BE1009580A3

BE1009580A3 - Flessenkrat.

Info

Publication number: BE1009580A3
Application number: BE9500711A
Authority: BE
Original assignee: D W Plastics Nv
Priority date: 1995-08-24
Filing date: 1995-08-24
Publication date: 1997-05-06

Abstract

Flessenkrat van kunststof dat een rechthoekige bodem (1) bevat, twee langse opstaande wanden (3) en twee dwarse opstaande wanden (2), daardoor gekenmerkt dat de vier opstaande wanden (2-3) nabij de bodem (1) en nabij de bovenkant naar buiten uitspringende randen (10-11) bezitten en tussen deze randen (10-11) aan de buitenzijde vrij zijn van sterk naar buiten uitstekende delen zodanig dat een kous (13) tussen de randen (10-11) rond de opstaande wanden (2-3) kan worden aangebracht.

Description


   <Desc/Clms Page number 1> 
 



  Flessenkrat. 



  Onderhavige uitvinding heeft betrekking op een flessenkrat van kunststof dat een rechthoekige bodem bevat, twee langse opstaande wanden en twee dwarse opstaande wanden. 



  Bij dergelijke kratten is het soms een probleem om boodschappen of andere visuele informatie aan te brengen. 



  Bij sommige kratten zijn opstaande wanden vol, waarbij deze wanden dan kunnen bedrukt worden. De visuele informatie ligt dan vast en kan tijdens de levensduur van het krat moeilijk worden gewijzigd. 



  Dit nadeel kan worden verholpen door op de wanden etiketten met informatie te kleven, maar het aanbrengen en nadien verwijderen van deze etiketten is tijdrovend en kostbaar. 



  Andere kratten zijn in hun opstaande wanden van vensters voorzien, waardoor er praktisch geen plaats overblijft voor het aanbrengen van informatie op deze wanden. 



  De uitvinding heeft tot doel deze nadelen te verhelpen en een krat te verschaffen waarbij op een eenvoudige manier informatie kan worden aangebracht. 



  Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt doordat de vier opstaande wanden nabij de bodem en nabij de bovenkant naar buiten uitspringende randen bezitten en tussen deze randen aan de buitenzijde vrij zijn van sterk naar buiten uitstekende delen zodanig dat een kous tussen de randen, rond de opstaande wanden kan worden aangebracht. 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 De randen nabij de bodem en de bovenkant van het krat vormen afstandhouders die beletten dat de kous bij het transport, het stapelen enz. door naburige kratten wordt beschadigd. Bekende kratten bevatten op hun opstaande wanden aan de buitenkant meestal uitsteeksels of randen, bijvoorbeeld rond vensters of handgreepopeningen, die het aanbrengen van een kous beletten. 



  Bij voorkeur zijn de opstaande wanden tussen de uitspringende randen aan de buitenkant nagenoeg volledig vlak. 



  Deze kous die van informatie zoals een bedrukking of dergelijke kan voorzien worden, is bij voorkeur van kunststoffolie en door elastische vervorming over de randen op de bovenkant rond de opstaande wanden schuifbaar. 



  Om het aanbrengen van de kous te vergemakkelijken bezitten de randen aan de bovenkant van de opstaande wanden bijvoorbeeld een buitenzijde die zich vanaf de bovenkant over een afstand buitenwaarts uitstrekt. 



  Deze randen vormen bijvoorbeeld een relatief brede strook waarvan de buitenkant een gedeelte bezit dat schuin ten opzichte van de buitenkant van de overeenstemmende opstaande wand is gericht. 



  De randen op de bovenkant van de opstaande wanden vormen meestal een ononderbroken rand die zieh over de omtrek van het krat uitstrekt. 



  De randen nabij de bodem zijn bijvoorbeeld ribben die eveneens over de volledige omtrek van het krat kunnen doorlopen. 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 De uitvinding heeft uiteraard ook betrekking op een krat zoals hiervoor beschreven en voorzien van een kous rond zijn opstaande wanden. 



