<Desc/Clms Page number 1>
Borstel, alsmede werkwijze. en inrichting voor het vervaardigen van dergelijke borstel.
Deze uitvinding heeft betrekking op een borstel, alsmede op een werkwijze en een inrichting voor het vervaardigen van dergelijke borstel.
Het is bekend dat bij de vervaardiging van borstels, de vezelbundels, welke de borstelharen vormen, in het borstellichaam kunnen worden vastgezet door middel van ofwel krammen, ofwel ankerplaatjes. De huidige uitvinding heeft betrekking op borstels van het laatste type, met andere woorden waarbij de bevestiging van de vezelbundels gebeurt door middel van ankerplaatjes. Het doel van de uitvinding bestaat erin een verbeterde borstel van dit type te bieden.
Hiertoe betreft de uitvinding in de eerste plaats een borstel, die een borstellichaam bevat dat is voorzien van openingen, alsmede van in deze openingen door middel van ankerplaatjes vastgezette vezelbundels, met als kenmerk dat deze borstel ankerplaatjes bevat die voorzien zijn van minstens een naar de onderzijde toe vernauwend gedeelte.
Doordat de ankerplaatjes voorzien zijn van een naar de onderzijde toe vernauwend gedeelte worden verschillende voordelen verkregen.
Een eerste voordeel bestaat erin dat zij gemakkelijker in de bijhorende openingen kunnen worden gebracht.
Een tweede voordeel bestaat erin dat tijdens het indringen van de ankerplaatjes in het materiaal van het borstel-
<Desc/Clms Page number 2>
lichaam de kans op het ontstaan van spanen en bramen wordt uitgesloten, zoniet het ontstaan hiervan wordt geminimaliseerd. Hierdoor wordt vermeden dat materiaaldeeltjes van het borstellichaam in de openingen en tussen de borstelvezels terechtkomen, wat tot op heden een probleem vormt bij de bekende uitvoeringen, daar zulke materiaaldeeltjes de correcte positie van de borstelvezels en/of ankerplaatjes kunnen verstoren, hetgeen kan resulteren in een slechte inplanting van de vezelbundels, zowel qua positionering van de vezels als qua kwaliteit van de bevestiging.
Een derde voordeel van de uitvinding bestaat erin dat het materiaal van het borstellichaam, althans toch wanneer dit uit een relatief soepel materiaal, zoals kunststof, bestaat, tijdens het indringen van de ankerplaatjes niet wordt weggeschraapt, doch wordt opzij gedrukt om achter het ankerplaatje als het ware terug te sluiten, waardoor het ankerplaatje verhinderd wordt zieh terug te bewegen, hetgeen een be. tere bevestiging van het ankerplaatje in de betreffende opening en dus ook een betere bevestiging van de vezelbundels oplevert.
Een vierde voordeel van de uitvinding bestaat erin dat de kans op het ontstaan van barsten en scheuren in het borstellichaam ten gevolge van het aanbrengen van de ankerplaatjes wordt geminimaliseerd.
Het is duidelijk dat het vernauwend gedeelte bij voorkeur zo is uitgevoerd dat het ontstaan van spanen en/of bramen tijdens het indringen van het ankerplaatje wordt vermeden.
Meer speciaal nog geniet het de voorkeur dat het vernauwend gedeelte zodanig is uitgevoerd dat een snijeffect van het ankerplaatje tijdens het indringen wordt verkregen.
<Desc/Clms Page number 3>
Praktisch gezien, zal zulk gedeelte worden gevormd door een of meer afschuiningen, bij voorkeur ter plaatse van de onderrand van zulk ankerplaatje, met andere woorden de rand van het ankerplaatje die naar de bodem van de bijhorende opening is gericht.
In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm wordt het vernauwend gedeelte gevormd doordat de betreffende ankerplaatjes minstens aan een van de beide grote zijvlakken worden voorzien van minstens een vervorming, meer speciaal een afschuining of dergelijke.
In de meest voorkeurdragende uitvoeringsvorm is aan beide grote zijvlakken van zulk ankerplaatje een afschuining aangebracht, welke afschuiningen bij de onderrand van het ankerplaatje samenkomen.
Volgens een variante is het evenwel niet uitgesloten om zulke vervormingen, meer speciaal afschuiningen, aan de kopse vlakken van het ankerplaatje te voorzien, of om in een combinatie te voorzien van afschuiningen zowel aan de grote zijvlakken, als aan de kopse zijden.
Verder geniet het ook steeds de voorkeur dat zulk vernauwend gedeelte, en meer speciaal de afschuining, zodanig uitgevoerd wordt dat het ankerplaatje, minstens op de plaatsen waar het in contact komt met het materiaal waaruit het borstellichaam is gevormd, spits toeloopt.
