NL9500599A - Werkwijze en inrichting voor het verwerken van voedingsmiddelen. - Google Patents
Werkwijze en inrichting voor het verwerken van voedingsmiddelen. Download PDFInfo
- Publication number
- NL9500599A NL9500599A NL9500599A NL9500599A NL9500599A NL 9500599 A NL9500599 A NL 9500599A NL 9500599 A NL9500599 A NL 9500599A NL 9500599 A NL9500599 A NL 9500599A NL 9500599 A NL9500599 A NL 9500599A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- heat exchanger
- oven
- supplied
- steam
- discharge pipe
- Prior art date
Links
Classifications
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F24—HEATING; RANGES; VENTILATING
- F24C—DOMESTIC STOVES OR RANGES ; DETAILS OF DOMESTIC STOVES OR RANGES, OF GENERAL APPLICATION
- F24C15/00—Details
- F24C15/20—Removing cooking fumes
- F24C15/2042—Devices for removing cooking fumes structurally associated with a cooking range e.g. downdraft
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A21—BAKING; EDIBLE DOUGHS
- A21B—BAKERS' OVENS; MACHINES OR EQUIPMENT FOR BAKING
- A21B5/00—Baking apparatus for special goods; Other baking apparatus
- A21B5/08—Apparatus for baking in baking fat or oil, e.g. for making doughnuts
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A47—FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
- A47J—KITCHEN EQUIPMENT; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; APPARATUS FOR MAKING BEVERAGES
- A47J37/00—Baking; Roasting; Grilling; Frying
- A47J37/12—Deep fat fryers, e.g. for frying fish or chips
- A47J37/1214—Deep fat fryers, e.g. for frying fish or chips the food being transported through an oil-bath
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Oil, Petroleum & Natural Gas (AREA)
- Food Science & Technology (AREA)
- Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- Combustion & Propulsion (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- General Engineering & Computer Science (AREA)
- Commercial Cooking Devices (AREA)
- General Preparation And Processing Of Foods (AREA)
Description
Korte aanduiding : Werkwijze en inrichting voor het verwerken van voedingsmiddelen.
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het verwerken van voedingsmiddelen, waarbij de voedingsmiddelen worden gevoerd door een oven, waarin een zich op hoge temperatuur gebrachte vloeistof bevindt.
Dergelijke ovens worden veelvuldig gebruikt voor het bakken of op andere wijze behandelen van voedingsmiddelen, zoals friet, snacks, vis, kroepoek etc. Gebruikelijk vindt dit plaats in open ovens, waarbij de tijdens het bewerken van de voedingsmiddelen uit de oven vrijkomende dampen via een schoorsteen naar buiten worden gevoerd. Hierbij gaat veel warmte verloren, terwijl tevens voor de omgeving stankproblemen ontstaan.
Volgens de uitvinding is nu de oven gesloten uitgevoerd en worden de tijdens de verwerking van de voedingsmiddelen vrijkomende dampen toegevoerd aan een warmtewisselaar, terwijl resterende gassen ·' t· aan een branderinstallatie worden toegevoerd.
Bij toepassing van de werkwijze volgens de uitvinding kan een groot deel van de via de vrijkomende dampen ontwijkende warmte worden teruggewonnen, terwijl door het afvoeren van de resterende gassen als verbrandingslucht aan een branderinstallatie het in de atmosfeer ontsnappen van sterk geurende gassen ten minste grotendeels wordt vermeden.
Een doelmatige inrichting voor het verwerken van voedingsmiddelen wordt daarbij volgens de uitvinding verkregen indien de inrichting is voorzien van een gesloten oven met sluisorganen voor de in- en afvoer van de voedingsmiddelen, terwijl op de oven een afvoer-leiding is aangesloten, die in verbinding staat met een warmtewisselaar alsmede met een met een branderinstallatie in verbinding staande afvoerleiding voor lucht en/of gassen.
Op deze wijze kan een een eenvoudige opbouw bezittende inrichting worden verkregen, met behulp waarvan op effectieve wijze voedingsmiddelen kunnen worden verwerkt.