  Men heeft ook reeds geprobeerd de moeilijkheid om informatie op de zijwanden aan te brengen op te lossen door deze informatie aan te brengen op een vel of blad van bijvoorbeeld karton dat boven op de flessen in het krat wordt geplaatst. 



  Dit blad ligt ofwel los op de flessen, waardoor het gemakkelijk ongewenst kan weggenomen worden, of is geklemd tussen tegenover elkaar liggende wanden van het krat, hetgeen het door de gebruiker wegnemen ervan kan bemoeilijken. 



  Vooral nadelig is dat de informatie enkel van bovenuit zichtbaar is, en bijgevolg niet kan gezien worden indien de kratten hoog op elkaar gestapeld zijn. 



  De uitvinding beoogt ook het voornoemde doel te verwezenlijken, namelijk op een eenvoudige manier goed zichtbare informatie aan te brengen, maar met behulp van een blad van karton of dergelijke in de plaats van, of benevens een kous, en bij een krat dat ten minste een venster in twee tegenover elkaar liggende opstaande wanden bevat. 



  Dit doel wordt volgens de uitvinding verwezenlijkt doordat aan weerszijden van tenminste een dergelijk venster op de binnenzijde van tegenover elkaar liggende opstaande wanden geleidingen staan voor de randen van een flap van een blad dat op de flessen wordt geplaatst, zodanig dat de flap bij het aanbrengen, tussen deze geleidingen en de flessen wordt geleid tot hij tegenover het venster komt te liggen. 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 De flap kan voorzien worden van informatie, bijvoorbeeld een bedrukking, die door het venster zichtbaar is. 



  Bij voorkeur zijn de vensters tenminste in de langse opstaande wanden aangebracht en zijn tenminste langs een venster in elke opstaande langse wand geleidingen aangebracht. 



  Deze langse opstaande wanden bevatten meestal drie vensters en de geleidingen zijn dan tenminste langs het middelste venster aangebracht. 



  In de meeste gevallen zijn in kratten met vensters aan weerszijden van tenminste   een   venster opstaande kolommen gevormd of aangebracht die aan de binnenkant uitspringen. 



  In deze gevallen kunnen de geleidingen gevormd zijn door de kolommen zelf indien deze zeer plat zijn, maar bij voorkeur zijn ze gevormd door een profilering van deze kolommen, zoals een uitsparing aan de naar elkaar gekeerde zijden van twee kolommen naast een zelfde venster of een randje op deze naar elkaar gekeerde zijden. 



  De uitvinding betreft ook een flessenkrat dat voorzien is van een blad van karton of dergelijke waarvan flappen tegenover een venster zijn gelegen, tussen geleidingen langs het venster en flessen in de langs het venster gelegen kompartimenten. 



  Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen is hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een flessenkrat volgens de uitvinding weergegeven, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin : 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 figuur 1 een vooraanzicht weergeeft van een flessenkrat volgens de uitvinding, voorzien van een kous die gedeeltelijk weggesneden is en waarbij deze kous voor het aanbrengen in punt-streeplijn weergegeven is ;

   figuur 2 een zijaanzicht weergeeft van het flessenkrat van figuur   2 ;   figuur 3 een doorsnede weergeeft volgens lijn 111-111 in figuur   2 ;   figuur 4 een perspektief zieht weergeeft van het flessenkrat volgens de vorige figuren, maar met een blad van karton met flappen aangebracht, waarbij dit blad voor het aanbrengen in punt-streeplijn is weergegeven ; figuur 5 een doorsnede weergeeft volgens lijn   V-v   in figuur 4. 



  Het flessenkrat van kunststof weergeven in de figuren bevat een rechthoekige bodem   1,   twee dwarse opstaande wanden 2 en twee langse opstaande wanden 3. De binnenkant van het krat is bijvoorbeeld door schotten 4 die op de bodem 1 staan en op de opstaande wanden 2 en 3 aansluiten in kompartimenten 5 voor de flessen ingedeeld. 



