BE1010807A6

BE1010807A6 - Verbeterde luier.

Info

Publication number: BE1010807A6
Application number: BE9601050A
Authority: BE
Original assignee: Moens August; Alphen Walter Van
Priority date: 1996-12-17
Filing date: 1996-12-17
Publication date: 1999-02-02

Abstract

Verbeterde luier, daardoor gekenmerkt dat zij bestaat uit een voor vocht ondoordringbare drager (1); een vochtabsorberend binnendeel (2); een faecesreservoir (12); en in het vochtabsorberende binnendeel (2) een gleuf (10) die in verbinding staat met het faecesreservoir (12).

Description

Verbeterde luier.

Deze uitvinding heeft betrekking op een verbeterde luier, namelijk een luier zoals deze in het algemeen gebruikt worden voor het opvangen van urine en/of ontlasting bij kinderen, bij bedlegerige personen en bij incontinente personen.

Men weet dat het opvangen van urine bij de moderne luiers weinig of geen problemen stelt.

Anders is het echter gesteld voor wat betreft het opvangen van ontlasting vermits het volume ontlasting zich in het geval van een luier steeds tussen de luier en het lichaam plaatst en daar aanwezig blijft waardoor de huid zeer vlug geïrriteerd wordt, enerzijds, en het om dit te vermijden noodzakelijk is dat zulke luier regelmatig vervangen wordt, anderzijds.

Een ander nadeel van de bekende luiers is dat het buitendeel ervan, dat in een voor vocht ondoordringbaar materiaal is verwezenlijkt, steeds één geheel vormt met het binnendeel van de luier, namelijk dat deel dat vocht kan opslorpen.

Zulke luiers worden dan ook als dusdanig weggeworpen waarbij het buitendeel verwijderd moet worden van het binnendeel om in aanmerking te kunnen komen voor recyclage.

Gezien de grote hoeveelheid luiers die bij kinderen, en bij incontinente personen of dergelijke gebruikt worden en gezien het steeds groeien van de afvalberg is de recycleerbaarheid van ook luiers zeer belangrijk.

Nog een ander nadeel ligt in het feit dat het gebruik van de bekende luiers samengaat met het optreden van onaangename geurtjes.

Een eerste voorwerp van de uitvinding is dan ook een verbeterde luier waarbij voorzieningen zijn getroffen om niet enkel de urine op geschikte wijze op te vangen doch tevens de ontlasting zodanig op te vangen dat de aanraking van deze ontlasting met de huid zoveel mogelijk wordt beperkt.

Een ander voorwerp van de luier volgens de uitvinding is het buitendeel en het binnendeel van de luier zodanig afneembaar te maken ten opzichte van elkaar dat het buitendeel meerdere keren kan worden gebruikt terwijl het binnendeel telkens wordt vervangen.

Na gebruik kan het binnendeel als afval en/of voor recyclage worden gesorteerd en ook het buitendeel kan, eventueel nadat er slijtage optreedt, worden gesorteerd met het oog op recyclage van het voor vocht ondoordringbare materiaal dat bijvoorbeeld uit een flexibele kunststof bestaat.

Een derde voorwerp van de uitvinding is een luier waarbij onaangename geurtjes zoveel mogelijk worden vermeden of verdoezeld.

De verbeterde luier volgens de uitvinding bestaat hiertoe uit een voor vocht ondoordringbare drager ; een vochtabsorberend binnendeel ; een faecesreservoir ; en in het vochtabsorberende binnendeel een gleuf die in verbinding staat met het faecesreservoir.

Het vochtabsorberende binnendeel bestaat bij voorkeur uit een bovenste en uit een onderste papierlaag waarbij de voornoemde gleuf enkel in de bovenste papierlaag is voorzien en het faecesreservoir door de onderste papierlaag wordt gevormd.

In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm is het vochtabsorberende binnendeel losmaakbaar met de drager verbonden door middel van hechtmiddelen, zoals drukknopen of klittenband, die aan een tailleband van de drager, zowel aan de buikals aan de rugzijde van de gebruiker, worden vastgemaakt.

Verder is het vochtabsorberende binnendeel van de verbeterde luier bij voorkeur voorzien van geurmiddelen.

Deze geurmiddelen werken bijvoorbeeld samen met water dat deel uitmaakt van de ontlasting, de urine of andere lichaamsvochten.

Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen zijn hierna, als voorbeelden zonder enig beperkend karakter enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven met verwijzing naar de bijgaande tekeningen waarin : figuur 1 een bovenaanzicht weergeeft van een verbeterde luier volgens de uitvinding in opengevouwen stand ; figuren 2 en 3 respectievelijk een doorsnede weergeven volgens de lijnen 11-11 en 111-111 in figuur 1 ; figuur 4 een variante weergeeft van de verbeterde luier volgens figuur 1.

