BE1015594A3 - Inrichting en werkwijze voor het verwijderen van vluchtige verontreinigingen uit grondwater. - Google Patents

Inrichting en werkwijze voor het verwijderen van vluchtige verontreinigingen uit grondwater. Download PDF

Info

Publication number
BE1015594A3
BE1015594A3 BE2003/0391A BE200300391A BE1015594A3 BE 1015594 A3 BE1015594 A3 BE 1015594A3 BE 2003/0391 A BE2003/0391 A BE 2003/0391A BE 200300391 A BE200300391 A BE 200300391A BE 1015594 A3 BE1015594 A3 BE 1015594A3
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
groundwater
air
pump
tube
zone
Prior art date
Application number
BE2003/0391A
Other languages
English (en)
Inventor
Henricus Johannes Seffelaar
Original Assignee
Rasenberg Milieutechniek B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Rasenberg Milieutechniek B V filed Critical Rasenberg Milieutechniek B V
Application granted granted Critical
Publication of BE1015594A3 publication Critical patent/BE1015594A3/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B09DISPOSAL OF SOLID WASTE; RECLAMATION OF CONTAMINATED SOIL
    • B09CRECLAMATION OF CONTAMINATED SOIL
    • B09C1/00Reclamation of contaminated soil
    • B09C1/005Extraction of vapours or gases using vacuum or venting
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B09DISPOSAL OF SOLID WASTE; RECLAMATION OF CONTAMINATED SOIL
    • B09CRECLAMATION OF CONTAMINATED SOIL
    • B09C1/00Reclamation of contaminated soil
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B09DISPOSAL OF SOLID WASTE; RECLAMATION OF CONTAMINATED SOIL
    • B09CRECLAMATION OF CONTAMINATED SOIL
    • B09C1/00Reclamation of contaminated soil
    • B09C1/002Reclamation of contaminated soil involving in-situ ground water treatment
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E21EARTH OR ROCK DRILLING; MINING
    • E21BEARTH OR ROCK DRILLING; OBTAINING OIL, GAS, WATER, SOLUBLE OR MELTABLE MATERIALS OR A SLURRY OF MINERALS FROM WELLS
    • E21B43/00Methods or apparatus for obtaining oil, gas, water, soluble or meltable materials or a slurry of minerals from wells
    • E21B43/02Subsoil filtering

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental & Geological Engineering (AREA)
  • Soil Sciences (AREA)
  • Geology (AREA)
  • Mining & Mineral Resources (AREA)
  • Water Supply & Treatment (AREA)
  • Fluid Mechanics (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Hydrology & Water Resources (AREA)
  • General Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Geochemistry & Mineralogy (AREA)
  • Physical Water Treatments (AREA)

Abstract

Werkwijze voor het verwijderen van vluchtige bestanddelen uit grondwater. Daartoe wordt lucht in de bodem gebracht met behulp van een pomp. Volgens de uitvinding wordt lucht tenminste gedeeltelijk aangezogen met behulp van een pomp die in het boorgat aangebracht is. Met behulp van het venturi principe wordt lucht aangezogen door middel van een pomp die grondwater verplaatst. Daardoor kan met een verhoudingsgewijs gering vermogen beluchting van grondwater plaatsvinden.

Description


   <Desc/Clms Page number 1> 
 



  Inrichting en werkwijze voor het verwijderen van vluchtige verontreinigingen uit grondwater. 



   De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het verwijderen van vluchtige verontreinigingen uit grondwater aanwezig in een grondwaterzone in de bodem, welke grondwaterzone aan de bovenzijde begrensd wordt door het grondwaterniveau, omvattende - een buis aangebracht in de bodem, welke buis zich gedeeltelijk onder het grond- waterniveau bevindt en is voorzien van eerste filteropeningen onder het grondwa- terniveau voor aanvoer van het grondwater; - een pomp voorzien van een inlaat en uitlaat voor het grondwater, geplaatst in de buis onder het grondwaterniveau; - beluchtigingsmiddelen aangebracht boven de pomp voor het beluchten van het grondwater omvattende een venturi gekoppeld met de uitlaat van de pomp. 



