NL9401718A

NL9401718A - Office furniture.

Info

Publication number: NL9401718A
Application number: NL9401718A
Authority: NL
Inventors: Alexander Antonius Hen Dankers; Wolfgang Mueller-Deisig
Original assignee: Assenburg Bv
Priority date: 1994-10-18
Filing date: 1994-10-18
Publication date: 1996-06-03
Also published as: USD371699S; EP0707807A2; EP0707807A3; USD371703S

Description

Korte aanduiding : Kantoormeubel.Short designation: Office furniture.

De uitvinding heeft betrekking op een kantoormeubel voorzien van een tafelblad en het tafelblad ondersteunende poten.The invention relates to an office furniture provided with a table top and the table top supporting legs.

Bij dergelijke kantoormeubelen vormen de het tafelblad ondersteunende poten in het algemeen een een geheel zijnd gestel, waaraan het tafelblad met behulp van schroeven of bouten is bevestigd. Bij een bepaalde afmeting van een tafelblad behoort een bepaald gestel en dientengevolge moeten voor verschillende afmetingen bezittende meubels verschillende gestellen en verschillende tafelbladen worden vervaardigd. Een dergelijk systeem voor het vervaardigen van kantoormeubelen is weinig flexibel en duur.In such office furniture, the legs supporting the table top generally form an integral frame, to which the table top is fixed by means of screws or bolts. A given frame size is associated with a particular frame, and therefore different frames and different table tops must be manufactured for different sized furniture. Such a system for manufacturing office furniture is not very flexible and expensive.

Volgens de uitvinding zijn nu de afzonderlijke langgestrekte poten verbonden met afzonderlijk de poten onderling verbindende, het tafelblad dragende buizen, terwijl het tafelblad losmaakbaar aan de buizen is bevestigd met behulp van snelsluitingen.According to the invention, the individual elongated legs are now connected to tubes mutually connecting the legs supporting the table top, while the table top is detachably fastened to the tubes by means of quick fasteners.

Door toepassing van de constructie volgens de uitvinding kan onder gebruikmaking van een aantal standaard onderdelen een grote variatie van kantoormeubelen worden opgebouwd. Daarbij is het tafelblad, bijvoorbeeld in geval van beschadiging, of indien het gewenst is om een tafelblad van andere kwaliteit of maat aan te brengen, gemakkelijk door een ander tafelblad te verwisselen, daar het tafelblad op eenvoudige en snelle wijze van de het tafelblad ondersteunende buizen te verwijderen resp. aan deze buizen te bevestigen is.By using the construction according to the invention, a large variety of office furniture can be built up using a number of standard parts. In addition, the table top, for example in case of damage, or if it is desired to apply a table top of different quality or size, can easily be exchanged by another table top, since the table top is easily and quickly removed from the tubes supporting the table top to remove or. can be attached to these pipes.

De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand van enige in bijgaande figuren schematisch weergegeven mogelijke uitvoeringsvormen van de constructie volgens de uitvinding.The invention will be explained in more detail below with reference to some possible embodiments of the construction according to the invention schematically shown in the accompanying figures.

Figuur 1 toont in perspectief een uitvoeringsvorm van een kantoormeubel volgens de uitvinding in de vorm van een tafel.Figure 1 shows in perspective an embodiment of an office furniture according to the invention in the form of a table.

Figuur 2 toont op grotere schaal een zijaanzicht op figuur 1.Figure 2 shows a side view of figure 1 on a larger scale.

Figuur 3 toont in perspectief een tweede uitvoeringsvorm van een kantoormeubel volgens de uitvinding in de vorm van een tafel.Figure 3 shows in perspective a second embodiment of an office furniture according to the invention in the form of a table.

Figuur 4 toont een zijaanzicht op het het tafelblad ondersteunende gestel van de in figuur 3 weergegeven tafel.Figure 4 shows a side view of the table top supporting frame of the table shown in Figure 3.

Figuur 5 toont een zijaanzicht op de in figuur 3 weergegeven tafel, waarbij de tafel met een verder tafelblad is uitgebreid.Figure 5 shows a side view of the table shown in Figure 3, the table being extended with a further table top.

Figuur 6 toont een met figuur 5 overeenkomend zijaanzicht waarbij de tafelbladen op verschillende niveau's zijn aangebracht.Figure 6 shows a side view corresponding to Figure 5, in which the table tops are arranged at different levels.

Figuren 7 en 8 tonen verdere mogelijke uitvoeringsvormen van een kantoormeubel volgens de uitvinding.Figures 7 and 8 show further possible embodiments of an office furniture according to the invention.

Figuur 9 toont een klemstuk v.oor het aan elkaar bevestigen van delen van een een tafelblad ondersteunend gestel.Figure 9 shows a clamping piece for fastening parts of a frame supporting a table top together.

Figuur 10 toont een uiteinde van een deel van een gestel uitmakend buisstuk waarin het klemstuk 'volgens figuur 9 kan worden ingeschoven.Figure 10 shows an end of a section of pipe forming part of a frame into which the clamping piece 'according to Figure 9 can be inserted.

Figuur 11 toont op grotere schaal een aanzicht op het uiteinde van het in figuur 10 getoonde buisstuk met het daarin aangebrachte in figuur 9 afgebeelde klemstuk.Figure 11 shows a larger-scale view of the end of the pipe piece shown in Figure 10 with the clamping piece shown therein shown in Figure 9.

Figuur 12 toont een klemmechanisme voor het aan een buis bevestigen van een zich haaks op deze buis uitstrekkende verdere buis.Figure 12 shows a clamping mechanism for attaching a further tube extending at right angles to this tube.

Figuur 13 toont in bovenaanzicht een deel van het in figuur 13 weergegeven klemmechanisme.Figure 13 is a plan view of part of the clamping mechanism shown in Figure 13.

Figuur 14 toont een aanzicht op figuur 13, gezien in de richting volgens pijl XIV in figuur 13.Figure 14 shows a view of Figure 13, viewed in the direction of arrow XIV in Figure 13.

Figuur 15 toont in perspectief een gestel voor een meubel, dat is samengebouwd onder gebruikmaken van het in figuur 13 afgebeelde klemmechani sme.Figure 15 is a perspective view of a furniture frame assembled using the clamping mechanism shown in Figure 13.

Figuur 16 toont een zijaanzicht op een deel van een poot van een meubel volgens de uitvinding.Figure 16 shows a side view of a part of a leg of a piece of furniture according to the invention.

Figuur 17 toont een bovenaanzicht op figuur 16.Figure 17 shows a top view of Figure 16.

Figuren 18 en 19 tonen bovenaanzichten op uitvoeringsvoorbeelden van poten voor gebruik bij een kantoormeubel volgens de uitvinding.Figures 18 and 19 show top views of exemplary embodiments of legs for use with an office furniture according to the invention.

Figuur 20 toont een bovenaanzicht op een deel van het gestel van het in figuur 17 weergegeven kantoormeubel.Figure 20 shows a top view of part of the frame of the office furniture shown in Figure 17.

Figuur 21 toont een zijaanzicht op figuur 20, gezien volgens de pijl XXI in figuur 20.Figure 21 shows a side view of Figure 20, seen according to the arrow XXI in Figure 20.

Figuur 22 toont een zijaanzicht op een deel van figuur 20, gezien in de richting volgens pijl XXII in figuur 20.Figure 22 shows a side view of part of Figure 20, viewed in the direction of arrow XXII in Figure 20.

Figuur 23 toont een met figuur 20 overeenkomend bovenaanzicht van een verdere uitvoeringsvorm.Figure 23 shows a top view corresponding with figure 20 of a further embodiment.

Figuur 24 toont een zijaanzicht op figuur 23.Figure 24 shows a side view of Figure 23.

Figuur 25 toont schematisch in onderaanzicht de bevestiging van tafelbladen aan een poot.Figure 25 is a schematic bottom view of the attachment of table tops to a leg.

Figuur 26 toont een zijaanzicht op een steun.Figure 26 shows a side view of a support.

Figuur 27 toont een bovenaanzicht op figuur 26.Figure 27 shows a top view of Figure 26.

Figuur 28 toont een zijaanzicht op een band voor het bevestigen van een blad aan een gestel.Figure 28 shows a side view of a strap for attaching a blade to a frame.

Figuur 29 toont een bovenaanzicht op figuur 28.Figure 29 shows a top view of Figure 28.

Figuur 30 toont de in figuren 28 en 29 afgebeelde band in gebruik.Figure 30 shows the tire shown in Figures 28 and 29 in use.

Figuren 31 en 32 tonen een onder een tafelblad opgehangen kabelgoot in twee verschillende standen.Figures 31 and 32 show a cable tray suspended under a table top in two different positions.

Figuren 33-35 tonen in perspectief kabel geleidingselementen.Figures 33-35 show cable guide elements in perspective.

Figuur 36 toont een aanzicht op een aan een grondplaat ge koppelde kabel geleidingselement volgens figuur 33.Figure 36 shows a view of a cable guide element according to Figure 33 coupled to a base plate.

Figuur 37 toont een bovenaanzicht op figuur 36.Figure 37 shows a top view of Figure 36.

Figuur 38 toont een deel van een tafelblad met scharnierend daaraan gekoppelde plank.Figure 38 shows part of a table top with shelf hingedly coupled thereto.

Figuur 39 toont een met figuur 38 overeenkomend aanzicht met gedeeltelijk opgeklapte plank.Figure 39 shows a view corresponding with figure 38 with partially folded-up shelf.

Figuur 40 toont een met figuur 38 overeenkomend aanzicht met geheel opgeklapte plank.Figure 40 shows a view corresponding to figure 38 with fully folded shelf.

