BE1021165B1

BE1021165B1 - Werkwijze voor het testen van een balenpers voor gebruik in de landbouw

Info

Publication number: BE1021165B1
Application number: BE2013/0760A
Authority: BE
Inventors: Dirk A.R. Vandamme
Original assignee: Cnh Industrial Belgium Nv; Cnh Belgium N.V.
Priority date: 2013-11-08
Filing date: 2013-11-08
Publication date: 2016-01-15
Also published as: US9719899B2; EP2870858A1; EP2870858B1; US20150128718A1

Abstract

Deze uitvinding heeft betrekking op het controleren van de operationele toestand van een rechthoekigebalenpers die gebruikt wordt voor het oprapen van oogstmateriaal en het vormen tot een baal, waarbij de werkwijze bestaat uit de volgende stappen: meten van de reactiekracht op de plunjer (24) of een parameter die in verband staat met de reactiekracht wanneer de plunjer zich in een positie bevindt waarbij geen compressiekracht wordt uitgeoefend op het oogstmateriaal in de balenkamer, vergelijken van de gemeten reactiekracht of parameter met een vooraf gedefinieerde referentiewaarde, en een beoordeling over de toestand van de balenpers afleiden uit die vergelijking.

Description

WERKWIJZE VOOR HET TESTEN VAN EEN BALENPERS VOOR GEBRUIK IN DE

LANDBOUW

Domein van de uitvinding

Deze uitvinding heeft betrekking op balenpersen voor gebruik in de landbouw (verder kortweg balenpers genoemd) die gebruikt worden in de landbouw voor het oprapen van oogstmateriaal zoals hooi of stro van het veld of om oogstmateriaal te ontvangen van een oogstmachine en het om te vormen tot rechthoekige balen.

Stand van de techniek

Vierkante- of rechthoekigebalenpersen verzamelen oogstmateriaal in een balenkamer waar het materiaal wordt samengedrukt door een heen-en-weer bewegende plunjer om rechthoekige balen te vormen. Wanneer een voorafbepaalde hoeveelheid gewassen in de balenkamer werd verzameld en door de plunjer is samengedrukt, wordt een bindmechanisme geactiveerd om een afzonderlijk geknoopte baal te vormen, die nadien naar voren gedrukt wordt door de voortgezette actie van de plunjer.

De compressiekracht die wordt uitgeoefend door de plunjer op de gewassen in de balenkamer wordt gemeten door een belastingssensor. De meting kan gebruikt worden om de werking van de plunjer te controleren en gewoonlijk ook om te dienen als ingangssignaal voor de regeling van een beweegbare wand van de balenkamer. Door beweging van de wand kan de compressiekracht verhoogd of verlaagd worden in reactie op het uitgangssignaal van de belastingssensor. Octrooiaanvraag EP-A-1066748 toont een sensoropstelling die in veel hedendaagse balenpersen voorkomt. Andere types belastingssensors bevatten rekstrookjes die rechtstreeks op de aandrijfas van het plunjermechanisme worden geplaatst.

Ongeacht het type belastingssensor dat wordt gebruikt, hangt de juiste werking van de balenpers af van de nauwkeurigheid van de belastingsmeting. Afwijking van een correcte belastingsmeting kan te wijten zijn aan defecten in de sensors zelf of aan defecten of slijtage van het balenpersmechanisme op zich. In de huidige machines is een slechte werking van het hierboven beschreven type moeilijk te detecteren, zodat een suboptimale werking van de balenpers gedurende een lange periode ongemerkt kan doorgaan.