Eventueel kan de onderrand van het ankerplaatje, of althans minstens het gedeelte van de onderrand dat in contact komt met de vezelbundels, zodanig worden uitgevoerd dat het vrij is van scherpe kanten, waartoe de onderrand bijvoorbeeld kan worden afgerond of afgevlakt. Hierdoor wordt
<Desc/Clms Page number 4>
uitgesloten dat de vezelbundels beschadigd worden door het inbrengen van de ankerplaatjes.
In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm is het ankerplaatje aan de bovenzijde, hetzij aan een of beide van de langsgerichte randen, hetzij aan een of beide van de kopse randen, hetzij aan zowel langsgerichte als kopse randen, voorzien van een vormgeving die het terugdringen van het ankerplaatje tegenwerkt. Hiertoe kan het ankerplaatje worden voorzien van een klassieke vlakke bovenzijde. Om evenwel het beoogde effect te vergroten, kan het ankerplaatje aan de bovenzijde met een of meer randgedeelten worden voorzien die in doorsnede een scherpe hoek, met andere woorden een hoek die kleiner is dan 900, vertonen.
De uitvinding heeft eveneens betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van zulke borstel, waarbij de borstelharen in een borstellichaam worden ingeplant door vezelbundels door middel van een vulwerktuig in openingen in het borstellichaam te plaatsen en te bevestigen met behulp van ankerplaatjes, met als kenmerk dat ankerplaatjes worden aangewend die aan de rand waarmee zij in de voornoemde openingen worden gedrukt, voorzien zijn van een vernauwing, meer speciaal een afschuining.
Afhankelijk van de vorm van de gewenste ankerplaatjes kan de voornoemde werkwijze al dan niet op een klassieke inrichting voor het vervaardigen van borstels worden verwezenlijkt. Volgens de eerste mogelijkheid wordt voor het realiseren van de ankerplaatjes uitgegaan van een draadvoorraad met draad waarin de voornoemde vernauwing reeds aangebracht is.
Volgens de tweede mogelijkheid wordt het vernauwend gedeelte gedeeltelijk of volledig gevormd ter plaatse van de borstelvervaardigingsmachine zelf.
<Desc/Clms Page number 5>
De uitvinding heeft daarom ook betrekking op een inrichting voor het vervaardigen van borstels, die is samengesteld uit minstens een vulwerktuig ; middelen om borstellichamen en het vulwerktuig tegenover elkaar te positioneren ; middelen om vezelbundels aan het vulwerktuig toe te voeren ; en middelen om een draad aan het vulwerktuig toe te voeren teneinde daaruit ankerplaatjes te vormen, met als kenmerk dat deze inrichting tevens is uitgerust met middelen om een vernauwend gedeelte, meer speciaal een of meer afschuiningen, aan de draad en/of de ankerplaatjes aan te brengen.
Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, zijn hierna als voorbeeld zonder enig beperkend karakter enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin : figuur 1 een bekende inrichting weergeeft voor het bevestigen van vezelbundels in borstellichamen door middel van ankerplaatjes ; figuur 2 schematisch een ankerplaatje van bekende vorm, samen met een vezelbundel, weergeeft ; figuur 3 schematisch de vezelbundel uit figuur 2 weergeeft nadat deze in een opening in een borstellichaam is geplaatst ; figuur 4 een doorsnede weergeeft volgens lijn IV-IV in figuur 3 ; figuur 5 in perspectief een ankerplaatje weergeeft zoals dat in een borstel volgens de uitvinding wordt toegepast ;
figuur 6 een gedeelte van een borstel volgens de uitvinding weergeeft, waarbij een ankerplaatje zoals weergegeven in figuur 5 is toegepast ; figuur 7 een doorsnede weergeeft volgens lijn VII-VII in figuur 6 ;
<Desc/Clms Page number 6>
figuren 8 en 9 schematisch weergeven hoe de vezelbundel uit figuur 6 in het borstellichaam wordt aangebracht ; figuren 10 tot 12 nog een aantal varianten van ankerplaatjes voor het verwezenlijken van borstels volgens de uitvinding weergeven ; figuur 13 een zicht weergeeft volgens pijl F13 in figuur 12 ; figuur 14 nog een ankerplaatje weergeeft ; figuur 15 een zicht weergeeft volgens pijl F15 in figuur 14 ; figuren 16 tot 18 nog drie ankerplaatjes volgens de uitvinding weergeven ;
figuren 19 tot 21 in perspectief nog drie varianten van ankerplaatjes volgens de uitvinding weergeven ; figuur 22 een doorsnede weergeeft volgens lijn
XXII-XXII in figuur 18, waarbij het ankerplaatje in een borstellichaam is ingeklemd ; figuur 23 op een grotere schaal een doorsnede weergeeft volgens lijn XXIII-XXIII in figuur 1, doch voor een uitvoering volgens de uitvinding ; figuur 24 zeer schematisch nog een gedeelte van een inrichting volgens de uitvinding weergeeft.