  Op de schotten sluit een handgreep 6 aan die zich in het midden van de binnenkant van het flessenkrat bevindt. 



  In de dwarse opstaande wanden 2 is een venster 7 aangebracht terwijl de langse opstaande wanden 3 van drie vensters, namelijk een middelste groot venster 8 en twee buitenste kleinere vensters 9, voorzien zijn. 



  Tegen de bodem 1 zijn de opstaande wanden 2 en 3 op de buitenkant van uitspringende randen voorzien, namelijk van een drietal ribben 10 die zieh ononderbroken over de 

 <Desc/Clms Page number 6> 

 volledige lengte van deze wanden uitstrekken en dus een ononderbroken over de volledige omtrek van het flessenkrat doorlopende rand vormen. 



  Op de ertegenover liggende bovenste rand zijn de opstaande wanden 2 en 3 eveneens van een aan de buitenkant uitspringende rand voorzien die gevormd is door een relatief brede strook 11 die aan de buitenkant afgeschuind 
 EMI6.1 
 is. 



  Deze strook 11 strekt zieh over de volledige lengte van de opstaande wanden 2 en 3 uit en de stroken 11 vormen dus ook een ononderbroken rand over de volledige omtrek. 



  Zoals in detail in figuur 3 is weergegeven is de buitenzijde van deze strook 11 naar de bodem 1 toe licht hellend naar buiten, waarbij de uiterste bovenrand ongeveer in het verlengde is gelegen van de buitenzijde van het onder de strook gelegen gedeelte van de wand 2 of 3. 



  Op de binnenkant van de opstaande wanden 2 of 3 zijn plaatselijk, namelijk in de hoeken en aan weerszijden van het middelste venster 8 in de langse opstaande wanden 3, een naar binnen uitspringende kolom 12 gevormd of aangebracht. 



  In figuur 3 is een doorsnede ter plaatse van een kolom nabij een hoek weergegeven terwijl in figuur 5 een kolom 12 naast het middelste venster 8 in een opstaande wand 3 is weergegeven. 



  Belangrijk is dat de opstaande wanden 2 en 3 tussen de ribben 10 en de strook 11 vrij zijn van sterk naar buiten uitspringende delen zoals ribben of dergelijke. Bij 

 <Desc/Clms Page number 7> 

 voorkeur is de buitenkant tussen   e   ribben en de stroken 11 praktisch volledig vlak zoals weergegeven in de figuren. 



  Dit biedt de mogelijkheid dat, zoals weergegeven in de figuren 1 tot 3, een kous 13 vervaardigd uit enigszins elastisch vervormbare kunststoffolie, tussen de stroken 11 en de ribben 10 rond het krat is gespannen. 



  Een heel klein reliëf, bijvoorbeeld een nummer of tekst in   reliëf,   dat merkelijk minder uitsteekt dan de ribben 10 of de stroken 11, bijvoorbeeld minder dan 1 mm en bij voorkeur minder dan 0, 5 mm dat het aanbrengen van de kous 13 niet stoort is toegelaten. Aangezien groeven of verdiepingen toegelaten zijn, verdient het toch de voorkeur eventuele nummers of tekst en dergelijke in   derael #raiepingen   of groeven aan te brengen. Er   kunn     aanwezig   zijn om een dekoratief effekt te   geven..   



  Door de afschuining van de stroken 11 kan deze kous 13 door een kleine elastische vervorming gemakkelijk over de bovenste uiterste rand en over de stroken 11 worden geschoven zoals weergegeven in figuur 1 waarin een kous 13 voor het aanbrengen in punt-streeplijn is weergegeven. 



  De kous 13 kan van informatie 14, bijvoorbeeld een bedrukking met tekst en/of tekeningen, zijn voorzien. 



  Uiteraard moeten de ribben 10 en dp stroken 11 iets meer buiten de ertussen gelegen vlakke   tenzijden   uitsteken dan de dikte van de kous   130m het adigen   van deze kous 13 door naburige kratten bij het ge te vermijden. 



