NL9302165A - Aankoppelinrichting. - Google Patents
Aankoppelinrichting. Download PDFInfo
- Publication number
- NL9302165A NL9302165A NL9302165A NL9302165A NL9302165A NL 9302165 A NL9302165 A NL 9302165A NL 9302165 A NL9302165 A NL 9302165A NL 9302165 A NL9302165 A NL 9302165A NL 9302165 A NL9302165 A NL 9302165A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- housing
- coupling device
- light
- phase cable
- cable
- Prior art date
Links
Classifications
-
- G—PHYSICS
- G02—OPTICS
- G02B—OPTICAL ELEMENTS, SYSTEMS OR APPARATUS
- G02B6/00—Light guides; Structural details of arrangements comprising light guides and other optical elements, e.g. couplings
- G02B6/44—Mechanical structures for providing tensile strength and external protection for fibres, e.g. optical transmission cables
- G02B6/4401—Optical cables
- G02B6/4415—Cables for special applications
- G02B6/4416—Heterogeneous cables
- G02B6/4417—High voltage aspects, e.g. in cladding
- G02B6/442—Insulators
-
- H—ELECTRICITY
- H02—GENERATION; CONVERSION OR DISTRIBUTION OF ELECTRIC POWER
- H02G—INSTALLATION OF ELECTRIC CABLES OR LINES, OR OF COMBINED OPTICAL AND ELECTRIC CABLES OR LINES
- H02G15/00—Cable fittings
- H02G15/02—Cable terminations
- H02G15/06—Cable terminating boxes, frames or other structures
Landscapes
- Physics & Mathematics (AREA)
- General Physics & Mathematics (AREA)
- Optics & Photonics (AREA)
- Light Guides In General And Applications Therefor (AREA)
- Mechanical Coupling Of Light Guides (AREA)
- Cable Accessories (AREA)
- Connector Housings Or Holding Contact Members (AREA)
Description
Aankoppelinrichting
De uitvinding heeft betrekking op een aankoppelin-richting volgens de kop van de hoofdconclusie.
In energiekabels en fasekabels meegevoerde en op hoogspanning liggende lichtgolfgeleiders vinden steeds meer ingang in de energietechniek. De lichtgolfgeleiders dienen niet alleen voor de telecommunicatietechniek, doch worden ook als sensoren voor de bedrijfsbewaking, bijvoorbeeld voor de temperatuurbewaking van inrichtingen van energieoverdrachts-trajecten (bijvoorbeeld transformatoren) toegepast.
Er zijn aankoppelinrichtingen bekend, waarin de lichtgolfgeleiders van een fasekabel hiervan gescheiden en ten aanzien van de spanning worden afgekoppeld, waarbij zij onder een potentiaalgradiënt tot op het aardpotentiaal worden gebracht en aan een optische telecommunicatieleiding worden gekoppeld (DE 88 01 841.5 UI).
Voorts is uit DE-A1-3942245 een eindafsluiting voor een lichtgolfgeleider van een fasekabel bekend, waarbij de lichtgolfgeleider in een isolatie-inrichting op aardniveau wordt gebracht. De eindafsluiting is voor vrije leidingen verschaft - echter zonder mogelijkheid voor een spanningsvast-stelling.
Beide concepten maken geen verdere geleiding van een op spanningsniveau blijvende lichtgolfgeleider mogelijk.
Aan de uitvinding ligt het doel ten grondslag een aankoppelinrichting voor een fasekabel verder te ontwikkelen, waarin de energiegeleider en een lichtgolfgeleider gemeenschappelijk door de isolatie-inrichting worden gevoerd en de lichtgolfgeleider in de aankoppelinrichting op spanningsniveau ligt.
Het doel wordt met de kenmerkende maatregelen van de hoofdconclusie bereikt. Voordelige verdere uitvoeringen zijn in de onderconclusies te vinden.
