BE1008447A5

BE1008447A5 - Verpakking voor kledingstukken.

Info

Publication number: BE1008447A5
Application number: BE9400448A
Authority: BE
Original assignee: Breels Jean Pierre
Priority date: 1994-05-02
Filing date: 1994-05-02
Publication date: 1996-05-07

Abstract

Verpakking voor kledingstukken, bestaande uit minstens één houder (3) voor een kledingstuk (2), waarover minstens een gedeelte van het kledingstuk (2) strak kan worden aangebracht, en een met de houder (3) verbonden verpakkingsdeel (4), daardoor gekenmerkt dat het met de houder (3) verbonden verpakkingsdeel (4) in gesloten toestand een doos vormt die de houder (3) en het desgevallend hierover aangebrachte kledingstuk (2) volledig omsluit.

Description


  Verpakking voor kledingstukken.

  
Deze uitvinding heeft betrekking op een verpakking voor kledingstukken, meer speciaal kledingstukken voor het bovenlichaam zoals een T-shirt, sweater, hemd of dergelijke.

  
Vaak worden voornoemde kledingstukken en in het bijzonder T-shirts als een geschenk gegeven bij een verjaardag, een geboorte, of als een relatiegeschenk waarbij het kledingstuk bij voorkeur bedrukt is met een toepasselijke of grappige prent, slogan, reklame of dergelijke.

  
Ook kunnen voornoemde kledingstukken voor een speciale gelegenheid zoals bijvoorbeeld een vakantietrip, na een optreden en dergelijke als souvenir of als aandenken te koop worden aangeboden.

  
In alle voornoemde gevallen is de presentatie en de verpakking van het kledingstuk zeer belangrijk en dient het het kledingstuk bij het openen van de verpakking goed zichtbaar te zijn, vooral wanneer het is voorzien van een opschrift of afbeelding.

  
De huidige uitvinding heeft dan ook een verpakking voor kledingstukken als voorwerp die een mooie presentatie en/of een gemakkelijke verzending van zulke kledingstukken toelaat.

  
Hiertoe betreft de uitvinding een verpakking voor kledingstukken, bestaande uit minstens één houder voor een kledingstuk, waarover minstens een gedeelte van het kledingstuk strak kan worden aangebracht, en een met de houder verbonden verpakkingsdeel, daardoor gekenmerkt dat het met de houder verbonden verpakkingsdeel in gesloten of samengevouwen toestand een doos vormt, die de houder en het desgevallend hierover aangebrachte kledingstuk volledig omsluit, en die als verzendingspakket kan funktioneren.

  
Bij voorkeur zijn de houder en het verpakkingsdeel onderling verbonden door ze eendelig uit te voeren.

  
De houder en het verpakkingsdeel kunnen vervaardigd zijn uit een laagvormig materiaal, waardoor een eenvoudige pruduktietechniek kan worden aangewend. Bij voorkeur wordt hiertoe stijf karton aangewend, daar dit zeer licht is in gewicht en gemakkelijk te behandelen, respektievelijk uit te snijden en te vouwen is. Het is echter duidelijk dat ook andere materialen kunnen worden aangewend, zoals kunststof, bijvoorbeeld PVC, metaal, enzovoort.

  
Het verpakkingsdeel bestaat bij voorkeur minstens uit een rechthoekig vlak rugdeel en een zich hiervoor bevindende vlakke houder die zich aan de zijranden en onderrand vrijwel over hetzelfde oppervlak als het rugdeel uitstrekt.

  
Meer speciaal nog geniet het de voorkeur dat het verpakkingsdeel bestaat uit een rechthoekig vlak rugdeel; vier strookvormige zijgedeelten die elk scharnierbaar met een lange zijde aan een zijde van het rugdeel zijn verbonden; en met de zijgedeelten verbonden flappen die in samengevouwen toestand een over de houder aangebracht kledingstuk afdekken.