  Al dan niet gelijktijdig met de kous   13     ij   hetzelfde flessenkrat een blad 15 van karton of   derc] ke   met twee neerhangende flappen 16 informatie 14 verschai-en. 

 <Desc/Clms Page number 8> 

 



  Dit karton 15 is op de bovenkant van de flessen geplaatst, met de flappen 16 tussen de flessen en de langse opstaande wanden 3, tegenover de middelste vensters 8. De handgreep 6 steekt door een centrale gleuf 17 in dit karton 14. 



  De twee kolommen 12 aan weerszijden van deze vensters 8 zijn normaal dik en reiken tot tussen de flessen zoals weergegeven in figuur 5 waarin een fles 18 in punt-streeplijn is weergegeven. 



  Een flap 16 kan dus niet zonder vervorming aan de binnenkant van deze kolommen 12 worden aangebracht. Tussen de kolommen 12 bevindt zieh normaal de vensteropening zodat een flap 16 die tussen de naburige kolommen 12 is gelegen door deze vensteropening naar buiten kan. 



  Dit wordt volgens de uitvinding vermeden door de kolommen 12 uiterst dun te maken zodat ze een geleiding voor randen van de flap 16 vormen of door een geleiding 19 voor de flap 16 op deze kolom 12 aan te brengen. 



  Deze geleiding kan door een aangepaste profilering van de kolom 12 worden verkregen die bijvoorbeeld een groef vormt voor een rand van de flap 16 of, zoals weergegeven in de figuren 4 en 5, een L-vormig randje bezit. 



  Doorheen dit venster 8, en doorheen de eventuele doorzichtige kous die erover is gelegen, is de eventuele informatie 14 op de flap 16 die dit venster afsluit zichtbaar. 



  Het hiervoor beschreven flessenkrat laat toe op een eenvoudige manier goed zichtbare informatie 14 aan te brengen, hetzij naar keuze door een kous 13 aan te brengen, 

 <Desc/Clms Page number 9> 

 
 EMI9.1 
 het zij door een karton 15 met 16 aan te brengen, hetzij door de twee tegelijkertl, sappenOnderhavige uitvinding is geenszins beperkt tot de hiervoor beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvorm, doch dergelijk flessenkrat kan in verschillende varianten worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden. 



  In het   bijzonder   moeten de naar buiten uitspringende randen op de opstaande wanden niet noodzakelijk over de volledige lengte van deze wanden doorlopen. De door ribben gevormde randen onderaan kunnen bijvoorbeeld enkel nabij de hoeken voorkomen. 



  De naar buiten uitspringende randen op   de , .-nanten   van de opstaande wanden kunnen aan de buitenzijde ook afgerond zijn in plaats van afgeschuind. Belangrijk is dat ze bovenaan een geleidelijk naar buiten lopend gedeelte bezitten om het eventuele aanbrengen van een kous te vergemakelijken.