De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand van bijgaande figuur waarin schematisch een uitvoeringsvoorbeeld van een inrichting volgens de uitvinding is weergegeven.
In de figuur is een gesloten bakoven 1 weergegeven, waarin een transportorgaan 2 is opgesteld om, gezien in de figuur voedingsmiddelen van links naar rechts te transporteren door een in de oven 1 aangebrachte op hoge temperatuur gebrachte vloeistof, bijvoorbeeld bij het bakken van friet of dergelijk, een geschikt bakvet.
De te behandelen voedingsmiddelen worden daarbij aan de oven 1 toegevoerd onder gebruikmaking van bijvoorbeeld een transportband 3 en een op de oven aangebracht sluisorgaan, bijvoorbeeld een cellenradsluis 4. De met behulp van het transportorgaan 2 door de oven getransporteerde voedingsmiddelen worden met behulp van een verder zich schuin omhoog uitstrekkend transportorgaan 5 toegevoerd aan een verdere cellenradsluis 6 voor de afvoer van de behandelde voedings-produkten naar een afvoerband 7 of dergelijke.
De cellenradsluizen 4 en 6 zijn van op zichzelf bekende constructie en waarborgen, dat bij de in- resp. afvoer van voedingsmiddelen in en uit de oven praktisch geen lucht de oven zal binnentreden resp. lucht en/of damp uit de oven zal ontwijken.
Op de bovenzijde van de bakoven 1 is een schoorsteenpijp 8 aangesloten, die tijdens normaal bedrijf zal zijn afgesloten met behulp van een nabij zijn boveneinde aangebrachte klep 9. Stroomopwaarts van de klep 9 is op de schoorsteen 8 een afvoerleiding 10 aangesloten waarin een of meerdere ventilators 11 en/of 12 achter elkaar zijn opgesteld.
De afvoerleiding 10 is aangesloten op het boveneinde van een een bundel van verticaal staande pijpen 13 omvattende warmtewisselaar of condensor 14. De verticaal staande pijpen zijn op gebruikelijke wijze aangebracht tussen een tweetal pijpplaten 15 en 16. Het zal duidelijk zijn, dat de vanuit de leiding 10 in de boven de pijpplaat 15 gelegen kamer van de warmtewisselaar 14 instromende dampen en/of gassen (lucht) door de pijpen 13 naar beneden zullen stromen naar de onder de onderste pijpplaat 16 gelegen kamer van de warmtewisselaar 14.
Op korte afstand onder de plaat 15 is een verdere plaat 17 opgesteld in het inwendige van het huis van de warmtewisselaar 14. De in deze plaat 17 aangebrachte gaten voor de doorvoer van de pijpen 13 hebben een diameter, die een weinig groter is dan de uitwendige diameter van de pijpen 13.
Op het tussen de platen 15 en 17 gelegen gedeelte van de warmtewisselaar 14 is een leiding 18 aangesloten, waarin een pomp 18’ is opgenomen en die in verbinding staat met een tank 19. Op de bovenzijde van de tank 19 is een uiteinde aangesloten van een verdere leiding 20, welke met zijn andere uiteinde is aangesloten op het onderste gedeelte van de tussen de pijpplaten 15 en 16 gelegen ruimte van de warmtewisselaar 14.
Vlak onder de plaat 17 is op de warmtewisselaar 14 een leiding 21 aangesloten, die het inwendige van het huis van de warmtewisselaar 14 verbindt met een vat 22. Op het boveneinde van het vat 22 is een zich omhoog uitstrekkende leiding 23 aangesloten, die het vat 22 verbindt met een op zich bekende thermocompressor 24.
Op het ondereinde van het vat 22 is een leiding 25 aangesloten, die het ondereinde van het vat 22 verbindt met de tank 19.