   Het is uit de stand van de techniek bekend om zich in de bodem bevindend grondwater, te reinigen door het te beluchten, zodat de gasvormige verontreinigingen in het grondwater kunnen diffunderen in de lucht en met die lucht kunnen worden afgevoerd. 



   Volgens de bekende technieken wordt hiervoor het water uit de bodem gepompt, om het vervolgens bovengronds te beluchten. Een dergelijke techniek is bijvoorbeeld bekend uit US 4.882.071 en US 5. 615.974. Ook al zijn de resultaten van de beschreven methoden goed, er kleven ook een aantal nadelen aan. 



   Voor het oppompen van grondwater worden pompen gebruikt die zich bovengronds bevinden. Er zal dus een gebied moeten worden ingericht waarin een dergelijke pomp wordt ondergebracht. Om veiligheidsredenen en voor de bescherming van de pomp, kan het nodig zijn het gebied waarin de pomp is opgesteld te omheinen. Een verder nadeel van dergelijke pompen is dat ze (veel) geluid produceren, wat tot overlast kan leiden. Een nadeel van de tot nu toe bekende methodes is voorts dat het oppompen van grondwater met bovengrondse pompen veel energie kost. Een ander voorstel is het in het boorgat aanbrengen van een pomp. Beluchting van het grondwater om in een scheiding van gasvormige verontreinigen te voorzien, vindt plaats met perslucht. Deze 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 perslucht is afkomstig vanaf het aardoppervlak en wordt onder hoge druk naar beneden getransporteerd. 



   In een gebruikelijke installatie wordt een aantal pompen gebruikt met een totale aansluitwaarde van ongeveer 10 kWh. 



   Uit EP 0 531 855 Al is een inrichting bekend voor het reinigen van grondwater. 



  In deze publicatie worden verscheidene systemen beschreven voor het mengen van lucht en water. Steeds wordt van het aardoppervlak afkomstige lucht onder druk in een boorput ingebracht. Met behulp van deze onder druk staande lucht kan in een eerste variant met behulp van een venturi water aangezogen worden. Daardoor ontstaat een nevel met verhoudingsgewijze veel lucht en weinig water hetgeen van nadeel gebleken is voor het verkrijgen van de gewenste reinigende werking. 



   Volgens een andere variant wordt lucht onder druk toegevoerd evenals water. 



  Onder druk gebracht water wordt behulp van een sproeimondstuk verneveld. De hierboven beschreven van het aardoppervlak afkomstige perslucht wordt voor het vernevelen op gedoseerde wijze in het water geperst. 



   Voor het toevoeren van lucht is steeds een bovengrondse compressor noodzakelijk. 



  Het is derhalve het doel van de onderhavige uitvinding te voorzien in een inrichting geschikt voor het oppompen en beluchten van grondwater, waarvoor geen bovengrondse pompen nodig zijn. Een ander doel van de onderhavige uitvinding is het beperken van het energieverbruik van een dergelijke inrichting. 



   Dit doel wordt bij een hierboven beschreven inrichting verwezenlijkt doordat de aanzuigleiding van de venturi verbonden is met een zich tot aan het bodemniveau uitstrekkende luchtaanvoerbuis voor het uit de omgeving aanzuigen van lucht. 



   Door gebruik van een venturi kan geheel afgezien worden van gecompliceerde installaties op maaiveldniveau, dat wil zeggen, niet langer zijn kwetsbare installaties bovengronds aanwezig terwijl tevens geluidsoverlast zoveel mogelijk beperkt wordt. 



  Bovendien is verrassenderwijsgebleken dat in vergelijking met het hierboven genoemd aansluitvermogen van 10 kWh, met een aansluitvermogen van minder dan 2 kWh volstaan kan worden en meer in het bijzonder een aansluitvermogen van ongeveer 1,5 kWh. Begrepen zal echter worden dat aanvankelijk van de toepassing het aansluitingsvermogen zal variëren nadat dit steeds een geheel aantal malen kleiner zal zijn dan het- 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 geen bekend is in de stand der techniek. Bovendien zijn door een dergelijke ondergronds aangebrachte constructie met gering aansluitvermogen, geen ofminder vergunningen noodzakelijk. Het onderhoud wordt beperkt en een grotere invloedsfeer in de bodem wordt verkregen. Tot slot bestaat een grotere flexibiliteit met betrekking tot de saneringsuitvoering. 



