BE1022928A9 - Werkwijze voor het vervaardigen van een betonkolom - Google Patents
Werkwijze voor het vervaardigen van een betonkolom Download PDFInfo
- Publication number
- BE1022928A9 BE1022928A9 BE20155404A BE201505404A BE1022928A9 BE 1022928 A9 BE1022928 A9 BE 1022928A9 BE 20155404 A BE20155404 A BE 20155404A BE 201505404 A BE201505404 A BE 201505404A BE 1022928 A9 BE1022928 A9 BE 1022928A9
- Authority
- BE
- Belgium
- Prior art keywords
- formwork
- concrete
- concrete column
- reinforcement
- modules
- Prior art date
Links
Classifications
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E04—BUILDING
- E04G—SCAFFOLDING; FORMS; SHUTTERING; BUILDING IMPLEMENTS OR AIDS, OR THEIR USE; HANDLING BUILDING MATERIALS ON THE SITE; REPAIRING, BREAKING-UP OR OTHER WORK ON EXISTING BUILDINGS
- E04G13/00—Falsework, forms, or shutterings for particular parts of buildings, e.g. stairs, steps, cornices, balconies foundations, sills
- E04G13/02—Falsework, forms, or shutterings for particular parts of buildings, e.g. stairs, steps, cornices, balconies foundations, sills for columns or like pillars; Special tying or clamping means therefor
-
- C—CHEMISTRY; METALLURGY
- C04—CEMENTS; CONCRETE; ARTIFICIAL STONE; CERAMICS; REFRACTORIES
- C04B—LIME, MAGNESIA; SLAG; CEMENTS; COMPOSITIONS THEREOF, e.g. MORTARS, CONCRETE OR LIKE BUILDING MATERIALS; ARTIFICIAL STONE; CERAMICS; REFRACTORIES; TREATMENT OF NATURAL STONE
- C04B28/00—Compositions of mortars, concrete or artificial stone, containing inorganic binders or the reaction product of an inorganic and an organic binder, e.g. polycarboxylate cements
- C04B28/02—Compositions of mortars, concrete or artificial stone, containing inorganic binders or the reaction product of an inorganic and an organic binder, e.g. polycarboxylate cements containing hydraulic cements other than calcium sulfates
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E04—BUILDING
- E04C—STRUCTURAL ELEMENTS; BUILDING MATERIALS
- E04C3/00—Structural elongated elements designed for load-supporting
- E04C3/30—Columns; Pillars; Struts
- E04C3/34—Columns; Pillars; Struts of concrete other stone-like material, with or without permanent form elements, with or without internal or external reinforcement, e.g. metal coverings
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E04—BUILDING
- E04C—STRUCTURAL ELEMENTS; BUILDING MATERIALS
- E04C5/00—Reinforcing elements, e.g. for concrete; Auxiliary elements therefor
- E04C5/16—Auxiliary parts for reinforcements, e.g. connectors, spacers, stirrups
- E04C5/162—Connectors or means for connecting parts for reinforcements
- E04C5/163—Connectors or means for connecting parts for reinforcements the reinforcements running in one single direction
- E04C5/165—Coaxial connection by means of sleeves
-
- C—CHEMISTRY; METALLURGY
- C04—CEMENTS; CONCRETE; ARTIFICIAL STONE; CERAMICS; REFRACTORIES
- C04B—LIME, MAGNESIA; SLAG; CEMENTS; COMPOSITIONS THEREOF, e.g. MORTARS, CONCRETE OR LIKE BUILDING MATERIALS; ARTIFICIAL STONE; CERAMICS; REFRACTORIES; TREATMENT OF NATURAL STONE
- C04B2103/00—Function or property of ingredients for mortars, concrete or artificial stone
- C04B2103/10—Accelerators; Activators
- C04B2103/12—Set accelerators
-
- C—CHEMISTRY; METALLURGY
- C04—CEMENTS; CONCRETE; ARTIFICIAL STONE; CERAMICS; REFRACTORIES
- C04B—LIME, MAGNESIA; SLAG; CEMENTS; COMPOSITIONS THEREOF, e.g. MORTARS, CONCRETE OR LIKE BUILDING MATERIALS; ARTIFICIAL STONE; CERAMICS; REFRACTORIES; TREATMENT OF NATURAL STONE
- C04B2111/00—Mortars, concrete or artificial stone or mixtures to prepare them, characterised by specific function, property or use
- C04B2111/20—Resistance against chemical, physical or biological attack
- C04B2111/26—Corrosion of reinforcement resistance
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E04—BUILDING
- E04B—GENERAL BUILDING CONSTRUCTIONS; WALLS, e.g. PARTITIONS; ROOFS; FLOORS; CEILINGS; INSULATION OR OTHER PROTECTION OF BUILDINGS
- E04B1/00—Constructions in general; Structures which are not restricted either to walls, e.g. partitions, or floors or ceilings or roofs
- E04B1/18—Structures comprising elongated load-supporting parts, e.g. columns, girders, skeletons
- E04B1/20—Structures comprising elongated load-supporting parts, e.g. columns, girders, skeletons the supporting parts consisting of concrete, e.g. reinforced concrete, or other stonelike material
- E04B1/21—Connections specially adapted therefor
- E04B1/215—Connections specially adapted therefor comprising metallic plates or parts
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E04—BUILDING
- E04C—STRUCTURAL ELEMENTS; BUILDING MATERIALS
- E04C5/00—Reinforcing elements, e.g. for concrete; Auxiliary elements therefor
- E04C5/01—Reinforcing elements of metal, e.g. with non-structural coatings
- E04C5/06—Reinforcing elements of metal, e.g. with non-structural coatings of high bending resistance, i.e. of essentially three-dimensional extent, e.g. lattice girders
- E04C5/0604—Prismatic or cylindrical reinforcement cages composed of longitudinal bars and open or closed stirrup rods
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Architecture (AREA)
- Structural Engineering (AREA)
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Civil Engineering (AREA)
- Ceramic Engineering (AREA)
- Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
- Inorganic Chemistry (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Materials Engineering (AREA)
- Organic Chemistry (AREA)
- On-Site Construction Work That Accompanies The Preparation And Application Of Concrete (AREA)
- Forms Removed On Construction Sites Or Auxiliary Members Thereof (AREA)
Abstract
De huidige uitvinding betreft een werkwijze voor het vervaardigen van een betonkolom waarvan de lengtemaat aanzienlijk groter is dan de breedtemaat en de hoogtemaat. De werkwijze omvat minstens de volgende stappen: - het voorzien van een bekisting; -het aanbrengen van een wapening in de bekisting; -het gieten van een betonsamenstelling in de bekisting; - het uitharden van de betonsamenstelling in de bekisting tot een betonkolom; - het verwijderen van de betonkolom van de bekisting. De betonsamenstelling omvat calciumchloride en een hydroxidebase. Het verwijderen van de betonkolom van de bekisting wordt uitgevoerd wanneer de betonkolom een druksterkte van 20 MPa tot 25 MPa heeft.
Description
WERKWIJZE VOOR HET VERVAARDIGEN VAN EEN BETONKOLOM
TECHNISCH DOMEIN
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een betonkolom.
