NL9300413A - Plant pot and insert for plant pot. - Google Patents

Plant pot and insert for plant pot. Download PDF

Info

Publication number
NL9300413A
NL9300413A NL9300413A NL9300413A NL9300413A NL 9300413 A NL9300413 A NL 9300413A NL 9300413 A NL9300413 A NL 9300413A NL 9300413 A NL9300413 A NL 9300413A NL 9300413 A NL9300413 A NL 9300413A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
pot
plant pot
plant
openings
wall
Prior art date
Application number
NL9300413A
Other languages
Dutch (nl)
Original Assignee
Nicolaas Gerardus Hyacinthus M
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Nicolaas Gerardus Hyacinthus M filed Critical Nicolaas Gerardus Hyacinthus M
Priority to NL9300413A priority Critical patent/NL9300413A/en
Priority to NL9300467A priority patent/NL9300467A/en
Priority to PCT/NL1994/000055 priority patent/WO1994019928A1/en
Priority to AU62219/94A priority patent/AU6221994A/en
Publication of NL9300413A publication Critical patent/NL9300413A/en

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G27/00Self-acting watering devices, e.g. for flower-pots
    • A01G27/04Self-acting watering devices, e.g. for flower-pots using wicks or the like

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Water Supply & Treatment (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Cultivation Receptacles Or Flower-Pots, Or Pots For Seedlings (AREA)

Description

Korte aanduiding: plantpot en inzetstuk voor plantpot.Short designation: plant pot and insert for plant pot.

De uitvinding heeft betrekking op een plantpot met een binnenruimte die begrensd wordt door een opstaande wand en een bodem die bestemd is voor het daarin opnemen van sub-straatmateriaal voor een plant, waarbij een de bodem omvattend onderste gedeelte van de pot onder een hoogte die, na plaatsing van de pot op een vloer, overeenkomt met een hoogste bevloeïingsniveau van een waterbevloeiïingssysteem, zodanig gevormd en van openingen voorzien is, dat de ope-ningen lucht en water tussen de binnenruimte en de de pot omgevende ruimte kunnen doorlaten.The invention relates to a plant pot with an inner space bounded by an upright wall and a bottom which is intended to receive substrate material for a plant therein, wherein a bottom part of the pot comprising the bottom has a height which, after placement of the pot on a floor, corresponds to a highest irrigation level of a water irrigation system, shaped and provided with openings so that the openings can allow air and water to pass between the inner space and the space surrounding the pot.

Een plantpot van de hierboven genoemde soort is bekend uit de praktijk. Een dergelijke plantpot wordt door kwekerijen, waar vaak grote aantallen planten tegelijk opgekweekt worden, gebruikt in een zogenaamd eb/vloed bevloei-ingssysteem. Hierbij staan de plantpotten op een in hoofdzaak waterdichte vloer, die begrensd wordt door een zodanige opstaande rand dat daartussen en op de vloer water kan blijven staan. Een dergelijke vloer kan een op de grond aangebrachte betonnen vloer zijn of kan gevormd worden door de bodem van een kweekbak, die op een gemakkelijke werk-hoogte aangebracht is. Bij toepassing van het eb/vloed bevloeïingssysteem bevindt zich normaal geen water op de vloer. Deze toestand wordt ook wel eb genoemd. Voor het aan de planten geven van water wordt zoveel water op de vloer gebracht dat het niveau ervan zich boven openingen in een onderste gedeelte van elke plantpot bevinden voor het via de openingen doorlaten van water. Deze toestand, die ook wel vloed genoemd wordt, wordt gedurende een vooraf bepaalde tijd gehandhaafd, in welke tijd het substraatmateriaal binnen elke plantpot via de openingen in de bodem van de plantpot water kan opzuigen. Na afloop van deze vooraf bepaalde tijd wordt het water weer van de vloer afgevoerd, zodat weer de ebtoestand bereikt wordt, waarin een eventueel teveel aan water in het substraatmateriaal van elke plantpot via de openingen in de bodem van de plantpot uit de pot kan wegstromen. Voor het snel laten wegstromen van overtollig water uit de plantpot wanneer naar de ebtoestand teruggekeerd wordt is het bekend de bodem van de plantpot door middel van verhogingsmiddelen relatief hoog boven de vloer, maar toch met de genoemde openingen 2-4 cm onder het vloedniveau van het water te plaatsen. Dergelijke verho-gingsmiddelen kunnen bestaan uit een integraal aan de onderkant van de pot gevormde, relatief hoge kraag. Het eb/vloed bevloeïingssyteem wordt vaak toegepast omdat het van bovenaf beregenen van planten nadelen heeft, in het bijzonder voor wat betreft het handhaven van een bepaald klimaat, waterverdeling en automatisering.A plant pot of the above-mentioned type is known from practice. Such a plant pot is used by nurseries, where often large numbers of plants are grown at the same time, in a so-called ebb and flow irrigation system. The plant pots are here placed on a substantially watertight floor, which is delimited by an upright edge such that water can remain between them and on the floor. Such a floor can be a concrete floor placed on the ground or it can be formed by the bottom of a cultivation tray, which is arranged at an easy working height. When the ebb and flow irrigation system is used, there is normally no water on the floor. This condition is also referred to as low tide. For watering the plants, so much water is brought to the floor that their level is above openings in a lower portion of each plant pot for allowing water to pass through the openings. This state, also called flood, is maintained for a predetermined time, during which time the substrate material within each plant pot can soak up water through the openings in the bottom of the plant pot. After this predetermined time has elapsed, the water is drained from the floor again, so that the ebb condition is again reached, in which any excess water in the substrate material of each plant pot can flow out of the pot via the openings in the bottom of the plant pot. For the rapid draining of excess water from the plant pot when returning to the ebb state, it is known that the bottom of the plant pot is raised high above the floor by means of elevating means, but nevertheless with said openings 2-4 cm below the flood level of the plant. water. Such enhancement means may consist of a relatively high collar integrally formed on the bottom of the pot. The ebb and flow irrigation system is often used because sprinkling plants from above has disadvantages, especially in terms of maintaining a certain climate, water distribution and automation.

