BE1019689A3 - Nagelinrichting geschikt voor compressie en/of verlening of transport van botsegmenten. - Google Patents

Abstract

De uitvinding heeft betrekking op een nagelinrichting (35) voor het verhelpen van botdefecten, geschikt om te worden bevestigd aan twee hoofdbotfragmenten (36,37) en zich uitstrekkend door het botdefect heen, waarbij de lengte van de inrichting tussen de hoofdbotfragmenten (36,37) op een hydraulisch wijze progressief kan toenemen, waardoor er botweefsel in de hierdoor veroorzaakte tussenruimte kan ontstaan, waarbij de compresie-distractie nagelinrichting (35) omvat: een proximaal einddeel (40) voorzien van proximale vergrendelingsopeningen (4,5) en een hydraulisch werkzame actuator (2) een distaal einddeel (41) voorzien van een uitschuifbare nagel of staaf (8), welke nagel (8) voorzien is van distale vergrendelingsopeningen (9), en een zich hiertussen uitstrekkende dubbel cilindrisch huis (38) waarin centraal de nagel (8) uitschuifbaar is opgenomen en, waarbij een flexibele aanvoerbuis (1) voor de aanvoer van een hydraulische vloeistof afneembaar verbonden is aan de hydraulisch werkzame actuator.

Description

Nagelinrichting geschikt voor compressie en/of verlening of transport van botsegmenten

Situering van de uitvinding

De uitvinding heeft betrekking op een nagelinrichting voor het verhelpen van botdefecten. De nagelinrichting is geschikt om te worden bevestigd doorheen een pijpbeen aan twee hoofdbotfragmenten en zich uitstrekkend doorheen het botdefect, waarbij de lengte van de inrichting tussen de hoofdbotfragmenten op een hydraulisch wijze progressief eerst kan afnemen, en waar nodig vervolgens kan toenemen waardoor er botweefsel in de hierdoor veroorzaakte tussenruimtes kan ontstaan en tot bot kan aangroeien. De nagelinrichting volgens de uitvinding kan worden uitgevoerd voor gecombineerd compressie/distractie, voor compressie alleen of als transportnagel voor het transport van een intermediair botsegment.

Achtergrond en stand der techniek

In de stand der techniek zijn er botdistractors, of ook nog in de Engelstalige literatuur een lengthening nails genoemd, bekend. Nagelinrichtingen die zowel compressie alsook verlening bewerkstelligen zijn slecht bekend uit de externe ring fixator van Gavriil A. Ilizarov US 4 615 338.

De uitvinding betreft een medisch hulpmiddel om een segment humaan bot en wekedelen te verplaatsen. Door deze verplaatsing ontstaat er eerst compressie ter hoogte van de botbreuk. Na de compressie kan dezelfde inrichting een distractie uitvoeren, om een eventuele verkorting van het been , opgetreden door de compressie te compenseren.

Een uit Folia Traumatologica Lovaniensia 2007, "The hydraulic lengthening nail for lengthening the lower limb. A prospective cohort trial of thirty-four nails” ISBN 90807978 p.74-82 gekende nagelinrichting omvat een proximaal einde voorzien van proximale vergrendelingsopeningen, een hydraulisch werkzame actuator, en een distaai einde voorzien van een uitschuifbare nagel of staaf, welke nagel voorzien is van distale vergrendelingsopeningen. De vergrendelingsopeningen zijn geschikt voor het opnemen van overeenkomstige schroeven waardoor het proximale deel van de inrichting aan een proximaal hoofdbotfragment wordt bevestigd en overeenkomstig het distale deel van de nagel aan het distale hoofdbotfragment. De nagel is axiaal uitschuifbaar opgenomen in een cilindrisch huis middels een hydraulisch systeem. Na het aanbrengen van de inrichting wordt elke dag, via de aansluiting van een externe handpomp, eenmalig de druk in het cilindrische huis verhoogd. Deze drukverhoging duwt de onderste nagel.naar beneden. Wanneer deze verschuiving traag gebeurt (0.5 tot 1.3 mm/ 24h), groeit er spontaan botweefsel in de distractieruimte, waardoor het mogelijk is een bot tot 8 cm te verlengen.