STAND DER TECHNIEK NL 2 007 738 beschrijft een werkwijze voor het produceren van een component van beton in een bekisting, bij voorkeur een dikwandige massaconstructie in de buitenlucht, waarbij men in de bekisting een leiding plaatst die wordt ingestort in het vormvrije beton, zodat die leiding wordt ingebed in het beton, bij voorkeur minimaal 30 cm onder het betonoppervlak, en waarbij men door die leiding een verwarmend of koelend vloeibaar of gasvormig medium laat stromen zodat het beton van binnenuit en gecontroleerd wordt opgewarmd of gekoeld door het medium terwijl het beton tot zijn eindsterkte uithardt. Deze temperatuurcontrole is onder meer gericht op het vermijden van een verharding die teveel tijd in beslag neemt omdat het beton te koud is. NL 2 007 738 vertoont als problemen dat het instorten van de leiding voor bijkomende materiaalkosten zorgt en dat het opwarmen of koelen van het medium een niet verwaarloosbare kost met zich meebrengt. Daarnaast dient de omvang van de leidingen steeds te worden aangepast aan de grootte van een te vervaardigen betonconstructie. Dit komt niet ten goede aan de flexibiliteit bij het produceren van een betoncomponent. NL 1 027 239 beschrijft een werkwijze voor het bereiden van betonspecie voor corrosiebestendig met ijzer gewapend beton waarbij de ijzerwapening tegen corrosie wordt beschermd door toevoeging van een oxidatiemiddel en een base. Deze betonspecie beschermt, nadat er een ijzerwapening is ingebed en de betonspecie is uitgehard, de ijzerwapening tegen corrosie. Daarnaast beschrijft NL 1 027 239 een werkwijze voor het maken van corrosiebestendig met ijzer gewapend beton onder gebruikmaking van de betonspecie. NL 1 027 239 vertoont het probleem dat een constructie van met ijzer gewapend beton slechts na een lange tijd de vereiste sterkte voor het belasten van de constructie bereikt. Dit brengt met zich mee dat een mal voor het vormgeven van een dergelijke constructie gedurende lange tijd zal worden bezet. Daarnaast is het noodzakelijk om de vervaardiging van dergelijke constructies ruim op voorhand te plannen in bouwprojecten. WO 2013/049401 beschrijft een cementsamenstelling omvattende calciumaluminaat cement en een samenstelling omvattende carbonaat. Daarnaast vermeldt WO 2013/049401 betonnen balken en kolommen die vervaardigd zijn uit de cementsamenstelling. WO 2013/049401 heeft als probleem dat voor het verkrijgen van een betonnen balk of kolom met een bepaalde sterkte, de betonsamenstelling uitgehard dient te worden in een omgeving met gecontroleerde omgevingsfactoren, zoals, bijvoorbeeld, gecontroleerde temperatuur en vochtigheidsgraad. Omwille van variërende weersomstandigheden kan het controleren van de omgevingsfactoren moeilijkheden met zich meebrengen, of een dure aangelegenheid zijn.
De huidige uitvinding beoogt een oplossing te vinden voor ten minste enkele van bovenvermelde problemen.
SAMENVATTING VAN DE UITVINDING
De uitvinding betreft een werkwijze voor het vervaardigen van een betonkolom (5) waarvan de lengtemaat (16) aanzienlijk groter is dan de breedtemaat (14) en de hoogtemaat (15), welke werkwijze minstens de volgende stappen omvat: het voorzien van een bekisting (30, 38); het aanbrengen van een wapening (7, 8, 9) in de bekisting (30, 38); het gieten van een betonsamenstelling in de bekisting (30, 38); het uitharden van de betonsamenstelling in de bekisting (30, 38) tot een betonkolom (5); het verwijderen van de betonkolom (5) van de bekisting (30, 38); waarbij de betonsamenstelling calciumchloride en een hydroxidebase omvat en waarbij het verwijderen van de betonkolom (5) van de bekisting (30, 38) wordt uitgevoerd wanneer de betonkolom (5) een druksterkte van 20 MPa tot 25 MPa heeft.
Door het gieten van de betonsamenstelling omvattende calciumchloride en een hydroxidebase in de bekisting (30, 38) is het mogelijk om reeds na korte tijd van uitharden beton te verkrijgen dat voldoende druksterkte bezit om ingezet te worden als een al dan niet belast onderdeel van een gebouw, en welk beton op lange termijn zijn druksterkte zal behouden.
Volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding omvat de werkwijze verder de stap van het bereiden van een betonsamenstelling, waarbij 5 tot 9 gewichtsdelen water, 13 tot 21 gewichtsdelen cement, 22 tot 34 gewichtsdelen fijn toeslagmateriaal, 35 tot 53 gewichtsdelen grof toeslagmateriaal, 0,25 tot 0,55 gewichtsdelen calciumchloride en 0,25 tot 0,55 gewichtsdelen hydroxidebase met elkaar worden gecombineerd.
Het aanwenden van een dergelijke betonsamenstelling in de werkwijze volgens de huidige uitvinding geeft aanleiding tot een beton dat reeds na een uitzonderlijke korte tijd van uitharden voldoende druksterkte bezit om ingezet te worden als een al dan niet belast onderdeel van een gebouw, en welk beton op lange termijn zijn druksterkte optimaal zal behouden.
Volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding is de bekisting (30, 38) een verstelbare bekisting (38), welke verstelbare bekisting (38) ten minste een bekistingsvloer en bekistingszijwanden omvat, welke bekistingsvloer en bekistingszijwanden modulair zijn opgebouwd en respectievelijk verplaatsbare vloermodules (36) en verplaatsbare wandmodules (35) omvatten, en omvat de werkwijze verder de stap van het verstellen van de verstelbare bekisting (38).
Het voorzien van een verstelbare bekisting (38) en het verstellen van één of meerdere verplaatsbare vloermodules (36) en/of wandmodules (35) van deze bekisting (38) zorgt voor een grote flexibiliteit in lengte en breedte van de bekisting (38). Deze bekisting (38) kan daardoor ingesteld worden tot een grote verscheidenheid aan definieerbare lengten en breedten. Dit komt de flexibiliteit en bijgevolg de vooruitgang van het productieproces ten goede bij het vervaardigen van een betonkolom (5).
Volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding omvat de werkwijze verder de stap van het aanbrengen van een bredere voetplaat (6) aan de wapening (7, 8, 9) van de betonkolom (5), en de stap van het aanbrengen van externe openingen (13) in de nabijheid van de omtrek van de voetplaat (6).
Het aanbrengen van een voetplaat (6), met externe openingen (13), is een kost- en tijdsefficiënte manier om een betonkolom (5) desgewenst aan een andere constructie (1) te bevestigen. Dit draagt bij tot een snelle inzetbaarheid van een betonkolom (5) omvattende beton dat reeds na een korte tijd van uitharden voldoende druksterkte bezit om ingezet te worden als een al dan niet belast onderdeel van een gebouw, en welk beton op lange termijn zijn druksterkte zal behouden.
BESCHRIJVING VAN DE FIGUREN
Figuur 1 is een mogelijke uitvoering van een betonkolom (5) volgens uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding.
Figuur 2 is een mogelijke uitvoering van een mal (30) die ingericht is om een betonkolom (5) in te vervaardigen, volgens uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding.
Figuur 3 is een mogelijke uitvoering van een betonkolom (5) met een voetplaat (6) volgens uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding.
Figuur 4 is een detailweergave van een mogelijke uitvoering van de bevestiging tussen betonkolom (5) met voetplaat (6) en een constructie (1), volgens uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding.
Figuur 5 is een detailweergave van een mogelijke uitvoering van de bevestiging tussen betonkolom (5) met voetplaat (6) en een constructie (1), volgens uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding, waarbij de interne componenten van de betonkolom (5) worden getoond.
Figuur 6 is een mogelijke uitvoering van een betonkolom (5) met voetplaat (6), volgens uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding.
Figuur 7 is een detailweergave van een mogelijke uitvoering van de bevestiging tussen betonkolom (5) met voetplaat (6) en een constructie (1), volgens uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding, waarbij de interne componenten van de betonkolom (5) worden getoond, en waarbij interne staven (11), die verankerd zijn in een constructie (1), in de kokers (12) geplaatst zijn om zodoende een solidair geheel tussen betonkolom (5) en constructie (1) te krijgen.
Figuur 8 is een mogelijke uitvoeringsvorm van een betonkolom (5) volgens uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding.
Figuur 9 is een mogelijke uitvoering van een verstelbare bekisting (38) voorzien van consolemodules (37), volgens uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding.
Figuur 10 is een detailweergave van een mogelijke uitvoering van een losneembare hoeklat (39) volgens uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding.
Figuur 11 is een detailweergave van een mogelijke uitvoering van een losneembaar balkvormig element (41) volgens uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding.
GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING
Tenzij anders gedefinieerd hebben alle termen die gebruikt worden in de beschrijving van de uitvinding, ook technisch en wetenschappelijke termen, de betekenis zoals ze algemeen begrepen worden door de vakman in het technisch veld van de uitvinding. Voor een betere beoordeling van de beschrijving van de uitvinding, worden bepaalde termen expliciet uitgelegd.
De termen "omvat", "omvatten", en "omvattende" zijn inclusieve of open termen die de aanwezigheid van wat volgt aanduiden, en die de aanwezigheid niet uitsluiten of beletten van andere componenten, kenmerken, elementen, leden, stappen, gekend uit of beschreven in de stand der techniek.