De verbeterde luier volgens de uitvinding bestaat uit een voor vocht ondoordringbare drager 1 die het buitendeel van de luier vormt en uit een vochtabsorberend binnendeel 2.

De drager 1 bestaat uit een langwerpig gedeelte 3, vervaardigd in een dun flexibel materiaal dat, zowel aan het uiteinde dat bij het gebruik van de luier aan de buikzijde komt te liggen als aan het uiteinde dat aan de rugzijde komt te liggen, een elastische strook 4, respectievelijk 5, vertoont.

De stroken 4 en 5 vormen samen de tailleband 4-5 van de luier en zijn hiertoe van sluitingen 6 voorzien. Deze sluitingen 6 kunnen bestaan uit knopen, kleefband, klittenband of dergelijke.

De randen 7 van het langwerpige gedeelte 3 die zieh tussen de stroken 4-5 bevinden, zijn elastisch uitgevoerd en hiertoe bijvoorbeeld met elastiek doorstikt.

Vrijwel het volledige langwerpige gedeelte 3 wordt bedekt door het voornoemde vochtabsorberende binnendeel 2 dat uit een bovenste papierlaag 8 en uit een, bij voorkeur dikkere, onderste papierlaag 9 bestaat.

Volgens de uitvinding is de bovenste papierlaag 8 voorzien van een vervormbare gleuf 10 die zieh uitstrekt in de langsrichting van het binnendeel 2, waarbij aan de uiteinden van deze gleuf 10 en loodrecht hierop verstevigingen 11 zijn aangebracht.

Ter hoogte van de gleuf 10 vormt de onderste papierlaag 9 een faecesreservoir 12 doordat deze papierlaag 9 plaatselijk langer en breder is uitgevoerd dan de

papierlaag 8. Het faecesreservoir 12 staat in verbinding met de gleuf 10 en vormt als het ware een opvangzakje dat centraal onderin het binnendeel 2 is gelegen.

In een zeer doelmatige uitvoeringsvorm, zoals in punt-streeplijn in figuur 2 is weergegeven, heeft het faecesreservoir 12 een naar de zijde van de strook 5, of met andere woorden naar de rugzijde van de luier, gerichte, langgerekte vorm. De drager 1 heeft dan ook een aangepaste vorm.

Twee aanliggende lippen 13 sluiten het faecesreservoir 12 af waarbij de voornoemde gleuf 10 de scheiding tussen de lippen 13 vormt.

Deze lippen 13 kunnen elastisch uitgevoerd worden zodanig dat ze tussen twee uiterste standen kunnen bewegen en kunnen over hun volledige oppervlakte voorzien zijn van verstevigingen 14.

In de gesloten stand, namelijk de rusttoestand, van de lippen 13 sluiten deze aan elkaar aan om als het ware één vlak te vormen terwijl in de geopende stand van de lippen 13 een opening ontstaat in de bovenste papierlaag 8. De geopende stand van de lippen 13 is in punt-streeplijn weergegeven in de figuren 1 en 4.

In de voorkeurdragende uitvoeringsvorm zoals weergegeven in figuur 4 is het vochtabsorberende binnendeel 2 losmaakbaar met de drager 1 verbonden door middel van hechtmiddelen 15 die in dit voorbeeld bestaan uit drukknopen maar die eventueel ook kunnen worden gevormd door klittenband, haakjes, kleefband of dergelijke.

Bij voorkeur is het vochtabsorberende binnendeel 2 voorzien van, niet in de figuren weergegeven, geurmiddelen.

Deze geurmiddelen kunnen bijvoorbeeld bestaan uit kleine wateroplosbare capsules of korrels die in de papierlagen 8 en/of 9 verwerkt zitten.

Het gebruik van een dergelijke verbeterde luier is zeer eenvoudig en als volgt.

De luier wordt op klassieke wijze aan de gebruiker aangebracht en door middel van de sluitingen 6 op zijn plaats gehouden.

Wanneer de gebruiker van de luier een ontlasting heeft, zal deze ontlasting terecht komen op het binnendeel 2 van de luier ter plaatse van de gleuf 10 in de bovenste papierlaag 8.

Wanneer de gebruiker van de luier vervolgens door de knieën buigt om te gaan zitten of om een hurkbeweging te maken, zal de luier worden opgespannen en zullen de lippen 13 automatisch van elkaar weg getrokken worden tot in een geopende stand, waardoor de faeces op de onderste papierlaag 9 zullen vallen en waardoor de papierlaag 9, vanuit een opgevouwen toestand, openplooit en tot tegen de drager 1 zakt.

