BE1006094A5 - Inrichting voor het waarschuwen van de bestuurder van een voertuig. - Google Patents

Inrichting voor het waarschuwen van de bestuurder van een voertuig. Download PDF

Info

Publication number
BE1006094A5
BE1006094A5 BE9200680A BE9200680A BE1006094A5 BE 1006094 A5 BE1006094 A5 BE 1006094A5 BE 9200680 A BE9200680 A BE 9200680A BE 9200680 A BE9200680 A BE 9200680A BE 1006094 A5 BE1006094 A5 BE 1006094A5
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
message
memory
control signal
control
control unit
Prior art date
Application number
BE9200680A
Other languages
English (en)
Inventor
Jan Decock
Original Assignee
Trint Electronics Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Trint Electronics Nv filed Critical Trint Electronics Nv
Priority to BE9200680A priority Critical patent/BE1006094A5/nl
Priority to EP93870156A priority patent/EP0581755A1/en
Application granted granted Critical
Publication of BE1006094A5 publication Critical patent/BE1006094A5/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60KARRANGEMENT OR MOUNTING OF PROPULSION UNITS OR OF TRANSMISSIONS IN VEHICLES; ARRANGEMENT OR MOUNTING OF PLURAL DIVERSE PRIME-MOVERS IN VEHICLES; AUXILIARY DRIVES FOR VEHICLES; INSTRUMENTATION OR DASHBOARDS FOR VEHICLES; ARRANGEMENTS IN CONNECTION WITH COOLING, AIR INTAKE, GAS EXHAUST OR FUEL SUPPLY OF PROPULSION UNITS IN VEHICLES
    • B60K28/00Safety devices for propulsion-unit control, specially adapted for, or arranged in, vehicles, e.g. preventing fuel supply or ignition in the event of potentially dangerous conditions
    • B60K28/02Safety devices for propulsion-unit control, specially adapted for, or arranged in, vehicles, e.g. preventing fuel supply or ignition in the event of potentially dangerous conditions responsive to conditions relating to the driver
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60KARRANGEMENT OR MOUNTING OF PROPULSION UNITS OR OF TRANSMISSIONS IN VEHICLES; ARRANGEMENT OR MOUNTING OF PLURAL DIVERSE PRIME-MOVERS IN VEHICLES; AUXILIARY DRIVES FOR VEHICLES; INSTRUMENTATION OR DASHBOARDS FOR VEHICLES; ARRANGEMENTS IN CONNECTION WITH COOLING, AIR INTAKE, GAS EXHAUST OR FUEL SUPPLY OF PROPULSION UNITS IN VEHICLES
    • B60K28/00Safety devices for propulsion-unit control, specially adapted for, or arranged in, vehicles, e.g. preventing fuel supply or ignition in the event of potentially dangerous conditions
    • B60K28/02Safety devices for propulsion-unit control, specially adapted for, or arranged in, vehicles, e.g. preventing fuel supply or ignition in the event of potentially dangerous conditions responsive to conditions relating to the driver
    • B60K28/06Safety devices for propulsion-unit control, specially adapted for, or arranged in, vehicles, e.g. preventing fuel supply or ignition in the event of potentially dangerous conditions responsive to conditions relating to the driver responsive to incapacity of driver
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60RVEHICLES, VEHICLE FITTINGS, OR VEHICLE PARTS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • B60R25/00Fittings or systems for preventing or indicating unauthorised use or theft of vehicles
    • B60R25/01Fittings or systems for preventing or indicating unauthorised use or theft of vehicles operating on vehicle systems or fittings, e.g. on doors, seats or windscreens
    • B60R25/04Fittings or systems for preventing or indicating unauthorised use or theft of vehicles operating on vehicle systems or fittings, e.g. on doors, seats or windscreens operating on the propulsion system, e.g. engine or drive motor
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60WCONJOINT CONTROL OF VEHICLE SUB-UNITS OF DIFFERENT TYPE OR DIFFERENT FUNCTION; CONTROL SYSTEMS SPECIALLY ADAPTED FOR HYBRID VEHICLES; ROAD VEHICLE DRIVE CONTROL SYSTEMS FOR PURPOSES NOT RELATED TO THE CONTROL OF A PARTICULAR SUB-UNIT
    • B60W2540/00Input parameters relating to occupants
    • B60W2540/24Drug level, e.g. alcohol
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60WCONJOINT CONTROL OF VEHICLE SUB-UNITS OF DIFFERENT TYPE OR DIFFERENT FUNCTION; CONTROL SYSTEMS SPECIALLY ADAPTED FOR HYBRID VEHICLES; ROAD VEHICLE DRIVE CONTROL SYSTEMS FOR PURPOSES NOT RELATED TO THE CONTROL OF A PARTICULAR SUB-UNIT
    • B60W2540/00Input parameters relating to occupants
    • B60W2540/30Driving style

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Transportation (AREA)
  • Auxiliary Drives, Propulsion Controls, And Safety Devices (AREA)
  • Combined Controls Of Internal Combustion Engines (AREA)

Abstract

Inrichting voor het waarschuwen van de bestuurder van een voertuig bevattende een besturingseenheid en een van een geheugen voorziene berichtgenerator, welke besturingseenheid een tijdsbewakingselelement bevat dat voorzien is om in een periode gelegen tussen een begin en eindtijdstip met tussenpauzen telkens een stuursignaal te genereren en af te geven aan de berichtgenerator, die voorzien is om onder besturing van het stuursignaal een in het geheugen opgeslagen waarschuwingsboodschap met een verwant karakter te lezen en af te geven.