In alle bekende plantpotten, al of niet met toepassing van de genoemde verhogingsmiddelen, groeien de wortels in hoofdzaak langs de binnenwand van de plantpot tot onder in de pot en bevindt zich onder in de pot de grootste concentratie van wortels.In all known plant pots, with or without the use of said enhancers, the roots grow substantially along the inner wall of the plant pot to the bottom of the pot and the largest concentration of roots is located at the bottom of the pot.

Het is gebleken dat, vooral in de winter, een groot aantal plantensoorten beschadigingen aan de wortels kunnen krijgen wanneer de belangrijkste concentratie wortels, dat zich onder in de pot bevindt, regelmatig onder water gezet wordt. De beschadigingen kunnen bestaan uit het afsterven van haarwortels, waardoor vaak invalspoorten voor schimmels kunnen ontstaan, als gevolg waarvan wortelrol kan ontstaan.It has been found that, especially in winter, a large number of plant species can suffer damage to the roots when the main concentration of roots, which is located at the bottom of the pot, is regularly flooded. The damage may consist of hair roots dying, which can often lead to fungal invasion gates, which can lead to a root roll.

Omdat de wortels in het onderste gedeelte van de plantpot tijdens vloedperioden regelmatig in aanraking met water komen dat vaak gerecirculeerd wordt en het water tevens in aanraking komt met wortels van andere planten bestaat een reëel gevaar van besmetting en verspreiding van nematoden (soort aaltjes). Teneinde wortelrot en verspreiding van nematoden tegen te gaan worden vaak fungicides (ter beschrijding van schimmels) en nematicides (ter bestrijding van nematoden) aan het water toegevoegd. Het toepassen van fungicides en nematicides wordt echter steeds meer als een belasting voor het milieu gezien, en vormt daarnaast bij commerciële opkweek van planten een kost-prijsverhogende factor.Because the roots in the lower part of the plant pot regularly come into contact with water that is often recirculated during flood periods and the water also comes into contact with roots of other plants, there is a real danger of infection and spread of nematodes (nematode species). In order to prevent root rot and spread of nematodes, fungicides (to treat fungi) and nematicides (to combat nematodes) are often added to the water. However, the use of fungicides and nematicides is increasingly seen as an environmental burden, and is also a cost-increasing factor in commercial plant cultivation.

De uitvinding beoogt de bezwaren van de bekende plantpot op te heffen.The object of the invention is to eliminate the drawbacks of the known plant pot.

Daartoe heeft de plantpot van de in de aanhef genoemde soort volgens de uitvinding als kenmerk dat de bodem van de binnenruimte een bovenste gedeelte omvat dat zich langs de wand en boven het hoogste bevloeïingsniveau uitstrekt, en dat zich tussen het bovenste bodemgedeelte en een lager bodemgedeelte een tussenwand uitstrekt die geschikt is voor het in hoofdzaak tegenhouden van het substraatmateriaal. Omdat de wortels makkelijker langs de wand van de pot groeien dan dat zij vandaar in substraatmateriaal groeien gaat het verhoogde bodemgedeelte tegen dat wortels in de richting van het lagere bodemgedeelte groeien, zodat zich boven het lager bodemgedeelte geen of weinig wortels zullen ontwikkelen. Hierdoor wordt het ontstaan van beschadigingen aan de wortels tegengegaan. Niettemin blijft het substraatmateriaal boven het onderste bodemgedeelte in staat tijdens de vloedtoestand via in het onderste bodemgedeelte aanwezige openingen water op te zuigen. Door het in hoofdzaak niet aanwezig zijn van wortels in het substraatmateriaal onder het vloedniveau van het water kan het vloedniveau langer gehandhaafd worden om het substraatmateriaal gelegenheid te geven water op te nemen, zonder dat significante beschadigingen aan de wortels optreden. Omdat zich in het onderste gedeelte van de pot boven het onderste bodemgedeelte minder wortels bevinden zal eventuele besmetting en verspreiding van nematoden minder zijn en zal het toepassen van fungicides en nematicides minder noodzakelijk zijn.To this end, the plant pot of the type mentioned in the preamble according to the invention has the feature that the bottom of the inner space comprises an upper part which extends along the wall and above the highest irrigation level, and that between the upper bottom part and a lower bottom part intermediate wall that is suitable for substantially retaining the substrate material. Because the roots grow more easily along the wall of the pot than they grow in substrate material from there, the raised bottom portion prevents roots from growing toward the lower bottom portion, so that little or no roots will develop above the lower bottom portion. This prevents damage to the roots. Nevertheless, the substrate material above the bottom bottom portion remains able to suck up water through openings present in the bottom bottom portion during the flood condition. Due to the substantial absence of roots in the substrate material below the flood level of the water, the flood level can be maintained longer to allow the substrate material to absorb water without significant damage to the roots. Because there are less roots in the bottom part of the pot above the bottom bottom part, any contamination and spread of nematodes will be less and the use of fungicides and nematicides will be less necessary.

Bij voorkeur heeft het bovenste bodemgedeelte op afstand van de wand erboven een verhoging. Hierdoor wordt het groeien van de wortels vanaf de wand boven het bovenste bodemgedeelte in de richting van het onderste bodemgedeelte verder tegengegaan, waardoor het ontstaan van beschadigingen aan de wortels verder tegengegaan wordt.Preferably, the top bottom portion is elevated away from the wall above. This further inhibits the growth of the roots from the wall above the top bottom part in the direction of the bottom bottom part, further preventing the formation of damage to the roots.

Bij voorkeur heeft het bovenste bodemgedeelte openingen en is het onderste gedeelte van de pot zodanig gevormd dat de openingen in zowel het bovenste bodemgedeelte als in het onderste bodemgedeelte lucht tussen de binnenruimte en de de pot omgevende ruimte kunnen doorlaten. Hierdoor wordt de groei van de plant gunstig beïnvloed. De openingen in het bovenste bodemgedeelte geven tevens als voordeel dat na terugkeer van de vloedtoestand naar de ebtoestand overtollig water in het substraatmateriaal via deze openingen afgevoerd kan worden.Preferably, the top bottom portion has openings and the bottom portion of the pot is formed such that the openings in both the top bottom portion and in the bottom bottom portion allow air to pass between the interior space and the space surrounding the pot. This positively influences the growth of the plant. The openings in the top bottom section also have the advantage that after returning from the flood state to the ebb state, excess water in the substrate material can be discharged through these openings.

