BE1026534B1

BE1026534B1 - Multifunctioneel verbindingsstuk voor het bouwen van een videomuur

Info

Publication number: BE1026534B1
Application number: BE20195282A
Authority: BE
Inventors: Beirendonck Wouter Van
Original assignee: Goforit ! Bvba
Priority date: 2019-04-25
Filing date: 2019-04-25
Publication date: 2020-03-06
Also published as: NL2025068B1

Abstract

De uitvinding betreft een multifunctioneel verbindingsstuk voor het verbinden van een weergavemodule met een framemodule waarbij de weergavemodule en de framemodule onderdeel zijn van een modulaire tentoonstellingsstand of van een modulaire videomuur. Het multifunctioneel verbindingsstuk bestaat uit een eerste bout en een tweede bout en waarbij de totale longitudinale lengte LB2 van de tweede bout kleiner is dan de longitudinale lengte LP1 van een eerste pin van de eerste bout. De tweede bout omvat een interne boring die de eerste pin ontvangt en de eerste pin is verschuifbaar doorheen de interne boring. Een tweede pin van de tweede bout omvat een uitwendige schroefdraad met een diameter D2 die groter is dan een diameter D1 van de uitwendige schroefdraad van de eerste pin. Het multifunctioneel verbindingsstuk kan ook door middel van de tweede pin in een busmoer geschroefd worden.

Description

MULTIFUNCTIONEEL VERBINDINGSSTUK

VOOR HET BOUWEN VAN EEN VIDEOMUUR

Gebied van de technologie [0001] De onderhavige uitvinding heeft betrekking op het gebied van modulaire tentoonstellingstanden en/of videomuren waarbij gebruik wordt gemaakt van framemodules en weergavemodules. In het bijzonder heeft de onderhavige uitvinding betrekking op het onderling verbinden van een weergavemodule met een framemodule en het verbinden van framemodules onderling.

Stand van de techniek [0002] Een modulaire tentoonstellingsstand is een stand die meestal voor een beperkte periode wordt gebruikt en daarom snel kan opgebouwd worden en ook snel opnieuw kan afgebroken worden. Dergelijke stand bestaat uit verschillende framemodules waarbij elke framemodule is opgebouwd uit bijvoorbeeld vier profielen die een kader vormen, meestal gemaakt van aluminium. De framemodules zijn bij voorkeur op voorhand in een fabriek samengesteld zodat bij de opbouw van de stand enkel nog framemodules aan elkaar vast gemaakt moeten worden. Profielen voor standenbouw die samengesteld worden tot framemodules zijn bijvoorbeeld beschreven in WO2016/027175.

[0003] De framemodules die gebruikt worden voor standenbouw omvatten meestal vier profielzijden die aan elkaar vastgemaakt zijn en een rechthoekige kader vormen. In de profielen zijn, zoals besproken in WO2016/027175, doorvoeropeningen gemaakt zodanig dat framemodules gemakkelijk met elkaar verbonden kunnen worden door gebruik te maken van verbindingsmiddelen die doorheen de doorvoeropeningen worden geplaatst. Een verbindingsmiddel omvat in het algemeen een boutgedeelte en een moergedeelte. De doorvoeropeningen in de profielen van de framemodules hebben bijvoorbeeld een opening met een diameter tussen de 20 en 35 mm zodat de verbindingsmiddelen gemakkelijk doorheen

2019/5282

BE2019/5282 de openingen kunnen gebracht worden om twee naast elkaar geplaatste framemodules vast te maken. Een voorbeeld van een verbindingsmiddel dat gebruikt kan worden met de profielen besproken in WO2016/027175 is getoond in USD808254. Dergelijk verbindingsmiddel bestaat uit twee delen. Een eerste staafvormig deel met inwendige schroefdraad, ook busmoer genaamd, wordt aangebracht doorheen de doorvoeropeningen van twee naast elkaar geplaatste profielen. Een tweede deel bestaat uit een korte bout die in de busmoer geschroefd kan worden.

[0004] Framemodules kunnen bijvoorbeeld naast elkaar geplaatst worden om een grotere muur te vormen of framemodules kunnen bijvoorbeeld ook onder een hoek van 90° geplaatst worden om op deze manier een zijdelings steunmuur of zijwand te vormen. Aan de framemodules kunnen aan de voor en/of achterzijde een bedekking aangebracht worden zodat op die manier wanden voor de tentoonstelligstand worden gevormd. De bedekking kan bijvoorbeeld bestaan uit panelen of uit een stof.

[0005] Zoals beschreven in bijvoorbeeld BE1025102B1 kan een modulaire tentoonstellingsstand ook voorzien worden van weergavemodules. Een weergavemodule bevat een beeldscherm zoals een LCD of LED scherm die toelaat om videobeelden te tonen. De weergavemodule bevat ook een weergaveframe waaraan het beeldscherm is vastgemaakt. Meerdere weergavemodules kunnen ook naast elkaar geplaatst worden om één groot beeldscherm te vormen, wat ook een videomuur wordt genoemd. Om dergelijk groot beeldscherm op te bouwen worden framemodules vastgemaakt aan de weergavemodules ter ondersteuning en/of om een grotere muur te bouwen die videobeelden toont gecombineerd met advertentiepanelen. Bijvoorbeeld een zijmuur bestaande uit framemodules kan loodrecht geplaatst worden op de weergavemodules ter ondersteuning. In een ander voorbeeld kan één groot beeldscherm, gevormd door meerdere weergavemodules, verder omringd worden door meerdere framemodules die bijvoorbeeld voorzien zijn met reclamepanelen. Afhankelijke van het ontwerp van de tentoonstellingsstand of videomuur zijn er

2019/5282

BE2019/5282 dus oneindig veel mogelijkheden om de framemodules en de weergavemodules te combineren.