Description


   <Desc/Clms Page number 1> 
 



   "Inrichting voor het waarschuwen van de bestuurder van een   voertuiq"  
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het waarschuwen van de bestuurder van een voertuig bevattende een besturingseenheid en een daarmee verbonden van een eerste geheugen voorziene berichtgenerator, welk eerste geheugen voorzien is voor het opslaan van ten minste   een   eerste bericht. 



   Een dergelijke waarschuwingsinrichting wordt reeds in een behoorlijk aantal voertuigen ingebouwd. Meestal heeft het eerste bericht betrekking op een probleem met betrekking tot het functioneren van het voertuig. Zo wordt bijvoorbeeld een bericht afgegeven dat het oliepeil van de motor te laag is, of de remblokken onvoldoende frictiemateriaal bevatten. 



   Het bericht zelf wordt gepresenteerd onder de vorm van een verklikker lampje dat gaat branden, of door het weergeven van een corresponderend bericht op een LCD scherm of middels een spraakgenerator. De verschillende berichten zijn opgeslagen in een geheugen, bijvoorbeeld een ROM of een EEPROM. 



   De bekende waarschuwingsinrichtingen zijn in hoofdzaak voorzien om berichten af te geven welke betrekking hebben op het technisch functioneren van het voertuig. Zelfs de berichten die enigszins het rijgedrag van de bestuurder kunnen beïnvloeden, zoals bijvoorbeeld diegene afgegeven door de econometer of de toerenteller, zijn in hoofdzaak van technische origine. 



   De uitvinding heeft tot doel een inrichting voor het waarschuwen van de bestuurder van een voertuig te realiseren waarbij de bestuurder gewaarschuwd wordt om 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 niet op een onverantwoorde wijze het voertuig te besturen zonder dat er sprake is van enig technisch mankement van het voertuig. 



   Een inrichting volgens de uitvinding heeft daartoe het kenmerk dat de besturingseenheid een tijdsbewakingselement bevat voorzien van een ingang voor het aanbieden van een begin-en een eindtijdstip, welk tijdsbewakingselement verder voorzien is om in een periode gelegen tussen genoemd begin-en eindtijdstip met tussenpauzen telkens een eerste stuursignaal te genereren en af te geven aan de berichtgenerator, welke berichtgenerator voorzien is om onder besturing van het eerste stuursignaal het in het eerste geheugen opgeslagen eerste bericht, gevormd door een waarschuwingsboodschap met een verwant karakter, te lezen en af te geven. 



  Aangezien een onverantwoord rijgedrag meestal gekoppeld is met alcoholgebruik bij het uitgaan, wat op zijn beurt ook weer aan bepaalde tijdstippen gebonden is biedt het tijdsbewakeningselement de mogelijkheid om het waarschuwingsbericht alleen op voorafbepaalde tijdstippen te genereren. Hierdoor wordt voorkomen dat het bericht op een ongeschikt tijdstip wordt uitgezonden. Aangezien begin-en eindtijdstip worden aangeboden aan de inrichting, zijn deze tijdstippen vrij te programmeren, waardoor de mogelijkheid geboden wordt om de inrichting slechts dan te activeren wanneer het van de inrichting voorziene voertuig gebruikt wordt als verplaatsingsmiddel bijvoorbeeld naar een uitgaansgelegenheid of op wel bepaalde tijdstippen bijvoorbeeld s'avonds of s'nachts. 



  Het verwant karakter van de waarschuwingsboodschap wordt bijvoorbeeld gevormd door de boodschap te laten uitspreken door de partner, een ouder of een goede bekende van de bestuurder of docr het weergeven van een beeld van een dergelijke persoon al dan niet voorzien van geluid. Een dergelijke boodschap wordt dan van te voren in het eerste geheugen opgeslagen. Doordat de boodschap 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 een verwant karakter bezit bestaat er een grotere kans dat zij een positieve werking op de bestuurder zal uitoefenen waardoor deze laatste hetzij zijn rijgedrag zal aanpassen, hetzij het voertuig niet zelf zal besturen. De inrichting volgens de uitvinding biedt dus een mogelijkheid om de bestuurder te waarschuwen voor een onverantwoord rijgedrag. 



