BE1005497A6 - Verend element voor matrasbodem met latten, en matrasbodems van dergelijke elementen voorzien. - Google Patents

Verend element voor matrasbodem met latten, en matrasbodems van dergelijke elementen voorzien. Download PDF

Info

Publication number
BE1005497A6
BE1005497A6 BE8901219A BE8901219A BE1005497A6 BE 1005497 A6 BE1005497 A6 BE 1005497A6 BE 8901219 A BE8901219 A BE 8901219A BE 8901219 A BE8901219 A BE 8901219A BE 1005497 A6 BE1005497 A6 BE 1005497A6
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
resilient
walls
frame
slats
resilient element
Prior art date
Application number
BE8901219A
Other languages
English (en)
Inventor
Willem Herman
Original Assignee
Gechem N V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Gechem N V filed Critical Gechem N V
Priority to BE8901219A priority Critical patent/BE1005497A6/nl
Priority to EP90202998A priority patent/EP0428227A1/en
Application granted granted Critical
Publication of BE1005497A6 publication Critical patent/BE1005497A6/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A47FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
    • A47CCHAIRS; SOFAS; BEDS
    • A47C23/00Spring mattresses with rigid frame or forming part of the bedstead, e.g. box springs; Divan bases; Slatted bed bases
    • A47C23/06Spring mattresses with rigid frame or forming part of the bedstead, e.g. box springs; Divan bases; Slatted bed bases using wooden springs, e.g. of slat type ; Slatted bed bases
    • A47C23/062Slat supports
    • A47C23/063Slat supports by elastic means, e.g. coil springs
    • A47C23/064Slat supports by elastic means, e.g. coil springs by elastomeric springs

Landscapes

  • Mattresses And Other Support Structures For Chairs And Beds (AREA)

Abstract

Verend element voor bevestiging van de latten van een matrasbodem aan het frame ervan, met het kenmerk dat het element bestaat uit twee elastisch vervormbare buisvormige stukken die evenwijdig aan elkaar met een elastisch deel verbonden zijn en langs boven van een bus voorzien zijn voor het inschuiven van een matrasbodemlat en langs onder van één of meerdere buisjes voorzien zijn die een bevestiging op verschillende hoogtes door het inschuiven van en tap mogelijk maken, en verder ook een matrasbodem waarbij dergelijke verende elementen aan de framezijden door uitstekende tappen verbonden zijn, en waarbij de latuiteinden in de bussen geschoven zitten, zodat ze horizontaal en vertikaal kunnen veren en verdraaien rond hun lengte-as.

Description


   <Desc/Clms Page number 1> 
 



  "Verend element voor matrasbodem met latten, en matrasbodems van dergelijke elementen voorzien". 



   Met betrekking tot matrasbodems zijn heel wat inrichtingen gekend die als doel hebben het slaapkomfort te verhogen. 



   De spiraalbedvering bestaande uit een dicht geweven netwerk in een frame verwerkt, is een veel gebruikte en komfortable veringsinrichting, maar daartegenover wordt dikwijls de voorkeur gegeven aan matrasbodems met latten, omdat ze een nog groter comfort bieden. Meestal zijn de latten, afzonderlijk draaibaar op een frame bevestigd door middel van elementen die wel of niet verend uitgevoerd zijn. Door de mogelijkheid voor elke lat, onafhankelijk van de andere latten te verdraaien, wordt wanneer men erop ligt de vorm van het lichaam ter hoogte van elke lat gevolgd, hetgeen in een groter ligkomfort resulteert. Verder is ook een verdeling in zones met grotere of kleinere veerkracht mogelijk. Deze voordelen, samen met een grotere stevigheid, maken dat veel mensen kiezen voor matrasbodems met latten, in plaats van de klassieke spiraalbedveringen of veerbakken. 



   Dergelijke matrasbodems met latten zijn samengesteld uit een rechthoekig frame, en een aantal met een zekere tussenafstand dwarsgeplaatste latten, die zieh van de ene langsligger van het frame tot de andere uitstrekken terwijl de latten met deze langsliggers van het frame verbonden zijn door middel van elementen die de latten verdraaibaar rond hun lengteas vastmaken aan die twee langsliggers en ze aan weerszijden bij hun uiteinde verend ondersteunen. 



   De verende elementen, waarmee de latten ondersteund worden,   beïnvloeden   in belangrijke mate het comfort van het bed. Door een niet-verende, of slecht verende, verbinding tussen latuiteinden en frame, bekomt 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 men een weinig comfortabel bed. 



   Gekende verende elementen voor de bevestiging van matrasbodemlatten aan een frame, bestaan uit een rond het middelpunt scharnierende struktur, die zijdelings een opnieuw, rond zijn symmetrie-as scharnierende latsteun dragen. Een nadeel van dit type elementen is dat ze vooral zorgen voor een hoogte- en richtingsverandering van de opstelling van de latten, en minder voor de verende opstelling ervan. Een ander nadeel bestaat erin dat het een gecompliceerde, en bijgevolg vrij dure oplossing is. 



