NL9500156A - Notitieblok. - Google Patents

Description

Notitieblok

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een notitieblok overeenkomstig de aanhef van conclusie 1.

EP-A-0.325-057 beschrijft een dergelijk notitieblok. Daarbij bezitten zowel het notitiekopieervel als het notitievel een verbindingsrandge-bied aan de linker zijrand, welke zijn geperforeerd en door die perforaties is een ringbindelement gestoken, waarmee de op elkaar gelegde stellen vellen tot het notitieblok met elkaar zijn verbonden. De strook her-hechtbare kleefstof van het notitievel is aangebracht langs de rand grenzend aan en evenwijdig aan het verbindingsrandgebied, en bedekt tevens dat verbindingsrandgebied geheel. Het notitieblok is bestemd om beschreven te worden met het verbindingsrandgebied links voor de schrijver. Beschreven is een reeks van drie evenwijdig aan de lengterichting van het verbindingsrandgebied naast elkaar gelegen notitievellen welke door middel van een perforatielijn langs de respectieve boven- en onderranden van de notitievellen scheurbaar met elkaar zijn verbonden. De corresponderende notitiekopieervellen zijn met elkaar geïntegreerd en dragen geen afscheurperforatie tussen zich in, overeenstemmend met de afscheurperforatie tussen de respectieve notitievellen.

Om materiaal te besparen, is daarna voorgesteld, het verbindingsrandgebied van het notitievel weg te laten, waarmee tevens met minder kleefstof voor de hechtstrook kon worden volstaan.

De onderhavige uitvinding beoogt, het samenbinden van de velstellen en het hanteren van het notitieblok te verbeteren, onder handhaving van een geringer materiaalverbruik in vergelijking met het notitieblok volgens EP-A-0.325·057· Daartoe wordt voorgesteld een notitieblok overeenkomstig conclusie 1.

Enerzijds is nu bereikt, een gemakkelijk verwijderen van het notitievel uit het notitieblok onder achterlaten van het respectieve verbindingsrandgebied van dat notitievel, en wordt voorts zo min mogelijk kleefstof gebruikt. Anderzijds, door zowel het notitievel als het notitiekopieervel te voorzien van een corresponderend verbindingsrandgebied, verregaand vrij van de kleefstrook, is het mogelijk, de verschillende op elkaar gestapelde stellen vellen betrouwbaar met elkaar te verbinden, bijvoorbeeld door een lijmrug, nieten of een ringbindelement, zonder gevaar voor bijvoorbeeld onderlinge verschuiving van de op elkaar gestapelde stellen vellen gedurende de bewerkingen die voor het samenvoegen tot het notitieblok worden uitgevoerd.

Voorts verdient het de voorkeur wanneer de strook kleefstof op afstand loopt van de respectieve scheurperforatie tussen het notitievel en zijn verbindingsrandgebied of tussen twee notitievellen onderling. Die afstand dient zodanig gekozen te zijn, dat bij het uit het notitieblok verwijderen van het notitievel, de gebeurtenissen van het volledig van het daaronder liggende notitiekopieervel loskomen van de strook kleefstof enerzijds en het doorscheuren van de scheurperforatie anderzijds, op hetzelfde tijdstip plaatsvindt. Geschikt is gebleken om een tussenruimte van 1 tot 5 mm, bij voorkeur 2 mm aan te houden.

Onder de strook her-hechtbare kleefstof wordt verstaan een strook niet-drogend, in enige mate plakkerige kleefstof, welke permanent gehecht is aan het notitievel en geschikt is om verschillende malen afwisselend aan een ondergrond te worden gehecht en daar weer van te verwijderen. Het algemene idee voor een notitievel met een permanent daarmee verbonden strook her-hechtbare kleefstof is beschreven in CH-B-452479·

Wanneer een dergelijk blok samengesteld wordt met behulp van niet-drogende kleefstof, wordt de bovenrand van elk afzonderlijk vel mechanisch met zijn onderzijde, welke kleefstof ontvangt, aangedrukt op het gladde bovenoppervlak van het andere vel, welke geen kleefstof opneemt. De afzonderlijke vellen worden daardoor aan elkaar gehecht, maar zij zijn niet permanent aan elkaar bevestigd, dat wil zeggen, dat zij niet aan elkaar zijn gelijmd, maar één voor één met de hand van elkaar kunnen worden gescheiden. Wanneer een vel is verwijderd, blijft de kleefstof achter aan de onderzijde van het vel, zodat het vel dat verwijderd is, door lichte vingerdruk kan worden bevestigd aan een ander oppervlak, zonder dat verse kleefstof behoeft te worden gebruikt.

