<Desc/Clms Page number 1>
Sektionale poort. De uitvinding heeft betrekking op een sektionale poort die een aantal langwerpige sekties bevat die met hun langse randen scharnierend aan elkaar vastgemaakt zijn, waarbij elke sektie een kern bevat en aan weerzijden daarvan een bekleding van metaalplaat waarbij de bekleding aan een zijde nagenoeg tot op de uiteinden van de sektie reikt.
De bekleding van metaalplaat zorgt vooral voor de stevigheid en laat toe scharnieren, wielen en dergelijke te bevestigen.
Dergelijke sektionale poorten worden gemonteerd voor een opening in een wand, met de uiteinden van de sekties tegenover de randen naast de opening.
Deze wand kan een binnenmuur zijn die met het oog op de brandveiligheid een werkplaats of dergelijke in afzonderlijke ruimten indeelt. In een dergelijk geval moet de sektionale poort brandvertragend zijn.
Bij de bekende sektionale poorten stelt dit brandvertragend karakter problemen.
Terwijl de warmteoverdracht tussen de sekties tegengewerkt wordt door zwelmateriaal dat in de langse randen van de sekties is ingewerkt, is bij de bekende sektionale poorten warmteoverdracht mogelijk via de metalen bekledingen van de sekties die aan weerszijden tot op het uiteinde van deze sekties reiken.
Door zwelmateriaal wordt hier bedoeld materiaal dat boven een bepaalde temperatuur, bijvoorbeeld 150*C, zwelt en
<Desc/Clms Page number 2>
schuim vormt. Bij brandvertragende poorten is het gebruikelijk dergelijk zwelmateriaal te gebruiken.
Niet alleen geleiden de bekledingen de warmte, warme gassen kunnnen ook tussen de randen van de opening en de uiteinden van de sekties stromen.
Het afdichten door zwelmateriaal op de kopse uiteinden van de sekties is moeilijk en zou in elk geval grote hoeveelheden zwelmiddel vergen, hetgeen vrij duur is.
De uitvinding heeft tot doel dit nadeel te verhelpen en een sektionale poort te verschaffen met goede brandvertragende eigenschappen.
Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt doordat de bekleding van metaalplaat aan de andere zijde ophoudt op een afstand van de uiteinden van de sektie, terwijl tussen de uiteinden van de bekleding en de uiteinden van de sektie in voornoemde andere zijde zwelmateriaal aanwezig is.
De sektionale poort wordt zo gemonteerd tegenover een opening in een wand dat de sekties, wanneer ze de opening afsluiten, met hun laatstgenoemde zijde naar de wand zijn gekeerd en dus met uiteinden die niet door de bekleding van metaalplaat bedekt zijn tegenover delen van de wand naast de opening zjn gelegen.
Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, is hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een sektionale poort beschreven, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin :
<Desc/Clms Page number 3>
figuur 1 schematisch een perspektiefzicht weergeeft van een sektionale poort volgens de uitvinding gemonteerd in een wand ; figuur 2 een doorsnede weergeeft volgens lijn II-II in figuur 1, op grotere schaal getekend ; figuur 3 een doorsnede weergeeft volgens lijn III-III in figuur 2.
In figuur 1 is een sektionale poort 1 weergegeven die een opening 2 afsluit in een wand 3 die een ruimte 4 begrenst.
Deze poort 1 bestaat uit een aantal horizontale langwerpige sekties 5, die, wanneer ze de opening 2 afsluiten, met hun uiteinden aan de buitenzijde van de wand 3 zijn gelegen, naast de opening 2.
Eenvoudigheidshalve wordt hierna voornoemde buitenzijde de achterzijde genoemd en worden de zijden van de sekties 5 die naar de wand 3 gericht zijn, de voorzijde genoemd en de andere zijde, de achterzijde.
Elke sektie 5 bestaat in hoofdzaak uit een kern 6, een bekleding 7 van metaalplaat aan de voorzijde, een bekleding 8 van metaalplaat aan de achterzijde en metaalprofielen 9 die in de langse zijranden de bekledingen 9 en 8 met elkaar verbinden.
EMI3.1
-.
Zoals weergegeven in figuur 3, zijn de langse randen van de bekledingen 7 en 8 omgeplooid tot in de zijranden waar ze een haakvormig omgeplooide uiterste rand 10 bezitten. De profielen 9 bevatten twee omgeplooide langse randen die haken in de omgeplooide randen 10 van de bekledingen 7 en 8.
<Desc/Clms Page number 4>
Aan de buitenkant is op de profiellijst 9 een strook 11 van zwelmateriaal bevestigd, bijvoorbeeld gekleefd.
De bekleding 8 van metaalplaat aan de achterzijde strekt zich uit tot op beide uiteinden van de sektie 5.
