BE1023595B1

BE1023595B1 - Verbeterd golfkartonnen pallet

Info

Publication number: BE1023595B1
Application number: BE2016/0084A
Authority: BE
Inventors: Jan ROOSENS
Original assignee: SmartPallet N.V.
Priority date: 2016-05-02
Filing date: 2016-05-02
Publication date: 2017-05-11

Abstract

De uitvinding betreft een golfkartonnen pallet, die een enveloppe bevat, geplaatst rondom een inwendige palletstructuur, die een centraal deel bevat dat de bovenzijde van het pallet vormt, aan het centrale deel gehechte zijpanelen die de zijden van het pallet vormen en aan de zijpanelen gehechte buitenste flappen die mede de onderzijde van het pallet vormen. De zijpanelen zijn voorzien van overeenstemmende uitsparingen voor de vorming van inkepingen in de door de zijpanelen gevormde hoeken van het pallet. Deze zorgen voor een verankering van rondom het pallet geplaatste folie waardoor de op het pallet geplaatste goederen veilig kunnen getransporteerd worden.

Description

Titel : VERBETERD GOLFKARTONNEN PALLET SITUERING VAN DE UITVINDING

De huidige uitvinding heeft betrekking op palletten in golfkarton die worden gebruikt voor het transport van goederen.

Meer in het bijzonder betreft de uitvinding openingen aangebracht in de hoekpunten van golfkartonnen palletten. Dergelijke inkepingen zorgen ervoor dat de krimpfolie, geplaatst om goederen op het pallet te verankeren, zich vasthecht aan de palletten en de op de pallet geplaatste goederen.

ACHTERGROND VAN DE UITVINDING

In de tranportsector is het gebruikelijk om palletten te gebruiken om goederen te tranporteren en te stapelen. Traditioneel worden daarvoor houten palletten gebruikt. Houten palletten hebben een aantal economische en ook ecologische nadelen: ze staan immers voor ontbossing en zijn gekenmerkt door hun zwaar gewicht waardoor ze hoge transportkosten - zeker in de luchtvracht -veroorzaken. Ergonomie en hygiëne zijn andere belangrijke nadelen. Recent werden golfkartonnen palletten geïntroduceerd; zij zijn een duurzaam alternatief voor de houten palletten. Golfkartonnen palletten zijn lichter in gewicht en beantwoorden aan de stijgende vraag van de gebruikers naar duurzame, hygienische, ergonomische en betrouwbare producten.

Palletten bestaan uit verschillende onderdelen.

Het bovenste gedeelte is het onderdeel dat visueel van bovenuit kan worden waargenomen wanneer het pallet op een horizontaal oppervlak ligt en vormt de bovenzijde van de pallet, hierna genoemd het bovendeel.

Het onderste gedeelte is het onderdeel in contract met de grond; het vormt de onderzijde van het pallet, hierna genoemd het bodemdeel.

Ter versteviging van het samengestelde golfkartonnen pallet worden bovendeel en bodemdeel met elkaar verbonden via een globaal omhullend enveloppe deel. Deze enveloppe bestaat uit een centraal deel, de bovenzijde van het pallet vormend, en aan het centrale deel gehechte zijpanelen, de zijden van het pallet vormend, en aan de zijpanelen gehechte buitenste flappen, mede de onderzijde van het pallet vormend. Hierna genoemd het enveloppe.

Een pallet kan vervoerd of getransporteerd worden doordat de uitstekende "armen" van een vorklift of transpallet het pallet opnemen samen met de erop geplaatste goederen.

Bij een vierweegs pallet is dit zowel via de langse als via de dwarse zijde mogelijk. Bij een tweeweegs pallet is dit enkel via ofwel de langse of de dwarse zijde mogelijk.

Om het bovenstaande technisch mogelijk te maken dienen daartoe noodzakelijkerwijs in een vierweegs pallet zowel aan de langszijde als aan de dwarszijde inkepingen aangebracht in de zijwand. Deze inkepingen dienen zodanig gedimensioneerd en gepositioneerd dat de armen van een transpallet of vorklift het pallet met de erop gestapelde goederen via deze inkepingen kunnen opnemen, en dit naar keuze van de gebruiker zowel via de langse of via de dwarse zijde.

In geval van een tweeweegs pallet geldt het bovenstaande mutatis mutandis.

In dit geval dienen de armen van het transpallet of vorklift enkel via één zijde (telkens de langs of dwarszijde) het pallet te kunnen oppakken en vervoeren.

