BE1024954B1

BE1024954B1 - Regeling voor het lossen van gewas voor een veldhakselaar

Info

Publication number: BE1024954B1
Application number: BE2017/5473A
Authority: BE
Inventors: Smedt Bart De; Simon Beelaert; Didier Verhaeghe; Jeroen Vermander
Original assignee: Cnh Industrial Belgium Nv
Priority date: 2017-07-03
Filing date: 2017-07-03
Publication date: 2018-08-23
Also published as: CN110944503B; WO2019007877A1; EP3648568B1; CN110944503A; EP3648568A1; US20200214205A1; US11457566B2; BR112020000070A2

Abstract

Systeem voor de snelheidsregeling van de gewasuitloop (30) voor een oogstvoertuig (10) dat een gewasversneller (32) bevat en een uitloop (24) die oogstmateriaal ontvangt en het naar een doelbestemming richt. De gewasversneller (32) legt een hogere snelheid op aan het oogstmateriaal. Het regelsysteem (30) bevat een gewassnelheidssensor (50), een controller (40) en een aandrijving met regelbare snelheid (36). De sensor (50) is gekoppeld aan de uitloop (24) van het voertuig (10) om een snelheid van het oogstmateriaal in de uitloop (24) te detecteren, waarbij de sensor (50) een snelheidssignaal (VS) produceert dat representatief is voor de snelheid van het oogstmateriaal. De aandrijving met regelbare snelheid (36) is aandrijvend aan de gewasversneller (32) gekoppeld. De controller (40) varieert de snelheid van de gewasversneller (32) door de aandrijving met regelbare snelheid (36) te regelen, zodanig dat de aandrijving met regelbare snelheid (32) een gekozen snelheid van het oogstmateriaal in stand houdt afhankelijk van een modulatie van het snelheidssignaal (VS).

Description

(30) Voorrangsgegevens :

(73) Houder(s) :

CNH INDUSTRIAL BELGIUM NV

8210, ZEDELGEM

België (72) Uitvinder(s) :

DE SMEDT Bart 9050 LEDEBERG België

BEELAERT Simon 9991ADEGEM België

VERHAEGHE Didier 8900 IEPER België

VERMANDER Jeroen 8433 MIDDELKERKE België (54) REGELING VOOR HET LOSSEN VAN GEWAS VOOR EEN VELDHAKSELAAR (57) Systeem voor de snelheidsregeling van de gewasuitloop (30) voor een oogstvoertuig (10) dat een gewasversneller (32) bevat en een uitloop (24) die oogstmateriaal ontvangt en het naar een doelbestemming rieht. De gewasversneller (32) legt een hogere snelheid op aan het oogstmateriaal. Het regelsysteem (30) bevat een gewassnelheidssensor (50), een controller (40) en een aandrijving met regelbare snelheid (36). De sensor (50) is gekoppeld aan de uitloop (24) van het voertuig (10) om een snelheid van het oogstmateriaal in de uitloop (24) te detecteren, waarbij de sensor (50) een snelheidssignaal (VS) produceert dat representatief is voor de snelheid van het oogstmateriaal. De aandrijving met regelbare snelheid (36) is aandrijvend aan de gewasversneller (32) gekoppeld. De controller (40) varieert de snelheid van de gewasversneller (32) door de aandrijving met regelbare snelheid (36) te regelen, zodanig dat de aandrijving met regelbare snelheid (32) een gekozen snelheid van het oogstmateriaal in stand houdt afhankelijk van een modulatie van het snelheidssignaal (VS).

BELGISCH UITVINDINGSOCTROOI

FOD Economie, K.M.O., Middenstand & Energie

Dienst voor de Intellectuele Eigendom

Publicatienummer: 1024954 Nummer van indiening: BE2017/5473

Internationale classificatie: A01D 43/08 Datum van verlening: 23/08/2018

De Minister van Economie,

Gelet op het Verdrag van Parijs van 20 maart 1883 tot Bescherming van de industriële Eigendom;

Gelet op de wet van 28 maart 1984 op de uitvindingsoctrooien, artikel 22, voor de voor 22 September 2014 ingediende octrooiaanvragen ;

Gelet op Titel 1 Uitvindingsoctrooien van Boek XI van het Wetboek van economisch recht, artikel XI.24, voor de vanaf 22 September 2014 ingediende octrooiaanvragen ;

Gelet op het koninklijk besluit van 2 december 1986 betreffende het aanvragen, verlenen en in stand houden van uitvindingsoctrooien, artikel 28;

Gelet op de aanvraag voor een uitvindingsoctrooi ontvangen door de Dienst voor de Intellectuele Eigendom op datum van 03/07/2017.

Overwegende dat voor de octrooiaanvragen die binnen het toepassingsgebied van Titel 1, Boek XI, van het Wetboek van economisch recht (hierna WER) vallen, overeenkomstig artikel XI.19, § 4, tweede lid, van het WER, het verleende octrooi beperkt zal zijn tot de octrooiconclusies waarvoor het verslag van nieuwheidsonderzoek werd opgesteld, wanneer de octrooiaanvraag het voorwerp uitmaakt van een verslag van nieuwheidsonderzoek dat een gebrek aan eenheid van uitvinding als bedoeld in paragraaf 1, vermeldt, en wanneer de aanvrager zijn aanvraag niet beperkt en geen afgesplitste aanvraag indient overeenkomstig het verslag van nieuwheidsonderzoek.