Samenvatting van de uitvinding

De uitvinding heeft betrekking op een balenpers en een werkwijze voor het testen van een balenpers zoals beschreven in de bijgevoegde conclusies. Deze uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het controleren van de operationele toestand van een rechthoekigebalenpers die gebruikt wordt voor het oprapen van oogstmateri-aal en het vormen tot een rechthoekige baal, waarbij de balenpers een balenkamer bevat die uitgerust is met een heen-en-weer bewegende plunjer die aangedreven wordt door een mechanisme dat een krukas en één of meer verbindingsstangen bevat om oogstmateriaal in een rechthoekig gevormde baal om te vormen, waarbij de plunjer tussen een volledig ingetrokken positie en een volledig uitgeschoven positie beweegt, en waarbij de balenpers verder uitgerust is met een belastingssensor die geschikt is om de reactiekracht op de plunjer te bepalen wanneer de plunjer gewassen in de balenkamer samenperst, en waarbij de werkwijze bestaat uit de volgende stappen (uitgevoerd tijdens het werken van de balenpers met een bepaalde snelheid van de krukas): het meten van de reactiekracht op de plunjer of een parameter die in verband staat met de reactiekracht, wanneer de plunjer zich in een positie bevindt waarbij geen compressiekracht wordt uitgeoefend op het oogstmateriaal in de balenkamer, het vergelijken van de gemeten reactiekracht of de parameter met een vooraf gedefinieerde referentiewaarde, en het uit die vergelijking afleiden van een beoordeling over de toestand van de balenpers. De uitvinding heeft eveneens betrekking op een balenpers die uitgerust is met een middel om de werkwijze volgens de uitvinding uit te voeren op een computerprogramma dat als functie heeft een processor ertoe te brengen de werkwijze volgens de uitvinding uit te voeren en op een besturingseenheid die uitgerust is met een middel om de werkwijze uit te voeren.

Korte beschrijving van de figuren

Figuur 1 toont een zijaanzicht van een balenpers zoals bekend volgens de stand van de techniek.

Figuur 2 illustreert de metingen van een belastingssensor op basis waarvan de toestand van de balenpers getest kan worden door het toepassen van de werkwijze volgens de uitvinding.

Gedetailleerde beschrijving van voorkeursuitvoeringsvormen van de uitvinding

Voorkeursuitvoeringsvormen zullen nu beschreven worden met verwijzing naar de tekeningen. De gedetailleerde beschrijving beperkt de reikwijdte van de uitvinding niet, die alleen gedefinieerd wordt door de bijgevoegde conclusies.

Figuur 1 toont de balenpers die beschreven is in octrooiaanvraag EP-A-1066748 op basis waarvan de uitvinding wordt uitgelegd, hoewel de uitvinding echter niet beperkt is tot deze bepaalde balenpers. De balenpers 10 die weergegeven is in Figuur 1 bevat een hoofdframe 11 dat uitgerust is met een zich naar voren uitstrekkende dissel 12 die aangebracht is aan het voorste uiteinde ervan meteen (niet weergegeven) koppeling om de balenpers 10 aan een slepende trekker te koppelen. Een op-raapgeheel 14 tilt in zwaden gelegd oogstmateriaal van het veld op wanneer de balenpers 10 erover wordt gereden en levert dit materiaal af aan het voorste uiteinde van een achterwaarts en omhoog gekromde, ladingvormende invoerkoker 16. De koker 16 communiceert aan zijn bovenste uiteinde met een zich van voor naar achter uitstrekkende balenkamer 18 waaraan ladingen gewas worden toegevoerd door een cyclisch werkend vullermechanisme 20. Een continu werkend persmechanisme 22 onderaan aan het voorste uiteinde van de invoerkoker 16 voert voortdurend materiaal toe aan en perst het samen in de koker 16 om ladingen oogstmateriaal de inwendige configuratie van de koker 16 aan te laten nemen vooraleer periodiek gegrepen te worden door de vuiler 20 en in de balenkamer 18 omhoog gevoerd te worden. Elke actie van de vuiler 20 voert een "lading" of "plak" oogstmateriaal uit de koker 16 aan de kamer 18 toe.

