<Desc/Clms Page number 1>
Stelprofiel.
Deze uitvinding heeft betrekking op een stelprofiel, meer speciaal een profiel dat in een bepaalde stand ten opzichte van een bepaald voorwerp of geheel kan worden gesteld.
In het bijzonder betreft het een profiel dat bedoeld is om te worden aangewend door metselaars of plaatbewerkers, hetzij als geleiding om naast te metsen of om platen op te bouwen, hetzij als steun voor het spannen van een metselkoord of een ander richttouw.
Meer speciaal nog beoogt de uitvinding een profiel dat zeer gemakkelijk rechtop kan worden geplaatst tussen twee steunen, bijvoorbeeld tussen een vloer en een plafond, zonder dat hierbij bijkomende accessoires, zoals schuin naar opzij gerichte schoren, noodzakelijk zijn.
Hiertoe betreft de uitvinding een stelprofiel, daardoor gekenmerkt dat het is voorzien van spanmiddelen waarmee het in axiale richting tussen twee steunvlakken kan worden opgespannen.
Met het inzicht de kenmerken volgens de uitvinding beter aan te tonen, is hierna als voorbeeld zonder enig beperkend karakter een voorkeurdragende uitvoeringsvorm beschreven met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin : figuur 1 een stelprofiel volgens de uitvinding weergeeft ; figuur 2 het stelprofiel van figuur 1 op een grotere schaal en in langsdoorsnede weergeeft ;
<Desc/Clms Page number 2>
figuur 3 het stelprofiel van figuur 1 in een andere stand weergeeft ; figuur 4 een gelijkaardige doorsnede als figuur 2 weergeeft, voor de stand van figuur 3 ; figuur 5 het stelprofiel van figuur 1 in de opgespannen toestand weergeeft.
Zoals weergegeven in figuur 1 heeft de uitvinding betrekking op een stelprofiel 1 dat kan worden gepositioneerd tussen twee steunvlakken 2-3, zoals een vloer en een plafond.
Het bijzondere van dit stelprofiel 1 bestaat erin dat het is voorzien van spanmiddelen 4 waarmee het in axiale richting tussen de twee steunvlakken 2-3 kan worden opgespannen.
Het stelprofiel 1 is bij voorkeur telescopisch uitschuifbaar. Hiertoe is het zoals weergegeven in de figuren in hoofdzaak samengesteld uit twee profielen, bij voorkeur een onderste profiel 5 en een hierover verschuifbaar bovenste profiel 6.
De profielen 5 en 6 zijn van een zodanige lengte dat het stelprofiel 1 in ingeschoven toestand gemakkelijk in een klassieke deuropening kan worden geplaatst, terwijl het in uitgeschoven toestand voldoende lang is om te worden opgespannen tussen de vloer en het plafond van een klassieke woning.
De telescopisch uitschuifbare delen, met andere woorden de profielen 5 en 6, kunnen onderling worden vergrendeld door middel van klem- of blokkeermiddelen, die in dit geval bestaan uit een spanschroef 7.
<Desc/Clms Page number 3>
De voornoemde spanmiddelen 4 worden gevormd door elastisch samendrukbare middelen, bij voorkeur zoals weergegeven een drukveer 8 die is aangebracht tussen twee axiaal uitschuifbare gedeelten van het stelprofiel 1, in dit geval, enerzijds, het onderste gedeelte 9 van het profiel 5 en, anderzijds, een aan de onderzijde hieruit stekend en hierin verschuifbaar voetstuk 10. De drukveer 8 zit hierbij opgespannen tussen een vervorming 11 in het gedeelte 9 en de bovenzijde 12 van het voetstuk 10.
Het stelprofiel 1 is voorzien van een bedieningselement 13 waarmee de spanmiddelen 4 elastisch kunnen worden samengedrukt, zodanig dat de axiale lengte van het stelprofiel 1 een weinig wordt verkort, en zodanig dat bij het loslaten van dit bedieningselement 13 een uitzetting en spankracht onder toedoen van de spanmiddelen 4 kan worden verkregen, zoals hierna nog wordt beschreven.
