BE1025338B1 - Werkwijze voor het controleren van een stroom afvalwater en inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze - Google Patents

Werkwijze voor het controleren van een stroom afvalwater en inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze Download PDF

Info

Publication number
BE1025338B1
BE1025338B1 BE2017/6003A BE201706003A BE1025338B1 BE 1025338 B1 BE1025338 B1 BE 1025338B1 BE 2017/6003 A BE2017/6003 A BE 2017/6003A BE 201706003 A BE201706003 A BE 201706003A BE 1025338 B1 BE1025338 B1 BE 1025338B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
pump
waste water
reservoir
level
pressure
Prior art date
Application number
BE2017/6003A
Other languages
English (en)
Other versions
BE1025338A1 (nl
Inventor
Rijsbergen Adrianus Jacobus Van
Original Assignee
Fvc Holding B.V.
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Fvc Holding B.V. filed Critical Fvc Holding B.V.
Publication of BE1025338A1 publication Critical patent/BE1025338A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1025338B1 publication Critical patent/BE1025338B1/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F04POSITIVE - DISPLACEMENT MACHINES FOR LIQUIDS; PUMPS FOR LIQUIDS OR ELASTIC FLUIDS
    • F04DNON-POSITIVE-DISPLACEMENT PUMPS
    • F04D15/00Control, e.g. regulation, of pumps, pumping installations or systems
    • F04D15/02Stopping of pumps, or operating valves, on occurrence of unwanted conditions
    • F04D15/0209Stopping of pumps, or operating valves, on occurrence of unwanted conditions responsive to a condition of the working fluid
    • F04D15/0218Stopping of pumps, or operating valves, on occurrence of unwanted conditions responsive to a condition of the working fluid the condition being a liquid level or a lack of liquid supply
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C02TREATMENT OF WATER, WASTE WATER, SEWAGE, OR SLUDGE
    • C02FTREATMENT OF WATER, WASTE WATER, SEWAGE, OR SLUDGE
    • C02F1/00Treatment of water, waste water, or sewage
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F04POSITIVE - DISPLACEMENT MACHINES FOR LIQUIDS; PUMPS FOR LIQUIDS OR ELASTIC FLUIDS
    • F04DNON-POSITIVE-DISPLACEMENT PUMPS
    • F04D13/00Pumping installations or systems
    • F04D13/02Units comprising pumps and their driving means
    • F04D13/06Units comprising pumps and their driving means the pump being electrically driven
    • F04D13/08Units comprising pumps and their driving means the pump being electrically driven for submerged use
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F04POSITIVE - DISPLACEMENT MACHINES FOR LIQUIDS; PUMPS FOR LIQUIDS OR ELASTIC FLUIDS
    • F04DNON-POSITIVE-DISPLACEMENT PUMPS
    • F04D15/00Control, e.g. regulation, of pumps, pumping installations or systems
    • F04D15/0066Control, e.g. regulation, of pumps, pumping installations or systems by changing the speed, e.g. of the driving engine
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F04POSITIVE - DISPLACEMENT MACHINES FOR LIQUIDS; PUMPS FOR LIQUIDS OR ELASTIC FLUIDS
    • F04DNON-POSITIVE-DISPLACEMENT PUMPS
    • F04D7/00Pumps adapted for handling specific fluids, e.g. by selection of specific materials for pumps or pump parts
    • F04D7/02Pumps adapted for handling specific fluids, e.g. by selection of specific materials for pumps or pump parts of centrifugal type
    • F04D7/04Pumps adapted for handling specific fluids, e.g. by selection of specific materials for pumps or pump parts of centrifugal type the fluids being viscous or non-homogenous

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Hydrology & Water Resources (AREA)
  • Environmental & Geological Engineering (AREA)
  • Water Supply & Treatment (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Organic Chemistry (AREA)
  • Control Of Positive-Displacement Pumps (AREA)

Abstract

Werkwijze voor het controleren van een stroom afvalwater in een zuiveringsinrichting 10 die een pomp 1 omvat die verbonden is met een reservoir 2 en via een afvoerleiding 3 tussen de pomp 1 en een zuiveringsinstallatie 4, afvalwater van het reservoir 2 naar de zuiveringsinstallatie 4 pompt waarbij in het reservoir 2 een niveausensor 5 is aangebracht waarmee een afvalwaterniveau in het de pomp reservoir 2 wordt gemeten waarbij in de afvoerleiding 3 een druksensor 6 is geplaatst waarmee de druk in het afvalwater wordt gemeten, waarbij de druk via een regelunit 7de pomp 1 op een energie-efficiënt punt van de pompcurve laat werken zolang het niveau in het reservoir 2 boven een minimale waarde is.