In een tussen de uiteinden van de leiding 23 gelegen punt is op de leiding 23 een leiding 26 aangesloten, welke de leiding 23 verbindt met een warmtewisselaar 27. Op de warmtewisselaar 27 is een vloeistoftoevoerleiding 28 en een vloeistofafvoerleiding 29 aangesloten. In de vloeistoftoevoerleiding 28 is een circulatiepomp 30 opgenomen.
Tussen het ondereinde van de warmtewisselaar 27 en de tank 19 is een leiding 31 aangebracht. In de leiding 31 is een circulatiepomp 32 opgenomen.
Op het onder de onderste pijpplaat 16 gelegen gedeelte van het huis van de warmtewisselaar 14 is een uiteinde aangesloten van een leiding 33, die met zijn andere uiteinde in verbinding staat met een warmtewisselaar 34. Op de warmtewisselaar zijn toe- en afvoerleidingen 35 resp. 36 voor de toevoer resp. afvoer van een op te warmen vloeistof, zoals water aangesloten.
Op de warmtewisselaar 34 is verder een afvoerleiding 37 aangesloten, die met zijn vrije uiteinden ligt tegenover een op een ventilator 38 aangesloten zuigleiding 39. Een op de ventilator aangesloten persleiding 40 staat in verbinding met een niet nader weergegeven branderinstallatie.
Op de tank 19 is verder nog een vloeistoftoevoerleiding 41 aangesloten. Een in de vloeistoftoevoerleiding 41 aangebrachte klep 42 kan afhankelijk van het in de tank 19 waargenomen vloeistofniveau geopend en gesloten worden om te waarborgen, dat steeds voldoende vloeistof in de tank 19 aanwezig zal zijn.
Op het ondereinde van de warmtewisselaar 14 is nog een leiding 43 aangesloten, die uitmondt in een bak 44. Nabij een aan de bovenzijde van de bak gelegen overlooprand is een op de bak aansluitende goot 45 aangebracht.
De werking van de bovenomschreven inrichting is als volgt. Tijdens bedrijf zullen in het algemeen op continue wijze voedingsmiddelen via het sluisorgaan 4 in het inwendige van de afgesloten oven 1 worden gebracht, met behulp van het transportorgaan 2 door de oven worden verplaatst en vervolgens met behulp van het transportorgaan 5 en via het sluisorgaan 6 uit de oven worden afgevoerd.
Tijdens dit behandelen van de voedingsmiddelen zal waterdamp ontwijken via de schoorsteen 8. Ter gedachtenbepaling kan vermeld worden, dat bijvoorbeeld bij het behandelen van ± 15 ton friet per uur ± 4750 kilogram waterdamp via de schoorsteen 8 zal ontwijken. Door het praktisch gesloten zijn van de oven zal daarbij slechts een verhoudingsgewijs geringe hoeveelheid lucht met deze ontwijkende waterdamp meebewegen. Verder zal het in de praktijk niet te vermijden zijn, dat ook vetdeeltjes met de ontwijkende waterdamp worden meegesleurd.
In tegenstelling met de tot nu toe veelal gebruikelijke praktijk om de zo ontsnappende waterdamp, lucht en dergelijke via de schoorsteen 8 te laten ontsnappen worden tijdens normaal bedrijf de dampen via de leiding 10 afgevoerd naar de als condensor uitgevoerde warmtewisselaar 14.
Hierbij zullen de uit de oven ontsnappende dampen door 'het inwendige van de pijpen 13 naar beneden stromen, terwijl uit de tank 19 opgepompt water via de leiding 18 aan het boveneinde van de condensor wordt toegevoerd en in de vorm van een dunne film langs de buitenzijde van de pijpen 13 zal stromen. In de praktijk is het gebleken, dat deze langs de pijpen 13 stromende vloeistof door warmte-uitwisseling tussen de vanuit de oven door de pijpen 13 stromende dampen en het water aan de buitenzijde van de pijpen in de warmtewisselaar of condensor kan worden omgezet in stoom met een temperatuur van 92°-95°C. Deze stoom kan via het vat 22 naar de thermocompressor 24 stromen. Met behulp van via een leiding 46 aan de thermocompressor toegevoerde hoge druk stoom kan de vanuit de warmtewisselaar of condensor 14 toegevoerde stoom worden verhit tot verzadigde stoom van 100°-110°C, welke via een afvoerleiding 47 kan worden toegevoerd aan een verbruiker, zoals bijvoorbeeld een drooginstallatie of dergelijke.