De nadelen van deze bekende nagel zijn talrijk. De aanvoer van de hydraulische vloeistof vindt plaats middels een stijf metalen aanvoerbuis, welke radiaal zijdelings gekoppeld ligt aan de actuator. Dit geeft afdichtingproblemen en verhoogt het infectierisico. Bovendien is er een gebrek aan rotatie- en axiale bewegingsstabiliteit van de nagel t.o.v. het cilindrische huis. Deze bekende inrichting wordt in een gewenste eindpositie van de staaf gefixeerd doordat talrijke boringen in de nagel zijn voorzien, waardoor zijn mechanische sterkte aanzienlijk wordt verzwakt.

Daarnaast zijn er actueel zijn nog drie systemen wereldwijd van toepassing: a) de ring fixator van Gavriil A. Ilizarov US patent No. 4 615 338, b) de mechanische verlengingsnagel van J.M. Guichet (ook Albizzia nagel genoemd) WO 200404531, Grammont Paul CA 1335952, Alexander Bliskunov US patent No 7 530 981 , J. Dean Cole (ook ISKD nagel genoemd) US patent No. 7 018 380 en 7 041 104 en c) de elektromotorische verlengingsnagel van A. Betz (ook fitbone genoemd) uit US patent No.6 245 075.

Bij Ilizarov, welke inrichting ook voor compressie en distractie kan worden aangewend, wordt het lidmaat gefixeerd door middel van verschillende ringen die met het bot verbonden zij middels dunne metalen pennen. Om de stabiliteit van de constructie te waarborgen, worden deze metalen pennen op spanning gebracht (100 kg). Per ring zijn twee metalen pennen nodig die dwars door het lidmaat worden geboord. Het bot wordt verlengd door middel van uitwendige draadstangen. Door enkele moeren op de draadstang te verplaatsen kan men de ringen uit elkaar of dichterbij brengen. Het voordeel van deze techniek is zijn reproduceerbaarheid en robuustheid. Nadeel is echter de patiëntonvriendelijkheid en het complicatiepercentage dat kan oplopen tot 79 %. De belangrijkste complicaties zijn a) pijn tijdens de verlenging doordat de metalen pennen door de huid snijden om distractie tussen de ringen toe te laten, b) Infecties van de huid door het langdurige contact met de huid, c) verbuiging van het bot doordat het nieuw gevormde bot niet steeds van goede kwaliteit is en verbuiging van het lidmaat kan geïnduceerd worden, d) psychische problemen bij langdurige aanwezigheid van een uitwendig metalen kader op arm of been.

Bij de mechanische verlengingsnagels dient het lidmaat dagelijks 54 maal gedraaid te worden om zo het dubbel tandwielsysteem in de nagel te activeren. Bij de Albizzia nagel dient men het geopereerde bot tot 20° te draaien alvorens het tandwielsysteem wordt geactiveerd. Bij de ISKD nagel is deze torsie teruggebracht tot 3 °. Voordeel van de mechanische systemen is dat het geheel in de patiënt wordt ingebouwd, wat de kans op infecties zou verminderen. Nadeel bij de Albizzia nagel is de grote draaihoek die nodig is om het tandwielsysteem te activeren. Dit laatste vermindert aanzienlijk het comfort voor de patiënt. Bij de ISKD nagel is de draaihoek kleiner (3°), maar geeft als specifiek nadeel dat de voorgeprogrammeerde nagel op hol kan slaan. Met een plotse verlenging van meerdere centimeters op één dag tot gevolg. Deze plotse verlenging van het lidmaat kan verlamming, weefselnecrose en vertraagde botheling veroorzaken. Beide nagels hebben als nadeel dat ze recht zijn wat het inbrengen in een ,van nature, gebogen bot, bemoeilijkt.

De elektromotorische nagel (ook fitbone genoemd) deelt het voordeel met de mechanische verlengingspen, dat het volledig inwendig geplaatst kan worden. Als belangrijk nadeel wordt roest en terugtreding van de verlenging genoteerd. Dit roesten gaf in enkele gevallen aanleiding tot pseudotumoren.

Wetenschappelijke en experimentele implantaten werden ook beschreven door Götz & Schellmann maar nooit in praktijk gebracht in Continuous lengthening ofthefemur with intramedullary stabilisation". Archiv. Orthopädische Unfall-Chirurgie 82:305-310, J.F. Bergmann Publishing. Munich (1975).

