BE1004503A6

BE1004503A6 - Verbindingsbeugel voor zelfdragend gebouw in systeembouw.

Info

Publication number: BE1004503A6
Application number: BE9000688A
Authority: BE
Original assignee: Vanbeveren Jacques
Priority date: 1990-07-05
Filing date: 1990-07-05
Publication date: 1992-12-01
Also published as: EP0465455B1; EP0465455A1

Abstract

Een verbindingsbeugel (8) bestaande uit een rechthoekig omgebogen metalen of kunststof-staaf kan toegepast worden in een zelfdragend gebouw in systeembouw om hoekverbanden te vervaardigen wanneer hij drie opeenvolgende rechthoekige ellebogen (9, 10, 11) omvat die loodrecht op elkaar in ortholonale vlakken verspringen, zodat ze aaneensluitende winkelhaken vormen die loodrecht op elkaar in rechthoekige tweevlakshoeken staan. Deze beugel veroorzaakt geen spanning in het hout en voorkomt spletenvorming.

Description


   <Desc/Clms Page number 1> 
 



   Verbindingsbeugel voor zelfdragend gebouw in systeembouw 
De uitvinding betreft een verbindingsbeugel bestaande uit een rechthoekig omgebogen metalen of kunststof-staaf bestemd voor hoekverbanden. 



   Ze betreft ook een werkwijze om een hoekverband te vervaardigen of te versterken in een zelfdragend gebouw in systeembouw, in het bijzonder in prefabwoningen, blokhutten, chalets en tuinhuizen waarvan de wanden gevormd worden door op elkaar geplaatste rondhoutstukken of balken. 



   Door het dokument BE-A-871. 546 is een metalen hoekverbinding voor prefabwoningen gekend, en meer speciaal voor chalets waarvan de wanden gevormd worden door op elkaar geplaatste balken. Iedere balk is aan de bovenrand voorzien van een longitudinale rib, terwijl de onderrand voorzien is van een groef die met de rib in een opsluiting van het type tong en groef samenwerkt. 



   Om twee balken loodrecht ten opzichte van elkaar te positioneren brengt men vier pennen in de groeven van onderliggende samenkomende balken op nauwkeurige afstanden van de gevormde rechthoek aan. 



  Over deze pennen, worden de flensen van een winkelhaak geplaatst in speelruimte tussen de nok van de rib en de bodem van de groef. Vervolgens worden langs elk been van de winkelhaak een bovenliggende balk aangebracht, waarin gaten worden 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 geboord die overeenkomen met de gaten van de flensen van de winkelhaak. 



   Deze konstruktie heeft nochtans het nadeel ter plaatse van de hoek het opensplijten van het hout te vergemakkelijken reeds bij de geringste beweging of verplaatsing van de balken of van de muren. 



   De huidige uitvinging beoogt dit nadeel te verhelpen en stelt en hoekkonstruktie voor die een snelle montage van de wanden toelaat ondanks weinig voorbereidend werk. Ze betreft een verbindingsbeugel bestaande uit een rechthoekig omgebogen metalen of kunststof-staaf, in het bijzonder uit staal met het kenmerk dat hij drie opeenvolgende rechthoekige ellebogen omvat die loodrecht op elkaar in orthogonale vlakken verspringen zodat ze aaneensluitende winkelhaken vormen die loodrecht op elkaar in rechthoekige tweevlakshoeken staan. 



   Volgens een bijzonderheid van de uitvinding is de stalen staaf een betonijzer. Hierdoor worden de produktie kosten ongeveer een derde goedkoper dan hoekijzers bestaande uit twee flensen die loodrecht op elkaar staan. 



   In een bijzondere uitvoeringsvorm vertoont de verbindingsbeugel benen van gelijk lengte. 



   Door zijn eenvoudige konstruktie is de verbindingsbeugel volgens de uitvinding zeer gemakkelijk te produceren door middel van een in de bouwsector welbekende buigmachine. 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 



   De montage van de verbindingsbeugel is ook gemakkelijk. Het voorbereidend werk beperkt zieh tot het boren van slechts   een   gat in elke van de doorsnijdende balken op een nauwkeurige afstand van de uiteinden van elke balk. 



   Een been van de winkelhaak wordt helemaal ingeduwd in een gat tot het lichaam van het verbindingsstuk in de groef van de balken verzonken is. 



