zijn omvat door de onderbouw 20. Ertussen strekt zich een steunvlak 16 uit. In de uitvoeringsvorm van Fig. 2A worden de haaksamenstellen 1, 1’ via een horizontale rotatie over 180° gewisseld, evenwijdig met voorgenoemd steunvlak 16 (dat is, loodrecht op de naaldrichting). Bij voorkeur worden zij in één vloeiende beweging van plaats worden gewisseld. Figuur 2B toont nog een schematische perspectieftekening van een inrichting 13 voor het vormen van stiksteken, volgens een alternatieve uitvoeringsvorm. Ook hier omvat de inrichting 13 een onderbouw 19 en een bovenbouw 20. De bovenbouw 20 omvat een naaikop 14 met een naald 9. De naald 9 is voorzien van een oog 10, voor opname van een bovendraad (niet getoond). De onderbouw 19 omvat een eerste haaksamenstel 1 en een tweede haaksamenstel 1’. Elk voorziet een ontvanger 4 waarin een overeenkomstige onderspoel 2 is gevat.The sewing head 14, needle bar 15 and needle 9 are enclosed by the superstructure 21 of the device 13. The first and the second hook assemblies 1, 1 ", among others, are enclosed by the substructure 20. A supporting surface 16 extends between them. In the embodiment of FIG. 2A, the hook assemblies 1, 1 "are changed through a horizontal rotation through 180 °, parallel to the aforementioned support plane 16 (that is, perpendicular to the needle direction). Preferably, they are replaced in one smooth movement. Figure 2B shows another schematic perspective view of a device 13 for forming running stitches, according to an alternative embodiment. Here too, the device 13 comprises a substructure 19 and a superstructure 20. The superstructure 20 comprises a sewing head 14 with a needle 9. The needle 9 is provided with an eye 10 for receiving an upper thread (not shown). The substructure 19 comprises a first hook assembly 1 and a second hook assembly 1 ". Each provides a receiver 4 in which a corresponding lower coil 2 is housed.

Het eerste haaksamenstel 1 bevindt zich in de werkpositie 17, tegenover de naaldThe first hook assembly 1 is in the working position 17, opposite the needle

9. Het tweede haaksamenstel 1’ bevindt zich in zijn laadpositie 1’, tegenover een bijhorende laadmechaniek 19°.9. The second hook assembly 1 "is in its loading position 1", opposite an associated loading mechanism 19 °.

De haaksamenstellen 1, 1’ en hun afzonderlijke aandrijfmiddelen 7 zijn samen voorzien aan een gemeenschappelijk onderstel 22. Via een translatiebeweging 24 van het onderstel 22, wordt het eerste haaksamenstel 1 in zijn laadpositie 18 gebracht. Dat is, in lijn met een bijhorende laadmechaniek 19. Tegelijkertijd wordt het tweede haaksamenstel 1’ daarbij in de werkpositie 17 gebracht, tegenover de naald 9. Verdere uitwerking en voordelen zijn gelijkaardig aan de uitvoeringsvorm van Fig. 2A. Als verschil worden de haaksamenstellen 1, 1’ hier niet van plaats gewisseld. Zij hebben elk een eigen laadpositie 18, 18’, waar een eigen laadmechaniek 19, 19° is voorzien.The hook assemblies 1, 1 "and their separate drive means 7 are together provided on a common undercarriage 22. Via a translational movement 24 of the undercarriage 22, the first hook assembly 1 is brought into its loading position 18. That is, in line with an associated loading mechanism 19. At the same time, the second hook assembly 1 "is thereby brought into the working position 17, opposite the needle 9. Further elaboration and advantages are similar to the embodiment of Figs. 2A. As a difference, the hook assemblies 1, 1 "are not changed places here. They each have their own loading position 18, 18 ", where their own loading mechanism 19, 19 ° is provided.

De genummerde elementen in de figuren zijn:The numbered elements in the figures are:

1. Haaksamenstel1. Hook assembly

2. Onderspoel2. Under coil

3. Spoelhuis 4, Ontvanger3. Bobbin case 4, Receiver

5. Haak5. Hook

6. Aansluiting6. Connection

7. Aandrijfmiddel7. Propulsion means

8. As8. Ash

9. Naald9. Needle

10. Oog10. Eye

11. Flens11. Flange

12. Lipje12. Tab

13. Inrichting13. Establishment

14. Naaikop14. Sewing head

15. Naaldstang15. Needle bar

16. Steunvlak16. Support surface

17. Werkpositie17. Work position

18. Laadpositie18. Loading position

19. Laadmechaniek19. Loading mechanism

20. Onderbouw20. Substructure

21. Bovenbouw21. Superstructure

22. Onderstel22. Chassis

23. Centrale as23. Central axis

24. Translatiebeweging Voorbeeld 1 — het verwijderen van een restdraad Het is mogelijk om een restdraad te verwijderen van de onderspoel, terwijl de — onderspoel zich nog in het spoelhuis bevindt. Voor het verwijderen van de restdraad wordt de zuigmond van het aanzuigmiddel tot nabij de basis van de restdraad gebracht. Dat is, waar de restdraad het spoelhuis verlaat. De zuigmond wordt nu verder van de onderspoel af bewogen. De restdraad wordt met de beweging mee gericht. Daarbij wordt de restdraad via de zuigmond tussen twee rollen bewogen. Vervolgens klemmen de rollen de restdraad in. Minstens één rol is een aangedreven rol. Optioneel is het oppervlak van de aangedreven rol geruwd. Bij aandrijving van de rollen wordt de restdraad aan het spoelhuis en de onderspoel onttrokken, tussen de rollen door. De vrijgekomen restdraad wordt effenaan weggeleid, d.m.v. het aanzuigmiddel.24. Translation Movement Example 1 - Removing a Remnant Thread It is possible to remove a remnant thread from the bobbin bobbin while the - bobbin is still in the bobbin case. To remove the residual thread, the suction nozzle of the suction means is brought close to the base of the residual thread. That is where the residual thread exits the bobbin case. The squeegee is now moved further away from the bottom coil. The residual thread is aligned with the movement. The residual thread is moved between two rollers via the suction mouth. Then the rollers clamp the remaining wire. At least one roll is a powered roll. Optionally, the surface of the driven roller is roughened. When the rollers are driven, the residual thread is drawn from the bobbin case and the lower bobbin, between the rollers. The released residual thread is led away evenly by means of the suction means.

Voorbeeld 2 — het richten van een draadeind Voor het richten van een draadeind van een gewikkelde onderspoel, wordt de zuigmond van het aanzuigmiddel tot nabij de basis van het draadeind gebracht. Dat is, waar het draadeind het spoelhuis verlaat. De zuigmond wordt nu verder van de onderspoel af bewogen. Het draadeind wordt met de beweging mee gericht.Example 2 - Alignment of a Threaded End To align a threaded end of a coiled bottom coil, the suction nozzle of the suction means is brought close to the base of the threaded end. That is where the thread exits the bobbin case. The squeegee is now moved further away from the bottom coil. The threaded end is aligned with the movement.

Het is verondersteld dat de huidige uitvinding niet beperkt is tot de uitvoeringsvormen die hierboven beschreven zijn en dat enkele aanpassingen of veranderingen aan de beschreven voorbeelden en figuren kunnen toegevoegd worden zonder de toegevoegde conclusies te herwaarderen.It is believed that the present invention is not limited to the embodiments described above and that some modifications or changes may be made to the examples and figures described without revaluing the appended claims.

Claims

CONCLUSIONS

A method of changing a bobbin (2) in an apparatus (13) for forming a lockstitch, the apparatus (13) comprising a needle (9) with an eye (10) for receiving an upper thread, and which The device (13) further comprises a first hook assembly (1) having a receiver (4) in which a bobbin (2) is housed, the hook assembly (1) being positioned in a working position (17) opposite the needle (9), and wherein the hook assembly (1) is adapted to cooperate with the needle (9), for forming running stitches, the method comprising the step of moving said first hook assembly (1) from the working position (17) into a loading position (18) ), and characterized in that the method further comprises the step of moving a further, second hook assembly (1) from a loading position (18) into the operating position (17).

The method of claim 1, wherein the first hook assembly (1) and the second hook assembly (1 ") are switched positions.

The method of any of claims 1-2, wherein the first hook assembly (1) and the second hook assembly (1) are moved simultaneously.

The method according to any one of claims 1-3, wherein the first hook assembly (1) and the second hook assembly (1) are connected to separate drive means (7), and wherein the first and / or the second hook assembly (1, 1 ') ) is moved together with the corresponding drive means (7).

The method according to any of claims 1-4, wherein the first hook assembly (1) and the second hook assembly (1) are provided on a common undercarriage (22), and wherein the hook assemblies (1, 1 ') are moved together via a movement of the chassis (22).

The method of any of claims 1 to 5, wherein the first hook assembly (1) and the second hook assembly (1) are rotated 180 °, relative to a central axis (23).

The method according to any one of claims 1-6, wherein the first hook assembly (1) and the second hook assembly (1) are moved in parallel with a support surface (16) extending between the needle (9) and the hook assemblies (1, 1) ') extends.

The method of any one of claims 1 to 7, further comprising extracting the lower bobbin (2) from the first hook assembly (1) in the loading position (18), wrapping the extracted lower bobbin (2), and reinserting it of the wound bobbin (2) in the hook assembly (1).

The method of claim 8, wherein the bobbin (2) is taken out, wound up, and reinserted through a sequence of up to two-dimensional movements.

The method according to any of claims 8-9, wherein by means of one and the same suction means: - a residual thread is sucked off the removed lower bobbin (2), and - a thread end of the wound lower bobbin (2) is directed.

The method according to any one of claims 8-10, wherein the winding comprises: - forming one or more winding layers with clamping of a thread start, against and / or behind a flange (11) of the lower coil (2), and - applying one or more further wrapping layers, whereby said clamping has been released.

A device (13) for forming running stitches, the device (13) comprising a frame on which at least one sewing head (14) and a first hook assembly (1) are provided, which sewing head (14) is adapted to receive a needle (9) provided with an eye (10) for receiving an upper thread, and which hook assembly (1) forms a receiver (4) adapted to receive a lower bobbin (2) with a lower thread, the hook assembly (1) in a working position (17) can be positioned opposite the sewing head (14), and wherein the hook assembly (1) is adapted to cooperate with a needle (9) included in the sewing head (14), for forming running stitches, characterized in that, that the device (13) provides yet a further, second hook assembly (1 ') which can also be positioned in the working position (17) opposite the same sewing head (14).

The device (13) of claim 12, wherein the first and second hook assemblies (1,1 ”) are provided together on a common and movable base (22).

The device (13) of claim 13, wherein it is a rotatable base (22).

The device (13) according to any of claims 12-14, wherein at least two hook assemblies (1,1 ”) are provided per sewing head (14).