   Andere gekende verende elementen bestaan uit rubberen draagstrukturen, die echter belangrijke nadelen hebben. Hun beperkte flexibiliteit en indrukbaarheid, resulterend in een beperkt komfort, en ook hun beperkte levensduur, zijn hun belangrijkste nadelen. 



   Een gekend alternatief voor de rubberen draagstrukturen zijn de bladveren. Dergelijke gekende bladveren, voorzien om de latuiteinden met het frame te verbinden, worden beschreven in NL 8402221 en NL 8400147, en bestaan hoofdzakelijk uit een V-vormig gevouwen, verende strook, waarvan het bovenblad met een latuiteinde verbonden is, en het onderblad bevestigd is aan een langsligger van het frame. Een nadeel van deze verende elementen en van matrasbodems, met dergelijke elementen samengesteld, bestaat erin dat de scherpe hoek vormende plooi in de bladveer een zwakke plaats is voor wat de sterkte en de levensduur van het element betreft. Een ander nadeel ligt in het feit dat deze verende elementen enkel een vertikale, op en neer gaande, verende beweging toelaten van de latten en de latten niet ten opzichte van hun lengteas kunnen verdraaien, zodat het ligkomfort beperkt wordt. 



   Een ander gekend verend element voor het bevestigen van latten van matrasbodems aan een frame, wordt beschreven in BE 905 146, en bestaat uit een bladveer die een horizontaal bovenvlak heeft, en verder met de uiteinden 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 naar onder en naar elkaar toe geplooid verbonden is met het frame, terwijl   een   of meerdere latten op het horizontale bovenvlak bevestigd zijn, met hun uiteinde (n) in een omsluitende kamer met het verend element verbonden. 



   Het nadeel van dit verend element bestaat erin dat we een bladveer nodig hebben-met relatief hoge kostprijs-en een bevestigingsstuk moeten voorzien voor het bevestigen van de bladveer aan het frame enerzijds, en anderzijds een verbindingsstuk uit kunststof moeten voorzien tussen latten en bladveer, waarbij dit verbindingsstuk de latuiteinden moet omvatten. Verder zijn stootblokken noodzakelijk om op bepaalde plaatsen de vertikale indrukking te beperken. 



   Het daaruit volgend nadeel van deze verende elementen, en van de matrasbodems die ermee samengesteld zijn, ligt enerzijds in de kostprijs ervan, en anderzijds in de noodzaak om ten minste drie verschillende onderdelen te voorzien om een lat langs   één   uiteinde verend met het frame te verbinden. 



   Het doel van de uitvinding is te voorzien in een verend element, zonder de hogergenoemde nadelen, dat enerzijds een maximum aan komfort biedt door de latten toe te laten naast een maximale vertikale indrukking ook een zekere horzontale verplaatsing te ondergaan, en daarbij toe te laten dat ze verdraaien ten opzichte van hun lengte-as, en dat anderzijds eenvoudig is om te monteren en een lagere kostprijs heeft dan de gekende elementen met dezelfde hogergenoemde comfort-gerichte eigenschappen, zonder evenwel een mindere stevigheid en levensduur van de elementen toe te laten. 



   Een voorwerp van de uitvinding is een verend element voor het bevestigen van latten van een matrasbodem aan hun frame, zodat de latten verende bewegingen kunnen uitvoeren in vertikale, en horizontale richting, en kunnen verdraaien rond hun lengte-as. 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 



   Een ander voorwerp van de uitvinding is een, met dergelijke verende elementen samengestelde, matrasbodem met latten. 



   Het verend element, volgens de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het bestaat uit twee, naast elkaar gelegen, buisvormige stukken, bestaande uit wanden die min of meer volgens een cylindermantel verlopen, terwijl de symmetrieassen van beide buisvormige stukken evenwijdig naast elkaar liggen. 



   Deze identieke buisvormige stukken zijn langs boven verbonden met een vlak gedeelte, zodanig dat tussen de dichtst bij elkaar gelegen wanden van deze naast elkaar gelegen stukken een zekere afstand blijft bestaan. Zowel de twee buisvormige stukken als het verbindingsgedeelte zijn bij voorkeur uit kunststof, met verende eigenschappen, gemaakt, en in elk geval uit een materiaal met gelijkaardige eigenschappen. 