  
Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, zijn hierna, als voorbeelden zonder enig beperkend karakter, enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen van een verpakking volgens de uitvinding beschreven met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin : figuur 1 in perspektief een opengevouwen verpakking volgens de uitvinding weergeeft, samen met een kledingstuk; figuur 2 in bovenaanzicht en op een kleinere schaal de verpakking uit figuur 1 weergeeft, in een toestand waarbij zij in één vlak opengelegd is; figuur 3 de verpakking uit figuren 1 en 2 in gesloten toestand weergeeft; figuur 4 de onderzijde van de verpakking van figuur 3 weergeeft; figuur 5 een doorsnede weergeeft volgens lijn V-V in figuur 3; figuur 6 de verpakking uit figuur 1 weergeeft tijdens het erin aanbrengen van een kledingstuk;

   figuur 7 een doorsnede weergeeft volgens lijn VII-VII in figuur 6; figuur 8 de verpakking en het kledingstuk uit figuur 7 in een verder stadium tijdens het verpakken weergeven; figuur 9 op een grotere schaal een doorsnede weergeeft volgens lijn IX-IX in figuur 8, evenwel in een verder stadium; figuur 10 een zicht weergeeft zoals in figuur 9, in een verder stadium; figuur 11 de verpakking uit figuren 6 tot 10 in bovenaanzicht weergeeft in nog een verder stadium bij het verpakken; figuur 12 een doorsnede weergeeft volgens lijn XII-XII in figuur 11; figuur 13 een variante van de uitvinding weergeeft; figuur 14 nog een variante van de uitvinding weergeeft.

  
Zoals weergegeven in figuren 1 en 2 heeft de uitvinding betrekking op een verpakking 1 voor een kledingstuk 2, zoals een T-shirt. 

  
Deze verpakking 1 bestaat volgens de uitvinding in de kombinatie van een houder 3 voor het kledingstuk 2 en een hiermee samenwerkend verpakkingsdeel 4.

  
Zoals nog is weergegeven in figuren 1 en 2 zijn de houder 3 en het verpakkingsdeel 4 bij voorkeur onderling verbonden, door middel van een verbinding 5. Hiertoe kunnen zij eendelig, bij voorkeur uit een laagvormig materiaal, zoals stijf karton, worden vervaardigd. Dit laat een eenvoudige produktietechniek toe doordat de verpakking 1 dan uitsluitend door uitsnijden en vouwen kan worden vervaardigd.

  
In de weergegeven uitvoeringsvorm bestaat de houder 3 uit een plaat die via een nauwer halsstuk 6, dat de voornoemde verbinding 5 vormt, in verbinding staat met het verpakkingsdeel 4, zodanig dat een kledingstuk 2 met de halsopening 7 over de plaat kan worden aangebracht totdat de halsopening 7 zich rond het halsstuk 6 bevindt.

  
Om te bekomen dat de houder 3, die normaal breder is dan de halsopening 7 van een kledingstuk 2, doorheen zulke halsopening past, is hij samenplooibaar, doch wel zodanig dat hij terug in vlakke toestand kan worden gebracht.

  
In het voorbeeld van figuren 1 en 2 is de houder 3 hiertoe voorzien van twee plooilijnen 8 en 9, respektievelijk links en rechts van het halsstuk 6, waardoor de houder 3 is onderverdeeld in een basisdeel 10, dat aan de bovenzijde in verbinding staat met het halsstuk 6, en twee ten opzichte van dit basisdeel 10 opwaarts scharnierende zijdelen 11 en
12.

  
De bovenrand van de houder 3 kan twee schuin aflopende gedeelten 13 en 14 vertonen die als schoudersteunen voor het kledingstuk 2 kunnen funktioneren, waarvan de helling bij voorkeur overeenstemt met de schoudervorm van het betreffende kledingstuk 2.

  
Zoals dit het geval is in de weergegeven uitvoeringsvormen zal het verpakkingsdeel 4 de houder 3 en dus het hierop aangebrachte kledingstuk 2 in gesloten toestand volledig omsluiten, doordat het in gesloten toestand de vorm van een doos aanneemt.