   Een eerste voorkeursuitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding heeft het kenmerk dat de besturingseenheid een codewoordherkenningselement bevat voorzien van een tweede geheugen voor het opslaan van een eerste codewoord en van een ingang voor het ontvangen van een tweede door een gebruiker aangeboden codewoord, welk codewoordherkenningselement van vergelijkingsmiddelen is voorzien voor het vergelijken van het tweede met het eerste codewoord en voor het genereren van een tweede resp. derde stuursignaal bij correspondentie resp. nietcorrespondentie van het eerste met het tweede codewoord, welke berichtgenerator voorzien is om mede onder besturing van een tweede stuursignaal het eerste bericht uit het eerste geheugen te lezen.

   Het codewoordherkenningselement biedt de mogelijkheid aan de inrichting om enige informatie omtrent de actuele conditie van de bestuurder te verkrijgen. Is de bestuurder in staat om het juiste codewoord aan te bieden dan mag redelijkerwijze worden aangenomen dat hij niet in een toestand van volledige dronkenschap vertoeft. Het weer te geven bericht kan dan ook in functie van het vergelijkingsresultaat gekozen worden. 



   Een tweede voorkeursuitvceringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding heeft het kenmerk dat de berichtgenerator voorzien is om onder besturing van een derde stuursignaal een tweede bericht uit het eerste geheugen te lezen, en verder een eerste neutralisatieelement bevat voor het na ontvangen van het derde stuursignaal en afgeven van het tweede bericht de 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 berichtgenerator te neutraliseren. Wanneer de bestuurder niet in staat is het juiste codewoord aan te bieden, zal hij ook duidelijk niet in staat zijn het voertuig op een verantwoorde wijze te besturen. Het tweede bericht kan dan ook in functie daarvan gekozen worden. 



   Het is gunstig dat het codewoordherkenningselement voorzien is om bij vaststelling van nietcorrespondentie tussen eerste en tweede codewoord eerst een foutmeldingssignaal te genereren en om het derde stuursignaal te genereren indien binnen een voorafbebaalde tijdsperiode het aantal gegenereerde foutmeldingssignalen een voorafbepaalde aantal overschrijdt. Hierdoor wordt ten minste   een   herkansing geboden indien het tweede codewoord per abuis foutief werd aangeboden. 



   Een derde voorkeursuitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding heeft het kenmerk dat zij een tweede neutralisatie element bevat voorzien van een ingang voor het ontvangen van het derde stuursignaal en verder voorzien voor het onder besturing van een ontvangen derde stuursignaal neutraliseren van de aandrijfmiddelen van het voertuig. Hierdoor wordt het voertuig geneutraliseerd indien blijkt dat de bestuurder niet in staat is het juiste codewoord aan te bieden. 



   Het is gunstig dat het tweede geheugen een lees-en schrijfgeheugen is. Hierdoor is het mogelijk om het eerste codewoord af en toe te veranderen door het opslaan van een nieuw eerste codewoord. Dit biedt een oplossing aan het feit dat de bestuurder het tweede codewoord als het ware "onbewust" zou invoeren. 



   Een vierde voorkeursuitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding heeft het kenmerk dat de besturingseenheid een ingang heeft voor het ontvangen van een snelheidswaarde die de actuele snelheid van het voertuig weergeeft en welke besturingseenheid van vergelijkingsmiddelen is voorzien om de ontvangen snelheidswaarde te vergelijken met een voorafbepaalde 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 drempelwaarde een bij het overschrijden van genoemde drempelwaarde en vierde stuursignaal te genereren en af te geven aan de berichtgenerator. Aangezien hoge snelheid en overmatig drankgebruik vaak met elkaar gekoppeld zijn, biedt deze uitvoeringsvorm de mogelijkheid om op dit verschijnsel in te   spelen.   



   Om het onverwachte karakter van de boodschap te benadrukken is het gunstig het tijdsbewakingselement van modificatiemiddelen is voorzien voor het wijzigen van de tijdsduur der tussenpauzen. 



   Een vijfde voorkeursuitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding heeft het kenmerk dat de besturingseenheid voorzien is van selectiemiddelen voor het onder besturing van een eerste stuursignaal selecteren van een der opgeslagen berichten. Door meerdere berichten op te slaan en door telkens een ander bericht te selecteren wordt een monotoon karakter vermeden. 



   De uitvinding zal nu nader worden beschreven aan de hand van het in de tekening weergegeven uitvoeringsvoorbeeld. In de tekening laat :
Figuur 1 een blokschema zien van een uitvoeringsvoorbeeld van een inrichting volgens de uitvinding ;
Figuur 2 een stroomdiagram zien dat de werking van de inrichting volgens de uitvinding illustreert. 



   Het in   figuur 1   weergegeven uitvoeringsvoorbeeld van een inrichting volgens de uitvinding bevat een besturingseenheid   1,   bijvoorbeeld gevormd door een micro-processor vocrzien van een klok. Een eerste ingang van de besturingseenheid is verbcnden met een ingangseenheid 2 die voorzien is om ingangssignalen te ontvangen zoals onder meer de actuele tijd, een codewoord, de snelheid waarmede het voertuig zieh verplaatst alsook een signaal dat 

 <Desc/Clms Page number 6> 

 aangeeft dat de motor van het voertuig gestart werd en loopt. Een tweede ingang van de besturingseenheid 1 is verbonden met een toetsenbord 3 voor het aanbieden van data en instructies aan het geheugen van de besturingseenheid of een daarmee verbonden geheugen.