Besluit:

Artikel 1. - Er wordt aan

CNH INDUSTRIAL BELGIUM NV, Leon Claeysstraat 3A, 8210 ZEDELGEM België;

vertegenwoordigd door

AMEYE Dirk C. A„ Leon Claeysstraat 3A, 8210, ZEDELGEM;

een Belgisch uitvindingsoctrooi met een looptijd van 20 jaar toegekend, onder voorbehoud van betaling van de jaartaksen zoals bedoeld in artikel XI.48, § 1 van het Wetboek van economisch recht, voor: REGELING VOOR HET LOSSEN VAN GEWAS VOOR EEN VELDHAKSELAAR.

UITVINDER(S):

DE SMEDT Bart, E3-plein 139, 9050, LEDEBERG;

BEELAERT Simon, Moerwege 36a, 9991, ADEGEM;

VERHAEGHE Didier , Meenseweg 229, 8900, IEPER;

VERMANDER Jeroen, Diksmuidestraat 25, 8433, MIDDELKERKE;

VOORRANG:

AFSPLITSING :

Afgesplitst van basisaanvraag : Indieningsdatum van de basisaanvraag :

Artikel 2. - Dit octrooi wordt verleend zonder voorafgaand onderzoek naar de octrooieerbaarheid van de uitvinding, zonder garantie van de Verdienste van de uitvinding noch van de nauwkeurigheid van de beschrijving ervan en voor risico van de aanvrager(s).

Brussel, 23/08/2018,

Bij bijzondere machtiging:

BE2017/5473

REGELING VOOR HET LOSSEN VAN GEWAS VOOR EEN VELDHAKSELAAR

ACHTERGROND VAN DE UITVINDING

Deze uitvinding heeft betrekking op een snelheidsregeling voor een gewasuitloop voor gebruik bij een veldhakselaar.

Veldhakselaars zijn machines die gewas dat verzameld werd van een veld in kleinere stukken hakken om veevoeder te produceren. In geval van gewastypes die hoofdzakelijk uit bladeren bestaan, zoals gras of luzerne, werden deze bladeren al eerder doorgesneden en in de zon te drogen gelegd, zodat het gewas alleen nog verzameld moet worden door de oogstmachine. Voor andere gewassen, zoals maïs kan de veldhakselaar ook met een maaier uitgerust worden, die het staande gewas afsnijdt.

Het gewas, ongeacht of het afgesneden maïs is of verzameld gras, wordt toegevoerd aan een draaiende mestrommel of aan een draaiend snijwerktuig dat het product in kleine stukken verdeelt. De hoeveelheid van beweging van een gewas, zoals maïs, dat uit de gewasverwerker of gras dat uit het snijwerktuig komt, naargelang het geval, doet het gewas in een versneller of blazer terecht komen die het daarna omhoog stuwt in een toren naar een uitloop waardoor het gelost wordt in een wagon of een aanhangwagen, die gesleept kan worden door een afzonderlijk voertuig dat längs of achter de oogstmachine rijdt.

In een veldhakselaar bevat het uitlooppad voor het verwerkte gewas gewoonlijk een stationaire toren en een gebogen uitloop die met de toren verbonden is. De uitloop, die gewoonlijk rond een verticale as gedraaid kan worden ten opzichte van de toren, steekt zijdelings of achterwaarts uit het hoofddeel van de oogstmachine om het verwerkte gewas te lossen in een container, die ofwel getrokken wordt door de oogstmachine of aangebracht is op een voertuig dat längs of achter de oogstmachine rijdt.

Een probleem met deze werkwijze is dat de versneller aangedreven wordt

BE2017/5473 met een vaste snelheid die ingesteld is om een gewasstroom over een grote operationele afstand te verwezenlijken, gewoonlijk de afstand van de uitgang van de uitloop tot aan een container die achter de oogstmachine rijdt. Voor kortere afstanden en andere richtingen moet de operator de baan in het oog houden en aanpassingen doen aan de oriëntatie van de uitloop en de deflector die aan het uiteinde ervan is aangebracht. Wanneer het toerental van de versneller gewijzigd kan worden, moet de operator ook uit de bekeken baan alle nodige of voordelige aanpassingen aan de snelheid van de versneller afleiden.

Wat hier ten opzichte van de stand van de techniek nodig is, is een regelsysteem dat gebruik maakt van de stromingssnelheid van het gewas om de snelheid van de versneller te regelen.

SAMENVATTING VAN DE UITVINDING

Deze uitvinding verschaff een regeling van de snelheid van het oogstmateriaal dat gelost wordt uit een uitloop van een veldhakselaar.