Figuur 41 toont een uitvoeringsvorm van een uit twee delen bestaand aankoppel orgaan, gedeeltelijk in doorsnede en gedeeltelijk in aanzicht.Figure 41 shows an embodiment of a two-part docking member, partly in section and partly in elevation.

Figuur 42 toont het in figuur 41 afgebeelde aankoppelorgaan, waarin de beide delen ten opzichte van de in figuur 41 afgebeelde stand verdraaid ten opzichte van elkaar zijn afgebeeld.Figure 42 shows the coupling member shown in Figure 41, in which the two parts are shown rotated relative to each other relative to the position shown in Figure 41.

Figuur 43 toont een met figuur 19 overeenkomend aanzicht op een kolom met daaraan bevestigde delen van het in figuren 41 en 42 afgebeelde aankoppelorgaan.Figure 43 shows a view corresponding with Figure 19 of a column with attached parts of the coupling member shown in Figures 41 and 42.

Aan de hand van de figuren 1-8 zal eerst een meer algemene opbouw van verschillende mogelijke uitvoeringsvormen van een kantoormeubel volgens de uitvinding worden beschreven, terwijl daarna nader zal worden ingegaan op bepaalde constructieve details van de constructie van deze kantoormeubelen. Daarbij zijn in de verschillende figuren met elkaar overeenkomende delen met dezelfde verwijzingscijfers aangeduid, waarbij deze delen voor de verschillende figuren niet steeds opnieuw zullen worden beschreven.On the basis of Figures 1-8, a more general structure of various possible embodiments of an office furniture according to the invention will first be described, while further details will be given of certain constructional details of the construction of these office furniture. In the different figures corresponding parts are designated with the same reference numerals, these parts will not be described again and again for the different figures.

In figuur 1 is een kantoormeubel 1 in zijn eenvoudigste vorm als tafel weergegeven. De tafel is voorzien van een viertal poten 2, die ieder worden gevormd door een tweetal telescopisch ten opzichte van elkaar verschuifbare en in gewenste standen instelbare buizen 3 en 4.Figure 1 shows office furniture 1 in its simplest form as a table. The table is provided with four legs 2, each of which is formed by two tubes 3 and 4 telescopically displaceable relative to each other and adjustable in desired positions.

Aan de boveneinden van de poten 2 zijn hoekstukken 5 aangebracht, die zijn voorzien van een tweetal een stompe hoek met elkaar insluitende delen 6 en 7 (figuur 4), die met klempassing in de boveneinden van de buizen 3 resp. in de uiteinden van een horizontaal verlopende een tweetal poten 2 met elkaar verbindende verbindingsbuis 8 zijn gestoken.At the top ends of the legs 2, corner pieces 5 are provided, which are provided with two obtuse angle parts 6 and 7 (figure 4), which are clamped in the top ends of the tubes 3 and 6 respectively. two legs 2 connecting connecting tube 8 connecting each other are inserted in the ends of a horizontally extending one.

De tafel omvat een tweetal samenstellen, ieder opgebouwd uit een tweetal poten 2 en een de poten verbindende verbindingsbuis 8, terwijl deze beide samenstellen zijn verbonden met behulp van zich tussen de hoekstukken 5 van de samenstellen uitstrekkende, horizontaal en evenwijdig aan elkaar verlopende buizen 9, die op hieronder nog nader te omschrijven wijze aan de hoekstukken 5 zijn bevestigd.The table comprises two assemblies, each consisting of two legs 2 and a connecting tube 8 connecting the legs, these two assemblies being connected by means of tubes 9 extending horizontally and parallel to each other between the corner pieces 5 of the assemblies, which are attached to the corner pieces 5 in a manner to be described in more detail below.

Op de buizen 9 rust een tafelblad 10, dat op hieronder nog nader te beschrijven wijze met behulp van snelsluitingen aan de buizen 9 is vastgezet.A table top 10 rests on the tubes 9, which is fastened to the tubes 9 in the manner to be described further below with the aid of quick-release fasteners.

Bij het in de figuren 3 en 4 weergegeven uitvoeringsvoorbeeld zijn aan een lange zijde van de tafel de schuinstaande poten volgens het eerste uitvoeringsvoorbeeld vervangen door verticaal staande poten 11, die eveneens zijn opgebouwd uit een tweetal telescopisch ten opzichte van elkaar verschuifbare en instelbare delen 12 en 13. Voor de bevestiging van een verbindingsbuis 8 aan een poot 11 wordt gebruik gemaakt van een hoekstuk 14, dat op soortgelijke wijze als hierboven voor de hoekstukken 5 is beschreven, met de buis 8 is verbonden, terwijl dit hoekstuk verder een verticaal verlopend been 15 omvat met behulp waarvan het hoekstuk op een gewenste hoogte aan het hieronder nog nader te beschrijven deel 12 van de poot 11 kan worden bevestigd.In the exemplary embodiment shown in Figures 3 and 4, on a long side of the table, the angled legs according to the first exemplary embodiment have been replaced by vertically standing legs 11, which are likewise built up of two telescopic and adjustable parts 12 which can be moved relative to each other and 13. For the attachment of a connecting tube 8 to a leg 11, use is made of a corner piece 14, which is connected to the tube 8 in a similar manner as described above for the corner pieces 5, while this corner piece furthermore comprises a vertically extending leg 15. with the aid of which the angle piece can be attached at a desired height to the part 12 of the leg 11 to be further described below.

Verder is in het in figuur 3 weergegeven uitvoeringsvoorbeeld in het verlengde van het tafelblad een zich langs een langsrand van het tafelblad uitstrekkende plank 16 aangebracht, die op nog nader te beschrijven wijze ten opzichte van het tafelblad 10 omhoog te zwenken is.Furthermore, in the exemplary embodiment shown in Figure 3, a shelf 16 extending along a longitudinal edge of the table top is arranged in line with the table top and can be swung upwards relative to the table top 10 in a manner to be described in more detail yet.

Zoals in figuur 5 is weergegeven kunnen aan weerszijden van de kolom hoekstukken 14 worden aangebracht met met deze hoekstukken verbonden verbindingsbuizen 8 en aan de van de hoekstukken 14 afgekeerde einden van de verbindingsbuizen 8 aangebrachte poten 2, zodat het zo opgebouwde gestel een tweetal in eikaars verlengde gelegen tafelbladen 10 kan ondersteunen, en, indien gewenst, ook een tussen deze tafelbladen opgestelde plank 16, die met een van deze tafelbladen scharnierend is gekoppeld.As shown in figure 5, corner pieces 14 can be arranged on either side of the column with connecting tubes 8 connected to these corner pieces and legs 2 arranged on the ends of the connecting tubes 8 remote from the corner pieces 14, so that the frame thus built up elongated two in each other located table tops 10, and, if desired, also a shelf 16 arranged between these table tops, which is hingedly coupled to one of these table tops.

Zoals verder uit figuur 6 duidelijk zal zijn kunnen aan weerszijden van een poot 11 aangebrachte steunen 15 op verschillende hoogtes met de desbetreffende poot van de tafel worden verbonden, zodat de beide tafelbladen 10 op verschillende niveau's kunnen worden opgesteld.As will further be apparent from Figure 6, supports 15 arranged on either side of a leg 11 can be connected at different heights to the respective leg of the table, so that the two table tops 10 can be arranged at different levels.

Figuur 7 toont een uitvoeringsvorm van een kantoormeubel voorzien van een tweetal zich haaks op elkaar uitstrekkende tafelbladen 10. De vrije uiteinden van deze tafelbladen worden op soortgelijke wijze ondersteund als bij de uitvoeringsvorm in figuur 3.Figure 7 shows an embodiment of an office furniture provided with two table tops 10 extending at right angles to each other. The free ends of these table tops are supported in a similar manner as in the embodiment in Figure 3.

In het hoekpunt van het kantoormeubel worden de tafelbladen op hieronder nog nader te omschrijven wijze ondersteund door een kolom 17. De kolom 17 is opgebouwd uit een onderste de tafelbladen ondersteunend deel 18 en soortgelijke het onderste deel 18 verlengende delen 19 en 20, die naar wens kunnen worden aangebracht. Zoals schematisch in figuur 7 is aangeduid kunnen met behulp van aan deze verlengingsdelen 19 en/of 20 bevestigde steunen 21 verdere tafelbladen 22, boekenplanken of dergelijke worden aangebracht.In the corner point of the office furniture, the table tops are supported in a manner to be described in more detail below, by a column 17. The column 17 is built up from a lower part 18 supporting the table tops and similar parts 19 and 20 extending the lower part 18, which, if desired can be applied. As schematically indicated in figure 7, further table tops 22, book shelves or the like can be arranged with the aid of supports 21 attached to these extension parts 19 and / or 20.

Op soortgelijke wijze kunnen, zoals schematisch in figuur 7 aangeduid, de poten 11 worden verlengd met overeenkomend met de poten gevormde verlengstukken 23, waarbij tussen de verlengstukken 19, 20 en 23 bijvoorbeeld met behulp van geschikte steunen 21 boekenplanken of dergelijke kunnen worden aangebracht.Similarly, as indicated schematically in Figure 7, the legs 11 can be extended with extensions 23 corresponding to the legs, wherein bookshelves or the like can be arranged between the extensions 19, 20 and 23, for example with the aid of suitable supports.

Figuur 8 toont een met figuur 7 min of meer overeenkomende uitvoeringsvorm, waarbij in figuur 8 is aangeduid, dat de plaats van rechthoekige tafelbladen ook anders gevormde tafelbladen 24 kunnen worden benut.Figure 8 shows an embodiment more or less similar to Figure 7, in which it is indicated in Figure 8 that the location of rectangular table tops 24 can also be used for differently shaped table tops 24.