De bekleding 7 van metaalplaat aan de voorzijde daarentegen stopt op een afstand van de uiteinden van de sektie 5.
Praktisch gezien bezit de bekleding 7 een lengte die nagenoeg overeenkomt met de breedte van de opening 2 zodat de bekleding 7 tegenover deze opening 2 is gelegen en het niet-beklede gedeelte van de kern 6 tegenover de rand van de wand 3 naast deze opening 2 is gelegen.
Het gedeelte van de voorzijde van een sektie 5 dat zichtbaar is naast de uiteinden van de bekleding 7 is hoofdzakelijk gevormd door zwelmateriaal.
Dit zwelmateriaal is materiaal dat zwelt en schuim vormt boven een bepaalde temperatuur van bijvoorbeeld 80 tot 150. C. Geschikte zwelmaterialen zijn in de handel onder de benaming"Palisol"van BASF en"Interdens"van ETERNIT.
Dit zwelmateriaal kan een strook zijn die op de kern 6 is aangebracht maar kan, zoals in het voorbeeld weergegeven in de figuren, deel uitmaken van de kern 6 zelf.
Deze kern 6 bestaat dan op zijn beurt uit een binnenkern 12 van stijf kunststofschuim en een omhulsel 13 dat gevormd is door zwelmateriaal in plaatvorm. opdat naast de bekleding 7 zeker voldoende zwelmateriaal zou aanwezig zijn is, zoals weergegeven in de figuren 2 en 3, op de uiteinden van de kern 6 aan de voorkant, en aan de
<Desc/Clms Page number 5>
binnenkant van het omhulsel 13 een extra strook 14 van zwelmateriaal aangebracht.
In plaats van een extra strook 14 kunnen ook meerdere extra stroken 14 aangebracht zijn, hetzij aan de binnenkant, hetzij aan de buitenkant van het omhulsel 13.
De kopse uiteinden van elke sektie 5 zijn afgedekt door een profiel 15 dat tot in de voorzijde en de achterzijde van de sektie 5 doorloopt.
De verschillende sekties 5 zijn met hun langse randen scharnierend aan elkaar vastgemaakt door scharnieren 16 die aan de rugzijde aan de bekledingen 8 zijn bevestigd.
Op de achterzijde van elke sektie 5 is op elk uiteinde een steun 17 vastgemaakt waarin een zijdelings uitstekend wiel 18 is gelagerd. De wielen 18 aan één rand van de poort 1 lopen in een rail 19 waarvan een gedeelte zich vertikaal naast de opening 2 uitstrekt en vastgemaakt is aan een L-profiel 20 dat op de achterzijde van de wand 3 is bevestigd.
Aan de voorzijde is op de onderste rand van de bekleding 7 van elke sektie 5 nog een soepele afdichtingsstrook 21 vastgemaakt voor het afdichten van de voeg tussen deze sektie en een eronder. gelegen sektie 5.
Langs de opstaande rand van de wand 3 is een soepele afdichtingsstrook 22 onder tussenkomst van een profieltje 23 vastgemaakt. Deze afdichtingsstrook 22 sluit tegen de voorzijde van de poort 1 aan.
Indien in de ruimte 4 of in de ruimte achter de sektionale poort 1 brand onstaat, zal onder invloed van de hitte het
<Desc/Clms Page number 6>
zwelmateriaal dat zieh naast de uiteinden van de bekleding 7 van de sekties 5 bevindt, gaan zwellen zodat de spleet tussen deze sekties 5 en de wand 3 wordt afgesloten.
Hierdoor worden rookgassen belet rond de uiteinden van de sekties 5 heen, van de warme ruimte naar de andere ruimte te stromen.
De bekledingen 7 of 8 van metaalplaat aan de zijde van de brand worden wel warm, maar de warmte kan niet worden geleid naar de andere ruimte doordat de bekleding 7 zieh niet tot op het uiteinde van de sekties 5 uitstrekt.
<Desc / Clms Page number 1>
Sectional gate. The invention relates to a sectional gate comprising a number of elongated sections hinged together with their longitudinal edges, each section containing a core and on both sides a metal sheet cladding with the cladding on one side almost to the ends of the section.
The metal sheet covering mainly provides strength and allows hinges, wheels and the like to be attached.
Such sectional gates are mounted in front of an opening in a wall, with the ends of the sections facing the edges adjacent to the opening.
This wall can be an interior wall which, for the purpose of fire safety, divides a workshop or the like into separate rooms. In such a case, the sectional gate must be fire retardant.
This fire-retardant character poses problems with the known sectional gates.
While the heat transfer between the sections is counteracted by swelling material incorporated into the longitudinal edges of the sections, in the known sectional gates, heat transfer is possible through the metal coatings of the sections extending to the ends of these sections on either side.