De uitvinding betreft een werkwijze voor het vervaardigen van een betonkolom (5) waarvan de lengtemaat (16) aanzienlijk groter is dan de breedtemaat (14) en de hoogtemaat (15), welke werkwijze minstens de volgende stappen omvat: het voorzien van een bekisting (30, 38); het aanbrengen van een wapening (7, 8, 9) in de bekisting (30, 38); het gieten van een betonsamenstelling in de bekisting (30, 38); het uitharden van de betonsamenstelling in de bekisting (30, 38) tot een betonkolom (5); het verwijderen van de betonkolom (5) van de bekisting (30, 38); waarbij de betonsamenstelling calciumchloride en een hydroxidebase omvat en waarbij het verwijderen van de betonkolom (5) van de bekisting (30, 38) wordt uitgevoerd wanneer de betonkolom (5) een druksterkte van 20 MPa tot 25 MPa heeft.
Met de term "betonkolom" (5) wordt in deze tekst verwezen naar een kolom (5) oftewel pijler vervaardigd uit beton. In een gebouw of bouwstructuur fungeren betonkolommen (5) gewoonlijk als staande lading-dragende structuren die ladingen hoofdzakelijk dragen middels axiale compressie. De dwarsdoorsnede van betonkolommen (5) kan vele polygone vormen aannemen, zoals, bijvoorbeeld een vierkant, een rechthoek, een zeshoek, etc. De betonkolom (5) volgens de huidige uitvinding kan verkregen worden door het uitharden van eender welke betonsamenstelling uit de stand der techniek die geschikt is voor het verkrijgen van beton met een voldoende druksterkte om aangewend te worden in een gebouw of bouwconstructie. De betonkolommen (5) volgens de huidige uitvinding hebben bij voorkeur een voldoende druksterkte, voldoende weerstand aan vocht, vorst en zout, een glad aspect, en een uniforme kleur.
Een "bekisting" (30, 38), ook wel mal of contravorm genoemd, is een voorgevormde inrichting die een substantie kan omvatten. De bekisting (30, 38) houdt de betonsamenstelling op zijn plaats tijdens het uitharden van de betonsamenstelling tot een betonkolom (5). De dimensies (31, 32, 33) van de bekisting (30) zijn daardoor bij voorkeur afgestemd op de gewenste dimensies (14, 15, 16) van de betonkolom (5). De bekisting (30, 38) kan vervaardigd zijn uit eender welk materiaal of uit een combinatie van eendere welke materialen gekend in de stand der techniek, zoals, bijvoorbeeld, hout, kunststof, en metaal, bijvoorbeeld staal. Op de plaatsen waar de bekisting (30, 38) de betonsamenstelling op zijn plaats houdt tijdens het uitharden ervan tot beton, kan een additionele coating of laag voorzien zijn die toelaat de betonkolom (5), eens uitgehard, eenvoudiger te kunnen verwijderen van de bekisting (30, 38).
Beton kan zeer goed drukbelastingen opvangen, doch voor het opvangen van trekbelastingen dient het beton best voorzien te worden van een wapening (7, 8, 9). De term "wapening" is een term gekend in de stand der techniek en verwijst naar een versterkend element dat voorzien wordt in beton om het te verstevigen en bestendiger te maken tegen bijvoorbeeld druk- of trekkrachten waaraan het beton onderworpen wordt. Wanneer een wapening (7, 8, 9) aanwezig is in het beton wordt er typisch over "gewapend beton" gesproken. De wapening (7, 8, 9) volgens onderhavige uitvinding kan eender welke configuratie omvatten gekend in de stand der techniek en kan bijvoorbeeld voorzien zijn in de vorm van staven, netten, kabels, roosters, etc. en kan verder eerder welk materiaal omvatten gekend in de stand der techniek, zoals metaal, vb. staal, glasvezel, kunststof, etc. De goedkoopste vorm van wapening (7, 8, 9) wordt gevormd door op ijzer gebaseerde wapening. Bij voorkeur omvat de wapening (7, 8, 9) staal en/of ijzer.
Het aanbrengen van een wapening (7, 8, 9) in de bekisting (30, 38) kan op eender welke geschikte manier gebeuren zoals bekend uit de stand der techniek. Zo kan de wapening (7, 8, 9) louter handmatig in de bekisting (30, 38) aangebracht worden. Een wapening (7, 8, 9) kan aanzienlijk zwaar zijn omwille van de gekozen materialen, zoals, bijvoorbeeld ijzer, en/of omvangrijke dimensies. Daartoe is het voordelig om een wapening (7, 8, 9) in een bekisting aan te brengen middels een mechanisch hulpmiddel, zoals, bijvoorbeeld een rolbrug.
Een betonsamenstelling omvat als onderdelen algemeen water, cement, en één of meerdere toeslagmaterialen. Daarnaast kunnen zogenaamde hulpmiddelen aan een betonsamenstelling worden toegevoegd, zoals, bijvoorbeeld, anti-schuimmiddelen, water-werende middelen, dispergerende middelen, bindingsversnellers, bindingsvertragers, weekmakers, super-weekmakers, waterreduceerders, bindmiddelen, vriespunt-verlagende middelen, adhesie-verbeterende middelen, lucht-insluitende middelen, en kleurstoffen. Bij contact reageert water met cement, ook wel hydratie genoemd, waardoor de onderdelen van de betonsamenstelling verbonden worden tot beton. Toeslagmaterialen kunnen onderverdeeld worden als fijn toeslagmateriaal of als grof toeslagmateriaal. Fijn toeslagmateriaal is toeslagmateriaal waarbij de korrelgrootte kleiner is dan 4 mm. Grof toeslagmateriaal is toeslagmateriaal waarbij de korrelgrootte groter of gelijk is aan 4 mm. Fijn toeslagmateriaal kan in de natuur onder meer gevonden worden als rivierzand, bergzand of zeezand, of kan kunstmatig verkregen worden, bijvoorbeeld door rotsen of stenen te breken. Grof toeslagmateriaal op zijn beurt kan bijvoorbeeld in de natuur gevonden worden als rivier-, kuil- of zeegrind, of kan bijvoorbeeld aangemaakt worden door stenen of rotsen te breken. De eigenschappen van de toeslagmaterialen, zoals de verhouding tussen fijn en grof toeslagmateriaal en de ermee verbonden korrelverdeling, zijn van groot belang voor een betonsamenstelling. Toeslagmaterialen vormen immers de bulk van een betonsamenstelling en nemen de meeste drukkrachten van een beton op.
Het gieten van een betonsamenstelling in een bekisting (30, 38) kan op eender welke geschikte manier zoals bekend in de stand der techniek uitgevoerd worden. Naar wordt gewenst of nodig kan de betonsamenstelling in één of meer stappen worden aangebracht. Optioneel kan een inrichting voor het egaliseren en verdichten van het gegoten beton, zoals bijvoorbeeld een trilnaald of een trilbalk, gebruikt worden om het beton mooi gelijk te verdelen in de bekisting (30, 38) en aan te duwen zodanig dat een mooi en glad beton verkregen kan worden.
Het uitharden van de betonsamenstelling in de bekisting (30, 38) tot een betonkolom (5) wordt algemeen beïnvloed door omgevingsfactoren zoals omgevingstemperatuur en de vochtigheidsgraad van de omgeving. De huidige uitvinding streeft er onder meer naar om de afhankelijkheid van de omgevingstemperatuur te minimaliseren. Dit wordt nagestreefd door de aanwezigheid van calciumchloride in de betonsamenstelling. Calciumchloride fungeert in het betonmengsel als een bindingsversneller, zodat sneller een beton verkregen kan worden met een bepaalde druksterkte. Calciumchloride zorgt voor een snellere binding doordat calciumchloride de hydratiesnelheid verandert. Gebruik van calciumchloride is een goedkoper en eenvoudiger alternatief voor het verkrijgen van een snellere binding dan een verhoging en controle van de omgevingstemperatuur. Ook kan de hoeveelheid aan toegevoegde calciumchloride aangepast worden aan de weersomstandigheden. Zo zal voor het verkrijgen van een bepaalde druksterkte binnen een bepaalde tijd meer calciumchloride toegevoegd moeten worden wanneer het kouder is, dan wanneer het warmer is. Het gebruik van calciumchloride volgens de huidige uitvinding maakt het dus mogelijk om gedurende het jaar continu beton te verkrijgen met gewenste druksterkte, onafhankelijk van de weersomstandigheden.