Het bovenste bodemgedeelte kan bij toepassing van een bekende plantpot van de in de aanhef genoemde soort tevens gerealiseerd worden wanneer het bovenste bodemgedeelte en de tussenwand tussen de bovenste en onderste bodemgedeelten gevormd worden door een inzetstuk.When a known plant pot of the type mentioned in the preamble is used, the top bottom section can also be realized when the top bottom section and the intermediate wall between the top and bottom bottom sections are formed by an insert.

De uitvinding heeft daarom tevens betrekking op een dergelijk inzetstuk.The invention therefore also relates to such an insert.

Andere eigenschappen en voordelen van de uitvinding zullen blijken uit de hierna volgende toelichting met verwijzing naar de tekeningen waarin:Other features and advantages of the invention will become apparent from the following explanation with reference to the drawings, in which:

Fig. 1 een doorsnede toont van een bekende plantpot met daarin substraatmateriaal en een gedeelte van een plant;Fig. 1 shows a section of a known plant pot containing substrate material and a part of a plant;

Fig. 2 een onderaanzicht toont van de plantpot van fig. 1;Fig. 2 shows a bottom view of the plant pot of FIG. 1;

Fig. 3 een doorsnede toont van een eerste uitvoeringsvorm van een plantpot volgens de uitvinding;Fig. 3 shows a cross section of a first embodiment of a plant pot according to the invention;

Fig. 4 een onderaanzicht toont van de plantpot van fig. 3;Fig. 4 shows a bottom view of the plant pot of FIG. 3;

Fig. 5 een zijaanzicht toont van een steunmiddel voor de plantpot van fig. 3,Fig. 5 shows a side view of a support means for the plant pot of FIG. 3,

Fig. 6 een doorsnede toont van een tweede uitvoeringsvorm van een plantpot volgens de uitvinding;Fig. 6 shows a section of a second embodiment of a plant pot according to the invention;

Fig. 7 een onderaanzicht toont van de plantpot van fig. 6; enFig. 7 shows a bottom view of the plant pot of FIG. 6; and

Fig. 8 een doorsnede toont van een inzetstuk volgens de uitvinding voor een bekende plantpot volgens fig. l.Fig. 8 shows a cross section of an insert according to the invention for a known plant pot according to FIG.

De in de fig. 1 en 2 getoonde bekende plantpot heeft een binnenruimte 1, die begrensd wordt door een opstaande wand 2 en een bodem 3. De bodem 3 heeft openingen 4. Aan de onderkant van de pot bevindt zich een kraag 5 met uitsparingen 6. De pot staat met de kraag 5 op een vloer 7, die in hoofdzaak waterdicht is en kan bestaan uit een betonnen vloer met een opstaande rand (niet getoond) of die een bodem kan zijn van een bak, die op een gemakkelijke werk-hoogte geplaatst is.The known plant pot shown in fig. 1 and 2 has an inner space 1, which is bounded by an upright wall 2 and a bottom 3. The bottom 3 has openings 4. At the bottom of the pot there is a collar 5 with recesses 6 The pot rests with the collar 5 on a floor 7 which is substantially waterproof and may consist of a concrete floor with a raised edge (not shown) or which may be a bottom of a tray which is at an easy working height is placed.

In de binnenruimte 1 bevindt zich geschikt substraat-materiaal 8, bijvoorbeeld potgrond. In het substraatmateri-aal 8 groeit een plant, waarvan in fig. 1 slechts een gedeelte van de stam 9 en wortels 10 (beide niet in doorsnede) getoond zijn. In het algemeen groeien de wortels 10 in hoofdzaak langs de binnenkant van de wand 2 van de pot en vooral in het onderste gedeelte van de binnenruimte 1 van de pot.The inner space 1 contains suitable substrate material 8, for example potting soil. A plant grows in the substrate material 8, of which only a part of the trunk 9 and roots 10 (both not in section) are shown in Fig. 1. In general, the roots 10 grow mainly along the inside of the wall 2 of the pot and especially in the bottom part of the inner space 1 of the pot.

Bij toepassing van een eb/vloed bevloeïingssysteem wordt periodiek water op de vloer 7 gebracht tot bijvoorbeeld een maximale hoogte of vloedhoogte h. Tijdens vloed kan water via de uitsparingen 6 in de kraag 5 aan de onderkant van de pot en via de openingen 4 in de bodem 3 van de pot in het substraatmateriaal 8 dringen en kan het sub-straatmateriaal 8 het water tot boven het vloedniveau h opzuigen. Bij terugkeer naar de ebtoestand kan overtollig water uit het substraatmateriaal 8 via de openingen 4 en de uitsparingen 6 terugstromen en samen met ander water op de vloer 7 afgevoerd worden. Tijdens eb kan via de openingen 4 en de uitsparingen 6 lucht in het substraatmateriaal 8 onder in de pot dringen, wat de groei van de plant bevordert.When an ebb and flow irrigation system is used, water is periodically brought to the floor 7 to, for example, a maximum height or flood height h. During high tide, water can penetrate into the substrate material 8 through the recesses 6 in the collar 5 at the bottom of the pot and through the openings 4 in the bottom 3 of the pot, and the substrate material 8 can absorb the water above the flood level h . Upon return to the ebb state, excess water from the substrate material 8 can flow back through the openings 4 and the recesses 6 and be discharged to the floor 7 together with other water. During low tide, air can penetrate through the openings 4 and the recesses 6 into the substrate material 8 at the bottom of the pot, which promotes the growth of the plant.

Gebleken is dat bij een groot aantal plantensoorten beschadigingen aan de wortels kan ontstaan, in het bijzonder 's winters en in het onderste gedeelte van de pot waarin zich de belangrijkste concentratie van wortels bevindt en dat tijdens vloedperioden regelmatig onder water staat. In fig. 1 zijn aangetaste wortels, net als ze meestal in werkelijkheid zijn, zwart getoond.It has been found that damage can occur to the roots of a large number of plant species, especially in winter and in the lower part of the pot in which the main concentration of roots is located and which is regularly flooded during flood periods. In Fig. 1, affected roots, as they usually are in reality, are shown in black.

