BE1025762B1

BE1025762B1 - Inrichting voor opspannen van een canvas

Info

Publication number: BE1025762B1
Application number: BE2017/5922A
Authority: BE
Inventors: Guido Frans Maria Jozef Peleman
Original assignee: Peleman Industries Naamloze Vennootschap
Priority date: 2017-12-08
Filing date: 2017-12-08
Publication date: 2019-07-08
Also published as: BE1025762A1

Abstract

Inrichting voor opspannen van een canvas daardoor gekenmerkt dat de inrichting (1) vier hoekprofielen (2) omvat en vier middenstukken (3), waarbij elk middenstuk (3) voorzien kan worden van twee hoekprofielen (2) ter vorming van een kader (4), waarbij de middenstukken (3) en de hoekprofielen (2) schuivend in elkaar passen, waarbij de middenstukken (3) voorzien zijn van middelen (10) om de twee hoekprofielen (2) die op de uiteinden ervan aangebracht zijn te verschuiven zodanig dat de omtrek van het gevormde kader (4) groter wordt.

Description

De huidige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het opspannen van een canvas.

Meer speciaal, is de uitvinding bedoeld voor het eenvoudig en mooi te kunnen opspannen van een canvas.

Met 'canvas' wordt hier niet alleen een schilderdoek, vervaardigd van een textiel zoals linnen of hennepvezels, bedoeld, maar ook elk ander soort van doek vervaardigd van een textiel of dergelijke die voorzien kan worden van een afbeelding, door bedrukken, beschilderen of dergelijke, welke niet noodzakelijk vervaardigd is van linnen of hennepvezels.

Het is bekend dat dergelijk canvas, voor of nadat deze voorzien is van een afbeelding, opgespannen wordt in een frame of kader.

Het is hierbij van groot belang dat het canvas perfect strak en vlak zonder plooien of vouwen, omheen het kader wordt opgespannen. Immers, de minste imperfectie zal leiden tot een esthetisch minderwaardig product.

Voornamelijk ter hoogte van de hoeken is het moeilijk om een strakke en vlakke afwerking te bekomen.

Het opspannen van canvassen is dan ook een zeer specialistisch werk met veel moeilijke handelingen dat veel ervaring vereist om dit perfect te realiseren.

BE2017/5922

Dit heeft tot gevolg dat het opspannen van canvassen vaak aan vakmensen wordt overgelaten.

De huidige uitvinding heeft tot doel aan minstens één van de voornoemde en andere nadelen een oplossing te bieden, doordat zij voorziet in een inrichting die toelaat aan ongetrainde personen om een canvas op een eenvoudige en snelle manier perfect strak en vlak op te spannen.

De huidige uitvinding heeft een inrichting als voorwerp voor opspannen van een canvas, waarbij de inrichting vier hoekprofielen omvat en vier middenstukken, waarbij elk middenstuk voorzien kan worden van twee hoekprofielen ter vorming van een kader, waarbij de middenstukken en de hoekprofielen schuivend in elkaar passen, waarbij de middenstukken voorzien zijn van middelen om de twee hoekprofielen die op de uiteinden ervan aangebracht zijn te verschuiven zodanig dat de omtrek van het gevormde kader groter wordt.

Een voordeel is dat met dergelijke inrichting een canvas gemakkelijk opgespannen kan worden zonder dat er speciale handigheid voor nodig is.

Men stelt het kader samen met de vier hoekprof ielen en middenstukken, men kan vervolgens het doek rondom het kader aanbrengen en vastmaken. Nadien kan met behulp van de voornoemde middelen de hoekprofielen verschoven worden, als het ware naar buiten toe, zodat het kader groter wordt. Hierdoor zal het doek aangespannen worden.

BE2017/5922

In een praktische uitvoeringsvorm omvatten de voornoemde middelen een schroef met een ellipsvormig element dat kan inwerken op twee stoters die verschuifbaar in de middenstukken zijn aangebracht, waarbij door verdraaiing van de schroef het ellipsvormig element zal roteren waardoor het contact kan maken met de voornoemde stoters en deze kan verschuiven naar buiten toe.