In één vorm is de uitvinding gericht op een systeem voor de snelheidsregeling van de gewasuitloop voor een oogstvoertuig dat een gewasversneller bevat en een uitloop die het oogstmateriaal ontvangt en het oogstmateriaal naar een doelbestemming rieht. De gewasversneller legt een hogere snelheid op aan het oogstmateriaal. Het regelsysteem bevat een gewassnelheidssensor, een controller en een aandrijving met regelbare snelheid. De sensor is gekoppeld aan de uitloop van het voertuig voor de detectie van een snelheid van het oogstmateriaal in de uitloop, waarbij de sensor een snelheidssignaal produceert dat representatief is voor de snelheid van het oogstmateriaal. De aandrijving met regelbare snelheid is aandrijvend aan de gewasversneller gekoppeld. De controller varieert de snelheid van de gewasversneller door de aandrijving met regelbare snelheid te regelen, zodanig dat een gekozen snelheid van het oogstmateriaal in stand wordt gehouden

BE2017/5473 afhankelijk van een modulatie van het snelheidssignaal.

In een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding maakt de gewassnelheidssensor geen contact met het oogstmateriaal als dit door de uitloop beweegt.

In een verdere uitvoeringsvorm heeft de uitloop een transparant gedeelte waarbij de gewassnelheidssensor gericht is naar het transparante gedeelte.

In nog een andere uitvoeringsvorm is het transparante gedeelte transparant voor een door de gewassnelheidssensor uitgestuurd signaal.

In nog een andere uitvoeringsvorm is de gewassnelheidssensor een radarsensor.

In nog een andere uitvoeringsvorm maakt de radarsensor gebruik van een Doppler-meettechniek om de gewassnelheid te meten en om het snelheidssignaal op te bouwen.

In nog een andere uitvoeringsvorm is de radarsensor geconfigureerd om 15 de snelheid van het oogstmateriaal te meten wanneer het oogstmateriaal weg van de radarsensor in de uitloop passeert.

In nog een andere uitvoeringsvorm is de gewassnelheidssensor aan de uitloop gekoppeld op een plaats die niet ver van een verst afgelegen uiteinde van de uitloop ligt.

In nog altijd een andere uitvoeringsvorm is de controller verder geconfigureerd om de aandrijving met regelbare snelheid te regelen d.m.v. een PID-algoritme (Proportioneel, Integrerend en Differentiërend).

In nog een andere uitvoeringsvorm is de controller verder geconfigureerd om de snelheid van het oogstmateriaal boven een gekozen kritieke snelheidswaarde te houden.

In nog een ander uitvoeringsvorm is de controller geconfigureerd om automatisch een kritieke snelheidswaarde te selecteren op basis van één of meer

BE2017/5473 van de voigende elementen: een gewastype, een vochtigheidsgraad van het gewas en/of een gewasopbrengst.

In nog een andere uitvoeringsvorm is de controller geconfigureerd om een door een operator gekozen kritieke snelheidswaarde te ontvangen en op te slaan.

In nog een andere uitvoeringsvorm bevat het regelsysteem een gewasdeflector die aan een uiteinde van de uitloop gekoppeld is, waarbij de gewasdeflector een hoeksensor en/of een krachtopnemer bevat die aan de deflector gekoppeld is, waarbij minstens één van de twee elementen, de hoeksensor en de krachtopnemer, geconfigureerd is om een deflectorsignaal te produceren dat naar de controller gestuurd wordt, waarbij de controller verder geconfigureerd is om de snelheid van de gewasversneller te variëren afhankelijk van het deflectorsignaal.

In nog een andere uitvoeringsvorm is de controller verder geconfigureerd om een alarmsignaal op te wekken als de snelheid van de gewasversneller kleiner is dan een drempelsnelheid.

In nog een andere uitvoeringsvorm is de controller geconfigureerd om de snelheid van de gewasversneller te regelen door het regelen van het toerental van een motor van het oogstvoertuig.

In nog een andere uitvoeringsvorm is het oogstvoertuig een veldhakselaar.

Een voordeel van deze uitvinding is dat het systeem voor de snelheidsregeling van de gewasuitloop het motortoerental optimaliseert om ideale gewasverwerkingssnelheden in stand te houden.

Een ander voordeel is dat de operator de raad krijgt om de instel I ingen aan te passen om de stroming van het gewas fijn te regelen, bv. om de snelheidsinstelling van het maaibord, de overgang van het gewas van het maaibord naar een dorskorf; en de instel I ingen van de versneller te

BE2017/5473 optimaliseren.

Een verder voordeel is dat de operator gewaarschuwd wordt dat een werking gedetecteerd wordt die buiten het voorkeursbereik valt en zelfs dat een blokkering is voorgevallen of op het punt Staat voor te komen.

Nog een ander voordeel is dat deze uitvinding de voorziene positie van de gewasstroom verbetert wanneer het gewas op een beoogde positie in een gewasontvangend voertuig landt om daarbij de gewascontainer doeltreffend te vullen.

