BE1010757A3 - Werkwijze voor het vervaardigen van een weefsel met rugbedekking. - Google Patents

Werkwijze voor het vervaardigen van een weefsel met rugbedekking. Download PDF

Info

Publication number
BE1010757A3
BE1010757A3 BE9600969A BE9600969A BE1010757A3 BE 1010757 A3 BE1010757 A3 BE 1010757A3 BE 9600969 A BE9600969 A BE 9600969A BE 9600969 A BE9600969 A BE 9600969A BE 1010757 A3 BE1010757 A3 BE 1010757A3
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
fabric
warp threads
tied
threads
cover
Prior art date
Application number
BE9600969A
Other languages
English (en)
Inventor
Jos Mertens
Original Assignee
Wiele Michel Van De Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Wiele Michel Van De Nv filed Critical Wiele Michel Van De Nv
Priority to BE9600969A priority Critical patent/BE1010757A3/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1010757A3 publication Critical patent/BE1010757A3/nl

Links

Classifications

    • DTEXTILES; PAPER
    • D03WEAVING
    • D03DWOVEN FABRICS; METHODS OF WEAVING; LOOMS
    • D03D27/00Woven pile fabrics
    • D03D27/02Woven pile fabrics wherein the pile is formed by warp or weft
    • D03D27/10Fabrics woven face-to-face, e.g. double velvet

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Textile Engineering (AREA)
  • Woven Fabrics (AREA)

Abstract

Een weefsel, met een zich langs de rugzijde uitstrekkend bedekkingsmiddel, dat gevormd is door de zich langs de rugzijde van het weefsel uitstrekkende delen van in het weefsel afgebonden dekkettingdraden (7),(8); (14),(15) en waarvan de rugzijde geruwd is, zodat deze de eigenschappen van een dekenoppervlak heeft. Een werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijk weefsel waarbij gedurende het weven dekkettingdraden (7),(8); (14),(15) afwisselend in het weefsel afgebonden worden en langs de rugzijde van het weefsel gebracht worden.

Description


   <Desc/Clms Page number 1> 
 



  "Werkwijze voor het vervaardigen van een weefsel met rugbedekking". 



   De onderhavige uitvinding heeft betrekking tot een werkwijze voor het vervaardigen van een weefsel met een zieh langs de rugzijde uitstrekkend bedekkingsmiddel, en tot een dergelijk weefsel. 



   In Oosterse landen, zoals bijvoorbeeld Japan, is het gebruikelijk om een tapijt op een stro-vloermat te leggen. Een dergelijke vloermat (bijvoorbeeld een   "tatami"-vloermat)   bestaat uit dunne samengeweven strohalmen. Om te vermijden dat de rugzijde van het tapijt de vloermat zou beschadigen wordt tussen de rugzijde van het tapijt en de vloermat een deken voorzien. Om die reden is het ook gekend om tapijten, voorzien van een zieh langs de rugzijde ervan uitstrekkend deken, te vervaardigen. 



   Dit deken wordt na het weven van het tapijt aan de rugzijde geconfectioneerd. Dit heeft als gevolg dat de productiekosten voor het vervaardigen van dergelijke tapijten relatief hoog liggen, en dat deze tapijten dus relatief duur zijn. 



   Het doel van deze uitvinding is te voorzien in een werkwijze voor het vervaardigen van een weefsel met een zieh langs de rugzijde uitstrekkend bedekkingsmiddel, en een dergelijk weefsel, zonder de in de vorige paragraaf aangeduide nadelen. 



   Dit doel werd volgens deze uitvinding bereikt door te voorzien in een werkwijze waarbij gedurende het weven, dekkettingdraden afwisselend in het weefsel afgebonden worden en langs de rugzijde van het weefsel gebracht worden, zodat het bedekkingsmiddel hoofdzakelijk door de zieh langs de rugzijde van het weefsel uitstrekkende delen van dekkettingdraden gevormd wordt, en waarbij de rugzijde van het aldus gevormde bedekkingsmiddel vervolgens geruwd wordt. 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 



   Volgens deze werkwijze wordt het bedekkingsmiddel en het weefsel terzelfdertijd vervaardigd. Het bedekkingsmiddel is bovendien ook onmiddellijk (als gevolg van de werkwijze) met het weefsel verbonden zodat bijkomend confectioneerwerk niet meer nodig is. 