De stoters op hun beurt zullen dan contact kunnen maken met de hoekprofielen om deze naar buiten te duwen.

Bij voorkeur laten de voornoemde middelen een verschuiving toe van de hoekprofielen ten opzichte van de middenstukken van één tot vijf millimeter.

Een verschuiving van enkele millimeters is voldoende om, na bevestiging van het canvas rondom het kader, het canvas mooi op te spannen.

Volgens een voorkeurdragend kenmerk van de uitvinding zijn de hoekprofielen voorzien van een uitsparing om de omgeplooide hoeken van het canvas te kunnen omplooien.

Door ruimte te voorzien op de hoekpunten onder de vorm van een uitsparing, zal de extra stof van de hoeken netjes

weggewerkt	kunnen worden in	deze ruimte,	waarbij	de
opgehoopte	extra stof van	de hoeken	als	het	ware
onzichtbaar	in de uitsparingen	terechtkomt.
Dit heeft	als voordeel dat geen stukken	uit	het canvas
gesneden moeten worden ter	hoogte van	de	hoeken	ter

verwijdering van de extra stof of dat er geen insnijdingen

BE2017/5922 in het canvas gemaakt moeten worden die toelaten om het canvas op een efficiëntere manier te plooien om de extra stof aan de hoeken net en strak weg te werken.

Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, zijn hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven van een inrichting volgens de uitvinding voor opspannen van een canvas, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin:

figuur 1 schematisch en in perspectief een inrichting volgens de uitvinding weergeeft voor het opspannen van een canvas;

figuren 2 en 3 schematisch en in perspectief de verschillende onderdelen weergeeft van de inrichting uit figuur 1;

figuur 4 een bovenaanzicht weergeeft van figuur 1;

figuur 5 schematisch een doorsnede weergeeft volgens de lijn V-V uit figuur 1;

figuur 6 schematisch een doorsnede weergeeft volgens de lijn VI-VI uit figuur 5 figuren 7 tot 9 een alternatieve uitvoeringsvorm weergeven voor figuren 4 tot 6.

De in figuur 1 schematisch weergegeven inrichting 1 voor het opspannen van een canvas volgens de uitvinding, omvat vier hoekprofielen 2 en vier middenstukken 3.

De hoekprofielen 2 zijn in detail weergegeven in figuur 2 en de middenstukken 3 zijn in detail weergegeven in figuur 3.

BE2017/5922

Elk middenstuk 3 kan voorzien worden van twee hoekprofielen 2 ter vorming van een kader 4 zoals weergegeven in figuur 1.

De hoekprofielen 2 en de middenstukken 3 kunnen vervaardigd zijn uit hout, een kunststof, metaal, stevig karton, composiet materiaal, ...

De middenstukken 3 en de hoekprofielen 2 passen schuivend in elkaar, i.e. ze worden in elkaar geschoven om het kader 4 te vormen.

In dit geval, doch niet noodzakelijk voor de uitvinding, schuiven de hoekprofielen 2 over de middenstukken 3.

Het is natuurlijk niet uitgesloten dat de middenstukken 3 over de hoekprofielen 2 schuiven.

De hoekprofielen 2 en de middenstukken 3 zijn hiertoe bij voorkeur voorzien van overeenkomstige detailleringen die schuivend in elkaar passen.

De hoekprofielen 2 schuiven bij voorkeur over een afstand van ongeveer twintig tot vijftig millimeter over de middenstukken 3, en in het weergegeven voorbeeld over een afstand van dertig millimeter.

De overlap, i.e. de afstand waarover de hoekprofielen 2 over de middenstukken 3 schuiven, dient lang genoeg te zijn om een stevige verbinding te kunnen realiseren. Bij voorkeur is deze overlap ook niet te groot, wat de nodige

BE2017/5922 duur om het kader 4 samen te stellen onnodig lang zou maken.

In dit geval, zijn de hoekprofielen 2 en de middenstukken 3 voorzien van een kliksysteem 5 of clipsverbinding die ervoor zal zorgen dat het kader 4, eens samengesteld, niet zonder meer losgemaakt kan worden.