KORTE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN

De bovenvermelde en andere kenmerken en voordelen van deze uitvinding en de manier om ze te bereiken zullen duidelijker worden en de uitvinding zal beter begrepen kunnen worden door verwijzing naar de volgende beschrijving van uitvoeringsvormen van de uitvinding samen met de bijbehorende tekeningen, waarin:

Figuur 1 een perspectiefaanzicht is van een uitvoeringsvorm van een veldhakselaar met een snelheidsregeling van een gewasuitloop volgens deze uitvinding;

Figuur 2 een zijaanzicht is van de veldhakselaar die weergegeven is in 20 Figuur 1;

Figuur 3 een afbeelding is van het ontlaadsysteem dat geregeld wordt door het systeem voor de snelheidsregeling van de gewasuitloop dat gebruikt wordt door de veldhakselaar van de Figuren 1 en 2;

Figuur 4 een blokschema is van elementen van het systeem voor de 25 snelheidsregeling van de gewasuitloop;

Figuur 5 een blokschema is dat een algoritme illustreert van het systeem voor de snelheidsregeling van de gewasuitloop volgens deze uitvinding;

BE2017/5473

Figuur 6 een diagram is om de regelaspecten te illustreren die aangepakt worden door het inventieve aspect van deze uitvinding; en

Figuur 7 een stroomschema is dat de werking van een bij wijze van voorbeeid gegeven werkwijze van deze uitvinding illustreert.

Overeenkomstige verwijzingen (nummers en/of letters) geven door alle verschillende aanzichten heen overeenkomstige onderdelen aan. De hier uiteengezette voorbeelden illustreren uitvoeringsvormen van de uitvinding, en zulke voorbeelden mögen niet geïnterpreteerd worden alsof ze de reikwijdte van de uitvinding op enige wijze zouden beperken.

GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE UITVINDING

De termen voorwaarts gelegen, achterwaarts gelegen, links en rechts, indien gebruikt in verband met het voertuig en/of componenten ervan worden gewoonlijk bepaald met verwijzing naar de voorwaartse rijrichting van het voertuig, maar ze mögen niet geïnterpreteerd worden als beperkende termen. De termen in de lengte, lengte- en dwars zijn bepaald ten opzichte van de lengterichting van het voertuig en mögen evenmin als beperkend gezien worden.

Nu met verwijzing naar de tekeningen en meer bepaald naar Figuur 1, wordt daar een bij wijze van voorbeeid gegeven uitvoeringsvorm weergegeven van een oogstvoertuig 10 in de vorm van een veldhakselaar 10 die een gewasstroom CS rieht längs een gewasbaan 12 naar een ontvangend voertuig 14 dat door een tractor 16 getrokken wordt.

Welnu, bovendien verwijzend naar Figuur 2, is een zijaanzicht weergegeven van veldhakselaar 10 die wielen 18, een chassis 20, een maaier 22, een uitloop 24 en een operatorcabine 26 bevat. De wielen 18 dragen het chassis 20, dat op zijn beurt het maaibord 22 steunt. Het maaibord 22 is gekozen voor het oogsten, d.w.z. afsnijden en opvangen, van het gewas CP van het veld

BE2017/5473 wanneer de veldhakselaar 10 in een voorwaartse richting beweegt. Het geoogste gewas wordt verwerkt en in hstukjes fijngehakt voor opslag in een silo en om uiteindelijk te dienen als veevoer. De gewasstroom CS is längs baan 12 gericht, die in Figuur 1 weergegeven is als een overlangse achterwaartse richting, om het ontvangende voertuig 14 effectief en gelijkmatig te vullen door de gewasstroom naar de beoogde locatie te verplaatsen.

Welnu, eveneens met verwijzing naar de Figuren 3-5, is een systeem geïllustreerd voor het systeem voor de snelheidsregeling van de gewasuitloop 30 voor het oogstvoertuig 10 dat het oogstmateriaal verzamelt en het oogstmateriaal in een gewasverwerker 28 verwerkt. Het oogstvoertuig 10 maakt gebruik van een gewasversneller 32 om het verwerkte gewasmateriaal naar en door de uitloop 24 te versnellen. De uitloop 24 ontvangt het oogstmateriaal van de gewasversneller 32 en rieht het naar een doelbestemming in voertuig 14. De gewasversneller 32 is geconfigureerd om aan het oogstmateriaal in de gewasstroom CS een hogere snelheid op te leggen. Er is een snelheidssensor 34 gekoppeld aan de gewasversneller 32 om een signaal op te wekken dat representatief is voor het toerental van de gewasversneller 32. De snelheidssensor kan gebruik maken van een gecodeerd wiel, of gebruik maken van magnetische sensors om de rotatie van de versneller 32 te detecteren. Het oogstvoertuig 10 bevat bovendien een aandrijving 36 met regelbare snelheid en een verbrandingsmotor 38. De aandrijving 36 met regelbare snelheid is gekoppeld aan de motor 38 en de gewasversneller 32.

Het systeem voor de snelheidsregeling van de gewasuitloop 30 bevat een controller 40, een operatorinterface 42, een vochtigheidssensor 44, een opbrengstdetector 48, een gewassnelheidssensor 50, een actuator gekoppeld aan een scharnierbare deflector 52, een hoeksensor 54 en een krachtopnemer 56. De gewassnelheidssensor 50 is gekoppeld aan de uitloop 24 van het oogstvoertuig 10 om een snelheid van het oogstmateriaal in de gewasstroom CS

BE2017/5473 te detecteren wanneer dit in de uitloop 24 beweegt. De gewassnelheidssensor 50 is geconfigureerd om een snelheidssignaal VS op te wekken dat representatief is voor de snelheid van het oogstmateriaal CS. De controller 40 Staat in communicatie met de gewassnelheidssensor 50, en de controller 40 is geconfigureerd om het snelheidssignaal VS van de gewassnelheidssensor 50 te ontvangen.