Een plunjer 24 gaat vooruit en achteruit heen en weer binnen in de balenkamer 18 onder invloed van een paarverbindingsstangen 25 die verbonden zijn met de krukarmen 26 van een tandwielkast 27 die aangedreven wordt door een transmissieas 29 die verbonden is met de aftakas van de trekker. De heen en weer bewegende plunjer 24 drukt elke nieuwe ingevoerde lading in de balenkamer 18 achterwaarts en vormt de volgende ladingen om tot een parallellepipedumvormig pakket oogstmateriaal dat gedwongen wordt door dezelfde actie van de plunjer 24 naar een helemaal achteraan gelegen uitloopopening 28 van de kamer.

De balenkamer 18 bevat minstens één beweegbaar wanddeel 30 waarvan de positie afgeregeld kan worden om de dwarsdoorsnede van de opening 28 te veranderen. De vermindering van deze dwarsdoorsnede zal de weerstand ten opzichte van de achterwaartse beweging van het gewaspakket verhogen en dus ook de densiteit van het oogstmateriaal dat zich erin bevindt. Op vergelijkbare wijze zal een vergroting van de dwarssectie de weerstand naar achteren en dus eveneens de densiteit van de pas gevormde pakketten verkleinen. De positie van het wandgedeelte 30 wordt bestuurd door een actuatormiddel dat bestaat uit een paar hydraulische cilinders 31 (waarvan slechts één is weergegeven in Figuur 1) dat aangebracht is tussen frame 11 en wanddeel 30.

De tandwielkast 27 is onderaan met een stel bouten 36 aan het hoofdframe 11 bevestigd. Het bovenste deel van de tandwielkast wordt op zijn plaats gehouden door een stangen- en sensorgeheel 38, bestaande uit een penvormige belastingssensor 40 die geconfigureerd is om de reactiekrachten van het oogstmateriaal op de plunjer 24 te meten. De sensor is aangebracht in een mechanisme dat gebruik maakt van een hefboom 41 en geconfigureerd is om de effecten van dwarse of opwaartse trillingen van de tandwielkast op de sensor te minimaliseren.

Deze uitvinding is gebaseerd op de bevinding dat een bepaalde meting door de belastingssensor 40 representatief is voor de operationele toestand van de balenpers, d.w.z. dat deze meting in staat is om een indicatie te geven van het feit of balenpers werkt volgens de vereiste voorwaarden en niet beschadigd is door slijtage of defecten (op voorwaarde dat de sensor zelf niet defect is). Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm is deze meting een meting door de belastingssensor op het punt van de be-wegingscyclus van de plunjer waarop de plunjer naar de volledig ingetrokken positie terugkeert, vooraleer naar de uitloopopening 28 te bewegen. Op dit verste punt wordt door de plunjer geen compressiekracht uitgeoefend en de enige kracht die geregistreerd wordt door de belastingssensor is de reactiekracht die nodig is om de inertie van de plunjer te overwinnen wanneer die tot stilstand komt in de volledig ingetrokken positie van zijn cyclus. Deze reactiekracht is een uitstekende parameter voor het beoordelen van de operationele toestand van de balenpers. Deze meting kan uitgevoerd worden wanneer de balenkamer leeg is of tijdens het met oogstmateriaal vullen van de balenkamer, dus tijdens de normale werking van de balenpers. In de volledig ingetrokken positie van de plunjer wordt door de plunjer geen compressiekracht uitgeoefend op oogstmateriaal in de kamer, ongeacht of er al dan niet oogstmateriaal in de kamer aanwezig is. Volgens een andere uitvoeringsvorm wordt de meting door de belastingssensor uitgevoerd wanneer de plunjer zich in de volledig uitgeschoven positie bevindt, die eveneens een goede aanwijzing geeft voor de operationele toestand van de balenpers. Deze laatste meting kan echter enkel gebeuren wanneerde balenkamer leeg is, aangezien de reactiekracht anders in de volledig uitgeschoven positie hoofdzakelijk bepaald wordt door de compressiekracht die door de plunjer op de gewassen wordt uitgeoefend. In het algemeen kan de meting van de reactiekracht op de plunjer met de werkwijze volgens de uitvinding plaats vinden in eender welke positie van de plunjer waarop de plunjer geen compressiekracht op de gewassen uitoefent. Bij voorkeur is dit ofwel in de volledig ingetrokken of in de volledig uitgeschoven positie van de plunjer, maar de meting zou bijvoorbeeld uitgevoerd worden kunnen een paar graden voordat of nadat een van deze ultieme punten wordt bereikt.