De uitvinding beoogt alvast ten dele deze nadelen op te heffen en verschaft hiervoor een inrichting volgens conclusie 1. Voorkeursvormen worden in de volgconclusies verduidelijkt.

De nagelinrichting volgens de uitvinding kan voor gecombineerd compressie -distractie, voor compressie enkel of als een transportnagel werkzaam zijn. Afhankelijk van de lengte van een gleuf in het midden deel van de inrichting en de daartoe aangepaste lengte van een stamper/zuiger enerzijds en de positie van een transport of compressie schroef anderzijds kan de inrichting zijn geschikte functie in werkzame toestand uitoefenen.

Korte beschrijving van de illustraties

In de figuren 1- 7 zijn voorkeursuitvoeringsvormen weergeven van gecomineerde compressie-distractie nagelinrichtingen volgens de uitvinding, waarin dwarsdoornede aanzichten in de lengterichten tonen in:

Fig. la en Fig. lb een compressie-distractie nagelinrichting in een pijpbeen en de compresie-distractie nagelinrichting als zodanig,

Fig.2 het proximale deel van de compressie-distractie nagelinrichting van Fig.l. aansluitend op een drukkameren zuiger,

Fig.3 een compressie systeem in het middeldeel van de inrichting van Fig 1 waarbij eerst de compressie van uitschuifbare nagel t.o.v. de cilindrische behuizing wordt verkregen,

Fig. 4 het distale einde van de inrichting van Fig. 1. voorzien van een verlengstuk, en van een anti-rotatiesysteem, en

Fig. 5 het distaai einde van de compressie-distractie nagel.

Fig. 6a, Fig. 6b en figuren 7-9 zijn soortgelijke aanzichten als in de figuren Fig. la, Fig. lb en Fig. 2-4 en tonen een voorkeursvorm van een compressie nagelinrichting volgens de uitvinding, en

Fig. 10a, Fig. 10b en figuren 11-14 zijn soortgelijke aanzichten als in de figuren Fig. la, Fig. lb en Fig. 2-5 en tonen een voorkeursvorm van een transport nagelinrichting volgens de uitvinding.

Gedetailleerde beschrijving van deze uitvinding

Met betrekking tot de nagelinrichting als een compressie distratie nagelinrichting verwijzen we naar de figuren 1-7.

Een compressie-distractie nagelinrichting 35 volgens de uitvinding is geschikt voor het verhelpen van botdefecten. De inrichting 35 wordt hiervoor normaliter aangebracht in een pijpbeen 39 en bevestigd aan twee hoofdbotfragmenten (proximaal 36 en distaai 37). De inrichting strekt zich uit over het botdefect of de botbreuk heen. De lengte tussen de hoofdbotfragmenten neemt eerst progressief af, doordat hydraulisch de nagel 8 in de behuizing 38 teruggebracht middels afsteunig op een tijdelijk-tijdens de compressie, aangebrachte schroef, de compressieschroef 33. De compressie schroef 33 bevindt zich in een botfragment en doorheen de nagelinrichting 35. De compressieschroef 33 ligt gehuisvest in een gleuf 32 in de lengterichting van de inrichting. De lengte van de gleuf 32 bepaald de maximale lengte van de compressie. Na de compressie wordt de compressie schroef 33 verwijderd en kan de distractie plaatsvinden tussen de schroeven 31. Wanneer dit geleidelijk verloopt, kan er telkens nieuw botweefsel in de hierdoor veroorzaakte tussenruimte aangroeien. Het spreekt voor zich dat compressie en distractie op verschillende breukvlakken kan plaatsgrijpen. Zo is het soms voordelig om na de compressie een vers breukvlak aan te brengen (bv. in een gezond botsegment) alvorens de distractie of de verlening plaatsvindt. De compressie-distractie nagelinrichting 35 omvat een proximaal einddeel 40 voorzien van proximale vergrendelingsopeningen 4, 5, een hydraulisch werkzame actuator 2 in de vloeistofdoorvoer 3. In het distaai einddeel 41 strekt de de axiaal uitschuifbare nagel of staaf 8 zich uit. De nagel 8 is op zijn beurt voorzien is van distale vergrendelingsopeningen 9. Tussen het distale 41 en proximale einddeel 40 strekt zich een dubbel cilindrisch huis 38 uit, waarin axiaal en centraal de nagel 8 uitschuifbaar is opgenomen. Een flexibele aanvoerbuis 1 voor de aanvoer van een hydraulische vloeistof is afneembaar verbonden is aan de hydraulisch werkzame actuator 2 in het proximale einddeel 40. Bijvoorkeur is de flexibele aanvoerbuis 1 verschroefbaar verbonden is met de actuator en kan deze buis 1 eenvoudig aangeschroefd en inschroeft worden van de actuator 2.