   Bij het monteren is veel minder kans op het opensplijten van het kopse hout aan de hoeken, indien bij voorbeeld de wanden getorst worden omdat het verbindingsstuk rond een as kan pivoteren daar het maar in een boorgat vast is, terwijl in de reeds bestaande werkwijze een hoekverplaatsing van de wanden ten opzichte van elkaar onmogelijk is omdat elk verbindingsstuk in vier boorgaten vast zit wat de struktuur van het hout verzwakt en het verschijnen van spleten vergemakkelijkt. 



   De uitvinding betreft ook een werkwijze om een hoekverband van een zelfdragend gebouw te verstevigen, waarvan de wanden gevormd worden door op elkaar geplaatste balken met het kenmerk dat ze volgende behandelingen omvat : 1) het boren van slechts   een   boorgat in de bovenrand of onderrand van elke balk op een voorbepaalde afstand van elk uiteinde van de balk ; 2) het indrijven van een been van de verbindingsbeugel in bovengenoemd boorgat totdat het lichaam van de verbindingsbeugel verzonken is in de groeven van de doorsnijdende of doorkruisende balken, en 3) het aanbrengen van een bovenliggende balk op het staande uiteinde van de verbindingsbeugel. 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 



   Deze kenmerken en andere bijzonderheden van de verbindinsbeugel en werkwijze volgens de uitvinding zullen uit de volgende beschrijving voortvloeien waarin verwezen is naar de hierbij gevoegde tekeningen. 



   In deze tekeningen zijn : - figuur l een perspektivisch aanzicht van een hoekverband tussen twee wanden gevormd door op elkaar geplaatste balken, verstevigd door een verbindingsbeugel volgens de uitvinding ; - figuur 2 een bovenaanzicht op kleinere schaal van het hoekverband getoond in figuur   1 ;   - figuur 3 een dwarse doorsnede volgens de lijn IIIIII in figuur 2 van de hoekverbinding afgebeeld in figuur   2 ;   - figuur 4 een aanzicht in dwarse doorsnede op grotere schaal van een balk afgebeeld in figuur 3, en - figuur 5 een zijaanzicht van de verbindingsbeugel. 



   In deze figuren duiden dezelfde verwijzingstekens identieke of gelijkaardige elementen aan. 



   Zoals afgebeeld in figuur 1, worden de wanden 1 van een zelfdragend gebouw gevormd door houten balken 2, 2' die op elkaar worden geplaatst. 



   De balken 2,   2'zijn   aan hun bovenrand voorzien van twee volgens de lengte richting gerichte ribben 3, 3'waarvan de zijden 4 zijn afgeschuind, 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 
 EMI5.1 
 terwijl de onderrand van elke balk 2, 2'voorzien van twee groeven 5, 5'die over de ribben 3, 3'van een eronder liggende balk 2 is aangebracht en met elkaar kunnen samenwerken in een opsluiting van het type tong en groef ten einde het onderling zijwaarts te verschuiven van zulke balken 2 ten opzichte van elkaar te verhinderen (zie ook figuur 4). Langs elke zijde van de groef 5 is een longitudinale gleuf 6 aangebracht om elasticiteit te verlenen aan de randen 7 van de groef 5. 



   De verbindingsbeugel 8 bestaat uit een rechthoekige omgebogen metalen staaf, in het bijzonder een betonijzer van het type algemeen gebruikt in de bouwnijverheid. (figuur 5). 



   De staaf omvat drie opeenvolgende rechthoekige ellebogen 9, 10, 11 die loodrecht op elkaar in orthogonale vlakken verspringen, zodat ze aaneensluitende winkelhaken vormen die loodrecht op elkaar staan. Twee aanliggende ellebogen zijn omvat in vlakken die ook loodrecht op elkaar staan en een rechthoekige tweevlakshoek vormen. 



   De diepte van de groef 5 is groter uitgevoerd dan de hoogte van de rib 3 zodat na het op elkaar plaatsen van twee balken 2 een geschikte speelruimte 13 wordt behouden tussen de samenwerkende tong en groef voor de berging van de verbindingsbeugel 8 volgens de uitvinding. In de bodem van de groef 5, 5' van elke balk 2 wordt   een   gat 14 geboord op een nauwkeurige afstand van de hoek. 