   Een weergave eenheid 4, bijvoorbeeld gevormd door een LCD, is verbonden met een eerste uitgang van de besturingseen-   heid.   



   Een tweede uitgang van de besturingseenheid is verbonden met een berichtgenerator 5 waarvan een uitgang via een interface 6 met een weergave eenheid 7 verbonden is. Een ingang van het interface 6 is verder verbonden met een regeleenheid 8. Een ingang 9 van de berichtgenerator 5 is bestemd voor het aanbieden van   een   of meer berichten. 



   Een derde uitgang van de besturingseenheid is verbonden met een module 10 die aansluitbaar is op de motorsturing van het voertuig, bijvoorbeeld op de ontsteking of op het motor management systeem. 



   De berichtgenerator 5 bevat een eerste geheugen, bijvoorbeeld genoemd door een EEPROM of een RAM, bestemd voor het opslaan van ten minste   een,   doch bij voorkeur meerdere berichten, gevormd door een waarschuwingsboodschap met een verwant karakter. Het verwant karakter van de boodschap wordt gevormd doordat het bericht gepresenteerd wordt door een persoon die nauw verwant is met de bestuurder van het voertuig in hetwelk de inrichting is ingebouwd. Zo wordt het bericht bijvoorbeeld gepresenteerd door de partner, een ouder of een goede bekende van de bestuurder. Het bericht nodigt de bestuurder uit veilig te rijden en een aangepast rijgedrag aan te houden. Het verwant karakter waarmede het bericht gepresenteerd wordt verhoogt het preventieve karakter van de boodschap. 



   De boodschap wordt bij voorkeur als een gesproken bericht weergegeven, maar het is natuurlijk ook 

 <Desc/Clms Page number 7> 

 mogelijk om de boodschap visueel weer te geven al dan niet voorzien van geluid. Het bericht of de boodschap wordt in het eerste geheugen van de berichtgenerator 5 digitaal opgeslagen. Hiertoe wordt het bericht via de ingang 9 aangeboden. Bij voorkeur bezit de berichtgenerator een analoog digitaal convertor en een spraakgenerator ten einde via een gebruikelijk microfoon het bericht aan te bieden. Indien de berichtgenerator voorzien is voor het weergeven van een visueel beeld, dan zal hij voorzien zijn van een videogenerator en zal ingang 9 voorzien zijn voor het aansluiten van een video-camera. 



  Het aantal op te slagen berichten zal natuurlijk afhankelijk zijn van de dimensie van het geheugen en van de lengte van elk bericht. 



   Het interface 6 is voorzien van een   digitaal/analoog   convertor ten einde het opgeslagen digitaal bericht te converteren naar een analoog bericht dat geschikt is om via de weergave eenheid 7 te worden afgegeven. De weergave eenheid is bijvoorbeeld gevormd door de auto-radio en is als zodanig niet een zelfstandig onderdeel van de inrichting volgens de uitvinding. 



  Indien gebruik gemaakt wordt van visuele informatie, bevat de weergave eenheid bijvoorbeeld een LCD, wat, indien het voertuig van een opto-elektronisch dashboard is voorzien, door een LCD uit dat dashboard gevormd kan zijn. 



     De regeleenheid 8   is voorzien om het niveau van   rij- en achtergrondgeluid   te bepalen en de signaalversterking van het af te geven bericht in functie van het gemeten niveau aan te passen. Bij het weergeven van het bericht wordt, indien de auto-radio is aangeschakeld, het signaal van deze laatste onderdrukt ten einde berichtgeving   mcgelijk   te maken. 



   Om de inrichting volgens de uitvinding te laten werken is het noodzakelijk een begin en eindtijdstip aan te bieden aan een tijdsbewakingselement dat deel 

 <Desc/Clms Page number 8> 

 uitmaakt van de besturingseenheid 1. Zodoende wordt verkregen dat de inrichting alleen actief is gedurende de periode gelegen tussen begin-en eindtijdstip. Hierdoor wordt bovendien voorkomen dat de boodschappen zinloos worden afgegeven. Als begin-respect. eindtijdstip kan bijvoorbeeld een zaterdagavond 22. 00 uur resp. een zondagmorgen 7. 00 uur gekozen worden, aangezien hier een grote kans bestaat dat het voertuig zal worden gebruikt om een uitstapje te doen. Het begin-en eindtijdstip wordt ingegeven door een daartoe bevoegd persoon, bijvoorbeeld de eigenaar of houder van het voertuig waarin de inrichting is ingebouwd of door diegene die enige vorm van gezag mag uitoefenen op de bestuurder. 