Een compressie-distractie nagelinrichting 35 volgens de uitvinding heeft tot doel om bot en wekedelen -normaliter bij humane toepassingen- te verkorten en daarna te verlengen van een pijpbeen 39 door gedoseerde toename van de vloeistofdruk in de drukkamer 17 van de cilindrische behuizing 38. Door extern of intern een drukverhoging door te voeren in de inrichting 35, wordt de centrale nagel 8 uit het dubbele cilindrische huis 38 geduwd. De drukverhoging kan continu of bij voorkeur discontinu plaatsvinden. Dooreen stevige verankering aan de hoofdbotfragmenten 36, 37 zal dit leiden eerst leiden, door de afsteuning op de compressieschroef 33 tot een verkorting en nadien, na de verwijdering van de compressieschroef 33 tot mergverlenging, en tot een verlenging van het bot. De ruimte die gevormd wordt tussen de botfragmenten wordt progressief opgevuld met eigen botweefsel. Initieel neemt de behandelende arts het zachte mergweefsel in het defecte bot weg door gebruik te maken van frezen die gemonteerd kunnen staan op een flexibel draagstangsysteem. Het bot wordt doorgenomen en de verlengingsnagel 35 wordt ingebracht. De compresie-distractie nagelinrichting 35 wordt proximaal en distaai met schroeven 31 verbonden aan een hoofdbotfragment 36, 37. Via een uitwendige flexibele aanvoerbuis 1, bijvoorbeeld uit een kunststof al dan niet versterkt met staaldraad of een metaal of een geschikte legering zal de arts steriel de hydraulische vloeistof (meestal een olie) onder druk in de compressie-distractie nagelinrichting 35 inbrengen om via de actuator 2 de drukkamer onder druk te zetten. Hiervoor gebruikt de arts normaliter een uitwendige pomp, welke handmatig, elektronisch of via piëzo-electrische mechanismen, hydraulische vloeistof via een uitwendige aansluiting doorheen aanvoerbuis 1 kan inbrengen in de compressie-distractie nagelinrichting 35. Ook kan gebruikt gemaakt worden van inwendig aangebrachte vloeistofreservoirs onder druk, die op een autonome wijze de drukverhoging in de drukkamer 17 kunnen bewerkstelligen (niet weergegeven). Een éénrichtingsklep uit kunststof of metaal sluit de hydraulische kamer af zodat geen vocht vanuit de hydraulische kamer kan ontsnappen en terugkeren. Een aanvoerbuis 1 in metaal of polymeer maakt een vloeistofverbinding met de hydraulische kamer. Deze aanvoer kan bij voorkeur bestaan uit een klein flexibel buisje dat door de huid naar buiten gaat en verbinding maakt met een reservoir dat eveneens uitwendig of inwendig kan aangebracht worden. Wanneer het buisje 1 zich door de huid, weg van de insnede voor het aanbrengen van de compresie-distractie nagelinrichting naar buiten strekt, kan het uiteinde verbonden worden via een koppeling met een mechanische handpomp of enig andere aandrijving hetzij mechanisch hetzij electromagnetisch hetzij via piëzo-electrische weg. Bij voorkeur is de flexibele aanvoerbuis 1 verschroefbaar aan de actuator 2 gekoppeld. Bijvoorbeeld middels een borgmoer 11 en een conische koppeling 12. Het cilindrische huis 42 waarin de nagel 8 ligt omvat een buitenste cilinder 6 en een binnenste cilinder 7.