Bovendien zal het kliksysteem 5 tijdens het samenstellen van het kader 4 een tactiele feedback geven, waardoor men zal weten wanneer de hoekprofielen 2 voldoende ver over de middenstukken 3 geschoven zijn.

Het kliksysteem 5 is wel zodanig uitgevoerd dat het een verschuiving van de hoekprofielen 2 ten opzichte van de middenstukken 3 zal toelaten.

Zoals te zien is in figuur 1, hebben de middenstukken 3 een lengte Ä van minstens vijftig procent van de lengte B van

de betreffende	zijde 6 van het kader	4	en in dit geval
zelfs	van	minstens 75% van de lengte B	van de betreffende
zijde	6.
Zoals	te	zien	is in figuur 2, zijn	de	hoekprofielen 2

vervaardigd uit één geheel en zijn ze voorzien van een uitsparing Ί . Deze uitsparing 7 is gelegen ter hoogte van de hoek 8 van het hoekprofiel 2.

Alhoewel de hoekprofielen 2 uit één geheel vervaardigd zijn, zijn ze niet massief, wat ervoor zal zorgen dat ze zeer licht zullen zijn.

BE2017/5922 '7

Verder zijn ook de middenstukken 3 niet massief uitgevoerd, maar zijn ze voornamelijk hol en voorzien van verstevigingsribben 9. Dit is duidelijk te zien in figuur 3.

Verder kunnen de middenstukken 3 voorzien zijn van bevestigingsmiddelen om een canvas of dergelijke te kunnen bevestigen aan het kader 4, bijvoorbeeld klemmen, schroeven of dergelijke. Alternatief kan het canvas ook bevestigd worden aan de middenstukken 3 door middel van nieten, indien het materiaal waaruit de middenstukken 3 vervaardigd zijn dit toelaat.

Verder zijn de middenstukken 3 voorzien van middelen 10 om de twee hoekprof ielen 2 die op de uiteinden ervan zijn aangebracht te verschuiven ten opzichte van de middenstukken 3.

De middelen 10 worden in dit geval gevormd door een schroef 11 met een ellipsvormig element 12 of ellipsvormig lichaam dat kan inwerken op twee stoters 13 of stangen die verschuifbaar in de middenstukken zijn aangebracht.

In figuren 4, 5 en 6 worden deze schroeven 11 en stoters 13 in detail weergegeven en zijn bij voorkeur vervaardigd uit een metaal.

Zoals te zien is op figuren 5 en 6, zal door verdraaiing van de schroef 11 het ellipsvormig element 12 roteren, waardoor het contact kan maken met de voornoemde stoters 13 en deze als het ware opzij zal duwen en op deze manier kan verschuiven naar buiten toe.

BE2017/5922

De middenstukken 3 zijn voorzien van een geleiding 14 waarin de stoters 13 kunnen schuiven, welke in dit geval de vorm aannemen van een holte 14 met een corresponderende 5 vorm aan de vorm van de stoters 13.

De hoekprofielen 2 zijn in dit geval voorzien van twee stootvlakken 15 waarop de twee stoters 13 van twee middenstukken 3 kunnen inwerken wanneer deze naar buiten 10 toe verschoven worden door het ellipsvormige element 12.

Dit is vooral zichtbaar in figuur 5.

De werking van de inrichting 1 is zeer eenvoudig en als volgt.

Met behulp van vier hoekprofielen 2 en vier middenstukken 4 wordt eerst een kader 4 samengesteld door de hoekprofielen 2 over de middenstukken 3 te schuiven, zoals weergegeven in figuur 1.

Het kliksysteem 5 zal ervoor zorgen dat de hoekprofielen 2 en de middenstukken 3 niet zonder meer losgemaakt kunnen worden.

Vervolgens kan een canvas, doek of dergelijke rondom het kader 4 geplooid worden, waarbij de omgeplooide hoeken van het canvas netjes in de daartoe voorziene uitsparingen Ί van de hoekprofielen 2 kunnen worden opgeborgen of weggestoken.