De aankoppelinrichting, die in het bijzonder voor het spanningsgebied tot 36 kV toepasbaar moet zijn, bestaat in wezen uit een als isolatiesteun uitgevoerd isolatielichaam, dat aan een op aardpotentiaal liggend vasthoudorgaan bevestigbaar is en een stroomgeleidende draagplaat, die aan de zijde van de open lucht stroomgeleidend met de energiegeleider in de iso-latiesteun vast is verbonden. De draagplaat draagt een huis, dat voor het opnemen van overmatige lengten van lichtgolfge-leiders dient. Het energietransport en de gegevensoverdracht vinden plaats door de gehele lengte van de isolatiesteun. Aan de zijde van de open lucht - ofwel bevestigd aan de draagplaat of aan het huis - bevinden zich stroomgeleidende bevestigingsmiddelen voor het vasthouden van ten minste één faseka-bel. Het vasthoudorgaan van het isolatielichaam op aardpoten-tiaal kan bestaan uit een draagframe of een dwarsstuk van een mast of het oppervlak van een eindinrichting zelf.· Bij deze laatste wordt aan het toepassingsgeval gedacht, waarbij door middel van lichtgolfgeleiders de temperatuur van de eindinrichting (bijvoorbeeld in een transformator) wordt bewaakt, waarbij de lichtgolfgeleiders in de eindinrichting op span-ningspotentiaal liggen.
De energiegeleider, bijvoorbeeld die van een zee- of aardkabel of een stroomrail van de transformator, is te zamen met ten minste een op hoogspanning meegevoerde lichtgolfgeleider of een uit meerdere lichtgolfgeleiders gevormde bundelader tot aan het bovenste uiteinde door het isolatielichaam heen geleid.
Het huis kan vast met de draagplaat zijn verbonden of op de draagplaat schroefbaar zijn. De fasekabel (met of zonder lichtgolfgeleider) kan aan het huis zijn bevestigd, dan is het huis ook stroomgeleidend element. Het huis bestaat uit kunststof en is aan de buitenzijde, mogelijkerwijs ook aan de binnenzijde, met een metalen geleidingslaag - bij voorkeur uit aluminium met een voldoende geleiderdwarsdoorsnede - bedekt. Als alternatief kan het gehele huis uit lichtmetaal (bij voorkeur uit aluminium) zijn gevormd.
Het isolatielichaam kan voor het middelspanningsge-bied bij voorkeur uit een opschuifbare eindafsluiting naar de open lucht bestaan, zoals deze bijvoorbeeld is beschreven in DE 88 05 133.1 UI.
De draagplaat of het huis bezit bevestigingsmiddelen voor ten minste een fasekabel. In een alternatieve uitvoering kan de draagplaat ook onlosneembaar (als klem- of soldeerver-binding) met de energiegeleider zijn uitgevoerd.
De bevestigingselementen voor de fasekabel, resp. voor een optische datakabel zijn voor maximaal voorkomende trekkrachten ontworpen. Het doorvoeren van de lichtgolfgeleider aan het bovenste uiteinde van de energiegeleider is op de wijze van een gewelfkamer gevormd. Hiermede wordt de elektrische overgang zeker gesteld en de in de energieleider liggende lichtgolfgeleiders worden niet aan pletbelasting blootgesteld.
Het huis is als kamer voor het opnemen van lichtgolf-geleider-splitverbindingen en/of overmatige lengten uitgevoerd (splitshuis). De in het splitshuis naar binnen geleide lichtgolfgeleiders worden op bekende en beproefde wijze binnen het splitshuis met elkaar verbonden.
Van de aankoppelinrichting kan naast de fasekabel ook een optische datakabel uitgaan. In dit geval zijn bevestigingsmiddelen voor naar buiten gevoerde lichtgolfgeleiders aangebracht. Hierbij bevinden zich aan de draagplaat of in de wand van het huis middelen (kabeldoorvoer) voor het naar buiten voeren en vasthouden van de lichtgolfgeleiders, van een lichtgolfgeleiderbundel of van een optische telecommunicatie-kabel. De optische datakabel wordt door een isolator ondersteund op aardpotentiaal verder geleid (zoals in DE 88 01 841 UI) .
De uitvinding wordt in de beide figuren nader beschreven .
Fig. 1 toont de aankoppelinrichting en fig. X toont een aanzicht van het huis van de aankoppelinrichting in een tweede uitvoeringsvorm.
De aankoppelinrichting 10 bestaat uit een het hoog-spannings-isolatietraject vormend isolatielichaam 12 uit porselein en een splitshuis 50, die stijf en hoogspanningsvast met elkaar zijn verbonden. De stroomgeleidende verbinding is als huls 14 aan de voet van het splitshuis 50 uitgevoerd. De huls 14 is op een metalen aansluitbout 15 schroefbaar, die met de energiegeleider 38 van de energiekabel 30 in elektrische verbinding staat.
Het isolatielichaam 12, dat in fig. 1 doorgesneden is weergegeven, zit met zijn onderste uiteinde op een dwarsstuk van een draagframe 40 (bijvoorbeeld mast) en draagt aan zijn bovenste uiteinde het splitshuis 50. De energiekabel 30 is van onderen komend in het isolatielichaam 12 afgezet. Van onder naar boven is in de figuur weergegeven: de afschermingsverbin-ding 33, de kabelafscherming 32, het veldstuurelement 36, de geleiderisolatie 34 (bijvoorbeeld uit vernet polyethyleen (VPE) en de geleider 38. De energiegeleider 38 van de kabel 30 is met de lichtgolfgeleiders 52 door het isolatielichaam 12 over diens gehele lengte heengeleid.
De lichtgolfgeleiders 52 van de fasekabel 20 liggen met een gel vastgelegd in een beschermmantel (buisje) 54 uit edelstaal. Op soortgelijke wijze kunnen de lichtgolfgeleiders in de energiekabel 30 zijn meegevoerd. In het splitshuis 50 wordt de beschermmantel 54 afgezet. De lichtgolfgeleiders 52 worden vrijgelegd. De lichtgolfgeleiders 52, resp. hun af-schermmantels 54 blijven op hoogspanningspotentiaal. De van beide zijden in het splitshuis 50 naar binnen gevoerde lichtgolfgeleiders 52 zijn met elkaar gesplitst. In het splitshuis 50 kan een splitscassette 56 zijn ondergebracht, waarop de overmatige lengten en de splitsverbindingen zijn gelegd. Het splitshuis 50 is van buitenaf toegankelijk en met een deksel 58 afsluitbaar. Voor het naar buiten voeren van een lichtgolf-geleider 52 uit het splitshuis 50 op aardpotentiaal is een tweede kabeldoorvoer in de wand van het splitshuis 50 uitgevoerd. De doorvoer is in fig. 1 met een blinde stop 60 afgesloten. Voor het geval van de verbinding van een optische datakabel is de blinde stop 60 te verwijderen en kan een door-voeraansluitstuk worden ingeschroefd. Door dit aansluitstuk wordt een optische datakabel trekvast vastgehouden.
Het splitshuis 50 draagt ten minste een schaalstroom-klem 22 op gebruikelijke wijze voor de vaste verbinding met de fasekabel 20 en voor het opnemen van de trekkrachten. De lichtgolfgeleiders van de fasekabel 20 zijn - zonder dat druk-krachten op de lichtgolfgeleiders werken - op sparende wijze door de stroomklem 22 heengevoerd.
In fig. 2 is een aanzicht van bovenaf op het splitshuis 50 (zonder deksel) in een tweede uitvoeringsvorm weergegeven. Dragend element voor het splitshuis en de fasekabel is een draagplaat 42. In het midden van de draagplaat 42, die om stabiliteitsredenen uit metaal bestaat, bevindt zich een schroefdraad 41 voor de bevestiging aan de aansluitbout 15.
Het splitshuis 50 wordt op de draagplaat 42 geplaatst. De draagplaat vormt de bodem van het splitshuis 50. De hoogte van de huiswand, waarvan de dikte ongeveer overeenkomt met die van de rand 45 van de draagplaat 42, begrenst de diepte en het binnenvolume van het huis 50. In de draagplaat 42 zijn twee doorvoeren 46 voor lichtgolfgeleiders aanwezig. Afhankelijk van de plaatsbehoefte voor overmatige lengten van lichtgolfgeleiders of de splitsverbindingen hiervan kan het huis 50 verschillend diep worden gekozen. Met streeplijnen is een splits-cassette 56 ingetekend, die aan een verbindingsstuk 55 aan de huisbinnenwand wordt vastgehouden. Op de splitscassette worden de in het huis gevoerde lichtgolfgeleiders en hun splitsverbindingen afgelegd.