Door het gieten van de betonsamenstelling omvattende calciumchloride en een hydroxidebase in de bekisting (30, 38) is het mogelijk om reeds na korte tijd van uitharden beton te verkrijgen dat voldoende druksterkte bezit om ingezet te worden als een al dan niet belast onderdeel van een gebouw, en welk beton op lange termijn zijn druksterkte zal behouden. Het snelle uitharden van het beton is te danken aan de betonsamenstelling en voornamelijk aan de aanwezigheid van calciumchloride in de betonsamenstelling. Het verwijderen van de betonkolom (5) van de bekisting wordt in de werkwijze uitgevoerd wanneer de betonkolom (5) een druksterkte van 20 MPa tot 25 MPa heeft. Mits de correcte dimensionering van het lichaam waarin het beton gevormd is, is een beton met een druksterkte van 20 MPa tot 25 MPa reeds sterk genoeg om belasting van standaard constructies in een gebouw te weerstaan. Dit betekent dat een beton verkregen uit de betonsamenstelling volgens de huidige uitvinding reeds op korte termijn ingezet kan worden als een al dan niet belast onderdeel van een gebouw. Om ervoor te zorgen dat het beton op lange termijn zijn druksterkte kan behouden, wordt de wapening (7, 8, 9) van het beton, welke wapening (7, 8, 9) bij voorkeur staal en/of ijzer omvat, beschermd tegen zuurcorrosie door de aanwezigheid van een hydroxidebase in de betonsamenstelling. Zuurcorrosie treedt op bij blootstelling van een metaal aan een zuurhoudend elektroliet. De chloride ionen van het calciumchloride kunnen voor zuurcorrosie zorgen. De relatieve hoeveelheid waarin de hydroxidebase omvat is in de betonsamenstelling van de huidige uitvinding is afgestemd op het vermijden van zuurcorrosie. Dit betekent dat een beton verkregen uit de betonsamenstelling volgens de huidige uitvinding reeds op korte termijn ingezet kan worden als een al dan niet belast onderdeel van een gebouw, en dat het beton op lange termijn zijn druksterkte zal behouden. Dit is zowel voordelig voor de vooruitgang van de bouw van een gebouw middels beton verkregen uit een betonsamenstelling volgens de uitvinding, als voor de stabiliteit van een dergelijk gebouw op lange termijn.
Volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding omvat de werkwijze verder de stap van het bereiden van een betonsamenstelling, waarbij 5 tot 9 gewichtsdelen water, 13 tot 21 gewichtsdelen cement, 22 tot 34 gewichtsdelen fijn toeslagmateriaal, 35 tot 53 gewichtsdelen grof toeslagmateriaal, 0,25 tot 0,55 gewichtsdelen calciumchloride en 0,25 tot 0,55 gewichtsdelen hydroxidebase met elkaar worden gecombineerd.
Het aanwenden van een dergelijke betonsamenstelling in de werkwijze volgens de huidige uitvinding geeft aanleiding tot een beton dat reeds na een uitzonderlijke korte tijd van uitharden voldoende druksterkte bezit om ingezet te worden als een al dan niet belast onderdeel van een gebouw, en welk beton op lange termijn zijn druksterkte optimaal zal behouden. Met de betonsamenstelling volgens deze uitvoeringsvorm wordt na maximaal 8 u uitharden reeds een betonkolom (5) met een druksterkte van 20 MPa tot 25 MPa verkregen. Specifieke hoeveelheden van onderdelen van de betonsamenstelling, dewelke gelegen zijn binnen bovenstaande intervallen uitgedrukt in gewichtsdelen, kunnen geselecteerd worden in functie van de omgevingstemperatuur en/of gewenste structurele eigenschappen van te verkrijgen betonkolommen (5). Zo biedt het aanwenden van de betonsamenstelling volgens deze uitvoeringsvorm in de werkwijze volgens de huidige uitvinding een flexibele, kostefficiënte en tijdsefficiënte manier voor het vervaardigen van betonkolommen (5).
Volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding wordt gedurende het uitharden van de betonsamenstelling in de bekisting (30, 38) tot een betonkolom (5) de temperatuur van de omgeving waarin de bekisting (30, 38) geplaatst is boven de 0 °C gehouden.
Hoewel de betonsamenstelling volgens huidige uitvinding er op gericht is om een snelle uitharding van beton te verkrijgen bij een verscheidenheid aan omgevingstemperaturen, is het waarborgen van een welbepaalde temperatuur van de omgeving of omgevingstemperatuur bevorderlijk voor de uitharding. Bij voorkeur wordt de omgevingstemperatuur boven de 5 °C, en meer bij voorkeur boven de 10 °C gehouden. De vermelde omgevingstemperaturen kunnen op goedkope en duurzame manieren verkregen worden. Zo kan een eenmalig aanbrengen van isolatie in de omgeving waar de bekisting (30, 38) geplaatst is voldoende zijn om vermelde temperaturen op lange termijn te waarborgen.
Volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding omvat de werkwijze verder de stap van het vervaardigen van een bekisting (30, 38).
Het zelf vervaardigen van een bekisting levert een grote flexibiliteit in dimensionering van te vervaardigen betonkolommen (5). Ook kan een tijdswinst verkregen worden aangezien men niet afhankelijk is van leveranciers.
Volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding omvat de werkwijze verder de stap van het vervaardigen van een wapening (7, 8, 9), waarbij hoofdwapeningen (7) parallel verbonden worden met staande wapeningbeugels (8), en liggende wapeningbeugels (9) dwars verbonden worden met hoofdwapeningen (7) en staande wapeningbeugels (8).
Hoofdwapeningen (7) zijn uitgerekte wapeningsstaven die in de langsrichting van de bekisting (30, 38) te positioneren zijn. De langsrichting van de bekisting (30, 38) is de richting van de bekisting (30, 38) die gelegen is volgens de grootste afmeting of dimensie van de bekisting (30, 38). Wapeningbeugels (8, 9) zijn hoepelvormig gebogen en gesloten wapeningsstaven met afgevlakte hoeken. Het zelf vervaardigen van een wapening (7, 8, 9) levert een grote flexibiliteit in dimensionering en structurele ondersteuning van te vervaardigen betonkolommen (5). Ook kan een tijdswinst verkregen worden aangezien men niet afhankelijk is van leveranciers. Bovendien verleent een wapening (7, 8, 9) met bovenvermelde verbindingen tussen hoofdwapeningen (7) en wapeningbeugels (8, 9) een optimale ondersteuning van een betonkolom (5) verkregen via de werkwijze volgens de huidige uitvinding. Een dergelijke wapening (7, 8, 9) kan ook als een wapeningskorf benoemd worden.
Volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding is de bekisting (30, 38) een verstelbare bekisting (38), welke verstelbare bekisting (38) ten minste een bekistingsvloer en bekistingszijwanden omvat, welke bekistingsvloer en bekistingszijwanden modulair zijn opgebouwd en respectievelijk verplaatsbare vloermodules (36) en verplaatsbare wandmodules (35) omvatten, en omvat de werkwijze verder de stap van het verstellen van de verstelbare bekisting (38).