Teneinde de uitvinding beter te situeren, is in figuur 1 schematisch een bekende inrichting 1 weergegeven die toelaat om vezelbundels 2 in openingen 3 in borstellichamen 4 te bevestigen, dit met de hulp van ankerplaatjes 5 zoals afgebeeld in figuur 2.
Deze inrichting 1 bevat een vulwerktuig 6 ; middelen 7 om borstellichamen 4 en het vulwerktuig 6 tegenover elkaar te positioneren ; middelen 8 om vezelbundels 2 aan het vulwerktuig 6 toe te voeren ; en middelen 9 om een draad 10
<Desc/Clms Page number 7>
aan het vulwerktuig 6 toe te voeren teneinde daaruit ankerplaatjes 5 te vormen.
Het vulwerktuig 6 bevat een geleiding 11 via dewelke een vezelbundel 2 door middel van een ankerplaatje 5 tot in een opening 3 kan worden gedrukt, zulks door middel van een heen-en weergaande stift 12.
De middelen 8 om vezelbundels 2 aan het vulwerktuig 6 toe te voeren, bestaan uit een heen en weer roterende bundelafnemer 13 die voorzien is van een uitsparing 14, die samenwerkt met minstens een vezelmagazijn 15 waarin zieh een hoeveelheid losse vezels 16 bevindt, zodanig dat bij iedere cyclus van de vezelbundelafnemer 13 een hoeveelheid vezels 16 in de uitsparing 14 wordt opgenomen en tot in het verlengde van de geleiding 11 wordt gebracht.
De voornoemde middelen 9 bestaan uit een bobijn 17 met draad 10 die aan het vulwerktuig 6 wordt toegevoerd, van welke draad 10 de ankerplaatjes 5 door middel van de stift 12 worden afgesneden.
De middelen 7 om de borstellichamen 4 en het vulwerktuig 6 tegenover elkaar te positioneren, kunnen van willekeurige aard zijn. In het weergegeven voorbeeld bestaan deze uit een verplaatsbare borstellichaamhouder 18.
Dergelijke inrichting 1 is op zichzelf bekend en wordt dan ook niet verder in detail beschreven.
De hierbij gevolgde werkwijze voor het vervaardigen van de borstels 19 bestaat erin dat de borstellichamen 4 een na een met de openingen 3 voor het vulwerktuig 6 worden gepresenteerd en dat telkens, door middel van de bundelafnemer
<Desc/Clms Page number 8>
13, een vezelbundel 2 in het verlengde van de geleiding 11 wordt gebracht. Door de stift 12 heen en weer te verplaatsen, wordt een stukje materiaal van het uiteinde van de draad 10 afgesneden, dat dan het ankerplaatje 5 vormt en wordt de vezelbundel 2 vanuit de uitsparing 20 met de beweging van het ankerplaatje 5 meegenomen tot in het borstellichaam 4.
Doordat de bekende ankerplaatjes 5 een prismatisch rechthoekige vorm hebben zoals afgebeeld in figuur 2, ontstaat bij het inplanten in het borstellichaam 4 een effect zoals schematisch in de figuren 3 en 4 is afgebeeld, volgens hetwelke materiaaldeeltjes 21, in de vorm van spanen of dergelijke, worden gevormd. De aanwezigheid van deze materiaaldeeltjes 21 kan de goede positionering van de vezels 16, alsmede van de ankerplaatjes 5 zoals uiteengezet in de inleiding verstoren. Een aantal vezels 16 kan zieh bijvoorbeeld zoals weergegeven in figuur 3 scheef zetten, waardoor de borstelharen een "verwaaid" uitzicht verkrijgen.
Volgens de huidige uitvinding wordt hieraan verholpen, of wordt het voornoemde effect minstens geminimaliseerd, door gebruik te maken van ankerplaatjes 22 die voorzien zijn van minstens een naar de onderzijde toe vernauwend gedeelte 23, zodanig dat de ankerplaatjes 22 vlotter in de openingen 3 kunnen dringen, zonder daarbij een verspanend effect te bewerkstelligen.
Volgens de uitvoering van figuren 5 tot 9 is het ankerplaatje 22 voorzien van een vernauwend gedeelte 23 doordat afschuiningen 24-25 aan weerszijden van de onderrand 26, in dit geval aan de grote zijvlakken 27-28, zijn aangebracht. Onder de 11 onderrand" dient volgens de uitvinding de rand
<Desc/Clms Page number 9>
van het ankerplaatje 22 te worden verstaan die naar de bodem van de betreffende opening 3 is gericht.