Claims

Konklusies. l.-Fiessenkrat van kunststof dat een rechthoekige bodem (1) bevat, twee langse opstaande wanden (3) en twee dwarse opstaande wanden (2), daardoor gekenmerkt dat de vier opstaande wanden (2-3) nabij de bodem (1) en nabij de bovenkant naar buiten uitspringende randen (10-11) bezitten en tussen deze randen (10-11) aan de buitenzijde vrij zijn van sterk naar buiten uitstekende delen zodanig dat een kous (13) tussen de randen (10-11) rond de opstaande wanden (2-3) kan worden aangebracht.
2. - Flessenkrat volgens konklusie 1, daardoor gekenmerkt dat de vier opstaande wanden (2-3) tussen deze randen (10-11) aan de buitenkant nagenoeg volledig vlak zijn.
3. - Flessenkrat volgens een van de vorige konklusies, daardoor gekenmerkt dat kous (13) van informatie (14) is voorzien.
4. - Flessenkrat volgens een van de vorige konklusies, daardoor gekenmerkt dat de kous (13) vervaardigd is uit enigszins elastisch vervormbare kunststoffolie en door elastische vervorming over de randen (11) op de bovenkant rond de opstaande wanden (2-3) schuifbaar is.
5. - Flessenkrat volgens een van de vorige konklusies, daardoor gekenmerkt dat de randen (11) aan de bovenkant van de opstaande wanden (2-3) een buitenzijde bezitten die zieh vanaf de bovenkant over een afstand buitenwaarts uitstrekt.
6. - Flessenkrat volgens konklusie 5, daardoor gekenmerkt dat de randen (11) een relatief brede strook vormen waarvan <Desc/Clms Page number 11> de buitenkant een gedeelte bezit dat schuin ten opzichte van de buitenkant van de overeenstemmende opstaande wand (2-3) is gericht.
7. - Flessenkrat volgens een van de vorige konklusies, daardoor gekenmerkt dat de randen (11) op de bovenkant van de opstaande wanden (2-3) een ononderbroken rand vormen die zich over de omtrek van het krat uitstrekt. EMI11.1
8. volgens een van de vorige konklusies, daardoor gekenmerkt dat de randen (10) nabij de bodem (1) ribben zijn die bij voorkeur over de volledige omtrek van het krat doorlopen.
9. - Flessenkrat volgens een van de vorige konklusies, daardoor gekenmerkt dat het voorzien is van een kous (13) rond zijn opstaande wanden (2-3).
10. - Flessenkrat van kunststof dat een rechthoekige bodem (1) bevat, twee langse opstaande wanden (3) en twee dwarse opstaande wanden (2) en dat tenminste een venster (8) in twee tegenover elkaar liggende opstaande wanden (3) bevat, daardoor gekenmerkt dat aan weerszijden van tenminste een dergelijk venster (8) op de binnenzijde van twee tegenover elkaar liggende opstaande wanden (3) geleidingen (19) staan voor de randen van een flap (16) van een blad (15) of dergelijke dat op de flessen wordt geplaatst zodanig dat de flap (16) bij het aanbrengen tussen deze geleidingen (19) en de flessen wordt geleid tot hij tegenover het venster (8) komt te liggen.
11. - Flessenkrat volgens konklusie 10, daardoor gekenmerkt dat de flap (16) voorzien is van informatie (14), bijvoorbeeld een bedrukking, die door het venster (8) zichtbaar is. <Desc/Clms Page number 12>
12. - Flessenkrat volgens een van de konklusies 10 en 11, daardoor gekenmerkt dat de vensters (8) tenminste in de langse opstaande wanden (3) zijn aangebracht en tenminste langs een venster (8) in elke langse opstaande wand (3) een geleiding (19) aangebracht is.
13. - Flessenkrat volgens konklusie 12, daardoor gekenmerkt dat deze langse opstaande wanden (3) drie vensters (8-9) bevatten en de geleidingen (19) tenminste langs het middelste venster (8) aangebracht zijn.
14. - Flessenkrat volgens een van de konklusies 10 tot 13, daardoor gekenmerkt dat aan weerszijden van tenminste een venster (8) opstaande kolommen (12) gevormd of aangebracht zijn die aan de binnenkant uitspringen en de geleidingen (19) gevormd zijn door de kolommen zelf die zeer plat zijn.
15. - Flessenkrat volgens een van de konklusies 10 tot 13, daardoor gekenmerkt dat aan weerszijden van tenminste een venster (8) opstaande kolommen (12) gevormd of aangebracht zijn die aan de binnenkant uitspringen en de geleidingen (19) gevormd zijn door een profilering van deze kolommen (12).
16. - Flessenkrat volgens konklusie 15, daardoor gekenmerkt dat de geleidingen (19) gevormd zijn door een randje aan de naar elkaar gekeerde zijden van de twee kolommen (12) naast een zelfde venster (8).
17. - Flessenkrat volgens een van de konklusies 10 tot 16, daardoor gekenmerkt dat het voorzien is van een blad (15) van karton of dergelijke waarvan flappen (16) tegenover een venster (8) zijn gelegen, tussen geleidingen (19) langs het venster (8) en flessen.