De operatorinterface 42 is in de cabine 26 gelegen en wordt gebruikt om de operator het geoogste gewastype en de instelpunten voor de werking van regelsysteem 30 te laten invoeren. Informatie van de controller 40 wordt naar de operator gestuurd via de operatorinterface 42 zoals de operationele karakteristieken van de door de verschillende aan de controller 10 gekoppelde sensors 40 gemeten elementen.

De motor 38 drijft, hetzij rechtstreeks of hetzij onrechtstreeks, de aandrijving met regelbare snelheid 36 aan, die aandrijvend gekoppeld is aan de gewasversneller 32, en de aandrijving met regelbare snelheid 36 is communicatief gekoppeld met de controller 40. De controller 40 is geconfigureerd om de snelheid van de gewasversneller 32 te regelen door de aandrijving met regelbare snelheid 36 te regelen. De aandrijving met regelbare snelheid 36 kan bijvoorbeeld een continu regelbare transmissie (CVT) 36 bevatten, waarbij de overbrengingsverhouding van de aandrijving bepaald wordt door de controller 40, die ook de snelheid en het koppel dat beschikbaar is aan de motor 38 controleert. Zulke CVT 36 kan een planetair tandwielkastsysteem bevatten dat een mechanische aandrijving door de motor 38 combineert met een hydraulische aandrijflijn door een motor die olie ontvangt van een regelbare hydraulische pomp, waarbij de instelling van de pomp geregeld wordt door de controller 40. De controller 40 is verder geconfigureerd om de aandrijving met regelbare snelheid 36 te regelen om een gekozen snelheid van de stroom oogstmateriaal CS in stand te houden door gebruik te maken van de

BE2017/5473 terugkoppeling van het snelheidssignaal VS. De gewassnelheidssensor 50 heeft één enkel meetpunt in een venster 70. Men kan bedenken dat de aandrijving met regelbare snelheid 36 ook verwezenlijkt kan worden door gebruik te maken van een riemoverbrenging met regelbare snelheid, een hydrostatische aandrijving of een elektrische aandrijving door gebruik te maken van een snelheidsregeling werkend met een regelbare frequentie. Verder is het ook denkbaar om de snelheid van de motor gewoon aan te passen om de snelheid van alle aangedreven onderdelen, met inbegrip van het toerental van de gewasversneller 32, te verstellen.

De gewassnelheidssensor 50 maakt geen contact met het oogstmateriaal wanneer de gewasstroom CS door de uitloop 24 beweegt. Het venster 70 is gekoppeld aan de uitloop 24 en vormt een gedeelte van de bovenwand van de uitloop 24, dat als een transparant gedeelte 70 beschouwd kan worden. De gewassnelheidssensor 50 is gericht naar het transparante gedeelte 70 zodat een signaal dat uitgezonden wordt door de gewassnelheidssensor erdoor passeert en een terugkerend weerkaatst signaal ontvangen kan worden door de gewassnelheidssensor 50. Het transparante gedeelte 70 is transparant voor het door de gewassnelheidssensor 50 specifieke uitgestuurde signaal, zodat de snelheid van de gewasstroom CS die längs het venster 70 passeert gemeten kan worden. De gewassnelheidssensor 50 kan een radarsensor 50 zijn, hoewel andere bewegingdetectiesensors ook overwogen worden.

De radarsensor 50 maakt gebruik van een Doppler-meettechniek om de gewassnelheid te meten en het snelheidssignaal VS op te bouwen. In deze uitvoeringsvorm is de radarsensor 50 geconfigureerd om de snelheid van het oogstmateriaal CS te meten als het oogstmateriaal CS in de uitloop 24 beweegt, weg van de radarsensor 50. De gewassnelheidssensor 50 is gekoppeld aan de uitloop 24 niet ver van een verst afgelegen uiteinde van de uitloop 24, zoals in de richting van het uiteinde waar de deflector 52 aan de uitloop 24 gekoppeld is.

BE2017/5473

Zulke positie zorgt ervoor dat de gemeten waarden van de gewassnelheid representatief zijn voor de gecombineerde effecten van de onderdelen van de oogstmachine op de stroom CS van het oogstmateriaal.

De snelheidsregeling van de gewasuitloop 30 maakt gebruik van de controller 40 om de aandrijving met regelbare snelheid 36 te regelen door gebruik te maken van een algoritme 100, dat een PID-algoritme 100 (Proportioneel, Integrerend en Differentiërend) kan zijn. Zoals te zien is in Figuur 5 wordt een terugkoppelingssysteem overwogen waarbij de snelheidssensor 34 van de gewasversneller 32 wordt gebruikt als één ingangssignaal van een optellende operator 64, en de gewassnelheidssensor 50 en een optische sensor 66 aan een optelknooppunt 62 toegevoerd worden. De optische sensor 66 detecteert de gewasbaan 12 door gebruik te maken van optische technieken. Zulke sensor kan een stereocamera of een ToF-camera (camerasysteem dat naast lengte en breedte ook diepte in beeid waarneemt) bevatten. Een eerste overgangsverschijnselverwerker (transition effects handler - TEH1) 58 en tweede overgangsverschijnselverwerker (TEH2) 60 worden gebruikt om de schaalgrootte van de respectieve ingangssignalen te bepalen om te reageren op variaties in snelheid (tOacc) en koppel van de versneller 32, en op variaties in de gewasstroom CS van het systeem 30.