   Volgens de onderhavige uitvinding bestaat meer in het bijzonder een rechtstreekse verbinding tussen de venturi en de ruimte boven het maaiveld. 



   De beluchtingsmiddelen bestaan uit een venturi gekoppeld met de uitlaat van de pomp. Voor de toevoer van lucht is de venturi gekoppeld aan een leiding welke zich boven het maaiveld uitstrekt. In het algemeen wordt voor de beluchting "buitenlucht" toegepast. Door de opwaartse druk van de pomp zal de venturi automatisch lucht aanzuigen via deze leiding. Via de koppeling met de pomp stroomt het grondwater de venturi binnen waar menging met de lucht plaatsvindt. Ten gevolge hiervan vormt zich een bellenkolom in het stijgende grondwater. 



   Bij voorkeur is de buis voorzien van tweede filteropeningen gelegen boven de eerste filteropeningen, bij voorkeur boven grondwaterniveau, voor afvoer van het beluchte grondwater. In het bijzonder bevinden zich tweede filteropeningen zich ook in de bodem. Het gereinigde grondwater kan hierdoor direct terugstromen in de bodem, zonder dat een bovengrondse behandeling noodzakelijk is. 



   De buis kan van ieder geschikt materiaal vervaardigd worden maar is bij voorkeur van kunststof zoals polyvinylchloride (Hoge Dichtheid PolyEthyleen (HDPE). De filteropeningen kunnen ronde gaten zijn, maar zijn bij voorkeur uitgevoerd als sleuven. 



  Deze hebben dusdanige afmetingen dat het water in de buis kan stromen, maar dat het indringen van aarde en dergelijke wordt voorkomen. De afmetingen zijn bij voorkeur gelijk aan de afmetingen grondwater onttrekkingsbuis. 



   Om het terugstromen van het beluchte grondwater te bevorderen is nabij de tweede filteropeningen aan de buitenzijde van de buis in de bodem voorzien in een infiltratiezone. De infiltratiezone kan een oppervlak van ca. 4 tot 9 m2 beslaan. In het algemeen zal deze tussen ca. 0 en 3 m, bij voorkeur tot 2 m onder het maaiveld worden aangebracht. De infiltratiezone kan filterzand en/offiltergrind of een mengsel daarvan bevatten. Een andere mogelijkheid is de toepassing van drainageleidingen. 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 



   Om te voorkomen dat het gereinigde grondwater nogmaals wordt omhoog gepompt, kan tussen de eerste en tweede filteropeningen aan de buitenzijde van de buis een voor grondwater moeilijk doordringbare laag aangebracht worden. Een dergelijke laag kan een hoogte hebben van ca. 0,5 tot 2 m, bij voorkeur zal deze ca. 1 m zijn. De oppervlakte van een afdichtingslaag is in het algemeen O 200. Een geschikt materiaal voor dergelijke laag is bijvoorbeeld bentonietklei. De afdichtingslaag ligt bij voorkeur onder het grondwaterniveau. 



   Het is voordeliger wanneer binnen de buis een overloopbuis is aangebracht waarvan de inlaat zich boven de tweede filteropeningen bevindt en de uitlaat zich ter hoogte van de pomp bevindt. Door middel van deze overloop zal grondwater dat niet voldoend snel via de infiltratiezone kan uitstromen worden teruggevoerd onder in de buis om vervolgens nogmaals belucht te worden. Dit heeft als bijkomend voordeel dat er een zekere circulatie van het grondwater ontstaat waardoor de beluchtingsbehandeling intensiever is. 



   De onderhavige uitvinding betreft eveneens een werkwijze waarbij boven beschreven inrichting wordt toegepast, dat wil zeggen een werkwijze voor het verwijderen van vluchtige verontreinigen uit grondwater, waarbij het grondwater wordt opgepompt uit een grondwaterzone in de bodem waarin het zich bevindt en gelijktijdig wordt belucht. 



   Volgens een aspect van de werkwijze wordt lucht aangezogen door venturiwerking gegenereerd door een met een pomp opwaarts gerichte grondwaterstroom. 