  Voor het aanbieden van begin-en eindtijdstip zal de operator eerst een toegangscode aan de inrichting afgegeven waardoor hij kenbaar maakt aan de inrichting bevoegd te zijn deze handeling uit te voeren. Het aanbieden van begin- en eindtijdstip geschiedt bijvoorbeeld middels het toetsenbord 3. 



   De toegangscode bestaat hetzij uit een vaste code hetzij uit een wijzigbare code. Bij dit laatste alternatief heeft de daartoe bevoegde persoon de mogelijkheid om af en toe de toegangscode te wijzigen. 



  Dit laatste heeft het voordeel dat, indien de gebruiker toevallig achter de toegangscode zou komen en zodoende de inrichting neutraliseren, op eenvoudige wijze kan worden ingegrepen en zodoende deze mogelijkheid tot neutralisatie weer ongedaan kan maken. 



   De af te geven berichten kunnen ook bij elke operatie in het geheugen geladen worden ten einde niet tot monotonie over te gaan. Maar het is ook mogelijk om eenzelfde bericht meermaals te gebruiken over langere tijd. 



   De werking van de inrichting volgens de uitvinding zal nu nader worden toegelicht aan de hand van 

 <Desc/Clms Page number 9> 

 het in figuur 2 weergegeven stroomdiagram, wat onder besturing van de besturingseenheid 1 wordt afgehandeld. 



  11. STR : Het verwerkingsprogramma wordt gestart. 



   Dit geschiedt bijvoorbeeld door het ver- draaien van de contactsleutel in het con- tactslot. 



  12. CK ? : De besturingseenheid onderzoekt of de motor gestart wordt, bijvoorbeeld door na te gaan of er een desbetreffend signaal van het contactslot komt. 



  13. SBO ? : De besturingseenheid onderzoekt door mid- del van het tijdsbewakeningselement of het actuele tijdstip gelegen is binnen de periode gelegen tussen begin-en eindtijd- stip. Hiertoe neemt het tijdsbewakings- element de actuele tijd op en vergelijkt deze met het aangeboden begin-en eind- tijdstip. Op basis van deze vergelijking wordt uitgemaakt of men zieh binnen de periode gelegen tussen begin-en eind- tijdstip bevindt. De indicatie of de actuele tijd al dan niet binnen genoemde periode gelegen is wordt bijvoorbeeld aangegeven door het instellen van een flip-flop. Wanneer het actuele tijdstip niet binnen genoemde periode gelegen is wordt het programma gestopt (STP 25) waardoor de inrichting gedeactiveerd is. 



  14 CDE   : Het   starten van de motor wordt tijdelijk geneutraliseerd Indien het actuele tijd- stip binnen genoemde pericde gelegen is en er wordt gevraagd aan de bestuurder om een tweede codewoord aan de inrichting aan te bieden. Dit tweede ccdewoord is bijvoor- beeld gevormd dcor een vier, zes of meer 

 <Desc/Clms Page number 10> 

 cijferige code en wordt middels het toetsenbord 3 aangeboden. 



  15. RCDE ? : Er wordt   nu door een codewoordherkennings-   element dat deel uitmaakt van de bestu- ringseenheid nagegaan of het aangeboden tweede codewoord overeenkomt met een in een tweede geheugen opgeslagen eerste codewoord. Dat tweede geheugen maakt deel uit van het codewoordherkenningselement. 



   Hiertoe vergelijkt het codewoordherken- ningselement het aangeboden tweede code- woord met het eerste. Bij correspondentie (15 Y) wordt een eerste stuursignaal gege- nereerd. Bij niet-correspondentie (15, N) wordt een foutmeldingsignaal gegenereerd. 



    16. n   x WCDE ? : Er wordt nagegaan of het foutmeldingsig- naal reeds n maal, bijvoorbeeld n      3, gegenereerd is. Dit wordt bijvoorbeeld gerealiseerd door het lezen van de teller- stand van een teller, welke bij het starten (llSTR) op nul gezet werd. 



  17.   n=n+1   : De teller wordt met   een   eenheid verhoogd indien het aantal foutmeldingssignalen kleiner was dan n (16, N). Daarna wordt de gebruiker gevraagd het tweede codewoord opnieuw aan te bieden (14, CDE). 



  18. BLD : Indien het foutmeldingssignaal reeds n maal gegenereerd werd, wordt een derde stuursignaal gegenereerd. Onder besturing van dit derde stuursignaal wordt uit het eerste geheugen een bericht gelezen en aan de weergave eenheid aangeboden. Dit be- richt bevat bijvoorbeeld een boodschap die aangeeft dat het voertuig geneutraliseerd blijft voor een voorafbepaalde tijd, bij- voorbeeld drie uren. Het neutralisatie- 

 <Desc/Clms Page number 11> 

 element 10 wordt dan geactiveerd ten einde bijvoorbeeld de ontsteking van het voer- tuig te neutraliseren. De berichtoperator wordt bij voorkeur eveneens geneutrali- seerd na het genereren van het derde stuursignaal en het afgeven van het be- richt ten einde vernietiging door agressie niet te stimuleren. De verwerking van het programma wordt daarna be indigd. 