De werkwijze volgens de uitvinding bestaat dus uit de volgende stappen, die uitgevoerd worden terwijl de balenpers met een bepaalde snelheid van de krukas 26 werkt (die verkregen wordt bij een bepaalde snelheid van de aftakas en rekening houdend met de overbrengingsverhouding van de tandwielkast 27): • het bepalen van de reactiekracht op de plunjer of een parameter die in verband staat met de reactiekracht wanneer de plunjer zich in een positie bevindt waarin hij geen compressiekracht uitoefent op gewassen in de balenkamer, bij voorkeur in de volledig ingetrokken positie en/of de volledig uitgeschoven positie van de plunjer; • het vergelijken van de gemeten reactiekracht of de bepaalde parameter met een vooraf gedefinieerde referentiewaarde, en • het afleiden uit die vergelijking van een beoordeling van de toestand van de balenpers.

Het referentieniveau kan gemeten worden met de heen-en-weer bewegende plunjer in een lege balenkamer bij een vooraf gedefinieerde snelheid van de aftakas, alvorens de balenpers voor het eerst in bedrijf wordt genomen. Tijdens de levensduur van de balenpers maakt de meting volgens de uitvinding, bij voorkeur bij dezelfde snelheid als de referentiemeting, een gemakkelijke controle van de operationele toestand van de balenpers mogelijk. Bij voorkeur wordt de werkwijze toegepast op regelmatige intervallen wanneer de balenkamer leeg is, hoewel, zoals opgemerkt, de meting uitgevoerd kan worden in of in de buurt van de volledig ingetrokken positie, ook tijdens een normale vulbewerking. Volgens een uitvoeringsvorm zouden referentieniveaus verschaft kunnen worden voor een groot aantal snelheden van de aftakas, zodat de werkwijze bij een van deze snelheden kan worden uitgevoerd tijdens een normale vulbewerking of tijdens een bewust uitgevoerde testprocedure, met lege balenkamer. De werkwijze kan automatisch uitgevoerd worden bij de inbedrijfstelling of tussen oogsttaken door en/of tijdens de normale werking van de balenpers.

Figuur 2 toont een meting van de kracht door de belastingssensor 40, tijdens een op toeren komen van o tot 1000 t/min van de aftakas, terwijl de balenkamer leeg is. Dit uit zich in een aantal heen-en-weer-gaande bewegingen per minuut van de plunjer, die gedetecteerd worden door de belastingssensor in de vorm van een regelmatig patroon van krachtpieken 100, die zich aan weerszijden van het nulbelastingsni-veau uitstrekken. De negatieve pieken komen overeen met de volledig ingetrokken positie van de plunjer, terwijl de positieve pieken overeenkomen met de volledig uitgeschoven positie van de plunjer. De amplitude van de krachtpieken is afhankelijk van de snelheid van de aftakas en blijft constant wanneer de snelheid van de aftakas constant met 1000 t/min draait. De absolute waarde van de negatieve of positieve pieken stelt de reactiekracht voor op de plunjer wanneer de plunjer volledig ingetrokken of volledig uitschoven is tijdens zijn heen-en-weergaande beweging. Zoals gemeld, is deze reactiekracht een nuttige parameter voor het beoordelen van de operationele toestand van de balenpers. Deze parameter of een parameter die er rechtstreeks mee in verband staat, kan bewaakt en vergeleken worden met een referentieniveau, bijvoorbeeld bij elke inbedrijfstelling van de machine ofwel voortdurend ofwel op regelmatige intervallen tijdens de normale werking. De gecontroleerde parameter kan bijvoorbeeld het RMS-niveau ïoi/ioi' zijn van de negatieve of positieve pieken, het gemiddelde over een bepaald aantal cycli van de absolute waarden 102/102' van de negatieve of positieve pieken of dergelijke waarden die niet afgeleid zijn van de krachtenkromme maar van een spanningskromme die verkregen wordt van het uitgangssignaal van de belastingssensor. Wanneer de gecontroleerde parameter meer dan een bepaald percentage van de referentie veiligheidswaarde afwijkt, kan de machine gestopt en nagezien worden. Afwijkingen van de referentie kunnen ook te wijten zijn aan slechte werking van de belastingssensor zelf. De machine-inspectie moet daarom beginnen met een inspectie of test van de belastingssensor zelf.

