BE1007914A3 - Lagedruk-kwikdampontladingslamp en werkwijze voor het vervaardigen ervan. - Google Patents

Lagedruk-kwikdampontladingslamp en werkwijze voor het vervaardigen ervan. Download PDF

Info

Publication number
BE1007914A3
BE1007914A3 BE9301463A BE9301463A BE1007914A3 BE 1007914 A3 BE1007914 A3 BE 1007914A3 BE 9301463 A BE9301463 A BE 9301463A BE 9301463 A BE9301463 A BE 9301463A BE 1007914 A3 BE1007914 A3 BE 1007914A3
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
discharge vessel
metal oxide
end portions
luminescent layer
protective layer
Prior art date
Application number
BE9301463A
Other languages
English (en)
Inventor
Johannes M M Jaspers
Original Assignee
Philips Electronics Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Philips Electronics Nv filed Critical Philips Electronics Nv
Priority to BE9301463A priority Critical patent/BE1007914A3/nl
Priority to DE69417188T priority patent/DE69417188T2/de
Priority to EP94203633A priority patent/EP0660374B1/en
Priority to ES94203633T priority patent/ES2130348T3/es
Priority to US08/362,039 priority patent/US5666027A/en
Priority to JP6336415A priority patent/JPH07211291A/ja
Priority to KR1019940035846A priority patent/KR950020955A/ko
Priority to CN94113204A priority patent/CN1108802A/zh
Application granted granted Critical
Publication of BE1007914A3 publication Critical patent/BE1007914A3/nl

Links

Classifications

    • HELECTRICITY
    • H01ELECTRIC ELEMENTS
    • H01JELECTRIC DISCHARGE TUBES OR DISCHARGE LAMPS
    • H01J61/00Gas-discharge or vapour-discharge lamps
    • H01J61/02Details
    • H01J61/12Selection of substances for gas fillings; Specified operating pressure or temperature
    • H01J61/18Selection of substances for gas fillings; Specified operating pressure or temperature having a metallic vapour as the principal constituent
    • H01J61/20Selection of substances for gas fillings; Specified operating pressure or temperature having a metallic vapour as the principal constituent mercury vapour
    • HELECTRICITY
    • H01ELECTRIC ELEMENTS
    • H01JELECTRIC DISCHARGE TUBES OR DISCHARGE LAMPS
    • H01J9/00Apparatus or processes specially adapted for the manufacture, installation, removal, maintenance of electric discharge tubes, discharge lamps, or parts thereof; Recovery of material from discharge tubes or lamps
    • H01J9/20Manufacture of screens on or from which an image or pattern is formed, picked up, converted or stored; Applying coatings to the vessel
    • HELECTRICITY
    • H01ELECTRIC ELEMENTS
    • H01JELECTRIC DISCHARGE TUBES OR DISCHARGE LAMPS
    • H01J61/00Gas-discharge or vapour-discharge lamps
    • H01J61/02Details
    • H01J61/30Vessels; Containers
    • H01J61/35Vessels; Containers provided with coatings on the walls thereof; Selection of materials for the coatings
    • HELECTRICITY
    • H01ELECTRIC ELEMENTS
    • H01JELECTRIC DISCHARGE TUBES OR DISCHARGE LAMPS
    • H01J61/00Gas-discharge or vapour-discharge lamps
    • H01J61/02Details
    • H01J61/38Devices for influencing the colour or wavelength of the light
    • H01J61/42Devices for influencing the colour or wavelength of the light by transforming the wavelength of the light by luminescence
    • HELECTRICITY
    • H01ELECTRIC ELEMENTS
    • H01JELECTRIC DISCHARGE TUBES OR DISCHARGE LAMPS
    • H01J61/00Gas-discharge or vapour-discharge lamps
    • H01J61/70Lamps with low-pressure unconstricted discharge having a cold pressure < 400 Torr
    • H01J61/72Lamps with low-pressure unconstricted discharge having a cold pressure < 400 Torr having a main light-emitting filling of easily vaporisable metal vapour, e.g. mercury

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Manufacturing & Machinery (AREA)
  • Vessels And Coating Films For Discharge Lamps (AREA)