   Bovenaan op het bovenvlak van elk buisvormig stuk is een platte, langwerpige, holle ruimte uitgevoerd, uit dat bovenvlak uitspringend, met de langsrichting evenwijdig met de symmetrieassen van de buisvormige stukken. Deze holle ruimte is vooraan en achteraan open en voor de rest omsloten door wanden met afgeronde hoeken en ronde welvingen zodat een min of meer balkvormige binnenruimte ontstaat, die langs voor en langs achter, volgens een richting evenwijdig met de symmetrieassen van de buisvormige stukken, toelaat dat een lat met een doorsnede met gelijke of weinig afwijkende afmetingen als die binnenruimte, erin wordt geschoven, waarbij de afrondingen en welvingen in de wand maken dat bij het inschuiven een elastische vervorming van de wand veroorzaakt wordt, hetgeen leidt tot een betere vastklemming van het latuiteinde.

   Met dit doel kunnen inwendig in die platte holle ruimte ook vertikale ribben voorzien zijn. 



   Vertikaal onder deze holle ruimten voor 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 inschuiving van de latuiteinden zijn ook op elk buisvormig deel, in het onderste punt van de als cylindermantel uitgevoerde wand van elk van die twee delen, minstens twee buisjes voorzien, van kleinere diameter dan de eerstgenoemde buisvormige stukken, vertikaal onder elkaar opgesteld, met hun langsrichting evenwijdig met de symmetrieassen van de buisvormige stukken, en voorzien om een tap met overeenkomstige diameter te bevatten, die enerzijds horizontaal, in de binnenzijde van een langsligger van het frame, wordt geslagen, terwijl anderzijds één van de buisjes over het uitstekende gedeelte van die tap wordt geschoven, en erop vastklemt, ter verbinding van het verend element met het frame. 



   Een matrassenbodem met latten, wordt met het element volgens de uitvinding bekomen door in een rechthoekig frame, langs de binnenzijde van beide langsliggers, twee aan twee volgens loodrechte dwarsrichtingen op de langsliggers gerichte, horizontaal uitstekende tappen te voorzien, over de volledige lengte van het frame verspreid, en op elke tap een erop passend buisje van een verend element te schuiven, en tenslotte, per twee elementen, die in een loodrechte dwarsrichting tegenover elkaar liggen, een lat met zijn uiteinden in de respectievelijke platte holle ruimten te schuiven. 



   Verdere kenmerken en eigenschappen van het verend element, volgens de uitvinding, en van de matrasbodem, met dergelijke elementen samengesteld, worden verduidelijkt in de hiernavolgende beschrijving van een mogelijke uitvoeringsvorm van het verend element en een matrasbodem, zonder dat echter de uitvinding beperkt wordt tot deze mogelijke uitvoeringsvormen. 



   Deze beschrijving wordt   geillustreerd   aan de hand van de hierbijgevoegde figuren :
Figuur 1 toont een perspektieftekening van een verend element, volgens de uitvinding, in een 

 <Desc/Clms Page number 6> 

 voorkeurdragende uitvoeringsvorm. 



   Figuur 2 toont een vooraanzicht van dit verend element, volgens de uitvinding. 



   Figuur 3 toont een rechter zijaanzicht van het verend element, volgens de uitvinding. 



   Zoals voorgesteld in de figuren   l,   2 en 3, wordt het verend element, volgens de uitvinding, gekenmerkt 
 EMI6.1 
 doordat het bestaat uit twee verende buisvormge stukken (1) en (l'), die identiek zijn van vorm en bestaan uit verende wanden (2) en (2'), die een min of meer cylindrische ruimte omsluiten. Deze buisvormige stukken   (1)   en   (1')   zijn met hun symmetrie-assen in langsrichting evenwijdig aan elkaar, naast elkaar gelegen, zodanig dat de voorste en achterste randen van deze verende wanden (2) en (2') respectievelijk in twee evenwijdige vlakken liggen.

   De ruimten die door de genoemde wanden (2) en (2') omsloten worden, zijn niet afgesloten door dwarse wanden, loodrecht op de symmetrie-assen in langsrichting, langs geen van beide kanten, zodat de verende delen   (1)   en   (1')   als twee evenwijdig aan elkaar gelegen open buisvormen van min of meer cylindrische vorm kunnen beschreven worden. 



   Het verend element volgens de uitvinding is verder ook nog gekenmerkt doordat elk van de beide wanden (2) en (2') van de buisvormige stukken   (1)   en   (1'),   twee diametraal tegenover elkaar gelegen afgeplatte kanten hebben- (3) en (4) voor de wand (2), (3') en (4') voor de wand   (2')-,   waarbij de afgeplatte kanten (3) en (3') enerzijds, en de afgeplatte kanten (4) en (4') anderzijds, respectievelijk in twee evenwijdige vlakken gelegen zijn. 