   De hoeveelheid lucht die wordt toegevoerd aan het grondwater zal in het algemeen tussen 30 en 300   m3/hr   liggen. Natuurlijk is de hoeveelheid lucht en eveneens het debiet van de pomp sterk afhankelijk van de omstandigheden, zoals de diepte van het grondwater, maar ook de mate van verontreiniging. In het algemeen zal het debiet van de pomp 1 tot 10 m3/hr bedragen. 



   Volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding bestaat de inrichting uit meerdere buizen. De eerste, buitenste buis heeft de filteropeningen. Daar binnen is een tweede buis geplaatst waardoorheen het water omhoog wordt gepompt. Ter hoogte van de tweede filteropeningen zijn openingen in deze tweede buis aangebracht. Voor het voorzien van pomp en venturi van respectievelijk stroom en lucht kunnen afzonderlijke, geïsoleerde leidingen in de tweede binnenhuis zijn aangebracht. 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 



   De inrichting en de werkwijze volgens de uitvinding kunnen worden toegepast bij in situ sanering van grond en grondwater verontreinigd met vluchtige componenten en bij de in situ sanering van grond en grondwater verontreinigd met biologisch afbreekbare componenten, waarbij biologische omzetting van de verontreiniging via aërobe afbraakprocessen kan verlopen. 



   Voorbeelden zijn met olie en vluchtige aromaten, gechloreerde koolwaterstoffen verontreinigde bodems. Dergelijke situaties kunnen ontstaan bij benzinestations, chemische wasrijen en metaal industrieën. Dit zijn vanzelfsprekend slechts voorbeelden. 



   Hierbij kan de techniek worden toegepast als: - onderdeel van een in situ saneringsconcept; - beheersmaatregel, dat wil zeggen voorkomen van verdere verspreiding van verontreiniging ; en - schermvoorziening, dat wil zeggen stroomafwaarts van verontreinigingskern geplaatst scherm. 



   In het nu volgende zal de uitvinding bij wijze van voorbeeld in meer details worden beschreven, onder verwijzing naar de tekening, waarin een mogelijke uitvoeringsvorm van de uitvinding, die wordt toegepast voor het strippen van grondwater, is gegeven. 



   In de figuur wordt een put 1 in de bodem 17 getoond met daarin een buis 2. De put 1 strekt zich uit tot onder het grondwaterniveau W. Deze put kan op enigerlei in de stand der techniek bekende wijze vervaardigd worden zoals door avegaarboring of pulsboring. Doordat de buis 2 voorzien is van filteropeningen 3, loopt het grondwater in de put   1.   



   Nabij de bodem 4 is in de buis 2 een pomp 5 geplaatst, die met zijn uitlaat gekoppeld is aan een venturibuis 6. Pomp en venturi vormen bij voorkeur een enkele eenheid die op eenvoudige wijze in de put in te brengen is. Door de stroming van het grondwater, door de venturi 6 wordt lucht aangezogen via een luchtinlaat 7, verbonden met een luchtleiding 8 die zich uitstrekt tot in een luchtinlaatgebied 9. Uit de inlaat van de venturibuis 6 komt derhalve een mengsel van grondwater en lucht. In speciale gevallen kan het wenselijk zijn een ander gas oftoevoegingen te gebruiken. In dat geval kan de luchtleiding eenvoudig met een bron voor het gewenste gas oftoevoeging worden verbonden. 

 <Desc/Clms Page number 6> 

 



   Door de dimensionering van de pomp 5, de venturi 6, de luchtleiding 8 en de buis 2 geschikt te kiezen, kan de hoogte waarover de bellenkolom zich uitstrekt worden ingesteld. Een vernauwing van de buis 2 leidt er bijvoorbeeld toe dat de kolom hoger komt. Een vermindering van de lucht in de bellenkolom, bijvoorbeeld bewerkstelligd door de luchtleiding deels te smoren ofde verwijdering van de venturi 6 te verkleinen, zorgt voor een minder hoge kolom. Een geschikte pomp die voor de uitvinding kan worden toegepast is bijvoorbeeld een deepwellpomp. 