Abstract

Een lagedruk-kwikdampontladingslamp volgens de uitvinding is voorzien van een buisvormig ontladingsvat (1) met een inwendige diameter D. Het ontladingsvat (1) omsluit gasdicht een ontladingsruimte (3) die behalve kwik voorts een edelgas bevat. In eindgedeelten (4A,4B) ervan zijn elektroden (5A,5B) opgesteld. Het ontladingsvat (1) is aan een inwendig oppervlak (9) voorzien van een luminescerende laag (10) die een een metaaloxide bevattende beschermlaag (11) draagt. Bij de lamp volgens de uitvinding is tenminste 75 gew. % van het metaaloxide in de eindgedeelten (4A,4B) gezamenlijk aanwezig, waarbij de eindgedeelten (4A,4B) zich elk uitstrekken tot een afstand voorbij de elektroden (5A,5B) die drie maal de inwendige diameter van het ontladingsvat (1) bedraagt. De lamp volgens de uitvinding heeft een relatief lage terugval van de lichtopbrengst en is relatief efficiënt te vervaardigen. De lamp volgens de uitvinding is relatief efficiënt te vervaardigen met een werkwijze volgens de uitvinding warbij een een metaaloxide bevattende suspensie op de luminescerende laag (10) wordt aangebracht door de suspensie vanaf een positie buiten het ontladingsvat in wording,....

Description


   <Desc/Clms Page number 1> 
 



    Lagedruk-kwikdampontladingslamp   en werkwijze voor het vervaardigen ervan. 
 EMI1.1 
 



  De uitvinding heeft betrekking op een lagedruk-kwikdampontladingslamp voorzien van een buisvormig ontladingsvat met een inwendige diameter D, dat een ontladingsruimte die behalve kwik voorts een edelgas bevat gasdicht omsluit en in eindgedeelten waarvan elektroden zijn opgesteld, welk ontladingsvat aan een inwendig oppervlak is voorzien van een luminescerende laag die een een metaaloxide bevattende beschermlaag draagt. 



  De uitvinding heeft voorts betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van de lagedruk-kwikdampontladingslamp, waarbij het ontladingsvat in wording aan het inwendig oppervlak wordt voorzien van de luminescerende laag, waarna op de luminescerende laag een een metaaloxide bevattende suspensie wordt aangebracht. 



  Een dergelijke lamp is bekend uit DE 32 01 De bekende lamp heeft over een luminescerende laag van halofosfaten een beschermlaag van aluminiumoxide. Door de aanwezigheid van de beschermlaag neemt de lichtopbrengst van de lamp in de bedrijfsperiode na 100 branduren minder af dan het geval is bij een lamp zonder beschermlaag. 



  Bij de bekende lamp wordt de luminescerende laag aangebracht door een suspensie van luminescerend materiaal vanaf een uiteinde over het inwendig oppervlak van het ontladingsvat te laten vloeien totdat suspensie aan het andere uiteinde uit het ontladingsvat loopt. Het aanbrengen van de luminescerende laag als een suspensie is een praktische methode gebleken die veel wordt toegepast. Op analoge wijze wordt de beschermlaag op de luminescerende laag aangebracht. De beschermlaag wordt echter pas aangebracht nadat de luminescerende laag is geroost, d. gedurende enige tijd is verhit om in de laag aanwezige hulpstoffen uit de laag te verdrijven. Het roosten van de luminescerende laag voordat daarop de beschermlaag wordt aangebracht is noodzakelijk teneinde te vermijden dat luminescerend materiaal wordt meegespoeld wanneer de suspensie van het metaaloxide over het oppervlak daarvan vloeit.

   Na het aanbrengen van 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 de beschermlaag is echter een tweede maal roosten noodzakelijk teneinde ook daaruit de hulpstoffen te verwijderen. De herhaling van deze relatief tijdrovende bewerking maakt de vervaardiging van de bekende lamp relatief   inefficiënt   in vergelijking met die van een lamp zonder beschermlaag. 



   Doel van de uitvinding is een lagedruk-kwikdampontladingslamp van de in de aanhef beschreven soort te verschaffen die zieh relatief efficiënt laat vervaardigen en waarvan de terugval in lichtopbrengst tijdens levensduur toch relatief klein is. 