   Het verend element, volgens de uitvinding, is verder nog gekenmerkt doordat beide verende buisvormige stuken   (1)   en (1'), naast elkaar gelegen als hoger beschreven, met elkaar verbonden zijn door een vlak, verend verbindingsdeel (5), gelegen in het vlak waarin de afgeplatte kanten (3) en   (3')   liggen, in verbinding met de 

 <Desc/Clms Page number 7> 

 dichtst bij elkaar liggende en tegenover elkaar gelegen randen van die afgeplatte kanten (3) en (3'), en waarbij de afmetingen van dat verbindingsdeel (5) zodanig zijn dat enerzijds de wanden (2) en (2') over hun volledige breedte verbonden zijn, en dat anderzijds de dichtst bij elkaar gelegen kanten van de wanden (2) en (2') niet tegen elkaar komen te liggen, en voldoende ver van elkaar liggen dat dit ook het geval niet is als gevolg van de vormveranderingen van beide wanden (2) en (2'),

   als ze maximaal ingedrukt worden. 



   Verder is het verend element, volgens de uitvinding ook nog gekenmerkt doordat op elk van de verende delen   (1)   en   (1'),   op de respektievelijke afgeplatte kanten (3) en (3') van de verende wanden (2) en (2'), een uitspringende platte bus (6) en (6') voorzien is, waarbij beide bussen, op de vlakke kanten (3) en (3') staand, zieh met hun langsrichting uitstrekken evenwijdig met de symmetrie-assen in langsrichting van de buisvormige stukken   (1)   en   (1'),   en een breedte hebben-loodrecht op de richting van die symmetrie-assen - die slechts weinig kleiner is dan de breedte van de afgeplatte zijkanten (3) en (3') waarop ze staan. 



   De bussen (6) en (6') strekken zieh uit evenwijdig met hogergenoemde symmetrieassen-, vanaf de voorste rand van de verende wand (2) of (2'), met een zodanige lengte dat ze over een niet geringe afstand voorbij de met deze eerste rand, evenwijdig lopende achterste rand van dezelfde wand (2) of (2') uitsteken, terwijl deze uitstekende gedeelten langs onder afgesloten zijn door grondvlakken die als uitlopers van de afgeplatte kanten (3) en (3') uitgevoerd zijn, in eenzelfde vlak gelegen. 



   De wanden (7) en (7') van beide bussen (6) en (6') zijn gemaakt uit materiaal met verende eigenschappen, bij voorkeur kunststof, en hebben een zodanige vorm dat ze 

 <Desc/Clms Page number 8> 

 een platte langwerpige holle ruimte (8) en (8') omsluiten, terwijl de dwarsliggende voorkanten en achterkanten niet afgesloten zijn, zodat de platte holle ruimten (8) en (8') toegankelijk zijn volgens de langsrichting van de bussen (6) en (6'), langs beide kanten. 



   Het verende element, volgens de uitvinding, is verder ook nog gekenmerkt doordat de wand (7) en (7') van de bussen (6) en (6') vanop de afgeplatte kanten (3) en (3') vertrekt met twee loodrecht erop staande wanddelen (9) en (10)-op de afgeplatte kant   (3) - en   (9') en   (10') -   op de afgeplatte kant   (3') - evenwijdig   met elkaar, waarbij die hoger, symmetrisch, tot horizontale delen (11) en (12), respectievelijk   (11')   en (12'), overgaan met afgeronde hoeken om na een symmetrische verbreding van de holle ruimte (8), respectievelijk (8'), terug in vertikaal lopende wanddelen (13) en (14), respectievelijk (13') en (14'), over te gaan, met afgeronde hoeken.

   Deze vertikale wanddelen (13),   (13')   en (14), (14') worden dan op dezelfde hoogte met een horizontale bovenwand (15), respectievelijk (15') verbonden, er terug in overgaand met een afgeronde hoek. Verder zijn op de horizontale bovenwanden (15) en (15'), overgaand in de hoeken die de overgang vormen met de vertikale wanddelen (13), (13') en (14), (14'), en in het midden van de bovenwanden (15) en (15'), in langsrichting, over de volledige lengte, hoger uitspringende halfcylindrische welvingen (16) en (16') voorzien. 



   Op de onderzijde van de door de wanden (7) en (7') omsloten ruimten (8) en (8'), die gevormd worden door de afgeplatte kanten (3) en   (3')   van de wanden (2) en   (2'),   staan telkens twee vertikale ribben (17), respectievelijk twee vertikale ribben (17'), die zieh in langsrichting uitstrekken over de lengte van de bussen (6), respectievelijk (6'), zodanig opgesteld dat de onderzijde van de cmsloten ruimten (8) en (8') er symmetrisch door verdeeld wordt in min of meer gelijke delen, terwijl de 

 <Desc/Clms Page number 9> 

 hoogte van deze ribben overeenkomt met de hoogte van de vertikale wanddelen (9) en (10), respectievelijk (9') en (10'). 