Het ontstaan van wortelbeschadigingen is ongunstig voor een gezonde groei van de plant. Verder, omdat een gedeelte van de wortels regelmatig in aanraking is met water dat vaak gerecirculeerd wordt en het water ook in aanraking met wortels van andere planten komt, bestaat er een reëel gevaar van besmetting en verspreiding van nemato-den. Bovendien wordt het toepassen van fungicides (ter bestrijding van schimmels) en nematicides (ter beschrijding van nematoden) in toenemende mate als een belasting voor het milieu gezien en is het bij commerciële opkweek van planten kostprijsverhogend.The development of root damage is unfavorable for healthy plant growth. Furthermore, because a portion of the roots is in regular contact with water that is often recirculated and the water also comes in contact with roots of other plants, there is a real danger of contamination and spread of nematodes. In addition, the use of fungicides (for combating fungi) and nematicides (for combating nematodes) is increasingly seen as a burden on the environment and increases the cost of commercial cultivation of plants.

De uitvinding beoogt de bezwaren die verbonden zijn aan het toepassen van de bekende plantpot op te heffen.The object of the invention is to eliminate the drawbacks associated with the use of the known plant pot.

De in de figuren 3 en 4 getoonde eerste uitvoeringsvorm van de plantpot volgens de uitvinding heeft een binnenruimte 1, die begrensd wordt door een opstaande wand 2, een onderste bodemgedeelte 12 en een bovenste bodemgedeelte 13. Het onderste bodemgedeelte 12, dat in vergelijking met de bodem 3 van de pot van fig. 1 en 2 een kleinere diameter heeft, is net als de bodem 3 voorzien van openingen 4 en heeft aan de onderkant een kraag 5 met uitsparingen 6. De functie van de openingen 4, de kraag 5 en de uitsparingen 6 van de pot van fig. 3 en 4 zijn dezelfde als die van de pot van fig. l en 2.The first embodiment of the plant pot according to the invention shown in Figures 3 and 4 has an inner space 1, which is bounded by an upright wall 2, a bottom bottom section 12 and an upper bottom section 13. The bottom bottom section 12, which, in comparison with the bottom 3 of the pot of fig. 1 and 2 has a smaller diameter, like the bottom 3 is provided with openings 4 and has a collar 5 with recesses 6 at the bottom. The function of the openings 4, the collar 5 and the recesses 6 of the pot of fig. 3 and 4 are the same as those of the pot of fig. 1 and 2.

Het onderste bodemgedeelte 12 is met het bovenste bodemgedeelte 13 verbonden via een tussenwand 14, die geschikt is voor het in hoofdzaak tegenhouden van in de binnenruimte 1 aanwezig substraatmateriaal. De tussenwand 14 kan geheel dicht zijn of kan openingen hebben, bijvoorbeeld zich over de hoogte van de tussenwand uitstrekkende langwerpige openingen, via welke lucht en/of water in het door de tussenwand 14 omgeven substraatmateriaal kan dringen. Wanneer de tussenwand 14 dicht bij het onderste bodemgedeelte 12 dergelijke openingen heeft kan de bodem 12 geheel dicht zijn en hoeft aan de onderkant van de bodem 12 niet de kraag 5 aangebracht te zijn.The bottom bottom section 12 is connected to the top bottom section 13 via an intermediate wall 14, which is suitable for substantially retaining substrate material present in the inner space 1. The partition wall 14 may be completely closed or may have openings, for example elongated openings extending over the height of the partition wall, through which air and / or water can penetrate into the substrate material surrounded by the partition wall 14. When the partition wall 14 has such openings close to the bottom bottom part 12, the bottom 12 can be completely closed and the collar 5 need not be arranged at the bottom of the bottom 12.

Het bovenste bodemgedeelte 13 bevindt zich boven de eerdergenoemde hoogste waterhoogte h. Omdat de wortels van een plant zich in hoofdzaak langs de binnenkant van de wand 2 zullen ontwikkelen en vandaar zich minder radiaal naar binnen zullen ontwikkelen wordt door toepassing van een dergelijk bovenste bodemgedeelte 13 tegengegaan dat een belangrijk gedeelte van de wortels zich in de richting van het onderste bodemgedeelte 12 ontwikkelt. Hierdoor wordt tegengegaan dat tijdens vloedperioden een belangrijk gedeelte van de wortels onder water komt te staan, wat het ontstaan van wortelrot, besmetting en verspreiding van nematoden en de noodzaak van het gebruik van fungicides en nematicides tegengaat.The top bottom section 13 is above the aforementioned highest water height h. Since the roots of a plant will develop mainly along the inside of the wall 2 and hence will develop less radially inwards, by using such an upper bottom part 13, it is prevented that an important part of the roots move in the direction of the bottom bottom portion 12 develops. This prevents an important part of the roots from being flooded during flood periods, which prevents the formation of root rot, contamination and spread of nematodes and the need for the use of fungicides and nematicides.

De in fig. 3 en 4 getoonde plantpot heeft in de binnenruimte 1 ervan op het bovenste bodemgedeelte 13 een opstaande rand of kraag 15, die een dichte voortzetting kan zijn van de tussenwand 14. De kraag 15 gaat het ontwikkelen van wortels vanaf de wand 2 over het bovenste bodemgedeelte 13 en vandaar in de door de tussenwand 14 omgeven ruimte verder tegen.The plant pot shown in Figs. 3 and 4 has an upright edge or collar 15 in its inner space 1 on the top bottom section 13, which may be a close continuation of the partition wall 14. The collar 15 develops roots from the wall 2 over the top bottom part 13 and from there in the space surrounded by the partition wall 14 further against.