   Volgens de uitvinding heeft de lamp daartoe het kenmerk, dat tenminste 75 gew. % van het metaaloxide in de eindgedeelten gezamenlijk aanwezig is, waarbij de eindgedeelten zieh elk uitstrekken tot een afstand voorbij de elektroden die drie maal de inwendige diameter D van het ontladingsvat bedraagt. De beschermlaag bevat bijvoorbeeld aluminiumoxide, yttriumoxide of terbiumoxide. Verrassenderwijs is gevonden dat hoewel althans nagenoeg al het metaaloxide zich in de eindgedeelten bevindt, de tijdens levensduur optredende terugval in de lichtopbrengst toch aanzienlijk is gereduceerd. In het bijzonder wordt met de maatregel volgens de uitvinding bij lampen, met een wandbelasting van tenminste 500   W/m2,   een sterke reduktie gerealiseerd in de initiële terugval.

   Onder de initiële terugval wordt hier verstaan de terugval in de lichtopbrengst in de bedrijfsperiode die loopt van kort na aanvang van de levensduur,   b. v.   enkele branduren, tot 100 branduren. De wandbelasting is hier gedefinieerd als het vermogen dat tijdens nominaal bedrijf in de zich tussen de elektroden uitstrekkende ontladingsboog wordt opgenomen gedeeld door het inwendig oppervlak tussen de elektroden. Bij de lamp volgens de uitvinding zijn de met een metaaloxide te bedekken gedeelten vanuit een positie buiten het ontladingsvat in een voldoende mate rechtstreeks bereikbaar. Dit maakt het op eenvoudige wijze mogelijk de beschermlaag als een suspensie aan te brengen zonder dat deze via een eindgedeelte over de luminescerende laag vloeit.

   De luminescerende laag kan daardoor als een suspensie van luminescerend materiaal worden aangebracht zonder dat luminescerend materiaal tijdens het aanbrengen van de suspensie van metaaloxide wordt meegespoeld. Roosten van de luminescerende laag   vòòr   het aanbrengen van de beschermlaag is dan overbodig. Voldoende is het de luminescerende laag gezamenlijk met de beschermlaag te roosten. 



   Een praktische uitvoeringsvorm van de lamp volgens de uitvinding, is 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 
 EMI3.1 
 gekenmerkt, doordat de beschermlaag de luminescerende laag geheel bedekt tot een afstand voorbij de elektroden die tenminste gelijk is aan de inwendige diameter D. In die uitvoeringsvorm heeft de luminescerende laag aan de eindgedeelten een zeer goede hechting met het inwendig oppervlak. Bij een slechte hechting kan luminescerend materiaal in de eindgedeelten loslaten tijdens verdere vervaardigingsstappen van de lamp, zoals tijdens het aanbrengen van de elektroden. 



  Bij lamp met een relatief dikke beschermlaag in de eindgedeelten wordt in de ontladingsruimte opgewekte straling in die gedeelten in een relatief sterke mate geabsorbeerd ten opzichte van in een centraal gedeelte van het ontladingsvat dat tussen de eindgedeelten gelegen is. Indien de beschermlaag abrupt eindigt kunnen de eindgedeelten van het ontladingsvat zieh daardoor tijdens lampbedrijf van het centrale gedeelte onderscheiden als relatief donkere zones van het ontladingsvat. Ofschoon dit geen bezwaar is indien de lamp door een armatuur is afgeschermd, kan dit ongewenst zijn indien de lamp direkt zichtbaar is. Een aantrekkelijke uitvoeringsvorm van de lamp volgens de uitvinding heeft het kenmerk, dat de laagdikte van de beschermlaag geleidelijk afneemt in de eindgedeelten in een richting naar het centrale gedeelte toe.

   Door het geleidelijk verloop in laagdikte wordt een verschil in helderheid tussen de eindgedeelten enerzijds en het centrale gedeelte anderzijds geleidelijk doorlopen. De eindgedeelten onderscheiden zieh daardoor niet opvallend van het centrale gedeelte. 



  Een werkwijze voor het vervaardigen van een lagedruk-kwikdampontladingslamp volgens de uitvinding, waarbij het ontladingsvat aan het inwendig oppervlak wordt voorzien van een luminescerende laag, waarna op de luminescerende laag een een metaaloxide bevattende suspensie wordt aangebracht, is volgens de uitvinding gekenmerkt, doordat de het metaaloxide bevattende suspensie op de luminescerende laag wordt aangebracht door deze vanaf een positie buiten het ontladingsvat in wording, tegenover de eindgedeelten, in de richting van de luminescerende laag te verstuiven. 