Description

Korte aanduiding: Werkwijze voor het controleren van een stroom afvalwater en inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze.
Beschrijving
De uitvinding betreft een werkwijze voor het controleren van een stroom afvalwater in een zuiveringsinrichting die een pomp omvat die verbonden is met een reservoir en via een afvoerleiding tussen de pomp en een zuiveringsinstallatie, afvalwater van het reservoir naar de zuiveringsinstallatie pompt, waarbij in het reservoir een niveausensor is aangebracht waarmee een afvalwaterniveau in het reservoir wordt gemeten.
Een dergelijke werkwijze is beschreven in US 8,983,667 B2. Volgens deze bekende werkwijze wordt de pomp aangezet wanneer de niveausensor een maximale waarde van het afvalwaterniveau in het reservoir aangeeft en wordt weer uitgezet wanneer de niveausensor een minimale waarde van het afvalwaterniveau aangeeft. Deze bekende werkwijze heeft als nadeel dat het energieverbruik van de pomp hoog is en dat de capaciteit van reservoir niet optimaal wordt benut.
Volgens de uitvinding worden deze nadelen opgeheven en deze werkwijze heeft als kenmerk dat in de afvoerleiding een druksensor is geplaatst waarmee de druk in het afvalwater wordt gemeten, waarbij de druk via een regelunit de pomp op een energie-efficiënt punt van de pompcurve laat werken zolang het niveau in het reservoir boven een minimale waarde is.
De werkwijze volgens de uitvinding heeft als voordeel dat de pomp op de meest energiezuinige manier wordt gebruikt voor het wegpompen van het afvalwater. De pomp staat hierbij constant aan zolang het afvalwater boven een bepaald minimum niveau in het reservoir staat. Vergeleken met conventionele installaties waarbij de pomp aan of uit wordt gezet wanneer een maximaal of minimaal afvalwaterniveau in het reservoir wordt gedetecteerd, wordt een energiebesparing van ongeveer 30% mogelijk. Als extra voordeel geldt dat de capaciteit van het reservoir optimaal wordt benut. Volgens de bekende bovenvermelde werkwijze wordt de pomp uitgezet zodra een minimum afvalwaterniveau in het reservoir is bereikt en wordt de pomp niet meer aangezet voordat weer een maximaal niveau in het reservoir is bereikt. Dit betekent dat er gemiddeld meer afvalwater in het reservoir aanwezig is. Immers zodra de pomp uitgeschakeld wordt, stijgt het niveau van het afvalwater aangezien er niet meer wordt
2017/6003
B E2017/6003 gepompt. In de werkwijze volgens de uitvinding wordt er altijd gepompt zodra het minimale niveau van het afvalwater wordt overschreden.
Een verder voordeel is dat volgens deze werkwijze de niveausensor slechts een minimaal afvalwaterniveau dient aan te geven waardoor de inrichting eenvoudiger wordt, d.w.z. minder complex ofwel minder componenten zijn nodig, bijv, slechts één niveausensor in plaats van twee, te weten één voor het minimum- en een tweede voor het maximumniveau.
Hoewel de werkwijze met voordeel kan worden gebruikt bij vele soorten afvalwater zoals bijvoorbeeld in een chemische fabriek, wordt de werkwijze bij voorkeur toegepast met rioolwater als afvalwater. Conventionele rioolwaterzuiveringen geven steeds meer problemen omdat ze te veel energie verbruiken alsook qua capaciteit vaak niet meer voldoende zijn. Meestal zijn rioolzuiveringsinstallaties combinaties van riool- en regenwaterverwerkingsinstallaties. De door klimaatverandering toegenomen hoeveelheid neerslag en met name de onvoorspelbaarheid van extreem weer, geeft conventionele rioolwaterinstallaties vaak problemen met hoosbuien die zorgen voor ondergelopen huizen en straten. Omdat volgens de uitvinding de capaciteit van het reservoir optimaler wordt benut ofwel is er gemiddeld een veel grotere capaciteit in het reservoir beschikbaar, zal een plotselinge hoosbui of een extreme toevoer van afvalwater minder problemen veroorzaken. Bovendien worden grote kosten vermeden die gemaakt moeten worden om bestaande reservoirs te vergroten.