De ruimte tussen het uiteinde van de fasekabel 20 en de doorvoer 46 kan (in fig. 2 niet weergegeven) voor de bescherming van de lichtgolfgeleiders met een krimpslang zijn overbrugd. De kleinere stroomklem 22’ wordt voor de bevestiging van een optische datakabel toegepast.
In de rand 45 zijn drie schroefdraadboringen 43 herkenbaar. Hierin worden schroeven geschroefd, waarmede het huis 50 zelf en/of het deksel 58 van het huis wordt bevestigd.
Verschillend van de aanbrenging van de fasekabel 20 aan het splitshuis 50 volgens fig. 1 zijn in fig. 2 aan de draagplaat 42 (naar buiten stekend) via telkens een vasthoud-stang 44 twee schaalstroomklemmen 22, 22' bevestigd. In de grotere stroomklem 22 is een fasekabel 20 ingeklemd, waaruit lichtgolfgeleiders (in een afschermmantel 54 liggend) treden en door de doorvoer 46 tot in het inwendige zijn geleid. De afschermmantel 54 met lichtgolfgeleiders wordt naar boven in het huis 50 geleid, waar deze is afgezet en de lichtgolfgeleiders vrij toegankelijk zijn. Het onderscheid tussen de in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen bestaat daaruit, dat in fig. 1 het vasthoudorgaan 22 van de fasekabel en het huis 50 in één vlak liggen. Volgens fig. 2 ligt het vasthoudorgaan 44, 22 van de fasekabel onder het huis 50. De vasthoudkrachten grijpen direct aan op het aansluitverbindingsstuk 15. Het splitshuis ligt in een vlak boven het vasthoudorgaan 44, 22.
Alle hoeken en kanten van de aankoppelinrichting 10 en van het huis 50 zijn afgerond. Voorts worden uitstekende delen, in het bijzonder van het deksel 58, van de doorvoeren 46 of van de huls 14 vermeden of ten minste zodanig uitge voerd, dat het spatten of overspringen van elektrische vonken consequent vermijdbaar zijn.
Claims (8)
1. Aankoppelinrichting voor een fasekabel bestaat uit een op aardniveau bevestigd isolatielichaam, een aan de zijde van de open lucht aangebracht huis (splitshuis) voor het doorvoeren van lichtgolfgeleiders en bevestigingsmiddelen voor de fasekabel, met het kenmerk, dat ten minste één lichtgolfgeleider (52) op hoogspanningsniveau liggend gemeenschappelijk met de energiegeleider (38) de isolatie-inrichting (12) en een de energiegeleider (38) met het splitshuis (50) verbindende bout (15) doorloopt en de lichtgolfgeleider (52) in het splitshuis (50) is geleid.
2. Aankoppelinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de bevestigingsmiddelen (44, 22, 22') voor de fasekabel (20) en/of voor naar buiten geleide lichtgolfgeleiders zich aan een metalen draagplaat (42) bevinden.
3. Aankoppelinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de bevestigingsmiddelen (44, 22, 22') voor de fasekabel (20) en/of voor naar buiten geleide lichtgolfgeleiders zich aan het splitshuis (50) bevinden.
4. Aankoppelinrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het splitshuis (50) uit kunststof bestaat en aan de buitenzijde of ook aan de binnenzijde met een geleidende laag is bedekt.
5. Aankoppelinrichting volgens een der conclusies 1 tot 3, met het kenmerk, dat het splitshuis (50) uit lichtmetaal bestaat.
6. Aankoppelinrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het splitshuis (50) losneembaar is bevestigd.
7. Aankoppelinrichting volgens een der conclusies 2 tot 6, met het kenmerk, dat de draagplaat (42) losneembaar aan de isolatie-inrichting (12) is bevestigd.
8. Aankoppelinrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de isolatie-inrichting (12) als opschuifbare eindafsluiting naar de open lucht is uitgevoerd.
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
DE4242038 | 1992-12-12 | ||
DE19924242038 DE4242038C2 (de) | 1992-12-12 | 1992-12-12 | Ankoppeleinrichtung |
Publications (3)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL9302165A true NL9302165A (nl) | 1994-07-01 |
NL194842B NL194842B (nl) | 2002-12-02 |
NL194842C NL194842C (nl) | 2003-04-03 |
Family
ID=6475154
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL9302165A NL194842C (nl) | 1992-12-12 | 1993-12-13 | Aankoppelinrichting. |
Country Status (5)
Country | Link |
---|---|
AT (1) | AT406315B (nl) |
CZ (1) | CZ282599B6 (nl) |
DE (1) | DE4242038C2 (nl) |
NL (1) | NL194842C (nl) |
SI (1) | SI9300650A (nl) |
Families Citing this family (6)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE29802553U1 (de) * | 1997-11-20 | 1999-04-01 | Felten & Guilleaume Ag | Endverschluß |
DE19955271B4 (de) * | 1999-11-17 | 2004-03-18 | Nkt Cables Gmbh | Endverschluß |
DE10157056A1 (de) * | 2001-11-21 | 2003-05-28 | Alcatel Sa | Lichtwellenleiter-Endverschluss |
CN102368602A (zh) * | 2011-11-14 | 2012-03-07 | 天津市电力公司 | 导体线芯内置测温光纤的高压电缆终端引出及密封方法 |
CN113740981B (zh) * | 2020-05-27 | 2024-05-14 | 贵州电网有限责任公司 | 一种可调节的避雷光缆接头盒 |
CN115424796B (zh) * | 2022-08-31 | 2024-01-30 | 国网新疆电力有限公司奎屯供电公司 | 低压电能计量装置更换绝缘隔离装置 |
Citations (8)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
GB2074753A (en) * | 1980-04-24 | 1981-11-04 | Philips Nv | Electro-optic cable |
EP0067614A1 (en) * | 1981-06-03 | 1982-12-22 | BICC Public Limited Company | Joint between the optical fibres of the conductors of an overhead electric transmission system |
EP0265737A1 (de) * | 1986-10-24 | 1988-05-04 | BBC Brown Boveri AG | Lichtleiteranordnung bei einem Hochspannungsisolator |
DE8805133U1 (nl) * | 1988-04-19 | 1988-06-23 | Felten & Guilleaume Energietechnik Ag, 5000 Koeln, De | |
DE8801841U1 (nl) * | 1988-02-10 | 1989-06-15 | Siemens Ag, 1000 Berlin Und 8000 Muenchen, De | |
EP0433565A2 (de) * | 1989-12-21 | 1991-06-26 | Felten & Guilleaume Energietechnik AG | Lichtwellenleiter-(LWL)-Endverschluss eines LWL-Phasenseils |
JPH0556544A (ja) * | 1991-08-22 | 1993-03-05 | Hitachi Cable Ltd | 光フアイバ複合電力ケーブル終端部 |
JPH05325688A (ja) * | 1992-05-26 | 1993-12-10 | Furukawa Electric Co Ltd:The | 光ファイバ内蔵碍管 |
Family Cites Families (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US4610033A (en) * | 1984-12-14 | 1986-09-02 | Harvey Hubbell Incorporated | Insulator with fiber optic communication channel |
-
1992
- 1992-12-12 DE DE19924242038 patent/DE4242038C2/de not_active Expired - Fee Related
-
1993
- 1993-12-10 CZ CZ932706A patent/CZ282599B6/cs not_active IP Right Cessation
- 1993-12-10 SI SI9300650A patent/SI9300650A/sl unknown
- 1993-12-13 NL NL9302165A patent/NL194842C/nl not_active IP Right Cessation
- 1993-12-13 AT AT251393A patent/AT406315B/de not_active IP Right Cessation
Patent Citations (8)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
GB2074753A (en) * | 1980-04-24 | 1981-11-04 | Philips Nv | Electro-optic cable |
EP0067614A1 (en) * | 1981-06-03 | 1982-12-22 | BICC Public Limited Company | Joint between the optical fibres of the conductors of an overhead electric transmission system |
EP0265737A1 (de) * | 1986-10-24 | 1988-05-04 | BBC Brown Boveri AG | Lichtleiteranordnung bei einem Hochspannungsisolator |
DE8801841U1 (nl) * | 1988-02-10 | 1989-06-15 | Siemens Ag, 1000 Berlin Und 8000 Muenchen, De | |
DE8805133U1 (nl) * | 1988-04-19 | 1988-06-23 | Felten & Guilleaume Energietechnik Ag, 5000 Koeln, De | |
EP0433565A2 (de) * | 1989-12-21 | 1991-06-26 | Felten & Guilleaume Energietechnik AG | Lichtwellenleiter-(LWL)-Endverschluss eines LWL-Phasenseils |
JPH0556544A (ja) * | 1991-08-22 | 1993-03-05 | Hitachi Cable Ltd | 光フアイバ複合電力ケーブル終端部 |
JPH05325688A (ja) * | 1992-05-26 | 1993-12-10 | Furukawa Electric Co Ltd:The | 光ファイバ内蔵碍管 |
Non-Patent Citations (2)
Title |
---|
PATENT ABSTRACTS OF JAPAN vol. 17, no. 371 (E - 1396) 13 July 1993 (1993-07-13) * |
PATENT ABSTRACTS OF JAPAN vol. 18, no. 137 (E - 1518) 7 March 1994 (1994-03-07) * |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
SI9300650A (en) | 1994-06-30 |
DE4242038C2 (de) | 1997-08-14 |
CZ282599B6 (cs) | 1997-08-13 |
NL194842B (nl) | 2002-12-02 |
CZ270693A3 (en) | 1994-06-15 |
ATA251393A (de) | 1999-08-15 |
NL194842C (nl) | 2003-04-03 |
AT406315B (de) | 2000-04-25 |
DE4242038A1 (de) | 1994-06-16 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US5687271A (en) | Shielded fiber optics cable for compatibility with high voltage power lines | |
DK167632B1 (da) | Kabellukning og fremgangsmaade til samling heraf | |
EP0112163B1 (en) | Fibre optic cable arrangements | |
GB2176024A (en) | Optical fibre joint closure housing | |
CA1174087A (en) | Overhead electric transmission systems | |
JP2013540410A (ja) | 耐環境シールが施されたケーブルブレイクアウトアセンブリ | |
EA199900665A1 (ru) | Твердый морской сейсмический кабельный узел | |
FR2401434A1 (fr) | Cable optique sous-marin, avec connecteur | |
RU2768898C2 (ru) | Многофазный модуль датчика, система и способ | |
NL194842C (nl) | Aankoppelinrichting. | |
DE60125682D1 (de) | Heizkabel | |
US20230261451A1 (en) | Management device for hybrid cable | |
ATE142027T1 (de) | Lichtwellenleiter-(lwl)-endverschluss eines lwl- phasenseils | |
ATE195814T1 (de) | Optisches kabel mit halbleitendem bauelement | |
DE9105245U1 (nl) | ||
JP2988247B2 (ja) | 地中配電ケーブル用機器における光ファイバ接続箱 | |
JP2818703B2 (ja) | 光ファイバケーブルターミナル装置 | |
EP0303740B2 (en) | An assembly comprising a high voltage conductor and a fibre optic cable | |
DE4304546C2 (de) | Abschlußdose für ein Meßkabel | |
JP3259037B2 (ja) | ケーブル接続部 | |
DE59208456D1 (de) | Verbindungsmuffenanordung für Lichtwellenleiter-Phasenseile | |
SE8203157L (sv) | Oljefylld elektrisk kabelledning | |
GB2268814A (en) | Composite electric and optical cable | |
RU136595U1 (ru) | Волоконно-оптический многовитковый чувствительный элемент преобразователя электрического тока оперативного использования (варианты) | |
SK500442021A3 (sk) | Univerzálny inovačný hybridný kábel DATA-OPTICPOWER, typ ovál |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A1A | A request for search or an international-type search has been filed | ||
BB | A search report has been drawn up | ||
BC | A request for examination has been filed | ||
CNR | Transfer of rights (patent application after its laying open for public inspection) |
Free format text: FELTEN & GUILLEAUME KABELWERKE GMBH |
|
V1 | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20040701 |