[0006] Het weergaveframe van de framemodule bevat meestal een aantal installatiegaten voorzien van een inwendige schroefdraad, bijvoorbeeld van metriek M6 of M8. Deze installatiegaten zijn bijvoorbeeld aangebracht aan de zijkant of achterzijde van de framemodule. Op die manier kan door gebruik te maken van een passende bout, een framemodule vast gemaakt worden aan een weergaveframe van de weergavemodule. Om de bout te kunnen plaatsen moet dus ook een doorvoeropening gemaakt worden in het profiel van de framemodule om er de bout doorheen te kunnen brengen en nadien vast te schroeven in het installatiegat van het weergaveframe van de weergavemodule.

[0007] Omdat het op en af bouwen van standen snel moet gebeuren is er nood om het aantal verschillende soorten verbindingselementen te beperken en de opbouw van de standen te vereenvoudigen.

Samenvatting van de uitvinding [0008] De uitvinding heeft tot doel om het verbinden van framemodules en weergavemodules van een modulaire stand of een modulaire videomuur te vereenvoudigen en om de opbouwsnelheid van een stand of videomuur te verhogen. In het bijzonder is een multifunctioneel verbindingsstuk voorzien die zowel kan gebruikt worden voor verbindingen tussen een framemodule en een weergavemodule als tussen framemodules onderling.

[0009] De huidige uitvinding is gedefinieerd in de bijgevoegde onafhankelijke conclusies. De afhankelijke conclusies definiëren voordelige uitvoeringsvormen.

[0010] Volgens een eerste aspect van de uitvinding is een multifunctioneel verbindingsstuk voorzien voor het opbouwen van een modulaire videomuur bestaande uit één of meer weergavemodules en één of meer framemodules.

[0011] Het multifunctioneel verbindingsstuk omvat een eerste bout bestaande uit een eerste pin met een

2019/5282

BE2019/5282 longitudinale lengte L_P1 en waarbij ten minste een eindgedeelte van de eerste pin een eerste uitwendige schroefdraad omvat met een schroefdraaddiameter D1, en een eerste boutkop verbonden met de eerste pin. Het multifunctioneel verbindingsstuk omvat een tweede bout bestaande uit een tweede pin met een longitudinale lengte L_P2 en waarbij ten minste een eindgedeelte van de tweede pin een tweede uitwendige schroefdraad omvat met een schroefdraaddiameter D2, met D2 > D1, en een tweede boutkop verbonden aan de tweede pin, en waarbij de tweede boutkop een longitudinale lengte L_BK2 heeft. De tweede bout heeft een totale longitudinale lengte L_B2 met L_B2 = L_P2 + L_BK2, en waarbij L_B2 < L_P1. De tweede bout heeft een inwendige boring die zich uitstrekt over de totale longitudinale lengte L_B2beginnende met een ingangsopening aan de tweede boorkop en eindigend met een uitgangsopening aan een uiteinde van de tweede pin. De inwendige boring is samengesteld om de eerste pin te ontvangen en de eerste pin is verschuifbaar doorheen de inwendige boring zodanig dat een scheidingsafstand tussen de eerste boutkop en de tweede boutkop kan gevarieerd worden. [0012] In het algemeen is de eerste boutkop zodanig samengesteld dat de eerste boutkop niet doorheen de ingangsopening van de inwendige boring kan schuiven. Preferentieel omvat de eerste boutkop een buitendiameter die groter is dan een diameter van de ingangsopening van de inwendige boring.

[0013] Met de multifunctionele verbindingsstukken kunnen framemodules en weergavemodules die onderdeel zijn van een modulaire tentoonstellingsstand of van een modulaire videomuur verbonden worden.

[0014] Het multifunctioneel verbindingsstuk biedt als voordeel dat er twee bouten in één geheel geïntegreerd zijn en dat afhankelijk van het type van frames dat met elkaar verbonden moet worden tijdens het opstellen van een videomuur, gebruik gemaakt kan worden van de eerste of de tweede bout van het multifunctioneel verbindingsstuk. Een weergavemodule kan met een framemodule verbonden worden door gebruik te maken van de eerste bout terwijl bij het verbinden

2019/5282

BE2019/5282 van twee framemodules onderling gebruik wordt gemaakt van de tweede bout.

[0015] Het multifunctioneel verbindingsstuk biedt verder als voordeel dat er geen bijkomende doorvoeropeningen met verschillende diameter in de framemodules moeten gemaakt worden. Dezelfde doorvoeropeningen in de framemodules kunnen gebruikt worden om zowel de eerste bout met kleinere diameter schroefdraad, bv M6, te gebruiken als voor het gebruik van de tweede bout met grotere diameter schroefdraad, bv M24.

[0016] Hoewel de eerste pin van de eerste bout een kleinere diameter heeft dan de tweede pin van de tweede bout, kan de eerste bout toch gebruikt worden in combinatie met doorvoeropeningen in de frames die veel groter zijn. Bijvoorbeeld, de eerste pin kan een metriek M6 hebben, d.w.z een uitwendige diameter van 6 mm, en toch gebruikt worden in combinatie met een doorvoeropening in een frame van bijvoorbeeld 30 mm. Dit komt omdat de eerste pin in de inwendige boring van de tweede pin geplaatst is en de tweede pin bijvoorbeeld een buitendiameter van 25 mm heeft met een tweede boorkop van bijvoorbeeld 40 mm buitendiameter. De tweede pin van de tweede bout zorgt dus voor een goed passende doorvoer doorheen de doorvoeropening van een frame en de tweede boutkop verhindert dat het verbindingsstuk doorheen de doorvoeropening van het frame glijdt. De eerste bout wordt hierbij in combinatie met de tweede bout gebruikt om de eerste pin in een installatiegat van bijvoorbeeld een weergaveframe te schroeven. De installatiegaten in de weergaveframes hebben typisch een metriek M6 of M8.

[0017] In geprefereerde uitvoeringsvormen, omvatten de eerste boutkop en de tweede boutkop van het multifunctioneel verbindingsstuk elk een handgreep om het manueel draaien van respectievelijk de eerste bout en de tweede bout te vergemakkelijken.