Bij voorkeur wordt een regelunit gebruikt die met behulp van een ‘variable speed inverter’ (VSI) en een ‘Programmable Logic Controller’ (PLC) de pomp op het meest energie-efficiënte punt van de pompcurve laat werken. De PLC is dan zodanig geprogrammeerd dat, afhankelijk van het signaal van de druksensor, de pomp op de meest efficiënte wijze wordt gebruikt. Voor elke pomp is via een fabrikant of leverancier een zogenoemde pompcurve beschikbaar. Dit is een grafiek waarbij de door de pomp geleverde druk of de opvoerhoogte, wordt uitgezet tegen de geleverde stroom afvalwater. In deze grafiek wordt ook aangegeven bij welke druk de pomp het meest efficiënt werkt. De PLC en de VSI regelen dat de pomp in zijn meest energiegunstige stand werkt.
De uitvinding heeft ook betrekking op een inrichting voor het zuiveren van afvalwater die een pomp omvat die verbonden is met een reservoir en via een afvoerleiding verbonden is met een zuiveringsinstallatie, waarbij in het reservoir een
2017/6003
B E2017/6003 niveausensor is aangebracht voor het meten van een afvalwaterniveau in het reservoir. Een dergelijke inrichting is ook bekend uit US 8.983.667B2. Volgens de bekende inrichting wordt de pomp aangezet wanneer de niveausensor een maximale waarde van het afvalwaterniveau in het reservoir aangeeft en weer uitgezet wanneer de niveausensor een minimale waarde van het afvalwaterniveau aangeeft. De bekende inrichting heeft als nadeel dat het energieverbruik van de pomp hoog is en dat de capaciteit van het reservoir niet optimaal wordt benut. Volgens de uitvinding heeft de inrichting als kenmerk dat in de afvoerleiding een druksensor is geplaatst voor het meten van de druk in het afvalwater waarbij de druksensor is verbonden met een regelunit die zodanig geprogrammeerd is dat, zolang een signaal van de niveausensor aangeeft dat het afvalwaterniveau boven een minimale waarde is, de regelunit met behulp van de druksensor de pomp op een energie-efficiënt punt van de pompcurve kan laten werken.
Uit US 5.941.690 is een pomp bekend waarbij in een hogedrukleiding van de pomp een druksensor is opgenomen om de druk in de hogedrukleiding constant te houden. Deze pomp wordt echter gebruikt in een schoonwatersysteem om in hoge gebouwen een constante hoge druk op een waterleiding te houden zodat ook op bovenste verdiepingen waterkranen en douches goed functioneren. Een afvalwatersysteem wordt niet op een constante druk ontworpen. Bovendien is er geen enkele aanwijzing dat de pomp in het schoonwatersysteem op een energie-efficiënte wijze gebruikt wordt.
De uitvinding heeft verder betrekking op een bovenvermelde inrichting waarbij het afvalwater rioolwater is. De inrichting werkt dan energiezuiniger dan bestaande rioolwaterzuiveringsinrichtingen terwijl bovendien zoals bovenvermeld de capaciteit van het reservoir groter is en overstromingen vaker vermeden kunnen worden. Bovendien worden grote kosten vermeden die gemaakt moeten worden om bestaande reservoirs te vergroten.
De uitvinding heeft ook betrekking op een inrichting, waarbij de regelunit een ‘variable speed inverter’ (VSI) en een ‘Programmable Logic Controller’ (PLC) omvat. Een dergelijke regelunit heeft vergeleken met een conventionele pompregelunit veel minder componenten. De combinatie van VSI en PLC maakt het ook mogelijk met behulp van software in de PLC de regelunit af te stemmen op de pomp en de afvoerleiding. Als extra voordeel kunnen met behulp van deze regelunit extra functies
2017/6003
B E2017/6003 worden toegevoegd aan de inrichting, zoals detecteren van een defect aan de pomp en het reinigen van de pomp of afvoerleiding.
De uitvinding heeft ook betrekking op een inrichting waarbij de afvoerleiding is voorzien van een terugslagklep en de druksensor is geplaatst tussen de terugslagklep en de zuiveringsinstallatie. De terugslagklep voorkomt dat afvalwater terug in de pomp stroomt. De druksensor geeft dan ook bij gesloten terugslagklep de druk in de afvoerleiding naar de zuiveringsinstallatie aan.
De uitvinding heeft ook betrekking op een pompeenheid voorzien van een druksensor en regelunit voor gebruik in een inrichting volgens bovenstaande beschrijving. Een dergelijke pompeenheid kan gebruikt worden in bestaande afvalwaterverwerkingsinstallaties met bovengenoemde voordelen.