Het bedieningselement 13 bestaat bij voorkeur zoals weergegeven uit een voetpedaal.
Zoals nog is weergegeven, maakt het bedieningselement 13 bij voorkeur deel uit van een hefboom 14. Deze hefboom 14 is wentelbaar in een beugelvormig gedeelte 15 dat aan het onderste gedeelte 9 is aangebracht.
Deze hefboom 14 past hierbij met één uiteinde 16 door openingen 17-18-19 en grijpt aan onder de drukveer 8 en eventueel, zoals weergegeven in de figuren 2 en 4, ook onder de bovenzijde 12 van het voetstuk 10.
Het stelprofiel 1 is voorzien van één of meer in hoogte instelbare elementen 20-21 voor het bevestigen van een metselkoord. Zoals weergegeven in de figuren is bij
<Desc/Clms Page number 4>
EMI4.1
voorkeur aan ieder profiel 5-6 minstens één element, respectievelijk 20-21, aangebracht. Deze elementen 20-21 bestaan bijvoorbeeld uit in de hoogte verschuifbare ringen die hetzij door hun eigen klemkracht, hetzij door middel van spanschroeven 22-23 of andere blokkeermiddelen op de gewenste plaats kunnen worden ingesteld.
Aan de onderzijde van het stelprofiel 1 kan een voet 24 worden voorzien, bijvoorbeeld uit rubber. Deze voet 24 vertoont bij voorkeur een diameter die even groot is als de buitendiameter van het voornoemde profiel 6, waardoor het in bepaalde toepassingen gemakkelijker gemaakt wordt om het stelprofiel 1 verticaal uit te lijnen.
De werking en het gebruik van het stelprofiel 1 kunnen eenvoudig uit de figuren 3,4 en 5 worden afgeleid. Eerst wordt een druk op het voetpedaal uitgeoefend waardoor een toestand wordt verkregen zoals weergegeven in de figuren 3 en 4. De drukveer 8 wordt hierbij samengedrukt, enerzijds, door de kracht F1 waarmee het profiel 5 naar beneden wordt gedrukt en anderzijds de kracht F2 uitgeoefend door het uiteinde 16.
Vervolgens wordt het profiel 6 uitgeschoven tot tegen de steun 3, bijvoorbeeld het plafond, en geblokkeerd ten opzichte van het profiel 5.
Door vervolgens het bedieningselement 13 vrij te laten, met andere woorden geen druk meer uit te oefenen op het voetpedaal, wordt verkregen dat het stelprofiel 1 door middel van de druk van de drukveer 8 wordt opgespannen tussen de vloer en het plafond.
<Desc/Clms Page number 5>
Opgemerkt wordt dat het gebruik van een bedieningselement 13 in de vorm van een voetpedaal het voordeel biedt dat de gebruiker van het stelprofiel 1 steeds de beide handen vrij heeft om het stelprofiel 1 te richten, het profiel 6 uit te schuiven en de spanschroef 7 vast te draaien.
Door gebruik te maken van een hefboom 14 en een bedieningselement 13 dat wordt gevormd door een voetpedaal kunnen zeer grote krachten bij het samendrukken van de drukveer 8 worden uitgeoefend. Dit heeft als voordeel dat een bijzonder krachtige drukveer 8 kan worden aangewend, zodat een degelijke opspanning kan worden gerealiseerd.
Het is duidelijk dat volgens een variante ook kan gewerkt worden met een voetpedaal 25 die zoals weergegeven in figuur 2 rechtstreeks aan het onderste uiteinde van het profiel 5 is bevestigd.
De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen, doch dergelijk stelprofiel 1 kan in verschillende vormen en afmetingen worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.
Zo bijvoorbeeld is het niet uitgesloten om de spanmiddelen 4 zodanig op te vatten dat zij actief zijn tussen de profielen 5 en 6. Ook zou gebruik kunnen worden gemaakt van een bedieningselement in de vorm van een hendel die met de hand dient te worden bediend.