De vaststelling van de "volledig ingetrokken" en "volledig uitgeschoven" posities van de plunjer kan gebaseerd zijn op de krachtmeting zelf, wanneer de krachtenkromme is zoals getoond in Figuur 2, dus een regelmatig patroon van positieve en negatieve pieken. Als het krachtenprofiel echter minder regelmatig is wegens het verschijnen van andere reactiekrachten tijdens de meting (bv. wegens de beweging van de balenpers wanneer die over een veld rijdt), kan het vereist zijn om de volledig ingetrokken en volledig uitgeschoven positie op een andere manier te bepalen. Dit kan gebeuren door een radiaal positiesignaal op de krukas te gebruiken. De meeste balenpersen die vandaag in gebruik zijn, zijn uitgerust met een encoder op de krukas om de positie van de krukas te bepalen in functie van de tijd. De encoderimpuls die overeenkomt met de volledig ingetrokken en uitgeschoven posities kan bepaald worden wanneer de balenpers voor het eerst in dienst wordt genomen en deze impulsen kunnen geprogrammeerd worden om de krachtmetingen volgens de werkwijze volgens de uitvinding te starten. Een gekende referentie-impuls kan bijvoorbeeld gebruikt worden om de respectieve impulsen te lokaliseren. Bijvoorbeeld is er in sommige balenpersen een bekend aantal krukasgraden tussen de "resetdeurtoevoersysteem"-impuls en de plunjerposities "volledig ingetrokken" en "volledig uitgeschoven". Wanneer het krachtenprofiel geen regelmatig patroon is zoals dat wat weergegeven is in Figuur 2, is alleen de absolute waarde van de gemeten kracht of van de parameter die ermee in verband staat, nuttig als basis voor het bepalen van de toestand van de balenpers (geen RMS-waarde bijvoorbeeld).

De uitvinding is van toepassing op elk type rechthoekigebalenpers die uitgerust is meteen geschikt type belastingssensor. De balenpers kan bijvoorbeeld in plaats van het sensorgeheel 38 van Figuur 1 uitgerust zijn met rekstrookjes die geconfigureerd zijn om een belastingsprofiel te meten dat rechtstreeks in verband staat met de reactiekracht van de plunjer. De rekstrookjes die aangebracht zijn op de verbindings-stangen 25 zijn voor dit doel geschikt.

De uitvinding is bijzonder nuttig wanneer de verbindingsstangen aangebracht zijn onder een bepaalde mate van voorspanning in de overlangse richting van de verbindingsstangen. Dat kan het geval zijn wanneer de verbindingsstangen verbonden zijn met de verbindingselementen van het krukasmechanisme d.m.v. bouten die over de volle lengte van de verbindingsstangen lopen en daarbij de verbindingsstangen tussen spanning aanbrengende elementen houden die bevestigd zijn aan het verbindingselement van het krukmechanisme. Het gebruik van rekstrookjes die bevestigd zijn aan dit type verbindingsstangen werd tot dus ver als ongeschikt beschouwd, aangezien de voorspanning in de verbindingsstangen een zorgvuldige kalibratie vereist van de strookjes voor elke machine om de onbelaste toestand in te kunnen stellen. In een balenpers die uitgerust is met dergelijke strookjes op de voorgespannen verbindingsstangen, en die verder uitgerust is met de noodzakelijke middelen voor het uitvoeren van de werkwijze volgens de uitvinding, is dit probleem opgelost: een meting van het belastingsniveau met een lege balenkamer kan uitgevoerd worden alvorens de machine effectief in dienst wordt genomen. Het resultaat is een kromme zoals die welke getoond is in Figuur 2, maar met de positieve pieken niet aan weerszijden van het nulbelastingsniveau, maar aan weerszijden van een verschuivingswaarde (offset). Deze verschuivingswaarde (offset) kan gebruikt worden om het nulbelastingsniveau van het rekstrookje te bepalen.