   Het verend element, volgens de uitvinding is ook nog gekenmerkt doordat in de andere afgeplatte kanten (4) en (4'), op de wanden (2) en (2'), diametraal tegenover de bussen (6) en (6') een buisje (18), respectievelijk (18'), verwerkt zit. Dit buisje (18) (of (18')) strekt zieh uit volgens de richting waarin de symmetrie-assen in langsrichting liggen van de buisvormige stukken   (1)   en   (lut),   met gelijke lengtes als die stukken, evenwijdig ermee in de afgeplatte zijkant (4), respectievelijk (4'), verwerkt, zodat een gelijk gedeelte van de buiswand van dit buisje (18), respectievelijk   (18'),   in de, door de buisvormige stukken   (1)   en   (1'),   omsloten ruimten uitspringt, en een gelijk gedeelte van die buiswand langs de buitenkant van de afgeplatte kanten (4), respectievelijk (4')

   uitspringt. De diameters van de buisjes (18) en (18') zijn daarbij zodanig dat de buisjes volledig binnen de afgeplatte kanten (4), respectievelijk (4') gelegen zijn. 



   Verder is het verend element, volgens de uitvinding ook nog gekenmerkt doordat tegen elk van deze buisjes (18) en   (18')   nog een identiek buisje (19), respectievelijk (19') vastzit, met dezelfde lengte, waarbij zowel de buisjes (18) en (19), als de buisjes   (18')   en (19') over hun volledige lengte, aan elkaar verbonden zijn door in elkaar overgaande wanden, zodanig dat ze met hun symmetrieassen in langsrichting in een vlak liggen dat loodrecht staat op het vlak waarin de afgeplatte kanten (3) en (3'), of (4) en   (4'),   gelegen zijn. Zowel de buisjes (18) en (19), als (18') en (19'), zijn inwendig voorzien van uitspringende ribben (20) en (21), respectievelijk (20') en (21'), loodrecht op de wand staand en diametraal tegenover elkaar gelegen. 



   Een matrassenbodem, in een voorkeurdragende 

 <Desc/Clms Page number 10> 

 uitvoeringsvorm volgens de uitvinding, en uitgevoerd gebruik makend van verende elementen volgens de uitvinding, in de hierboven beschreven uitvoeringsvorm, bestaat uit een rechthoekig frame, gekenmerkt doordat in de binnenste zijde van de twee framezijden die in langsrichting lopen, horizontaal uitstekende cylindrische tappen geplaatst zijn, terwijl die tappen met regelmatige tussenafstanden over de volledige lengte van die langsliggers verdeeld zijn, en zo geplaatst zijn dat elke tap in een langsligger verbonden kan worden met een tap in de andere langsligger volgens een dwarse verbindingslijn loodrecht op de beide dwarsliggers. 



  De onderlinge afstand tussen deze tappen van dezelfde langsliggers moet zodanig zijn dat tussen de symmetrieassen van elk paar opeenvolgende tappen de tussenafstand overeenkomt met de loodrechte tussenafstand tussen de symmetrie-assen van de buisjes (18) en (18') (of tussen (19) en (19')). 



   De matrassenbodem volgens de uitvinding is verder ook nog gekenmerkt doordat op elk paar naast elkaar liggende tappen op eenzelfde langsligger, een verend element, volgens de uitvinding, geplaatst is, door op de ene tap het buisje (18) (of (19)) te schuiven en op de andere tap het buisje (18') (of   (19'))   te schuiven, waarbij de afmetingen van de tappen en van de buisjes zodanig overeenkomen dat elk verend element spannend vastzit op twee tappen.

   De verende elementen zijn dus bevestigd met de symmetrie-assen in langsrichting van de buisvormige stukken   (1)   en   (1')   horizontaal en loodrecht op de richting van de langsliggers van het frame gelegen, en voor de 
 EMI10.1 
 elementen op verschillende langsliggers, per twee in elkaars verlengde gelegen, en met de, voorbij de achterste rnd van de wanden (2) en (2') uitstekende gedeelte van de bussen (6) en (6') naar elkaar toe gericht. 



   In elk paar bussen (6) en   (6')   die in elkaars verlengde liggen, behorend tot twee verende elementen die 

 <Desc/Clms Page number 11> 

 op een verschillende langsligger bevestigd zijn, zitten de uiteinden geschoven van een lat. De dwarsdoorsneden van de latuiteinden, die min of meer rechthoekig zijn, en van de vrije ruimten (8) en (8') komen zodanig overeen dat de latten er spannend in vastzitten, waarbij de wanden (7) en (7') door hun elasticiteit, en door hun in langsrichting liggende welvingen (16) en (16') een kleine vergroting toelaten van de vrije ruimten (8) en (8'), bij het erin duwen van de latuiteinden, zodat de latten eenmaal ze erin zitten nog beter worden vastgekneld.

   De ribben (17), respectievelijk (17'), in de holle ruimte (8), respectievelijk (8') die tegen het onderoppervlak van de latuiteinden drukken, zorgen daarbij voor een nog grotere weerstand tegen het uitschuiven van de latuiteinden uit de ruimten (8) en (8'). 



