NL9300879A - Werkwijze voor het leggen van een zwevende vloer op een elastische onderlaag. - Google Patents

Werkwijze voor het leggen van een zwevende vloer op een elastische onderlaag. Download PDF

Info

Publication number
NL9300879A
NL9300879A NL9300879A NL9300879A NL9300879A NL 9300879 A NL9300879 A NL 9300879A NL 9300879 A NL9300879 A NL 9300879A NL 9300879 A NL9300879 A NL 9300879A NL 9300879 A NL9300879 A NL 9300879A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
layer
floor
elastic
foam
underlayer
Prior art date
Application number
NL9300879A
Other languages
English (en)
Other versions
NL193327B (nl
NL193327C (nl
Original Assignee
Rudolf Van Der Woerdt
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Rudolf Van Der Woerdt filed Critical Rudolf Van Der Woerdt
Priority to NL9300879A priority Critical patent/NL193327C/nl
Publication of NL9300879A publication Critical patent/NL9300879A/nl
Publication of NL193327B publication Critical patent/NL193327B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL193327C publication Critical patent/NL193327C/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04FFINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
    • E04F15/00Flooring
    • E04F15/18Separately-laid insulating layers; Other additional insulating measures; Floating floors
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04FFINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
    • E04F15/00Flooring
    • E04F15/18Separately-laid insulating layers; Other additional insulating measures; Floating floors
    • E04F15/182Underlayers coated with adhesive or mortar to receive the flooring
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04FFINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
    • E04F15/00Flooring
    • E04F15/18Separately-laid insulating layers; Other additional insulating measures; Floating floors
    • E04F15/186Underlayers covered with a mesh or the like

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Floor Finish (AREA)