BE2017/5922

Het canvas kan dan vastgemaakt worden met behulp van de voornoemde bevestigingsmiddelen of met behulp van nieten of dergelij ke.

Vervolgens kunnen de schroeven 11 met het ellipsvormige element 12 aangedraaid worden, waardoor de ellipsvormige elementen 12 zullen inwerken op de stoters 13, waardoor deze laatste naar buiten geschoven zullen worden.

Hierdoor zullen ze inwerken op de stootvlakken 15 van de hoekprofielen 2, waardoor deze als het ware naar buiten geduwd worden, met als gevolg dat de omtrek van het kader 4 of dus de lengte B van de zijden 6 van het kader 4 groter worden.

De gerealiseerde verschuiving naar buiten toe mag uiteraard niet te groot zijn, omdat anders de hoekprofielen 2 van de middenstukken 3 af zouden kunnen schuiven.

Bij voorkeur laten de schroeven 11 en stoters 13 een verschuiving toe van de hoekprofielen 2 ten opzichte van de middenstukken 3 van één tot vijf millimeter.

Dergelijke verschuiving zal de omtrek van het kader 4 voldoende vergroten om ervoor te zorgen dat het aangebrachte canvas mooi strak zal opgespannen worden, zonder dat de hoekprofielen 2 van de middenstukken 3 kunnen afschuiven.

Nadat de schroeven 11 allemaal aangedraaid zijn, zal het canvas mooi opgespannen zijn en is het klaar om bijvoorbeeld opgehangen te worden.

BE2017/5922

In een alternatieve uitvoeringsvorm, welke niet is weergegeven in de figuren, is het mogelijk dat de schroeven van twee overstaande middenstukken 3, na samenstelling van het kader 4, verbonden zijn of kunnen worden door een stang of dergelijke, zodat door verdraaiing van deze stang, beide betreffende schroeven 11 bediend kunnen worden.

De werking is verder analoog aan de hoger beschreven uitvoeringsvorm, waarbij in dit geval het opspannen van het canvas gebeurt door de twee stangen te roteren, waardoor de schroeven 11 en dus de bijhorende ellipsvormige elementen meedraaien.

Hierdoor zullen de ellipsvormige elementen 12, twee aan twee, de bijhorende stoters 13 opzij duwen, naar buiten toe, zodat de stoters 13 tegen de stootvlakken 15 van de hoekprofielen 2 zullen drukken om de hoekprofielen 2 uit elkaar te drukken waardoor de omtrek van het kader 4 groter wordt en dus het canvas wordt opgespannen.

Figuren 7 tot 9 geven een variante uitvoeringsvorm weer van de middelen 10.

De middelen 10 bestaan in dit geval uit een schroef 16 met een getand gedeelte 17. Dit getand gedeelte 17 lijkt op een soort van dik tandwiel.

Tevens zijn er twee latten 18 voorzien, welke een rechte vertanding 19 bezitten. Deze twee latten 18 zijn net zoals de stoters 13 verschuifbaar in de middenstukken 3 opgesteld.

BE2017/5922

In figuur 8 is duidelijk zichtbaar dat de latten 18 voorzien zijn van een opening 20 waarin de vertanding is aangebracht. Bij één lat 18 bevindt de vertanding zich aan de onderzijde van de opening 20, bij de andere lat 18 aan de bovenzijde van de opening 20.

Wanneer de latten 18 zich in het middenstuk 3 bevinden, overlappen deze openingen 20 en strekt de schroef 16 zich met het getand gedeelte 17 uit doorheen openingen 20.

Op deze manier kan het getand gedeelte 17 inwerken op beide rechte vertandingen 19, waarbij door verdraaiing van de schroef 16, het getand gedeelte 17 op deze manier de latten 18 naar buiten toe kan verschuiven op een zeer gelijkaardige manier als bij een tandheugel.

De beweging van de latten 18 is op deze manier identiek aan de beweging van de stoters 13.

Zoals te zien is in figuur 9, zijn er tevens middelen 21 voorzien die een rotatie van de schroef 16 in één draairichting ónmogelijk maken.