  
Zoals weergegeven in figuren 3 tot 5 is dit bij voorkeur een platte rechthoekige doos, zodat het rond de houder 3 gevouwen kledingstuk 2 hier precies in past en bijgevolg zich niet kan verplaatsen, bijvoorbeeld wegzakken, in de verpakking.

  
Zulke doos biedt een goede bescherming, laat een goede presentatie van het kledingstuk 2 toe en is bovendien handig bij het transport. Zij biedt bovendien het voordeel dat zij kan worden benut, respektievelijk worden opgevat als een verzendingspakket, waarop voorgedrukte indikaties
15 en/of 16 kunnen aangebracht worden voor het kleven van een postzegel en het op de verpakking 1 schrijven van de afzender.

  
Teneinde zulke doos te kunnen vormen bestaat het verpakkingsdeel 4 in de weergegeven uitvoeringsvorm uit een rechthoekig vlak rugdeel 17, vier strookvormige zijgedeelten, respektievelijk 18 tot 21, die elk scharnierbaar met een lange zijde aan een zijde van het rugdeel 17 zijn verbonden, en met de zijgedeelten 18-21 verbonden flappen, respektievelijk 22 tot 25, die in samengevouwen toestand het op de houder 3 aangebracht kledingstuk 2 afdekken.

  
De flappen zijn zoals weergegeven bij voorkeur zodanig uitgevoerd dat, in samengevouwen toestand, de bovenste flap 22 zich hoger dan de houder 3 bevindt, terwijl de onderste flap 23 zich slechts gedeeltelijk voor de houder 3 uitstrekt, zodanig dat een aan de houder 3 aangebracht kledingstuk zichtbaar blijft; en dat de zich aan de zijden bevindende flappen 24 en 25 in grootte overeenstemmen met het rugdeel 17, waarbij één flap 24 als frontpaneel funktioneert.

  
Ook kan de verpakking 1 met middelen worden voorzien om het verpakkingsdeel 4 in samengevouwen toestand gesloten te houden. Volgens f iguren 1, 2, 4 en 5 bestaan deze middelen uit, enerzijds, een driehoekige flap 26 die via een zijgedeelte 27 verbonden is met de flap 24 en die zich in samengevouwen toestand langs het rugdeel 17 uitstrekt, en anderzijds, een in het rugdeel 17 aangebrachte sleuf 28 waarin de driehoekige flap 26 met haar vrije uiteinde kan worden aangebracht.

  
De verschillende delen, meer speciaal alle voornoemde flappen en zijgedeelten, zijn aan hun overgangen voorzien van plooilijnen 29, gevormd door insnijdingen. Het is echter duidelijk dat volgens een variante deze overgangen ook op andere wijzen kunnen gevormd worden, bijvoorbeeld door de flappen en zijgedeelten uit afzonderlijke kartonplaten of dergelijke te vervaardigen, die in hun geheel overtrokken worden met een zelfklevende folie welke dan een soepele verbinding tussen de platen vormt.

  
Het is ook duidelijk dat de flappen en zijgedeelten niet noodzakelijk rechthoekig hoeven te zijn.

  
Zoals schematisch in figuur 1 is aangeduid, kan in de flap
25 en eventueel ook in de flap 24 een uitsnijding, respektievelijk 30 en 31, worden aangebracht, zodat een ophet kledingstuk 2 aangebracht opschrift of afbeelding 32 doorheen de uitsnijding 30, respektievelijk uitsnijdingen
30 en 31, zichtbaar is.

  
Het gebruik van de verpakking, meer speciaal het erin aanbrengen van het kledingstuk 2 wordt hierna verduidelijkt met verwijzing naar de figuren 7 tot 12.

  
Zoals weergegeven in figuur 6 wordt het kledingstuk 2 eerst met de halsopening 7 over de houder 3 geschoven. Door de zijdelen 11 en 12 toe te klappen, zoals afgebeeld in figuur 7, past de houder 3 probleemloos doorheen de halsopening 7.