Het bovenste bodemgedeelte 13 heeft openingen 16. Via de openingen 16 kan lucht van buiten de pot in het sub-straatmateriaal in de binnenruimte 1 van de pot dringen, wat een gezonde groei van de plant bevordert. De openingen 16 kunnen tevens dienen voor het afvoeren van overtollig water uit het substraatmateriaal wanneer het bevloei-ïngssysteem van een vloedtoestand naar een ebtoestand terugkeert.The top bottom portion 13 has openings 16. Via the openings 16, air from outside the pot can penetrate the substrate material into the inner space 1 of the pot, which promotes healthy growth of the plant. The openings 16 can also serve to drain excess water from the substrate material when the irrigation system returns from a flood state to an ebb state.

Er wordt opgewezen dat de afmetingen van de in de figuren 3 en 4 getoonde pot slechts als voorbeeld genomen zijn. Wanneer de werkelijke afmetingen echter zodanig zijn dat in bepaalde situaties, afhankelijk van het gewicht van het substraatmateriaal en de plant, de pot onvoldoende stabiel op de vloer zou staan kan overwogen worden de pot te voorzien van extra steunmiddelen. Dergelijke steunmidde-len kunnen bestaan uit integraal aan de pot gevormde steunmiddelen of aan de pot te koppelen steunmiddelen.It is pointed out that the dimensions of the pot shown in Figures 3 and 4 are taken as an example only. However, if the actual dimensions are such that in certain situations, depending on the weight of the substrate material and the plant, the pot would stand insufficiently stable on the floor, it may be considered to provide the pot with additional support means. Such support means can consist of support means integrally formed on the pot or support means to be coupled to the pot.

Fig. 5 toont een zijaanzicht van een voorbeeld van aan de pot van fig. 3 te koppelen steunmiddelen, die bestaan uit een schijf 17 met opstaande haakorganen 18, die in de openingen 4 van het onderste bodemgedeelte 12 gestoken kunnen worden en daarna binnen de pot over de randen van die openingen 4 blijven haken. In het algemeen zullen twee van dergelijke haakorganen 18 voldoende zijn. In plaats van op een schijf 17 kunnen dergelijke haakorganen 18 tevens aangebracht zijn op een schijf met kleinere diameter en met de radiaal daarvan uitgaande vingers in het vlak van de schijf. Dergelijke steunmiddelen met haakorganen 18 kunnen tevens zo uitgevoerd zijn dat dergelijke haakorganen over randen van openingen 16 van het bovenste bodemgedeelte 13 grijpen.Fig. 5 shows a side view of an example of supporting means to be coupled to the pot of fig. 3, which consist of a disc 17 with upright hook members 18, which can be inserted into the openings 4 of the bottom bottom part 12 and then over the inside of the pot. edges of those openings 4 get caught. In general, two such hook members 18 will suffice. Instead of on a disk 17, such hook members 18 may also be mounted on a smaller diameter disk and with the radially projecting fingers in the plane of the disk. Such support means with hook members 18 can also be designed such that such hook members engage over edges of openings 16 of the top bottom portion 13.

Hoewel niet getoond kunnen de aan de pot koppelbare steunmiddelen ook bestaan uit een schijf met een opstaande kraag die om de tussenwand 14 geschoven kan worden en daar door wrijving of door middel van complementaire uitdrukkingen en uithollingen in die kraag en de buitenkant van de tussenwand 14 op zijn plaats gehouden wordt.Although not shown, the support means which can be coupled to the pot can also consist of a disc with an upright collar which can be slid around the partition wall 14 and mounted thereon by friction or by means of complementary expressions and hollows in that collar and the outside of the partition wall 14. held in place.

Integraal aan de pot gevormde steunmiddelen kunnen bestaan uit een zodanig aantal en op zodanige plaatsen aan de onderkant van het bovenste bodemgedeelte 16 gevormde verticale stiften 19 (in de figuren 3 en 4 met streepjeslijnen getoond) waarvan de hartlijnen een cirkel kruisen waarop tevens de openingen 16 gecentreerd zijn en met een kleinere diameter dan de openingen 16, dat potten met dergelijke stiften 19 zodanig gestapeld kunnen worden dat de stiften 19 door openingen 16 van een lagere pot steken.Support means formed integrally with the pot may consist of such a number of vertical pins 19 (in dashed lines shown in Figures 3 and 4) formed at the bottom of the top bottom portion 16 of which the center lines intersect a circle on which also the openings 16 centered and with a smaller diameter than the openings 16, so that pots with such pins 19 can be stacked such that the pins 19 protrude through openings 16 of a lower pot.

Fig. 6 toont een plantpot van de soort als getoond in fig. 3, zonder de kraag 5 aan de onderkant van het onderste bodemgedeelte 12 maar met een onderkant van het bovenste bodemgedeelte 13 integraal daaraan gevormde wand 20 met een zodanige hoogte dat de pot door middel van de wand 20 op de vloer (fig. 1) steunt en de wand 20 uitsparingen 21 heeft voor het doorlaten van water en lucht. De wand 2 0 kan op dezelfde wijze als de tussenwand 14 openingen hebben. Relatief hoog in de wand 20 aangebrachte openingen, zoals de openingen 22, kunnen het opdrijven van de pot tegengaan wanneer het eb/vloedsysteem van de ebtoestand naar de vloedtoestand gaat. De wand 20 vormt integraal aan de pot gevormde steunmiddelen. Zoals te zien in fig. 6 loopt de wand 20 in hoofdzaak verticaal, wat tijdens spuitgieten van de potten het lossen ervan uit matrijsdelen vergemakkelijkt. Verder is de wand 20 op afstand van de wand 2 versprongen aangebracht, waardoor de stapelbaarheid van de potten verbeterd wordt, waarbij de wand 20 dieper in een lagere pot kan steken.Fig. 6 shows a plant pot of the type shown in FIG. 3, without the collar 5 at the bottom of the bottom bottom section 12 but with a bottom of the top bottom section 13 wall 20 integrally formed thereon with a height such that the pot is the wall 20 rests on the floor (fig. 1) and the wall 20 has recesses 21 for the passage of water and air. The wall 20 can have openings in the same way as the partition wall 14. Openings arranged relatively high in the wall 20, such as the openings 22, can prevent the pot from floating up as the ebb and flow system moves from the ebb state to the flood state. The wall 20 forms support means formed integrally on the pot. As can be seen in Fig. 6, the wall 20 extends substantially vertically, which facilitates its release from mold parts during injection molding of the pots. Furthermore, the wall 20 is arranged staggered at a distance from the wall 2, whereby the stackability of the pots is improved, whereby the wall 20 can protrude deeper into a lower pot.

