BE1021836B1 - Inrichting voor het bepalen van een aantal kratten en werkwijze om kratten in een transportvoertuig te brengen of daaruit te halen - Google Patents

Abstract

Inrichting (1) voor het bepalen van het aantal kratten (9) dat op een pallet (8) geplaatst is, waarbij de inrichting (1) minimaal twee camera's (2) omvat voor het waarnemen van elk een andere zijkant van de combinatie van de pallet (8) en de kratten (9) en een aan de camera's (2) gekoppeld computersysteem (5) omvat dat op basis van beeldanalyse van door de camera's (2) waargenomen beelden van de genoemde zijkanten het aantal kratten (9) kan bepalen.

Description

Inrichting voor het bepalen van een aantal kratten en werkwijze om kratten in een transportvoertuig te brengen of daaruit te halen.

De huidige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het bepalen van een aantal kratten op een pallet en een werkwijze om kratten in een transportvoertuig te brengen of daaruit te halen.

In distributiebedrijven worden veel kratten gebruikt om producten te leveren. Deze kratten hebben een bepaalde geldelijke waarde, om welke reden er meestal een statiegeldsysteem wordt gebruikt, waarin door een ontvanger betaald wordt voor de kratten, welk bedrag terugbetaald wordt bij teruggave van kratten. ,

In de praktijk zijn de kratten niet of moeilijk individueel identificeerbaar, of identificeerbaar als eigendom van een bepaalde partij. Zij worden in het distributiesysteem gebracht en vanaf dat moment als inwisselbaar met andere kratten beschouwd en ook door andere partijen gebruikt en vrijelijk tussen partijen uitgewisseld.

In de praktijk zijn de kratten gestandaardiseerd op een horizontale maat van 60*40 cm, waarbij er verschillende hoogtes mogelijk zijn en waarbij de kratten ook verschillende kleuren kunnen hebben, zodat er een groot aantal verschillende types krat kunnen zijn. Deze maat houdt in dat er precies vier kratten op een standaard Europallet passen.

Het juist bijhouden van het aantal en type van de kratten die met goederen verstuurd worden en die leeg terugkomen, is natuurlijk van groot belang voor het bepalen van een aan te rekenen en/of terug te betalen statiegeldbedrag, zeker voor grote distributeurs waar vele duizenden kratten per dag vertrekken en binnenkomen.

Het bepalen door een distributeur of verkoper van een aan te rekenen statiegeldbedrag is in de praktijk goed mogelijk door, op basis van geautomatiseerde orderpickingssystemen of handmatig, bij te houden hoeveel en welke type kratten voor het klaarmaken van een bepaalde bestelling nodig zijn en/of gebruikt zijn.

Vooral het terugnemen van lege kratten is echter een probleem. Hierbij moet oftewel grotendeels op basis van vertrouwen in de correctheid en volledigheid van door een andere partij aangeleverde gegevens gewerkt worden, oftewel veel tijd gestoken worden in het tellen van de lege kratten.

Dit wordt nog bemoeilijkt door het feit dat er verschillende types van kratten zijn, zoals bovenstaand uitgelegd bijvoorbeeld verschillend in hoogte en/of in kleur, die voor een distributiefirma een bepaalde betekenis kan hebben, bijvoorbeeld met betrekking tot het type product dat erin verpakt wordt of de afdeling die ermee werkt, terwijl voor een andere partij in de distributieketen het verschil in type irrelevant is.

Er is dus een probleem met betrekking tot het correct vaststellen van het aantal en het type van kratten die verzonden worden en vooral van die ontvangen worden.

De huidige uitvinding heeft tot doel aan het voornoemde en andere nadelen een oplossing te bieden, doordat zij voorziet in een inrichting voor het bepalen van het aantal kratten dat op een pallet geplaatst is, waarbij de inrichting minimaal twee camera's omvat voor het waarnemen van elk een andere zijkant van de combinatie van de pallet en de kratten en een aan de camera' s gekoppeld computersysteem omvat dat op basis van beeldanalyse van door de camera's waargenomen beelden van de genoemde zijkanten het aantal kratten kan bepalen.