Figuur 9 toont een zijaanzicht op een klemstuk 25 met bèhulp waarvan een buis 9 aan een hoekstuk 5 of 14 kan worden bevestigd. Het klemstuk 25 wordt gevormd door een langgestrekt lichaam, dat aan twee diametraal tegenover elkaar liggende zijden wordt begrensd door vlakke kanten 26, die onderling verbonden zijn door gebogen begrenzingsvlakken 27 met een kromtestraal ten minste nagenoeg gelijk aan de helft van de inwendige diameter van de buis 9. Aan een uiteinde is het klemstuk 25 voorzien van een taps verlopend gedeelte 28, waarin een zich in de lengterichting van het klemstuk 25 uitstrekkend, van schroefdraad voorzien gat 29 is aangebracht. Dit konische uiteinde 28 kan worden ingestoken in een overeenkomstig gevormde uitsparing in het hoekstuk 5, waarop het klemstuk 25 met een in het van schroefdraad voorziene gat 29 te schroeven bout aan dit hoekstuk kan worden vastgeklemd, zodanig dat het klemstuk over het grootste gedeelte van zijn lengte buiten het hoekstuk 5 uitsteekt.Figure 9 shows a side view of a clamping piece 25 with the aid of which a tube 9 can be attached to a corner piece 5 or 14. The clamping piece 25 is formed by an elongated body bounded on two diametrically opposed sides by planar sides 26 interconnected by curved bounding surfaces 27 having a radius of curvature substantially equal to half the internal diameter of the tube 9. At one end, the clamping piece 25 is provided with a tapered portion 28 in which a threaded hole 29 extending in the longitudinal direction of the clamping piece 25 is provided. This conical end 28 can be inserted into a correspondingly shaped recess in the corner piece 5, on which the clamping piece 25 can be clamped to this corner piece with a bolt to be screwed into the threaded hole 29, such that the clamping piece over most of its length protrudes beyond the corner piece 5.

Het van schroefdraad voorziene gat 29 mondt uit in een zich in de lengterichting van het klemstuk 25 uitstrekkende boring 30 van grotere diameter. Verder is in het klemstuk een zich in de lengterichting van het klemstuk uitstrekkende sleuf 31 gevormd, die excentrisch ten opzichte van de hartlijn van het klemstuk is opgesteld, zodanig, dat een zich in de lengterichting van het klemstuk uitstrekkende vleugel 32 is gevormd, die slechts met een ten opzichte van het overige gedeelte van de vleugel 32 verdund uitgevoerd verbindingsgedeelte 33 met het resterende deel van het klemstuk is verbonden.The threaded hole 29 debouches into a bore 30 extending in the longitudinal direction of the clamping piece 25 of larger diameter. Furthermore, a clamp 31 extending in the longitudinal direction of the clamping piece is formed, which is arranged eccentrically with respect to the center line of the clamping piece, such that a wing 32 extending in the longitudinal direction of the clamping piece is formed is connected to the remaining part of the clamping piece by means of a connecting portion 33, which is thinned relative to the remaining part of the wing 32, and is connected to the remaining part of the clamping piece.

Diametraal tegenover de vleugel 32 zijn in het klemstuk een drietal van schroefdraad voorziene boringen 34 aangebracht.Three threaded bores 34 are arranged diametrically opposite the wing 32 in the clamping piece.

Zoals verder is weergegeven in figuur 10 zijn in de uiteinden van de aan de hoekstukken vast te zetten buizen 9 zich in de lengterichting van de desbetreffende buizen uitstrekkende sleufgaten 35 aangebracht.As further shown in Figure 10, slotted holes 35 extending in the longitudinal direction of the respective tubes are provided in the ends of the tubes 9 to be secured to the corner pieces.

Het in figuur 9 afgebeelde klemstuk kan nu in een buis worden geschoven zodanig, dat een tweetal van schroefdraad voorziene gaten 34 ter hoogte van het sleufgat 35 komen te liggen. Daarop kunnen door het sleufgat bouten 36 worden gestoken en in de van schroefdraad voorziene gaten 34 worden geschroefd, zodanig, dat de uiteinden van deze bouten aan komen te liggen tegen het naar de boutgaten 34 toegekeerde begrenzingsvlak van de vleugel 32.The clamping piece shown in Figure 9 can now be slid into a tube such that two threaded holes 34 come to lie at the height of the slotted hole 35. Bolts 36 can then be inserted through the slotted hole and screwed into the threaded holes 34, such that the ends of these bolts lie against the boundary surface of the wing 32 facing the bolt holes 34.

Door stevig aandraaien van de bouten 36 zal het klemstuk 25, zoals aangeduid in figuur 11, ten minste langs een viertal zich in de lengterichting van de buis 9 uitstrekkende contactlijnen tegen de binnenwand van de buis 9 worden geklemd.By tightening the bolts 36, the clamping piece 25, as indicated in figure 11, will be clamped against the inner wall of the tube 9 at least along four contact lines extending in the longitudinal direction of the tube 9.

De lengte van het sleufgat 35 is zodanig, dat juist een tweetal naast elkaar gelegen van schroefdraad voorziene gaten 34 via het sleufgat 35 toegankelijk zijn voor het inschroeven van de bouten 36. Het zal duide- lijk zijn, dat door het aanbrengen van een drietal op gelijke onderlinge afstand van elkaar gelegen van schroefdraad voorziene gaten 34 door verschuiven van het klemstuk in de lengterichting van de desbetreffende buis 9 het klemstuk in een tweetal verschillende standen ten opzichte van het buisstuk 9 kan worden vastgezet zodat zo op eenvoudige wijze een instelling van de afstand tussen de met behulp van de buis 9 met elkaar te verbinden poten te bewerkstelligen is.The length of the slotted hole 35 is such that just two juxtaposed threaded holes 34 are accessible through the slotted hole 35 for screwing in the bolts 36. It will be apparent that by mounting three Equally spaced threaded holes 34 by sliding the clamping piece in the longitudinal direction of the respective pipe 9, the clamping piece can be fixed in two different positions relative to the pipe piece 9, so that the distance can easily be adjusted can be achieved between the legs to be joined together by means of the tube 9.

Figuren 12-14 tonen een klemmechanisme 37, met behulp waarvan een tweetal haaks op elkaar staande buizen 9 (figuur 15) met elkaar kunnen worden verbonden. Het klemmechanisme omvat een uit twee in eikaars verlengde liggende delen 38 en 39 opgebouwde schacht. Het een grotere diameter bezittende gedeelte 39 is voorzien van uitwendige schroefdraad. Op een uiteinde van de schacht 38, 39 sluit een een geheel met deze schacht vormende en vanaf het uiteinde van de schacht uitstekende schaal 40 aan. Zoals in het bijzonder duidelijk zal zijn uit de figuur 12 heeft deze uitstekende schaal 40 een gekromd verloop om een de hartlijn van de schacht loodrecht snijdende of kruizende hartlijn.Figures 12-14 show a clamping mechanism 37, by means of which two tubes 9 perpendicular to each other (figure 15) can be connected to each other. The clamping mechanism comprises a shaft constructed from two mutually elongated parts 38 and 39. The larger diameter portion 39 is provided with external threads. A shell 40, which is integral with this shaft and protruding from the end of the shaft, connects to one end of the shaft 38, 39. As will be particularly apparent from Figure 12, this projecting shell 40 has a curved course about a centerline intersecting or intersecting the axis of the shaft.

Verder is in de schacht een zich in de lengterichting van de schacht uitstrekkende sleuf 41 gevormd, waarin een klemspie 42 verschuifbaar is opgenomen. De klemspie 42 is voorzien van een uitstekende neus 43, die is gelegen in een groef 44, die is aangebracht in een op het van schroefdraad voorziene gedeelte 39 van de schacht geschroefde klemmoer 45. Verder loopt het vrije uiteinde van de klemspie 42 enigszins taps toe doordat het naar de schaal 40 toegekeerde begrenzingsvlak van dit uiteinde van de spie 42 zich in de richting van het vrije uiteinde van de spie in een van de schaal 40 afgekeerde richting uitstrekt.Furthermore, a slot 41 extending in the longitudinal direction of the shaft is formed in the shaft, in which a clamping key 42 is slidably received. Clamping key 42 is provided with a protruding nose 43, which is located in a groove 44, which is arranged in a clamping nut 45 screwed onto the threaded part 39 of the shaft. Furthermore, the free end of clamping key 42 tapers slightly in that the boundary surface of this end of the key 42 facing the shell 40 extends in the direction of the free end of the key in a direction away from the shell 40.

Verder zijn in het schachtgedeelte 38 enige een hoek met elkaar insluitende van schroefdraad voorziene boringen 46 aangebracht.Further, in the shaft portion 38, some angled threaded bores 46 are provided.

Een van de met elkaar te verbinden buizen 9 kan nu over het schachtgedeelte 38 worden geschoven tot het vrije uiteinde van de desbetreffende buis aan komt te liggen tegen de borst gevormd bij de overgang tussen de schachtgedeelten 38 en 39. De desbetreffende buis kan dan aan het schachtgedeelte 38 worden vastgezet met behulp van bouten, die door daartoe in het desbetreffende buis aangebrachte gaten worden gestoken en in de van schroefdraad voorziene gaten 46 worden geschroefd.One of the tubes 9 to be joined together can now be slid over the shaft portion 38 until the free end of the relevant tube comes to rest against the breast formed at the transition between the shaft portions 38 and 39. The relevant tube can then be attached to the shaft portion 38 are secured by bolts which are inserted through holes provided in the respective tube and screwed into the threaded holes 46.

De schaal 40 kan bovenop de andere van de beide met elkaar te verbinden buizen 9 worden gelegd, waarna door het verdraaien van de moer 45 het taps toelopende uiteinde van de klemspie 42 onder de desbetreffende buis kan worden geschoven en zo een vastklemmen van de desbetreffende buis tussen de schaal 40 en het uiteinde van de klemspie 42 kan worden bewerkstelligd.The shell 40 can be placed on top of the other of the two tubes 9 to be connected to each other, after which the tapered end of the clamping key 42 can be slid under the relevant tube by rotating the nut 45 and thus a clamping of the relevant tube between the shell 40 and the end of the clamp key 42 can be effected.