Integraal aan de pot gevormde steunmiddelen kunnen tevens bestaan uit "vingers", die zich in het verlengde van de wand 2 vanaf het bovenste bodemgedeelte 13 naar beneden uitstrekken. Omdat dergelijke vingers enigszins buigzaam zullen zijn, geven zij geen problemen bij het lossen bij spuitgieten van de plantpot of bij het stapelen van plantpotten. Door, in analogie met de stiften 19 en de openingen 16, aan de doorsnede van de vingers aangepaste openingen (niet getoond) langs de wand 2 in het bovenste bodemgedeelte 13 aan te brengen zullen dergelijke potten dieper in elkaar te stapelen zijn.Support means formed integrally to the pot can also consist of "fingers", which extend downward from the top bottom part 13 in line with the wall 2. Since such fingers will be somewhat flexible, they do not present any problems in the injection molding of the plant pot or in the stacking of plant pots. By arranging apertures (not shown) along the wall 2 in the top bottom section 13, in analogy with the pins 19 and the openings 16, such pots can be stacked deeper in each other, along the wall 2.

Fig. 8 toont een plantpot die gelijk is aan de in de figuren 1 en 2 getoonde bekende plantpot. In de plantpot van fig. 8 is echter een inzetstuk 26 geplaatst dat een tussenwand 14 en een bovenste bodemgedeelte 13 als in de potten van de figuren 3 en 6 vormt. Aan de onderkant heeft het gedeelte van het inzetstuk 2 6 dat de tussenwand 14 vormt tegenover de binnenkant van de bodem 3 van de pot uitsparingen 27. Via de openingen 4 in de bodem 3 en uitsparingen 27 kan water en lucht naar en uit het substraat-materiaal in de binnenruimte 1 stromen.Fig. 8 shows a plant pot similar to the known plant pot shown in FIGS. 1 and 2. However, an insert 26 is placed in the plant pot of Fig. 8 which forms an intermediate wall 14 and an upper bottom section 13 as in the pots of Figs. 3 and 6. At the bottom, the part of the insert 26 that forms the partition 14 opposite the inside of the bottom 3 of the pot has recesses 27. Water and air can flow to and from the substrate through the openings 4 in the bottom 3 and recesses 27. material flows into the interior 1.

Het inzetstuk 26 kan los in de pot geplaatst zijn maar kan tevens haakorganen, zoals de twee met streepjeslijnen getoonde haakorganen 28 hebben die om de randen van openingen 4 in de bodem 3 kunnen grijpen.The insert 26 can be placed loosely in the pot, but it can also have hook members, such as the two dashed hook members 28, which can engage around the edges of openings 4 in the bottom 3.

Het gebruik van het inzetstuk 26 heeft, boven de potten volgens de figuren 3 en 6, als voordeel dat bestaande, in grote aantallen en daardoor relatief goedkope potten, eventueel alleen van een nog aanwezige voorraad, gebruikt kunnen worden, terwijl de voordelen van de potten van de figuren 3 t/m 7 boven het in fig. 1 geïllustreerde gebruik van de bekende pot gehandhaafd worden. De goede stapelbaarheid van de bekende potten, waarbij ze relatief diep in elkaar steken, blijft bij toepassing van het inzetstuk 26 gehandhaafd, wanneer de inzetstukken 26 voorafgaand aan het gebruik van de potten buiten de potten bewaard worden. Omdat de bekende potten uitgevoerd zijn met zodanige afmetingen en bestaan uit zodanig materiaal dat de potten op zichzelf voldoende stevig en bestand tegen beschadigingen zijn, zou het inzetstuk 26 uit relatief dun, zwak materiaal, zoals polytheen, kunnen bestaan, waardoor het inzetstuk relatief goedkoop kan zijn. Ter versteviging zou het inzetstuk 26 dan een verstijvingsrand, zoals 29 (met streepjeslijnen getoond), langs de wand 2 kunnen hebben.The use of the insert 26 has the advantage, above the pots according to figures 3 and 6, that existing, in large numbers and therefore relatively cheap pots, possibly only from a stock still present, can be used, while the advantages of the pots from Figures 3 to 7 are maintained above the use of the known pot illustrated in Figure 1. The good stackability of the known pots, whereby they stick together relatively deeply, is maintained when the insert 26 is used, if the inserts 26 are stored outside the pots prior to use of the pots. Since the known pots are of such dimensions and consist of such material that the pots themselves are sufficiently sturdy and resistant to damage, the insert 26 could consist of relatively thin, weak material, such as polythene, so that the insert can be relatively cheap to be. For reinforcement, the insert 26 could then have a stiffening edge, such as 29 (shown with dashed lines), along the wall 2.

Er wordt opgemerkt dat toepassing van de plantpot en het inzetstuk volgens de uitvinding tevens voordelen biedt bij toepassing van de plantpot respectievelijk van een bekende plantpot met het inzetstuk op een bevloeiïingsmat. De planten zullen dan minder snel in de mat doorwortelen, terwijl het water uit de mat toch goed in het substraatma-teriaal in de pot 1 opgenomen kan worden.It is noted that the use of the plant pot and the insert according to the invention also offers advantages when the plant pot or a known plant pot with the insert is used on an irrigation mat. The plants will then root less quickly in the mat, while the water from the mat can still be absorbed well in the substrate material in the pot 1.

Omdat door toepassing van de plantpot 2 of het inzetstuk 26 volgens de uitvinding voor een aantal plantensoorten het vormen van wortels onder het bovenste bodemgedeelte 13 wordt tegengegaan kan het, voor die planten, toegestaan worden de pot in een schotel of dergelijke te plaatsen met daarin water tot ten hoogste het vloedniveau h. In dat geval kan de in fig. 5 getoonde schijf 17 langs de omtrek ervan een in fig. 5 met streepjeslijnen getoonde opstaande rand 30 hebben.Because the use of the plant pot 2 or the insert 26 according to the invention prevents the formation of roots under the top bottom part 13 for a number of plant species, it can be allowed, for those plants, to place the pot in a saucer or the like with water therein up to at most the flood level h. In that case, the disc 17 shown in Fig. 5 may have an upright edge 30 shown in dashed lines in Fig. 5 along its periphery.