Kleefstoffen en papier welke bruikbaar zijn voor de vervaardiging van dergelijke produkten zijn algemeen bekend in het specifieke vakgebied.

Tevens beschrijft de Europese octrooiaanvrage 88301727.9 een blok met een groot aantal in een stapel aangebrachte vellen, met tussen elk van het veelvoud van vellen overbrengmateriaal aangebracht, en met een heraanbrengbare hechtstrook geplaatst aan de kop van elk vel om dit aan het aangrenzende vel te bevestigen.

Het Britse octrooischrift 2214131 beschrijft tevens een blok met notitievellen en verwijderbare vellen, geplaatst in paren.

Overbrengmateriaal is aangebracht tussen het notitievel en het verwijderbare vel van elk stel en een strook kleefstof van geringe plakkerigheid is aangebracht langs het randgebied van het verwijderbare vel met een perforatielijn in het verwijderbare vel binnen de strook kleefstof met lage plakkerigheid.

Een uitvoering van een notitieblok overeenkomstig de onderhavige uitvinding zal nu bij wijze van voorbeeld worden beschreven onder verwijzing naar de begeleidende tekening, waarin: fig. 1 een aanzicht in perspectief is van een notitieblok overeenkomstig de uitvinding, fig. 2 een bovenaanzicht is van het in fig. 1 getoonde notitieblok, fig. 3 een onderaanzicht is van fig. 2, gedeeltelijk weggebroken. Onder verwijzing naar fig. 1, 2 en 3 is een notitieblok 1 voorzien van een groot aantal velstellen 2 welke dicht bijeengrenzend aan elkaar zijn opgesteld. Elk velstel 2 is voorzien van een verwijderbaar bovenste notitievel 3 en een daaronder gelegen notitiekopieervel 4. In plaats van één notitiekopieervel 4, kan een velstel 2 meer onder elkaar gelegen notitiekopieervellen 4 bezitten, welke afgedekt zijn door één, of ook meer, op elkaar liggende notitievellen 3·

In de tekening is weergegeven, dat drie notitievellen 3 naast elkaar zijn gelegen, gerangschikt evenwijdig aan de zijkanten van het notitieblok 1 (aangeduid met de pijl A in fig. 2 en ^). Die drie notitievellen 3 zijn onderling verbonden via een perforatielijn 5. zodat zij gemakkelijk van elkaar losgescheurd kunnen worden. Het direkt onder de reeks van drie notitievellen 3 gelegen notitiekopieervel k is voor alle notitievellen 3 uit die reeks van drie notitievellen 3 gemeenschappelijk en draagt geen perforatielijn conform de perforatielijn 5 tussen de respectieve notitievellen 3· Eventueel kan het notitiekopieervel k echter bijvoorbeeld in drie afzonderlijke delen zijn verdeeld met bijvoorbeeld tussen zich in een afscheurperforatie, zodat er voor elk notitievel 3 uit de reeks van drie notitievellen 3 een afzonderlijk notitiekopieervel A beschikbaar is. In afwijking van de hier getoonde en beschreven uitvoeringsvoorbeelden is het ook mogelijk, bijvoorbeeld een voor de totale reeks van notitievellen 3 gemeenschappelijk notitiekopieervel terwijl de notitievellen 3 uit de reeks van notitievellen 3 verder los van elkaar zijn, zodat geen de notitievellen 3 onderling verbindende perforatielijn 5 of iets dergelijks aanwezig is. Het spreekt voor zich, dat voor alle uitvoeringsvarianten de reeks notitievellen 3 groter of kleiner kan zijn dan 3. bijvoorbeeld 2, 4, 5 of meer. Ook kunnen verschillende reeksen naast elkaar geplaatst zijn in het notitieblok, bijvoorbeeld met elkaar verbonden door middel van een perforatielijn, of geheel los van elkaar. Die naast elkaar aangebrachte reeksen kunnen het ene of het veelvoud van notitiekopieervellen 4 gemeenschappelijk hebben, maar zij kunnen ook los van elkaar zijn uitgevoerd, of bijvoorbeeld via een perforatielijn met elkaar zijn verbonden, indien geschikt.