De uitvinding heeft ook betrekking op een inrichting voor het zuiveren van rioolwater die een rioolzuiveringsinstallatie omvat die via afvoerleidingen verbonden is met een aantal reservoirs die het rioolwater van een aantal huizen of fabrieken bevatten, waarbij de reservoirs verbonden zijn met pompen die via de afvoerleidingen zijn verbonden met de rioolzuiveringsinstallatie, waarbij in de reservoirs een niveausensor is aangebracht voor het meten van een afvalwaterniveau in het betreffende reservoir, hierdoor gekenmerkt dat in afvoerleidingen een druksensor is geplaatst voor het meten van de druk in het afvalwater waarbij de druksensor is verbonden met een regelunit die zodanig is geprogrammeerd dat, zolang een signaal van de niveausensor aangeeft dat het afvalwaterniveau in een betreffend reservoir boven een minimale waarde is, de druksensor de pomp behorend bij dat reservoir op een energie-efficiënt punt van de pompcurve kan laten werken.
De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de volgende beschrijving waarbij wordt verwezen naar de figuurbeschrijving waarin:
Figuur 1 een werkwijze en een inrichting laat zien voor het controleren van een afvalwaterstroom.
Figuur 2 betreft een pompcurve,
Figuur 3 toont een pompcurve en een karakteristiek van een afvoerleiding en
Figuur 4 betreft een rioolwaterzuiveringssysteem.
Figuur 1 licht een werkwijze toe voor het controleren van een stroom afvalwater in een zuiveringsinrichting 10 die een pomp 1 omvat die verbonden is met een reservoir 2 en via een afvoerleiding 3 tussen de pomp 1 en een zuiveringsinstallatie
4, afvalwater van het reservoir 2 naar de zuiveringsinstallatie 4 pompt waarbij in het
2017/6003
B E2017/6003 reservoir 2 een niveausensor 5 is aangebracht waarmee een afvalwaterniveau in het reservoir 2 wordt gemeten. De pomp 1 is in figuur 1 verbonden met het reservoir 2 door de pomp 1 op de bodem van reservoir 2 te plaatsen. De pomp is dan bij gebruik ondergedompeld in het afvalwater. De pomp 1 kan ook buiten het reservoir 2 geplaatst zijn en via een aanvoerleiding met het reservoir 2 zijn verbonden.
Figuur 1 laat ook een zuiveringsinrichting 10 zien die afvalwater van een reservoir 2 naar een zuiveringsinstallatie 4 kan pompen.
Een dergelijke werkwijze is beschreven in US 8.983.667B2. In de bekende werkwijze wordt een pomp aangezet wanneer een niveausensor een maximale waarde van het afvalwaterniveau in een reservoir aangeeft en weer uitgezet wanneer een niveausensor een minimale waarde van het afvalwaterniveau aangeeft. De bekende werkwijze heeft als nadeel dat het energieverbruik van de pomp hoog is en dat de capaciteit van het reservoir niet optimaal wordt benut.
Volgens de uitvinding worden deze nadelen opgeheven doordat in de afvoerleiding 3 een druksensor 6 is geplaatst waarmee de druk in het afvalwater wordt gemeten en waarbij de druk via een regelunit 7 de pomp op een energie-efficiënt punt van de pompcurve laat werken zolang het afvalwaterniveau in het reservoir 2 boven een minimale waarde is.
De werkwijze volgens de uitvinding heeft als voordeel dat de pomp 1 op de meest energiezuinige manier wordt gebruikt voor het wegpompen van het afvalwater. De pomp 1 staat hierbij constant aan zolang het afvalwater boven een bepaald minimum niveau in het reservoir 2 staat. Vergeleken met conventionele installaties waarbij de pomp aan of uit wordt gezet wanneer een maximaal of minimaal afvalwaterniveau in het reservoir wordt gedetecteerd, wordt een energiebesparing van ongeveer 30% mogelijk. Als extra voordeel geldt dat de capaciteit van het reservoir 2 optimaal wordt benut. Volgens de bekende bovenvermelde werkwijze wordt de pomp uitgezet zodra een minimum afvalwaterniveau in het reservoir is bereikt en wordt de pomp niet meer aangezet voordat weer een maximaal niveau in het reservoir is bereikt. Dit betekent dat er gemiddeld meer afvalwater in het reservoir aanwezig is. Immers, zodra de pomp uitgeschakeld wordt, stijgt het niveau van het afvalwater aangezien er niet meer wordt gepompt. In de werkwijze volgens de uitvinding wordt er voortdurend gepompt zodra het minimale niveau van het afvalwater wordt overschreden. Een verder voordeel is dat volgens deze werkwijze de niveausensor 5 slechts een minimaal afvalwaterniveau dient aan te geven waardoor de inrichting eenvoudiger wordt, d.w.z.
2017/6003
B E2017/6003 minder complex, bijvoorbeeld een kleine niveausensor 5 in plaats van een grote die het minimum én maximumniveau kan meten, ofwel minder componenten zijn nodig, bijvoorbeeld slechts één simpele niveausensor 5 in plaats van twee niveausensoren, te weten één voor het minimum- en een tweede voor het maximumniveau.