Claims (17)

1. Plantpot met een binnenruimte (1) die begrensd wordt door een opstaande wand (2) en een bodem (3,12,13) die bestemd is voor het daarin opnemen van substraatmateriaal (8) voor een plant (9,10), waarbij een de bodem omvattend onderste gedeelte van de pot onder een hoogte (h) die, na plaatsing van de pot op een vloer (7), overeenkomt met een hoogste bevloeïingsniveau van een waterbevloeiïingssysteem, zodanig gevormd en van openingen (4,6,21,27) voorzien is, dat de openingen lucht en water tussen de binnenruimte en de de pot omgevende ruimte kunnen doorlaten, met het kenmerk, dat de bodem van de binnenruimte een bovenste gedeelte (13) omvat dat zich langs de wand (2) en boven het hoogste bevloeïingsniveau (h) uitstrekt, en dat zich tussen het bovenste bodemgedeelte (13) en een lager bodemgedeelte (3,12) een tussenwand (14) uitstrekt die geschikt is voor het in hoofdzaak tegenhouden van het substraatmateriaal (8) .A plant pot with an inner space (1) bounded by an upright wall (2) and a bottom (3,12,13) intended to receive substrate material (8) for a plant (9,10) therein, wherein a bottom-containing bottom part of the pot under a height (h) which, after placing the pot on a floor (7), corresponds to a highest irrigation level of a water-irrigation system, so formed and of openings (4,6,21 (27) provision is made for the openings to allow air and water to pass between the inner space and the space surrounding the pot, characterized in that the bottom of the inner space comprises an upper part (13) extending along the wall (2) and extends above the highest irrigation level (h), and an intermediate wall (14) suitable for substantially retaining the substrate material (8) extends between the upper bottom portion (13) and a lower bottom portion (3,12). 2. Plantpot volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het bovenste bodemgedeelte (13) op afstand van de wand (2) erboven een verhoging (15) heeft.Plant pot according to claim 1, characterized in that the top bottom portion (13) has an elevation (15) at a distance from the wall (2) above it. 3. Plantpot volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de verhoging een flens (15) is die een voortzetting van de tussenwand vormt.Plant pot according to claim 2, characterized in that the elevation is a flange (15) which forms a continuation of the partition wall. 4. Plantpot volgens conclusie 1, 2 of 3, met het kenmerk, dat het bovenste bodemgedeelte (13) openingen (16) heeft en het onderste gedeelte van de pot zodanig gevormd is, dat de openingen (4,6,16,21) lucht tussen de binnenruimte (1) en de de pot omgevende ruimte kunnen doorlaten.Plant pot according to claim 1, 2 or 3, characterized in that the top bottom part (13) has openings (16) and the bottom part of the pot is shaped such that the openings (4,6,16,21) allow air to pass between the interior (1) and the space surrounding the pot. 5. Plantpot volgens een van de voorgaande conclusies, gekenmerkt door onder het bovenste bodemgedeelte (13) aangebrachte steunmiddelen (19,20), die zich naar beneden tot tenminste het niveau van de onderkant van het onderste bodemgedeelte (3,12) uitstrekken.Plant pot according to any one of the preceding claims, characterized by support means (19, 20) arranged under the top bottom section (13), which extend downwards to at least the level of the bottom of the bottom bottom section (3,12). 6. Plantpot volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de steunmiddelen bestaan uit een de tussenwand (14) omgevende wand (20) met uitsparingen (21) tegenover de vloer (7).Plant pot according to claim 5, characterized in that the supporting means consist of a wall (20) surrounding the intermediate wall (14) with recesses (21) opposite the floor (7). 7. Plantpot volgens conclusie 5 of 6, met het kenmerk, dat de steunmiddelen (20) boven het hoogste bevloeïingsni-veau openingen (22) hebben.Plant pot according to claim 5 or 6, characterized in that the support means (20) have openings (22) above the highest irrigation level. 8. Plantpot volgens conclusies 4 en 5, met het kenmerk, dat de steunmiddelen bestaan uit stiften (19) waarvan de hartlijnen een cirkel kruisen waarop de openingen (16) van het bovenste bodemgedeelte (13) gecentreerd zijn, waarbij de doorsnede van de stiften (19) kleiner is dan de doorsnede van laatstgenoemde openingen (16) en het aantal stiften (19) en hun posities zodanig zijn dat bij stapeling van twee potten de stiften (19) van de bovenste pot door een aantal van laatstgenoemde openingen (16) van de onderste pot steken.Plant pot according to claims 4 and 5, characterized in that the supporting means consist of pins (19), the center lines of which cross a circle on which the openings (16) of the top bottom part (13) are centered, the cross section of the pins (19) is smaller than the cross-section of the latter openings (16) and the number of pins (19) and their positions are such that when two pots are stacked the pins (19) of the upper pot through some of the latter openings (16) from the bottom pot. 9. Plantpot volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de steunmiddelen bstaan uit strookvormige elementen in het verlengde van de boven het bovenste bodemgedeelte (13) aanwezige wand (2).Plant pot according to claim 5, characterized in that the supporting means consist of strip-shaped elements in line with the wall (2) present above the upper bottom part (13). 10. Plantpot volgens een van de conclusies 1 t/m 9, gekenmerkt door zich in hoofdzaak radiaal vanaf de tussenwand (14) uitstrekkende steunmiddelen (17).Plant pot according to any one of claims 1 to 9, characterized by support means (17) extending substantially radially from the partition wall (14). 11. Plantpot volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de zich in hoofdzaak radiaal van de tussenwand (14) uitstrekkende steunmiddelen bestaan uit een schijf (17).Plant pot according to claim 10, characterized in that the supporting means extending substantially radially of the partition wall (14) consist of a disc (17). 12. Plantpot volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat de schijf (17) rond de tussenwand (14) een opstaande rand (30) heeft, zodat de schijf (17) en de rand (30) een in hoofd- zaak waterdichte schotel vormen.Plant pot according to claim 12, characterized in that the disc (17) has an upright edge (30) around the partition wall (14), so that the disc (17) and the edge (30) have a substantially watertight saucer to shape. 13. Plantpot volgens een van de conclusies 5 t/m 12, met het kenmerk, dat de steunmiddelen (17,20) aan de pot te koppelen zijn.Plant pot according to any one of claims 5 to 12, characterized in that the supporting means (17,20) can be coupled to the pot. 14. Plantpot volgens een van de conclusies 1 t/m 4, met het kenmerk, dat het bovenste bodemgedeelte (13) en de tussenwand (14) van de binnenruimte (1) gevormd worden door een inzetstuk (26).Plant pot according to any one of claims 1 to 4, characterized in that the top bottom section (13) and the partition (14) of the inner space (1) are formed by an insert (26). 15. Plantpot volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat het inzetstuk (26) tegenover het onderste bodemgedeelte (3) van de pot uitsparingen (27) heeft.Plant pot according to claim 14, characterized in that the insert (26) has recesses (27) opposite the bottom bottom portion (3) of the pot. 16. Plantpot volgens conclusie 14 of 15, met het kenmerk, dat het inzetstuk (26) aan de pot te koppelen is.Plant pot according to claim 14 or 15, characterized in that the insert (26) can be coupled to the pot. 17. Inzetstuk (26) volgens een van de conclusies 14 t/m 16.An insert (26) according to any one of claims 14 to 16.
NL9300413A 1993-03-08 1993-03-08 Plant pot and insert for plant pot. NL9300413A (en)