Description

Werkwijze voor het leggen van een zwevende vloer op een elastische onderlaag.
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het leggen of aanbrengen van een zwevende vloer onder gebruikmaking van een elastische onderlaag. Volgens de uitvinding wordt daartoe op een zgn. dekvloer, bijvoorbeeld een dekvloer van cement, een elastische onderlaag van enige dikte, bijvoorbeeld bestaande uit een fijncellige schuimlaag welke aan de bovenzijde is voorzien van een lijmlaag die door een verwijderbare papierlaag is afgedekt, aangebracht en wordt achtereenvolgens telkens een afzonderlijk vloerdeel van de aan te brengen zwevende vloer, b.v. in de vorm van een parketvloerdeel, een strook vloerlaminaat of een soortgelijk geprefabriceerd vloerdeel van kunststofmateriaal, op de elastische onderlaag gelegd wordt waarna de bovenliggende papierlaag die zich tussen de onderzijde van het vloerdeel en de lijmlaag bevindt, voorzichtig en in hoofdzaak dwars op de lengterichting van het vloerdeel [of dwars t.o.v. de vloerafwerkrichting] afgetrokken en daarna verwijderd en aldus voortgaande een aantal aangrenzende vloerdelen tezamen op de schuimonderlaag een in hoofdzaak nagenoeg naadloos zwevend vloeroppervlak op die elastische onderlaag vormt.
Gebleken is dat onder toepassing van deze nieuwe werkwijze het leggen van een zwevende vloer in vergelijking met de normaliter toegepaste wijze van leggen grote voordelen schept. In de eerste plaats kan er aldus nauwkeurig gewald worden op een op zichzelf reeds elastische dekvloer en ontstaan toch geen of nauwelijks zichtbare naden terwijl in de tweede plaats de vereiste veerkracht van de ondervloer naar keuze variabel is door de keuze van de structuur en de dikte van de elastische onderlaag.
Voorts is het gunstig om volgens de uitvinding de elastische onderlaag bij voorkeur op de dekvloer rondom te spannen, bijvoorbeeld door gebruikte maken van dubbelzijdig kleefband waarmee de onderlaag eerst strakgetrokken op de dekvloer wordt bevestigd.
Een ander voordeel dat bereikt kan worden bestaat uit de mogelijkheid om de elastische onderlaag voorafgaande aan het aanbrengen van de lijmlaag alzijdig voor te spannen en pas in die voorgespannen toestand van de onderlaag daarop een lijmlaag aan te brengen en vervolgens de papierlaag daaroverheen aan te brengen, een en ander zodanig dat in de schuimlaag tenminste een eenzijdig gerichte voorspanning en indien gewenst zelfs een meerzijdig gerichte voorspanning in het oppervlak van de onderlaag aanwezig is voordat die aldus geprefabriceerde elastische onderlaag op de dekvloer wordt aangebracht.
Met het oog op een optimale hechting tussen de onderlaag, de lijmlaag en het vloerdeel van de zwevende vloer kan zich op de onderzijde van een vloerdeel een kunststoflaag bevinden, in het bijzonder kan daarop een PVC-laag zijn aangebracht, in welk bijzondere geval de lijmlaag natuurlijk geen weekmakerbestanddeel dient te bevatten.
De uitvinding heeft bovendien betrekking op een vloerdeel ten gebruike voor een zwevende vloer die onder toepassing van de hiervoor genoemde werkwijze geschikt is ter bevestiging op een elastische onderlaag, welk vloerdeel aan zijn onderzijde dan voorzien is van een PVC-folie welke een uitstekend aanhechtings-oppervlak vormt voor een lijmlaag welke is aangebracht op de elastische onderlaag waarop uiteindelijk de zwevende vloer gelegd wordt.
De uitvinding voorziet eveneens in een elastische onderlaag ten gebruike bij het leggen van een zwevende vloer, onder toepassing van de hiervoor omschreven werkwijze, welke onderlaag bestaat uit een vooraf van een al of niet onder oppervlakte-trekspanning gebrachte fijncellige schuimlaag welke aan zijn bovenzijde voorzien is van een lijmlaag die door een gemakkelijk verwijderbare laag papier is afgedekt.
Hoewel de keuze van de dikte van de onderlaag de gewenste kenmerkende eigenschappen van de zwevende vloer mede bepaalt blijkt een gunstig resultaat verkregen te worden indien bijvoorbeeld de onderlaag van fijncellig schuimmateriaal een dikte heeft van b.v. 2 tot 15 mm, en al naar gelang de gespecificeerde veerkracht voor de zwevende vloer, toepassing plaatsvindt van parketvloerdelen met een dikte van b.v. 3 tot 22 mm.
Voor het leggen van een zwevende vloer met een groot oppervlak, zoals voor een sporthal kan met voordeel gebruik worden gemaakt van het uitrollen van een brede opgerolde elastische onderlaag, zoals een fijncellige schuimlaag, voor toepassing bij een zwevende vloer volgens de uitvinding, onder trekspanning op de dekvloer aangebracht welke onderlaag aan zijn naar het vloerdeel toegekeerde zijde is voorzien van een lijmlaag welke na het aanbrengen afgedekt is door gemakkelijk verwijderbare papierlaag, in het bijzonder van een op zichzelf bekende papierlaag [of samengestelde papier/iaminaatlaag] met een hoge treksterkte.
De uitvinding zal hierna aan de hand van een tekening van een uitvoeringsvoorbeeld nader worden toegelicht.
Fig. 1 toont schematisch een zwevende vloerconstructie volgens de uitvinding, gedeeltelijk perspectivisch en in dwarsdoorsnede;
Fig. 2 toont de gedeeltelijk uitgerolde elastische onderlaag volgens Fig 1, gedeeltelijk in dwarsdoorsnede en perspectivisch, aangebracht op de dekvloer en
Fig. 3 toont schematisch de onderlaag volgens de Fig. 1 en 2 in perspectief met pijlen ter aanduiding van de uitgeoefende voorspanning die wordt verkregen door het uitoefenen van trekspanning in twee loodrecht op elkaar staande richtingen.