In figuren 4 en 16 is een aanzicht afgebeeld op het strukturele deel van het deel 12 van een poot 11 onder weglating van de dit strukturele deel afdekkende, in figuur 3 weergegeven afdekplaten 47. Zoals uit figuren 16-18 duidelijk zal zijn is dit strukturele deel van het pootdeel 12 opgebouwd uit een tweetal gelijke, uit plaatmateriaal gevouwen gedeelten 48 en 49. Daarbij is ieder gedeelte voorzien van een lijf 50 op een uiteinde waarvan een zich loodrecht op het lijf uitstrekkende flens 51 aansluit. Het vrije einde van de flens is omgebogen voor het vormen van een rand 52. Op de van de flens 51 afgekeerde langsrand van het lijf 50 sluit een over een hoek van 45° ten opzichte van dit lijf 50 afgebogen flens 53 aan, die aan zijn van het lijf 50 afgekeerde langsrand overgaat in een verdere een hoek van 90° met de flens 53 insluitende flens 54.Figures 4 and 16 show a view of the structural part of the part 12 of a leg 11, leaving out the cover plates 47 shown in this figure, which cover this structural part. As will be clear from figures 16-18, this structural part of the leg part 12 built up of two equal parts 48 and 49 folded from sheet material. Each part is provided with a body 50 on one end of which a flange 51 extending perpendicular to the body connects. The free end of the flange is bent to form an edge 52. On the longitudinal edge of the body 50 facing away from the flange 51, a flange 53 bent at an angle of 45 ° relative to this body 50 connects to its longitudinal edge away from the body 50 transitions into a further flange 54 enclosing an angle of 90 ° with the flange 53.

Zoals uit figuren 17 en 18 duidelijk zal zijn zijn daarbij de beide gedeelten 48 en 49 met elkaar verbonden door de omgebogen randen 52 van de flenzen, bijvoorbeeld met behulp van puntlassen, te bevestigen aan de lijven 50, zodanig, dat delen van de lijven 50 en de flenzen 51 een holle koker vormen. Zoals verder uit figuur 16 duidelijk zal zijn zijn in de lijven 50 boven elkaar gelegen gaten 55 aangebracht, terwijl in de flenzen 53 en 54 boven elkaar gelegen gaten 56 zijn aangebracht.As will be apparent from Figures 17 and 18, the two parts 48 and 49 are connected to each other by attaching the bent edges 52 of the flanges, for example with the aid of spot welding, to the webs 50, such that parts of the webs 50 and the flanges 51 form a hollow tube. As will be further apparent from Figure 16, holes 55 are provided in superposed holes 55, while superposed holes 56 are provided in flanges 53 and 54.

In het kokervormige deel van het pootgedeelte 12 wordt een aan een voetplaat 57 van de poot 11 (figuur 4) bevestigde staander 58 van het pootdeel 13 verschuifbaar opgenomen. Daarbij kan deze staander 58 in een gewenste stand ten opzichte van het pootdeel 12 worden vastgezet met behulp van door de gaten 55 te steken pennen of bouten of dergelijke.In the tubular part of the leg portion 12, an upright 58 of the leg portion 13 attached to a foot plate 57 of the leg 11 (figure 4) is slidably received. In addition, this upright 58 can be fixed in a desired position relative to the leg part 12 by means of pins or bolts or the like to be inserted through the holes 55.

De staander 58 is verder af gedekt met behulp van aan de voetplaat 57 bevestigde dekplaten 59, die, in figuren 17 en 18 in bovenaanzicht gezien, vallen binnen de ruimtes begrensd door de flenzen 51, 53 en 54.The upright 58 is further covered by means of cover plates 59 attached to the base plate 57, which, viewed in plan view in Figures 17 and 18, fall within the spaces bounded by the flanges 51, 53 and 54.

De dekplaten 47 kunnen onder gebruikmaking van over de flenzen 53 en 54 geschoven veerkrachtige bevestigingsbeugels 60 met het pootdeel 12 worden gekoppeld, zoals weergegeven in figuur 18.The cover plates 47 can be coupled to the leg portion 12 using resilient mounting brackets 60 slid over the flanges 53 and 54, as shown in Figure 18.

Een verlengstuk 23 (figuur 7) heeft dezelfde opbouw als een pootdeel 12 en daarbij wordt het pootdeel 12 met een verlengstuk 23 resp. de verlengstukken 23 onderling met elkaar verbonden door een koppelstuk, dat past in de door de delen 50 en 51 gevormde kokers en dat aan deze kokers kan worden vastgezet met behulp van door de gaten 55 te voeren bouten.An extension piece 23 (figure 7) has the same structure as a leg part 12, and the leg part 12 is thereby extended with an extension piece 23 and 10 respectively. the extensions 23 are mutually connected by a coupling piece which fits into the tubes formed by the parts 50 and 51 and which can be secured to these tubes by means of bolts to be passed through the holes 55.

Het onderste deel 18 van de in figuur 7 weergegeven kolom 17 is op soortgelijke wijze als de poot 11 opgebouwd uit een tweetal telescopisch van elkaar verschuifbare delen, waarbij de opbouw van het zich op de grond afsteunende deel 61 in principe overeenkomt met de opbouw van het zich op de grond afsteunende pootdeel 13 van de poot 11.The lower part 18 of the column 17 shown in figure 7 is built up in a similar manner as the leg 11 of two telescopically displaceable parts, the construction of the part 61 which rests on the ground basically corresponds to the construction of the leg part 13 of the leg 11 which rests on the ground.

Het strukturele deel van het onderste deel 18 van de kolom 17 waaraan de tafelbladen en dergelijke worden bevestigd is nader weergegeven in figuur 19.The structural part of the lower part 18 of the column 17 to which the table tops and the like are attached is shown in more detail in Figure 19.

Zoals in figuur 19 is weergegeven omvat dit strukturele deel een tweetal zich evenwijdig aan elkaar uitstrekkende plaatvormige delen 61 en 62, die onderling zijn verbonden door tussen deze plaatvormige delen opgestelde U-vormige profielen 63 en 64. Zoals uit figuur 19 duidelijk zal zijn vormen delen van de plaatvormige delen 61 en 62 en de profielen 63 en 64 een kokervormig orgaan, waarin het strukturele deel van het zich op de grond afsteunende deel 61 van het gedeelte 18 van de kolom 17 verschuifbaar en instelbaar kan worden opgenomen.As shown in figure 19, this structural part comprises two plate-shaped parts 61 and 62 extending parallel to each other, which are mutually connected by U-shaped profiles 63 and 64 arranged between these plate-shaped parts. As will be clear from figure 19 of the plate-shaped parts 61 and 62 and the profiles 63 and 64 a tubular member, in which the structural part of the ground-supporting part 61 of the part 18 of the column 17 can be slidably and adjustably received.

Op de langsranden van de plaatvormige delen 61 en 62 sluiten een geheel met deze plaatvormige delen vormende flenzen 65 aan, die zich vanaf hun aansluitranden op de desbetreffende plaatvormige delen onder een hoek van 45° in een naar elkaar toegekeerde richting uitstrekken. De flenzen zijn weer voorzien van gaten voor het daaraan bevestigen van verdere onderdelen, zoals hieronder nader zal worden uiteengezet. Tevens zijn ook hier op soortgelijke wijze als hieronder uiteengezet aan de hand van figuren 16-18 afdekplaten 47 aangebracht.Flanges 65, which form a whole with these plate-shaped parts and which extend from their connecting edges to the respective plate-shaped parts at an angle of 45 ° in an opposite direction, adjoin the longitudinal edges of the plate-shaped parts 61 and 62. The flanges are again provided with holes for attaching further parts thereto, as will be further explained below. Also here, in a similar manner as explained below, cover plates 47 are provided with reference to Figures 16-18.

Figuren 20-22 tonen een gesteldeel, dat aan de kolom 17 is bevestigd voor het ondersteunen van de tafelbladen.Figures 20-22 show a frame member attached to the column 17 for supporting the table tops.

Het gesteldeel omvat een horizontaal verlopende balk 66, die met behulp van een zich loodrecht op de balk 66 uitstrekkend verbindingsstuk 67 is verbonden met een zich evenwijdig aan, en in bovenaanzicht (figuur 20) gezien in het verlengde van de balk 66 liggende balk 68. Verder sluit op de onderzijde van de balk 66 een uiteinde aan van een zich vanaf de balk 66 schuin naar beneden toe uitstrekkende schoorbalk 69.The frame part comprises a horizontally extending beam 66, which is connected by means of a connecting piece 67 extending perpendicularly to the beam 66 to a beam 68 lying parallel to and in top view (figure 20) in line with the beam 66. Furthermore, an end of a strut 69 extending obliquely downwards from the beam 66 connects to the underside of the beam 66.

Aan de uiteinden van de balken 68 en 69 zijn in een vlak met elkaar gelegen, zich loodrecht op de lengterichting van de balk 68 uitstrekkende verbindingsplaten 70 bevestigd met behulp van verbindingsruggen 71.At the ends of the beams 68 and 69, connecting plates 70 are disposed in a plane with each other, extending perpendicular to the longitudinal direction of the beam 68 by means of connecting ridges 71.