Een deel van de vanuit de warmtewisselaar of condensor 14 afkomstige stoom kan vanuit het vat 22 ook worden toegevoerd aan de warmtewisselaar 27, waarin via de leiding 28 toegevoerd water kan worden verhit tot een temperatuur van 70°-90°C. Zich eventueel in het vat 22 vormend condensaat wordt via de leiding 25 afgevoerd naar de tank 19. Op soortgelijke wijze wordt het in de warmtewisselaar 27 gevormde condensaat met behulp van de pomp 32 via de leiding 31 naar de tank 19 gepompt.
Zich in de leidingen 13 vormend condensaat zal met in de uit de oven afgevoerde dampen aanwezige vetdeeltjes via de leiding 43 in de met water gevulde vetvangbak 44 stromen. Het vet zal hier op het bovenvlak van het water gaan - drijven en kan via de goot 45 worden afgevoerd.
Resterende uit de ondereinden van de leidingen 13 stromende dampen en gassen zullen naar de warmtewisselaar 34 worden gevoerd en daar warmte afgeven aan via de leiding 35 toegevoerde en via de leiding 36 afgevoerde vloeistof, bijvoorbeeld water. De hier condenserende waterdamp kan weer via een leiding 48 worden afgevoerd, eventueel weer naar het vat 19.
De lucht en/of andere inerte gassen zullen worden afgevoerd via leiding 37 en, zoals bij het van de warmtewisselaar 34 afgekeerde uiteinde van de leiding 37 met pijlen is aangeduid samen met omgevingslucht in de leiding 39 worden aangezogen door de ventilator 38. De ventilator 38 stuwt deze lucht naar bijvoorbeeld een brander-installatie van een stoomketel met behulp waarvan stoom wordt opgewekt, bijvoorbeeld geschikt voor verwarming van de bakoven.
Uit bovenstaande zal het duidelijk zijn, dat onder gebruikmaking van de inrichting volgens de uitvinding een optimale benutting van de bij het gebruik van de oven vrijkomende warmte kan worden gemaakt, terwijl tevens verhinderd wordt, dat nadelig geurende lucht of andere gassen vrijkomen, door deze lucht en/of andere gassen toe te voeren aan een branderinstallatie.
Claims (14)
1. Werkwijze voor het verwerken van voedingsmiddelen, waarbij de voedingsmiddelen worden gevoerd door een oven waarin zich een op hoge temperatuur gebrachte vloeistof bevindt, met het kenmerk, dat de oven gesloten is uitgevoerd en de tijdens de verwerking van de voedingsmiddelen vrijkomende dampen worden toegevoerd aan een warmtewisselaar, terwijl resterende gassen aan een branderinstallatie worden toegevoerd.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat in de warmtewisselaar water wordt omgezet in stoom, welke ten minste gedeeltelijk wordt toegevoerd aan een met stoom gevoede thermocompressor om de temperatuur van de in de warmtewisselaar gevormde stoom op te voeren.
3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat ten minste een deel van de in de warmtewisselaar gevormde stoom wordt toegevoerd aan een verdere warmtewisselaar voor het verwarmen van vloeistof onder het condenseren van de van de warmtewisselaar toegevoerde stoom.
4. Werkwijze volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat in de verdere warmtewisselaar gevormd condenswater wordt teruggevoerd naar een tank van waaruit wordt opgepompt voor toevoeren aan de eerste warmtewisselaar.
5. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat in de eerste warmtewisselaar uit de uit de oven afkomstige dampen gevormd condensaat wordt toegevoerd aan een bak, terwijl resterende dampen worden toegevoerd aan een warmtewisselaar en aanwezige lucht en/of gassen worden toegevoerd aan de inlaat van een ventilator, welke verbrandingslucht naar een branderinstallatie transporteert.
6. Inrichting voor het uitvoeren van een werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de inrichting i's voorzien van een gesloten oven met sluisorganen voor de in- en de afvoer van voedingsmiddelen, terwijl op de oven een afvoerleiding is aangesloten, die in verbinding staat met een warmtewisselaar alsmede met een afvoerleiding voor lucht en/of gassen, die in verbinding staat met een branderinstallatie.
7. Inrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat in de op de oven aangesloten afvoerleiding ten minste een ventilator is aangebracht.
8. Inrichting volgens conclusie 6 of 7, met het kenmerk, dat de warmtewisselaar is voorzien van een in hoofdzaak verticaal staande pijpenbundel, waardoorheen de uit de oven afgevoerde dampen worden gevoerd, terwijl middelen zijn aangebracht om langs de buitenomtrek van de pijpen een vloeistoffilm te vormen, zodanig, dat de vloeistof van boven naar beneden langs de pijpen stroomt.
9. Inrichting volgens een der conclusies 6-8, met het kenmerk, dat op een boveneinde van de warmtewisselaar een afvoerleiding voor in de warmtewisselaar gevormde stoom is aangesloten.
10. Inrichting volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de afvoerleiding voor stoom is aangesloten op een thermocompressor.
11. Inrichting volgens conclusie 9 of 10, met het kenmerk, dat de afvoerleiding voor stoom in verbinding staat met een verdere warmtewisselaar.
12. Inrichting volgens een der conclusies 6-11, met het kenmerk, dat op het ondereinde van de eerste warmtewisselaar een afvoerleiding voor condensaat is aangesloten.
13. Inrichting volgens een der conclusies 6-12, met het kenmerk, dat op het ondereinde van de eerstgenoemde warmtewisselaar een verdere warmtewisselaar is aangesloten.
14. Inrichting volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat op de verdere warmtewisselaar een afvoerleiding voor lucht en/of gassen is aangesloten voor afvoer van de lucht en/of gassen naar een branderinstallatie.
Priority Applications (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL9500599A NL9500599A (nl) | 1995-03-29 | 1995-03-29 | Werkwijze en inrichting voor het verwerken van voedingsmiddelen. |
EP96200825A EP0735325A1 (en) | 1995-03-29 | 1996-03-27 | A method and a device for processing foodstuffs |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL9500599 | 1995-03-29 | ||
NL9500599A NL9500599A (nl) | 1995-03-29 | 1995-03-29 | Werkwijze en inrichting voor het verwerken van voedingsmiddelen. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL9500599A true NL9500599A (nl) | 1996-11-01 |
Family
ID=19865766
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL9500599A NL9500599A (nl) | 1995-03-29 | 1995-03-29 | Werkwijze en inrichting voor het verwerken van voedingsmiddelen. |
Country Status (2)
Country | Link |
---|---|
EP (1) | EP0735325A1 (nl) |
NL (1) | NL9500599A (nl) |
Families Citing this family (6)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US20120070553A1 (en) * | 2010-09-20 | 2012-03-22 | Conagra Foods Lamb Weston, Inc. | Conveyor-based frying apparatus and methods of use |
GB2495409B (en) * | 2010-10-06 | 2013-06-12 | Frito Lay Trading Co Gmbh | Frying method |
AT516806B1 (de) * | 2015-01-26 | 2018-12-15 | Haas Food Equipment Gmbh | Backofen mit einer Abgasnachbehandlungsanlage |