  Door de dekkettingdraden aan de rugzijde van het bedekkingsmiddel ruwer te maken bekomt het rugoppervlak van het bedekkingsmiddel de eigenschappen van een dekenoppervlak. Men bekomt dus een weefsel met een aangeweven dekenoppervlak. Hierdoor bekomt men een weefsel dat op een   strovloermat   kan gelegd worden, zonder risico dat de   strovloermat   beschadigd wordt door de rugzijde van het weefsel. 



   Om te vermijden dat de plaatsen waar de dekkettingdraden over inslagdraden afgebonden worden duidelijk zichtbaar zijn op het rugoppervlak van het bedekkingsmiddel worden naburige dekkettingdraden bij voorkeur over verschillende inslagdraden van het weefsel afgebonden. 



   Volgens een voorkeurdragende werkwijze worden meerdere stelsels van kettingdraden naast elkaar voorzien, terwijl in elk stelsel een groep van minstens twee dekkettingdraden voorzien wordt. 



   Bij voorkeur worden de dekkettingdraden van elke groep zo afgebonden in het weefsel dat er op elke plaats minstens   een   dekkettingdraad van de groep langs de rugzijde van het weefsel loopt. 



   Men bekomt een voorkeurdragend weefsel volgens deze uitvinding als er in elk stelsel twee dekkettingdraden voorzien worden die over verschillende inslagdraden van het weefsel afgebonden worden. 



   Volgens een zeer voorkeurdragende werkwijze worden de dekkettingdraden afwisselend langs de rugzijde van het weefsel gebracht en over   een   inslagdraad van het weefsel afgebonden. 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 



   Bij een bijzondere werkwijze volgens deze uitvinding worden er op een eerste en op een tweede niveau inslagdraden ingebonden door kettingdraden, terwijl de dekkettingdraden over inslagdraden van het verst van de rugzijde verwijderde niveau afgebonden worden. 



   Volgens de meest voorkeurdragende werkwijze volgens deze uitvinding worden volgens een dubbelstuk-   weefproeédé   een bovenste en een onderste poolweefsel geweven, terwijl gedurende het weven bovenste dekkettingdraden afwisselend in het bovenste poolweefsel afgebonden worden en langs de rugzijde van het bovenste poolweefsel gebracht worden, en onderste dekkettingdraden afwisselend in het onderste poolweefsel afgebonden worden en langs de rugzijde van het onderste poolweefsel gebracht worden, zodat langs de rugzijden van beide poolweefsels een respectievelijk bedekkingsmiddel gevormd wordt, en worden de rugzijden van de genoemde bedekkingsmiddelen vervolgens geruwd. 



   Deze werkwijze wordt bij voorkeur toegepast voor het vervaardigen van tapijten of badmatten met een zieh langs de rugzijde uitstrekkend bedekkingsmiddel. 



   Deze uitvinding wordt verder verduidelijkt in de hierna volgende beschrijving van een dubbelstuk-   weefproeédé,   volgens hetwelk terzelfdertijd twee poolweefsels met een zieh langs de rugzijde uitstrekkend bedekkingsmiddel overeenkomstig deze uitvinding vervaardigd worden. In deze beschrijving wordt verwezen naar de hierbij gevoegde tekeningen, waarvan,
Figuur 1 een dwarsdoorsnede in kettingrichting voorstelt van de volgens een   dubbelstuk-weefprodédé   en volgens deze uitvinding terzelfdertijd vervaardigde poolweefsels,   voor   het van elkaar scheiden van beide weefsels, en figuur 2 een dwarsdoorsnede in kettingrichting voorstelt van het onderste poolweefsel van figuur   1,   nadat 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 de rugzijde van het bedekkingsmiddel geruwd werd. 



   Op een dubbelstuk-weefmachine worden een   bovenweefsel   (BW) en een onderweefsel (OW) boven elkaar geweven (zie fig. 1). Daardoor worden in opeenvolgende werkingscycli telkens een bovenste   (1)   en een onderste inslagdraad (2) boven elkaar ingebracht in respectievelijke gapen tussen kettingdraden. Er worden naast elkaar gelegen stelsels van kettingdraden voor het bovenweefel (BW) en naast elkaar gelegen stelsels van kettingdraden voor het onderweefsel (OW) voorzien. 