   In de getoonde uitvoeringsvorm is er voor gekozen de kolom zich te laten uitstrekken tot op de hoogte h van de tweede filteropeningen 10 in de buis 2. Om er voor te zorgen dat de kolom niet boven een bepaalde hoogte komt, is het denkbaar een voeler (niet getoond) in de buis 2 te hangen die de stroomtoevoer via de kabel 11naar de pomp 5 regelt. 



   Aansluitend aan de filteropeningen 10 is voorzien in een filtratiegebied 12. Dit is hier bijvoorbeeld een grind- of zandlichaam. Dit lichaam kan zich rondom de put uitstrekken, maar door de keuze van het aanzicht is dit hier niet zichtbaar. 



   Het opgepompte water stroomt dus door de uitlaatopeningen 10 naar het infiltratielichaam 12. Vanuit dit lichaam zal het water de grond indringen. Om tegen te gaan dat het water meteen via de filteropeningen 3 in de put 1 stroomt, is er voorzien in een lichaam 13 dat de stroming deels tegen gaat. Een dergelijke afdichting, evenals het infiltratielichaam, kunnen met volgens de stand van de techniek bekende technieken worden aangebracht. 



   De put kan aan de bovenzijde zijn afgedicht met een deksel 14. De inlaat van de luchtleiding is in een behuizing 15 geplaatst. Een dergelijke kleine behuizing dient niet te worden verward met de behuizing die volgens de stand van de techniek werd gebruikt om pompen in te plaatsen. Ook kunnen in de behuizing 15 zekeringen 16 zijn geplaatst voor de pomp.

Claims (11)

  1. Conclusies l. Inrichting voor het verwijderen van vluchtige verontreinigingen uit grondwater aanwezig in een grondwaterzone in de bodem, welke grondwaterzone aan de bovenzijde begrensd wordt door het grondwaterniveau, omvattende - een buis aangebracht in de bodem, welke buis zich gedeeltelijk onder het grondwaterniveau bevindt en is voorzien van eerste filteropeningen onder het grondwaterniveau voor aanvoer van het grondwater; - een pomp voorzien van een inlaat en uitlaat voor het grondwater, geplaatst in de buis onder het grondwaterniveau; - beluchtigingsmiddelen aangebracht boven de pomp voor het beluchten van het grondwater omvattende een venturi gekoppeld met de uitlaat van de pomp, met het kenmerk, dat de aanzuigleiding van de venturi verbonden is met een zich tot aan het bodemniveau uitstrekkende luchtaanvoerbuis voor het uit de omgeving aanzuigen van lucht.
  2. 2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de buis is voorzien van tweede filteropeningen, bij voorkeur gelegen boven grondwaterniveau, voor afvoer van het geluchte grondwater.
  3. 3. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij nabij de tweede filteropeningen aan de buitenzijde van de buis in de bodem voorzien is in een infiltratiezone.
  4. 4. Inrichting volgens conclusie 3, waarbij de infiltratiezone zand ofgrind omvat.
  5. 5. Inrichting volgens conclusie 3, waarbij de infiltratiezone een drainageleiding omvat.
  6. 6. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij tussen de eerste en tweede filteropeningen aan de buitenzijde van de buis een voor grondwater moeilijk <Desc/Clms Page number 8> doordringbare laag is aangebracht, welke bij voorkeur aan de bovenzijde grenst aan het grondwaterniveau.
  7. 7. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij in de buis een overloopbuis is aangebracht waarvan de inlaat zich boven de tweede filteropeningen bevindt en de uitlaat zich ter hoogte van de pomp bevindt.
  8. 8. Werkwijze voor het verwijderen van vluchtige verontreinigingen uit grondwater, waarbij het grondwater wordt opgepompt uit een grondwaterzone in de bodem waarin het zich bevindt en gelijktijdig bij het verwijderen uit de bodem wordt belucht door het toevoeren van lucht, vanafhet aardoppervlak, met het kenmerk, dat die lucht naar de plaats van inbreng in het grondwater gezogen wordt.
  9. 9. Werkwijze volgens conclusie 8, waarbij het beluchte grondwater uitstroomt in een boven de grondwaterzone gelegen infiltratiezone.
  10. 10. Werkwijze volgens conclusie 8 of 9, waarbij die lucht aangezogen wordt door venturiwerking gegenereerd door een met een pomp opwaarts gerichte grondwaterstroom.
  11. 11. Werkwijze volgens een van de conclusies 8-10, waarbij een hoeveelheid lucht van 30 tot 300 aan het grondwater wordt toegevoerd.
BE2003/0391A 2002-07-04 2003-07-04 Inrichting en werkwijze voor het verwijderen van vluchtige verontreinigingen uit grondwater. BE1015594A3 (nl)