  Door de het metaaloxide bevattende suspensie te verstuiven, wordt de suspensie rechtstreeks op de te bedekken oppervlakken aangebracht, zodat kan worden vermeden dat deze langs het oppervlak van de luminescerende laag vloeit en daarmee luminescerend materiaal wegspoelt. Bij de werkwijze volgens de uitvinding is roosten van een als suspensie aangebrachte luminescerende laag voordat de beschermlaag wordt aangebracht overbodig. Het is voldoende de luminescerende laag en de beschermlaag gezamenlijk te roosten. Het verstuiven van de suspensie met het metaaloxide kan snel plaatsvinden, 

 <Desc/Clms Page number 4> 

    eenb. v.   in enkele tienden van sekonden, zodat het produktieproces van deze bewerking geen vertraging hoeft te ondervinden. 



   Het profiel van de met het verstuiven gevormde beschermlaag is afhankelijk van de keuze van de verstuiver waarmee de suspensie van metaaloxide wordt verstoven en van de druk waarmee het verstuiven plaatsvindt. Bijvoorbeeld kan een beschermlaag worden verkregen die in de eindgedeelten een nagenoeg konstante dikte heeft en die tussen het eindgedeelte en het centrale gedeelte abrupt eindigt. Anderszins kan bijvoorbeeld een beschermlaag worden verkregen die in de eindgedeelten geleidelijk in dikte afneemt in een richting naar het centrale gedeelte toe. 



   Het ontladingsvat is bijvoorbeeld een enkele buis die bijvoorbeeld in de vorm van een U of in de vorm van een haak is gebogen. In een uitvoeringsvorm is het ontladingsvat uit twee of meer buisdelen samengesteld waarbij opeenvolgende buisdelen door een kanaal zijn verbonden. 



   Deze en andere aspekten van de uitvinding zijn nader toegelicht aan de hand van de tekening. Daarin toont
Figuur 1 in langsdoorsnede een uitvoeringsvorm van de lagedruk-kwikdampontladingslamp volgens de uitvinding,
Figuur 2A t/m 2D een vervaardigingsstap van een uitvoeringswijze van een werkwijze volgens de uitvinding. 



   Figuur 1 toont een lagedruk-kwikdampontladingslamp voorzien van een buisvormig, glazen ontladingsvat 1 met een inwendige diameter van 1 cm. In de getoonde uitvoeringsvorm omvat het ontladingsvat 1 twee onderling evenwijdige buisdelen   lA,   1B, elk met een lengte van 20 cm, die aan een einde 2A, 2B door een kanaal   IC   radiaal met elkaar zijn verbonden. Het ontladingsvat 1 omsluit gasdicht een ontladingsruimte 3 die behalve kwik voorts een edelgas,   i. c.   argon bevat. De eindge- 
 EMI4.1 
 deelten 4A, 4B van het ontladingsvat 1 zijn elk van een doorvoergedeelte 14A, voorzien dat een in de ontladingsruimte 3 opgestelde elektrode 5A, 5B draagt en waardoorheen stroomtoevoergeleiders 8A, 8A', 8B, 8B'van buiten het ontladingsvat 1 naar de elektroden 5A, 5B treden.

   De eindgedeelten 4A, 4B zijn vastgezet in een 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 kunststof lampvoet 6 die kontaktpennen 7A, 7A', 7B, 7B'draagt die elektrisch met de stroomtoevoergeleiders 8A, 8A', 8B, 8B'zijn verbonden. De elektroden 5A, 5B zijn op een afstand van   1. 8   cm van het uiteinde 12A, 12B opgesteld. Het ontladingsvat 1 is aan een inwendig oppervlak 9 voorzien van een luminescerende laag 10 die een een metaaloxide,   i. e.   aluminiumoxide van het type Alon-C, bevattende beschermlaag 11 draagt.

   De luminescerende laag van de getoonde lamp heeft een bedekgewicht van   2. 5 mg/cm2   en bevat 40 gew. % door driewaardig terbium geactiveerd cerium-magnesium aluminaat (CAT), 27 gew. % door tweewaardig europium geactiveerd bariummagnesium aluminaat (BAM) en 33 gew. % yttriumoxide geactiveerd door driewaardig 
 EMI5.1 
 europium (YOX). De wandbelasting van de lamp bedraagt 700 W/m2. 