Verder is aan het van de balk 66 afgekeerde einde van de balk 69 een zich vanaf de balk 69 omhoog uitstrekkende stang 70' bevestigd, die zich tot boven de balk 68 uitstrekt en ook aan deze balk 68 is vastgezet. Aan het vrije uiteinde van de balk 66 zijn de uiteinden van in een vlak met de balk 66 gelegen balken 72 bevestigd, die een hoek van ongeveer 45° met de balk 66 insluiten. Aan de vrije uiteinden van de balken 72 zijn zich loodrecht op deze balken 72 uitstrekkende balken 73 bevestigd. Nabij de van de balken 72 afgekeerde einden van de balken 73 zijn de balken 73 met de balk 66 verbindende verbindingsbalken 74 aangebracht.Furthermore, on the end of the beam 69 remote from the beam 66 is attached a rod 70 'extending upward from the beam 69, which extends above the beam 68 and is also secured to this beam 68. Attached to the free end of the beam 66 are the ends of beams 72 located flush with the beam 66, which enclose an angle of approximately 45 ° with the beam 66. At the free ends of the beams 72 beams 73 extending perpendicular to these beams 72 are mounted. Near the ends of the beams 73 remote from the beams 72, the beams 73 connecting the beams 74 connecting the beam 66 are provided.

Aan de balken 72 zijn verder koppelstukken 75 aangebracht voor het daaraan bevestigen van onder de tafelbladen verlopende balken 9.Coupling pieces 75 are further arranged on the beams 72 for attaching beams 9 running under the table tops.

Langs de stang 70' is een slechts in figuur 20 afgebeelde ver-bindingsbeugel 77 in hoogterichting verschuifbaar en op iedere gewenste plaats met behulp van niet gedetailleerd weergegeven middelen aan de stang 70' vast te klemmen, dit naar keuze zowel op het gedeelte gelegen tussen de balken 69 en 68 als op het boven de balk 68 uitstekende gedeelte van de stang 70'.Along the rod 70 ', a connecting bracket 77 shown only in Figure 20 is slidable in height direction and can be clamped to the rod 70' at any desired location by means not shown in detail, optionally both on the part located between the beams 69 and 68 as on the portion of rod 70 'projecting above beam 68.

Zoals uit figuur 20 duidelijk zal zijn heeft de verbindings-beugel een tweetal aan weerszijden van de stang 70' gelegen gekromde armen 78. Aan de uiteinden van deze armen zijn profiel stukken 79 bevestigd.As will be apparent from Figure 20, the connecting bracket has two curved arms 78 located on either side of the rod 70 '. Profile pieces 79 are attached to the ends of these arms.

Het in de figuren 20-22 weergegeven gesteldeel kan nu aan de kolom 17 worden bevestigd, door de verbindingsflenzen 70 met behulp van bouten of dergelijke vast te zetten aan een van flenzen 65 (figuur 19). Daarnaast kunnen de verbindingsprofielen 79 worden vastgezet aan de flenzen 65, die aan weerszijden van de flens 65 waaraan de platen 77 zijn vastgezet, zijn gelegen. Met behulp van de zo via de profielen 79 aan de desbetreffende flenzen 65 en aan de staaf 70' vastgeklemde verbindingsbeugel 77 wordt een verdraaien van het in de figuren 20-22 weergegeven gesteldeel ten opzichte van de kolom 1 om een zich in de lengterichting van de kolom uitstrekkende as tegengegaan.The frame portion shown in Figures 20-22 can now be attached to the column 17 by securing the connecting flanges 70 to one of flanges 65 using bolts or the like (Figure 19). In addition, the connecting profiles 79 can be secured to the flanges 65, which are located on either side of the flange 65 to which the plates 77 are secured. By means of the connecting bracket 77 thus clamped to the respective flanges 65 and to the rod 70 'via the profiles 79, a rotation of the frame part shown in Figures 20-22 relative to the column 1 is to be made in a longitudinal direction of the column extending axis countered.

De vorm van het aan de kolom 17 te bevestigen gesteldeel kan worden aangepast aan de vorm van de te ondersteunen bladen en/of aan de hoek, welke op de kolom aansluitende bladen met elkaar insluiten. Zo tonen figuren 23 en 24 een uitvoeringsvorm van een dergelijk gesteldeel, waarbij op het vrije uiteinde van de gestelbalk 66 een tweetal korte gestel bal ken 80 aansluit, die zich onder een stompe hoek ten opzichte van de gestelbalk 66 in een van de gestelbalk 68 afgekeerde richting uitstrekken. Op de vrije uiteinden van de gestelbalken 80 zijn zich loodrecht op deze gestelbalken 80 uitstrekkende gestelbalken 81 aangesloten, die met behulp van ver-bindingsbalken 82 eveneens met de gestelbalk 66 zijn verbonden. Op de van de balken 80 afgekeerde uiteinden van de balken 81 sluiten zich evenwijdig aan de balken 80 uitstrekkende balkdelen 83 aan.The shape of the frame part to be attached to the column 17 can be adapted to the shape of the blades to be supported and / or to the angle which blades connecting to the column enclose with each other. For example, figures 23 and 24 show an embodiment of such a frame part, wherein two short frame beams 80 connect to the free end of the frame beam 66, and which extend at an obtuse angle with respect to the frame beam 66 in one of the frame beam 68 extend direction. At the free ends of the frame beams 80 are connected frame beams 81 extending perpendicularly to these frame beams 80, which are also connected to the frame beam 66 by means of connecting beams 82. Beam sections 83 extending parallel to the beams 80 adjoin the ends of the beams 81 remote from the beams 80.

Het zal duidelijk zijn, dat zo meerdere variaties denkbaar zijn, waarbij echter de verbinding van de gesteldelen met behulp van de onderdelen 70 en 77 aan de kolom 17 steeds gelijk zal zijn.It will be clear that several variations are conceivable in this way, but the connection of the frame parts with the aid of parts 70 and 77 to column 17 will always be the same.

Zoals weergegeven in de figuur 25 kunnen tafelbladen 22 ook met behulp van nader in figuren 26 en 27 weergegeven hoeksteunen 84 aan de kolom 17 worden bevestigd. De uit plaatmateriaal vervaardigde hoeksteunen 84 omvatten een tweetal loodrecht op elkaar staande benen 85 en 86. Het horizontale been 86 is voorzien van een ten opzichte van dit been omgebogen flens 87, waarop een tafelblad komt te rusten. Het andere verticaal staande been 85 is langs zijn verticaal verlopende langsrand voorzien van een omgebogen flens 87, welke een hoek van ongeveer 45° met het been insluit, zoals afgebeeld in figuur 27. De hoeksteun 84 kan nu met behulp van dit been 87 met de kolom 17 worden verbonden, door deze flens met behulp van bouten of dergelijke vast te zetten aan een van de flenzen 65, zoals nader is weergegeven in figuur 19. Het zal duidelijk zijn, dat gezien het grote aantal boven elkaar gelegen in de flenzen 65 aangebrachte gaten zo op iedere gewenste hoogte steunen 84 kunnen worden bevestigd aan de kolom 17 voor het ondersteunen van bijvoorbeeld tafelbladen, boekenplanken of dergelijke voorwerpen. Zoals daarbij verder uit figuur 19 duidelijk zal zijn zijn de bouten 89 of dergelijke bevestigingsorganen, met behulp waarvan de steunen 84 aan de kolom 17 worden bevestigd afgedekt door de dekplaten 47.As shown in Figure 25, table tops 22 can also be attached to column 17 by means of corner supports 84 shown in more detail in Figures 26 and 27. The corner supports 84 made of sheet material comprise two legs 85 and 86 perpendicular to each other. The horizontal leg 86 is provided with a flange 87 bent over this leg, on which a table top is to rest. The other vertically standing leg 85 is provided along its vertically extending longitudinal edge with a bent flange 87, which encloses an angle of approximately 45 ° with the leg, as shown in figure 27. The angle support 84 can now with the aid of this leg 87 with the column 17, by securing this flange with bolts or the like to one of the flanges 65, as shown in more detail in figure 19. It will be clear that, given the large number of flanges 65 arranged one above the other, holes so supporting at any desired height 84 can be attached to the column 17 to support, for example, table tops, book shelves or the like. As will further be apparent from Figure 19, the bolts 89 or the like fastening members, by means of which the supports 84 are fastened to the column 17, are covered by the cover plates 47.

In figuren 28 en 29 is een band 90 weergegeven voor het bevestigen van een tafelblad 10 aan een gestelbuis 9. De band 90 is aan een uiteinde een weinig breder uitgevoerd dan het resterende deel van de band 90 en aan dit verbrede einde is een zich loodrecht op de lengterichting van de band 90 uitstrekkende pen 92 aangebracht, die met zijn beide uiteinden buiten het verbrede einde van de band 90 uitsteekt. Op het andere uiteinde van de band 90 sluit via een zich loodrecht op de band uitstrekkend ver-bindingsgedeelte 93 een een gekromd verloop bezittend grendeldeel 94 aan, dat aan zijn buitenzijde is voorzien van een vertanding 95. Op het vrije uiteinde van het grendeldeel 94 sluit een een handgreep vormend deel 96 aan.Figures 28 and 29 show a strap 90 for attaching a table top 10 to a frame tube 9. The strap 90 is slightly wider at one end than the remainder of the strap 90 and at this widened end is a perpendicular pin 92 extending on the longitudinal direction of the belt 90, which extends with both ends beyond the widened end of the belt 90. Connected to the other end of the belt 90 via a connecting part 93 extending perpendicularly to the belt is a curved gradient locking part 94, which is provided on its outer side with a toothing 95. On the free end of the locking part 94 a part 96 forming a handle.

Zoals nader weergegeven in figuur 30 zijn op gewenste plaatsen aan de onderzijde van een tafelblad 10 koppelstukken 97 bevestigd waarvan de onderzijde een aan het profiel van de buis 9 aangepast verloop heeft, zodat de buis 9 nauw aansluitend tegen de onderzijde van het verbindings-blok 97 kan worden gelegd, zoals afgebeeld in figuur 30.As shown in more detail in figure 30, coupling pieces 97 are mounted at desired locations on the underside of a table top 10, the underside of which has a course adapted to the profile of the pipe 9, so that the pipe 9 fits closely against the underside of the connecting block 97 can be laid as shown in figure 30.