De afschuiningen 24-25 strekken zieh over de volledige lengte van de onderrand 26 uit en maken dat het ankerplaatje 22 in doorsnede spits toeloopt.
Door de voornoemde afschuiningen 24-25 wordt verkregen dat het ankerplaatje 22 zich onderaan als het ware een weg doorheen het materiaal snijdt, terwljl aan de tegenovereenliggende uiteinden 29-30 toch nog een degelijk inklemmingseffect gewaarborgd blijft. Door het geleidend effect van het vernauwend gedeelte 23, en in dit geval ook het snijeffect van de onderrand 26, wordt verkregen dat de vorming van materiaaldeeltjes 21 wordt uitgesloten, zoniet wordt geminimaliseerd. Bovendien wordt verkregen dat het materiaal van het borstellichaam 4 zieh, zoals aangeduid met pijlen A in de figuren 6,7 en 9, als het ware terug sluit achter het ankerplaatje 22, waardoor een vergrendelingseffect wordt verkregen.
Het voornoemde vernauwend gedeelte 23 kan op verschillende wijzen worden uitgevoerd. Een aantal varianten hiervan is weergegeven in de figuren 10 tot 22.
Figuur 10 toont een ankerplaatje 22 waarbij het vernauwend gedeelte 23 gevormd is door een eenzijdige afschuining 24.
Volgens figuur 11 strekken de afschuiningen 24 en 25 zieh over de volledige hoogte van het ankerplaatje 22 uit, hetgeen betekent dat het voornoemde gedeelte 23 in feite uit het volledige ankerplaatje 22 bestaat.
<Desc/Clms Page number 10>
De afschuiningen hoeven zoals weergegeven in figuren 5 tot 11 niet noodzakelijk aan de zijvlakken 27-28 te zijn gerealiseerd, doch kunnen ook aan de kopse zijden 31-32 worden voorzien, zoals aangeduid met referenties 33 en 34 in de figuren 12 en 13.
Figuren 14 en 15 tonen een combinatie waarin afschuiningen 24 en 25, alsook 33 en 34 zijn toegepast.
Het vernauwend gedeelte 23 kan door eender welke vormverandering tot stand worden gebracht. Onder het begrip "vernauwend" dient volgens de uitvinding iedere wijziging van vorm in de doorsnede van het ankerplaatje 22 te worden verstaan die ertoe bijdraagt dat het ontstaan van materiaaldeeltjes 21 wordt uitgesloten en/of ertoe bijdraagt dat het ankerplaatje 22 optimaler in de bijhorende opening 3 kan worden gebracht. Zoals afgebeeld in de figuren 16 en 19, is het dan ook niet uitgesloten om het ankerplaatje 22 nabij de onderrand 26 te vernauwen door dit onderaan van een of meer afrondingen 35-36 te voorzien.
Figuur 17 toont nog een variante, waarbij het vernauwend gedeelte 23 zieh op een afstand van de onderrand 26 bevindt. Hierbij bestaat het ankerplaatje 22 uit een onderste deel met een breedte Bl die bij voorkeur kleiner is dan de diameter van de opening 3 en uit een bovenste deel met een breedte B2 die groter is dan de voornoemde diameter.
In de figuren 18,19 en 20 zijn ankerplaatjes 22 weergegeven waarvan de onderrand 26 geen scherpe snede vertoont, teneinde te voorkomen dat het ankerplaatje 22 bij het inbrengen in het borstellichaam 4 de vezelbundels 2 beschadigt. Daartoe wordt, in een eerste mogelijkheid, de onderrand 26 afgevlakt, tenminste dat gedeelte dat in
<Desc/Clms Page number 11>
contact komt met de vezelbundels 2, of, in een tweede mogelijkheid, deze onderrand 26 afgerond, zoals weergegeven in de figuren 19 en 20.
Volgens een bijzonder aspect van de uitvinding wordt het ankerplaatje 22 aan de bovenzijde voorzien van een vormgeving die het terugdringen van dit ankerplaatje 22 tegenwerkt. Meer speciaal zal zulk ankerplaatje 22 hiertoe zoals afgebeeld in de figuren 21 en 22 aan zijn bovenzijde worden voorzien van een of meer randgedeelten 37 die in doorsnede een scherpe hoek defini ren, met andere woorden een hoek H die kleiner is dan 900, en beter nog kleiner is dan 450.
Het is duidelijk dat de uitvinding zowel betrekking heeft op borstels 19 waarvan de vezelbundels 2 door middel van dergelijke ankerplaatjes 22 zijn vastgezet, als op zulke ankerplaatjes 22 zelf. Vanzelfsprekend beperkt de uitvinding zich niet tot tandenborstels, doch kan zij op eender welk soort van borstel 19 worden toegepast.