  
Wanneer het kledingstuk 2 met de halsopening 7 over de houder 3 is geschoven, worden de zijdelen terug neergeklapt en wordt het kledingsstuk aangespannen, met de schouders tegen de gedeelten 13 en 14.

  
Vervolgens kan zoals in figuur 8 één zijdeel 12 worden omgeklapt en vervolgens het kledingstuk 2 worden omgebogen zoals afgebeeld in figuur 9. Aan het zijdeel 11 wordt dezelfde handeling uitgevoerd. Hierdoor wordt verkregen dat het kledingstuk perfekt afgelijnd opgevouwen wordt, dank zij de randen 33 en 34 van de houder 3 waarrond het omgeplooid wordt.

  
Vervolgens wordt het geheel in de toestand van figuur 10 gebracht.

  
Indien het kledingstuk 2 langer is dan de houder 3, wordt dit kledingstuk 2 naar onder omgeslagen en omgebogen rond de rand 35 van de houder 3. Nadat de flap 23 naar binnen geslagen is, ontstaat dan een toestand zoals weergegeven in de figuren 11 en 12. 

  
Uiteindelijk kan de verpakking gesloten worden door eerst de flap 25 en dan de flap 24 toe te slaan en het uiteinde van de flap 26 in de sleuf 28 te brengen.

  
In figuur 13 is een variante weergegeven met als bijzonder kenmerk dat zij twee houders 3 voor kledingstukken 2 omvat die zodanig aan het verpakkingsdeel 4 zijn aangebracht dat deze houders 3 en de erop aangebrachte kledingstukken 2 bij het openen van dit verpakkingsdeel 4 naast elkaar worden gepresenteerd. Hiertoe is de tweede houder bevestigd aan de flap 25. Deze variante is zeer geschikt voor een geschenk of dergelijke aan een paar, bijvoorbeeld bij een huwelijk, aan een tweeling, enzovoort, waarbij de twee kledingstukken van bij elkaar horende opschriften of afbeeldingen kunnen worden voorzien.

  
Het is duidelijk dat ook uitvoeringen met meer dan twee houders 3 kunnen worden verwezenlijkt.

  
In figuur 14 is een variante weergegeven, waarbij het verpakkingsdeel 4 geen driehoekige flap 26, noch een zijvlak 27 vertoont.

  
De uitvoeringsvormen van figuren 1 tot 13 zijn meer geschikt om te worden verzonden, terwijl de uitvoeringsvorm van figuur 14 meer geschikt is om als een sierverpakking te worden uitgevoerd, bijvoorbeeld met afbeeldingen, opschriften of informatie op de verschillende zijden van het verpakkingsdeel4.

  
Zoals weergegeven in figuren 3 en 4 kan de verpakking eventueel van een handvat 36 worden voorzien.

  
De verpakking zal in de meeste gevallen bedrukt worden, hetzij door middel van offset, flexo- of zeefdruk. 

  
De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de hiervoor beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen, doch zulke verpakking voor kledingstukken kan in allerlei vormen en afmetingen worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims

Konklusies.

1 . - Verpakking voor kledingstukken, bestaande uit minstens één houder (3) voor een kledingstuk (2), waarover minstens een gedeelte van het kledingstuk (2) strak kan worden aangebracht, en een met de houder (3) verbonden verpakkingsdeel (4), daardoor gekenmerkt dat het met de houder (3) verbonden verpakkingsdeel (4) in gesloten toestand een doos vormt die de houder (3) en het desgevallend hierover aangebrachte kledingstuk (2) volledig omsluit.

2.- Verpakking volgens konklusie 1, daardoor gekenmerkt dat de houder (3) en het verpakkingsdeel (4) eendelig zijn.

3.- Verpakking volgens één der voorgaande konklusies, daardoor gekenmerkt dat de houder (3) en het verpakkingsdeel (4) vervaardigd zijn uit laagvormig materiaal.

4.- Verpakking volgens konklusie 3, daardoor gekenmerkt dat de houder (3) en het verpakkingsdeel (4) bestaan uit stijf karton.