Met "verstelbare" bekisting (38) wordt geduid op het verstelbaar zijn van de bekisting (38). Verschillende delen van de verstelbare bekisting (38), hieronder besproken, kunnen verplaatst of versteld worden. De bekistingsvloer van de verstelbare bekisting (38) is gewoonlijk parallel ten opzichte van een ondersteuning, zoals bijvoorbeeld een vloer, georiënteerd, en is bij voorkeur plaatsbaar op een dergelijke ondersteuning. De bekistingszijwanden van een verstelbare bekisting (38) zijn vormsluitend geplaatst ten opzichte van de bekistingsvloer, en de bekistingszijwanden zijn met een bepaalde hoek ten opzichte van de bekistingsvloer georiënteerd. Bij voorkeur zijn de bekistingszijwanden dwars ten opzichte van de bekistingsvloer georiënteerd. Met de term "vormsluitend" wordt gewezen op een aaneensluiting van verschillende onderdelen, zoals bijvoorbeeld bekistingsvloer en zijwanden, waarbij het lekken van een substantie, zoals bijvoorbeeld van beton, niet plaatsgrijpt of niet kan plaatsgrijpen ter hoogte van de plaats van aaneensluiting. De wandmodules (35) en vloermodules (36) kunnen eender welk materiaal omvatten gekend in de stand der techniek zoals o.a. hout, kunststof, metaal, staal of eender welke combinatie van deze materialen. Bij voorkeur omvatten de wandmodules (35) en vloermodules (36) staal, en meer bij voorkeur plaatstaal. De vloermodules (36) en wandmodules (35) kunnen gezien worden als segmenten van respectievelijk de bekistingsvloer en de bekistingszijwanden. Het verstellen van de verstelbare bekisting (38) omvat het verstellen van verplaatsbare vloermodules (36) en/of wandmodules (35). Het verstellen van verplaatsbare vloermodules (36) en/of wandmodules (35) houdt het verschuiven of verwijderen van modules (35, 36) in. Bij voorkeur wordt dit zo uitgevoerd dat aanliggende wandmodules (35) onderling, aanliggende vloermodules (36) onderling, en vloermodules (36) ten opzichte van wanmodules (35) vormsluitend ten opzichte van elkaar geplaatst zijn. Het verplaatsen kan handmatig uitgevoerd worden, of kan uitgevoerd worden middels eender welke aandrijftechniek of aandrijving zoals gekend in de stand der techniek, zoals mechanische, elektrische, hydraulische of pneumatische aandrijftechnieken, bij voorkeur hydraulische aandrijftechnieken. Het voorzien van een verstelbare bekisting (38) en het verstellen van één of meerdere verplaatsbare vloermodules (36) en/of wandmodules (35) van deze bekisting (38) zorgt voor een grote flexibiliteit in lengte en breedte van de bekisting (38). Deze bekisting (38) kan daardoor ingesteld worden tot een grote verscheidenheid aan definieerbare lengten en breedten. Dit komt de flexibiliteit en bijgevolg de vooruitgang van het productieproces ten goede bij het vervaardigen van een betonkolom (5).
Volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding omvat de stap van het verstellen van de verstelbare bekisting (38) verder het verwisselen van één of meerdere verplaatsbare vloermodules (36) en/of wandmodules (35) met consolemodules (37), en/of verder het verplaatsen van één of meerdere consolemodules (37), welke consolemodules (37) geschikt zijn om een console (29) aan een betonkolom (5) te voorzien.
Een console (29) van een betonkolom (5) is een uitkragend of uitstulpend constructiedeel aan een betonkolom (5), dat als steun dient voor een ligger of een plaat. Een console is meestal vormgegeven naar de vorm van de momentenlijn. Een consolemodule (37) is een mal die gevormd is om een uithardend materiaal, zoals beton, vorm te geven tot een console (29). Een consolemodule (37) kan eender welk materiaal omvatten gekend in de stand der techniek zoals o.a. hout, kunststof, metaal, staal of eender welke combinatie van deze materialen. Bij voorkeur omvat een consolemodule (37) staal, en meer bij voorkeur plaatstaal. De consolemodules (37) zijn ingericht om vormsluitend geplaatst te worden ten opzichte van aanliggende vloermodules (36) en/of wandmodules (35) in een verstelbare bekisting (38) . Het verwisselen kan betekenen dat één of meerdere vloermodules (36) en/of wandmodules (35) die vormsluitend geplaatst zijn in een verstelbare bekisting (38) verwijderd worden en dat de vrijgekomen plaats ingenomen wordt door het vormsluitend plaatsen van één of meerdere consolemodules (37), of kan betekenen dat één of meerdere consolemodules (37) die deel uitmaken van het vormsluitend geheel van een verstelbare bekisting (38) verwijderd worden en dat in de plaats hiervan één of meerdere vloermodules (36) en/of wandmodules (35) vormsluitend geplaatst worden, of kan een combinatie van de twee laatstgenoemde opties betekenen. Het verplaatsen van één of meerdere consolemodules (37) houdt in dat consolemodules (37) die deel uitmaken van het vormsluitend geheel van een verstelbare bekisting (38) verplaatst worden om de bekisting (38) af te stemmen op de dimensies van een te vervaardigen betonkolom (5). Het aanwenden van de verstelbare bekisting (38) omvattende consolemodules (37) in de werkwijze van de huidige uitvinding vertoont het voordeel dat consoles (29) middels de consolemodules (37) flexibel aan drie zijden van een betonkolom (5) kunnen worden voorzien.
Volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding wordt de stap van het verstellen van de verstelbare bekisting (38) zowel voor de stap van het voorzien van een betonsamenstelling in de bekisting (38) als na de stap van het uitharden van de betonsamenstelling ter vorming van een betonkolom (5) uitgevoerd.
De stap van het verstellen van de verstelbare bekisting (38) voor de stap van het voorzien van een betonsamenstelling in de verstelbare bekisting (38), oftewel het eerste verstellen, zorgt ervoor dat de vorm van de verstelbare bekisting (38) afgestemd kan worden op een te vervaardigen betonkolom (5). Het verstellen van de verstelbare bekisting (38) na de stap van het uitharden van de betonsamenstelling tot een betonkolom (5), oftewel het tweede verstellen, wordt uitgevoerd om het verwijderen van de betonkolom (5) van de bekisting (38) te vereenvoudigen. Hiertoe kunnen wandmodules (35), vloermodules (36), en/of, waar aanwezig, consolemodules (37), van de betonkolom (5) weg worden verplaatst.
Volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding omvat de werkwijze verder de stap van het aanbrengen van losneembare hoeklatten (39) aan de bekisting (30, 38), welke losneembare hoeklatten (39) ingericht zijn om afgeschuinde hoeken (28) van een betonkolom(5) te verkrijgen.
De losneembare hoeklatten (39) worden bij voorkeur geplaatst ter hoogte van gedeelten van de bekisting (30, 38) die in de nabijheid gelegen zijn van de hoeken van een te vervaardigen betonkolom (5). Op deze manier kan een betonkolom met afgeschuinde hoeken (28) worden vervaardigd, hetgeen wenselijk kan zijn omdat vanuit esthetisch oogpunt afgeschuinde hoeken (28) te verkiezen zijn ten opzichte van niet-afgeschuinde hoeken. Bij voorkeur is de dimensie van een hoeklat (39) in de langsrichting van de bekisting (30, 38) groter dan de andere dimensies van de hoeklat (39). Bij voorkeur is de dimensie van een hoeklat (39) afgestemd op de afmetingen van bekisting (30, 38) en waar van toepassing afgestemd op de afmetingen van vloermodules (36), wandmodules (35), en/of consolemodules (37), waaraan de losneembare hoeklat (39) te bevestigen is. Een hoeklat (39) omvat ten minste twee benen, een eerste been en een tweede been. Het eerste en het tweede been kunnen eender welke gewenste vorm vertonen. Bij voorkeur zijn het eerste been en het tweede been van een hoeklat (39) recht. Een hoeklat (39) kan eender welk materiaal omvatten gekend in de stand der techniek zoals o.a. hout, kunststof, metaal, staal of eender welke combinatie van deze materialen. Bij voorkeur omvat de hoeklat (39) staal, en meer bij voorkeur plaatstaal. De losneembare aanbrenging van de hoeklatten (39) kan bijvoorbeeld door middel van magneten (40) plaatsvinden. Volgens een andere uitvoeringsvorm zijn de hoeklatten (39) niet losneembaar voorzien en zijn ze permanent verbonden met een bekisting (30, 38) en waar van toepassing met vloermodules (36), wandmodules (35) en/of consolemodules (37). De niet losneembare aanbrenging van hoeklatten (37) kan bijvoorbeeld uitgevoerd worden middels lassen.
Volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding omvat de werkwijze verder de stap van het aanbrengen van losneembare balkvormige elementen (41) aan de bekisting (30, 38), welke losneembare balkvormige elementen (41) ingericht zijn om rechthoekige uitsparingen (34) te verkrijgen in een betonkolom (5).