De vervaardiging van borstels 19 kan volgens de uitvinding gebeuren door middel van een op zichzelf bekende inrichting, meer speciaal een inrichting 1 zoals hiervoor werd beschreven aan de hand van figuur 1. Volgens het proc d van de uitvinding worden hierbij dan wel ankerplaatjes 22 toegepast die zoals voornoemd voorzien zijn van een vernauwend gedeelte 23.
Bij voorkeur wordt hiertoe aan de ingang van het vulwerktuig 6 een draad 10 toegevoerd waaraan reeds het voornoemd vernauwend gedeelte 23 gevormd is, bijvoorbeeld door een draad 10 aan deze ingang toe te voeren die een doorsnede vertoont zoals afgebeeld in flguur 23.
<Desc/Clms Page number 12>
Meer speciaal nog geniet het de voorkeur dat hiertoe wordt uitgegaan van een bobijn 17 met draad 10 die een aangepaste vormgeving vertoont, met andere woorden waaraan reeds van bij de fabricage het vernauwend gedeelte 23 is aangebracht.
Volgens een bijzondere werkwijze van de uitvinding wordt uitgegaan van een draadvoorraad, meer speciaal een draad 10 die in de vorm van een bobijn 17 is opgewikkeld, en wordt de draad 10 tijdens zijn toevoer van deze draadvoorraad naar het vulwerktuig 6 vervormd, teneinde het voornoemde vernauwend gedeelte 23 te cre ren, bijvoorbeeld zoals schematisch in figuur 24 is afgebeeld, volgens dewelke een draad 10 met een rechthoekige doorsnede wordt omgevormd tot een draad met een doorsnede volgens figuur 23. Hiertoe zijn tussen de bobijn 17 en het vulwerktuig 6 middelen 38 aangebracht om een vernauwing, meer speciaal afschuining 24-25 aan de draad 10 aan te brengen. Deze middelen 38 kunnen van willekeurige aard zijn en kunnen bijvoorbeeld bestaan uit een walsinrichting of dergelijke.
In principe is het ook niet uitgesloten om het voornoemd vernauwend gedeelte 23 in het vulwerktuig 6 aan de draad 10 en/of de reeds afgesneden ankerplaatjes 22 te vormen. Zo bijvoorbeeld kunnen de afschuiningen 33 en 34 worden gerealiseerd door in het vulwerktuig 6 in een opstuiking van de randen van de ankerplaatjes 22 te voorzien.
Ook is het niet uitgesloten om losse ankerplaatjes 22 toe te voeren, in de plaats van deze plaatselijk te vormen.
Tenslotte wordt opgemerkt dat uitvoeringsvormen waarbij de verticale doorsnede gelijkvormig is over de volledige lengte van het ankerplaatje 22 de voorkeur geniet, daar dergelijke ankerplaatjes 22 eenvoudig kunnen worden
<Desc/Clms Page number 13>
verwezenlijkt door uit te gaan-van een draad 10 met gepaste vormgeving, zonder dat een vormwijziging moet worden uitgevoerd bij de fabricage van de borstels 19. Ook blijven de kopse zijden 31 en 32 dan parallel over hun volledige hoogte, waardoor minstens dezelfde inklemmingshoogte Hl bewaard blijft als bij klassieke ankerplaatjes 5.
Eveneens wordt opgemerkt dat dankzij de uitvinding de klassieke metalen ankerplaatjes eventueel kunnen vervangen worden door ankerplaatjes uit kunststof. Doordat de kracht die nodig is om plaatjes volgens de uitvinding in het borstellichaam te drijven kleiner is dan bij klassieke rechthoekige plaatjes, kunnen immers plaatjes uit een materiaal dat minder stevig is dan metaal worden aangewend, hetgeen vroeger een probleem stelde.
De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen, doch dergelijke borstel, alsmede de werkwijze en inrichting voor het vervaardigen ervan, kunnen volgens verschillende varianten worden verwezenlijkt, zonder bulten het kader van de uitvinding te treden.
<Desc / Clms Page number 1>
Brush and method. and device for manufacturing such a brush.
This invention relates to a brush, as well as to a method and a device for manufacturing such a brush.
It is known that in the manufacture of brushes, the fiber bundles which form the bristles can be fixed in the brush body by means of either staples or anchor plates. The present invention relates to brushes of the latter type, in other words the fixing of the fiber bundles by means of anchor plates. The object of the invention is to provide an improved brush of this type.
To this end the invention relates in the first place to a brush which comprises a brush body which is provided with openings, as well as with fiber bundles fixed in these openings by means of anchor plates, characterized in that this brush comprises anchor plates which are provided with at least one downwards narrowing portion.
Various advantages are obtained because the anchor plates are provided with a portion narrowing downwards.