   De bovenste inslagdraden   (1)   worden door twee bindkettingdraden (3), (4) van elk stelsel van kettingdraden voor het bovenweefel (BW) afwisselend op een eerste en op een tweede niveau ingebonden om het bovenweefsel (BW) te vormen. De onderste inslagdraden (2) worden door twee bindkettingdraden (9), (10) van elk stelsel van kettingdraden voor het onderweefsel (OW) afwisselend op een eerste en op een tweede niveau ingebonden om het onderweefel (OW) te vormen. 



   In elk stelsel van kettingdraden (op figuur 1 zijn de kettingdraden van   een   stelsel van het bovenste weefsel en van   een   stelsel van het onderste weefsel voorgesteld) zijn er ook verschillend gekleurde poolkettingdraden (5,6), (11,12, 13) voorzien. 



  Elke poolkettingdraad wordt in de opeenvolgende gapen op een zodanige hoogte ten opzichte van de inslaginbrengmiddelen (bijvoorbeeld twee boven elkaar werkende grijperinrichtingen) gebracht dat hij, hetzij tussen de inslagdraden (1), (2) van het eerste niveau en de inslagdraden (1), (2) van het tweede niveau in het bovenste (BW) of het onderste weefsel (OW) ingebonden wordt, hetzij afwisselend in het bovenste (BW) en het onderste weefsel (OW) over een langs de rugzijde gelegen inslagdraad (1), (2) afgebonden wordt om pool te vormen, zodat de poolkettingdraden (na het doorsnijden van de zich 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 tussen beide weefsels uitstrekkende poolkettingdraden) een vooraf bepaalde gekleurde tekening of figuur vormen. 



   In elk stelsel van kettingdraden voor het bovenweelsel (BW) en in elk stelsel van kettingdraden voor het onderweefsel (OW) zijn bovendien ook twee dekkettingdraden (7),   (8) ; (14),   (15) voorzien, dewelke afwisselend langs de rugzijde van het weefsel (BW, OW) 
 EMI5.1 
 gebracht worden en over een inslagdraad (1), (2) van het weefsel (BW, OW) afgebonden worden. De dekkettingdraden (7),   (8) ;   (14), (15) worden telkens afgebonden over een inslagdraad (1), (2) van het verst van de rugzijde van het weefsel (BW), (OW) verwijderde (langs de poolzijde gelegen) niveau. 



   De dekkettingdraden (7),   (8) ;   (14), (15) van elk stelsel worden beurtelings over de opeenvolgende inslagdraden (1), (2) van het langs de poolzijde gelegen niveau afgebonden. 



   In elk stelsel van kettingdraden van het bovenste (BW) en het onderste weefsel (OW) wordt ook een spankettingdraad (16), (17) voorzien. 



   De aldus vervaardigde poolweefsels worden van elkaar gescheiden door de zich tussen beide weefsels uitstrekkende poolkettingdraden door te snijden. 



   Beide poolweefsels (zie fig. 2) zijn voorzien van een bedekkingsmiddel dat gevormd is door de zieh langs de rugzijde uitstrekkende delen van in het weefsel afgebonden dekkettingdraden (7),   (8) ;   (14), (15). 



   De genoemde delen van de dekkettingdraden (7),   (8) ; (14),   (15) worden na het weven van het weefsel op gekende wijze geruwd, zodat de rugzijde van het bedekkingsmiddel de eigenschappen van een dekenoppervlak bekomt. 



   Het ruwen van de dekkettingdraden gebeurt bij voorkeur door het poolweefsel over een draaiende ruwwals te voeren, zodat de vezels van de dekkettingdraden 

 <Desc/Clms Page number 6> 

 losgekamd worden en de rugzijde van het bedekkingsmiddel harig wordt (zoals bij een deken). 



     Zoln   ruwwals bestaat bijvoorbeeld uit een cylindrische wals bekleed met een zogenaamd kaardbeslag. 



  Dit kaartbeslag is een soepele band voorzien van een groot aantal uitstekende punten waarmee vezels en weefsels kunnen gekamd worden. Dergelijke ruwwalsen worden gebruikt in de woldeken-industrie. 