Figuur 2 toont een voorbeeld van pompcurves zoals die worden aangeleverd door de fabrikant of leverancier van een pomp 1. Figuur 2A geeft voor twee verschillende pompen 1A en 1B de druk in de afvoerleiding 3 van de pomp 1 aan (uitgedrukt in [m] opvoerhoogte) als functie van het doorstroming in [l/s] van afvalwater door de pomp 1. Figuur 2B geeft de efficiency als functie van de doorstroming en figuur 2C het vermogen aan de as van de pompen 1A en 1B aan als functie van de doorstroming. De pompen 1A of 1B worden door de regelunit 7 gebruikt op of rond het maximum MAX1A en MAX1B van de efficiencycurve 2B. Figuur 2A geeft aan dat voor pomp 1A de maximum MAX1A ligt bij een druk van 9 m opvoerhoogte en voor pomp 1B ligt MAX1B bij een druk van 7,5 m opvoerhoogte.
Figuur 3 laat twee curves zien. Curve P1 laat zien hoe de door de pomp geleverde druk [m] afhangt van de doorstroming in [l/s] net als in grafiek 2A. Curve A3 toont hoe de druk in de afvoerleiding 3 afhangt van de doorstroming. De afvoerleiding en de pomp kunnen zodanig aan elkaar aangepast worden dat de pomp zoveel mogelijk in het werkpunt W kan werken. In veel afvalwatersystemen wordt echter de afvoerleiding op een maximale capaciteit voor noodgevallen gedimensioneerd.
De regelunit 7 omvat bij voorkeur een ‘variabel speed inverter’ (VSI) en speciale software in een ‘Programmable Logic Controller’ (PLC) om het aantal omwentelingen en aldus de doorstroming door de pomp 1 zodanig te controleren dat de pomp 1 constant pompt op een meest efficiënt punt van de pompcurve MAX1A of MAX1B voor die betreffende pomp. De combinatie van VSI en PLC maakt het ook mogelijk met behulp van software in de PLC de regelunit 7 af te stemmen op de pomp 1 en de afvoerleiding 3. De druksensor 6 wordt zoveel mogelijk verzonken in de afvoerleiding 3 ingebouwd om de doorstroming van afvalwater niet te belemmeren en het beschadigen van de sensor 6 te voorkomen. In figuur 1 is de druksensor 6 direct na een terugslagklep 8 in de afvoerleiding 3 ingebouwd. De terugslagklep voorkomt terugstromen van afvalwater in de pomp wanneer de pomp niet aanstaat of defect is. De druksensor 6 wordt bij voorkeur dicht bij de pomp ingebouwd en kan zelfs in de pomp 1 zelf ingebouwd zijn. De hoge drukkant van de pomp 1 is onderdeel van de afvoerleiding 3. In een praktisch voorbeeld levert een druksensor 6 een analoog
2017/6003
B E2017/6003 signaal van circa 4-20mA. Dit signaal is een referentiesignaal voor de druk in de afvoerleiding 3. Het referentiesignaal voor de druk wordt toegevoerd aan een regelunit 7 omvattend een VSI voorzien van een PLC of het wordt toegevoerd aan een regeiunit 7 die een PLC omvat die een VSI bijvoorbeeld via een Modbus TCP busverbinding aanstuurt. Een dergelijke regeiunit 7 omvat veel minder componenten dan een conventionele pompregelunit. Zo kan in de praktijk het aantal componenten voor de regeiunit teruggebracht worden van circa 35 naar circa 5 componenten.
De uitvinding wordt verder toegelicht aan de hand van een voorbeeld. De niveausensor 5 geeft een analoog signaal van circa 4-20mA af dat een referentiesignaal is voor het minimum afvalwater niveau in het reservoir 2. Een pomp 1 volgens pompcurve 1A uit figuur 2 staat op de bodem van het reservoir 2. De essentie van de niveausensor 5 is dat de pomp 1 niet aangezet wordt wanneer geen afvalwater in het reservoir 2 aanwezig is en de pomp 1 door drooglopen beschadigd kan worden. Het signaal van de niveausensor 5 wordt ook toegevoerd aan de regeiunit 7. De regeiunit 7 schakelt dan de pomp 1 uit als het afvalwater in het reservoir 2 een minimum niveau heeft bereikt. De druksensor 6 geeft een referentiesignaal van circa 4-20mA af dat een maat is voor de druk in de afvoerleiding 3. De regeiunit 7 zorgt nu dat de pomp 1 in de afvoerleiding een druk van 9m opvoerhoogte heeft (zie figuur 1A) hetgeen correspondeert met een maximum MAX1A op de efficiency curve van figuur 2B. Een dergelijke inrichting verbruikt circa 30% minder energie dan conventionele bekende inrichtingen. Bovendien blijkt de gemiddelde beschikbare capaciteit van het reservoir 2 met minimaal 30% te zijn toegenomen. Bij droog weer is de toename zelfs 65%.