Het aanbrengen van rechthoekige uitsparingen (34) laat toe om er desgewenst wandpanelen in te schuiven. Bij voorkeur is de dimensie van een losneembaar balkvormig element (41) in de langsrichting van de bekisting (30, 38) groter dan de andere dimensies van het losneembaar balkvormig element (41). Bij voorkeur is de dimensie van een losneembaar balkvormig element (41) afgestemd op de afmetingen van bekisting (30, 38) en waar van toepassing afgestemd op de afmetingen van vloermodules (36), wandmodules (35), en/of consolemodules (37), waaraan het losneembaar balkvormig element (41) te bevestigen is. Een losneembaar balkvormig element (41) kan eender welk materiaal omvatten gekend in de stand der techniek zoals o.a. hout, kunststof, metaal, staal of eender welke combinatie van deze materialen. Bij voorkeur omvat losneembaar balkvormig element (41) een kunststof, bijvoorbeeld PVC. De losneembare aanbrenging van het losneembaar balkvormig element (41) kan bijvoorbeeld door middel van magneten (40) plaatsvinden. Volgens een andere uitvoeringsvorm zijn de balkvormig elementen (41) niet losneembaar voorzien en zijn ze permanent verbonden met een bekisting (30, 38) en waar van toepassing met vloermodules (36), wandmodules (35) en/of consolemodules (37). De niet losneembare aanbrenging van balkvormige elementen (41) kan bijvoorbeeld uitgevoerd worden door de balkvormige elementen (41) te verlijmen.
Volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding omvat de werkwijze verder de stap van het aanbrengen van een bredere voetplaat (6) aan de wapening (7, 8, 9) van de betonkolom (5), en verder de stap van het aanbrengen van externe openingen (13) in de nabijheid van de omtrek van de voetplaat (6).
Een voetplaat (6) wordt hierin gedefinieerd als een inrichting die op een zijde, bij voorkeur een bovenoppervlak (17) en/of onderoppervlak (18), van een betonkolom (5) wordt voorzien, en welke voetplaat (6) ingericht is om de betonkolom (5) snel aan een andere constructie (1) te verbinden, waarbij de voetplaat (6) bovendien kan gebruikt worden om de positionering van de betonkolom (5) snel uit te lijnen. Een dergelijke voetplaat (6) is laag in kostprijs en bovendien eenvoudig aan de wapening (7, 8, 9) van de betonkolom (5) aan te brengen. Het aanbrengen van een voetplaat (6) , met externe openingen (13), is dus een kost- en tijdsefficiënte manier om een betonkolom (5) desgewenst aan een andere constructie (1) te bevestigen. Dit draagt bij tot een snelle inzetbaarheid van een betonkolom (5) omvattende beton dat reeds na een korte tijd van uitharden voldoende druksterkte bezit om ingezet te worden als een al dan niet belast onderdeel van een gebouw, en welk beton op lange termijn zijn druksterkte zal behouden. De voetplaat (6) kan verbonden worden aan de wapening (7, 8, 9) middels lassen. Het dient te worden benadrukt dat de voet (6) aan de wapening (7, 8, 9) van de betonkolom (5) eveneens verbonden kan worden middels alle mogelijke technieken of systemen gekend door een gemiddelde vakman bekend met de stand der techniek. Een voetplaat (6) komt voor als een plaat. Bij voorkeur is de lengtemaat (21) van de voetplaat (6) beperkt ten opzichte van de breedtemaat (19) en hoogtemaat (20) van de voetplaat (6). De voetplaat (6) bestaat bij voorkeur uit een materiaal dat grote krachten kan weerstaan. De voetplaat (6) kan onder andere bestaan uit kunststof of metaal. Bij voorkeur bestaat de voetplaat (6) uit metaal, en meer bij voorkeur uit ijzer. Ijzer is immers een goedkoop metaal. Het aanbrengen van externe openingen in de voetplaat (6) kan bijvoorbeeld verkregen worden door in de voetplaat (6) te boren. Doorheen deze openingen kan bijvoorbeeld een schroef-en-moer-systeem gebruikt worden om de voetplaat (6) en bijgevolg een betonkolom (5) aan een constructie (1) te verbinden. Daarnaast kan de voetplaat (6) voorzien worden van eender welke analoge middelen ter bevestiging zoals gekend uit de stand der techniek.
Volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding omvat de werkwijze verder de stap van het aanbrengen van minstens één zich volgens de lengtemaat (16) van de betonkolom (5) uitstrekkende holte, en van het aanbrengen van een koker (12) in elke zich in de langsrichting van de betonkolom (5) uitstrekkende holte, en van het aanbrengen van interne openingen (22) in de voetplaat (6) in het verlengde van de posities van genoemde kokers (12) in de betonkolom (5).
Het aanbrengen van minstens één zich in de langsrichting van de betonkolom (5) uitstrekkende holte kan bijvoorbeeld gebeuren door een holte in de al dan niet uitgeharde betonkolom (5) te boren. Het aanbrengen van een koker (12) in elke zich in de langsrichting van de betonkolom (5) uitstrekkende holte kan bijvoorbeeld gebeuren door deze kokers (12) in de holtes te slaan, bijvoorbeeld met een hamer. In een andere uitvoeringsvorm worden de kokers (12) reeds voor of tijdens het storten van de betonsamenstelling in de bekisting (30, 38) voorzien. Hierdoor wordt het aanbrengen van holtes in de betonkolom (5) en het aanbrengen van kokers (12) in deze holtes in één stap verkregen. Hierbij dient te worden verzekerd dat het vloeien van de betonsamenstelling in de kokers (12) vermeden wordt. Dit kan worden verkregen wanneer de kokers (12) over de gehele langsrichting van de bekisting (30, 38) en over de gehele langsrichting van de betonkolom (5) lopen. De interne openingen (22) in de voetplaat (6) kunnen bijvoorbeeld worden aangebracht door openingen (22) in de voetplaat (6) te boren. De combinatie van interne openingen (22) en kokers (12) levert een bijkomende manier om een betonkolom (5) stevig aan een andere constructie (1) te verbinden.
Volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding omvat de werkwijze verder de stap van het voorzien van staven (3, 11) aan een constructie (1) waarmee de betonkolom (5) dient te worden verbonden.
Het aanbrengen van staven (3, 11) aan een constructie (1) rust deze laatste uit met middelen om een verbinding met een betonkolom (5) met voetplaat (6) aan te gaan. Een funderingsmassief is een voorbeeld van een constructie (1). In een uitvoeringsvorm heeft de betonkolom (5) een voetplaat (6) met enkel externe openingen (13) en wordt een constructie (1) voorzien van externe staven (3). In een andere uitvoeringsvorm heeft de betonkolom (5) een voetplaat (6) met zowel interne openingen (22) als externe openingen (13) en wordt een constructie (1) voorzien van zowel externe staven (3) als interne staven (11).
Volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding omvat de werkwijze verder de stap van het verbinden van de betonkolom (5) aan staven (3, 11) voorzien in een constructie (1).
Het verbinden kan snel en efficiënt plaatsgrijpen door de voorzieningen getroffen ter hoogte van de betonkolom (5) en ter hoogte van de constructie (1). In een uitvoeringsvorm worden een betonkolom (5) met een voetplaat (6) met enkel externe openingen (13) en een constructie (1) voorzien van externe staven (3) met elkaar verbonden. In een andere uitvoeringsvorm worden een betonkolom (5) met een voetplaat (6) met zowel interne openingen (22) als externe openingen (13) en een constructie (1) voorzien van zowel externe staven (3) als interne staven (11) met elkaar verbonden. Externe staven (3) worden verbonden met externe openingen (13). Interne staven (11) worden verbonden met de kokers (12) die in het verlengde gelegen zijn van de interne openingen (22), waartoe beton wordt gestort in de kokers (12).
In wat volgt, wordt de uitvinding beschreven aan de hand enkele voorbeelden. VOORBEELDEN: VOORBEELD 1:
Voorbeeld 1 betreft een werkwijze voor het vervaardigen van een betonkolom (5), waarvan een mogelijke uitvoering afgebeeld is in Figuur 1. In een eerste stap wordt een bekisting (30) voorzien (Figuur 2). Vervolgens wordt een wapeningskorf middels een rolbrug in de bekisting (30) aangebracht. Deze wapeningskorf bestaat uit een wapening (7, 8, 9) met hoofdwapeningen (7) parallel verbonden worden met staande wapeningbeugels (8), en liggende wapeningbeugels (9) dwars verbonden met hoofdwapeningen (7) en staande wapeningbeugels (8). Vervolgens wordt een betonsamenstelling met een specifieke samenstelling, volgens onderstaande tabel, in de bekisting (30) gegoten.