De werkwijze volgens de uitvinding kan in de praktijk gebracht worden in de vorm van een softwaretoepassing die ingebouwd kan worden in de bestaande software aan boord van rechthoekigebalenpersen die bekend zijn volgens de stand van de techniek. De software kan routines bevatten om de werkwijze volgens de uitvinding ten gepaste tijde manueel uit te voeren tijdens het werken met de balenpers en/of om de werkwijze op voorafbepaalde tijden tijdens de werking van de balenpers automatisch uit te voeren, bijvoorbeeld vóór elke inbedrijfstelling. De uitvinding heeft dus te maken met een computerprogramma dat doeltreffend is om een processor de werkwijze volgens de uitvinding te laten uitvoeren wanneer het programma op een computer draait. Een dergelijke computer kan typisch een onderdeel zijn van de besturingseenheid van een rechthoekigebalenpers. De uitvinding heeft daarom ook betrekking op een besturingseenheid en een rechthoekigebalenpers die uitgerust zijn met een dergelijke besturingseenheid, of, meer in het algemeen, op een balenpers die uitgerust is met een middel voor het uitvoeren van de werkwijze volgens de uitvinding, bijvoorbeeld uitgerust met een softwaretoepassing zoals hierboven beschreven.

Claims

Conclusies

1. Werkwijze voor het controleren van de operationele toestand van een rechthoekigebalenpers voor gebruik in de landbouw (10), waarbij de balenpers een balenkamer (18) bevat die uitgerust is met een heen-en-weer bewegende plunjer (24) die aangedreven wordt door een mechanisme dat een krukas (26) en één of meer verbindingsstangen (25) bevat om oogstmateriaal in een rechthoekig gevormde baal om te vormen, waarbij de plunjer tussen een volledig ingetrokken positie en een volledig uitgeschoven positie beweegt en waarbij de balenpers verder uitgerust is met een belastingssensor (40) die geschikt is om de reactiekracht op de plunjer te bepalen wanneer de plunjer gewassen in de balenkamer (18) samenperst, waarbij de werkwijze bestaat uit de volgende stappen die uitgevoerd worden terwijl de balenpers met een gegeven krukassnelheid werkt: • het meten van de reactiekracht op de plunjer (24) of een parameter die in verband staat met de reactiekracht wanneer de plunjer zich in een positie bevindt waarbij geen compressiekracht wordt uitgeoefend op het oogstmateriaal in de balenkamer; • het vergelijken van de gemeten reactiekracht of de parameter met een vooraf gedefinieerde referentiewaarde; en • het afleiden van de operationele toestand uit de vergeleken gemeten reactiekracht of parameter.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de stappen van de werkwijze worden uitgevoerd wanneer de balenkamer leeg is.
3. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de stappen van de werkwijze uitgevoerd worden terwijl de balenkamer minstens gedeeltelijk met oogstmateriaal gevuld is.
4- Werkwijze volgens een of meerdere van conclusies 1 tot 3, met het kenmerk dat de meetstap wordt uitgevoerd wanneer de plunjer zich in de volledig ingetrokken positie bevindt.
5. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk dat de meetstap wordt uitgevoerd wanneer de plunjer zich in de volledig uitgeschoven positie bevindt.
6. Werkwijze volgens een of meerdere van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de stappen van de werkwijze automatisch worden uitgevoerd.
7. Werkwijze volgens een of meerdere van de voorgaande conclusies, met het kenmerk de belastingssensor één of meer rekstrookjes bevat die bevestigd zijn aan een voorgespannen verbindingsstang (25).