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1021004A NL1021004C2 (nl) 2002-07-04 2002-07-04 Inrichting en werkwijze voor het verwijderen van vluchtige verontreinigingen uit grondwater.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1015594A3 true BE1015594A3 (nl) 2005-06-07

Family

ID=31885089

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2003/0391A BE1015594A3 (nl) 2002-07-04 2003-07-04 Inrichting en werkwijze voor het verwijderen van vluchtige verontreinigingen uit grondwater.

Country Status (2)

Country Link
BE (1) BE1015594A3 (nl)
NL (1) NL1021004C2 (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
BE1021572B1 (fr) * 2013-01-11 2015-12-14 Deep Green Sa Methode et systeme pour le nettoyage d'un sol contenant des contaminants

Family Cites Families (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE4129511C3 (de) * 1991-09-05 2000-06-29 Zueblin Ag Vorrichtung zum Reinigen von Grundwasser durch Strippen mit einem Gas, insbesondere Luft
US5302286A (en) * 1992-03-17 1994-04-12 The Board Of Trustees Of The Leland Stanford Junior University Method and apparatus for in situ groundwater remediation
DE4218255A1 (de) * 1992-06-03 1993-12-09 Ieg Ind Engineering Gmbh Verfahren zum Ausspülen von im Erdreich vorhandenen Verunreinigungen
FR2759113B1 (fr) * 1997-01-31 1999-03-19 Elf Aquitaine Installation de pompage d'un effluent biphasique liquide/gaz

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
BE1021572B1 (fr) * 2013-01-11 2015-12-14 Deep Green Sa Methode et systeme pour le nettoyage d'un sol contenant des contaminants

Also Published As

Publication number Publication date
NL1021004C2 (nl) 2004-01-06

Similar Documents

Publication Publication Date Title
JP3884793B2 (ja) 汚染物質除去方法及び装置
US7077208B2 (en) Method and system for directing fluid flow
JP3095851B2 (ja) 高真空を用いて地下水を抽出する方法および装置
US20070000841A1 (en) Directing fluid flow in remediation and other applications
JPH08505806A (ja) 地下水からの揮発性有機化合物の除去
JPH03202586A (ja) 土壌汚染物質の二相真空抽出方法及び装置
US7100683B2 (en) In-well aeration device
JPH08192138A (ja) 汚染物質除去方法および装置
CN103864263A (zh) 一种用于去除地下水中挥发性有机物的循环井系统
IL101816A (en) System and method for removing volatile organic compounds from groundwater
KR101830288B1 (ko) 유류오염지하수 정화장치
KR101720098B1 (ko) 휘발성 유기화합물 오염 지하수 정화 장치
JP4657008B2 (ja) 汚染地盤浄化システムおよび汚染地盤の浄化方法
JP2009045558A (ja) 汚染地下水の原位置浄化方法
US6464005B1 (en) Remediation method
BE1015594A3 (nl) Inrichting en werkwijze voor het verwijderen van vluchtige verontreinigingen uit grondwater.
JPH07284753A (ja) 地下汚染物質の除去方法および地下汚染物質の除去装置
JP4375592B2 (ja) 土壌及び地下水の浄化方法
JP2006130419A (ja) 汚染地層浄化システムおよびそれを用いた汚染地層浄化工法
JPH05185061A (ja) 汚染土壌からの汚染物質除去方法
JP2000210656A (ja) 地下水浄化方法および装置
CN207419680U (zh) 一种改进型污染地下水抽提装置
JPH10249326A (ja) 汚染帯水層の浄化方法および浄化装置
JP2005074289A (ja) 難透気透水性汚染土壌の浄化方法及びシステム
US6557633B2 (en) In-well contaminant stripper