De controller 40 is verder geconfigureerd om de snelheid van het oogstmateriaal CS boven een gekozen kritieke snelheid te houden, onder dewelke de stroom oogstmateriaal geneigd is te blokkeren of te verstoppen op een bepaalde positie längs het gewaspad tussen de mestrommel, de snijkop en de deflector 52. De effectieve kritieke snelheid hangt af van een gewastype (dat ingevoerd kan worden door de operator m.b.v. de operatorinterface 42 of gedetecteerd kan worden door een camera), een vochtigheidsgraad van het gewas (dat gedetecteerd kan worden door de vochtigheidssensor 44) en/of een gewasopbrengst (die gedetecteerd kan worden door de opbrengstdetector 48).

BE2017/5473

De controller 40 kan deze gegevens gebruiken om automatisch de kritieke snelheidswaarde te bepalen. De operator kan echter tussenbeide komen en deze kritieke snelheidswaarde wijzigen door gebruik te maken van de operatorinterface 42, op basis van zijn ervaring en zijn persoonlijke beoordeling van de gewasstroom CS en de oogstomstandigheden.

Het systeem voor de snelheidsregeling van de gewasuitloop 30 pakt variaties in de gemeten snelheid van de gewasstroom CS aan, zoals geïllustreerd in Figuur 6, waarbij in het linkervoorbeeld de gemeten gewassnelheid in een bepaalde tijdsspanne traag veranderlijk is, daarna gevolgd door een snelle variatie van de gewassnelheid die leidt tot een snelheidsdaling tot onder de kritieke snelheid, die ofwel leidt tot een blokkering of die veroorzaakt wordt door een blokkering. Het systeem voor de snelheidsregeling van de gewasuitloop 30 bewaakt de variatie of modulatie van de gewassnelheid wanneer de gewassnelheidssensor 50 het snelheidssignaal VS aan de controller 40 toevoert.

De controller 40 controleert de modulatie van het snelheidssignaal VS en verhoogt het toerental van de versneller 32 om een veiligheidsmarge toe te passen tijdens périodes met sterke modulatie van het snelheidssignaal VS, om te voorkomen dat de gewassnelheid onder de kritieke snelheid valt.

Omgekeerd illustreert de toestand die weergegeven is in het rechtergedeelte van Figuur 6 een geringe modulatie van het snelheidssignaal VS, in het linkerdeel van het rechterdiagram. Zoals te zien is in het diagram, geeft de geringe modulatie,waarbij het snelheidssignaal VS ruim boven de kritieke snelheid Iigt, aan dat energie bespaard kan worden. Het systeem voor de snelheidsregeling van de gewasuitloop 30 detecteert de geringe modulatie van het snelheidssignaal VS en vermindert de gewassnelheid door het toerental van de versneller 32 te verminderen door de overbrengingsverhouding van de aandrijving 36 te veränderen, zoals getoond op het rechtergedeelte van het rechterdiagram.

BE2017/5473

Nu met verwijzing naar Figuur 7 is er een algoritme 200 geïllustreerd, dat de stappen bevat van het meten van een gewassnelheid in stap 202 dat uitgevoerd wordt door de gewassnelheidssensor 50. De gewassnelheidssensor 50 wekt in stap 204 het snelheidssignaal VS op, dat de controller 40 gebruikt om de snelheid van verandering van de gewassnelheid te bepalen om in stap 206 de modulatie van het snelheidssignaal VS te bepalen. Als de modulatie groter is dan een voorafbepaalde waarde X (stap 208), wordt de veiligheidsmarge boven de kritieke snelheidswaarde vergroot en wordt het toerental van de versneller 32 verhoogd, om daarbij voldoende marge te voorzien om het optreden van een blokkering in het systeem te voorkomen. Wanneer de modulatie relatief gering is, zoals hierboven besproken aan de hand van Figuur 6, die gedetecteerd wordt in stap 212, waarbij de modulatie van het snelheidssignaal VS kleiner is dan een andere voorafbepaalde waarde Y, wordt de veiligheidsmarge daarna verminderd, en wordt in stap 214 het toerental van de gewasversneller 32 verminderd om energie te besparen, maar nog altijd de vereiste gewassnelheid te verwezenlijken om de gewasstroom CS op de gewenste positie terecht te laten komen en een blokkering in de oogstmachine 10 te voorkomen.