Zoals verder blijkt uit figuur 30 is het verbindingsblok aan een zijkant voorzien van een uitsparing, waarin de pen 92 kan worden gehaakt. Aan zijn andere zijde is het verbindingsblok voorzien van een opening, waarin op de in figuur 30 weergegeven wijze het verbindingsdeel 93 en het daarop aansluitende grendeldeel 94 kan worden geduwd door het uitoefenen van een duwkracht op het deel 96. Daarbij zal de vertanding 95 samenwerken met een vertanding, die is aangebracht in de in het verbindingsblok 97 aangebrachte opening waarin het grendeldeel 94 wordt ingestoken nadat de uit flexibel materiaal bestaande band 90 op de in figuur 30 weergegeven wijze om de buis 9 is geslagen.As further shown in Figure 30, the connecting block is provided on one side with a recess in which the pin 92 can be hooked. On its other side, the connecting block is provided with an opening into which the connecting part 93 and the connecting part 94 thereto can be pushed in the manner shown in figure 30 by exerting a pushing force on the part 96. The toothing 95 will cooperate with a toothing provided in the opening provided in the connecting block 97 into which the latch member 94 is inserted after the flexible material belt 90 has been wrapped around the tube 9 in the manner shown in FIG. 30.

Het zal duidelijk zijn, dat het grendeldeel 94 van de band weer snel van het verbindingsblok 97 kan worden losgekoppeld door, gezien in figuur 30, het grendeldeel 94 enigszins tegen de veerkracht van het materiaal waaruit de band 90 is vervaardigd naar beneden te drukken, zodat de vertanding 95 vrij komt van de in het verbindingsblok 97 aangebrachte vertanding. Zo vormt de band 90 met de daarbij behorende onderdelen een soort snel sluiting, met behulp waarvan een tafelblad 10 snel aan gestel-buizen 9 vast te zetten is resp. daarvan los te koppelen is.It will be appreciated that the latch portion 94 of the strap can again be quickly disengaged from the connecting block 97 by, seen in Figure 30, pressing the latch portion 94 down slightly against the spring force of the material from which the strap 90 is made, so that the toothing 95 is released from the toothing arranged in the connecting block 97. Thus, the belt 90 with the associated parts forms a kind of quick-closing, with the aid of which a table top 10 can be fastened to frame tubes 9, respectively. can be disconnected from it.

Figuren 31 en 32 tonen in doorsnede een kabelgoot 100, die met behulp van enige, in de lengterichting van de kabelgoot op afstand van elkaar gelegen haken 101, kan worden opgehangen aan een horizontaal verlopende, deel van het gestel van het meubel uitmakende gestel buis 102. Zoals uit de figuren 31 en 32 blijkt omvat de haak een zich onder de kabel boot 100 uitstrekkend been 103 en een zich loodrecht daarop aan sluitend langs een zijkant van de kabelgoot uitstrekkend been 104. Aan zijn boveneinde gaat het been 104 via een gekromd gedeelte 105 over in een arm 106, welke aan zijn vrije uiteinde is voorzien van een ten opzichte van de arm teruggebogen tong 107.Figures 31 and 32 show in cross section a cable tray 100, which can be suspended by means of some hooks 101 spaced apart in the longitudinal direction of the cable tray from a horizontally extending part of the frame of the piece of furniture forming tube 102. As shown in Figures 31 and 32, the hook includes a leg 103 extending below the cable boat 100 and a leg 104 extending perpendicular thereto along a side of the cable tray. At its upper end, the leg 104 passes through a curved portion 105 into an arm 106, which at its free end is provided with a tongue 107 bent back relative to the arm.

Het bovenste begrenzingsvlak 108 van het op het gebogen gedeelte 105 aansluitende deel van de arm 106 sluit een stompe hoek in met het bovenste begrenzingsvlak 109 van het gedeelte van de arm 106 waarop de tong 107 aansluit.The upper boundary surface 108 of the portion of the arm 106 connecting to the curved portion 105 encloses an obtuse angle with the upper boundary face 109 of the portion of the arm 106 to which the tongue 107 connects.

Ter hoogte van de overgang tussen het gebogen gedeelte 105 en de arm 106 is aan de van het begrenzingsvlak 108 afgekeerde zijde van de arm 106 een uitstekende nok 110 aangebracht.At the level of the transition between the curved portion 105 and the arm 106, a protruding cam 110 is arranged on the side of the arm 106 remote from the boundary surface 108.

In de in figuur 31 weergegeven stand ligt het gekromde gedeelte 105 aan tegen de overeenkomstig geprofileerde gestelbalk 102 en ligt de nok 110 tegen de gestelbalk 102 aan de van de goot 100 afgekeerde zijde van de gestelbalk. De arm 106 rust nabij de overgang tussen de begrenzingsvlakken 108 en 109 tegen de onderzijde van het tafelblad 10. De kabelgoot 100 ligt daarbij dicht onder het tafelblad 10 resp. de plank 16.In the position shown in Figure 31, the curved portion 105 abuts the correspondingly profiled frame beam 102 and the cam 110 abuts the frame beam 102 on the side of the frame beam remote from the gutter 100. The arm 106 rests near the transition between the boundary surfaces 108 and 109 against the underside of the table top 10. The cable channel 100 is close to the table top 10 and 10 respectively. the shelf 16.

Vanuit de in figuur 31 weergegeven stand kunnen onder het uitoefenen van een geschikte kracht op de haken 101 deze haken gezien in de figuur 31 naar links worden bewogen, waarbij de nok 110 over de gestelbalk 102 heen beweegt en de haken gezien in de figuren 31 en 32 tegen de wijzers van de klok in ten opzichte van de gestelbalk 102 verdraaien. Een van de gestelbalk 102 afschuiven van de de goot 100 ondersteunende haken wordt voorkomen, doordat de tongen 107 tegen de gestelbalk 102 aan komen te liggen. Door het zo ten opzichte van het tafelblad 10 resp. de plank 16 naar beneden kantelen van de goot worden de in de goot 100 liggende kabels goed toegankelijk voor het uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden of dergelijke.From the position shown in Figure 31, applying a suitable force to the hooks 101, these hooks seen in Figure 31 can be moved to the left, with the cam 110 moving over the frame beam 102 and the hooks seen in Figures 31 and 32 counterclockwise with respect to the frame beam 102. Slipping of the hooks supporting the gutter 100 from the frame beam 102 is prevented by the fact that the tongues 107 come to rest against the frame beam 102. By being so relative to the table top 10 resp. tilting the shelf 16 downwards from the gutter, the cables lying in the gutter 100 become readily accessible for carrying out maintenance work or the like.

Indien men de haken 101 geheel van de gestelbalk 102 wenst los te maken kunnen de tongen 107 in de richting van de armen 106 worden ingedrukt waarna de armen 106 met de daaraan bevestigde tongen 107 over de gestelbalk 102 bewogen kunnen worden. Het zal duidelijk zijn, dat zo de haken op soortgelijke wijze weer kunnen worden aangebracht.If one wishes to detach the hooks 101 completely from the frame beam 102, the tongues 107 can be pressed in the direction of the arms 106, after which the arms 106 with the tongues 107 attached thereto can be moved over the frame beam 102. It will be clear that the hooks can thus be reattached in a similar manner.

Voor de doorvoer van kabels vanuit op gebruikelijke wijze in de vloeren van kantoorgebouwen en dergelijke aangebrachte kabel goten naar de onder het tafelblad 10 resp. de plank 16 opgehangen kabelgoot 100 kan ge- bruik worden gemaakt van een onder de kabelgoot opgehangen kabelgeleidings-orgaan 111, dat zich tussen de vloer en de kabelgoot 100 uitstrekt zoals schematisch in figuur 1 is weergegeven. Dit kabelgeleidingsorgaan 111 omvat een aantal schematisch in perspectief in figuur 33 weergegeven boven elkaar gelegen schakels 112. Iedere schakel 112 omvat een in hoofdzaak ellips-vormig gebogen stripvormig deel 113 waarvan de vrije uiteinden 114 op enige afstand van elkaar zijn gelegen. Op het midden van het stripvormige deel 113 sluit een scheidingswand 115 aan. Ter hoogte van de aansluiting van de scheidingswand 115 op het stripvormige deel 113 sluit op de bovenrand van i het stripvormige deel 113 een oor 116 aan, waarin een gat 117 is aangebracht. Onder het oor 116 is in het stripvormige deel 113 een uitsparing aangebracht, die aan een zijde wordt begrensd door een met de scheidingswand 115 verbonden wandgedeelte 118. Op dit wandgedeelte 118 is een stift 119 aangebracht. Met behulp van de boven elkaar gelegen scheidingswanden is het geleidingsorgaan verdeeld in twee doortochten, de een bijvoorbeeld voor krachtstroomleidingen en de ander voor dataleidingen.For the passage of cables from cable routed in the floors of office buildings and the like in the usual manner, to gutters underneath the table top 10 or 10. the cable tray 100 suspended from the shelf 16, use can be made of a cable guide member 111 suspended under the cable tray, which extends between the floor and the cable tray 100 as schematically shown in figure 1. This cable guiding member 111 comprises a number of links 112 superimposed schematically in perspective in figure 33. Each link 112 comprises a substantially elliptically curved strip-shaped part 113, the free ends 114 of which are spaced apart. A dividing wall 115 adjoins the center of the strip-shaped part 113. Near the connection of the dividing wall 115 to the strip-shaped part 113, an ear 116, in which a hole 117 is arranged, connects to the top edge of the strip-shaped part 113. A recess is provided under the ear 116 in the strip-shaped part 113, which is bounded on one side by a wall portion 118 connected to the partition wall 115. A pin 119 is arranged on this wall portion 118. With the aid of the partition walls located one above the other, the guide member is divided into two passages, one for example for power flow lines and the other for data lines.