A first advantage is that they can be introduced more easily into the corresponding openings.
A second advantage is that during the penetration of the anchor plates into the material of the brush
<Desc / Clms Page number 2>
body the chance of the development of chips and burrs is excluded, if not the occurrence thereof is minimized. This prevents material particles from the brush body from falling into the openings and between the brush fibers, which up to now is a problem with the known embodiments, since such material particles can disturb the correct position of the brush fibers and / or anchor plates, which can result in a poor implantation of the fiber bundles, both in terms of the positioning of the fibers and in terms of the quality of the fixation.
A third advantage of the invention consists in that the material of the brush body, at least when it consists of a relatively flexible material, such as plastic, is not scraped away during the penetration of the anchor plates, but is pushed aside to behind the anchor plate as the could be closed again, as a result of which the anchor plate is prevented from moving back, which better fixing of the anchor plate in the relevant opening and thus also a better fixing of the fiber bundles.
A fourth advantage of the invention is that the risk of cracks and tears occurring in the brush body as a result of applying the anchor plates is minimized.
It is clear that the narrowing portion is preferably designed in such a way that the formation of chips and / or burrs during the penetration of the anchor plate is avoided.
More particularly, it is preferable that the narrowing portion is designed such that a cutting effect of the anchor plate is obtained during the penetration.
<Desc / Clms Page number 3>
In practical terms, such part will be formed by one or more chamfers, preferably at the bottom edge of such anchor plate, in other words the edge of the anchor plate which is directed towards the bottom of the associated opening.
In a preferred embodiment, the narrowing portion is formed in that the relevant anchor plates are provided at least on one of the two large side surfaces with at least one deformation, more particularly a chamfer or the like.
In the most preferred embodiment, a chamfer is provided on both large side faces of such anchor plate, which chamfers meet at the lower edge of the anchor plate.
According to a variant, however, it is not excluded to provide such deformations, more particularly chamfers, on the end faces of the anchor plate, or to provide a combination of chamfers both on the large side faces and on the end faces.
Furthermore, it is always preferable that such a narrowing portion, and more particularly the chamfer, be designed such that the anchor plate tapers at least at the places where it comes into contact with the material from which the brush body is formed.
Optionally, the lower edge of the anchor plate, or at least at least the portion of the lower edge that comes into contact with the fiber bundles, can be designed such that it is free of sharp edges, for which purpose the lower edge can for instance be rounded off or flattened. Because of this
<Desc / Clms Page number 4>
excluded that the fiber bundles are damaged by the insertion of the anchor plates.
In a preferred embodiment, the anchor plate is provided on the top side, either on one or both of the longitudinal edges, or on one or both of the end edges, or on both longitudinal and end edges, with a shape which counteracts the pushing back of the anchor plate . For this purpose the anchor plate can be provided with a classic flat top. However, in order to increase the intended effect, the anchor plate can be provided at the top with one or more edge portions which have a sharp angle in cross-section, in other words an angle which is smaller than 900.
The invention also relates to a method for manufacturing such a brush, wherein the bristles are implanted in a brush body by placing fiber bundles in apertures in the brush body by means of a filling tool and having anchor plates, characterized in that anchor plates can be used which, on the edge with which they are pressed into the aforementioned openings, are provided with a narrowing, more particularly a chamfer.
Depending on the shape of the desired anchor plates, the aforementioned method may or may not be implemented on a conventional device for manufacturing brushes. According to the first possibility, the realization of the anchor plates is based on a wire supply with wire in which the aforementioned restriction is already arranged.
According to the second possibility, the narrowing portion is partially or completely formed at the location of the brush making machine itself.
<Desc / Clms Page number 5>
The invention therefore also relates to a device for manufacturing brushes, which is composed of at least one filling tool; means for positioning brush bodies and the filling tool opposite each other; means for feeding fiber bundles to the filling tool; and means for feeding a wire to the filling tool to form anchor plates therefrom, characterized in that this device is also equipped with means for attaching a narrowing portion, more particularly one or more chamfers, to the wire and / or the anchor plates bring.
