NL9401585A

NL9401585A - Onderzetter.

Info

Publication number: NL9401585A
Application number: NL9401585A
Authority: NL
Inventors: Nel Petronella Maria L Martens
Original assignee: Nel Petronella Maria Linssen G
Priority date: 1994-09-28
Filing date: 1994-09-28
Publication date: 1996-05-01

Description

ONDERZETTER

De onderhavige uitvinding betreft een onderzetter bestaande uit onderling in een vlak verbonden elementen.

Onderzetters worden bijvoorbeeld toegepast ter isolatie tussen twee vlakken - met name voor thermische isolatie, bijvoorbeeld van een (warme) pan op een (kwetsbare) ondergrond.

Een onderzetter volgens de uitvinding wordt gekarakteriseerd doordat elk der elementen wordt gevormd door een schijf lichaam, bestaande uit ten minste twee onderling verbonden en boven elkaar gelegen schijven. Deze schijven, behorend tot eenzelfde schijf lichaam, kunnen al dan niet gelijk zijn van grootte; bij voorkeur zijn ze gelijk van grootte. Het materiaal waarvan deze schijven gemaakt kunnen zijn moet geschikt zijn voor de isolerende functie van de onderzetter, en is bijvoorbeeld hout of kunststof, hoewel voor bepaalde toepassingen ook metaal geschikt is. De schijven behorend tot eenzelfde schijflichaam kunnen al dan niet gelijk zijn in dikte; bij voorkeur zijn ze gelijk van dikte. Deze schijven kunnen diverse vormen hebben, maar ze zijn bij voorkeur cirkelvormig of ovaal.

De schijven behorend tot eenzelfde schijflichaam zijn gefixeerd ten opzichte van elkaar op enige afstand van elkaar. Bij voorkeur zijn zij onderling verbonden door een of meer spillen. Waar het schijvenlichaam bestaat uit cirkelvormige schijven zijn deze schijven bij voorkeur onderling verbonden door één spil. Waar een schijvenlichaam bestaat uit ovale schijven zijn deze bij voorkeur onderling verbonden door twee spillen.

Bij voorkeur is elk der schijflichamen van de onderzetter volgens de uitvinding verbonden met 2 andere schijflichamen. Ten einde de toepassingsmogelijkheden ervanfevergroten verdient het de voorkeur dat tenminste één van de verbindingen van het ene schijflichaam met andere schijflichamen flexibel is in het vlak van de onderzetter, waar door variatie kan worden aangebracht in de hoek tussen de verbindingsassen van het ene schijfiichaam met twee andere.

In een voorkeursuitvoering zijn de schijf lichamen zodanig onderling verbonden dat ze een keten vormen, meer in het bijzonder een gesloten keten, en aldus in het vlak van de onderzetter in variabele patronen kunnen worden gerangschikt. De onderzetter bezit daardoor een in het vlak variabele vorm.

De verbinding tussen twee schijflichamen kan bestaan uit ribben, die desgewenst flexibel verbonden kunnen zijn met de verbindingsspillen tussen de schijven behorend tot eenzelfde schijfiichaam.

Voor een flexibele verbinding tussen de ribben en de verbindingsspillen kunnen in de ribben perforaties zijn aangebracht, waar de ribben door-heengestoken worden, en waardoor de ribben vrij draaibaar kunnen zijn om de verbindingsspillen in het vlak van de onderzetter.

De onderhavige uitvinding is niet alleen toepasbaar voor onderzetters, maar ook voor andere isolatoren, die in een al dan niet plat vlak moeten worden aangebracht tussen twee, ten opzichte van elkaar te isoleren lichamen.

De onderhavige uitvinding wordt geïllustreerd aan de hand van de tekeningen op het bijgaande tekeningenblad. Hierin zijn een aantal identieke cirkeivormige schijven met een gat in het midden [1 en 2], twee aan twee door een spil (hier een deuvel) [3] op elkaar geklemd, waardoor ze een schijfiichaam vormen. De ribben (hier platte reepjes) (4], met een gat aan ieder der uiteinden, zorgen als volgt voor onderling verband tussen de aan elkaar grenzende schijflichamen: om elke deuvel en tussen de door deze deuvel verbonden schijven worden de uiteinden van twee reepjes geplaatst [5 en 6]. Op deze wijze ontstaat tussen de schijflichamen een onderling verband en kan desgewenst een gesloten circuit worden gevormd, met een dusdanige flexibiliteit dat het geheel variabel van vorm en maat is [7].

Claims

1. Onderzetter bestaande uit onderling in een vlak verbonden elementen, met het kenmerk dat elk der elementen gevormd wordt door een schijf lichaam, bestaande uit ten minste twee onderling verbonden en boven elkaar gelegen schijven.

2. Onderzetter volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de schijven behorend tot eenzelfde schijflichaam alle dezelfde grootte hebben.

3. Onderzetter volgens conclusie 1-2, met het kenmerk dat de schijven behorend tot eenzelfde schijflichaam onderling verbonden zijn door ten minste een spil.

4. Onderzetter volgens conclusie 1-3, met het kenmerk dat tenminste een van de verbindingen van het ene schijflichaam met twee andere schijflichamen flexibel is.

5. Onderzetter volgens conclusie 4, met het kenmerk dat de verbindingen tussen de schijflichamen gevormd worden door ribben, waarvan de uiteinden tussen de schijven van het schijflichaam zijn bevestigd.

6. Onderzetter volgens conclusie 1-5, met het kenmerk dat de schijflichamen een keten vormen.

7. Onderzetter volgens conclusie 6, met het kenmerk dat de schijflichamen een gesloten keten vormen.