   De beschermlaag 11 bevat in totaal 5 mg metaaloxide. Tenminste 75 gew. % daarvan is in de eindgedeelten 4A, 4B gezamenlijk aanwezig, waarbij de eindgedeelten 4A, 4B zieh elk uitstrekken tot een afstand voorbij de elektroden 5A, 5B die drie maal de inwendige diameter D van het ontladingsvat 1 bedraagt. In casu bevindt zich ongeveer 80 gew. % in de eindgedeelten 4A, 4B gezamenlijk waarbij de eindgedeelten 4A, 4B zieh over een lengte van 5 cm uitstrekken. 



   25 lampen volgens de uitvinding werden in een duurproef vergeleken met 25 lampen niet volgens de uitvinding die een beschermlaag missen maar die in andere opzichten met de lamp volgens de uitvinding overeenkomen. De lampen niet volgens de uitvinding bleken in de bedrijfsperiode tussen 100 en 2000 branduren een terugval in de lichtopbrengst te hebben van gemiddeld 11 %. Bij de lampen volgens de uitvinding werd in die bedrijfsperiode een terugval in de lichtopbrengst gemeten van gemiddeld   5. 5   %. 



   Eveneens werd de   initiële   terugval van de lichtopbrengst gemeten in de bedrijfsperiode van 2 branduren tot honderd branduren. Gebleken is dat zowel lampen volgens de uitvinding als niet volgens de uitvinding na ongeveer twee branduren in een voldoende mate zijn gestabiliseerd om een reproduceerbare meting mogelijk te maken. 



  Vastgesteld werd dat de initiële terugval bij een groep van 30 lampen niet volgens de uitvinding gemiddeld   8. 5   bedroeg. Bij een groep van 30 lampen volgens de uitvinding bedroeg de   initiële   terugval gemiddeld slechts 2. 7 %. 



   De beschermlaag 11 bedekt de luminescerende laag 10 geheel tot een afstand gelijk aan de buisdiameter D, voorbij de elektroden 5A, 5B. De hechting van het luminescerend materiaal aan de wand in dat gebied werd gemeten door lucht tegen 

 <Desc/Clms Page number 6> 

 de bedekte luminescerende laag 10 te blazen. De luminescerende laag 10 bleek in het genoemde gebied een 5 tot 10 maal hogere luchtdruk te kunnen weerstaan dan een onvolledig of niet bedekt luminescerende laag. 



   De laagdikte van de beschermlaag 11 neemt geleidelijk af in de eindgedeelten 4A, 4B in een richting naar een tussen de eindgedeelten 4A, 4B gelegen centraal 
 EMI6.1 
 gedeelte 13 toe. In casu heeft de beschermlaag 11 op een afstand van 1, 3, en 5 cm achtereenvolgens een laagdikte van 3 m, m en 0. Op een afstand van 10 cm van de uiteinden 12A, 12B is de laagdikte verwaarloosbaar. Tijdens bedrijf van de lamp van deze uitvoeringsvorm volgens de uitvinding bleken de eindgedeelten 4A, 4B zich niet opvallend in helderheid te onderscheiden van het centrale gedeelte 13. 



   In een andere dan de getoonde uitvoeringsvorm heeft het ontladingsvat meer dan twee onderling verbonden buisdelen. In een variant van die uitvoeringsvorm heeft het ontladingsvat vier buisdelen, waarbij het eerste en het vierde buisdeel aan een van de elektrode afgewend uiteinde respectievelijk door een kanaal zijn verbonden met een tweede en een derde buisdeel aan een respectief einde daarvan. In die variant zijn het tweede en het derde buisdeel door een verder kanaal met elkaar verbonden aan een einde tegenover het einde waar deze buisdelen met het eerste en het vierde buisdeel zijn verbonden. 



   De lamp volgens de getoonde uitvoeringsvorm werd als volgt vervaardigd (zie Figuur 2A t/m 2D). Onderdelen in Figuur 2A t/m 2D die overeenkomen met die uit 
 EMI6.2 
 Figuur 1 hebben een verwijzingscijfer dat 20 hoger is. Een kalkglazen buis 20 (Fig. 2A) met een lengte van ongeveer 40 cm en een inwendige diameter van 1 cm werd van een laag van gesuspendeerd luminescerend materiaal 30 voorzien door een suspensie van luminescerende materialen over het inwendig oppervlak 29 ervan te laten vloeien. 