   De matrasbodem met latten, volgens de uitvinding, is verder ook nog gekenmerkt doordat elk verend deel   (1)   (of (1')) van de verende elementen naar keuze op twee verschillende hoogten kan bevestigd worden, door ofwel het buisje (18), respectievelijk   (18'),   ofwel het buisje (19) respectievelijk (19'), op de voorziene tap te schuiven. 



   De verende elementen, volgens de uitvinding worden in een voorkeurdragende   uitvoeringsvorm uit een   stuk, in kunststof, met duurzame en elastische eigenschappen, vervaardigd. 



   Een voordeel van de uitvinding bestaat erin dat we beschikken over een eenvoudig en dus goedkoop te fabriceren verend element, zonder gebruik van bladveren, waarmee een matrassenbodem kan samengesteld worden die een afzonderlijke beweging van elke lat toelaat (verdraaien van de latten om hun lengteas, en vertikaal en horizontaal verend beweegbaar) waardoor een ideaal komfort bereikt wordt, doordat de vorm van het lichaam op elke plaats door de richting van de eronder liggende verdraaibare lat wordt gevolgd, terwijl de indrukking in overeenstemming met het 

 <Desc/Clms Page number 12> 

 plaatselijke gewicht gebeurt, zowel in horizontale als in vertikale richting. 



   Een ander voordeel van de uitvinding bestaat erin dat, om het komfort nog te verhogen elke lat naar keuze op twee verschillende hoogtes instelbaar is, zodat lager en hoger gelegen zones in de matrasbodems kunnen bekomen worden, om een beter aan het lichaam aangepast ligoppervlak te verkrijgen. 



   Vanzelfsprekend is de vorm van de verende elementen niet beperkt tot de hier beschreven voorkeurdragende uitvoeringsvorm (met bijhorende figuren), maar kunnen bijvoorbeeld andere bevestigingsmiddelen voorzien zijn voor de latten aan de verende elementen, en/of voor de verende elementen aan het frame, en kan de vorm in zijn geheel afwijken van de hier voorgestelde vorm.

Claims (11)