  19 ENS : Wanneer een eerste stuursignaal gegene- reerd wordt (15 Y) wordt de tijdelijke neutralisatie van het starten opgeheven en wordt starten van het voertuig mogelijk. 



  20. TRM ? : Er wordt nagegaan of er na het starten van het voertuig een voorafbepaalde tijd ver- lopen is, bijvoorbeeld 1 minuut. 



  21   MES1 : Een   tweede stuursignaal wordt gegenereerd en naar het eerste geheugen van de berichtgenerator gestuurd ten einde een eerste bericht uit het geheugen te lezen en weer te geven. Dit bericht wordt met een regelmaat, bij voorkeur om de 10 minuten, herhaald. 



  22. SPL ? : Er wordt nagegaan, bijvoorbeeld door het aflezen van de snelheidsmeter, of het voertuig harder rijdt dan een voorafbe- paalde snelheid, bepaald door een in een geheugen opgeslagen drempelwaarde. 



  23. MESH   : Een   vierde stuursignaal wordt gegenereerd en naar het eerste geheugen van de be- richtgenerator gestuurd ten einde een derde bericht uit het geheugen te lezen en weer te geven. Eventueel kan nog voorzien worden om onder besturing van het vierde stuursignaal de   herhalingsfrequentie   van 

 <Desc/Clms Page number 12> 

 het eerste bericht op te voeren, bijvoor- beeld om de 5 minuten. 



  24 KIN ? : Er wordt nagegaan of de sleutel nog steeds in het contactslot zit en of de motor nog draait. 



  25. STP : Dit is het einde van het stuurprogramma. 



   Indien het voertuig van een auto navigatie systeem voorzien is dan wordt, bij voorkeur, de voorafbepaalde drempel voor de snelheidswaarde aan de lokaal geldende snelheidslimiet aangepast. 



   Het tweede geheugen waarin het eerste codewoord is opgeslagen is bij voorkeur gevormd door een lees-en schrijfgeheugen zoals een RAM of EEPROM maar het kan natuurlijk ook door een ROM gevormd zijn. De keuze van een RAM of EEPROM biedt het voordeel dat zodoende het eerste codewoord door een daartoe bevoegd persoon die tevens de reeds genoemde toegangscode kent kan worden geladen en desgewenst veranderd. Wanneer immers de gebruiker het tweede codewoord meermaals gebruikt heeft bestaat de mogelijkheid dat hij automatisch het juiste codewoord ingeeft. Hierdoor zou dan deze toetsmogelijkheid verzwakt worden. Door de mogelijkheid te schapen om het eerste codewoord te wijzigen worden de faciliteiten geschapen door routine handelingen zwaar beperkt. 



   De tussenpauzen tussen de berichten kunnen hetzij vast hetzij variabel zijn. Variabele tussenpauzen hebben het voordeel dat zij een anders monotoon en verwachtbaar patroon verbreken. Teneinde deze variabele tussenpauzen mogelijk te maken is het tijdsbewakingselement voorzien van modificatiemiddelen. Deze modificatiemiddelen kunnen bijvoorbeeld gevormd zijn door het vierde signaal dat aan een stuuringang van het tijdsbewakingselement wordt aangeboden zoals beschreven bij stap 23 van het stuurprogramma. De modificatiemiddelen kunnen anderzijds gevormd zijn door een   randcm   

 <Desc/Clms Page number 13> 

 generator die telkens na het afgeven van een eerste bericht een getal random genereert, welk getal dan de tijdsduur weergeeft welke dient te verstrijken na uitzenden van een volgend bericht.

   Verder is het mogelijk om de tussenpauzen te laten vari ren onder besturing van stuursignalen afgeleid uit versnellingsmeters, stuurbewegingen, remoperatie, enz. 



  Tevens kan de persoon bevoegd met het opslaan van de berichten eveneens de modificatiemiddelen dermate programmeren dat een sequentie van tussenpauzen voorgeprogrammeerd wordt. 



   In de plaats van bij stap 21 onder besturing van het eerste stuursignaal telkens hetzelfde eerste bericht weer te geven, is het eveneens mogelijk om als eerste bericht een serie van telkens verschillende berichten in het eerste geheugen op te slaan. Deze berichten worden dan volgens volgorde of random gelezen onder besturing van opeenvolgende eerste stuursignalen. 



  Hiertoe bevat de besturingseenheid dan selectiemiddelen voor het telkens selecteren van   een   der opgeslagen berichten. Deze selectiemiddelen bevatten hetzij een teller die met   een   eenheid geincrementeerd wordt telkens bij het ontvangen van een eerste stuursignaal en zodoende telkens een volgend geheugenadres vormt voor het adresseren van een volgend bericht uit genoemde serie. 



  In het geval van random adressering bevatten de selectiemiddelen een random generator.