De boven elkaar gelegen delen 112 kunnen nu met elkaar worden gekoppeld door een uitstekend oor 116 aan te brengen in een uitsparing in een hoger gelegen schakel 112 waarbij een desbetreffende pen 119 in het gat i 117 wordt gestoken. De uitvoering is daarbij zodanig, dat de boven elkaar gelegen schakels over een zekere hoek om de pennen 119 ten opzichte van elkaar kunnen verdraaien.The superimposed parts 112 can now be coupled to each other by inserting a protruding ear 116 into a recess in an upper link 112 with a respective pin 119 being inserted into the hole 117. The design is such that the links located one above the other can rotate relative to each other through a certain angle about the pins 119.

Voor de bevestiging van het kabelgeleidingsorgaan 111 aan de grond wordt een onderste schakel 112 van het kabelgeleidingsorgaan ge-' koppeld aan een met een oor 116 overeenkomend oor 120, dat aan een min of meer hoefijzervormige aan een kabelgoot of aan een vloer te bevestigen koppelplaat 121 is bevestigd (figuren 36 en 37).For securing the cable guide member 111 to the ground, a lower link 112 of the cable guide member is coupled to an ear 120 corresponding to an ear 116, which is attached to a more or less horseshoe-shaped coupling plate 121 on a cable duct or to a floor is confirmed (Figures 36 and 37).

Voor de aansluiting op de kabelgoot 100 kan gebruik worden gemaakt van een in figuur 34 weergegeven aan de kabelgoot te bevestigen i rechthoekig raam 122, dat een geheel vormt met een met een schakel 112 overeenkomende schakel 123. Aan deze schakel 123 kan de bovenste schakel 112 van het kabelgeleidingsorgaan 111 worden gekoppeld.For connection to the cable tray 100, use can be made of an i rectangular window 122, which is shown in Figure 34, which can be attached to the cable tray and which forms a whole with a link 123 corresponding to a link 112. The top link 112 can be connected to this link 123. of the cable guide member 111.

Bij een smalle kabelgoot kan in plaats van het rechthoekige raam 122 gebruik worden gemaakt van een in figuur 35 weergegeven U-vormig aan-i sluitstuk 124, waaraan op soortgelijke wijze als bij de uitvoeringsvorm volgens figuur 33 een schakel 123 is bevestigd.In the case of a narrow cable duct, instead of the rectangular frame 122, use can be made of a U-shaped connecting piece 124 shown in figure 35, to which a link 123 is attached in a similar manner as in the embodiment according to figure 33.

De figuren 38-40 tonen de scharnierende bevestiging van een plank 16. Aan de onderzijde van het tafelblad 10 is een verbindingsstuk 125 aangebracht, dat is voorzien van buiten het tafelblad 10 uitstekende en lager dan het tafelblad gelegen arm 126. Het onder het tafelblad gelegen deel van het verbindingsstuk is voorzien van een naar beneden uitstekende neus 127.Figures 38-40 show the hinged fastening of a shelf 16. On the underside of the table top 10 a connecting piece 125 is provided, which is provided with arm 126 protruding outside the table top 10 and located lower than the table top. part of the connecting piece is provided with a downwardly projecting nose 127.

Aan de armen 126 is met behulp van een horizontaal verlopende scharnierpen 128 een koppelstang 129 scharnierend gekoppeld. Het van de scharnierpen 128 afgekeerde uiteinde van de koppelstang 129 is met behulp van een evenwijdig aan de scharnierpen 128 verlopende scharnierpen 130 scharnierend gekoppeld aan een aan de plank 16 bevestigde steun 131. De steun 131 is voorzien van een uitstekende arm 132 aan het vrije uiteinde waarvan een neus 133 is bevestigd. Verder is de arm 126 aan de van het tafelblad 10 afgekeerde zijde van de scharnierpen 28 voorzien van een zich omhoog uitstrekkende aanslag 134.A coupling rod 129 is hingedly coupled to the arms 126 by means of a horizontally extending hinge pin 128. The end of the coupling rod 129 remote from the hinge pin 128 is hingedly coupled to a support 131 attached to the shelf 16 by means of a hinge pin 130 running parallel to the hinge pin 128. The support 131 is provided with a protruding arm 132 at the free end of which a nose 133 is attached. Furthermore, the arm 126 on the side of the hinge pin 28 remote from the table top 10 is provided with an upwardly extending stop 134.

Zoals uit figuur 38 duidelijk zal zijn grijpen, in de horizontale gebruikstand 16 van de plank de beide neuzen 127 en 133 achter elkaar en rust de steun 13 op het voorbij de aanslag 134 uitstekende uiteinde van de arm 26. Zodoende is een solide ondersteuning van de plank 16 in de horizontale stand bereikt. Vanuit de in figuur 38 weergegeven stand kan de plank nu naar de in figuur 40 weergegeven opgeklapte stand worden bewogen onder het passeren van de in figuur 39 weergegeven stand. Bij het begin van de beweging kan de koppelstang 129 een weinig in een van het tafelblad 10 afgekeerde richting verzwenken totdat deze koppelstang aan komt te liggen tegen de aanslag 134. Hierdoor kunnen de naar elkaar toegekeerde langsranden van het tafelblad 10 en de plank 16 een weinig van elkaar afbewegen, zodat vervolgens de plank 16 omhoog kan worden geklapt zonder daarbij in conflict te komen met de langsrand van het tafelblad 10. In de omhoog geklapte stand zal de plank 40 mede dankzij de de koppelstang 129 omvattende scharnierconstructie enigszins schuin omhoog verlopen en daarbij in de richting van het tafelblad 10 hellen, zodat ook in de omhoog geklapte stand een stabiele stand van de plank 16 is verkregen.As will be clear from figure 38, in the horizontal position of use 16 of the board the two noses 127 and 133 interlock and the support 13 rests on the end of the arm 26 projecting beyond the stop 134. Thus, a solid support of the shelf 16 reached in the horizontal position. From the position shown in Figure 38, the shelf can now be moved to the collapsed position shown in Figure 40 while passing the position shown in Figure 39. At the start of the movement, the coupling rod 129 can pivot slightly in a direction away from the table top 10 until this coupling rod comes to rest against the stop 134. As a result, the longitudinal edges of the table top 10 and the shelf 16 facing each other can slightly move away from each other, so that subsequently the shelf 16 can be folded up without thereby coming into conflict with the longitudinal edge of the table top 10. In the folded-up position, the shelf 40 will go up slightly obliquely, partly thanks to the hinge construction comprising the coupling rod 129, thereby tilt in the direction of the table top 10, so that a stable position of the shelf 16 is also obtained in the folded-up position.

In figuren 41 en 42 is een uit twee delen bestaand aankoppel-orgaan 135 weergegeven. Het ene deel 136 van het aankoppelorgaan is vervaardigd uit een blok met een in hoofdzaak de vorm van een rechthoekige driehoek bezittende doorsnede waarvan een tweetal begrenzingsvlakken 137 en 138 een hoek van 45° met elkaar insluiten. Op het hoekpunt, waaruit deze begrenzingsvlakken 137 en 138 nabij elkaar komen sluit een zich loodrecht op het begrenzingsvlak 137 uitstaand been 139 aan, waarin gaten 140 zijn aangebracht.Figures 41 and 42 show a two-part docking member 135. One part 136 of the coupling member is made of a block having a substantially rectangular triangle cross-section, of which two boundary surfaces 137 and 138 enclose an angle of 45 ° with each other. A leg 139 extending perpendicular to the boundary surface 137, in which holes 140 are provided, adjoins the corner point from which these boundary surfaces 137 and 138 come together.

Zoals verder uit figuren 41 en 42 blijkt is ter hoogte van het derde begrenzingsvlak van het in doorsnede driehoekige lichaam een afgeknot konische uitsparing 141 aangebracht, die aan zijn bodem aansluit op een in het blok 136 aangebracht van schroefdraad voorzien gat 142.As further shown in Figures 41 and 42, a truncated conical recess 141 is provided at the level of the third boundary surface of the cross-sectional triangular body, which connects at its bottom to a threaded hole 142 provided in the block 136.

Het tweede deel 143 van het aankoppelorgaan omvat een schaal-vormig deel 144 met een zich dwars daarop uitstrekkende rug 145, welke een geheel vormt met een afgeknot kegel vormig lichaam 146, dat, zoals uit de figuren duidelijk zal zijn, past in de in het deel 136 van het aankoppelorgaan aangebrachte uitsparing 141. Daarbij is in de rug en in het lichaam 146 een doortocht 147 aangebracht voor het opnemen van een in het van schroefdraad voorziene gat 142 in te schroeven schroef met verzonken kop, met behulp waarvan de beide delen van het aankoppelorgaan 135 dan aan elkaar kunnen worden vastgezet.The second part 143 of the coupling member comprises a shell-shaped part 144 with a spine 145 extending transversely thereto, which is integral with a frusto-conical body 146, which, as will be apparent from the figures, fits into the part 136 of the coupling member 141. Thereby a passage 147 is provided in the back and in the body 146 for receiving a countersunk screw to be screwed into the threaded hole 142, by means of which the two parts of the coupling member 135 can then be secured together.

In het schaal vormige orgaan 144 is verder nog een naaf 148 gelegen, waarin een van schroefdraad voorzien gat 149 is aangebracht. De hartlijn van dit van schroefdraad voorziene gat strekt zich loodrecht uit op het rechte begrenzingsvlak 150 van het schaal vormige orgaan 144.In the shell-shaped member 144 there is furthermore a hub 148, in which a threaded hole 149 is arranged. The centerline of this threaded hole extends perpendicular to the straight bounding surface 150 of the shell-shaped member 144.