  1. CONCLUSIES. l. Verend element, voor bevestiging van de latten van een matrasbodem, aan het frame ervan, waarbij dit element zowel vertikale als horizontale bewegingen toelaat van de eraan bevestigde lat (ten), alsook een verdraaiing van elke lat afzonderlijk, rond haar lengte-as, met het kenmerk dat het element bestaat uit twee identieke buisvormige stukken (1) en (1') - met elastisch vervormbare wanden (2) en (2') - die met hun symmetrieassen in langsrichting evenwijdig aan elkaar op voldoende afstand om elkaars vervormingen niet te hinderen, naast elkaar liggen, en met elkaar verbonden zijn door een elastisch vervormbaar verbindingsdeel (5), terwijl de wanden (2) en (2') elk voorzien zijn van een middel (6) en (6') om er het uiteinde van een lat aan te bevestigen,
    die zich uitstrekt evenwijdig aan de symmetrieassen in langsrichting van de buisvormige stukken (1) en (1'), met de bovenzijden van beide latten in eenzelfde vlak gelegen, en terwijl ook elk element voorzien is van ten minste één middel om het onbeweegbaar aan een framezijde vast te maken, zodanig dat elke eraan verbonden lat horizontaal ligt.
  2. 2. Verend element, volgens conclusie 1, met het kenmerk dat elk bevestigingsmiddel voor het vastmaken aan een framezijde meervoudig uitgevoerd is, of zodanig instelbaar is dat meer dan een bevestigingshoogte mogelijk is.
  3. 3. Verend element, volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de buisvormige stukken (1) en (1'), volgens een cylindermantel uitgevoerd zijn, en elk langs twee diametraal tegenover elkaar gelegen kanten afgeplat zijn, zodat per buisvormig stuk (1) en (1'), twee evenwijdige vlakke kanten (3), (4) en (3'), (4') gevormd zijn, die per twee- (3), (3') en (4), (4') - <Desc/Clms Page number 14> naast elkaar in twee evenwijdige vlakken liggen, terwijl het verbindingsdeel (5) als een vlak gedeelte met kleine dikte uitgevoerd is, en de buisvormige stukken (1) en (1') over de volledige breedte van de wanden (2) en (2') verbindt, in eenzelfde vlak als twee van de afgeplatte kanten- (3) en (3')-gelegen.
  4. 4. Verend element, volgens een of meerdere der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de middelen voor bevestiging van de latten, vertrekkend vanop de in eenzelfde vlak gelegen afgeplatte kanten- (3) en (3') - als platte, holle, langwerpige bussen (6) en (6') uitgevoerd zijn, zieh uitstrekkend met hun langsrichting evenwijdig aan de symmetrieassen van de buisvormige stukken (1) en (1'), vanaf de voorste rand van de wanden (2) en (2'), tot voorbij de achterste rand doorlopend, terwijl het grondvlak van deze uitstekende gedeelten gevormd wordt door zijdelingse uitlopers van de afgeplatte kanten (3) en (3'), in eenzelfde vlak gelegen, terwijl deze bussen platte langwerpige ruimten (8) en (8') omsluiten, die volgens hun langsrichting, langs beide kanten toegankelijk zijn via de open dwarszijden.
  5. 5. Verend element, volgens conclusie 4 met het kenmerk dat de wanden (7) en (7') van de bussen (6) en (6') elastisch vervormbaar zijn, en uit vlakke gedeelten bestaand, elk een balkvormige ruimte- (8) en (8') - omsluiten, met een tegen de buisvormige stukken (1) en (1') gelegen symmetrisch smaller balkvormig gedeelte over de ganse lengte van de bussen (6) en (6'), terwijl in de bovenwanden (15) en (15'), halfcylindrische welvingen (16)'en (16') voorzien zijn die naar boven uitspringen, en op de onderzijden van de omsloten ruimten (8) en (8'), minstens een opstaande rib (17), (17') staat, evenwijdig met de zijwanden van de bussen (6) en (6'),
    over de volledige lengte ervan en niet <Desc/Clms Page number 15> hoger komend dan het smaller balkvormig deel.
  6. 6. Verend element, volgens een of meerdere der voorgaande conclusies met het kenmerk dat elk buisvormig stuk (1) en ( !') in hun respectievelijke platte kanten (4) en (4')-diametraal tegenover de bevestigingsmiddelen voor de latten-voorzien is van een buisje (18) en (18') dat evenwijdig met de symmetrieassen in langsrichting van de buisvormige stukken (1) en (1') over de ganse lengte ervan in de vlakke kanten (4) en (4') centraal verwerkt zit, zodat de buiswand van de buisjes (18) en (18') evenveel boven als onder de wanden (2) en (2') uitsteekt.
  7. 7. Verend element, volgens conclusie 6, met het kenmerk dat per buisvormig stuk (1) en (1') nog minstens een buisje (19) en (19'), identiek aan de buisjes (18) en (18') voorzien is, die evenwijdig met de buisjes (18) en (18') over de ganse lengte ervan, eraan verbonden zijn, door in elkaar overgaande wanden, zodat per buisvormig stuk (1) en (1') minstens twee aanliggende buisjes voorzien zijn (18), (19) en (18'), (19') die met hun symmetrieassen in langsrichting in een vlak liggen dat loodrecht op de afgeplatte kanten (4) en (4') van de wanden (2) en (2') staat.
  8. 8. Verend element, volgens conclusies 6 en 7, met het kenmerk dat alle buisjes (18), (19), (18'), (19'), die als bevestigingsmiddel voor het verend element aan een framezijde voorzien zijn, inwendig uitspringende ribben (20), (21) en (20'), (21') hebben, die radiaal uit de binnenkant van de wand uitspringen, diametraal tegenover elkaar gelegen.
  9. 9. Matrasbodem voorzien van verende elementen, volgens een of meerdere der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat ze tegen de binnenste zijde van de twee langsliggers van een rechthoekig frame, op regelmatige afstanden van elkaar over de volledige lengte van die <Desc/Clms Page number 16> langsliggers, bevestigd zijn, en zodanig geplaatst zijn dat ze per twee, volgens een loodrechte dwarsrichting op de frame-langsliggers gelegen zijn, en er voor elk zo gelegen paar.
    verende elementen twee matrasbodemlatten bevestigd zijn aan de in elkaars verlengde gelegen buisvormige stukken (1) en (1') van de respectievelijke elementen, en het frame dus voorzien is van op regelmatige tussenafstanden dwarsgeplaatste latten die horizontaal en vertikaal verend en verdraaibaar rond hun lengte-as in hun uiteinden ondersteund zijn door de verende elementen.
  10. 10. Matrasbodem volgens conclusie 9, voorzien van verende elementen volgens een of meerdere van de conclusies 6 t/m 8, met het kenmerk dat de verende elementen aan de frame-langsliggers bevestigd zijn door tappen, die horizontaal uitsteken uit die langsliggers, en elk vastgeklemd zitten in een buisje- (18), (18'), (19), (19')-behorend tot een verschillend buisvormig stuk (1) en (1'), zodat elk verend element vastzit op twee tappen, met zijn bussen (6) en (6') horizontaal gelegen en met de, voorbij de rand van de wanden (2) en (2'), uitstekende kant naar het midden van het frame gericht, terwijl door de keuze van de buisjes- (18) of (19), (18') of (19')-verschillende bevestigingshoogtes voor elk buisvormig stuk (1) en (1') van een verend element mogelijk zijn.
  11. 11. Matrasbodem volgens een of meerdere van de conclusies 9 en 10, voorzien van verende elementen volgens een of meerdere van de conclusies 4 t/m 8, met het kenmerk dat de twee uiteinden van elke matrasbodemlat vastzitten in de twee bussen (6) of (6'), behorend tot twee verende elementen die volgens een loodrechte dwarsrichting van het frame, in elkaars verlengde gelegen zijn.
BE8901219A 1989-11-16 1989-11-16 Verend element voor matrasbodem met latten, en matrasbodems van dergelijke elementen voorzien. BE1005497A6 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE8901219A BE1005497A6 (nl) 1989-11-16 1989-11-16 Verend element voor matrasbodem met latten, en matrasbodems van dergelijke elementen voorzien.
EP90202998A EP0428227A1 (en) 1989-11-16 1990-11-13 Resilient element for mattress base with slats, and mattress bases provided with such elements