CN104840107A (zh) * | 2015-04-21 | 2015-08-19 | 洛阳理工学院 | 一种小型烧烤炉除烟尘装置 |
CN105465882A (zh) * | 2015-11-24 | 2016-04-06 | 重庆工商职业学院 | 连接抽油烟机的供暖水管结构 |
CN107388310B (zh) * | 2017-07-19 | 2019-03-26 | 佛山市众拓科技有限公司 | 一种以热泵为能源的供热吸热制冷除油烟的整体厨房系统 |
Citations (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US3762394A (en) * | 1971-09-08 | 1973-10-02 | Food Technology | Elimination of cooking odors |
NL7601876A (nl) * | 1976-02-24 | 1977-08-26 | Inst Voor Bewaring | Werkwijze en inrichting voor het bakken van chips. |
GB2054364A (en) * | 1979-06-02 | 1981-02-18 | Golden Wonder Ltd | Apparatus for blanching and frying potato-based foods |
FR2478484A1 (fr) * | 1980-03-19 | 1981-09-25 | Wanson Constr Mat Therm | Appareil pour le traitement de vapeurs d'eau chargees d'air et d'autres vapeurs et/ou aerosols polluants |
-
1995
- 1995-03-29 NL NL9500599A patent/NL9500599A/nl not_active Application Discontinuation
-
1996
- 1996-03-27 EP EP96200825A patent/EP0735325A1/en not_active Withdrawn
Patent Citations (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US3762394A (en) * | 1971-09-08 | 1973-10-02 | Food Technology | Elimination of cooking odors |
NL7601876A (nl) * | 1976-02-24 | 1977-08-26 | Inst Voor Bewaring | Werkwijze en inrichting voor het bakken van chips. |
GB2054364A (en) * | 1979-06-02 | 1981-02-18 | Golden Wonder Ltd | Apparatus for blanching and frying potato-based foods |
FR2478484A1 (fr) * | 1980-03-19 | 1981-09-25 | Wanson Constr Mat Therm | Appareil pour le traitement de vapeurs d'eau chargees d'air et d'autres vapeurs et/ou aerosols polluants |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
EP0735325A1 (en) | 1996-10-02 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US5184538A (en) | High efficiency steam cooker | |
US5552578A (en) | Oven with excess steam treatment device | |
US4167137A (en) | Method and apparatus for frying thin potato slices to chips | |
WO1995001733A2 (en) | High performance cooking oven with steam chamber | |
US4280415A (en) | Method and apparatus for drying and processing moisture-containing solids | |
NL9500599A (nl) | Werkwijze en inrichting voor het verwerken van voedingsmiddelen. | |
NL8102569A (nl) | Waterverwarmingsinrichting. | |
NL8102645A (nl) | Krachtinstallatie geschikt voor brandstof met verschillend zwavelgehalte. | |
US4819615A (en) | Piggy back evaporator for maple syrup evaporator apparatus or the like | |
FI127386B (fi) | Menetelmä höyryn kehittämiseksi sellutehtaan keittämöllä | |
WO1981002617A1 (en) | Boiler and method of heating liquid | |
NO138160B (no) | Anordning for kombinert toerking og forurensningskontroll av granulert materiale | |
US1179192A (en) | Drying apparatus. | |
US5275666A (en) | Auxiliary apparatus for producing maple syrup | |
WO2001036887A1 (en) | A fluidized bed apparatus | |
NO179726B (no) | Anordning for törking av fuktig partikkelformet materiale med overhetet damp | |
KR920006403Y1 (ko) | 증기 다리미의 응축수 재사용 장치 | |
US288201A (en) | blodgett | |
US176351A (en) | Improvement in furnaces for desiccating animal or other matters | |
NL8201254A (nl) | Werkwijze voor het exploiteren van een warme bakmangel alsmede warme bakmangel voor het uitvoeren van deze werkwijze. | |
US4953538A (en) | Piggy back evaporating for maple syrup evaporator apparatus or the like | |
US715070A (en) | Drying apparatus. | |
NL7905532A (nl) | Meertraps drooginrichting. | |
US1370222A (en) | Curing apparatus | |
SU1109058A3 (ru) | Способ варки целлюлозосодержащего материала дл получени целлюлозной массы |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A1B | A search report has been drawn up | ||
BV | The patent application has lapsed |