In de Fig. 1 en 2 is de zwevende vloerconstructie aangebracht op een betonvloer 1 die van wapeningsstaven 2 is voorzien. De ruwe bovenzijde van de betonvloer 1 is afgewerkt met een vlakke deklaag 3 welke als dekvloer dient voor de zweven vloerconstructie. Bovenop de deklaag 3 wordt een elastische onderlaag 4 gelegd, b.v. bestaande uit een fijncellige schuimlaag die bij voorkeur langs zijn omtreksranden met behulp van dubbelzijdig kleefband 5 aan zijn onderzijde in gestrekte positie wordt vastgehecht aan de dekvloer 3. De gehele bovenzijde van de elastische onderlaag 4 is voorzien van een goed hechtende lijmlaag 6 welke er toe dient om de zwevend te leggen vloerdelen 7 op te fixeren. In Fig. 1 is getoond dat de onderzijde van een gelegd vloerdeel van een folie 8 is voorzien waarvan het gladde oppervlak een bijzonder goede hechting oplevert met de lijmlaag 6. Lijmlaag 6 en de folielaag 8 van het vloerdeel 7 dienen perfekt samen te werken; is de folielaag 8 een pvc-folie dan mag de lijmlaag 6 b.v. geen weekmaker bevatten, kortom de samenwerking van het vloerdeel 7 met de lijmlaag 6 dient van zodanige aard te zijn dat loslating na fixeren onmogelijk is. In Fig. 2 is schematisch weergegeven dat de elastische onderlaag 4 met daar bovenop de lijmlaag 6 bedekt is door een papierlaag 9 die een grote treksterkte dient te hebben. Enerzijds vormt die papierlaag 9 een beschermende laag voor de oppervlakte van de lijmlaag 6, anderzijds is de aanwezigheid van de papierlaag 9 voorafgaande aan het fixeren van het vloerdeel 7 in Fig. 1 van wezenlijk belang. Immers zou het bij afwezigheid van die papierlaag 9 niet mogelijk zijn om een dergelijke elastische onderlaag 4 met lijmlaag 6 uit te rollen volgens pijl A op de dekvloer 3 maar bovenal verschaft die papierlaag 9 bij het plaatsen van elk vloerdeel 7 de mogelijkheid om de gewenste nauwe aansluiting met een aangrenzend vloerdeel 7 tot stand te brengen waarna pas de papierlaag 9 onder de onderzijde van het vloerdeel 7 wordt weggetrokken. Dit gebeurt In Fig. 2 in een richting van de pijl B. Voor het plaatsen van het eerste vloerdeel wordt vanaf de omtreksrand van de zwevende vloer eerst een gedeelte van de papierlaag 9 weggetrokken volgens pijl B waarna het aangrenzende vloerdeel 7 op de gladde zijde van de weggetrokken papierlaag 9 geplaatst wordt In goede aansluiting met het eerstgelegde vloerdeel 7. Door vervolgens de papierlaag 9 verder in dwarsrichting volgens de pijl B onder het tweede vloerdeel gelijkmatig weg te trekken komt de perfekte fixering daarvan op de elastische onderlaag 4 tot stand en vervolgens kan zo verder gewerkt worden.
In Fig. 3 is weergegeven dat door het bij voorkeur gelijkmatig strekken van de onderlaag 4 in verschillende richtingen volgens de weergegeven pijlen F in een dwarsdoorsnede over deze laag trekspanningen optreden. Wordt daarna een lijmlaag 6 en vervolgens een papierlaag 9 bovenop de betrekkelijk dunne elastische onderlaag 4 aangebracht dan blijft daarin de gelijkmatige trekspanning bewaard en dit blijft zo bij het aanbrengen van de elastische onderlaag 4 op de dekvloer 5.
Het inventieve inzicht voor het plaatsen van een zwevende vloer berust daarbij op de snelle wijze waarop de nagenoeg naadloze aansluiting van de vloerdelen tot stand komt en welke verkregen wordt door te werk te gaan volgens de nieuwe werkwijze. Bij vloerdelen van langwerpige vorm is het wegtrekken van de papierlaag in een richting dwars op de lengterichting van het vloerdeel gunstig. Bij gebruik van langwerpige vloertegels voor een zwevende vloer gaat dezelfde werkwijze op. Voor vierkante vloerdelen speelt de richting waarin de papierlaag wordt weggetrokken geen rol. De papierlaag dient echter een behoorlijke treksterkte te hebben om te voorkomen dat tijdens het fixeren van de vloerdelen in de papierlaag scheurvorming optreedt.
Het spreekt vanzelf dat de vloerdelen voor de zwevende vloer van verschillend geschikt materiaal kunnen zijn dat een hechte verbinding met de lijmlaag op de elastische onderlaag tot stand brengt. In tegenstelling tot het gebruik van op zichzelf bekende vloertegels van kunststof die aan hun onderzijde voorzien zijn van een lijmlaag, afgedekt door een verwijderbare papierlaag, die na plaatsing op een vaste onderlaag daarop nog vastgeklopt worden, biedt die onderlaag geen enkele trekspanning op en ontbreekt dus de mogelijkheid om bij uitzetting of inkrimping tengevolge van wijzigingen in de omgevingstemperatuur of de luchtvochtigheid de oorspronkelijke naadvorming te behouden. Door toepassing van een elastische onderlaag bij een zwevende vloer zijn dergelijke wijzigingen in de omgevingstemperatuur of de luchtvochtigheid geen enkele aanleiding meer om tussen de vloerdelen naadvorming te doen optreden omdat de gehele zwevende vloer zonder uiterlijke tekenen daarvan te vertonen naadloos mee kan bewegen.
De elastische onderlaag dient een bij voorkeur een fijncellige structuur te bezitten. Of de celstructuur open of gesloten is, de eigen elasticiteit van het materiaal waaruit de onderlaag bestaat is bepalend voor de karakteristieke gewenste eigenschappen van de te leggen zwevende vloer. Ook hier zijn diverse mogelijkheden om kunststofschuim of b.v. rubberschuim toe te passen, al naar gelang de gebruikseisen van de zwevende vloer daarom vragen. Celstructuur en dikte tezamen bepalen de mate van veerkracht. Een schuimlaag van ca. 2 tot 15 mm levert naar keuze b.v. reeds gewenste verende eigenschappen op bij gebruikmaking van vloerdelen met een dikte van ca. 3 tot 22 mm. De toe te passen lijmsoort voor de lijmlaag dient aan het gebruik van hout of kunststof als materiaal voor de vloerdelen te worden aangepast.
Gebleken Is dat met de nieuwe werkwijze zeer gunstige resultaten bereikt worden voor zwevende vloeren.
De uitvinding is niet beperkt tot het beschreven uitvoeringsvoorbeeld van de werkwijze en is evenmin beperkt tot eerder aangegeven dikteafmetingen die slechts als voorbeeld dienen. Voor parketvloeren in grote of kleine ruimten en voor sportruimten zijn verscheidene dikteafmetingen van toepassing en vloerdelen verschillen eveneens aanmerkelijk van afmeting, uitvoering en rand-(naad)-constructie welke aan een deskundige in de vloerenbranche voldoende bekend zijn om aangepast te worden voor toepassing van de werkwijze bij zwevende vloeren.
Conclusies;