De hoeksensor 54 en de krachtopnemer 56 zijn verbonden met de gewasdeflector 52 die aan een uiteinde van de uitloop 24 gekoppeld is. De hoeksensor 54 detecteert de hoek waaronder de deflector 52 is gekanteld. Het kantelen van de deflector 52 wordt gebruikt om de baan 12 van de gewasstroom CS te richten en te veränderen. Aangezien de baan 12 gewijzigd wordt door de deflector 52, volgt het regelsysteem 30 de hoek om de baan 12 van de gewasstroom CS beter te voorspellen. De krachtopnemer 56 detecteert de kracht die toegepast wordt op de deflector 52 doordat de gewasstroom CS tegen de deflector 52 aan stoot, zodat de controller 40 een schatting kan maken van de baan 12 en een berekening van de vermindering of vermeerdering van de energie die toegevoerd kan worden aan de gewasstroom CS om de snelheid van

BE2017/5473 de gewasstroom CS boven de kritieke snelheid te houden, maar om energie te sparen door de werking van de gewasversneller 32, de aandrijving met regelbare snelheid 36 en de motor 38 op optimale niveaus te laten werken. De hoeksensor 54 en/of de krachtopnemer 56 zijn geconfigureerd om een deflectorsignaal DS voort te brengen dat naar controller 40 gestuurd wordt, waarbij de controller 40 het deflectorsignaal DS gebruikt om de snelheid van de gewasversneller 32 te veränderen. Vandaar kan het snelheidsregelsysteem 30, door het deflectorsignaal DS te controleren, rekening houden met invloeden op de materiaalstroom CS onder de positie van de gewassnelheidssensor 50.

De controller 40 is verder geconfigureerd om een alarmsignaal op te wekken als de snelheid van het gewas, zoals voorgesteld door het snelheidssignaal VS, kleiner is dan een snelheidsdrempelwaarde, die dichtbij de kritieke waarde van de gewassnelheid ligt. De operator krijgt alarmsignaal toegestuurd via de operatorinterface 42.

Het is voordelig als het systeem voor de snelheidsregeling van de gewasuitloop 30 wordt gebruikt om het toerental van de motor 38 te optimaliseren om de ideale gewasverwerkingssnelheden in stand te houden. De gewasverwerkingssnelheden worden gedefinieerd door gewasinstellingen die aan een geheugen van de controller 40 ingevoerd worden, via de operatorinterface 42. De instellingen kunnen de kritieke snelheidswaarde en een snelheidsdrempelwaarde bevatten waarop een alarm wordt verstuurd naar de operator om te waarschuwen voor werking buiten het voorkeursbereik en zeifs dat zieh een blokkering heeft voorgedaan. Deze uitvinding wordt ook gebruikt om de operator advies te geven voor het aanpassen van de instellingen om het gedrag van de gewasstroom fijn te regelen, zoals om de snelheidsinstelling van het maaibord 22; de positie van een dorskorf die de gewasovergang vormt van de mestrommel naar een korrelverwerker 35 of de versneller 32, en de instellingen van de versneller 32 te optimaliseren. Verder wordt deze uitvinding

BE2017/5473 gebruikt om de geplande positie van de gewasstroom CS te verbeteren als het gewas in het voertuig 14 belandt.

Hoewel deze uitvinding werd beschreven met betrekking tot minstens één uitvoeringsvorm, kan deze uitvinding verder gewijzigd worden binnen de geest en de reikwijdte van deze onthulling. Deze octrooiaanvraag is dan ook bedoeid om aile variaties en gebruiken of aanpassingen van de uitvinding te dekken door gebruik te maken van de algemene principes ervan. Verder is deze octrooiaanvraag bedoeid om afwijkingen van deze onthulling te dekken die mogelijk zijn binnen bekende of gebruikelijke praktijken volgens de stand van de techniek waarop deze uitvinding betrekking heeft en die binnen de grenzen van de bijgevoegde conclusies vallen.

BE2017/5473

Claims

CONCLUSIES:

1. Systeem voor de snelheidsregeling van de gewasuitloop (30) voor een oogstvoertuig (10) dat oogstmateriaal verzamelt, waarbij het oogstvoertuig (10)

5 een gewasversneller (32) bevat en een uitloop (24) die het oogstmateriaal ontvangt van de versneller (32) en het oogstmateriaal naar een doelbestemming rieht, waarbij de gewasversneller (32) geconfigureerd is om aan het oogstmateriaal een hogere snelheid op te leggen. waarbij het systeem voor de snelheidsregeling van de gewasuitloop (30) bestaat uit:

10 een gewassnelheidssensor (50) gekoppeld aan de uitloop (24) van het oogstvoertuig (10) voor de detectie van een snelheid van het oogstmateriaal in de uitloop (24), en de gewassnelheidssensor (50) geconfigureerd is om een snelheidssignaal (VS) op te wekken dat representatief is voor de snelheid van het oogstmateriaal; en

15 waarbij de controller (40) in communicatie Staat met de gewassnelheidssensor (50), waarbij de controller (40) geconfigureerd is om het snelheidssignaal (VS) te ontvangen, gekenmerkt doordat:

de aandrijving met regelbare snelheid (36) aandrijvend aan de

20 gewasversneller (32) gekoppeld is, waarbij de controller (40) geconfigureerd is om de snelheid van de gewasversneller (32) te regelen door de aandrijving met regelbare snelheid (36) te regelen, en de controller (40) verder geconfigureerd is om de aandrijving met regelbare snelheid (36) te regelen om een gekozen snelheid van de stroom oogstmateriaal in stand te houden afhankelijk van een

25 bepaalde modulatie van het snelheidssignaal (VS).

2. Systeem voor de snelheidsregeling van de gewasuitloop (30) volgens conclusie 1, waarbij de gewassnelheidssensor (50) geen contact maakt met het

BE2017/5473 oogstmateriaal als dit door de uitloop (24) beweegt.