De niveausensor 5 kan met verschillende detectiemethoden werken zoals hydrostatisch, ultrasoon of met behulp van radar. De niveausensor 5 kan ook in de pomp 1 of het carter van de pomp 1 zijn aangebracht. Een deel van het huis van de pomp 1 vormt dan onderdeel van de afvoerleiding 3.
Als extra voordeel kunnen met behulp van de regeiunit 7 extra functies toegevoegd worden aan de inrichting 10. Dit gebeurt met name door afwijkingen in de relatiedruk versus toegevoerd vermogen aan de pomp te constateren. Te weten:
• detecteren van een defect of slijtage aan de pomp 1: druk loopt niet op bij meer vermogen naarde pompl, • reinigen van de pomp of afvoerleiding: hoge druk en hoog vermogen naar pomp 1 voor grote doorstroming,
2017/6003
B E2017/6003 • detecteren van blokkades: druk in afvoerleiding 3 reageert abnormaal op extra vermogenstoevoer naar de pomp 1, • temperatuur controle van de pomp 1: uitschakelen pomp bij langdurig hoog vermogen gebruik, bijvoorbeeld bij blokkades in de afvoerleiding 3, • opwaarderen van de pomp met behulp van nieuwe software bijvoorbeeld naar EU specificaties IE3 of zelfs naar EI4, • bij opstarten de pomp 1 een verhoogde druk geven: hydraulische ‘boost’,
Figuur 4 laat een inrichting voor het zuiveren van rioolwater zien die een rioolzuiveringsinstallatie 4 omvat die via afvoerleidingen 3 verbonden is met een aantal reservoirs 2 die het rioolwater van een aantal huizen H of fabrieken F bevatten waarbij de reservoirs 2 verbonden zijn met pompen 1, die via de afvoerleidingen 3 verbonden zijn met een gezamenlijke rioolzuiveringsinstallatie 4 waarbij in de reservoirs 2 een niveausensor 5 is aangebracht voor het meten van een afvalwaterniveau in het betreffende reservoir 2, waarbij in afvoerleidingen 3 een druksensor6 is geplaatst voor het meten van de druk in het afvalwater, waarbij de druksensor 6 is verbonden met een regelunit 7 die zodanig geprogrammeerd is dat, zolang een signaal van de niveausensor 5 aangeeft dat het afvalwaterniveau in een betreffend reservoir 2 boven een minimale waarde is, de regelunit met behulp van de druksensor 6 de betreffende pomp 1 op een energie-efficiënt punt van de pompcurve kan laten werken. De inrichting volgens figuur 4 omvat een aantal pompinrichtingen 10 volgens de uitvinding waarbij verwezen wordt naar figuur 1. Afvalwater van meerdere reservoirs 2 wordt naar een gezamenlijke zuiveringsinstallatie 4 gepompt. In figuur 4A is een buitensteeds gebied aangegeven waar de huizen H of fabrieken F via eigen pompinrichtingen 10 voorzien van reservoirs 2 en afvoerleidingen 3 op een eindgemaal voor een gebied EG zijn aangesloten. Een deel van de afvoerleiding 3 hoeft geen hogedrukleiding te zijn wanneer er een natuurlijk verval V in afvoerleiding 3 aanwezig is. Het gemaal EG omvat weer een pompinrichting 10 met een tweetal pompen 1 met een gezamenlijk afvoerleiding 3 naar een transportgemaal TG die ook weer een pompinrichting 10 met een aantal pompen 1 volgens de uitvinding omvat met een gezamenlijke afvoerleiding 3 naar de rioolzuiveringsinstallatie 4. In figuur 4B is de situatie in een dorp of stad weergegeven waar huizen H of fabrieken F via een leiding met vrij verval V afvalwater naar een wijkgemaal WG afvoeren. Het wijkgemaal WG omvat weer een pompinrichting 10 met een reservoir 2 voorzien van pompen 1. Het wijkgemaal WG is weer via een afvoerleiding 3 verbonden met het
2017/6003
B E2017/6003 transportgemaal WG. Wanneer meerdere pompen worden toegepast zoals in de gemalen EG, WG en TG worden meerdere pompen 1 door een gezamenlijke regelunit 7 aangestuurd. De inrichting volgens figuur 4 kan ook nog een regeling omvatten die alle pompinrichtingen omvat om bijvoorbeeld in een noodsituatie alle pompen op maximaal vermogen te laten werken.
In een rioolzuiveringsinrichting volgens figuur 4 kan de uitvinding worden toegepast om de capaciteit van het rioolsysteem te vergroten zonder structurele aanpassingen aan reservoirs 2 te maken. De uitvinding zorgt dat in de reservoirs 2 gemiddeld veel minder afvalwater aanwezig is dan met conventionele pompinrichtingen 10 met een aan-uit regeling. Ook kan het systeem geoptimaliseerd worden voor bijvoorbeeld een constante doorstroming in het hoofdrioolsysteem tussen wijkgemaal WG, een eindgemaal gebied EG en het transportgemaal TG.