Een mechanisch systeem (24, 25, 26) zorgt voor bijkomende blokkering van de nagel 8 in de binnenste cilinder 7 waardoor de nagel niet meer kan terugtreden. Dit anti-terugslag mechanisme kan bestaan uit een borgpen 25 gemonteerd op een veer 26 welke versleepbaar is opgenomen in afzonderlijke ringvormige uitsparingen 24. Het anti-terugslag mechanisme kan ook uit een getand plaatje bestaan dat contact maakt met zijn negatief in het volle deel van de nagel 8 . Dit getand plaatje kan enkel in één richting bewegen en voorkomt het axiaal terugtrekken of inzakken van de nagel 8. Aparte uitwisselbare distale uiteinden of verlengstukken 22 (recht of gebogen) kunnen verbonden worden met het distaai einde van de nagel 8 om deze aan te passen aan de verschillende lengtes en eventueel verschillende vormen van het bot. Deze uiteinden zijn voorzien van openingen 9 om schroeven 31 te ontvangen die de nagel 8 kunnen verankeren aan het bot. Deze openingen of boringen 4,5 en 9 kunnen voorzien zijn van (niet weergegeven) expanderende pluggen in een geschikt materiaal, bijvoorbeeld een plastisch materiaal om de schroefverankering in de inrichting 35 te verbeteren. De voorgestelde verlengingspennen zijn ontworpen voor het dijbeen en onderbeen, doch het principe kan gebruikt worden in de verlenging van elk ander pijpbeen.

Fig. 1 a en lb tonen een compressie-verlengingsnagel 35 welke aan zijn proximaal einde 40 is voorzien van een flexibele, plooibare en dunne aanvoerslang of aanvoerbuis 1 voor de aanvoer van een hydraulische vloeistof. De aanvoerbuis 1 is eenvoudig afneembaar verbonden met een centrale lumen van de actuator 2, en bij voorkeur verschroefbaar. Deze aanvoerbuis 1 kan uit metaal of een ander geschikt biocompatibel materiaal, zoals kuststof zijn vervaardigd. In de actuator 2 en onder de aansluiting van de aanvoerbus is een terugslagklep 14 voorzien in het middendeel 3 waarin proximale vergrendelingopeningen of boringen 4 in het coronaal vlak en 5 in het sagittaal vlak zijn aangebracht voor de verankering. Deze vergrendelingsopeningen dienen voor de opname en de fixatie van osteosynthese schroeven 31 en 33 ter bevestiging aan het proximaal hoofdbotfragment 36. 6 toont de buitenste cilinder of buissegment en 7 toont de binnenste cilinder of buissegment voorzien van de uitschuifbare staaf of nagel 8. Aan het distale einde van de uitschuifbare staaf/nagel 8 zijn de distale vergrendelings openingen of boringen 9 voorzien, waardoorheen schroeven kunnen aangebracht worden aan het distale hoofbotfragment 37. Deze openingen of boringen kunnen voorzien zijn van een blokkeringsysteem (bv. middels een expanderende plug) die de schroeven fixeert. Deze expanderende pluggen kunnen resorbeerbaar zijn, uit een metaal of uit een niet resorbeerbaar polymeer bestaan.

De flexibele aanvoerbuis 1, kan gemaakt worden met elk biocompatiebel materiaal, hetzij kunststof of metaal. Deze buis 1 voert hydraulische vloeistof aan vanuit een inwendig reservoir of staat in verbinding met een -niet weergegeven- uitwendige koppeling. Aan deze koppeling kan op zijn beurt externe pomp worden voorzien. De flexibele buis 1 (fig. 2) wordt via een conische koppeling 12 met een borgmoer 11 bevestigd in de klepbehuizing 14 centraal in de actuator 2 . De actuator 2 is voorzien van twee of meer, bijvoorbeeld vier positioneringsinkepingen 10 om de plaatsing van het positioneringsapparaat op de verlengingsinrichting 35 correct uit te voeren. De terugslagklep met spiraalveer 13 zit in het onderste deel van de klepbehuizing 14 . Het klephuis 14 wordt vastgedraaid in de actuator 2. Via een klein gaatje wordt het klephuis verbonden met de actuator via een laspunt. Om drukverlies te vermijden wordt tussen de klepbehuizing en zijn recipiënt een dichting 15 van een biocompatiebel elastomeer voorzien dat niet scheurt tijdens het indraaien van de klepbehuizing 14.