Vervolgens vindt het uitharden plaats van de betonsamenstelling in de bekisting (30) tot een betonkolom (5). Het uitharden gebeurt bij voorkeur 's nachts. Door de specifieke betonsamenstelling (Tabel 1) is het mogelijk om bij geen al te lage temperaturen de betonkolom (5) na maximaal 8 u uit de bekisting te verwijderen. De betonkolom (5) verkregen na maximaal 8 u uitharden heeft een druksterkte tussen 21 en 23 MPa, een glad aspect, en een uniforme kleur. Op termijn heeft de verkregen betonkolom (5) een goede weerstand tegen vocht, vorst en zout. De aanwezigheid van calciumchloride in de aangegeven hoeveelheid zorgt ervoor dat genoemde druksterkte van de betonkolom binnen de genoemde duur van uitharden kan worden verkregen. De beoogde druksterkte van de betonkolom (5), verkregen vanuit bovenstaande betonsamenstelling, na 28 dagen is gelegen tussen 64 en 66 MPa. VOORBEELD 2:
Voorbeeld 2 omvat alle stappen en kenmerken besproken in Voorbeeld 1. Daarenboven wordt in Voorbeeld 2 de betonkolom (5) bijkomend van een bredere voetplaat (6) voorzien. De voetplaat (6) wordt aan de wapeningskorf of wapening (7, 8, 9) gelast. Voor of na het lassen van de voetplaat (6) aan de wapening (7, 8, 9) worden vier externe openingen (13), ieder aan een hoek van de voetplaat (6), doorheen de voetplaat (6) geboord. Een mogelijk uitvoering van een betonkolom voorzien van voetplaat (6) is afgebeeld in Figuur 3. De voetplaat (6) is bredere dan de betonkolom (5) en is symmetrisch ten opzichte van het onderoppervlak (18) van de betonkolom (5) gelegen. In een bijkomende stap wordt een ankerplaat (2) in een constructie (1) voorzien. De constructie (1) is een funderingsmassief. De ankerplaat (2) omvat vier openingen die bedoeld zijn om vier externe staven (3) te geleiden. De
externe staven (3) worden aangebracht in de constructie (1). Hiertoe worden langgerekte gaten geboord in de constructie (1) en worden vervolgens externe staven (3) in de gaten aangebracht. De externe staven (3) zijn voorzien van een schroefdraad. In een volgende stap wordt de betonkolom (5) middels zijn voetplaat (6) verbonden aan de constructie (1). Hierbij worden de externe staven (3) verbonden met de externe openingen (13). Hiertoe worden moeren (4) aangebracht ter hoogte van elke externe staaf (3), en boven en onder de voetplaat (6). Een mogelijke uitvoering van deze verbinding is weergegeven in Figuur 4. De moeren aanwezig onder de voetplaat (6) kunnen in deze Figuur 4 evenwel niet worden waargenomen. In Figuur 5 is het beton van de betonkolom (5) weggelaten zodat de verbinding tussen wapening (7, 8, 9) en voetplaat (6) zichtbaar is. Naast een verbinding tussen betonkolom (5) en constructie (1) is de voetplaat (6) met externe openingen uitermate geschikt om de uitlijning van de betonkolom (5) in te stellen. Hiertoe worden de moeren (4) elk losser of vaster gedraaid totdat de betonkolom (5) de gewenste uitlijning vertoont. VOORBEELD 3:
Voorbeeld 3 omvat alle stappen en kenmerken besproken in Voorbeeld 1 en Voorbeeld 2. Daarenboven worden in Voorbeeld 3 vier zich volgens de lengtemaat (16) van de betonkolom (5) uitstrekkende holtes in de betonkolom (5) geboord. Vervolgens wordt in elk van deze holtes een koker (12) geklopt. Ook worden in de voetplaat (6) interne openingen geboord en dit in het verlengde van de posities van de kokers (12). Een mogelijke uitvoering van een dergelijke betonkolom (5) met voet is afgebeeld in Figuur 6. In een bijkomende stap wordt aan de voetplaat (6) een plaatvormige structuur (10) gelast. Een dergelijke plaatvormige structuur (10) fungeert als een bijkomende versteviging van de voetplaat (6). In een bijkomende stap wordt de constructie (1) bijkomend voorzien van interne staven (11). De interne staven (11) worden in het beton van de constructie (1) ingestort. Hierbij wordt een ankerplaat (2) op de constructie (1) voorzien die geschikt is om zowel interne staven (11) als externe staven (3) te geleiden. In een volgende stap wordt de betonkolom (5) met de constructie (1) verbonden middels de externe openingen (13) en kokers (12). De externe openingen (13) worden verbonden met de externe staven (3) zoals in Voorbeeld 2 besproken. De kokers (12) worden verbonden met de interne staven (11) door beton in de kokers (12) te storten. Ook is zowel de binnenzijde van de kokers (12) als het oppervlak van de interne staven (11) voorzien van een geribbeld patroon, waardoor een hoogst efficiënte verbinding wordt verkregen. Een mogelijke uitvoering van de verbinding volgens Voorbeeld 3 wordt in Figuur 7 weergegeven. Hierbij wordt benadrukt dat het beton in de voorstelling van Figuur 7 weggelaten is om zodoende de interne componenten te kunnen weergeven. VOORBEELD 4:
Voorbeeld 4 komt overeen met alle stappen en kenmerken van Voorbeeld 1, behalve het voorzien van een andere bekisting, namelijk een verstelbare bekisting (38), en behalve bijkomende stappen gerelateerd aan deze verstelbare bekisting (38). Een mogelijke uitvoering van een verstelbare bekisting (38) volgens Voorbeeld 4 is afgebeeld in Figuur 9. Voor het gieten van de betonsamenstelling in de bekisting (38) wordt de opstelling van de verstelbare bekisting (38) zodanig versteld dat na het uitharden van de betonsamenstelling een betonkolom (5) volgens Figuur 8 wordt verkregen. De betonkolom (5) is uitgerust met een console (29), afgeronde hoeken (28) en een rechthoekige uitsparing (34). Dergelijke uitsparingen (34) zijn uitermate geschikt voor het onderbrengen van uiteinden van een betonligger oftewel betonbalk die door aanwezigheid van dergelijke uitsparingen (34) mooi en zonder plaatsverlies op consoles (29) van ten minste twee betonkolommen (5) rust. De afgeronde hoeken (28) zijn verkregen door het aanbrengen van losneembare hoeklatten (39) aan de bekisting (38), en dit voor het gieten van de betonsamenstelling. De losneembare hoeklatten (39) zijn voorzien van magneten (Figuur 10), met welke magneten de losneembare hoeklatten (39) aan de bekisting (38) bevestigd worden. De rechthoekige uitsparing (34) is verkregen middels het aanbrengen van losneembare balkvormige elementen (41) aan de bekisting (38) voor het gieten van de betonsamenstelling in de bekisting (38). De balkvormige elementen (41) zijn voorzien van magneten (Figuur 11) en worden middels deze magneten aan de bekisting (38) vastgehecht.
Claims (14)
- CONCLUSIES1. Werkwijze voor het vervaardigen van een betonkolom (5) waarvan de lengtemaat (16) aanzienlijk groter is dan de breedtemaat (14) en de hoogtemaat (15), welke werkwijze minstens de volgende stappen omvat: het voorzien van een bekisting (30, 38); het aanbrengen van een wapening (7, 8, 9) in de bekisting (30, 38); het gieten van een betonsamenstelling in de bekisting (30, 38); het uitharden van de betonsamenstelling in de bekisting (30, 38) tot een betonkolom (5); het verwijderen van de betonkolom (5) van de bekisting (30, 38); met het kenmerk, dat de betonsamenstelling calciumchloride en een hydroxidebase omvat en dat het verwijderen van de betonkolom (5) van de bekisting (30, 38) wordt uitgevoerd wanneer de betonkolom (5) een druksterkte van 20 MPa tot 25 MPa heeft.
- 2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de werkwijze verder de stap omvat van het bereiden van een betonsamenstelling, waarbij 5 tot 9 gewichtsdelen water, 13 tot 21 gewichtsdelen cement, 22 tot 34 gewichtsdelen fijn toeslagmateriaal, 35 tot 53 gewichtsdelen grof toeslagmateriaal, 0,25 tot 0,55 gewichtsdelen calciumchloride en 0,25 tot 0,55 gewichtsdelen hydroxidebase met elkaar worden gecombineerd.
- 3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat gedurende het uitharden van de betonsamenstelling in de bekisting (30, 38) tot een betonkolom (5) de temperatuur van de omgeving waarin de bekisting (30, 38) geplaatst is boven de 0 °C wordt gehouden.