Claims (15)

  1. CONCLUSIES 1. Inrichting voor het waarschuwen van de bestuurder van een voertuig bevattende een besturingseenheid en een daarmee verbonden van een eerste geheugen voorziene berichtgenerator, welk eerste geheugen voorzien is voor het opslaan van ten minste een eerste bericht, daardoor gekenmerkt dat de besturingseenheid een tijdsbewakingselement bevat voorzien van een ingang voor het aanbieden van een begin-en een eindtijdstip, welk tijdsbewakingselement verder voorzien is om in een periode gelegen tussen genoemd begin-en eindtijdstip met tussenpauzen telkens een eerste stuursignaal te genereren en af te geven aan de berichtgenerator, welke berichtgenerator voorzien is om onder besturing van het eerste stuursignaal het in het eerste geheugen opgeslagen eerste bericht, gevormd door een waarschuwingsboodschap met een verwant karakter, te lezen en af te geven.
  2. 2. Inrichting volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de besturingseenheid een codewoordherkenningselement bevat voorzien van een tweede geheugen voor het opslaan van een eerste codewoord en van een ingang voor het ontvangen van een tweede dooi een gebruiker aangeboden codewoord, welk codewoordherkenningselement van vergelijkingsmiddelen is voorzien voor het vergelijken van het tweede met het eerste codewoord en voor het genereren van een tweede resp. derde stuursignaal bij correspondentie resp. niet-correspondentie van het eerste met het tweede codewoord, welke berichtgenerator voorzien is om mede onder besturing van een tweede stuursignaal het eerste bericht uit het eerste geheugen te lezen.
  3. 3. Inrichting volgens conclusie 2, waarbij het eerste geheugen tevens voorzien voor het opslaan van het tweede bericht, daardoor gekenmerkt dat de berichtgenerator voorzien is om onder besturing van een derde stuursignaal het tweede bericht uit het eerste geheugen te lezen, en verder een eerste neutralisatie- <Desc/Clms Page number 15> element bevat voor het na ontvangen van het derde stuursignaal en afgeven van het tweede bericht de berichtgenerator te neutraliseren.
  4. 4. Inrichting volgens conclusie 2 of 3, daardoor gekenmerkt dat het codewoordherkenningselement voorzien is om bij vaststelling van niet-correspondentie tussen eerste en tweede codewoord eerst een foutmeldingssignaal te genereren en om het derde stuursignaal te genereren indien binnen een voorafbepaalde tijdsperiode het aantal gegenereerde foutmeldingssignalen een voorafbepaald aantal overschrijdt.
  5. 5. Inrichting volgens een der conclusies 2- 4, daardoor gekenmerkt dat zij een tweede neutralisatie element bevat voorzien van een ingang voor het ontvangen van het derde stuursignaal en verder voorzien voor het onder besturing van een ontvangen derde stuursignaal neutraliseren van de aandrijfmiddelen van het voertuig.
  6. 6. Inrichting volgens een der conclusies 2-5, daardoor gekenmerkt dat het tweede geheugen een lees-en schrijfgeheugen is.
  7. 7. Inrichting volgens een der conclusies 1-6, daardoor gekenmerkt dat de besturingseenheid een ingang heeft voor het ontvangen van een snelheidswaarde die de actuele snelheid van het voertuig weergeeft en welke besturingseenheid van vergelijkingsmiddelen is voorzien om de ontvangen snelheidswaarde te vergelijken met een voorafbepaalde drempelwaarde en bij het overschrijden van genoemde drempelwaarde een vierde stuursignaal te genereren en af te geven aan de berichtgenerator.
  8. 8. Inrichting volgens conclusie 7, daardoor gekenmerkt dat de berichtgenerator voorzien is om onder besturing van het vierde stuursignaal de herhalingsfrequentie van het eerste bericht op te voeren.
  9. 9. Inrichting volgens conclusie 7, waarbij het eerste geheugen tevens vocrzien is voor het opslaan van een derde bericht, daardoor gekenmerkt dat de <Desc/Clms Page number 16> berichtgenerator voorzien is om onder besturing van het vierde stuursignaal het derde bericht uit het eerste geheugen te lezen en af te geven.
  10. 10. Inrichting volgens een der conclusies 1-9, daardoor gekenmerkt dat het tijdsbewakingselement van modificatiemiddelen is voorzien voor het wijzigen van de tijdsduur der tussenpauzen.
  11. 11. Inrichting volgens conclusie 10, daardoor gekenmerkt dat genoemde modificatiemiddelen een op het tijdsbewakingselement aangebrachte stuuringang bevatten voor het ontvangen van een tijdssignaal dat de tijdsduur van de tussenpauzen aangeeft.
  12. 12. Inrichting volgens conclusie 7 en 11, daardoor gekenmerkt dat de besturingseenheid voorzien is om na het genereren van het vierde stuursignaal een tijdssignaal met een voorafbepaalde tijdsduur te generen en aan het tijdsbewakingselement af te geven.
  13. 13. Inrichting volgens een der conclusies 1 tot en met 12, waarbij genoemd eerste geheugen voorzien is voor het opslaan van een veelvoud van berichten, daardoor gekenmerkt dat de besturingseenheid voorzien is van selectiemiddelen voor het onder besturing van een eerste stuursignaal selecteren van een der opgeslagen berichten.
  14. 14. Inrichting volgens conclusie 13, daardoor gekenmerkt dat genoemde selectiemiddelen van een random generator voorzien zijn.
  15. 15. Voertuig voorzien van een inrichting volgens een der conclusies 1 tot en met 14.
BE9200680A 1992-07-28 1992-07-28 Inrichting voor het waarschuwen van de bestuurder van een voertuig. BE1006094A5 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE9200680A BE1006094A5 (nl) 1992-07-28 1992-07-28 Inrichting voor het waarschuwen van de bestuurder van een voertuig.
EP93870156A EP0581755A1 (en) 1992-07-28 1993-07-27 A device for warning the driver of a vehicle