In het geval van een transpallet zijn de armen voorzien van wieltjes onderaan.

Deze zorgen ervoor dat na het inbrengen van de armen in het pallet en het opkrikken van het pallet door aandrukken van de armen tegen de bovenzijde van het pallet, het pallet kan vervoerd of verplaatst worden waarbij deze wielen over de grond draaien.

Daartoe dienen deze wielen permanent contact met de grond of vloer te houden. Dit wordt gerealiseerd door het aanbrengen van inkepingen in de onderzijde van het pallet Deze inkepingen zijn bijgevolg technisch noodzakelijk opdat de wielen van een transpallet contact kunnen houden met de grond en het pallet op die wijze kan vervoerd of verplaatst worden.

Bovenop deze technische vereisten komt de supplementaire vereiste dat een pallet zo sterk en rigide als mogelijk dient uitgevoerd, met een minimum aan materiaal kost.

Ook deze vereiste legt dwingende technisch-functionele vereisten en beperkingen op bij het ontwerp van een pallet. Om die reden worden bijvoorbeeld intern in het pallet tussen onder en bovenzijde langse en/of dwarse benen aangebracht. Daardoor wordt met een minimaal materiaalgebruik de opslagcapaciteit van een pallet wezenlijk verhoogd.

Om goederen te kunnen opstapelen, stabiliseren, beschermen en vervoeren, wordt krimpfolie of rekfolie rondom de geplaatste goederen en rondom het pallet aangebracht. Het wikkelen van de rekfolie ter verankering van de geplaatste goederen op het pallet kan gebeuren volgens technieken op zich gekend door de vakman. Bijvoorbeeld kan hiervoor een wikkelmachine gebruikt worden zoals beschikbaar bij Rajapack (www.rajapack.be).

Door krimpfolie te verwarmen gaat deze opspannen rond de goederen; hierdoor kunnen de goederen gemakkelijk en veilig getransporteerd of gestockeerd worden. Een mogelijke manier om krimpfolie te verwarmen, is aan de hand van een krimppistool. Dit krimppistool werkt op propaangas met een regelbare kiloWatt sterkte en is onder andere beschikbaar bij Rajapack (www.rajapack.be). Figuur 7 illustreert goederen geplaatst op een (houten) pallet, verankerd via een door wikkeling aangebrachte (krimp of rek-)folie.

Voorbeelden van dergelijke golfkartonnen palletten volgens de stand van de techniek worden onder andere getoond in de bij het EU IPO ingediende Europese modellen 002393728-0001 en 002393728-0002. Dergelijke palletten worden eveneens beschreven in de bij het WIPO ingediende internationale PCT octrooi aanvraag gepubliceerd op 20 augustus 2015 onder het internationale publicatienummer WO 2015/121700 Al op naam van Palletkraft Europe LTD.

Een variante van dergelijke golfkartonnen palletten wordt eveneens omschreven in het US octrooi 6,029,582, gepubliceerd op datum van 29 februari 2000 op naam van M.O.Ogilvie e.a. De in dit laatste octrooi beschreven pallet is echter in de praktijk slecht bruikbaar wegens gebrek aan stevigheid als gevolg van onvoldoende stevigheid en robuustheid ter hoogte van de zijpanelen en in het bijzonder ter hoogte van de hoekpunten.

Een nadeel van de golfkartonnen palletten in huidige vorm is dat de krimpfolie of rekfolie zijn gebruikelijke beveiligende functie niet kan vervullen. De reden hiervoor is dat de folie de op het pallet geplaatste goederen niet voldoende verbindt met het pallet. Immers; ten gevolge van de gladde hoeken en oppervlakken aan de zijkanten van het golfkartonnen pallet verschuift de krimpfolie naar boven toe waardoor ze zich onthecht van het pallet. Het gevolg hiervan is dat de goederen geplaatst op het pallet er af schuiven.

De gebruikelijke manier van verankeren van de goederen op het pallet kan niet in voldoende mate bewerkstelligd worden omdat de folie de op het pallet geplaatste goederen niet voldoende verbindt met het pallet.

Er bestaat daarom behoefte aan een golfkartonnen pallet waarbij de hierboven genoemde nadelen zich niet voordoen.

SAMENVATTING VAN DE UITVINDING

De huidige uitvinding heeft tot doel aan de voornoemde en andere nadelen een oplossing te bieden, doordat zij voorziet in een pallet en een werkwijze zoals beschreven in de onafhankelijke conclusies.