- 4. Werkwijze volgens één der conclusies 1 tot 3, met het kenmerk, dat de werkwijze verder de stap omvat van het vervaardigen van een bekisting (30, 38).
- 5. Werkwijze volgens één der conclusies 1 tot 4, met het kenmerk, dat de werkwijze verder de stap omvat van het vervaardigen van een wapening (7, 8, 9), waarbij hoofdwapeningen (7) parallel verbonden worden met staande wapeningbeugels (8), en liggende wapeningbeugels (9) dwars verbonden worden met hoofdwapeningen (7) en staande wapeningbeugels (8).
- 6. Werkwijze volgens één der conclusies 1 tot 5, met het kenmerk, dat de bekisting (30, 38) een verstelbare bekisting (38) is, welke verstelbare bekisting (38) ten minste een bekistingsvloer en bekistingszijwanden omvat, welke bekistingsvloer en bekistingszijwanden modulair zijn opgebouwd en respectievelijk verplaatsbare vloermodules (36) en verplaatsbare wandmodules (35) omvatten, en waarbij de werkwijze verder de stap omvat van het verstellen van de verstelbare bekisting (38) .
- 7. Werkwijze volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de stap van het verstellen van de verstelbare bekisting (38) verder het verwisselen van één of meerdere verplaatsbare vloermodules (36) en/of wandmodules (35) met consolemodules (37) omvat, en/of verder het verplaatsen van één of meerdere consolemodules (37) omvat, welke consolemodules (37) geschikt zijn om een console (29) aan een betonkolom (5) te voorzien.
- 8. Werkwijze volgens conclusie 6 of 7, met het kenmerk, dat de stap van het verstellen van de verstelbare bekisting (38) zowel voor de stap van het voorzien van een betonsamenstelling in de bekisting (38) als na de stap van het uitharden van de betonsamenstelling ter vorming van een betonkolom (5) wordt uitgevoerd.
- 9. Werkwijze volgens één der conclusies 1 tot 8, met het kenmerk, dat de werkwijze verder de stap omvat van het aanbrengen van losneembare hoeklatten (39) aan de bekisting (30, 38), welke losneembare hoeklatten (39) ingericht zijn om afgeschuinde hoeken (28) van een betonkolom(5) te verkrijgen.
- 10. Werkwijze volgens één der conclusies 1 tot 9, met het kenmerk, dat de werkwijze verder de stap omvat van het aanbrengen van losneembare balkvormige elementen (41) aan de bekisting (30, 38), welke losneembare balkvormige elementen (41) ingericht zijn om rechthoekige uitsparingen (34) te verkrijgen in een betonkolom (5).
- 11. Werkwijze volgens één der conclusies 1 tot 10, met het kenmerk, dat de werkwijze verder de stap omvat van het aanbrengen van een bredere voetplaat (6) aan de wapening (7, 8, 9) van de betonkolom (5), en verder de stap omvat van het aanbrengen van externe openingen (13) in de nabijheid van de omtrek van de voetplaat (6).
- 12. Werkwijze volgens conclusies 11, met het kenmerk, dat de werkwijze verder de stap omvat van het aanbrengen van minstens één zich volgens de lengtemaat (16) van de betonkolom (5) uitstrekkende holte, en van het aanbrengen van een koker (12) in elke zich in de langsrichting van de betonkolom (5) uitstrekkende holte, en van het aanbrengen van interne openingen (22) in de voetplaat (6) in het verlengde van de posities van genoemde kokers (12) in de betonkolom (5).
- 13. Werkwijze volgens conclusie 11 of 12, met het kenmerk, dat de werkwijze verder de stap omvat van het voorzien van staven (3, 11) aan een constructie (1) waarmee de betonkolom (5) dient te worden verbonden.
- 14. Werkwijze volgens één der conclusies 11 tot 13, met het kenmerk, dat de werkwijze verder de stap omvat van het verbinden van de betonkolom (5) aan staven (3, 11) voorzien in een constructie (1).
Priority Applications (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE20155404A BE1022928A9 (nl) | 2015-06-29 | 2015-06-29 | Werkwijze voor het vervaardigen van een betonkolom |
Applications Claiming Priority (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE20155404A BE1022928A9 (nl) | 2015-06-29 | 2015-06-29 | Werkwijze voor het vervaardigen van een betonkolom |
Publications (3)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
BE1022928A1 BE1022928A1 (nl) | 2016-10-19 |
BE1022928B1 BE1022928B1 (nl) | 2016-10-19 |
BE1022928A9 true BE1022928A9 (nl) | 2016-11-30 |
Family
ID=54251260
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
BE20155404A BE1022928A9 (nl) | 2015-06-29 | 2015-06-29 | Werkwijze voor het vervaardigen van een betonkolom |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
BE (1) | BE1022928A9 (nl) |
Family Cites Families (7)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
BE562260A (nl) * | 1957-07-16 | |||
US3260493A (en) * | 1963-11-07 | 1966-07-12 | George S Beckham | Concrete form |
FR2289831A1 (fr) * | 1974-10-24 | 1976-05-28 | Heinz Robert | Cage de renforcement pour tubes en beton |
RU2119900C1 (ru) * | 1995-10-16 | 1998-10-10 | Александр Владимирович Русинов | Комплексная добавка для бетонной смеси |
DE19712235A1 (de) * | 1996-03-25 | 1997-11-13 | Geilinger Stahlbau Ag | Brandsichere Verbundstütze |
EP1447496B1 (en) * | 2003-02-13 | 2017-04-26 | GEOPLAST S.p.A. | Reusable modular formwork for making columns |
ITRM20030508A1 (it) * | 2003-10-31 | 2005-05-01 | Enrico Fioroni | Sistema di serraggio di pannelli per casseforme. |
-
2015
- 2015-06-29 BE BE20155404A patent/BE1022928A9/nl active
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
BE1022928A1 (nl) | 2016-10-19 |
BE1022928B1 (nl) | 2016-10-19 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
CN109706846B (zh) | 用于斜坡地基的高、窄桥盖梁穿心钢棒施工方法 | |
US8312683B2 (en) | Method for constructing precast sandwich panels | |
US8468764B2 (en) | Load bearing wall formwork system and method | |
US8720160B1 (en) | Process for forming concrete walls and other vertically positioned shapes | |
KR101469150B1 (ko) | 거더를 이용한 라멘교 시공방법 | |
SG176759A1 (en) | Hybrid composite beam and beam system | |
DK2410096T3 (en) | Casing device and method for creating a recess in the casting of a component | |
JP2013530322A (ja) | フロア及びルーフのフレーム構造を補強及び軽量化するための補強方法及び補強装置 | |
CN107476470A (zh) | 装配式内置钢管和gfrp管再生混凝土组合剪力墙及其施工方法 | |
JP5596876B1 (ja) | プレキャスト床版の製造装置及びプレキャスト床版の製造方法 | |
CN105133487A (zh) | 复合式桥梁临时支座及用其快速架设连续梁的施工方法 | |
US20110296791A1 (en) | Interlocking concrete construction method | |
WO2017082859A1 (en) | Road basket | |
Borri et al. | Retrofitting of masonry building with reinforced masonry ring-beam | |
BE1022928A9 (nl) | Werkwijze voor het vervaardigen van een betonkolom | |
CN106836021B (zh) | 一种预应力frp片材抗剪加固混凝土梁实验装置 | |
KR101788581B1 (ko) | 우각부가 보강된 교량 시공방법 및 이러한 시공방법으로 제작되는 교량 | |
CN108589769A (zh) | 一种超长嵌岩t形组合式柱板高挡墙施工方法 | |
KR101239179B1 (ko) | 프리스트레스트 콘크리트 벌브티 거더교의 시공방법 | |
KR101615118B1 (ko) | 가설지주와 인장재를 이용한 라멘교 시공방법 및 이를 이용하여 제작된 라멘교 | |
KR100860592B1 (ko) | Pc블럭 적층시공용 가설구조 | |
KR101078292B1 (ko) | 슬래브 거푸집 조립체 및 슬래브 시공 방법 | |
KR100753177B1 (ko) | 콘크리트 구조물용 하중 전달 장치 | |
Lund et al. | Experimental investigation of different fill materials in arch bridges with particular focus on Pearl-Chain Bridges | |
RU2565305C1 (ru) | Способ изготовления пустотелого блока (варианты) и опалубка для его осуществления |