  Vervolgens werd de buis 20 door een transportorgaan, in casu een getande riem (niet getoond) verplaatst naar de positie aangegeven in Figuur 2B. In die positie is een eerste eindgedeelte 24A van de buis 20 tegenover een verstuiver 40A en een tweede, daar tegenoverliggend eindgedeelte 24B tegenover een evakueerorgaan (niet getoond) opgesteld. Met de verstuiver 40A werd in korte tijd, in dit geval enkele tienden van sekonden, een suspensie van metaaloxidedeeltjes verstoven in de richting van het eindgedeelte 24A. De verstoven suspensie sloeg daarbij op het oppervlak van de laag gesuspendeerd luminescerend materiaal 30 neer.

   Met het evakueerorgaan, dat een onderdruk in de buis 20 creëert, werd vermeden dat de verstoven suspensie zieh buiten 

 <Desc/Clms Page number 7> 

 de buis 20 verspreidde en werd de verspreiding van de metaaloxidesuspensie over het eindgedeelte 24A bevordert. 



   Na een verder transport nam de buis 20 de in Figuur 2C getoonde positie in, waarin het tweede eindgedeelte 24B tegenover een verdere verstuiver 40B en het eerste eindgedeelte 24A tegenover een verder evakueerorgaan (niet getoond) is opgesteld. Nadat met de verdere verstuiver 40B het tweede eindgedeelte 24B van de suspensie van metaaloxide 31 was voorzien, was de in Figuur 2D getoonde buis 20 verkregen. De zo verkregen buis 20 werd vervolgens geroost om hulpstoffen uit de luminescerende laag 30 en de beschermlaag 31 te verdrijven. Daarna werd de buis 20 in de twee buisdelen lA, 1B (zie Fig. 1) met elk een nieuw, door insnoeren gesloten uiteinde 15A, 15B verdeeld door de buis 20 op een plaats midden tussen de einden door verhitting te verweken en de einden van de buis uiteen te trekken.

   Daarna werden de buisdelen   lA,   1B aan een eindgedeelte grenzend aan het nieuw gevormde uiteinde 15A, 15B radiaal door middel van het kanaal   IC   verbonden. Eerst werd daarbij in elk der buisdelen   lA,   1B een overdruk aangebracht en werd de wand van de buisdelen op de plaats van het te vormen kanaal   IC   door verhitting verweekt. Daarbij ontstond een open uitstulping. Vervolgens werd het   kanaal 1C   gevormd door de uitstulpingen aaneen te smelten. De eindgedeelten 4A, 4B werden daarna elk van het doorvoergedeelte 14A, 14B voorzien dat de elektrode 5A, 5B draagt en waardoorheen de stroomtoevoergeleiders 8A, 8A', 8B, 8B'naar de elektrode 5A, 5B treden.

   Het zo verkregen   ontlading-   vat 1 werd vervolgens geëvacueerd en van de vulling van kwik en argon voorzien. 



  Daarna werd het ontladingsvat 1 met de eindgedeelten 4A, 4B bevestigd in de lampvoet 6 waarbij de kontaktpennen 7A, 7A', 7B, 7B'werden verbonden met de stroomtoevoergeleiders 8A, 8A', 8B, 8B'.

Claims (4)

  1. CONCLUSIES EMI8.1 1. Lagedruk-kwikdampontladingslamp voorzien van een buisvormig ontladingsvat met een inwendige diameter D, dat een ontladingsruimte die behalve kwik voorts een edelgas bevat gasdicht omsluit en in eindgedeelten waarvan elektroden zijn opgesteld, welk ontladingsvat aan een inwendig oppervlak is voorzien van een luminescerende laag die een een metaaloxide bevattende beschermlaag draagt, met het kenmerk, dat tenminste 75 gew. % van het metaaloxide in de eindgedeelten gezamenlijk aanwezig is, waarbij de eindgedeelten zich elk uitstrekken tot een afstand voorbij de elektroden die drie maal de inwendige diameter D van het ontladingsvat bedraagt.
  2. 2. Lagedruk-kwikdampontladingslamp volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de beschermlaag de luminescerende laag geheel bedekt tot een afstand voorbij de elektroden die tenminste gelijk is aan de inwendige diameter D.
  3. 3. Lagedruk-kwikdampontladingslamp volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de laagdikte van de beschermlaag geleidelijk afneemt in de eindgedeelten in een richting naar een tussen de eindgedeelten gelegen centraal gedeelte toe.
  4. 4. Werkwijze voor het vervaardigen van een lagedruk-kwikdampontladingslamp volgens conclusie 1, 2 of 3, waarbij het ontladingsvat in wording aan het inwendig oppervlak wordt voorzien van de luminescerende laag, waarna op de luminescerende laag een een metaaloxide bevattende suspensie wordt aangebracht, met het kenmerk, dat de het metaaloxide bevattende suspensie op de luminescerende laag wordt aangebracht door deze vanaf een positie buiten het ontladingsvat in wording, tegenover de eindgedeelten, in de richting van de luminescerende laag te verstuiven.
BE9301463A 1993-12-24 1993-12-24 Lagedruk-kwikdampontladingslamp en werkwijze voor het vervaardigen ervan. BE1007914A3 (nl)