Nu verder onder verwijzing naar fig. 1 tot en met 3 is van het in de tekening van fig. 1 en 2 weergegeven bovenste velstel 2 zowel het noti-tievel 3 als het notitiekopieervel b aan de respectieve linker zijrand verlengd met een verbindingsrandgebied 6 respectievelijk 7. welke voor wat betreft het respectieve notitievel 3 daarvan is gescheiden door een scheurperforatie 8. Eventueel kan ook voor het notitiekopieervel b het verbindingsrandgebied 7 gescheiden zijn door een scheurperforatie (niet getoond). In die verbindingsrandgebieden 6 respectievelijk 7 is een perforatie 9 uitgevoerd, waardoorheen de ringelementen 10 van een ringbind-element zijn gestoken, om de verschillende boven op elkaar liggende vel-stellen 2 met elkaar te verbinden tot het notitieblok 1. In plaats van met een ringbindelement 10 kunnen de respectieve verbindingsrandgebieden 6, 7 ook op een andere wijze met elkaar zijn verbonden, zoals met een permanent hechtende kleefstof, draadkrammen, stiksel, of andere mechanische binding zoals in het vakgebied bekend.

In fig. 1 is weergegeven, hoe het in de tekening onderste notitievel 3 langs zijn linker zijrand reeds gedeeltelijk is losgescheurd van het verbindingsrandgebied 6 en eveneens is gedeeltelijk de hechtverbinding met het onderliggende notitiekopieervel b verbroken.

Van elk velstel 2 het bovenste notitievel 3 bevestigd aan het daaronder gelegen notitiekopieervel 4 door her-hechtbare kleefstof welke in de vorm van een strook 13 permanent aangebracht is aan de onderzijde van dat notitievel 3· Daarbij is de strook 13, zoals weergegeven, telkens langs de linker zijrand van het respectieve notitievel 3 aangebracht. Elke strook 13 loopt op relatief geringe afstand (ongeveer 2 mm) van de eveneens langs de linker zijrand van het respectieve notitievel 3 lopende scheurperforatie 8. Bij de uitvoeringsvariant volgens fig. 1 tot en met 3 blijft de strook 13 geheel buiten het respectieve verbindingsrandgebied 6, 7· In fig. 1 is schematisch met arcering weergegeven het gebied op het notitiekopieervel b, waaraan de kleefstrook 13 van het notitievel 3 komt te hechten. Het zal duidelijk zijn, dat de kleefstrook 13 zelf, permanent is gehecht aan de naar het notitiekopieervel 4 gekeerde zijde van het notitievel 3·

Met de term "permanent gehecht” wordt hier bedoeld, dat de hechting van de kleefstrook 13 aan het notitievel 3 sterker is dan aan het notitiekopieervel b. Bij voorkeur is de hechting aan het notitievel 3 zoda- nig, dat deze slechts met chemicaliën is te verbreken.

De strook 13 van kleefstof is zodanig aangebracht aan het notitievel 3. dat het notitievel 3 slechts zo sterk met de strook 13 aan het noti-tiekopieervel 4 kleeft, dat het notitievel 3 gemakkelijk van het notitie-kopieervel 4 kan worden losgetrokken met medeneming van alle of in hoofdzaak alle kleefstof in de strook 13, zonder noemenswaardige beschadiging van het notitiekopieervel 4. Vervolgens kan het notitievel 3, uit het notitieblok 1 verwijderd, met de strook 13 aan een voorwerp, bijvoorbeeld het oppervlak van een telefoon of een beeldscherm worden gehecht.

Elk velstel 2 is voorts voorzien van middelen om een op het notitievel 3 geschreven boodschap gelijktijdig te kopiëren op de respectieve daaronder gelegen één of meer notitiekopieervellen 4. Bijvoorbeeld kan daartoe de onderzijde van het notitievel 3 zijn voorzien van een laag welke onder invloed van lokale druk een stof overdraagt op het zich daaronder bevindende notitiekopieervel 4, zoals een carbonlaag. Ook kan tussen het notitievel 3 en het notitiekopieervel 4 een afzonderlijk vel (niet getoond) met een dergelijke carbonlaag of laag met corresponderende werking, zijn aangebracht. De voorkeur wordt echter gegeven aan een bijzondere bekleding van het naar het notitievel 3 gekeerde oppervlak van het notitiekopieervel 4, zodat lokaal verkleuren (zwarting) van het notitiekopieervel 4 ontstaat bij het beschrijven van het notitievel 3- corresponderend met het beschrijfpatroon van dat notitievel 3·