Claims (10)

  1. CONCLUSIES
    1. Werkwijze voor het controleren van een stroom afvalwater in een zuiveringsinrichting die een pomp omvat die verbonden is met een reservoir en via een afvoerleiding tussen de pomp en een zuiveringsinstallatie, afvalwater van het reservoir naar de zuiveringsinstallatie pompt waarbij in het reservoir een niveausensor is aangebracht waarmee een afvalwaterniveau in het reservoir wordt gemeten, met het kenmerk, dat in de afvoerleiding een druksensor is geplaatst waarmee de druk in het afvalwater wordt gemeten waarbij de druk via een regelunit de pomp op een energie-efficiënt punt van de pompcurve laat werken zolang het niveau in het reservoir boven een minimale waarde is.
  2. 2. Werkwijze volgens conclusie 1 waarbij het afvalwater rioolwater is.
  3. 3. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies waarbij de regelunit via een ‘variable speed inverter’ (VSI) en een ‘Programmable Logic Controller’ (PLC) de pomp op het meest energie-efficiënte punt van de pompcurve laat werken.
  4. 4. Inrichting voor het zuiveren van afvalwater die een pomp omvat die verbonden is met een reservoir en via een afvoerleiding verbonden is met een zuiveringsinstallatie, waarbij in het reservoir een niveausensor is aangebracht voor het meten van een afvalwaterniveau in het reservoir, met het kenmerk, dat in de afvoerleiding een druksensor is geplaatst voor het meten van de druk in het afvalwater, waarbij de druksensor is verbonden met een regelunit die zodanig geprogrammeerd is dat, zolang een signaal van de niveausensor aangeeft dat het afvalwaterniveau boven een minimale waarde is, de regelunit met behulp van de druksensor de pomp op een energie-efficiënt punt van de pompcurve kan laten werken.
  5. 5. Inrichting volgens conclusie 4 waarbij het afvalwater rioolwater is.
  6. 6. Inrichting volgens conclusies 4-5 waarbij de regelunit een ‘variable speed inverter’ en een ‘Programmable Logic Controller’ (PLC) omvat.
  7. 7. Inrichting volgens conclusies 4-6, waarbij de afvoerleiding is voorzien van een terugslagklep en de druksensor is geplaatst tussen de terugslagklep en de zuiveringsinstallatie.
  8. 8. Pompeenheid voorzien van een druksensor en regelunit voor gebruik in een inrichting volgens conclusies 4-7.
  9. 9. Inrichting voor het zuiveren van rioolwater die een rioolzuiveringsinstallatie omvat die via afvoerleidingen verbonden is met een aantal reservoirs die het rioolwater
    2017/6003
    B E2017/6003 van een aantal huizen of fabrieken bevatten waarbij de reservoirs verbonden zijn met pompen die via de afvoerleidingen verbonden zijn met de rioolzuiveringsinstallatie, waarbij in de reservoirs een niveausensor is aangebracht voor het meten van een afvalwaterniveau in het betreffende reservoir, hierdoor gekenmerkt dat in
    5 afvoerleidingen een druksensor is geplaatst voor het meten van de druk in het afvalwater, waarbij de druksensor is verbonden met een regelunit die zodanig geprogrammeerd is dat, zolang een signaal van de niveausensor aangeeft dat het afvalwaterniveau in een betreffend reservoir boven een minimale waarde is, de druksensor de pomp behorend bij dat reservoir op een energie-efficiënt punt van de
  10. 10 pompcurve kan laten werken.
BE2017/6003A 2016-12-29 2017-12-27 Werkwijze voor het controleren van een stroom afvalwater en inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze BE1025338B1 (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2018093A NL2018093B1 (nl) 2016-12-29 2016-12-29 Werkwijze voor het controleren van een stroom afvalwater en inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze.
NL2018093 2016-12-29