Claims (10)

1. Werkwijze voor het leggen of aanbrengen van een zwevende vloer onder gebruikmaking van een elastische onderlaag, met het kenmerk, dat op een zgn. dekvloer (1),bijvoorbeeld van cement, een elastische onderlaag (4) van enige dikte, bijvoorbeeld bestaande uit een fijncellige schuimlaag welke aan de bovenzijde is voorzien van een lijmlaag (6) die door een papierlaag (9) is afgedekt, wordt aangebracht en achtereenvolgens telkens een afzonderlijk vloerdeel (7) van de aan te brengen zwevende vloer, b.v. in de vorm van een parketvloerdeel, een strook vloerlaminaat of een soortgelijk geprefabriceerd vloerdeel van kunststofmateriaal, op de elastische onderlaag (4) gelegd wordt waarna de bovenliggende papierlaag (9) die zich tussen de onderzijde van het vloerdeel (7) en de lijmlaag (6) bevindt, voorzichtig en in hoofdzaak dwars op de lengterichting van het vloerdeel (7) [of dwars to.v. de vloerafwerkrichting] afgetrokken en daarna verwijderd wordt en aldus voortgaande een aantal aangrenzende vloerdelen (7,7) tezamen op de elastische (schuim) onderlaag (4) een nagenoeg naadloos zwevend vloeroppervlak op een elastische onderlaag (1+4+6+7) vormt.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de elastische (schuim)onderlaag (4) d.m.v. dubbelzijdig kleefband (5) strakgetrokken op de dekvloer (1) wordt aangebracht.
3. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de elastische (schuim)onderlaag (4) voorafgaande aan het aanbrengen van de lijmlaag (6) wordt voorgespannen (F*) en In die voorgespannen toestand reeds voorzien wordt van een afdekkende papierlaag (9), een en ander zodanig dat in die (schuim)onderlaag (4) een éénzijdig gerichte voor(trek-)spanning (F->) wordt aangebracht (aanwezig is).
4. Werkwijze volgens conclusies 1 en 3, met het kenmerk, dat in de elastische (schuim)-onderlaag (4) een meer- of veelzijdig gerichte voorspanning (F »)wordt aangebracht (aanwezig is).
5. Werkwijze volgens conclusie 1 -4, met het kenmerk, dat gebruik wordt gemaakt van een elastische (schuim)onderlaag (4) welke voorzien is van een lijmlaag (6) en voorts zich op de onderzijde van een vloerdeel (7) een kunststof (folie) laag (8) bevindt, in het bijzonder een PVC-laag, in welk bijzondere geval de lijmlaag (6) geen weekmaker dient te bevatten.
6. Vloerdeel ten gebruike voor een zwevende vloer die onder toepassing van de werkwijze volgens conclusies 1-5 op een elastische (schuim)onderlaag bevestigd wordt, met het kenmerk, dat het vloerdeel (7) aan zijn onderzijde voorzien is van een PVC-folie (8) welke een aanhechtoppervlak vormt voor een lijmlaag (6) waarop de zwevende vloer gelegd wordt.
7. Elastische (schuim)onderlaag ten gebruike bij het leggen van een zwevende vloer, onder toepassing van de werkwijze volgens conclusies 1-5, bestaande uit een fijncellige schuimlaag (4) welke aan de bovenzijde voorzien is van een lijmlaag (6) die door een verwijderbare papierlaag (9) is afgedekt.
8. Elastische (schuim)onderlaag volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de schuimlaag (4) voorafgaande aan het aanbrengen van de lijmlaag (6) in één of meer richtingen (F, F) werd gestrekt en onder handhaving van die aangebrachte voor(trek-)spanning de lijmlaag (6) en vervolgens de papierlaag (9) werden aangebracht.
9. Werkwijze volgens conclusies 1 t/m 5, met het kenmerk, dat de onderlaag van fijncellig schuimmateriaal een dikte heeft van b.v. 2 tot 15 mm, al naar gelang de gespecificeerde veerkracht voor de zwevende vloer, onder toepassing van parketvloerdelen met een dikte van b.v. 3 tot 22 mm.
10. Opgerolde elastische (schuim)onderlaag, zoals een fijncellige schuimlaag, ten gebruike ais afrolbare onderlaag voor een zwevende [parket of andere gelijksoortige] vloer, voorzien van een lijmlaag (6) welke na het aanbrengen ervan afgedekt is door een papierlaag (9), in het bijzonder een op zichzelf bekende papierlaag [of samengestelde papier/laminaatlaag] met een voor toepassing van de werkwijze volgens conclusies 1 tot 5 hoge treksterkte. *******
NL9300879A 1993-05-21 1993-05-21 Werkwijze voor het leggen van een zwevende vloer onder gebruikmaking van een elastische ondervloer, alsmede elastische onderlaag voorzien van een lijmlaag en een papierlaag. NL193327C (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9300879A NL193327C (nl) 1993-05-21 1993-05-21 Werkwijze voor het leggen van een zwevende vloer onder gebruikmaking van een elastische ondervloer, alsmede elastische onderlaag voorzien van een lijmlaag en een papierlaag.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9300879A NL193327C (nl) 1993-05-21 1993-05-21 Werkwijze voor het leggen van een zwevende vloer onder gebruikmaking van een elastische ondervloer, alsmede elastische onderlaag voorzien van een lijmlaag en een papierlaag.
NL9300879 1993-05-21