Het notitievel 3 kan voorbedrukking dragen, geschikt voor de toepassing waarvoor het notitieblok 1 is bestemd. Wanneer het notitieblok 1 bestemd is voor het vastleggen van telefonische boodschappen, wordt bijvoorbeeld het woord BOODSCHAP op het notitievel 3 gedrukt. Voorts kan een belijning aangebracht zijn, evenwijdig aan de bovenrand van het notitievel 3> zoals schematisch weergegeven in fig. 1 en 2. Overeenkomstige bedrukking kan aangebracht zijn op het notitiekopieervel 4.

Zoals in fig. 2 is weergegeven, is het samenstel van velstellen 2, bijeen gehouden met het ringbindelement 10, op een kartonnen ruglaag 14 gelegd, waaraan een flap 15 scharnierend is bevestigd, om daarmee afwisselend de bovenzijde van het samenstel van velstellen 2 te bedekken en vrij te geven. Ook kan een kartonnen tussenlegvel (niet getoond) gebruikt worden. Dit kan verbonden zijn met de ruglaag 14, bijvoorbeeld langs de beneden- of linker zijrand van het notitieblok 1. Daarmee wordt beoogd, te voorkomen dat een boodschap of gegeven, geschreven op het bovenste velstel 2, wordt verveelvoudigd op notitiekopieervellen 4 van onderliggende velstellen 2. Voor fig. 4, maar ook voor varianten op basis van fig. 1, kan een dergelijk bij voorkeur kartonnen, beschermvel ook op een andere manier bereikt worden.

In afwijking van de hier beschreven en getoonde uitvoeringen zijn ook andere varianten denkbaar.

Claims (7)

1. Notitieblok voorzien van ten minste twee naast elkaar geplaatste notitiesamenstellen van elk een groot aantal op elkaar gestapelde velstellen, waarbij elk stel voorzien is van ten minste één te verwijderen bovenste notitievel en een daaronder liggend notitiekopieervel, waarbij het bovenste notitievel in wezenlijk overlappende opstelling geplaatst is met het daaronder gelegen notitiekopieervel en met een strook her-hechtbare kleefstof, aangebracht grenzend aan een zijrand, gemakkelijk losneembaar is verbonden met het notitiekopieervel en waarbij die zijrand van het notitievel en de corresponderende rand van het notitiekopieervel van de notitiesamenstellen een verbindingsrandgebied bepalen, welk verbindingsrandgebieden zijn verbonden met verbindingsrand-gebieden van daaronder en/of daarboven gelegen stellen vellen van het respectieve notitiesamenstel, met het kenmerk, dat die verbindingsrandgebieden verregaand vrij zijn van die strook kleefstof.

2. Notitieblok volgens conclusie 1, waarbij het notitiekopieervel gemeenschappelijk is voor de in het vlak van het blok naast elkaar gelegen velstellen uit de respectieve notitiesamenstellen, en de in het vlak van het notitieblok naast elkaar gelegen notitievellen gemakkelijk losneembaar met hun naar elkaar gerichte rand aan elkaar zijn bevestigd.

3- Notitieblok volgens conclusie 2, waarbij het notitiekopieervel scheurperforaties of insnijdingen draagt welke zijn gepositioneerd in overeenstemming met de begrenzing tussen de notitievellen die in het vlak van het notitieblok naast elkaar liggen.

4. Notitieblok volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het notitievel een langwerpige rechthoekvorm heeft, en de lange zijde in hoofdzaak evenwijdig aan de boven- en de onderrand van het notitieblok loopt.

5. Notitieblok volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de verbindingsrandgebieden zijn geperforeerd, en die perforaties zijn doorstoken door ringorganen van een ringbindelement.

6. Notitieblok volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de kleefstrook zich op afstand bevindt van de zijrand van het respectieve notitievel, bij voorkeur tussen 1 en 5 mm., in het bijzonder ongeveer 2 mm.

7. Notitieblok volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het notitievel door een scheurperforatie is verbonden met het verbindingsrandgebied