   Beide poolweefsels omvatten naast elkaar gelegen stelsels van kettingdraden, met twee bindkettingdraden (3),   (4) ;   (9), (10) die de opeenvolgende inslagdraden   (l) ;   (2) afwisselend op een onderste niveau en op een bovenste niveau inbinden, met poolkettingdraden (5) ;

   (11), (12) die tussen de inslagdraden   (l) ;   (2) van het bovenste niveau en de inslagdraden   (l) ;   (2) van het onderste niveau ingebonden zijn, met poolkettingdraden (6), (12), (13) die onder een respectievelijke inslagdraad   (l) ;   (2) van het onderste niveau omgebogen zijn en naar boven toe uitsteken, met een spankettingdraad (16), (17) en met twee dekkettingdraden (7),   (8) ;   (14), (15) die afwisselend langs de rugzijde van het weefsel lopen en over   een   inslagdraad   (l) ;   (2) van het bovenste niveau afgebonden zijn. De twee dekkettingdraden 
 EMI6.1 
 (7), (8) (14), (15) van elk stelsel zijn beurtelings over de opeenvolgende inslagdraden (1), (2) van het bovenste niveau afgebonden.

Claims (11)

  1. ;CONCLUSIES 1. Werkwijze voor het vervaardigen van een weefsel met een zieh langs de rugzijde uitstrekkend bedekkingsmiddel, met het kenmerk dat gedurende het weven dekketting- draden (7), (8) ; (14), (15) afwisselend in het weefsel afgebonden worden en langs de rugzijde van het weefsel gebracht worden, zodat het bedekkingsmiddel hoofdzakelijk door de zieh langs de rugzijde van het weefsel uitstrekkende delen van deze dekkettingdraden gevormd wordt, en dat de rugzijde van het aldus gevormde bedekkingsmiddel vervolgens geruwd wordt.
  2. 2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk dat naburige dekkettingdraden (7), (8) ; (14), (15) over verschillende inslagdraden (1) ; (2) van het weefsel afgebonden worden.
  3. 3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk dat meerdere stelsels van kettingdraden (3-8, 16) ; (9-15, 17) naast elkaar voorzien worden, en dat in elk stelsel een groep van minstens twee dekkettingdraden (7), (8) ; (14), (15) voorzien wordt.
  4. 4. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de dekkettingdraden (7), (8) ; (14), (15) afwisselend langs de rugzijde van het weefsel gebracht worden en over een inslagdraad (l) ; (2) van het weefsel afgebonden worden. <Desc/Clms Page number 8>
  5. 5. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat er op een eerste en een tweede niveau inslagdraden (l) ; (2) ingebonden worden door kettingdraden (3), (4) ; (9), (10), en dat de dekkettingdraden (7), (8) ; (14), (15) over inslagdraden (l) ; (2) van het verst van de rugzijde van het weefsel verwijderde niveau afgebonden worden.
  6. 6. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat volgens een dubbelstuk-weefprocédé een bovenste (BW) en een onderste poolweefsel (OW) geweven worden, dat gedurende het weven bovenste dekkettingdraden ( (7), (8) afwisselend in het bovenste poolweefsel (BW) afgebonden worden en langs de rugzijde van het bovenste poolweefsel (BW) gebracht worden, en onderste dekkettingdraden (14), (15) afwisselend in het onderste poolweefsel (OW) afgebonden worden en langs de rugzijde van het onderste poolweefsel (OW) gebracht worden, zodat langs de rugzijden van beide poolweefsels (BW), (OW) een respectievelijk bedekkings-middel gevormd wordt, en dat de rugzijden van de genoemde bedekkingsmiddelen vervolgens geruwd worden.
  7. 7. Weefsel voorzien van een zich langs de rugzijde van dit weefsel uitstrekkend bedekkingsmiddel, met het kenmerk dat het bedekkingsmiddel hoofdzakelijk gevormd is door zieh langs de rugzijde van het weefsel uitstrekkende delen van in het weefsel afgebonden dekkettingdraden (7), (8) ; (14), (15), en dat de rugzijde van het bedekkingsmiddel geruwd is.
  8. 8. Weefsel, volgens conclusie 7, met het kenmerk dat naburige dekkettingdraden (7), (8) ; (14), (15) over verschillende inslagdraden (l) ; (2) van het weefsel afgebonden worden. <Desc/Clms Page number 9>
  9. 9. Weefsel, volgens conclusie 7 of 8, met het kenmerk dat het weefsel naast elkaar voorziene stelsels van kettingdraden (3-8, 16) ; (9-15,17) omvat, en dat in elk stelsel een groep van minstens twee dekkettingdraden (7), (8) ; (14), (15) voorzien is.
  10. 10. Weefsel, volgens een van de conclusies 7 t/m 9, met het kenmerk dat de dekkettingdraden (7), (8) ; (14), (15) afwisselend langs de rugzijde van het weefsel lopen en over een inslagdraad (l) ; (2) van het weefsel afgebonden zijn.
  11. 11. Weefsel, volgens een van de conclusies 7 t/m 10, met het kenmerk dat er op een bovenste en een onderste niveau inslagdraden (l) ; (2) in het weefsel ingebonden zijn, en dat de dekkettingdraden (7), (8) ; (14), (15) over de inslagdraden (l) ; (2) van het bovenste niveau afgebonden zijn.
BE9600969A 1996-11-21 1996-11-21 Werkwijze voor het vervaardigen van een weefsel met rugbedekking. BE1010757A3 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE9600969A BE1010757A3 (nl) 1996-11-21 1996-11-21 Werkwijze voor het vervaardigen van een weefsel met rugbedekking.