8. Werkwijze volgens een of meerdere van conclusies 1 tot 6, met het kenmerk dat de belastingssensor een belastingssensor is in de vorm van een pen (40), die aangebracht in een mechanisme dat een hefboom bevat (41), en dat geconfigureerd is om de effecten van dwarse of opwaartse trillingen van de tandwielkast op de sensor te minimaliseren.
9. Werkwijze volgens een of meerdere van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de werkwijze uitgevoerd wordt bij meerdere plunjersnelheden van de balenpers, en waarbij meerdere vooraf gedefinieerde referentiewaarden worden toegepast in overeenstemming met meerdere snelheden.
10. Rechthoekigebalenpers voor gebruik in de landbouw (10) die een balenkamer bevat (18) die uitgerust is met een heen-en-weer bewegende plunjer (24) die aangedreven wordt door een mechanisme dat bestaat uit een krukas (26) en één of meer verbindingsstangen (25) die verbonden zijn met de plunjer, om oogstmateriaal in een rechthoekig gevormde baal om te vormen, waarbij de plunjer (24) beweegbaar is tussen een volledig ingetrokken positie en een volledig uitgeschoven positie en waarbij de balenpers (10) verder uitgerust is met een belastingssensor (40) die geschikt is om de reactiekracht op de plunjer (24) te bepalen wanneer de plunjer (24) gewassen in de balen kamer samenperst, met het kenmerk dat de balenpers (10) uitgerust is met middelen om de volgende stappen uit te voeren terwijl balenpers met een bepaalde krukassnelheid werkt: • het meten van de reactiekracht op de plunjer (24) of een parameter die in verband staat met de reactiekracht, wanneer de plunjer zich in de volledig ingetrokken of de volledig uitgeschoven positie bevindt; • het vergelijken van de gemeten reactiekracht of de parameter met een vooraf gedefinieerde referentiewaarde; en • het bepalen van de operationele toestand uit de gemeten reactiekracht of parameter.
11. Balenpers volgens conclusie io, met het kenmerk dat de belastingssensor één of meer rekstrookje bevat die bevestigd zijn aan één of meerdere verbindings-stangen, die voorgespannen verbindingsstangen zijn.
12. Computerprogramma dat als functie heeft een processor ertoe te brengen de werkwijze volgens een of meerdere van de conclusies 1 tot 9 uit te voeren.
13. Besturingseenheid vooreen rechthoekige balenpers, waarbij de balenpers een balenkamer (18) bevat die uitgerust is met een heen-en-weer bewegende plunjer (24) die aangedreven wordt door een mechanisme dat een krukas (26) en één of meer verbindingsstangen (25) bevat, om oogstmateriaal in een rechthoekig gevormde baal om te vormen, waarbij de plunjer tussen een volledig ingetrokken positie en een volledig uitgeschoven positie beweegt en waarbij de balenpers verder uitgerust is met een belastingssensor (40) die geschikt is om de reactiekracht op de plunjer te bepalen wanneer de plunjer gewassen in de balenkamer (18) samenperst, waarbij de besturingseenheid uitgerust is met een middel voor het uitvoeren van de werkwijze die uit de volgende stappen bestaat die uitgevoerd worden terwijl de balenpers met een bepaalde krukassnelheid werkt: • het meten van de reactiekracht op de plunjer (24) of een parameter die in verband staat met de reactiekracht, wanneer de plunjer zich in een positie bevindt waarbij geen compressiekracht wordt uitgeoefend op het oogstmateriaal; • het vergelijken van de gemeten reactiekracht of de parameter met een vooraf gedefinieerde referentiewaarde; en • het bepalen van de operationele toestand uit de gemeten reactiekracht of parameter.