Op deze manier kan ervoor gezorgd worden dat de latten 18 enkel uitgeschoven kunnen worden, maar niet terug ingetrokken kunnen worden.

Deze middelen 21 worden gevormd door een lipvormig element 22 dat ingrijpt op de tanden en dat zodanig is vormgegeven dat de schroef 16 in slechts één richting gedraaid kan worden.

BE2017/5922

De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen, doch een inrichting volgens de uitvinding voor het opspannen van een canvas kan in allerlei vormen en afmetingen worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims

Conclusies .

1. - Inrichting voor opspannen van een canvas daardoor gekenmerkt dat de inrichting (1) vier hoekprofielen (2) omvat en vier middenstukken (3), waarbij elk middenstuk (3) voorzien kan worden van twee hoekprofielen (2) ter vorming van een kader (4) _r waarbij de middenstukken (3) en de hoekprofielen (2) schuivend in elkaar passen, waarbij de middenstukken (3) voorzien zijn van middelen (10) om de twee hoekprof ielen (2) die op de uiteinden ervan aangebracht zijn te verschuiven zodanig dat de omtrek van het gevormde kader (4) groter wordt.
2.- Inrichting volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde middelen (10) een schroef (11) met een ellipsvormig element (12) omvatten dat kan inwerken op twee stoters (13) die verschuifbaar in de middenstukken (3) zijn aangebracht, waarbij door verdraaiing van de schroef (11) het ellipsvormig element (12) zal roteren waardoor het contact kan maken met de voornoemde stoters (13) en deze kan verschuiven naar buiten toe.
3. Inrichting volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde middelen (10) gevormd worden door een schroef (16) met een getand gedeelte (17) dat kan inwerken op twee latten (18) met een rechte vertanding (19) die verschuifbaar in de middenstukken (3) zijn aangebracht, waarbij door verdraaiing van de schroef (16) het getand gedeelte (17) zal inwerken op de rechte vertanding (19) van de latten (18) en deze kan verschuiven naar buiten toe.

BE2017/5922
4. - Inrichting volgens conclusie 2 of 3, daardoor gekenmerkt dat de hoekprofielen (2) voorzien zijn van twee stootvlakken (15) waarop twee stoters (13) of latten (18) van twee middenstukken (3) kunnen inwerken.
5. - Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies conclusie 2 tot 4, daardoor gekenmerkt dat de middenstukken (3) voorzien zijn van een geleiding (14) waarin de stoters (13) of latten (18) kunnen schuiven.
6. - Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies 2 tot 5, daardoor gekenmerkt dat de schroeven (11, 16) van twee overstaande middenstukken (3) van het kader (4) verbonden zijn of kunnen worden door middel van een stang of dergelijke, zodat door verdraaiing van de stang beide schroeven (11) bediend kunnen worden.
7. - Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde middelen (10) een verschuiving toelaten van de hoekprofielen (2) ten opzichte van de middenstukken (3) van één tot vijf millimeter.
8. - Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de middenstukken (3) en de hoekprofielen (2) voorzien zijn van overeenkomstige detailleringen die schuivend in elkaar passen.
9. - Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies_fdaardoor gekenmerkt dat de hoekprofielen (2) over de middenstukken (3) schuiven.

BE2017/5922
10. - Inrichting volgens conclusie 9, daardoor gekenmerkt dat de hoekprofielen (2) over een afstand van ongeveer twintig tot vijftig millimeter over de middenstukken (3) schuiven en liever nog over ongeveer dertig millimeter.
11. - Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de middenstukken (3) een lengte (A) hebben van minstens vijftig procent van de lengte (B) van de betreffende zijde (6) van het kader (4) en liever nog van minstens 75% van de lengte (B) van de betreffende zijde (6) .
12. - Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de middenstukken (3) voorzien zijn van bevestigingsmiddelen om het canvas te bevestigen aan het kader (4).
13. - Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de hoekprofielen (2) zijn voorzien van een uitsparing (7) om de omgeplooide hoeken van het canvas in te kunnen aanbrengen.