With the insight to better demonstrate the characteristics of the invention, a few preferred embodiments are described below as an example without any limiting character, with reference to the accompanying drawings, in which: figure 1 shows a known device for fixing fiber bundles in brush bodies by means of of anchor plates; figure 2 schematically represents an anchor plate of known shape, together with a fiber bundle; figure 3 schematically represents the fiber bundle of figure 2 after it has been placed in an opening in a brush body; figure 4 represents a section according to line IV-IV in figure 3; figure 5 represents in perspective an anchor plate as used in a brush according to the invention;
figure 6 represents a part of a brush according to the invention, wherein an anchor plate as shown in figure 5 is applied; figure 7 represents a section according to line VII-VII in figure 6;
<Desc / Clms Page number 6>
figures 8 and 9 schematically show how the fiber bundle of figure 6 is arranged in the brush body; figures 10 to 12 show a number of variants of anchor plates for realizing brushes according to the invention; figure 13 represents a view according to arrow F13 in figure 12; Figure 14 shows another anchor plate; figure 15 represents a view according to arrow F15 in figure 14; figures 16 to 18 show three more anchor plates according to the invention;
figures 19 to 21 represent another three variants of anchor plates according to the invention in perspective; figure 22 represents a section according to line
XXII-XXII in Figure 18, wherein the anchor plate is clamped in a brush body; figure 23 represents a section on a larger scale according to line XXIII-XXIII in figure 1, but for an embodiment according to the invention; Fig. 24 very schematically represents a part of a device according to the invention.
In order to better situate the invention, Fig. 1 schematically shows a known device 1 which allows for fixing fiber bundles 2 in openings 3 in brush bodies 4, this with the help of anchor plates 5 as shown in Fig. 2.
This device 1 contains a filling tool 6; means 7 for positioning brush bodies 4 and the filling tool 6 opposite each other; means 8 for supplying fiber bundles 2 to the filling tool 6; and means 9 for a wire 10
<Desc / Clms Page number 7>
to supply the filling tool 6 to form anchor plates 5 therefrom.
The filling tool 6 comprises a guide 11 via which a fiber bundle 2 can be pressed into an opening 3 by means of an anchor plate 5, this by means of a reciprocating pin 12.
The means 8 for supplying fiber bundles 2 to the filling tool 6 consist of a reciprocating rotating beam remover 13 which is provided with a recess 14 which cooperates with at least one fiber magazine 15 in which an amount of loose fibers 16 is present, such that each cycle of the fiber bundle remover 13 a quantity of fibers 16 is received in the recess 14 and brought into line with the guide 11.
The aforementioned means 9 consist of a bobbin 17 with wire 10 which is supplied to the filling tool 6, from which wire the anchor plates 5 are cut off by means of the pin 12.
The means 7 for positioning the brush bodies 4 and the filling tool 6 opposite each other can be of any kind. In the example shown, these consist of a movable brush body holder 18.
Such a device 1 is known per se and is therefore not described in further detail.
The method followed for manufacturing the brushes 19 consists in that the brush bodies 4 are presented one after the other with the openings 3 for the filling tool 6 and that each time, by means of the bundle remover
<Desc / Clms Page number 8>
13, a fiber bundle 2 is brought in line with the guide 11. By moving the pin 12 back and forth, a piece of material is cut off from the end of the wire 10, which then forms the anchor plate 5 and the fiber bundle 2 is taken from the recess 20 with the movement of the anchor plate 5 into the brush body 4.
Because the known anchor plates 5 have a prismatic rectangular shape as shown in Figure 2, an effect as shown schematically in Figures 3 and 4 is created when implanted in the brush body 4, according to which material particles 21, in the form of chips or the like, are being formed. The presence of these material particles 21 can disturb the proper positioning of the fibers 16, as well as of the anchor plates 5 as set out in the introduction. A number of fibers 16 can, for example, be skewed as shown in Figure 3, whereby the bristles obtain a "blown" appearance.
According to the present invention, this is remedied, or at least the aforementioned effect is minimized, by using anchor plates 22 which are provided with at least one part 23 narrowing downwards, such that the anchor plates 22 can penetrate the openings 3 more easily, without thereby creating a machining effect.
According to the embodiment of figures 5 to 9, the anchor plate 22 is provided with a narrowing portion 23 in that chamfers 24-25 are arranged on either side of the lower edge 26, in this case on the large side surfaces 27-28. According to the invention, the edge serves below the lower edge
<Desc / Clms Page number 9>
of the anchor plate 22 which is directed towards the bottom of the relevant opening 3.
The chamfers 24-25 extend over the entire length of the lower edge 26 and cause the anchor plate 22 to taper in cross section.
The aforementioned chamfers 24-25 ensure that the anchor plate 22 cuts a path through the material, as it were, while a solid clamping effect is still guaranteed at the opposite ends 29-30. Due to the conductive effect of the narrowing portion 23, and in this case also the cutting effect of the lower edge 26, it is obtained that the formation of material particles 21 is excluded, if not minimized. Moreover, it is obtained that the material of the brush body 4, as indicated by arrows A in Figs. 6, 7 and 9, as it were, closes back behind the anchor plate 22, whereby a locking effect is obtained.
The aforementioned narrowing portion 23 can be designed in various ways. A number of variants of this is shown in Figures 10 to 22.
Figure 10 shows an anchor plate 22 in which the narrowing portion 23 is formed by a one-sided chamfer 24.