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE9600969A BE1010757A3 (nl) 1996-11-21 1996-11-21 Werkwijze voor het vervaardigen van een weefsel met rugbedekking.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1010757A3 true BE1010757A3 (nl) 1999-01-05

Family

ID=3890101

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE9600969A BE1010757A3 (nl) 1996-11-21 1996-11-21 Werkwijze voor het vervaardigen van een weefsel met rugbedekking.

Country Status (1)

Country Link
BE (1) BE1010757A3 (nl)

Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR787922A (fr) * 1935-02-28 1935-10-01 Anciens Etablissements G Aide Tissu à poil et son mode de réalisation
BE1007294A3 (nl) * 1993-07-15 1995-05-09 Wiele Michel Van De Nv Dubbele tweeschotbinding voor de vervaardiging van een dubbelstuk-poolweefsel, en volgens een dergelijke binding vervaardigde weefsels.

Patent Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR787922A (fr) * 1935-02-28 1935-10-01 Anciens Etablissements G Aide Tissu à poil et son mode de réalisation
BE1007294A3 (nl) * 1993-07-15 1995-05-09 Wiele Michel Van De Nv Dubbele tweeschotbinding voor de vervaardiging van een dubbelstuk-poolweefsel, en volgens een dergelijke binding vervaardigde weefsels.

Non-Patent Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Title
LUDO SMISSAERT: "addendum weave catalogue 1994", 21 September 1994, MICHEL VAN DE WIELE, XP002022163 *

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US3097413A (en) Unwoven papermaker&#39;s felt
US4749007A (en) Method for manufacturing cloth particularly for paper-manufacturing machine
US4941514A (en) Multi-weft paper machine cloth with intermediate layer selected to control permeability
US4283454A (en) Papermakers wet felt with ribbed and smooth surface textures
CN1082579C (zh) 在交叉角处带有附加机器横向纱线的造纸网
US4342802A (en) Floor covering of needled woven fabric and nonwoven batt
RU2347022C1 (ru) Ткань перевивочного переплетения, а также способ и ткацкий станок для ее изготовления
RU2466233C2 (ru) Полноразмерная по ширине ткань, полученная плоским тканьем и выполненная с возможностью сшивания при установке
SE436901B (sv) Lastradsskarv for sammanfogning av de tva endarna pa en flerskiktad, vevd pappersmaskinfilt eller formeringsvira
US3094149A (en) Paper makers felt
US4948658A (en) Strip of material and its manufacturing method
CA2297031A1 (en) Warp-tied composite forming fabric
US3166823A (en) Method of making felt-like structure
CN1101873C (zh) 添加阻流材料的可在纸机上接缝的双缝毛毯
EP2954105B1 (en) Press felt base fabric exhibiting reduced interference
US6305431B1 (en) Cleaning cloth
BE1010757A3 (nl) Werkwijze voor het vervaardigen van een weefsel met rugbedekking.
JP6192945B2 (ja) 抄紙用プレスフェルト
EP1067238A3 (en) Multi-axial press fabric
US6531418B1 (en) Papermachine clothing
US3331140A (en) Papermakers&#39; felt
CN110662867B (zh) 针缝压榨毛毯及其制造方法
US2879580A (en) Flexible hinges
JP6785143B2 (ja) 製紙用フェルト
SU289157A1 (ru) Способ изготовления нетканого текстильногоматериала

Legal Events

Date Code Title Description
RE Patent lapsed

Owner name: VAN DE WIELE MICHEL N.V.

Effective date: 19981130