Deze inrichting laat toe snel en gemakkelijk het aantal kratten op een pallet te bepalen. Hierbij kan het computersysteem tevens voorzien zijn van of gekoppeld zijn aan een administratiesysteem, zodat de bepaalde gegevens als basis voor andere administratieve handelingen kunnen dienen, zoals het bijhouden van voorraden of het opdracht geven tot financiële afhandeling.

In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm is de inrichting tevens een inrichting voor het identificeren en bepalen van het type van de kratten, gegroepeerd per type van het aantal van de kratten, waarbij het computersysteem op basis van beeldanalyse van door de camera's waargenomen beelden kan bepalen tot welk type een krat een krat behoort en het aantal kratten van elk type afzonderlijk kan bepalen.

Dit laat toe om verschillende types kratten te verwerken.

Hierbij wordt onder een type verstaan een groep van kratten die op basis van één of meer uiterlijk zichtbare kenmerken afwijkt van andere kratten. De kenmerken zijn hoofdzakelijk kleur en grootte, maar kunnen ook de oppervlaktestructuur, kleurpatronen of bijzondere merktekens omvatten.

In een verdere voorkeurdragende uitvoeringsvorm omvat de inrichting voorzieningen om pallets langs of door de inrichting te geleiden via een specifieke positie, welke specifieke positie geschikt is voor het verkrijgen van een goed beeld door de camera's. De genoemde voorzieningen omvatten hierbij bij voorkeur op of nabij de grond, op een afstand van elkaar, geplaatste beugels die een andere dan een gewenste beweging van een pallet blokkeren.

Hierdoor wordt de kwaliteit van de beeldopname verhoogd, en daarmee de betrouwbaarheid van de verwerking ervan. Tevens wordt voorkomen dat personen onbewust of uit kwaadwillendheid het automatisch bepalen van het aantal en type van de kratten verhinderen of bemoeilijken.

Voor een goede werking is het vanzelfsprekend noodzakelijk dat de kratten op de pallet alle minimaal één zijkant hebben die zichtbaar is, dus bijvoorbeeld vier stapels kratten op een pallet, in een 2*2 opstelling.

In een verdere voorkeurdragende uitvoeringsvorm betreft de uitvinding een laad/los-platform dat een verbinding vormt tussen een locatie waar goederen opgeslagen, geproduceerd of verwerkt worden en een voor een transportvoertuig toegankelijke ruimte, waarbij het laad/los-platform voorzien is van een inrichting zoals bovenstaand beschreven.

De uitvinding betreft verder het gebruik van een inrichting zoals bovenstaand beschreven voor het bepalen van het aantal van op een pallet geplaatste kratten.

Ook betreft de uitvinding een werkwijze om kratten op een pallet in of uit een transportvoertuig te brengen waarin de pallets via een inrichting geleid worden die door middel van beeldanalyse het aantal kratten op de pallet bepaalt.

Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, is hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, een voorkeurdragende uitvoeringsvorm beschreven van een inrichting volgens de uitvinding, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin : figuur 1 schematisch en in perspectief een inrichting volgens de werkwijze weergeeft; en figuur 2 de inrichting van figuur 1 in bovenaanzicht volgens lijn II-II weergeeft tijdens het gebruik.

De in figuren 1 en 2 getoonde inrichting 1 omvat hoofdzakelijk twee camera's 2, twee lampen 3, twee op de grond geplaatste geleidingsbeugels 4 en een computersysteem 5, waaraan de camera's 2 dataoverdragend gekoppeld zijn.

De verbindingen 6 tussen de camera's en het computersysteem zijn in stippellijnen weergegeven in figuren 1 en 2, waarbij de verbindingen 6 vanzelfsprekend niet noodzakelijk op de in de figuren aangegeven locaties liggen.

De camera's 2, lampen 3 en geleidingsbeugels 4 zijn opgesteld op een laad/losplatform 7. De camera's 2 en lampen 3 zijn hierbij elk aan een zijkant van het laad/losplatform 7 opgesteld, en naar elkaar gericht. Midden ertussen zijn de geleidingsbeugels 4 aangebracht op een zodanige onderlinge afstand positie dat een beladen pallet 8 er ruim tussendoor kan.