Wanneer de gebruiker van de luier daaropvolgend weer rechtop gaat staan, zullen de lippen 13 opnieuw hun gesloten stand aannemen en zullen de faeces achterblijven in het faecesreservoir 12.

Op deze wijze wordt de tijd dat de uitwerpselen in contact blijven met de huid beperkt of wordt dit contact zelfs vermeden.

Indien het faecesreservoir 12 van de verbeterde luier de voornoemde, naar de rugzijde van de luier gerichte, langgerekte vorm vertoont, zal de gebruiker bij het zitten zelfs weinig of niet steunen op de uitwerpselen in het faecesreservoir 12.

Het is duidelijk dat de gebruiker op deze wijze een minder onaangename gewaarwording heeft.

Wanneer de uitvinding de uitvoeringsvorm heeft zoals weergegeven in figuur 4 is het mogelijk om na de ontlasting niet de gehele luier maar enkel het binnendeel 2 te vervangen.

Dit gebeurt door het losmaken van de hechtmiddelen 15 en het wegnemen van het bevuilde binnendeel 2 waarna een nieuw binnendeel 2 op zijn plaats in de drager 1 wordt gebracht en hieraan wordt vastgemaakt met behulp van de hechtmiddelen 15.

Het in de inleiding vermelde probleem van geurhinder wordt enerzijds verminderd doordat het faecesreservoir 12 in rusttoestand volledig wordt afgesloten door de lippen 13.

Anderzijds, worden aangename aroma's verspreid door de voornoemde geurmiddelen. Deze aroma's worden nog versterkt indien lichaamsvochten zieh vermengen met deze geurmiddelen in het vochtabsorberende binnendeel 2.

Het is duidelijk dat de uitvinding geenszins beperkt is tot de als voorbeeld beschreven en in de bijgaande tekeningen weergegeven uitvoeringen, doch zulke luier kan in allerlei vormen en afmetingen worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Zo is het ook mogelijk dat de stroken 4 en 5 steeds met elkaar verbonden zijn en een feitelijke tailleband vormen zodat de luier de vorm van een slip aanneemt. Bij voorkeur zijn de voornoemde stroken dan ook breder uitgevoerd dan in de tekeningen.

Een andere variante van de luier is voorzien van middelen om in een slip te worden aangebracht en hieraan te worden vastgemaakt. In dit geval bestrijkt de luier minstens een gebied in de slip dat zieh uitstrekt tot voorbij de lichaamsopeningen van de gebruiker.

De voornoemde slip kan een klassieke katoenen slip zijn of, in het geval de luier is uitgevoerd zonder voornoemde drager, kan ook een slip gebruikt worden die in een voor vocht ondoordringbaar materiaal verwezenlijkt is.

Claims

Conclusies.

1. - Verbeterde luier, daardoor gekenmerkt dat zij bestaat uit een voor vocht ondoordringbare drager (l) ; een vochtabsorberend binnendeel (2) ; een faecesreservoir (12) ; en in het vochtabsorberende binnendeel (2) een gleuf (10) die in verbinding staat met het faecesreservoir (12).

2.-Verbeterde luier volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat het vochtabsorberende binnendeel (2) uit een bovenste papierlaag (8) en uit een onderste papierlaag (9) bestaat.

3.-Verbeterde luier volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat de gleuf (10) aangebracht is in de bovenste papierlaag (8) en zieh uitstrekt in de langsrichting van het binnendeel (2).

4.-Verbeterde luier volgens een van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de onderste papierlaag (9) ter hoogte van de gleuf (10) plaatselijk langer en breder is uitgevoerd dan de bovenste papierlaag (8) ten einde het faecesreservoir (12) te vormen.

5.-Verbeterde luier volgens conclusie 4, daardoor gekenmerkt dat de gleuf (10) de scheiding tussen twee lippen (13) vormt.

6.-Verbeterde luier volgens conclusie 5, daardoor gekenmerkt dat de lippen (13) elastisch zijn uitgevoerd zodanig dat ze tussen twee uiterste standen kunnen bewegen. <Desc/Clms Page number 10>

7.-Verbeterde luier volgens een van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het faecesreservoir (12) een, naar de rugzijde van de luier gerichte, langgerekte vorm vertoont.

8.-Verbeterde luier volgens een van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het vochtabsorberende EMI10.1 binnendeel (2) losmaakbaar met de drager (1) verbonden is door middel van hechtmiddelen (15).

9.-Verbeterde luier volgens een van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat in het binnendeel (2) geurmiddelen zijn voorzien.