   In dit gat 14 wordt een been 15 van de verbindingsbeugel 8 volgens de uitvinding ingedreven, 

 <Desc/Clms Page number 6> 

 totdat de eerste en tweede elleboog 9, 10 in de groeven 5,   5'van   de onderliggende samenkomende of doorkruisende balklagen verzonken zijn. 



   Vervolgens wordt op beide hoekzijden van de wanden en op de onderliggende balken, telkens   een   balk 2 aangebracht waarin op voorhand een gat 14 werd geboord op bovengenoemde voorbepaalde afstand. 



   De bovenliggende balken verzakken onder het gewicht in de opsluiting van het type tong en groef zodat de staande been 15 van de verbindingsbeugel wordt ingedreven in elke balk. (figuur 3). 



   De verbindingsbeugel verleent een grote stijfheid aan de hoekverband zonder spanningen in de houtenbalken te veroorzaken. 



   Voordeel op een winkelhaak zoals beschreven in BE-A-871. 546 is dat indien de wanden bij voorbeeld getorst worden, de verbindingsbeugel vrij rond zijn as kan pivoteren omdat het maar in een boorgat vast   is, terwijl   in de bekende konstrukties elke winkelhaak met vier pennen in vier boorgaten is vastgehecht. Met zoveel hechtpunten is elke hoekverplaatsing van een wand ten opzichte van een andere niet mogelijk zonder interne spanning in het hout. Bovendien verzwakken de gaten de struktuur van het hout, zodat het risiko van de vorming van spleten groot is. 



   Dankzij de geringe speling tussen het lichaam van de verbindinsbeugel 8 begrepen tussen de eerste en de derde elleboog 11, 12 en de groef wordt het verschuiven van de balken 2 ten opzichte van elkaar verhinderd. 

 <Desc/Clms Page number 7> 

 



   Elke gat 14 in de balk 2 is eventueel van een konische rand 16 voorzien om het inbrengen van een been 15 van de verbingsbeugel 8 te vergemakkelijken. 



  Het indrijven van de been 15 van de verbindingsbeugel 8 gebeurt bij voorbeeld door inslaan door middel van een hamer op de eerste elleboog totdat het lichaam in beide samenkomende groeven 5,   5'die   de hoek vormen verzinkt.

Claims

CONCLUSIES 1. Verbindingsbeugel bestaande uit een rechthoekig omgebogen metalen of kunststof-staaf met het kenmerk dat hij drie opeenvolgende rechthoekige ellebogen (9, 10, 11) omvat die loodrecht op elkaar in orthogonale vlakken verspringen zodat ze aaneensluitende winkelhaken vormen die loodrecht op elkaar in rechthoekige tweevlakshoeken staan.
2. Verbindingsbeugel volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de metalen staaf een betonijzer EMI8.1 is.
3. Verbindingsbeugel volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de aaneensluitende ellebogen (9, 10, 1l) benen van gelijke lengten vertonen.
4. Verbindinsgbeugel volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de lengte van een been (15) van de balk tenminste gelijk is aan de helft van de hoogte van een balk (2).
5. Werkwijze om een hoekverband van een zeldragend gebouw te verstevigen, waarvan de wanden gevormd worden door op elkaar geplaatste balken met het kenmerk dat ze volgende behandelingen omvat : 1) het boren van slechts een boorgat in de bovenrand of onderrand van elke balk op een voorbepaalde afstand van elk uiteinde van de balk ; <Desc/Clms Page number 9> 2) het indrijven van een been van de verbindingsbeugel in bovengenoemde boorgat totdat het lichaam van de verbindingsbeugel in de groeven van de doorsnijdende of doorkruisende balken, verzonken is en 3) het aanbrengen van een bovenliggende balk op het staand uiteinde van de verbindingsbeugel.
6. Werkwijze volgens conclusie 5, met het kenmerk dat men de boven elkaar geplaatste balken (2) door middel van een opsluiting met tong en groef bevestigt.
7. Werkwijze volgens conclusie 5 of 6, met het kenmerk dat men de verbindingsbeugel in een speelruimte (13) tussen de bovenwand van een rib (3) en de bodem van een groef (5) van boven elkaar - liggende balken verbergt.