3. Systeem voor de snelheidsregeling van de gewasuitloop (30) volgens conclusie 1 of 2, waarbij de uitloop (24) een transparant gedeelte (70) heeft

5 waarbij de gewassnelheidssensor (50) naar het transparante gedeelte (70) gericht is.

4. Systeem voor de snelheidsregeling van de gewasuitloop (30) volgens een of meerdere van de vorige conclusies, waarbij het transparante gedeelte (70)

10 transparant is voor een door de gewassnelheidssensor (50) uitgestuurd signaal.

5. Systeem voor de snelheidsregeling van de gewasuitloop (30) volgens een of meerdere van de vorige conclusies, waarbij de gewassnelheidssensor (50) een radarsensor (50) is waarbij de radarsensor (50) een enkel meetpunt is.

6. Systeem voor de snelheidsregeling van de gewasuitloop (30) volgens conclusie 5, waarbij de radarsensor (50) gebruik maakt van een Dopplermeettechniek om de gewassnelheid te meten en het snelheidssignaal (VS) op te bouwen.

7. Systeem voor de snelheidsregeling van de gewasuitloop (30) volgens conclusie 5 of 6, waarbij de radarsensor (50) geconfigureerd is om de snelheid van het oogstmateriaal te meten als het oogstmateriaal in de uitloop (24) beweegt, weg van de radarsensor (50).

8. Systeem voor de snelheidsregeling van de gewasuitloop (30) volgens een of meerdere van de vorige conclusies, waarbij de gewassnelheidssensor (50)

BE2017/5473 gekoppeld is aan de uitloop (24) niet ver van een verst afgelegen uiteinde van de uitloop (24).

9. Systeem voor de snelheidsregeling van de gewasuitloop (30) volgens

5 conclusie 7, waarbij de controller (40) verder geconfigureerd is om de aandrijving met regelbare snelheid (36) te regelen d.m.v. een PID-algoritme (100)

10. Systeem voor de snelheidsregeling van de gewasuitloop (30) volgens een of meerdere van de vorige conclusies, waarbij de controller (40) verder

10 geconfigureerd is om de modulatie van het snelheidssignaal (VS) te meten en om de gewasversneller (32) met een toerental te laten draaien zodat de snelheid van het oogstmateriaal boven een gekozen kritieke snelheidswaarde gehouden wordt.

15

11. Systeem voor de snelheidsregeling van de gewasuitloop (30) volgens een of meerdere van de vorige conclusies, waarbij de controller (40) geconfigureerd is om automatisch een kritieke snelheidswaarde te selecteren op basis van één of meer van de volgende elementen: een gewastype, een vochtigheidsgraad van het gewas en/of een gewasopbrengst.

12. Systeem voor de snelheidsregeling van de gewasuitloop (30) volgens een of meerdere van de vorige conclusies, waarbij de controller (40) geconfigureerd is om een door een operator gekozen kritieke snelheidswaarde te ontvangen en op te slaan.

13. Systeem voor de snelheidsregeling van de gewasuitloop (30) volgens een of meerdere van de vorige conclusies, dat verder een gewasdeflector (52) bevat,

BE2017/5473 die gekoppeld is aan een uiteinde van de uitloop (24), waarbij de gewasdeflector (52) een hoeksensor (54) en/of een krachtopnemer (56) heeft die gekoppeld zijn aan de deflector waarbij minstens één van de twee elementen, de hoeksensor (54) en de krachtopnemer (56) geconfigureerd is om een deflectorsignaal (DS) te

5 produceren dat naar de controller (40) gestuurd wordt, waarbij de controller (40) verder geconfigureerd is om de snelheid van de gewasversneller (32) te variëren afhankelijk van het deflectorsignaal (DS).

14. Systeem voor de snelheidsregeling van de gewasuitloop (30) volgens een

10 of meerdere van de vorige conclusies, waarbij de controller (40) verder geconfigureerd is om een alarmsignaal op te wekken als de snelheid van de gewasversneller (32) kleiner is dan een drempelsnelheid.

15. Systeem voor de snelheidsregeling van de gewasuitloop (30) volgens een

15 of meerdere van de vorige conclusies, waarbij de controller (40) geconfigureerd is om de snelheid van de gewasversneller (32) te regelen door het toerental van een motor (38) van het oogstvoertuig (10) te regelen.

16. Oogstvoertuig (10) dat een systeem bevat voor de snelheidsregeling van

20 de gewasuitloop (30) volgens conclusie 1, waarbij het landbouwvoertuig (10) een veldhakselaar (10) is.

BE2017/5473

BE2017/5473 «ϊ φ δ> Ο

Φ 58

CC Φ *> Β: φ φ > Ο φ>

φ e φ

Ό φ φ £2 φ φ < >

Ιί)

Q §5 Φ ^: iff *****

S* <ο φ Φ 3? Φ> Ο ·— χ>

C8$ χξ

WÏ «

$ <υ £Χ

Ο ^Ç3

V) g:

j§ δ!

>

xs ο

&

§ te o>

cc <s

S?

3>

>r b

îS

BE2017/5473

L·»

WW /

BE2017/5473