Voorkeuruitvoeringsvormen van het pallet en de werkwijze worden weergegeven in de afhankelijke conclusies.

KORTE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN

Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, zijn hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven van een pallet volgens de uitvinding, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen.

In deze tekeningen wordt het volgende weergegeven :

Figuur 1 toont een samengesteld golfkartonnen pallet volgens de stand van de techniek;

Figuur 2 toont het bodemdeel van het pallet;

Figuur 3 toont het bovendeel van het pallet;

Figuur 4 toont de enveloppe van het pallet;

Figuur 5 toont een detailweergave van de uitsparing in het zijpaneel ter hoogte van de hoek;

Figuur 6 toont een samengesteld pallet (10) volgens de uitvinding met de inkepingen in de hoeken;

Figuur 7 toont een samengesteld houten pallet (10) volgens de stand van de techniek met erop geplaatste goederen en folie rondom;

Figuur 8 toont een samengesteld golfkartonnen pallet (10) met erop geplaatste doos volgens het principe van 'Click and Go’;

Figuur 9 toont een constructietekening van de ongelijke vierhoek als inkeping; Figuur 10 toont een pallet (10) met een inkeping in de vorm van een ongelijke vierhoek;

Figuur 11 toont een pallet (10) volgens de uitvinding met een gewikkelde folie.

In deze Figuren zijn verwijzingstekens gebruikt ter verwijzing naar de volgende onderdelen: 10 samengesteld pallet; 11 bodemdeel; 12 bovendeel; 13 enveloppe; 14 centraal gedeelte van de enveloppe dat de bovenzijde van het pallet vormt; 15 aan het centrale gedeelte gehechte zijpanelen; 16 aan de zijpanelen gehechte buitenste flappen; 17 de hoeken van het pallet; 18 de uitsparingen in de zijpanelen; 19 de inkepingen in de door de zijpanelen gevormde hoeken; 20 krimpfolie rondom de geplaatste goederen en het pallet

BESCHRIJVING VAN DE UITVINDING

De uitvinders hebben verrassender wijze vastgesteld dat de hoger vermelde problemen zich niet voordoen bij gebruik van een pallet volgens de uitvinding.

Het pallet (10) volgens de uitvinding is uitgevoerd in karton of golfkarton en bevat een enveloppe (13), geplaatst rondom een inwendige palletstructuur. Deze enveloppe bevat een centraal deel (14), die de bovenzijde van het pallet vormt aan het centrale deel (14) gehechte zijpanelen (15), die de zijden van het pallet vormen, en aan de zijpanelen (15) gehechte buitenste flappen (16), die mede de onderzijde van het pallet vormen.

Het kenmerk van de uitvinding is dat de zijpanelen (15) voorzien zijn van uitsparingen (18) voor de vorming van inkepingen (19) in de door de zijpanelen (15) gevormde hoeken (17) van het pallet (10).

Ter illustratie verwijzen we naar de figuren 2, 3 en 4.

Bij voorkeur zijn de uitsparingen(18) 'overeenstemmend' aangebracht in de zijpanelen op het punt waar deze samen de hoeken van het pallet vormen.

Voor iedere hoek vormen dan telkens twee overeenstemmende uitsparingen (18) één inkeping (19).

Ter illustratie hiervan verwijzen we naar de bijgevoegde figuur 5.

Bij verdere voorkeur voor deze 'overeenstemmende' uitsparingen (18): bij voorkeur stemmen de bovenzijde en de onderzijde van de uitsparingen van het linker- en rechterzijpaneel die samen een hoek vormen qua hoogte overeen zodanig dat de in het hoekpunt gevormde inkeping van het linkerzijpaneel in het rechterzijpaneel verderloopt Bij verdere voorkeur wordt de breedte van de uitsparingen in het linker- en rechterzijpaneel eveneens gelijk uitgevoerd.

De vorm van de inkeping zoals bepaald door de overeenstemmende uitsparingen kan variëren zolang de folie zich hierin kan verankeren en de stevigheid van het pallet niet in het gedrang komt De inkeping moet qua dimensie minimaal zijn want elke inkeping verzwakt de stevigheid van het pallet De inkeping dient functioneel te blijven, in die zin dat de folie moet kunnen verankerd worden. De uitvinders hebben proeven verricht met inkepingen in de vorm van een driehoek, een steutelgat en een ongelijke vierhoek. Als voorkeur uitvoeringsvorm wordt de ongelijke vierhoek verkozen zoals afgebeeld in figuur 9.