Priority Applications (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9300413A NL9300413A (en) 1993-03-08 1993-03-08 Plant pot and insert for plant pot.
NL9300467A NL9300467A (en) 1993-03-08 1993-03-16 Plant pot, insert for plant pot and cultivation tablet.
PCT/NL1994/000055 WO1994019928A1 (en) 1993-03-08 1994-03-03 Plant pot, and insert for plant pot
AU62219/94A AU6221994A (en) 1993-03-08 1994-03-03 Plant pot, and insert for plant pot

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9300413 1993-03-08
NL9300413A NL9300413A (en) 1993-03-08 1993-03-08 Plant pot and insert for plant pot.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL9300413A true NL9300413A (en) 1994-10-03

Family

ID=19862144

Family Applications (2)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9300413A NL9300413A (en) 1993-03-08 1993-03-08 Plant pot and insert for plant pot.
NL9300467A NL9300467A (en) 1993-03-08 1993-03-16 Plant pot, insert for plant pot and cultivation tablet.

Family Applications After (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9300467A NL9300467A (en) 1993-03-08 1993-03-16 Plant pot, insert for plant pot and cultivation tablet.

Country Status (3)

Country Link
AU (1) AU6221994A (en)
NL (2) NL9300413A (en)
WO (1) WO1994019928A1 (en)

Families Citing this family (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
ES2651443T3 (en) 2003-12-17 2018-01-26 Anova Solutions Pty Ltd Root and water management system for potted plants
GB201116319D0 (en) * 2011-09-21 2011-11-02 Ashurst Gillian Plant base
US11540459B2 (en) * 2021-01-22 2023-01-03 Susan Tunes Plant holder and method

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE1932110A1 (en) * 1969-06-25 1971-01-07 Herbert Ullrich Flowerpots and the like. with humidity regulation and air supply
US3949524A (en) * 1975-02-25 1976-04-13 Mickelson Richard C Planter
DE3440616A1 (en) * 1984-11-07 1986-05-07 Erich 7141 Steinheim Blattert Planting vessel, such as flower pot or bowl, for self-watering
NL8502065A (en) * 1985-07-17 1987-02-16 Rockwool Lapinus Bv Seed-germination system - comprises placing on water-absorbent plug of mineral wool

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE1932110A1 (en) * 1969-06-25 1971-01-07 Herbert Ullrich Flowerpots and the like. with humidity regulation and air supply
US3949524A (en) * 1975-02-25 1976-04-13 Mickelson Richard C Planter
DE3440616A1 (en) * 1984-11-07 1986-05-07 Erich 7141 Steinheim Blattert Planting vessel, such as flower pot or bowl, for self-watering
NL8502065A (en) * 1985-07-17 1987-02-16 Rockwool Lapinus Bv Seed-germination system - comprises placing on water-absorbent plug of mineral wool

Non-Patent Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Title
AU-A-35783/78 *

Also Published As

Publication number Publication date
WO1994019928A1 (en) 1994-09-15
NL9300467A (en) 1994-10-03
AU6221994A (en) 1994-09-26

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US4019279A (en) Root control planter
US3545127A (en) Lawn edging arrangement
US7774981B2 (en) Plant container and method
US20160037735A1 (en) Plant Tray
AU1488799A (en) Device, especially for growing plants
US4301996A (en) Snake guard
US5327679A (en) Plant root growth training device
US10653078B2 (en) Animal-incursion-resistant raised bed gardening system
US6601342B2 (en) Culture tray for the rooting of young plants
NL9300413A (en) Plant pot and insert for plant pot.
US7082718B2 (en) Culture tray for the rooting of young plants
US11540459B2 (en) Plant holder and method
US5584602A (en) Method for landscape and hardscape edging
KR101337819B1 (en) Apparatus for cultivating lotus root and method using the same
US5337517A (en) Transferable growing tray apparatus
CN219087970U (en) Plant protection fence
KR102424541B1 (en) Case for growing root crops
US5787641A (en) Excess water shedding and root shaping plant container
NL1023159C2 (en) Plant pot, contains protrusions next to holes in base to prevent roots growing through them
JP2009118770A (en) Ground weight-reducing member for mat plant and rooftop greening method
JP3680481B2 (en) Nursery box
DE2724308A1 (en) CONTAINER FOR PLANT GROWING
JPS6225100Y2 (en)
EP0599798A1 (en) Plastic flowerpot
NL2031269B1 (en) Cultivation trough and transport system

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed