NL9400098A - Vloermat. - Google Patents

Description

Korte aanduiding : Vloermat.

De uitvinding heeft betrekking op een vloermat voorzien van een aantal onderling gekoppelde langgestrekte profielen, die ieder zijn voorzien van een langgestrekte gleuf voor het opnemen van een strook tapijtmateriaal of dergelijke, waarbij ieder profiel nabij een langswand is voorzien van een zich in de lengterichting van het profiel uitstrekkende holte, die van buiten toegankelijk is via een spleetvormige opening en die bestemd is voor het opnemen van een overeenkomstig gevormd langgestrekt uitstekend deel van een naburig profiel.

Een dergelijke vloermat is bekend uit het Europese octrooi 0365869. Bij dit bekende profiel is de in het profiel aangebrachte holte aan een zijkant toegankelijk via de spleetvormige opening. Daarbij is de holte bestemd voor het opnemen van een langgestrekt uitstekend deel, waarop een zich in hoofdzaak horizontaal uitstrekkende rug aansluit, die met behulp van een uit zacht elastomeer vervaardigde verbindingsstrip met het overige deel van het desbetreffende profiel is gekoppeld. In het op het uitstekende deel aansluitende lijf zijn sleufgaten aangebracht voor de doorvoer van vuil en dergelijke. Een nadeel van deze bekende constructie is, dat de opbouw van de profielen vrij gecompliceerd is. Verder kunnen de profielen, tengevolge van de flexibele verbindingen tussen de de profielen met elkaar koppelende langgestrekte uitstekende delen en de desbetreffende profielen, bij het belopen van de mat enigszins ten opzichte van elkaar bewegen, hetgeen voor diegenen, die over de mat lopen, een onaangenaam gevoel met zich meebrengt.

Doordat verder al het vuil door de in de openingen van de mat aangebrachte gaten kan vallen moet de mat regelmatig worden opgerold om dit vuil te kunnen verwijderen. Dit is een tijdrovend werks.waarbij de doorgang ter hoogte van de mat tevens is versperd.

Daarnaast bestaat gevaar, dat vuil via de aan de zijkant van de holte gelegen spleetvormige opening in de holte indringt en daarbij een oprollen van de mat bemoeilijkt zo al niet geheel verhindert.

Volgens de uitvinding is nu de spleetvormige opening van de zich in de lengterichting van het profiel uitstrekkende holte voor het opnemen van het langgestrekte uitstekende deel nabij de onderzijde van de holte gelegen, terwijl het uit een stuk met het profiel bestaande langgestrekte deel is aangebracht aan een langsrand van een het profiel afsteunend horizontaal lijf.

Bij toepassing van de constructie volgens de uitvinding kan een eenvoudige, goedkope en beknopte opbouw van de profielen worden verkregen, waarbij tevens een goede afsteuning van de profielen ter hoogte van de onderlinge verbinding tussen de profielen is verkregen. Vuil kan zich verzamelen in de tussen de profielen gelegen spleten, die aan de onderzijden zijn afgesloten door de horizontale lijven, waarbij vuil, dat zich verzameld heeft op de bovenzijde van de lijven bijvoorbeeld met een geschikte stofzuiger of dergelijke gemakkelijk kan worden weggezogen, zonder dat het daarbij noodzakelijk is de vloermat te verwijderen.

De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand van bijgaande figuren.

Figuur 1 toont een aanzicht op een uiteinde van een profiel.

Figuur 2 toont een deel van een profiel in perspectief.

Het in de figuren 1 en 2 weergegeven profiel, dat bijvoorbeeld uit aluminium of kunststof of dergelijk materiaal kan worden geextrudeerd, omdat een zich in de lengterichting van het profiel uitstrekkende en tijdens normaal gebruik van het profiel horizontaal opgestelde basisplaat 1. Ter hoogte van de langsranden van de basisplaat 1 zijn zich onder de basisplaat 1 uitstrekkende steunvoeten 2 en 2' aangebracht. De steunvoet 2 vormt een geheel met een zich in de lengterichting van het profiel uitstrekkend lijf 3 waarvan het onderste begrenzingsvlak in een vlak is gelegen met het onderste begrenzingsvlak van de steunvoeten 2 en 2'.

Op het vrije uiteinde van het lijf 3 sluit via een ver-bindingsnek 4 een zich in de lengterichting van het profiel uitstrekkend en boven het lijf gelegen uitstekend deel 5 aan, dat, zoals uit de figuren duidelijk zal zijn, een in hoofdzaak cirkelvormige doorsnede heeft.

Op de voet 2' sluit een gekromd wandgedeelte 6 van het profiel aan, welk gekromd wandgedeelte 6 een zich in de lengterichting van het profiel uitstrekkende holte 7 met een eveneens cirkelvormige dwarsdoorsnede begrenst. Nabij de onderzijde van de holte is de holte van buiten toegankelijk via een zich in de lengterichting van het profiel uitstrekkende spieetvormige opening 8, waarvan de dwarsdoorsnede een weinig groter is dan de dwarsdoorsnede van het nekgedeelte 4.

Op het van de voet 2' afgekeerde uiteinde van het gebogen deel 6 sluit een horizontaal gelegen en zich eveneens in de lengterichting van het profiel uitstrekkend stripvormig lijf 9 aan, waarvan het onderste, tijdens normaal bedrijf horizontaal gelegen begrenzingsvlak 10 op enige afstand is gelegen boven het onderste begrenzingsvlak van de voet 2', welk begrenzingsvlak met de onderste begrenzingsvlakken van de steunvoet 2 en het daarop aansluitende lijf 3 tijdens normaal gebruik van de vloermat in eenzelfde horizontaal vlak zijn gelegen.

Zoals verder nog in figuur 2 is weergegeven kunnen tegen de onderste begrenzingsvlakken van de steunvoeten 2 en 2' en van het op de steunvoet 2 aansluitende lijf 3 uit rubber of dergelijk veerkrachtig materiaal bestaande stroken 11 en 12 worden gehecht.

Op de gezien in de figuren linker langsrand van de basisplaat sluit een zich verticaal op de basisplaat 1 uitstrekkend been 12 aan, dat aan zijn boveneinde overgaat in een zich op enige afstand boven en evenwijdig aan de basisplaat 1 uitstrekkend been 13, dat aan zijn bovenzijde is voorzien van enige zich in de lengterichting van het profiel uitstrekkende groeven 14. Op soortgelijke wijze sluit op het gekromde deel 6 van het profiel een boven het gezien in de figuur linker deel van de holte 7 gelegen, zich evenwijdig aan het been 12 uitstrekkend been 15 aan. Het been 15 sluit aan zi-jn boveneinde aan op een horizontaal verlopend been 16, waarvan het bovenvlak eveneens is voorzien van een aantal zich in de lengterichting van het profiel uitstrekkende groeven 17. Zoals uit de figuren duidelijk zal zijn zijn de zich vanaf de benen 12 en 15 naar elkaar toe uitstrekkende benen 13 en 16 in eikaars verlengde gelegen. Op de basisplaat 1 kan een strook tapijtmateriaal of dergelijke worden gelegd, zodanig, dat de uiteinden van een dergelijke strook zullen zijn ingeklemd tussen de basisplaat 1 en de bovengenoemde benen 13%. en 16, terwijl het tussen de naar elkaar toegekeerde vrije langsranden van de benen 13 en 16 gelegen deel van het tapijt of dergelijke met zijn bovenzijde op dezelfde hoogte is gelegen als de bovenzijden van de benen 13 en 16 of een weinig daarboven uitsteekt.

Het zal duidelijk zijn, dat voor het opbouwen van een vloermat van een gewenste grootte een aantal profielen naast elkaar kunnen worden opgesteld en met elkaar kunnen worden gekoppeld, door het uitstekende deel 5 van een profiel in de lengterichting van het profiel in te schuiven in een holte 7 van een naburig profiel, waarbij het nekgedeelte 4 in de spieetvormige opening 8 komt te liggen. De uitvoering is daarbij tevens zo getroffen, dat in de gebruikstand van de mat het lijfgedeelte 9 met zijn ondervlak 10 komt te rusten op het bovenvlak van het lijf 3.

Het zal duidelijk zijn, dat het bovenbeschreven profiel een eenvoudige opbouw heeft en uit een stuk uit bijvoorbeeld aluminium of kunststof of dergelijk materiaal te extruderen is. Daarbij wordt een goede ondersteuning van de profielen met behulp van de steunvoeten en het op de steunvoet 2 aansluitende lijf 3 op een ondergrond verkregen, terwijl ter hoogte van de aansluiting van de profielen onderling ook een goede afsteuning van het ene profiel op het andere profiel wordt verkregen doordat het lijfgedeelte 9 op het lijf 3 komt te rusten.

Daarbij kunnen langere profielen ook gemakkelijk worden gekoppeld met een daartussen gelegen korter profiel, zodat bijvoorbeeld ter hoogte van pilaren of dergelijke de vorm van de mat eenvoudig kan worden aangepast door een of meerdere profielen af te korten voor het verkrijgen van een geschikte uitsparing in de mat.

Bij een doelmatig verkregen uitvoering is de afstand tussen de van elkaar afgekeerde begrenzingsvlakken van de verticaal staande benen 12 en 15 i 32 mm. Daarbij kan de spleet tussen een buitenvlak van een been 12 en een buitenvlak van een been 15 van een naburig profiel beperkt worden tot 5 mm, zodat het gevaar, dat daarin naaldhakken of dergelijke vastraken, wordt vermeden. Eventueel vuil, dat zich verzamelt in de spleet tussen ruggen 12 en 15 van naburige met elkaar gekoppelde profielen kan gemakkelijk met behulp van een stofzuiger of dergelijke worden weggezogen.

Doordat de holte 7 slechts toegankelijk is via de aan de onderzijde van de holte gelegen spleet 8 en het lijfgedeelte zich uitstrekt over het lijfgedeelte 3 is een indringen van vuil in^de holte 7 praktisch uitgesloten.

Indien noodzakelijk kan een uit een aantal van de bovenbeschreven profielen opgebouwde mat worden opgerold doordat naast elkaar gelegen en met elkaar gekoppelde profielen over een zekere hoek ten opzichte van elkaar worden verzwenkt in een richting waarin het lijfgedeelte 9 van een profiel wordt weggedraaid van een daaronder gelegen lijf 3 van een aangrenzend profiel.

Claims (5)

1. Vloermat voorzien van een aantal onderling gekoppelde lang-gestrekte profielen, die ieder zijn voorzien van een langgestrekte gleuf voor het opnemen van een strook tapijtmateriaal of dergelijke, waarbij ieder profiel nabij een langsrand is voorzien van een zich in de lengterichting van het profiel uitstrekkende holte, die van buiten toegankelijk is via een spieetvormige opening en die bestemd is voor het opnemen van een overeenkomstig gevormd langgestrekt uitstekend deel van een naburig profiel, met het kenmerk, dat de spieetvormige opening van de zich in de lengterichting van het profiel uitstrekkende holte voor het opnemen van het langgestrekte uitstekende deel nabij de onderzijde van de holte is gelegen, terwijl het uit een stuk met het profiel bestaande langgestrekte deel is aangebracht aan een langsrand van een het profiel afsteunend horizontaal lijf.

2. Vloermat volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat op een langsrand van de spieetvormige opening een lijfgedeelte aansluit, dat ten minste nagenoeg aanligt op het horizontale lijf, dat aansluit op het langgestrekte deel.

3. Vloermat volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat op de van het lijfdeel afgekeerde begrenzingsrand van de spieetvormige opening een onder een basisplaat van het profiel gelegen steunvoet is opgesteld.

4. Vloermat volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het op het langgestrekte deel aansluitende horizontale lijf aansluit op een onder een basisplaat van het profiel gelegen steunvoet, een en ander zodanig, dat het ondervlak van het horizontale lijf in een vlak is gelegen met het ondervlak van de steunvoet.

5. Profiel kennelijk bestemd voor toepassing bij een vloermat volgens een der voorgaande conclusies.