By swelling material is meant here material that swells and above a certain temperature, for instance 150 * C
<Desc / Clms Page number 2>
foam. It is customary to use such swelling material for fire-retardant gates.
Not only do the coatings conduct heat, warm gases can also flow between the edges of the opening and the ends of the sections.
Sealing by swelling material on the ends of the sections is difficult and would in any case require large amounts of swelling agent, which is quite expensive.
The object of the invention is to overcome this drawback and to provide a sectional gate with good fire-retardant properties.
This object is achieved according to the invention in that the metal sheet coating on the other side stops at a distance from the ends of the section, while swelling material is present between the ends of the coating and the ends of the section.
The sectional gate is mounted opposite an opening in a wall such that, when closing the opening, the sections face the latter with the latter side facing the wall and thus with ends not covered by the sheet metal cladding opposite parts of the wall adjacent the opening is located.
With the insight to better demonstrate the features of the invention, a preferred embodiment of a sectional gate is described below, by way of example without any limitation, with reference to the accompanying drawings, in which:
<Desc / Clms Page number 3>
figure 1 schematically represents a perspective view of a sectional gate according to the invention mounted in a wall; figure 2 represents a section according to line II-II in figure 1, drawn on a larger scale; figure 3 represents a section according to line III-III in figure 2.
Figure 1 shows a sectional gate 1 closing an opening 2 in a wall 3 delimiting a space 4.
This gate 1 consists of a number of horizontal elongated sections 5, which, when they close the opening 2, are located with their ends on the outside of the wall 3, next to the opening 2.
For the sake of simplicity, the aforementioned outside is referred to as the rear side and the sides of the sections 5 facing the wall 3 are called the front side and the other side, the rear side.
Each section 5 consists essentially of a core 6, a metal sheet cladding 7 at the front, a metal sheet cladding 8 at the rear and metal profiles 9 connecting the linings 9 and 8 in the longitudinal side edges.
EMI3.1
-.
As shown in Figure 3, the longitudinal edges of the linings 7 and 8 are folded back into the side edges where they have a hook-like folded outer edge 10. The profiles 9 contain two pleated longitudinal edges which hook into the folded edges 10 of the coverings 7 and 8.
<Desc / Clms Page number 4>
A strip 11 of swelling material is attached to the profile strip 9 on the outside, for example glued.
The metal sheet cladding 8 at the rear extends to both ends of the section 5.
The metal sheet cladding 7 on the front, however, stops at a distance from the ends of the section 5.
In practical terms, the lining 7 has a length substantially corresponding to the width of the opening 2, so that the lining 7 is opposite this opening 2 and the uncoated portion of the core 6 is opposite the edge of the wall 3 next to this opening 2 located.
The front portion of a section 5 visible next to the ends of the liner 7 is mainly formed by swelling material.
This swelling material is material that swells and foams above a certain temperature of, for example, 80 to 150. C. Suitable swelling materials are commercially available under the designation "Palisol" from BASF and "Interdens" from ETERNIT.
This swelling material can be a strip applied to the core 6, but can, as shown in the example in the figures, form part of the core 6 itself.
This core 6 then consists in turn of an inner core 12 of rigid synthetic foam and an envelope 13 which is formed by swelling material in plate form. so that, in addition to the covering 7, there is certainly sufficient swelling material to be present, as shown in figures 2 and 3, on the ends of the core 6 at the front, and at the
<Desc / Clms Page number 5>
an additional strip 14 of swelling material is applied inside the casing 13.
Instead of an extra strip 14, several extra strips 14 can also be provided, either on the inside or on the outside of the casing 13.
The end ends of each section 5 are covered by a profile 15 which extends into the front and the back of section 5.
The different sections 5 are hinged together with their longitudinal edges by hinges 16 which are attached to the coverings 8 at the back.
On the back of each section 5 a support 17 is fixed on each end, in which a laterally projecting wheel 18 is mounted. The wheels 18 at one edge of the gate 1 run in a rail 19, a portion of which extends vertically next to the opening 2 and is fixed to an L-profile 20 which is mounted on the back of the wall 3.
At the front, a flexible sealing strip 21 is attached to the lower edge of the cover 7 of each section 5 for sealing the joint between this section and one below. located section 5.
A flexible sealing strip 22 is secured along the upright edge of the wall 3 by means of a profile 23. This sealing strip 22 adjoins the front of the gate 1.
If a fire starts in room 4 or in the room behind sectional gate 1, the heat will cause it
<Desc / Clms Page number 6>
swelling material located next to the ends of the coating 7 of the sections 5 will swell so that the gap between these sections 5 and the wall 3 is closed.
This prevents flue gases from flowing around the ends of the sections 5 from the warm room to the other room.
The sheet metal coverings 7 or 8 on the side of the fire do get warm, but the heat cannot be transferred to the other space because the cover 7 does not extend to the ends of the sections 5.