Priority Applications (8)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE9301463A BE1007914A3 (nl) 1993-12-24 1993-12-24 Lagedruk-kwikdampontladingslamp en werkwijze voor het vervaardigen ervan.
DE69417188T DE69417188T2 (de) 1993-12-24 1994-12-15 Niederdruck-Quecksilber-Entladungslampe und Verfahren zur Herstellung derselben
EP94203633A EP0660374B1 (en) 1993-12-24 1994-12-15 Low-pressure mercury vapour discharge lamp and method of manufacturing same
ES94203633T ES2130348T3 (es) 1993-12-24 1994-12-15 Lampara de descarga en vapor de mercurio a baja presion y metodo de fabricarla.
US08/362,039 US5666027A (en) 1993-12-24 1994-12-22 Low-pressure mercury vapour discharge lamp and method of manufacturing same
JP6336415A JPH07211291A (ja) 1993-12-24 1994-12-22 低圧水銀放電ランプ及び低圧水銀放電ランプを製造する方法
KR1019940035846A KR950020955A (ko) 1993-12-24 1994-12-22 저압 수은 방출 램프 및 그 제조 방법
CN94113204A CN1108802A (zh) 1993-12-24 1994-12-23 低压汞蒸汽放电灯及其制造方法

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE9301463A BE1007914A3 (nl) 1993-12-24 1993-12-24 Lagedruk-kwikdampontladingslamp en werkwijze voor het vervaardigen ervan.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1007914A3 true BE1007914A3 (nl) 1995-11-14

Family

ID=3887684

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE9301463A BE1007914A3 (nl) 1993-12-24 1993-12-24 Lagedruk-kwikdampontladingslamp en werkwijze voor het vervaardigen ervan.

Country Status (8)

Country Link
US (1) US5666027A (nl)
EP (1) EP0660374B1 (nl)
JP (1) JPH07211291A (nl)
KR (1) KR950020955A (nl)
CN (1) CN1108802A (nl)
BE (1) BE1007914A3 (nl)
DE (1) DE69417188T2 (nl)
ES (1) ES2130348T3 (nl)

Families Citing this family (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE19613358C1 (de) * 1996-04-03 1997-10-09 Heraeus Noblelight Gmbh Optischer Strahler
DE19817407A1 (de) * 1998-04-20 1999-10-21 Walter Holzer Stiftsockel für Gasentladungslampen
US6534910B1 (en) 2000-09-06 2003-03-18 Koninklijke Philips Electronics N.V. VHO lamp with reduced mercury and improved brightness
JP2003017005A (ja) * 2001-06-27 2003-01-17 Harison Toshiba Lighting Corp 低圧放電ランプ
US6774557B2 (en) * 2001-07-05 2004-08-10 General Electric Company Fluorescent lamp having reduced mercury consumption
US7427829B2 (en) * 2005-10-25 2008-09-23 General Electric Company Fluorescent lamp having improved barrier layer
DE102010063483B4 (de) * 2010-12-20 2012-09-27 Osram Ag Niederdruck-Gasentladungslampen-Körper, Niederdruck-Gasentladungslampe und Verfahren zum Herstellen eines Niederdruck-Gasentladungslampen-Körpers

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2091936A (en) * 1981-01-27 1982-08-04 Gte Prod Corp Arc discharge lamp having improved lumen maintenance
US4607191A (en) * 1984-11-13 1986-08-19 Gte Products Corporation Protection film for improved phosphor maintenance and increased time-integrated light output
EP0507533A2 (en) * 1991-03-30 1992-10-07 Toshiba Lighting & Technology Corporation A mercury-free electrodeless metal halide lamp