Deze ongelijke vierhoek is ook afgebeeld op de figuren 10 en 11.

De bovenzijde van de inkeping volgens de vorm van dergelijke ongelijke vierhoek is dan gekenmerkt doordat de bovenzijde van de inkeping horizontaal loopt, van de uitsparing in het linkerzijpaneel, doorlopend naar de uitsparing in het rechter zijpaneel.

De onderkant van de inkeping wordt dan gevormd door schuin aflopende lijnen, die zowel voor het linker- als het rechterzij paneel aflopen vanaf de uitsparing [18) in het zijpaneel schuin onderaan naar het hoekpunt. In het bijzonder geeft figuur 10 de op die wijze gevormde inkeping [19) weer.

Figuur 9 toont een verdere voorkeuruitvoeringsvorm van de uitvinding waarbij één van de twee zijpanelen die samen een hoek vormen, tot voorbij het hoekpunt doorloopt tot aan de onderkant van het overeenstemmende andere zijpaneel.

De hoek wordt dan gevormd waarbij het doorlopende deel van het éne zijpaneel omgeplooid wordt tegen het andere zijpaneel aan.

Op die wijze wordt de stevigheid van het hoekpunt versterkt Eén van de twee zijpanelen loopt immers om het hoekpunt heen, waardoor de stevigheid van de gevormde hoek op zich toeneemt Indien dit niet toegepast wordt, raken de uiteinden van het linker-en rechterzij paneel elkaar enkel ter hoogte van deze hoek. Zulks geeft een minder sterke hoek.

Wanneer de voorkeuruitvoeringsvorm toegepast wordt waarbij één van de zijpanelen omheen de hoek doorloopt dient de uitsparing in dat zijpaneel overeenkomstig aangepast ter vorming van de gewenste inkeping in de hoek zelf. Zowel de 'linkse' als de 'rechtse' uitsparing (18) dient dan aangebracht in dit zijpaneel; in het overeenstemmende zijpaneel dient enkel de helft van de inkeping (19) aangebracht met name de linkse of de rechtse uitsparing (18).

Ter illustratie hiervan verwijzen we naar figuur 9.

De inkepingen (19) zijn zodanig geconcipieerd dat ze geschikt zijn voor de verankering van een folie aangebracht rondom het volledige pallet (10).

Het onverwachte voordeel van de uitvinding is immers dat door het aanbrengen van deze inkepingen de folie gewikkeld rondom het pallet en de goederen zich automatisch vasthecht of verankert in deze inkepingen, en daardoor niet naar boven ‘schuift'. De op het pallet geplaatste goederen blijven op die wijze stevig op het pallet verankerd via de gewikkelde folie.

Als folie komt zowel een rekfolie, een krimpfolie of enige andere folie met een functioneel gelijkwaardige werking in aanmerking.

Bij een houten pallet zijn de magazijniers verplicht de folie rondom een poot van het pallet te draaien tot een knoop.

In tegenstelling hiermee kan bij gebruik van de werkwijze en het pallet volgens de uitvinding de folie onmiddellijk rondom de goederen en het pallet gewikkeld worden. Door de in de hoeken voorziene inkepingen blijft de gewikkelde folie zitten omdat zij zich aldaar vasthaakt. Dit maakt een belangrijke tijdswinst uit en is bovendien uiterst veilig.

De inkepingen [19) volgens de uitvinding verhinderen dat de op die wijze rond het geladen pallet (10) gewikkelde folie door de gladheid van het golfkartonnen pallet (10) naar boven kruipt en op die wijze zich ‘onthecht’ ten opzichte van het pallet De goederen zelf blijven dan wel omwikkeld en dus verstevigd op zich, maar ze zijn dan niet meer verankerd naar het pallet toe en kunnen bijvoorbeeld bij transport gemakkelijk van de gladde bovenzijde van het golfkartonnne pallet (10) afglijden. Dit probleem is door de aanwezigheid van de inkepingen (19) in het pallet (10), kenmerk van de uitvinding, verrassenderwijze voorkomen.

Ter illustratie wordt verwezen naar figuur 11.

In een voorkeur uitvoeringsvorm van de uitvinding omvat de inwendige structuur van het pallet (10) een bovendeel (12) en een bodemdeel (11). Zie figuur 2 en 3 ter illustratie.

Volgens een verdere voorkeur uitvoeringsvorm van de uitvinding is de hoogte van de uitsparingen [18) begrepen tussen V* en de helft van de hoogte van de zijpanelen.