Zoals in figuur 43 is weergegeven kan een dergelijk aankoppelorgaan 135 met behulp van het uitstekende been 139 worden bevestigd aan een flens 65 van een poot of dergelijke en uiteraard bijvoorbeeld ook aan een flens 53 of 54 van een in figuur 18 weergegeven poot. Daarbij kan aan een dergelijke flens een enkel verbindingsorgaan 135 worden bevestigd, maar ook twee verbindingsorganen, die met hun begrenzingsvlakken 137 rug aan rug liggen.As shown in Figure 43, such a coupling member 135 can be attached with the aid of the protruding leg 139 to a flange 65 of a leg or the like and, of course, also to a flange 53 or 54 of a leg shown in Figure 18, for example. In addition, a single connecting member 135 can be attached to such a flange, but also two connecting members, which lie back to back with their boundary surfaces 137.

Zoals verder uit figuren 41 en 42 blijkt kan het schaal vormige deel 144 door verdraaiing om de hartlijn van de gaten 142, 147 in meerdere standen ten opzichte van het deel 136 worden vastgezet, bijvoorbeeld in een eerste stand waarin het rechte begrenzingsvlak 150 zich loodrecht uitstrekt of in een tweede stand, waarin dit begrenzingsvlak 150 zich horizontaal uitstrekt. Aan dit schaalvormige deel kunnen dan onderdelen worden vastgezet met behulp van in het van schroefdraad voorziene gat 149 te schroeven schroeven of dergelijke.As further shown in Figures 41 and 42, the shell-shaped portion 144 may be secured in rotation about the axis of the holes 142, 147 in multiple positions relative to the portion 136, for example, in a first position in which the straight boundary surface 150 extends perpendicularly or in a second position, in which this boundary surface 150 extends horizontally. Parts can then be secured to this shell-shaped part by means of screws or the like screwed into the threaded hole 149.

Claims

1. Office furniture provided with a table top and the table top supporting legs, characterized in that the individual elongated legs are connected to separately connecting the legs, the legs carrying the table top, while the table top is detachably attached to the tubes by means of quick-release fasteners.

Office furniture according to claim 1, characterized in that the elongated legs are constructed from telescopically displaceable and adjustable parts.

Office furniture according to claim 1 or 2, characterized in that two legs are connected to a tube extending between the legs, which is coupled to the two legs by means of corner pieces, which are provided in the legs and the tube matching ends.

Office furniture according to claim 3, characterized in that elongated clamping pieces are attached to the corner pieces, which extend perpendicular to a plane through the axes of two by means of the corner pieces and a tube connected to each other, while the outside of the corner pieces protruding parts of the clamping pieces are inserted into further legs connecting tubes.

Office furniture according to claim 4, characterized in that a clamping piece comprises an elongated body to be inserted into a tube, in which an eccentrically located relative to the axis of the elongated body is arranged, such that a relatively thin part of the clamping piece formed at one end to the remaining portion of the clamping piece, threaded holes are provided in a portion of the clamping piece opposite the wing for screwing in bolts.

Office furniture according to claim 5, characterized in that, viewed in the longitudinal direction of the clamping piece, three bolt holes are arranged at an equal distance from each other, while a slotted hole is provided in an end of a tube to be clamped by means of the clamping piece, of such a length that two bolts can be screwed into this clamping piece through this slotted hole.

Office furniture according to any one of the preceding claims, provided with a clamping piece for attaching two mutually perpendicularly crossing pipes to each other, wherein the clamping piece is provided with an elongated shaft, which is provided on one end with a tube lay a shell-shaped part, while on the side of the shaft remote from the shell-shaped part a keyway is arranged, in which a key is slidably received, such that the key can be slid under the tube on which the shell-shaped part lies.

Office furniture according to claim 7, characterized in that the shaft-shaped part is provided with external screw thread over part of its length and a nut is provided on this part for moving the wedge.

Office furniture according to claim 8, characterized in that the wedge is provided with a projection, which is located in a groove arranged in the nut.

Office furniture according to any one of claims 7-9, characterized in that threaded holes are provided in an end of the shaft remote from the shell, which is made thinner than the remaining part of the shaft, for the holes on this section. clamp the end of a pipe. Π. Office furniture according to any one of the preceding claims, characterized in that the table top is attached to a tube by means of a flexible band connected at one end to the table top, which at its other end is provided with a locking member which can be releasably inserted into a receiving opening connected to the table top.

Office furniture according to claim 11, characterized in that the flexible band is provided at one end with a pin projecting with its ends outside the band, which is hooked into a corresponding recess in a connecting block arranged at the bottom of the table top .

Office furniture according to claim 11 or 12, characterized in that the flexible band is provided at one end with a connecting section extending transversely of the band, by means of which a serrated wing is connected to the band, while one on the the connecting block arranged at the bottom of the table top is provided with a toothed recess for receiving the toothed wing.

Office furniture according to claim 13, characterized in that a handle is attached to the end of the wing.

Office furniture according to any one of the preceding claims, characterized in that a leg part is provided with angle flanges enclosing each other, in which holes are arranged one above the other.

Office furniture according to claim 15, characterized in that a leg part comprises four flanges, imaginary extensions of which are perpendicular to each other.

Office furniture according to claim 15 or 16, characterized in that the flanges form part of folded plate-shaped parts, which are attached to each other such that parts thereof delimit a tube in which a further leg part is telescopically slidable.

Office furniture according to any one of claims 15-17, characterized in that a frame part is attached to a leg part for supporting a table top or the like, wherein the frame part is provided with two plate-shaped parts lying one above the other, with the aid of which the frame part can be attached to a flange of a leg part, while the frame part further comprises a vertically extending rod to which is attached an arc-shaped coupling piece, which is provided at its ends with fasteners by means of which the coupling piece can be attached to two further flanges of the leg part located on either side of the flange part to which the plate-shaped parts are attached.

Office furniture according to claim 18, characterized in that the coupling part is adjustable in height direction relative to the frame part and can be locked in a desired position.

Office furniture according to any one of the preceding claims, characterized in that an angle support is attached to a flange of the leg part by means of a flange forming part of this angle support, which extends at an angle of approximately 45 ° relative to an angle thereon. connecting part of the corner support.

Office furniture according to any one of the preceding claims, characterized in that the office furniture is provided with a cable tray extending under a table top or the like, which is suspended from a tube by means of some hook-shaped members, the hook-shaped members being provided with between the tube and the table top or the like arms of which an upper boundary surface comprises two parts enclosing an angle with one another, such that the cable tray can be arranged in two different positions by sliding the arms in a direction perpendicular to the longitudinal direction of the tube and rotating the arms about the axis of the tube, in which in one position one part of the upper boundary surface of an arm rests against the underside of the table top or the like and in the second position the other part of the upper boundary surface of an arm rests against the underside of the table top or the like.

Office furniture according to claim 21, characterized in that the arm of a hook-shaped member is provided on its underside with a protruding projection cooperating with the tube.

Office furniture according to claim 21 or 22, characterized in that a resilient lip is arranged on the free end of the arm of a hook-shaped member, which rests in one position against the tube and in the other position is remote from the tube. and which can be pressed towards the arm such that the arm can be moved with the lip between the tube and the underside of the table top or the like.

Office furniture according to any one of the preceding claims, characterized in that the office furniture is provided with a cable guiding member extending between the floor and the table top of the office furniture, which is provided with a number of links, one above the other, bounding with a hollow space. are coupled to each other by means of connecting members such that they can be pivoted relative to each other about substantially horizontal pivot axes.

Office furniture according to claim 24, characterized in that the links located one above the other and hingedly coupled to each other have a substantially elliptical cross-section.

Office furniture according to claim 24 or 25, characterized in that each link has a protruding ear, which is located in a recess of an adjacent link, while the two links are hingedly coupled together using the ear.

Office furniture according to any one of the preceding claims, characterized in that the bottom of the links is hingedly coupled to an ear, which is attached to a more or less horseshoe-shaped base plate.

Office furniture according to any one of claims 24-27, characterized in that the top end of the cable guiding member is formed by a fixing part to be attached to a cable duct, which forms a whole with a part delimiting a hollow space.

Office furniture according to any one of the preceding claims, characterized in that with a table top a shelf extending parallel to a longitudinal edge of the table top is hingedly mounted, such that the shelf from a position in which the shelf is an extension of the table top located, can be folded up to an upwardly extending position.

Office furniture according to claim 29, characterized in that the shelf is coupled to the table top by means of a coupling rod, hinged at one end to the shelf and hinged at the other end with a table projecting outside the table top. and the arm located below the table top is coupled.

Office furniture according to claim 29 or 30, characterized in that the table top and the shelf are provided with protruding noses which engage one behind the other in the position of the shelf, in which the shelf is located in line with the table top.

Office furniture according to claim 30 or 31, characterized in that a stop is provided which limits a pivoting of the coupling rod in a direction away from the coupling rod.

33. Office furniture according to any one of the preceding claims, characterized in that the office furniture is provided with two coupling members built up about two horizontal rotatable and adjustable parts.

Office furniture according to claim 33, characterized in that one of the coupling members is provided with a protruding part, with which it can be attached to a flange of a leg and the extension of which includes an angle of 45 ° with the axis why both parts of the coupling member are rotatable relative to each other.

Office furniture according to claim 34, characterized in that the part to be attached to a flange of a leg extends perpendicularly to an adjacent boundary surface of the relevant part of the coupling member.

36. Office furniture according to any one of claims 33-35, characterized in that the part of the coupling member which is rotatable relative to the part of the coupling member to be attached to a leg or the like comprises a shell-shaped part, in which a threaded hole is arranged.