Het computersysteem 5 is uitgerust met beeldherkenningssoftware. Deze beeldherkenningssoftware heeft toegang tot gedigitaliseerde referentieafbeeldingen van de zijkanten van een groot aantal types en formaten van kratten 9.

De werking van de inrichting 1 is eenvoudig en als volgt.

Bij aanvang bevindt zich een pallet 8 met lege kratten 9 in een vrachtwagen 10 die zich aan het laad/losplatf orm 7 bevindt. Deze kratten 9 bevinden zich in vier stapels op de pallet 8, zodat van alle kratten 9 minimaal één zijkant zichtbaar is. Er zijn in dit voorbeeld, maar niet noodzakelijk twee verschillende formaten kratten 9, te weten hoge kratten 9A en lage kratten 9B.

De lampen 3 van de inrichting 1 zijn hierbij aan, zodat zij het laad/losplatform 7 en vooral de ruimte tussen de geleidingsbeugels 4, goed verlichten.

De pallet 8 met kratten 9 wordt uit de vrachtwagen 10 gehaald om naar een ruimte gebracht te worden van waaruit de kratten 9 verwerkt worden. Hierbij dient de persoon die de pallet 8 verplaatst, in dit voorbeeld maar niet noodzakelijk met een palletwagen, de pallet 8 tussen de geleidingsbeugels 4 door te leiden omdat deze geleidingsbeugels 4 een andere route blokkeren.

Wanneer de camera's 2 waarnemen dat een beladen pallet 8 tussen beide camera's 2 doorgeleid wordt, worden een aantal beelden van de zijkanten van de pallet 2 met de daarop geplaatste kratten 9 genomen. Dankzij de constante belichting door de lampen 3 zijn deze beelden van constante kwaliteit.

Vervolgens vergelijkt het computersysteem 2 de genomen beelden met de referentieafbeeldingen en kan op deze manier bepalen welke types en formaten van kratten 9 zich op de pallet 8 bevinden, en deze kratten 9 ook tellen, al dan niet gegroepeerd per type.

Hierbij kan de groepering van de types in het computersysteem 2 ingesteld worden, zodat verschillende types kratten 9 in eenzelfde groep geteld worden.

De werkzaamheden van de persoon die de pallet 8 uitlaadt, worden hierbij niet gestoord. Deze persoon hoeft met andere woorden geen bijzondere handelingen te doen, dus bijvoorbeeld niet de pallet 8 tot stilstand te brengen tussen de camera's 2 of de camera's 2 met een handeling te activeren.

Normaal gesproken registreren de camera's 2 ook een beeld van de persoon die de pallet verplaatst. Optioneel kunnen deze beelden worden opgeslagen, zodat een persoon gekoppeld kan worden aan een pallet 8 met kratten 9. Ook kan een aanvullende camera voorzien zijn aan het laad/losplatform 7, die een identificatieteken van de vrachtwagen 10, bijvoorbeeld een kentekenplaat, identificeert.

Dit laat toe om pallets 8 met kratten 9 te koppelen aan transporten en/of chauffeurs, zodat eventuele afwijkingen tussen werkelijke aantallen kratten 9 en verwachte aantallen kratten 9 kunnen worden besproken met een chauffeur of transportondernemer.

Het zal duidelijk zijn dat de verzameling afbeeldingen van zijkanten van kratten 9 waartoe het computersysteem 5 toegang heeft, kan worden aangepast aan de types kratten 8 · die mogelijk aanwezig kunnen zijn en gedetecteerd en/of onderscheiden dienen te worden op de locatie waar de inrichting 1 gebruikt wordt.

De referentieafbeeldingen van zijkanten van kratten 9 kunnen worden gemaakt door de betreffende kratten 9 individueel in de inrichting 1 te plaatsen en met één van de camera's 2 een referentieafbeelding te nemen. Ook kunnen referentieafbeeldingen extern gemaakt worden op een gestandaardiseerde manier en aan het computersysteem 5 beschikbaar worden gesteld.