5.- Verpakking volgens één der voorgaande konklusies, daardoor gekenmerkt dat de houder (3) bestaat uit een plaat die via een nauwer halsstuk (6) in verbinding staat met het verpakkingsdeel (4), zodanig dat een kledingstuk (2), dat van een halsopening (7) is voorzien, over de plaat kan worden aangebracht, waarbij het halsstuk (6) zich dan doorheen de halsopening (7) uitstrekt.

6.- Verpakking volgens konklusie 5, daardoor gekenmerkt dat de houder (3) samenplooibaar is, doch terug in vlakke toestand kan worden gebracht.

7.- Verpakking volgens konklusie 6, daardoor gekenmerkt dat de houder (3) is voorzien van twee plooilijnen (8-9), respektievelijk links en rechts van het halsstuk (6), waardoor de houder (3) is onderverdeeld in een basisdeel

8.- Houder volgens één der voorgaande konklusies, daardoor gekenmerkt dat de bovenrand van de houder (3) twee schuin aflopende gedeelten (13-14) vertoont die als schoudersteunen voor een kledingstuk (2) kunnen funktioneren.

9.- Verpakking volgens één der voorgaande konklusies, daardoor gekenmerkt dat het verpakkingsdeel (4) in gesloten toestand een platte rechthoekige doos vormt.

10.- Verpakking volgens één der voorgaande konklusies, daardoor gekenmerkt dat de het verpakkingsdeel (4) minstens bestaat uit een rechthoekig vlak rugdeel (17) en dat de houder (3) een zich voor het rugdeel (17) bevindende vlakke houder is, die zich aan de zijranden en onderrand vrijwel over hetzelfde oppervlak als het rugdeel (17) uitstrekt.

(10), dat aan de bovenzijde in verbinding staat met het halsstuk (6), en twee ten opzichte van dit basisdeel (10) opwaarts scharnierende zijdelen (11-12).

11.- Verpakking volgens één der voorgaande konklusies, daardoor gekenmerkt dat het verpakkingsdeel (4) bestaat uit een rechthoekig vlak rugdeel (17), vier strookvormige zijgedeelten (18-19-20-21) die elk scharnierbaar met een lange zijde aan een zijde van het rugdeel (17) zijn verbonden en met de zijgedeelten (18-19-20-21) verbonden flappen (22-23-24-25) die in samengevouwen toestand een aande houder (3) aangebracht kledingstuk (2) afdekken.

12.- Verpakking volgens konklusie 11, daardoor gekenmerkt dat in samengevouwen toestand de bovenste flap (22) zich hoger dan de houder (3) bevindt, terwijl de onderste flap

(23) zich slechts gedeeltelijk voor de houder (3) uitstrekt, zodanig dat een aan de houder (3) aangebracht kledingstuk (2) zichtbaar blijft; en dat de zich aan de zijden bevindende flappen (24-25) in grootte overeenstemmen met het rugdeel (17), waarbij één van deze flappen (24) als frontpaneel funktioneert.

13.- Verpakking volgens konklusie 11 of 12, daardoor gekenmerkt dat zij voorzien is van middelen om het verpakkingsdeel gesloten te houden en dat deze middelen bestaan uit, enerzijds, een driehoekige flap (26) die via een zijgedeelte (27) verbonden is met de flap (24) die bedoeld is het frontvlak te vormen en die zich in samengevouwen toestand langs het rugdeel (17) uitstrekt, en anderzijds, een in het rugdeel (17) aangebrachte sleuf (28) waarin de driehoekige flap (24) met haar vrije uiteinde kan worden aangebracht.

14.- Verpakking volgens één der voorgaande konklusies, daardoor gekenmerkt dat zij minstens twee houders (3) voor kledingstukken (2) omvat die zodanig aan het verpakkingsdeel (4) zijn aangebracht dat deze houders (3) en de erop aangebrachte kledingstukken (2) bij het openen van het verpakkingsdeel (4) naast elkaar worden gepresenteerd.