Een kanaal 16 verbindt het klephuis 14 met de drukkamer 17 . Het verbindingskanaal 16 loopt door het middenstuk 3 waar zich de proximale vergrendelingsopeningen 4 en 5 zich bevinden. De drukkamer (vloeistofkamer) 17 bevindt zich in de dubbelwandige cilinder 6 en 7 waar de zuiger/stamper 18 zich bevindt. Deze zuiger/stamper 18 wordt door de opgebouwde vlöeistofdruk, axiaal naar beneden geduwd (in een richting weg van het bovenste distale gedeelte. Deze zuiger/stamper 18 is voorzien van een dubbel systeem van ringvormige elastomerische schokdempers die een goede afdichting geven tussen de zuiger/stamper 18 en de binnenste cilinder 7. Deze perfecte afdichting is noodzakelijk om de druk tussen de terugslagklep 13 en de zuiger/stamper 18 te behouden.

Fig.3 is een gedetailleerde weergave van het middenste gedeelte van de compressie-distractie nagel met de lange zuiger/stamper met geleiding. De lange zuiger/stamper 21 met geleiding, die onder druk naar beneden wordt geduwd in de dubbelzijdige overlangse gleuf 32 in de lengterichting verplaatst de transportschroef 33 naar onder toe. Het door de transportschroef gefixeerde proximale botsegment wordt op zijn beurt naar beneden gebracht en kan dus in eerste instantie een compressie worden verkregen.

Na compressie is tevens botverlenging mogelijk, door het verwijderen van de transportschroef 33. Hierdoor kan de lange zuiger/stamper 21 verder uitgedrukt worden tegenaan de distractiestaaf of nagel, die op zijn beurt verder naar beneden wordt gedrukt. De verplaatsing van de transportschroef zorgt voor een verplaatsing van het meest proximaal botsegment tot dat het contact maakt met het onderste botsegment. Hierdoor kan progressief een druk in de breuk worden opgebouwd die het genezingsproces versneld.

Wanneer dan de transportschroef verwijderd wordt kan bij het opnieuw activeren van de actuator een verlenging van het bot doorgevoerd worden. In dit geval moet de botverlenging gebeuren voordat een volledige botheling ter hoogte van de breuk zichtbaar is.

De staaf of nagel 8 bevindt zich in een dubbelwandig cilinderhuis, met een buitencilinder 6 en een binnencilinder7 . Deze nagel 8 is overlangs voorzien van een ondiepe spi-gleuf 19 waarin een ovaal borgplaatje of spi 20 past. Dit ovale borgplaatje 20 zit vast in een overeenkomstige ovale uitsparing in de binnenste cilinder 7. De volle staaf 8 met de overlangse spi-gleuf 19 kan axiaal verschuiven langsheen het borgplaatje 20 welke tijdens het uitschuiven voldoende rotatiestabiliteit geeft aan de verlengingsnagel 8.

Fig. 4 illustreert het distaai aspect van de cilinder 6 en 7 met de mogelijkheid van het overlangs verplaatsen (zie pijl) van de staaf/nagel 8. Eveneens kunnen verschillende aanzetstukken of verlengstukken 22 voorzien worden, die de lengte van de volle staaf 8 kunnen verlengen. Dit aanzetstuk 22 wordt vooraf gefixeerd op de vaste staaf 8 met blokkeerschroef 23 .Deze extensies kunnen voorzien zijn van openingen of gleuven 9. In deze openingen of gleuven 9 kunnen meerdere schroeven 31 ingebracht worden die de verlengingsstukken 22 de nodige stabiliteit geven. Deze verleng-of aanstukken 22 zijn recht of lichtjes gebogen om de buiging van het bot te kunnen volgen. Fig. 5 illustreert een vergroting van het deel van de binnenste cilinder 7 waarbij zijn binnenwand is voorzien van asymmetrische uitsparingen 24. Een mechanisch blokkeringmechanisme, bestaande uit één of twee ronde staafjes 25, worden uit elkaar geduwd door een veer 26 in de uitsparinigen 24. Deze spiraalveer werkzame borgpen voorzien doorheen de nagel 8 schuift over de gekartelde wand 24 van de binnenste cilinder 7 heen in de neerwaartse richting. Telkens deze borgpen in een uitsparing 24 terecht komt, voorkomt men hiermee de terugslag van de vaste staaf 8 in de opwaartse richting.