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE8901219A BE1005497A6 (nl) 1989-11-16 1989-11-16 Verend element voor matrasbodem met latten, en matrasbodems van dergelijke elementen voorzien.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1005497A6 true BE1005497A6 (nl) 1993-08-10

Family

ID=3884386

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE8901219A BE1005497A6 (nl) 1989-11-16 1989-11-16 Verend element voor matrasbodem met latten, en matrasbodems van dergelijke elementen voorzien.

Country Status (2)

Country Link
EP (1) EP0428227A1 (nl)
BE (1) BE1005497A6 (nl)

Families Citing this family (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2705215B1 (fr) * 1993-05-13 1995-08-11 Delahousse Fils Système de suspension de lattes de sommier.
ES2070083B1 (es) * 1993-06-02 1998-08-01 Bano Anton Carlos Perfeccionamientos en somieres de lamas.
AT1120U1 (de) * 1996-03-12 1996-11-25 Huber Josef Lattenrost
FR2819161B1 (fr) * 2001-01-09 2003-04-11 Creations Andre Renault Dispositif pour la fixation de lattes a un sommier et sommier equipe d'un tel dispositif
FR2854313B1 (fr) * 2003-04-30 2005-07-29 Dispositif de suspension pour ensemble bilattes
ES2294868B1 (es) * 2003-10-14 2009-02-16 Eurocanape, S.L. Canape con somier de lamas incorporado.
FR2885021B1 (fr) * 2005-04-27 2010-09-03 Tournadre Sa Standard Gum Embout de lattes tripode a debattement hautement stabilise
FR2960754B1 (fr) 2010-06-03 2013-05-17 Delahousse Et Fils Sa Dispositif d'assise ou de couchage pour chassis de sommier ou siege
EP2443969A1 (en) 2010-10-22 2012-04-25 Dimaflex S.A. Suspension structure for mattress support
AT521531B1 (de) * 2018-07-24 2021-06-15 Flexinno Gmbh Lattenrost

Family Cites Families (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
BE903459A (nl) * 1985-10-16 1986-02-17 Salens Luc Inrichting voor het ten opzichte van een bedframe instellen van buiglatten
DE8804759U1 (nl) * 1988-04-12 1988-06-23 Hartmann, Siegbert, 4972 Loehne, De
DE8909432U1 (nl) * 1989-08-04 1989-09-14 Matraflex Gmbh, 4930 Detmold, De

Also Published As

Publication number Publication date
EP0428227A1 (en) 1991-05-22

Similar Documents

Publication Publication Date Title
BE1005497A6 (nl) Verend element voor matrasbodem met latten, en matrasbodems van dergelijke elementen voorzien.
US3780873A (en) Automatic display racks
US4567615A (en) Spring-slat arrangement for a bedstead
US8991924B2 (en) Chair with tilting backrest
EP0186264A2 (en) An improved body support arrangement
FI93514B (fi) Vuoteen pohja
US3131970A (en) Seats
JPS6332441B2 (nl)
US20180055237A1 (en) Adjustable furniture frame system
NL192320C (nl) Ondermatras, omvattende een lattenrooster.
US5038429A (en) Undermattress and method of manufacturing the undermattress
US6701550B2 (en) Slatted frame for reclining furniture
US2106066A (en) Chair, settee, or like furniture
KR20120091227A (ko) 좌석 조립체
US5269497A (en) Seat spring structure
KR900004299A (ko) 풀-아웃 및 상승 가능한 보조침대를 갖춘 소파베드용 지지구조
US2503333A (en) Bedspring
ES2240134T3 (es) Cuerpo de muelle.
US3498598A (en) Soft front spring seat suspension
US3098244A (en) Support frame for furniture
EP0217939A1 (en) Bedding units and springs therefor
US4003564A (en) Means mounting torsion springs
US3099843A (en) Double hinged inner spring unit
US717026A (en) Chair.
US2706519A (en) Chair back and the like

Legal Events

Date Code Title Description
RE20 Patent expired

Owner name: GECHEM N.V.

Effective date: 19951116