Volgens een verdere voorkeur uitvoeringsvorm van de uitvinding is de breedte van de uitsparingen (18) begrepen tussen de helft en het dubbele van de hoogte van de uitsparingen.

Volgens een verdere voorkeur uitvoeringsvorm van de uitvinding bevinden de uitsparingen in de zijpanelen, die samen de inkeping vormen in de hoeken, zich in het bovenste gedeelte van het pallet, gerekend vanaf de grond, of gerekend vanaf het bodemdeel van het pallet Ter illustratie hiervan verwijzen we naar figuur 10.

Tevens heeft de uitvinding betrekking op een werkwijze voor het bevestigen van goederen op een pallet (10) uit karton of golfkarton volgens de uitvinding.

Deze werkwijze bevat de volgende stappen; - plaatsen van de goederen op het pallet (10); - aanbrengen van folie (20) rondom de geplaatste goederen en het pallet (10); - verankeren van de geplaatste goederen op het pallet (10) bij middel van de folie. Het kenmerk van de werkwijze is dat de folie aan het pallet (10) verankerd wordt doordat de folie zich klemt in inkepingen (18) in de hoeken (17) van het pallet (10), gevormd door overeenstemmende uitsparingen (18) in de zijpanelen (15) van het pallet (10).

Volgens een voorkeur uitvoeringsvorm van de uitvinding wordt de folie aangebracht rondom de geplaatste goederen en zijdelings rondom het pallet (10).

Volgens een voorkeur uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de uitvinding wordt de folie gewikkeld van onder naar boven en start men met de eerste omwikkeling van net onder het pallet oppervlak.

Volgens een verdere voorkeur uitvoeringsvorm van de uitvinding vindt bij gebruik van een krimpfolie het krimpen van de folie plaats ten gevolge van een warmtebehandeling van de folie, bij voorbeeld onder invloed van een foliepistool.

De uitsparingen (18) in de zijpanelen (15) van het pallet (10) kunnen aangebracht worden op een voor de vakman op zich bekende werkwijze; bijvoorbeeld door uitstansen van het (golf)karton in de zijpanelen.

Claims

CONCLUSIES

1. Pallet (10) uit karton of golfkarton, bevattende een enveloppe (13), geplaatst rondom een inwendige palletstructuur, de enveloppe bevattende: - een centraal deel (14), de bovenzijde van het pallet vormend, - aan het centrale deel (14) gehechte zijpanelen (15), de zijden van het pallet vormend, en - aan de zijpanelen (15) gehechte buitenste flappen (16), mede de onderzijde van het pallet vormend, daardoor gekenmerkt dat de zijpanelen (15) voorzien zijn van uitsparingen (18) voor de vorming van inkepingen (19) in de door de zijpanelen (15) gevormde hoeken (17) van het pallet (10).
2. Pallet (10) volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de inkepingen (19) geschikt zijn ter verankering van een folie (20) aangebracht rondom het pallet (10).
3. Pallet (10) volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat de inwendige palletstructuur een bovendeel (12) en een bodemdeel (11) omvat
4. Pallet (10) volgens conclusie 1,2 of 3, daardoor gekenmerkt dat de hoogte van de uitsparingen (18) begrepen is tussen % en de helft van de hoogte van de zijpanelen (15).
5. Pallet (10) volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de breedte van de uitsparingen (18) begrepen is tussen ½ en het dubbele van de hoogte van de uitsparingen (18).
6. Pallet (10) volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de uitsparingen (18) zich bevinden in de bovenste helft van de zijpanelen (15), gerekend vanaf het bodemdeel (11) van het pallet
7. Werkwijze voor het bevestigen van goederen op een pallet (10) uit karton of golfkarton bevattende de volgende stappen: - plaatsen van de goederen op het pallet (10); - aanbrengen van folie (20) rondom de geplaatste goederen en het pallet (10); - verankeren van de geplaatste goederen op het pallet (10) bij middel van de folie; daardoor gekenmerkt dat de folie aan het pallet (10) verankerd wordt doordat de folie zich klemt in inkepingen (18) in de hoeken (17) van het pallet (10), gevormd door uitsparingen (18) in de zijpanelen (15) van het pallet (10).
8. Werkwijze volgens conclusie 7 daardoor gekenmerkt dat de folie aangebracht wordt rondom de op het pallet (10) geplaatste goederen en zijdelings rondom het pallet (10).