Fig. 6a, Fig. 6b en figuren 7-9 zijn soortgelijke aanzichten als in de figuren Fig. la, Fig. lb en Fig. 2-4 tonen een voorkeursvorm van een compressie nagelinrichting volgens de uitvinding. Vermits in deze uitvoering enkel compressie gewenst is, kan dan ook de positie van de gleuf en de dwarse compressie schroef aangepast worden. Daar waar mogelijk worden dezelfde referentiecijfers aangewend voor soortgelijke of gelijke elementen

Fig.8 is een gedetailleerde weergave van het midden deel van de nagelinrichting als compressienagel met de korte zuiger/stamper 34 met geleiding. De korte zuiger/stamper 34 met geleiding die onder druk naar beneden wordt geduwd in de dubbelzijdige overlangse gleuf 32, en verplaatst aldus de transportschroef 33 die zich dwars in het botsegment bevindt naar onder toe. Het door de transportschroef gefixeerde proximale botsegment 36 wordt aldus op zijn beurt naar beneden gebracht.

Fig. 10a, Fig. 10b en figuren 11-14 zijn soortgelijke aanzichten als in de figuren Fig. la, Fig. lb en Fig. 2-5 en tonen een voorkeursvorm van een transport nagelinrichting volgens de uitvinding.

Fig. 10 a en b illustreren het algemeen aspect van de de inrichting als een transportnagelinrichting. In het midden deel 38 bevindt zich een longitudinaal georiënteerde -langere-gleuf 27. In deze gleuf wordt de transportschroef 28 geplaatst, tegen de lange zuiger/stamper met geleiding 21 aan. Net onder de gleuf bevindt zich een dwarsopening 29. Op het einde van de procedure (bottransport) wordt het verplaatste botsegment bijkomend gefixeerd door een osteosynthese schroef 30. Deze schroef wordt onderhuids door het bot in de dwarsopening 29 gebracht en voorkomt het terugspringen van het botsegment.

Fig. 12 is een gedetailleerde weergave van het midden gedeelte van de transportnagel met de illustratie van de lange zuiger(stamper) met geleiding. De lange zuiger (stamper) 21 met geleiding die onder druk naar onder geduwd wordt in de dubbelzijdige gleuf 27, en verplaatst aldus de transportschroef 28 die zich dwars in het botsegment bevindt, en die op zijn beurt het botsegment naar onder verplaatst. Net onder de gleuf, bevindt zich een distaie transportboring 29 waar de osteosynthese fixatieschroef 30 wordt geplaatst, op het einde van de distractie.

Benaming der cijferaanduiding 1. aanvoerbuis 2. Actuator 3. Middendeel vloeistof doorvoer 4. Proximale vergrendelingopening- frontaal vlak 5. Proximale vergrendelingopening- sagittaal vlak 6. Buitenste cilinder 7. Binnenste cilinder 8. Uitschuifbare staaf / nagel 9. Distale vergrendelingopening 10. Positioneringsgleuven 11. Borgmoer 12. Conische koppeling 13. Terugslagklep met veer 14. Klepbehuizing 15. Dichting 16. Doorvoerkanaal 17. Drukkamer 18. Zuiger/stamper 19. Gleuf 20. Borgplaat of spie 21. Lange zuiger/stamper met geleiding 22. Verlengstuk staaf/nagel 23. Koppeling van de staven 24. Uitsparingen blokkeerstelsel 25. Borgpen met blokkeerstaafjes 26. Expansieveer 27. Dubbelzijdige lange gleuf 28. Middenste transport schroef 29. Distale transportboring 30. Blokeringsschroef 31. Anti rotatie schroef 32. Dubbelzijdige korte gleuf 33. Dwarse compressie schroef 34. Korte zuiger/stamper met geleiding 35. Compresie-distractie nagelinrichting 36. Proximale hoofdbotfragment 37. Distale hoofdbotfragment 38. Dubbele cilindrische behuizing 39. Pijpbeen 40. Proximaal einddeel 41. Distaai einddeel

Claims (16)