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE9200680A BE1006094A5 (nl) 1992-07-28 1992-07-28 Inrichting voor het waarschuwen van de bestuurder van een voertuig.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1006094A5 true BE1006094A5 (nl) 1994-05-10

Family

ID=3886376

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE9200680A BE1006094A5 (nl) 1992-07-28 1992-07-28 Inrichting voor het waarschuwen van de bestuurder van een voertuig.

Country Status (2)

Country Link
EP (1) EP0581755A1 (nl)
BE (1) BE1006094A5 (nl)

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2710010A1 (fr) * 1993-09-17 1995-03-24 Sanef Dispositif et procédé pour maintenir éveillé un conducteur automobile.
GB9424116D0 (en) * 1994-11-28 1995-01-18 Williams Deryk J P Driver warning device

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB1531062A (en) * 1975-07-18 1978-11-01 Nissan Motor Warning system for vehicle drivers during long drive
EP0276462A1 (en) * 1986-12-19 1988-08-03 FIAT AUTO S.p.A. Acoustic sleep inhibiting device
US4839749A (en) * 1986-09-02 1989-06-13 Franklin Eustace B Recorded voice warning system for providing safety alerts and personal messages

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB1531062A (en) * 1975-07-18 1978-11-01 Nissan Motor Warning system for vehicle drivers during long drive
US4839749A (en) * 1986-09-02 1989-06-13 Franklin Eustace B Recorded voice warning system for providing safety alerts and personal messages
EP0276462A1 (en) * 1986-12-19 1988-08-03 FIAT AUTO S.p.A. Acoustic sleep inhibiting device

Also Published As

Publication number Publication date
EP0581755A1 (en) 1994-02-02

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US6154123A (en) Driver alertness monitoring system
EP1353824B1 (de) Gefahrenabwendungssystem für ein fahrzeug
Eichelberger et al. Volvo drivers’ experiences with advanced crash avoidance and related technologies
US6731925B2 (en) Safety control system for vehicles
DE102004041239A1 (de) Warnvorrichtung in einem Fahrzeug
EP1874605B1 (de) Fahrerassistenzsystem zur ausgabe zumindest einer information
US4631542A (en) Police radar warning receiver with mute function
CN101369020A (zh) 结合盲点检测与后方交叉道路碰撞警告的系统与方法
BE1006094A5 (nl) Inrichting voor het waarschuwen van de bestuurder van een voertuig.
CN112977338A (zh) 车辆远程监控方法、车辆及可读存储介质
EP1031480B1 (en) Vehicle usage control and security apparatus
US6822559B2 (en) Security system for a motor vehicle
DE102008043755B4 (de) Verfahren und Steuergerät zur Unterstützung eines Fahrers eines Fahrzeugs
EP3668753B1 (en) A device for operating a sounder to produce a plurality of different sounds, and a method for operating a sounder to produce a plurality of different sounds
DE102006046216B3 (de) Verfahren und Vorrichtung zum Betreiben eines Kraftfahrzeugs
DE102016119159A1 (de) System zur erinnerung an ein baby im fahrzeug
DE10136017A1 (de) Anzeigevorrichtung in einem Kraftfahrzeug
TWI705015B (zh) 警示系統及警示方法
SE1451149A1 (sv) Method and system for improving driving safety of a
IE912105A1 (en) Apparatus for data collection in a motor vehicle
JPH09212697A (ja) 運転時間監視方法
DE102020200250A1 (de) Verfahren zum automatischen Steuern einer Sondersignalanlage eines Sondereinsatzfahrzeuges während einer Einsatzfahrt des Sondereinsatzfahrzeuges, sowie Signalsteuerungssystem und Sondereinsatzfahrzeug
Carsten et al. Driver Attentiveness to the Driving Task During ADAS Use
US20190322175A1 (en) User interfaces, computer program product, signal sequence, transportation vehicle and method for displaying information on a display device
JPH07215089A (ja) 自動車の長時間連続運転警告装置

Legal Events

Date Code Title Description
RE Patent lapsed

Owner name: TRINT ELECTRONICS N.V.

Effective date: 19970731