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL9300879A true NL9300879A (nl) 1994-12-16
NL193327B NL193327B (nl) 1999-02-01
NL193327C NL193327C (nl) 1999-06-02

Family

ID=19862428

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9300879A NL193327C (nl) 1993-05-21 1993-05-21 Werkwijze voor het leggen van een zwevende vloer onder gebruikmaking van een elastische ondervloer, alsmede elastische onderlaag voorzien van een lijmlaag en een papierlaag.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL193327C (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN105569339A (zh) * 2015-12-31 2016-05-11 青建集团股份公司 顺序与跳仓、间歇与加强相结合的超长结构无缝施工方法

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN105569339A (zh) * 2015-12-31 2016-05-11 青建集团股份公司 顺序与跳仓、间歇与加强相结合的超长结构无缝施工方法

Also Published As

Publication number Publication date
NL193327B (nl) 1999-02-01
NL193327C (nl) 1999-06-02

Similar Documents

Publication Publication Date Title
AU2006252200B2 (en) Floor tile
US7322159B2 (en) Floor plank
US6966963B2 (en) Method of applying a covering for boards
US4944514A (en) Floor finishing material and method
US5820958A (en) Non-cracking, smooth, and flat patch for wall cracks
EP0629755B1 (en) A method of laying a floor
US20050158501A1 (en) Covering having an integral barrier for use on treated boards
CA2743287C (en) Articles and methods for laying ceramic tile floor
US8613182B2 (en) Ceramic tile floor
US20110305908A1 (en) Easily replaceable ceramic tile floor
US6450729B1 (en) Pavement surface crack repair method
US6418690B1 (en) Outdoor deck material
CA2568978C (en) Floor tile
BE1013886A6 (nl) Ondervloer.
NL9300879A (nl) Werkwijze voor het leggen van een zwevende vloer op een elastische onderlaag.
US20050095386A1 (en) Covering for use on treated boards
US20070193145A1 (en) Outdoor decking material
US11130297B2 (en) Wall and ceiling repair products and methods
US5904439A (en) Movement joint
NL1006125A1 (nl) Folie die op een effen ondergrond kan worden aangebracht.
GB2244297A (en) Roof lining system
US1572070A (en) Surface covering
GB2111106A (en) Synthetic sports surface
US6634458B2 (en) Soundproofing system
JP2003286769A (ja) 床構造及びその施工方法

Legal Events

Date Code Title Description
CNR Transfer of rights (patent application after its laying open for public inspection)

Free format text: BERS. F.J. VAN -

BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20101201