1. Een nagelinrichting (35) voor het verhelpen van botdefecten, geschikt om te worden bevestigd aan twee hoofdbotfragmenten (36, 37) en zich uitstrekkend door het botdefect heen, waarbij de lengte van de inrichting tussen de hoofdbotfragmenten (36, 37) op een hydraulisch wijze progressief kan toenemen en/of afnemen, waardoor er botweefsel in de hierdoor veroorzaakte tussenruimte kan ontstaan, waarbij de nagelinrichting (35) omvat: een proximaal einddeel (40) voorzien van één of meerdere proximale vergrendelingsopeningen (4,5) en een hydraulisch werkzame actuator (2), een distaai einddeel (41) voorzien van een uitschuifbare en/of inschuifbare nagel of staaf (8), welke nagel (8) voorzien is van distale vergrendelingsopeningen (9), en een zich hiertussen uitstrekkende dubbel cilindrisch huis (38) waarin centraal de nagel (8) uitschuifbaar is opgenomen en, waarbij een flexibele aanvoerbuis (1) voor de aanvoer van een hydraulische vloeistof afneembaar verbonden is aan de hydraulisch werkzame actuator (2) en waarbij doorheen het cilindrisch huis een nagel of schroef (28,33) zich kan uitstrekken in een gleuf (32).

2. Een nagelinrichting (35) volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de flexibele aanvoerbuis (1) verschroefbaar verbonden is met de actuator(2).

3. Een nagelinrichting (35) volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de flexibele aanvoerbuis (1) voorzien is van een borgmoer (11) en een conische koppeling (12).

4. Een nagelinrichting (35) volgens één der conclusies 1-3, met het kenmerk, dat de hydraulisch werkzame actuator (2) voorzien is van een terugslagklep (13), die bijvoorkeur verend werkzaam is, en voorzien tussen de aansluiting van flexibele aanvoerbuis (1) en het cilindrisch huis (38).

5. Een nagelinrichting (35) volgens één der conclusies 1-4, met het kenmerk, dat de cilindrische dubbele behuizing (35) voorzien is van een binnencilinder (7) waarin een drukkamer (17) is afgesloten door een stamper/zuiger (18).

6. Een nagelinrichting (35) volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de stamper/zuiger (18) voorzien is van dichtingringen.

7. Een nagelinrichting (35) volgens één der conclusies 1-6, met het kenmerk, dat de nagel (8) voorzien van middelen om de positievastheid te verbeteren, waardoor rotatievrijheid alsook axiale terugtreding vermeden kan worden.

8. Een nagelinrichting volgens conclusie 7, waarbij de nagel voorzien is van een gleuf (19) en de binnencilinder (7) eveneens voorzien is van een overeenkomstige gleuf in welke gleuf (19) een borgplaat of spi (20) verschuifbaar gelagerd ligt.

9. Een nagelinrichting volgens één der conclusies 7 of 8 , met het kenmerk, dat de binnenwand van de binnencilinder (7) voorzien is van uitsparingen en de nagel voorzien is van een overeenkomstig mechanisch werkzame borgpen (25) waardoor de nagel (8) slechts in één richting verschuifbaar gelagerd ligt in het cilindrisch huis.

10. Een nagelinrichting (35) volgens conclusie 9, waarbij de borgpen (25) verend (middels veer 26) aangrijpt in de uitsparingen (24).

11. Een nagelinrichting (35) volgens conclusie 9 of 10, waarbij de uitsparingen (24) een regelmatig kartelend patroon beschrijven bijvoorkeur een kartelend haaivinnen patroon.

12. Een nagelinrichting (35) volgens één der conclusies 1-11, met het kenmerk, dat het distale einde van de nagel (8) geschikt is om te worden verlengd met een verlengstuk (22), welk verlengstuk (22) middels transversale openingen (23) en overeenkomstige schroeven aan de nagel (8) kan worden verbonden.

13. Een nagelinrichting (35) volgens één der conclusies 1-12, met het kenmerk, dat de inrichting voorzien is van een uitwendig hydraulisch werkzaam aandrijvingsysteem.

14. Een nagelinrichting (35) volgens één der conclusies 1-13, met het kenmerk, dat de inrichting voorzien is van een uitwendig mechanisch, elektromagnetisch of piëzo-elektrisch aandrijfsysteem.

15. Een nagelinrichting (35) volgens één der conclusies 1-14, voorzien van een gleuf (32) in de lengterichting voor het opnemen van een compressieschroef (33).

16. Nagelinrichting volgens één der conclusies 1-15, als compressienagel, transportnagel of als compressie/distractie nagel.