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1025338A1 BE1025338A1 (nl) 2019-01-24
BE1025338B1 true BE1025338B1 (nl) 2019-01-31

Family

ID=61074247

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2017/6003A BE1025338B1 (nl) 2016-12-29 2017-12-27 Werkwijze voor het controleren van een stroom afvalwater en inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze

Country Status (2)

Country Link
BE (1) BE1025338B1 (nl)
NL (1) NL2018093B1 (nl)

Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US20150168957A1 (en) * 2013-12-16 2015-06-18 Schneider Toshiba Inverter Europe Sas Control process to save electrical energy consumption of a pump equipment

Patent Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US20150168957A1 (en) * 2013-12-16 2015-06-18 Schneider Toshiba Inverter Europe Sas Control process to save electrical energy consumption of a pump equipment

Also Published As

Publication number Publication date
BE1025338A1 (nl) 2019-01-24
NL2018093B1 (nl) 2018-07-06

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US20160115675A1 (en) Method for automated control of a combined greywater/stormwater system with forecast integration
CA2167645C (en) Pump control system
US20100122945A1 (en) Grey water conservation mechanism
US9644350B2 (en) System for recycling grey water
US11259499B2 (en) Systems and methods for filling and flushing animal footbaths
JP5060426B2 (ja) 監視制御装置
US20120024766A1 (en) Wastewater Re-Use Systems
BE1025338B1 (nl) Werkwijze voor het controleren van een stroom afvalwater en inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze
GB2320942A (en) Waste water recovery system for buildings
JP2003254245A (ja) 給配水システム
JP2021193301A (ja) マンホールポンプシステム
KR100984752B1 (ko) 간이 상수 공급 장치
LV15374B (lv) Notekūdeņu siltuma rekuperācijas iekārta
CN111214856A (zh) 一种溢流污染的调蓄处理设备、方法、装置及其系统
JPH08243539A (ja) 廃水処理場の運転制御方法
CN106759828A (zh) 一种在线处理调蓄池与节能排水泵站的组合系统
Byrne et al. Water sustainable house: Water auditing of 3 case studies in Perth, Western Australia
JP4908333B2 (ja) ポンプ制御装置
Malar et al. Smart and innovative water conservation and distribution system for smart cities
JP7128620B2 (ja) ポンプ制御装置及びポンプ運転方法
RU42238U1 (ru) Система водоснабжения
JPH07259745A (ja) 雨水滞水池の返流水制御方法
JP7399394B2 (ja) 農業用の配水システムおよびその運転方法
US20210301516A1 (en) Vacuum sewage system with monitoring system and variable speed pump and methods of use
US20200095143A1 (en) Injection system for wastewater treatment

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20190131

MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20191231