Family Cites Families (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3995192A (en) * 1975-12-05 1976-11-30 General Electric Company Reprographic fluorescent lamp with improved reflector layer
JPS57172647A (en) * 1981-04-15 1982-10-23 Toshiba Corp Rapid-start fluorescent lamp and its manufacture
US4670688A (en) * 1981-12-24 1987-06-02 Gte Products Corp. Fluorescent lamp with improved lumen output
US4547700A (en) * 1984-02-23 1985-10-15 Gte Products Corporation Fluorescent lamp with homogeneous dispersion of alumina particles in phosphor layer
JPH0727770B2 (ja) * 1989-12-22 1995-03-29 東芝ライテック株式会社 アマルガムおよびこのアマルガムを封入してなる低圧水銀蒸気放電灯
JPH0589841A (ja) * 1991-09-26 1993-04-09 Toshiba Lighting & Technol Corp 低圧水銀蒸気放電ランプ
CA2110005A1 (en) * 1992-12-28 1994-06-29 Jon B. Jansma Fluorescent lamp having high resistance conductive coating and method of making same

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2091936A (en) * 1981-01-27 1982-08-04 Gte Prod Corp Arc discharge lamp having improved lumen maintenance
US4607191A (en) * 1984-11-13 1986-08-19 Gte Products Corporation Protection film for improved phosphor maintenance and increased time-integrated light output
EP0507533A2 (en) * 1991-03-30 1992-10-07 Toshiba Lighting & Technology Corporation A mercury-free electrodeless metal halide lamp

Also Published As

Publication number Publication date
ES2130348T3 (es) 1999-07-01
DE69417188T2 (de) 1999-09-23
CN1108802A (zh) 1995-09-20
US5666027A (en) 1997-09-09
DE69417188D1 (de) 1999-04-22
JPH07211291A (ja) 1995-08-11
EP0660374B1 (en) 1999-03-17
KR950020955A (ko) 1995-07-26
EP0660374A1 (en) 1995-06-28

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8500736A (nl) Elektrodeloze lagedrukontladingslamp.
KR900002446B1 (ko) 불활성 가스 방전등 장치
NL7810213A (nl) Lagedrukkwikdampontladingslamp.
BE1007914A3 (nl) Lagedruk-kwikdampontladingslamp en werkwijze voor het vervaardigen ervan.
US4196374A (en) Compact fluorescent lamp and method of making
CN1225748A (zh) 荧光灯
JP2716306B2 (ja) 高周波蛍光システム
US20180082830A1 (en) Electrodeless gas discharge lamps and methods of making the same
JPS63241851A (ja) 放電ランプ
JPS6231937A (ja) 低圧水銀蒸気放電ランプとその製造方法
NL8000608A (nl) Elektrische ontladingslampen.
AU729283B2 (en) Low-pressure discharge lamp
US4508993A (en) Fluorescent lamp without ballast
US6049164A (en) Low-pressure mercury lamp with specific electrode screens
NL8204673A (nl) Werkwijze voor het vervaardigen van een lagedrukkwikdampontladingslamp en lagedrukkwikdampontladingslamp vervaardigd volgens die werkwijze.
CN1007474B (zh) 紧凑低压水银蒸汽放电灯
EP0378338B1 (en) Discharge tube
NL8105510A (nl) Starthulporgaan voor niet- lineaire ontladingslampen en werkwijze voor het maken daarvan.
CN101501814A (zh) 发光管、电灯座荧光灯、以及电灯泡形荧光灯
NL8105511A (nl) Ontladingslamp met inwendig starthulpmiddel capacitief gekoppeld met een van de elektroden.
NL8601092A (nl) Elektrische lamp.
CN208753265U (zh) 放电灯及紫外线照射装置
NL8105509A (nl) Starthulpmiddel voor ontladingslampen.
EP0577275A1 (en) Fluorescent lamp
US4571522A (en) Method of manufacturing a low-pressure mercury vapor discharge lamp, a low-pressure mercury vapor discharge lamp manufactured by means of this method, and a device for carrying out this method

Legal Events

Date Code Title Description
RE Patent lapsed

Owner name: PHILIPS ELECTRONICS N.V.

Effective date: 19951231