[0018] In sommige uitvoeringsvormen omvat de eerste pin een sluitingsring geplaatst rond de eerste pin zodanig dat de eerste pin niet volledig uit de inwendige boring zou kunnen glijden.

2019/5282

BE2019/5282 [0019] E en voordeel is dus ook dat het multifunctioneel verbindingsstuk kan gebruikt worden in combinatie met een busmoer om op die manier een koppelingsmiddel te vormen. Met de busmoer kan namelijk een schroefverbinding gemaakt worden met de tweede bout van het multifunctioneel verbindingsstuk. De busmoer omvat een staafgedeelte met een longitudinale lengte L_P3 > L_P2 en waarbij het staafgedeelte een inwendige schroefdraad omvat die in overeenstemming is met de uitwendige schroefdraad van de tweede pin van het multifunctioneel verbindingsstuk. Op die manier kan de eerste pin van het multifunctioneel verbindingsstuk in de busmoer geschroefd worden. De busmoer bevat ook een kraaggedeelte verbonden met het staafgedeelte.

[0020] Een voordeel van het voorzien van een multifunctioneel verbindingsstuk is dat het aantal verschillende verbindingstukken die nodig zijn om een videomuur bestaande uit weergavemodules en framemodules op te bouwen, beperkt is. Door gebruik te maken van slechts twee verschillende soorten verbindingscomponenten, namelijk een multifunctioneel verbindingsstuk volgens de uitvinding en een busmoer, kan de videomuur opgebouwd worden.

[0021] In bepaalde uitvoeringsvormen bestaat de tweede pin van het multifunctioneel verbindingsstuk uit een eerste gedeelte overeenkomend met het eindgedeelte die de uitwendige schroefdraad omvat en waarbij het eerste gedeelte een longitudinale lengte L_P2a heeft, en een tweede gedeelte zonder uitwendige schroefdraad. Het tweede gedeelte heeft een longitudinale lengte L_P2b, met L_P2 = L_P2a + L_P2b, en waarbij het tweede gedeelte een buitendiameter D3 heeft met D3 > D2. [0022] Het voordeel van deze uitvoeringsvorm waarbij de tweede pin uit een eerste en tweede gedeelte bestaat, is dat de diameter D3 van het tweede gedeelte kan gekozen worden in functie van de diameter van de doorvoeropening van het framemodule zodanig dat er een goed passende robuste doorvoer wordt gevormd doorheen de doorvoeropening van het framemodule.

[0023] In uitvoeringsvormen heeft de tweede boutkop van het multifunctioneel verbindingsstuk een buitendiameter D4

2019/5282

BE2019/5282 met D4 > D3.

[0024] In uitvoeringsvormen bevat het multifunctioneel verbindingsstuk een veer geplaatst tussen de eerste boutkop en de tweede boutkop. Wanneer de veer in een rustpositie is, is er een nominale afstand tussen de eerste een de tweede boutkop. Als de eerste pin bijvoorbeeld in een installatiegat van een weergavemodule geschroefd wordt komt de veer in compressie en is de scheidingsafstand tussen de eerste en tweede boutkop kleiner dan de nominale scheidingsafstand.

[0025] In een tweede aspect voorziet de uitvinding een modulaire videomuur waarbij framemodules en weergaveframes aan elkaar vast gemaakt zijn met één of meerdere multifunctionele verbindingsstukken en/of één of meer koppelingsmiddelen zoals hierboven besproken.

[0026] In een verder aspect voorziet de uitvinding een gebruik van een multifunctioneel verbindingsstuk om een weergavemodule vast te maken aan een framemodule en waarbij de weergavemodule en de framemodule onderdeel zijn van een modulaire tentoonstellingsstand of van een modulaire videomuur.

Korte beschrijving van de figuren [0027] Deze en verdere aspecten van de uitvinding zullen als voorbeeld in meer detail worden toegelicht en met verwijzing naar de volgende begeleidende tekeningen.

Fig.1 toont	een	schematische	voortelling	van	een
dwarsdoorsnede	van	een eerste	voorbeeld	van	een
uitvoeringsvorm	van	een multifunctioneel verbindingsstuk
volgens de huidige ui	tvinding,
Fig.2 toont	een	schematische	voortelling	van	een
dwarsdoorsnede	van	een tweede	voorbeeld	van	een
uitvoeringsvorm	van	een multifunctioneel verbindingsstuk

volgens de huidige uitvinding,

Fig.3 toont een schematische voorstelling van een dwarsdoorsnede van een koppelingsmiddel bestaande uit een multifunctioneel verbindingsstuk volgens de huidige

2019/5282

BE2019/5282 uitvinding gecombineerd met een busmoer,

Fig.4 toont een perspectief aanzicht van een voorbeeld van een uitvoeringsvorm van een koppelingsmiddel volgens de huidige uitvinding,

Fig.5 toont een dwarsdoorsnede van het koppelingsmiddel getoond in Fig.3,

Fig.6 toont een vooraanzicht van een videomuur bestaande uit twee framemodules en een weergavemodule,

Fig.7 illustreert het gebruik van een eerste multifunctioneel verbindingsstuk volgens de huidige uitvinding om een framemodule aan een weergavemodule vast te maken en het gebruik van een tweede multifunctioneel verbindingsstuk om twee framemodules onderling aan elkaar vast te maken.

[0028] De figuren zijn niet op schaal getekend. In het algemeen worden identieke componenten op de figuren aangeduid met dezelfde referenties.

Gedetailleerde beschrijving van de uitvinding [0029] De huidige beschrijving is beschreven in termen van specifieke uitvoeringsvormen die illustratief zijn voor de uitvinding en niet geacht worden om de uitvinding te beperken. Het is voor deskundigen in het vakgebied duidelijke dat de uitvinding niet beperkt is tot wat in het bijzonder is beschreven en dat alternatieven of gewijzigde uitvoeringsvormen kunnen worden ontwikkeld in het licht van de algemene leer van deze beschrijving. De figuren zijn slechts schematisch en zijn niet-beperkend.

[0030] Het gebruik van de woorden omvatten, omvattende, bestaan uit, bestaande uit, voorzien van, bevatten of bevattende, sluit de aanwezigheid van andere, bijkomende elementen niet uit.

[0031] Het gebruik van het woord een, de of het voorafgaand aan een element, sluit de aanwezigheid van een pluraliteit van dergelijke elementen niet uit.

[0032] Bovendien worden de termen eerste, tweede en

2019/5282

BE2019/5282 dergelijke in de beschrijving en in de conclusies, enkel gebruikt om onderscheid te maken tussen soortgelijke elementen en niet noodzakelijkerwijs voor het beschrijven van een volgorde of rangschikking.

[0033] In een eerste aspect betreft de uitvinding een multifunctioneel verbindingsstuk. Een dwarsdoorsnede van een eerste voorbeeld van een uitvoeringsvorm van een multifunctioneel verbindingsstuk is schematisch afgebeeld op Fig.1. Het multifunctioneel verbindingsstuk kan gebruikt worden bij het opbouwen van een tentoonstellingstand of videomuur, meer in het bijzonder voor het verbinden van een weergavemodule met een framemodule of voor het onderling verbinden van framemodules.

[0034] Het multifunctioneel verbindingsstuk 1 omvat een eerste bout 10 bestaande uit een eerste pin 11 en een eerste boutkop 12 verbonden met de eerste pin 11. In Fig. 1 is de eerste pin 11 in het zwart afgebeeld en is de eerste boutkop 12 gearceerd voorgesteld. De eerste pin 11 heeft een longitudinale lengte L_P1 en ten minste een eindgedeelte van de eerste pin omvat een eerste uitwendige schroefdraad met een eerste schroefdraaddiameter D1.

[0035] Zoals schematisch getoond op Fig. 1, wordt de longitudinale lengte gemeten langs een longitudinale as X die parallel loopt met de as van de eerste pin 11.

[0036] Zoals verder schematisch getoond op Fig.1 heeft de eerste bout 10 een totale longitudinale lengte L_B1 met L_B1 = L_P1 + L_bk1, waarbij L_BK1 een longitudinale lengte is van de eerste boutkop 12. Deze longitudinale lengte L_BK1 kan beschouwd worden als de dikte van de boutkop.

[0037] De eerste pin is bijvoorbeeld gemaakt van een metaal. De eerste boutkop 12 is niet noodzakelijk gemaakt van het zelfde materiaal als de pin. In sommige uitvoeringsvormen kan de pin gemaakt zijn van een metaal en de boutkop bijvoorbeeld gemaakt zijn van of gedeeltelijke gemaakt zijn van een plastiek materiaal zodanig dat de eerste boutkop manueel gemakkelijk vast genomen kan worden om de pin manueel in een schroefgat of moer te draaien. In andere

2019/5282

BE2019/5282 uitvoeringsvormen kan zowel de eerste pin als de eerste boutkop gemaakt zijn van een metaal.

[0038] E en kenmerk van het multifunctioneel verbindingsstuk 1 is dat het een tweede bout 20 omvat bestaande uit een tweede pin 21 en een tweede boutkop 22 verbonden aan de tweede pin 21. In Fig. 1 is de tweede pin 20 in het zwart afgebeeld en is de tweede boutkop 22 gearceerd voorgesteld. Zoals schematisch getoond op Fig. 1, heeft de tweede pin 21 een longitudinale lengte L_P2 en ten minste een eindgedeelte van de tweede pin 21 omvat een tweede uitwendige schroefdraad 25 met een schroefdraaddiameter D2, met D2 > D1.

[0039] De tweede boutkop 22 heeft een longitudinale lengte L_BK2 en de totale longitudinale lengte L_B2 van de tweede bout 20 is dus gelijk aan L_P2 + L_BK2 en waarbij de totale longitudinale lengte LB2 van de tweede bout 20 kleiner is dan de longitudinale lengte L_P1 van de eerste pin 11 van de eerste bout 10.

[0040] Het multifunctioneel verbindingsstuk 1 heeft als kenmerk dat de tweede bout 20 een inwendige boring 30 heeft die zich uitstrekt over de totale longitudinale lengte LB2 beginnende met een ingangsopening 31 aan de tweede boorkop 22 en eindigend met een uitgangsopening 32 aan een uiteinde van de tweede pin 21.

[0041] Zoals getoond op Fig.1, is de eerste pin minstens gedeeltelijk in de inwendige boring van de tweede bout aangebracht. Inderdaad, de inwendige boring is samengesteld om de eerste pin te ontvangen.

[0042] De eerste pin 11 is verschuifbaar doorheen de inwendige boring 30 zodanig dat een scheidingsafstand D tussen de eerste boutkop en de tweede boutkop kan gevarieerd worden. Inderdaad, bij het gebruik van de eerste bout, om bijvoorbeeld de eerste bout in en uit een installatiegat te kunnen schroeven, moet de scheidingsafstand D kunnen variëren. Als de eerste bout in het installatiegat is geschroefd is de afstand D minimaal en als de eerste bout uit het installatiegat wordt geschroefd vergroot de scheidingsafstand D.

[0043] Preferentieel is de eerste boutkop zodanig

2019/5282

BE2019/5282 samengesteld dat de eerste boutkop niet doorheen de ingangsopening van de inwendige boring kan gebracht worden. Met andere woorden, een buitendiameter D5 van de eerste boutkop 12 is groter dan de diameter van de ingangsopening 31 van de inwendige boring 30.

[0044] Zoals hierboven vermeld, aangezien de inwendige boring is samengesteld om de eerste pin te ontvangen en aangezien de eerste pin van de eerste bout doorheen de inwendige boring van de tweede bout kan schuiven, is de diameter van de inwendige boring groter dan de buitendiameter van de eerste pin.

[0045] In uitvoeringsvormen heeft de inwendige boring een vlakke inwendige wand zodanig aangepast dat de eerste pin doorheen de inwendige boring kan schuiven. In andere uitvoeringsvormen omvat de inwendige boring een schroefdraad die overeen komt met de uitwendige schroefdraad van de eerste pin zodanig dat door de eerste pin in of uit de inwendige boring te schroeven, de afstand D kan gevarieerd worden.

[0046] De tweede bout 20 is preferentieel gemaakt van een plastiek materiaal. In uitvoeringsvormen zijn de tweede pin 21 en de tweede boutkop 22 bijvoorbeeld tijdens het productieproces in één stuk gegoten gebruik makend van een mal.

[0047] De schroefdraaddiameter D1 en D2 van respectievelijk de eerste 11 en tweede 21 pin hebben afmetingen die liggen in het volgende bereik: 4 mm < D1 < 10 mm en 15 mm < D2 < 60 mm, preferentieel in het bereik: 5 mm < D1 < 9 mm en 20 mm < D2 < 50 mm. In uitvoeringsvormen wordt voor de eerste pin bijvoorbeeld schroefdraad met metriek M6 of M8 gebruikt.

[0048] De longitudinale lengte L_P1 is afhankelijk van de dikte van de profielen die gebruikt worden om de framemodules te maken voor standenbouw. Typische profielen, voorbeeld voor vierkantige profielen, hebben een breedte van 40 mm à 70 mm en dus moet de eerst pin langer zijn dan de breedte van het gebruikte profiel. Wanneer de eerste pin volledig door de inwendige boring wordt geschoven, dan moet het uiteinde van de pin met de schroefdraad ook een voldoende

2019/5282

BE2019/5282 afstand uitsteken zodat er voldoende lengte is om de eerste pin in een installatiegat van een frame te kunnen draaien.

[0049] In het algemeen is de pinlengte van de eerste pin L_P1 minstens 5 mm, preferentieel minstens 10 mm langer dan de totale longitudinale lengte L_B2 van de tweede bout.

[0050] De pinlengte van de eerste pin L_P1 en de totale lengte van de tweede bout L_B2 hebben waarden in volgend bereik: 50 mm < L_P1 < 250 mm en 30 mm < L_B2 < 200 mm, preferentieel in het bereik: 60 mm < L_P1 < 150 mm en 40 mm < L_b2 < 12 0 mm.

[0051] In bepaalde uitvoeringsvormen, zoals schematisch getoond op Fig.1, heeft de tweede pin 20 niet overal dezelfde diameter. Bijvoorbeeld, in sommige uitvoeringsvormen bestaat de tweede pin 21 uit een eerste en een tweede gedeelte. Het eerste gedeelte komt overeen met het eindgedeelte van de tweede pin die de uitwendige schroefdraad 25 omvat. Dit eerste gedeelte met de schroefdraad heeft zoals getoond op Fig. 1, een longitudinale lengte L_P2a. Het tweede gedeelte is een gedeelte zonder uitwendige schroefdraad en heeft een longitudinale lengte L_P2b. De totale lengte L_P2 van de tweede pin 20 is dus de som van L_P2amet L_P2b. In het voorbeeld getoond in Fig.1 heeft het tweede gedeelte een buitendiameter D3 die groter is dan D2. In het algemeen is D3 > D2.

[0052] Per definitie omvat een boutkop van een bout altijd een buitendiameter die groter is dan de buitendiameter van de pin van de bout. Voor uitvoeringsvormen waarbij de tweede pin uit twee delen bestaat zoals hierboven besproken, omvat de tweede boutkop 22 een buitendiameter D4 met D4 > D3. Zoals getoond in Fig.1, hoeven de buitendiameters van de boutkoppen niet constant te zijn over de volledige longitudinale lengtes van de boutkoppen. Bijvoorbeeld, een gedeelte van de boutkop kan een buitendiameter D4' hebben die kleiner is dan een maximale diameter D4.

[0053] In uitvoeringsvormen omvatten de eerste boutkop 12 en de tweede boutkop 22 elk een handgreep. Dit vergemakkelijkt het manueel draaien van de eerste bout 10 en de tweede bout. De handgreep kan bijvoorbeeld een omtrek

2019/5282

BE2019/5282 hebben die zeskantig of achtkantig is. In andere uitvoeringsvormen kunnen de buitenomtrek van de eerste en/of tweede boutkop gekarteld of gedeeltelijk gekarteld zijn.

[0054] In bepaalde uitvoeringsvormen zoals schematisch getoond in Fig.2, omvat het multifunctioneel verbindingsstuk 1 een veer 13 die zodanig geplaatst is dat wanneer de veer 13 in een rustpositie is, d.w.z. in decompressie, er een nominale scheidingsafstand D₀ tussen de eerste 11 en de tweede 22 boutkop is. Deze nominale scheidingsafstand D0 is afhankelijk van de lengte van de veer en type van veer. De nominale scheidingsafstand D₀ bepaalt hoe diep de eerste pin inschroefbaar is in een installatiegat. De nominale scheidingsafstand D0 is minstens gelijk aan een minimale schroefdiepte dat de eerste pin in een installatiegat moet geschroefd worden, preferentieel is de nominale scheidingsafstand D0 groter dan de minimale schroefdiepte. Het voordeel van het gebruik van een veer 13 tussen de twee boutkoppen van het multifunctioneel verbindingsstuk 1 is dat de veer helpt bij het uitlijnen van de eerste pin om de eerste pin in bijvoorbeeld een installatiegat van een frame te schroeven. Een bijkomend voordeel is dat het visueel zichtbaar is als de eerste pin voldoende in het installatiegat is gedraaid of niet. Als de eerste pin in een installatiegat is gedraaid is de veer in compressie en als de pin uit het installatiegat is gedraaid is de veer in decompressie. Het voordeel is ook dat door de compressiekracht van de veer er reeds met een beperkte draaibeweging van de eerst bout, de bout vastgeschroefd kan worden.

[0055] Preferentieel is de veer 13 geplaatst tussen de eerste boutkop 12 en de tweede boutkop 22. In sommige uitvoeringsvormen zoals deze getoond in Fig.2, is de diameter van de ingangsopening van de inwendig boring 30, d.w.z. aan de kant van de tweede boutkop 22, verbreed zodat de veer 13 gedeeltelijk in de inwendige boring zit ter hoogte van de tweede boutkop 22. Dit laat toe om na volledige compressie van de veer de afstand D tussen de boutkoppen te beperken en hierbij de totale lengte van de eerste pin te beperken.

2019/5282

BE2019/5282 [0056] In sommige uitvoeringsvormen zoals getoond in Fig.2, omvat de eerste pin een sluitingsring 14 geplaatst rond de eerste pin 11 om te verhinderen dat de eerste pin volledig uit de inwendige boring zou glijden.

[0057] Het multifunctioneel verbindingsstuk 1 kan bijvoorbeeld gebruikt worden om een weergaveframe vast te maken aan een framemodule van een videomuur. Hiervoor is dus enkel het multifunctioneel verbindingsstuk 1 nodig. Het multifunctioneel verbindingsstuk 1 kan echter ook gebruikt worden in combinatie met een busmoer om op die manier een koppelingsmiddel te vormen om bijvoorbeeld twee framemodules aan elkaar vast te maken.

[0058] In Fig. 3 is een dwarsdoorsnede getoond van een voorbeeld van een uitvoeringsvorm van een koppelingsmiddel 2 dat een multifunctioneel verbindingsstuk 1 omvat zoals hierboven besproken en een bijpassende busmoer 50 omvat. Een perspectief aanzicht van een voorbeeld van een uitvoeringsvorm van een koppelingsmiddel wordt getoond in Fig.4 en Fig.5.

[0059] Het koppelingsmiddel 2 omvat dus het multifunctioneel verbindingsstuk 1 en een busmoer 50. De busmoer 50 is zodanig samengesteld om een schroefverbinding te maken met de tweede bout 20 van het multifunctioneel verbindingsstuk 1.

[0060] De busmoer 50 wordt ook hulsmoer of tonmoer genoemd. Zoals getoond op Figuren 3 tot 5, omvat de busmoer 50 een staafgedeelte 51 met een longitudinale lengte L_P3 > L_P2 en waarbij het staafgedeelte een inwendige schroefdraad 55 omvat die in overeenstemming is met de uitwendige schroefdraad 25 van de tweede pin 21 van het multifunctioneel verbindingsstuk.

[0061] Zoals getoond in Fig. 3 en Fig.4, omvat de busmoer verder een kraaggedeelte 52 verbonden aan een uiteinde van het staafgedeelte 51. Het kraaggedeelte 52 heeft een buitendiameter D6 die groter is dan de buitendiameter van het staafgedeelte 51. In uitvoeringsvormen omvat het kraaggedeelte een handgreep die toelaat om de busmoer manueel vast te nemen en om de schroefverbinding met het

2019/5282

BE2019/5282 multifunctioneel verbindingsstuk te maken. In andere uitvoeringsvormen kan het kraaggedeelte 52 een buitenomtrek hebben die gekarteld of gedeeltelijk gekarteld is.

[0062] De longitudinale lengte L_P3 van het staafgedeelte van het koppelingsmiddel 2 hangt af van de breedte van de profielen van de frames die aan elkaar vast gezet moeten worden en hangt ook af van de lengte van de tweede pin van het multifunctioneel verbindingsstuk. Het staafgedeelte heeft bijvoorbeeld een lengte L_P3 in het volgend bereik: 50 mm < L_p3 < 300 mm, preferentieel in het bereik: 60 mm < L_P3 < 200 mm.

[0063] In een tweede aspect betreft de uitvinding een modulaire videomuur waarbij framemodules en weergaveframes aan elkaar vast gemaakt zijn met één of meerdere multifunctionele verbindingsstukken 1 en/of één of meer koppelingsmiddelen 2 zoals hierboven besproken.

[0064] E en voorbeeld van een uitvoeringsvorm van een videomuur 100 wordt getoond in Fig.6, waar een voorkant van een videomuur is getoond. De videomuur 100 volgens de uitvinding omvat een eerste framemodule 130a en een weergavemodule 120. In dit voorbeeld is ook nog een tweede framemodule 130b getoond. Zoals hierboven besproken vormen de weergavemodules en framemodules de bouwstenen van de modulaire videomuur en zijn er oneindig veel configuraties mogelijk om één of meerdere weergavemodules te combineren met één of meerdere framemodules.

[0065] Zoals getoond in Fig.6, bestaat de eerste framemodule 130a uit vier zijden die een rechthoekige kader vormen en waarbij bijvoorbeeld een eerste zijde een eerste doorvooropening 131a heeft. De profielen die gebruikt worden om de kader te maken zijn bijvoorbeeld gemaakt van aluminium. Een voorbeeld van profielen om een kader te vormen en die doorvoeropeningen hebben is beschreven in WO2016/027175. Afhankelijk van de uitvoeringsvorm van de framemodules kunnen per zijde van de kader verschillende doorvoeropeningen geplaatst worden.

[0066] Aan de voorkant en/of achterkant van de framemodules wordt meestal een paneel of een doek

2019/5282

BE2019/5282 vastgemaakt. Op deze panelen of doek kunnen dan bijvoorbeeld advertenties getoond worden, bijvoorbeeld reclame, in combinatie met het gebruik van videobeelden met de weergavemodules.

[0067] De eerste weergavemodule 120 getoond in Fig.6 bestaat uit een beeldscherm 122, bijvoorbeeld een LED scherm, en een weergaveframe 121. Het weergaveframe 121 heeft vier zijden die een rechthoekige kader vormen en waarbij het beeldscherm 121 is vastgemaakt aan een voorkant van het weergaveframe 121. In één van de zijden van het weergaveframe 121 is een installatiegat 125 voorzien met een inwendige schroefdraad. Afhankelijk van de uitvoeringsvorm van de weergaveframes 121 kunnen per zijde van de kader verschillende installatiegaten geplaatst worden of kunnen er ook installatiegaten met een inwendige schroefdraad voorzien worden aan de achterzijde van het weergaveframe.

[0068] De eerste weergavemodule 120 getoond in Fig.6 is vastgemaakt aan een eerste framemodule 130a met behulp van een eerste multifunctioneel verbindingsstuk 1a. Dit is verder in detail getoond in Fig.7, waar een deel van de achterkant van de videomuur van Fig.6 wordt getoond. Het multifunctioneel verbindingsstuk 1a is door de eerste doorvoeropening 131a van de eerste framemodule aangebracht en de eerste pin 11 van de eerste bout 10 van het eerste multifunctioneel verbindingsstuk 1 is in het installatiegat 125 van het weergaveframe 121 geschroefd zodat de eerste framemodule 131a is vastgemaakt aan de weergavemodule 120.

[0069] Zoals getoond in Fig.6 en Fig.7 is de tweede framemodule 130b vastgemaakt aan de eerste framemodule 130a met behulp van een koppelingsmiddel 2 zoals hierboven besproken.

[0070] De eerste framemodule 130a getoond in Fig.6 heeft een tweede zijde met een tweede doorvooropening 131b en de tweede framemodule 130b bestaat ook uit vier zijden die een rechthoekige kader vormen en waarbij één van de vier zijden een doorvoeropening 131 heeft. Het koppelingsmiddel 2 is doorheen de tweede doorvoeropening 131b van de eerste framemodule 130a en de doorvoeropening 131 van de tweede

2019/5282

BE2019/5282 framemodule 130b aangebracht om de eerste en tweede framemodule onderling met elkaar vast te maken. Zoals hierboven besproken, wordt de tweede pin van het multifunctioneel verbindingsstuk 1b geschroefd in de busmoer 50 om een verbinding te vormen.

[0071] Wanneer een videomuur 100 wordt opgebouwd op deze manier bestaande uit framemodules en weergavemodules kan dit gebeuren door enkel gebruik te maken van de multifunctionele verbindingsstukken 1 en de bijpassende busmoeren 50.

[0072] De busmoeren 50 zijn bij voorkeur gemaakt van hetzelfde materiaal als de tweede bout 20 van het multifunctionele verbindingsstuk 1. De busmoeren zijn bijvoorbeeld gemaakt van een plastiek materiaal.

[0073] In een verder aspect betreft de uitvinding het gebruik van een multifunctioneel verbindingsstuk 1a zoals hierboven besproken om een weergavemodule vast te maken aan een framemodule, en waarbij de weergavemodule en de framemodule onderdeel zijn van een modulaire tentoonstellingsstand of van een modulaire videomuur 100. De huidige uitvinding betreft ook het gebruik van een koppelingsmiddel 2 zoals hierboven besproken om twee framemodules 130a, 130b onderling aan elkaar vast te maken en waarbij de twee framemodules onderdeel zijn van een modulaire tentoonstellingsstand of van een modulaire videomuur 100.

2019/5282

BE2019/5282

Lijst met referentienummers

1	multifunctioneel verbindingsstuk
1a	eerste multifunctioneel verbindingsstuk
1b	tweede multifunctioneel verbindingsstuk
2	koppelingsmiddel
10	eerste bout
11	eerste pin
12	eerste boutkop
13	veer
14	sluitingsring
20	tweede bout
21	tweede pin
22	tweede boutkop
30	inwendige boring
31	ingangsopening
32	uitgangsopening
50	busmoer
51	staafgedeelte
52	kraaggedeelte
100	videomuur
120	weergavemodule
121	weergaveframe
122	beeldscherm
125	installatiegat
130a	eerste framemodule
130b	tweede framemodule
131	doorvoeropening
131a	eerste doorvoeropening
131b	tweede doorvoeropening

Claims

Conclusies

1. Een multifunctioneel verbindingsstuk (1) voor het opbouwen van een modulaire videomuur bestaande uit één of meer weergavemodules en één of meer framemodules, het multifunctioneel verbindingsstuk (1) omvat een eerste bout (10) bestaande uit • een eerste pin (11) met een longitudinale lengte L_P1 en waarbij ten minste een eindgedeelte van de eerste pin een eerste uitwendige schroefdraad omvat met een schroefdraaddiameter D1, en • een eerste boutkop (12)verbonden met de eerste pin (11), met het kenmerk dat het multifunctioneel verbindingsstuk (1) een tweede bout (20) omvat bestaande uit • een tweede pin (21) met een longitudinale lengte L_P2 en waarbij ten minste een eindgedeelte van de tweede pin (21) een tweede uitwendige schroefdraad (25) omvat met een schroefdraaddiameter D2 met D2 > D1, en • een tweede boutkop (22) verbonden aan de tweede pin (21), en waarbij de tweede boutkop (22) een longitudinale lengte L_BK2 heeft, en waarbij de tweede bout (20) een totale longitudinale lengte L_B2 heeft met L_B2 = L_P2 + L_BK2, en waarbij L_B2 < L_P1, en dat de tweede bout (20) een inwendige boring (30) heeft die zich uitstrekt over de totale longitudinale lengte L_B2beginnende aan een ingangsopening (31) aan de tweede boorkop (22) en eindigend aan een uitgangsopening (32) aan een uiteinde van de tweede pin (21), en waarbij de inwendige boring (30) samengesteld is om de eerste pin (11) te ontvangen en waarbij de eerste pin (11) verschuifbaar is doorheen de inwendige boring (30) zodanig dat een scheidingsafstand (D) tussen de eerste boutkop (12) en de tweede boutkop (22) kan gevarieerd worden,

BE2019/5282 en dat het multifunctioneel verbindingsstuk (1) een veer (13) omvat, waarbij de veer (13) zodanig is samengesteld dat wanneer de veer (13) in een rustpositie is er een nominale scheidingsafstand (D₀) is tussen de eerste en de tweede boutkop.
2. Een multifunctioneel verbindingsstuk (1) volgens conclusie 1 waarbij de tweede pin (21) bestaat uit • een eerste gedeelte overeenkomend met het eindgedeelte die de uitwendige schroefdraad (25) omvat en waarbij het eerste gedeelte een longitudinale lengte L_P2a heeft, en • een tweede gedeelte zonder uitwendige schroefdraad en die een longitudinale lengte L_P2b heeft, met L_P2 = L_P2a+ L_P2b, en waarbij het tweede gedeelte een buitendiameter D3 omvat met D3 > D2.
3. Een multifunctioneel verbindingsstuk (1) volgens conclusie 2 waarbij de tweede boutkop (22) een buitendiameter D4 omvat met D4 > D3.
4. Een multifunctioneel verbindingsstuk (1) volgens één der voorgaande conclusies waarbij de veer (13) geplaatst is tussen de eerste boutkop (12) en de tweede boutkop (22).
5. Een multifunctioneel verbindingsstuk (1) volgens één der voorgaande conclusies waarbij de eerst boutkop (12) en de tweede boutkop (22) elk een handgreep omvatten om het manueel draaien van respectievelijk de eerste bout(10) en de tweede bout(20) te vergemakkelijken.
6. Een multifunctioneel verbindingsstuk (1) volgens één der voorgaande conclusies waarbij 4 mm < D1 < 10 mm en 15 mm < D2 < 60 mm, preferentieel waarbij 5 mm < D1 < 9 mm en

20 mm < D2 < 50 mm.

BE2019/5282
7. Een multifunctioneel verbindingsstuk (1) volgens één der voorgaande conclusies waarbij 50 mm < L_P1 < 250 mm en 30 mm < L_b2 200 mm, preferentieel waarbij 60 mm < L_P1 < 150 mm en 40 mm < L_B2 < 120 mm.
8. Een koppelingsmiddel (2) bestaande uit • een multifunctioneel verbindingsstuk (1) volgens één der voorgaande conclusies, en • een busmoer (50) om een schroefverbinding te maken met de tweede bout (20) van het multifunctioneel verbindingsstuk (1), de busmoer (50) omvattende

i) een staafgedeelte (51) met een longitudinale lengte

L_p3 > L_p2 en waarbij het staafgedeelte een inwendige schroefdraad (55) omvat die in overeenstemming is met de uitwendige schroefdraad (25) van de tweede pin (21) van het multifunctioneel verbindingsstuk (1), ii) een kraaggedeelte (52) verbonden aan een uiteinde van het staafgedeelte(51).
9. Een koppelingsmiddel (2) volgens conclusie 8 waarbij

50 mm < L_p3 < 300 mm, preferentieel waarbij 60 mm < L_P3 <

200 mm.
10.Een koppelingsmiddel (2) volgens conclusie 8 of 9 waarbij een buitenomtrek van het kraaggedeelte gekarteld is.
11.Een modulaire videomuur

100) omvattende een eerste framemodule (130a) bestaande uit vier zijden die een rechthoekige kader vormen en waarbij

BE2019/5282 een eerste zijde een eerste doorvooropening(131a) heeft, • een weergavemodule (120) bestaande uit een beeldscherm (122) en een weergaveframe (121) en waarbij het weergaveframe (121) vier zijden omvat die een rechthoekige kader vormen en waarbij het beeldscherm (121) is vastgemaakt aan een voorkant van het weergaveframe (121), en waarbij in een van de zijden van het weergaveframe (121) een installatiegat (125) voorzien is met een inwendige schroefdraad, • een eerste multifunctioneel verbindingsstuk (1a) volgens één van conclusies 1 tot 7 dat doorheen de eerste doorvoeropening (131a) van de eerste framemodule (130a) is aangebracht en waarbij de eerste pin (11) van de eerste bout (10) van het eerste multifunctioneel verbindingsstuk (1a)in het installatiegat (125) van het weergaveframe (121) is geschroefd zodat de eerste framemodule (131a) is vastgemaakt aan de weergavemodule (120).
12. Een modulaire videomuur (100) volgens conclusie 11 waarbij een tweede zijde van de eerste framemodule (130a) een tweede doorvooropening(131b) heeft, en waarbij de videomuur (100) verder omvat:

• een tweede framemodule (130b) bestaande uit vier zijden die een rechthoekige kader vormen en waarbij één van de vier zijden een doorvoeropening(131) heeft, • een koppelingsmiddel (2) volgens één van conclusies

8 tot 10, waarbij het koppelingsmiddel (2) doorheen de tweede doorvoeropening (131b) van de eerste framemodule (130a) en doorheen de doorvoeropening

BE2019/5282 (131) van de tweede framemodule (130b) is aangebracht zodat de eerste (130a) en de tweede (130b) framemodule aan elkaar vast gemaakt zijn.
13. Een modulaire videomuur (100) volgens conclusie 12 waarbij de tweede pin van het multifunctioneel verbindingsstuk (1b) behorende bij het koppelingsmiddel (2) geschroefd is in de busmoer (50) van het koppelingsmiddel (2).
14. Gebruik van een multifunctioneel verbindingsstuk (1a) volgens één van conclusies 1 tot 7 om een weergavemodule (120) vast te maken aan een eerste framemodule (130a) en waarbij de weergavemodule en de framemodule onderdeel zijn van een modulaire tentoonstellingsstand of van een modulaire videomuur (100).
15. Gebruik volgens conclusie 14 waarbij er verder een koppelingsmiddel (2) volgens één van de conclusies 8 tot 10 wordt gebruikt om twee framemodules (130a, 130b) onderling aan elkaar vast te maken en waarbij de twee framemodules onderdeel zijn van de modulaire tentoonstellingsstand of van de modulaire videomuur (100) .