According to Figure 11, the chamfers 24 and 25 extend over the full height of the anchor plate 22, which means that the aforementioned part 23 actually consists of the complete anchor plate 22.
<Desc / Clms Page number 10>
The chamfers do not necessarily have to be realized on the side faces 27-28 as shown in figures 5 to 11, but can also be provided on the end faces 31-32, as indicated by references 33 and 34 in figures 12 and 13.
Figures 14 and 15 show a combination in which chamfers 24 and 25, as well as 33 and 34 are applied.
The narrowing portion 23 can be produced by any shape change. According to the invention, the term "narrowing" is to be understood to mean any change in shape in the cross-section of the anchor plate 22 which contributes to the formation of material particles 21 being excluded and / or contributes to the anchor plate 22 being optimized in the corresponding opening 3. can be brought. As shown in Figures 16 and 19, it is therefore not excluded to narrow the anchor plate 22 near the lower edge 26 by providing it at the bottom with one or more roundings 35-36.
Figure 17 shows yet another variant, the narrowing portion 23 being at a distance from the lower edge 26. Here, the anchor plate 22 consists of a lower part with a width B1 which is preferably smaller than the diameter of the opening 3 and of an upper part with a width B1 which is larger than the aforementioned diameter.
Figures 18, 19 and 20 show anchor plates 22, the lower edge 26 of which does not have a sharp cut, in order to prevent the anchor plate 22 from damaging the fiber bundles 2 when introduced into the brush body 4. To this end, in a first possibility, the lower edge 26 is flattened, at least that portion into it
<Desc / Clms Page number 11>
comes into contact with the fiber bundles 2, or, in a second possibility, this lower edge 26 rounded, as shown in figures 19 and 20.
According to a special aspect of the invention, the anchor plate 22 is provided on the top with a shape that counteracts the pushing back of this anchor plate 22. More specifically, such anchor plate 22 as shown in Figures 21 and 22 will be provided on its upper side with one or more edge portions 37 which define a sharp angle in cross-section, in other words an angle H which is smaller than 900, and better still is less than 450.
It is clear that the invention relates both to brushes 19 whose fiber bundles 2 are fixed by means of such anchor plates 22 and to such anchor plates 22 themselves. The invention is of course not limited to toothbrushes, but can be applied to any kind of brush 19.
According to the invention, the production of brushes 19 can take place by means of a device known per se, more particularly a device 1 as described above with reference to figure 1. According to the process of the invention or anchor plates 22 are used here that such as being provided with a narrowing portion 23.
To this end, a wire 10 is preferably supplied to the entrance of the filling tool 6, to which already the aforementioned constriction portion 23 has been formed, for example by feeding a wire 10 to this entrance which has a cross-section as shown in Fig. 23.
<Desc / Clms Page number 12>
More in particular, it is preferable for this purpose to start from a bobbin 17 with thread 10 which has a modified shape, in other words to which the constriction portion 23 has already been applied from manufacture.
According to a special method of the invention, a wire supply is started from, more particularly a wire 10 wound up in the form of a bobbin 17, and the wire 10 is deformed during its feeding of this wire supply to the filling tool 6, in order to narrow the aforementioned 23, for example as shown schematically in Figure 24, according to which a wire 10 with a rectangular cross-section is transformed into a wire with a cross-section according to Figure 23. For this purpose means 38 are arranged between the bobbin 17 and the filling tool 6 for to apply a narrowing, in particular chamfer 24-25, to the wire 10. These means 38 can be of any nature and may, for example, consist of a rolling device or the like.
In principle, it is also not excluded to form the aforementioned narrowing portion 23 in the filling tool 6 on the wire 10 and / or the already cut anchor plates 22. For example, the chamfers 33 and 34 can be realized by providing a bulging of the edges of the anchor plates 22 in the filling tool 6.
It is also not excluded to supply loose anchor plates 22 instead of forming them locally.
Finally, it is noted that embodiments in which the vertical cross-section is uniform over the full length of the anchor plate 22 are preferred, since such anchor plates 22 can be easily
<Desc / Clms Page number 13>
realized by starting from a thread 10 of suitable shape, without having to make a shape change in the manufacture of the brushes 19. The end faces 31 and 32 then also remain parallel over their entire height, whereby at least the same clamping height H1 is retained remains as with classic anchor plates 5.
It is also noted that, thanks to the invention, the classic metal anchor plates can optionally be replaced by plastic anchor plates. Because the force required to drive plates according to the invention into the brush body is smaller than with traditional rectangular plates, plates made of a material that is less strong than metal can be used, which in the past posed a problem.
The present invention is by no means limited to the embodiments described by way of example and shown in the figures, but such a brush, as well as the method and device for manufacturing it, can be realized according to different variants, without going beyond the scope of the invention.