In de bovenstaande uitvoeringsvorm wordt de aanwezigheid van een pallet 8 met kratten 9 gedetecteerd door de camera's 2. Vanzelfsprekend kunnen ook aparte detectoren aanwezig zijn, bijvoorbeeld nabij de uiteinden van de geleidingsbeugels 4, om de aanwezigheid van een pallet 8 waar te nemen en bij waarneming, zowel de lampen 3, als de camera's 2 in werking te stellen.

De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvorm, doch een inrichting en werkwijze volgens de uitvinding kunnen in allerlei vormen, afmetingen en varianten worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims (13)

1. Conclusies .

   1. - Inrichting (1) voor het bepalen van het aantal kratten (9) dat op een pallet (8) geplaatst is, waarbij de inrichting (1) minimaal twee camera's (2) omvat voor het waarnemen van elk een andere zijkant van de combinatie van de pallet (8) en de kratten (9) en een aan de camera's (2) gekoppeld computersysteem (5) omvat dat op basis van beeldanalyse van door de camera's (2) waargenomen beelden van de genoemde zijkanten het aantal kratten (9) kan bepalen.
2. 2. - Inrichting volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat het tevens een inrichting (1) is voor het identificeren van het type van de kratten (9) en het bepalen, gegroepeerd per type, van het aantal van de kratten (9), waarbij het computersysteem (5) op basis van beeldanalyse van door de camera's (2) waargenomen beelden kan bepalen tot welk type een krat (9) behoort en het aantal kratten (9) van elk type afzonderlijk kan bepalen.
3. 3. - Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat deze één of meer lichtbronnen (3) omvat voor een constante belichting van het beeldveld van de camera's (2).
4. 4. - Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat deze voorzieningen omvat om pallets (8) langs of door de inrichting te geleiden via een specifieke positie, welke specifieke positie geschikt is voor het verkrijgen van een goed beeld door de camera's (2) .
5. 5. - Inrichting volgens conclusie 4, daardoor gekenmerkt dat de genoemde voorzieningen op of nabij de grond, op een afstand van elkaar, geplaatste beugels (4) omvatten die een andere dan een gewenste beweging van een pallet (8) blokkeren.
6. 6. - Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat twee van de genoemde camera's (2) naar elkaar gericht zijn op een afstand van elkaar die groot genoeg is om een pallet (8) tussen deze camera's (2) te plaatsen.
7. 7. - Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het een inrichting is voor het bepalen van het aantal kratten (9) dat op een pallet (8) geplaatst is, waarbij het formaat en de vorm van de pallet (8) en de kratten (9) zodanig zijn dat een krat (9) niet zodanig geplaatst kan worden op de pallet (8) dat deze aan alle zijkanten omringd is door andere kratten (9).
8. 8. - Laad/los-platform (7) dat een verbinding vormt tussen een locatie waar goederen opgeslagen, geproduceerd of verwerkt worden en een voor een vrachtwagen (10) toegankelijke ruimte, waarbij het laad/los-platform (7) voorzien is van een inrichting (1) volgens één van de voorgaande conclusies.
9. 9. - Gebruik van een inrichting (1) volgens één van de conclusies 1 tot 7 voor het bepalen van het aantal van op een pallet (8) geplaatste kratten (9).
10. 10. - Gebruik volgens conclusie 9 van een inrichting volgens conclusie 2 voor het bepalen van het type van op een pallet (8) geplaatste kratten (9) en per type gegroepeerd bepalen van het aantal ervan.
11. 11. - Werkwijze om kratten (9) op een pallet (8) in een transportvoertuig (10) te brengen of daaruit te halen, daardoor gekenmerkt dat de pallets (8) via een inrichting (1) geleid worden die door middel van beeldanalyse het aantal kratten (9) op de pallet (8) bepaalt.
12. 12. - Werkwijze volgens conclusie 11, daardoor gekenmerkt dat de inrichting een inrichting volgens één van de conclusies 1 tot 7 is.
13. 13. - Werkwijze volgens conclusie 11 of 12, daardoor gekenmerkt dat de pallet (8) via een inrichting geleid wordt die door middel van beeldanalyse het type van de individuele kratten (9) bepaalt en per type gegroepeerd bepaalt hoe groot het aantal ervan is.