NL9201081A

NL9201081A - Verpakking voor het verpakken van verse produkten, zoals noten, olijven en dergelijke, en werkwijze voor het vervaardigen van de verpakking.

Info

Publication number: NL9201081A
Application number: NL9201081A
Authority: NL
Original assignee: Imko Gelria B V
Priority date: 1992-06-18
Filing date: 1992-06-18
Publication date: 1993-01-04

Description

Verpakking voor het verpakken van verse produkten, zoals noten, olijven en dergelijke, en werkwijze voor het vervaardigen van de verpakking.

De uitvinding heeft betrekking op een verpakking voor i het verpakken van verse produkten, zoals noten, olijven en degelijke en eveneens op een werkwijze voor het vervaardigen van een deze produkten bevattende verpakking.

Gebleken is dat er een steeds grotere behoefte bestaat aan verpakkingen voor bepaalde produkten zodanig dat deze i gedurende een aanmerkelijke tijd vers blijven. Dit is bijvoorbeeld, maar niet uitsluitend, het geval bij noten. Momenteel worden in veel gevallen de vers gebrande noten in bakken bewaard en van uit deze in zakjes gedaan en afgewogen bij de verkoop ervan. In het bijzonder in supermarkten levert dit het bezwaar op, dat er iemand beschikbaar moet zijn voor de verkoop en dat soms klanten in de rij moeten staan.

De uitvinding voorkomt nu deze moeilijkheden en verschaft daartoe een verpakking bestaande uit een, uit kunststof vervaardigd bakje waarvan de bovenrand is voorzien van een naar buiten toe stekende, in één vlak liggende, rondom lopende flensrand waaraan langs een gesloten lijn een folie is vastgehecht, terwijl over de flensrand heen een deksel is vastgeklemd en in de verpakking, behalve het te verpakken > produkt, in hoofdzaak een inert gas aanwezig is.

Het deksel dient daarbij zowel ter bescherming van de folie waarmee het bakje luchtdicht is afgesloten als voor het afsluiten van het bakje wanneer de verpakking eenmaal is aangebroken en dus de folie daarvan verwijderd en nog niet al het produkt uit het bakje is verbruikt.

Om de kans dat lucht naar binnen toe in de afgesloten verpakking treedt zo gering mogelijk te maken, kan er in worden voorzien, dat tussen de flensrand van het bakje en de afsluitende folie twee, elk rondom lopende, hechtlijnen op > geringe afstand naast elkaar aanwezig zijn.

De uitvinding heeft eveneens betrekking op een werkwijze voor de vervaardiging van de verpakking en is daardoor gekenmerkt, dat in het bakje het te verpakken produkt wordt gebracht, in het bakje een inert gas wordt geblazen voor het uitdrijven van de lucht uit het bakje, over het bakje heen een folie wordt aangebracht en deze folie op de flensrand van het bakje wordt vastgehecht en gelijktijdig op maat wordt afgesneden zodanig dat op één plaats een lip buiten de flensrand uit blijft steken, waarna over de folie en de flensrand heen een deksel wordt vastgeklemd.

Bij voorkeur zal zodanig te werk worden gegaan dat opeenvolgende bakjes door middel van een transporteur worden toegevoerd aan een plaats waar het te verpakken produkt in het bakje wordt gebracht, vervolgens aan een plaats waar een inert gas in het bakje wordt geblazen, dan aan een plaats waar de folie er op wordt aangebracht waarbij een deel van een foliebaan door een matrijzen-stel tegen de flensrand van het bakje wordt aangedrukt en daaraan door verwarming vastgehecht en uit de folie baan gesneden, en vervolgens aan een plaats waar op het bakje een deksel wordt aangebracht, terwijl het resterende, nog samenhangende deel van de foliebaan door een aftrekrol verder wordt getransporteerd onder het wegtrekken van folie van een voorraadrol zodanig dat voor het volgende bakje een nieuw stuk folie ter beschikking staat.

Op deze wijze kan een continue werkwijze worden verkregen en daardoor een hoge produktie-snelheid.

Bij voorkeur zal er in worden voorzien dat op elke plaats waar een behandeling van het bakje plaats vindt het bakje tot stilstand wordt gebracht en dat ook de foliebaan intermitterend wordt verplaatst. De te verwantten en op en neer te bewegen matrijzen kunnen daardoor op een vaste plaats worden opgesteld Waardoor de inrichting eenvoudig kan worden gehouden.

De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld, weergegeven in de tekening, waarin:

Pig. 1 schematisch een verticale doorsnede toont over een verpakking volgens de uitvinding;

Pig. 2 schematisch de werkwijze toont voor het vervaardigen van een verpakking volgens fig. 1.

De in fig. 1 getoonde verpakking bestaat uit het bakje 1 waarvan de bovenrand 2 is voorzien van een rondom lopende flensrand 3. Het bakje 1 is vervaardigd uit een enigszins stijve kunststof. Ter verkrijging van een voldoende stijfheid van het bakje kunnen de wanden en eventueel de bodem er van zijn voorzien van uit het vlak ervan gewelfde delen waarvan er één is aangeduid met 4. De kunststof zal zodanig worden gekozen dat deze het milieu zo weinig mogelijk belast en de mogelijkheid bestaat dat het bakje na gebruik wordt ingeleverd bij de leverancier. In het algemeen zal de wand van het bakje doorzichtig zijn, zodat men het er in verpakte produkt kan controleren.

Op de flensrand 3 is de folie 5 aangebracht, die door twee naast elkaar en op enige afstand van elkaar liggende sealnaden 6 met de flensrand 3 is verbonden.

Over de folie 5 hen is het deksel 7 aangebracht dat is voorzien van de omgezette randen 8, die over de flensrand 3 heen snappen zodat het deksel 7 stevig en afdichtend op het bakje l kan worden aangebracht, ook na het verwijderen van de folie 5 van het bakje 1.

In de tekening is de folie 5 terwille van de duidelijkheid op enige afstand van de flensrand 3 weergegeven, maar het zal duidelijk zijn dat de folie 5 dicht tegen de flensrand 3 aanligt. Ook zal het deksel 7 dicht tegen de folie en, na het verwijderen daarvan, dicht tegen de flensrand 3 aanliggen om de verpakking weer af te kunnen sluiten nadat daaruit een deel van hef verpakte produkt is weggenomen, ook het deksel 7 zal kunnen zijn voorzien van uit het vlak daarvan gestulpte delen, ter verstijving van het deksel.

Fig. 2 toont de opeenvolgende fasen bij het vervaardigen van de verpakking. Bij het station 9 wordt een aangevoerd bakje 1 via de buis 10 gevuld met produkt 11 en bij het station 12 wordt door het blaasmondstuk 13 een inert gas 14, in het bijzonder stikstof, in het bakje en in het daarin aanwezige produkt geblazen voor het daaruit verwijderen van de lucht.

Bij het station 15 bevindt zich boven het bakje 1 een baan kunststof folie 5, die wordt weggetrokken van de voor-raadrol 16 door middel van de opwikkelrol 17. Met behulp van het verwarmde matrijzen-stel 18 wordt de foliebaan 5 vast gehecht aan de flensrand 3 van het hakje X en nagenoeg gelijktijdig doorgesneden zodanig dat langs de randen van de baan voldoende materiaal aanwezig blijft om het restant van de baan op de rol 17 te kunnen wikkelen waardoor ook de baan van de rol 16 af wordt getrokken, voor het geleiden van de foliebaan 5 zijn enkele niet nader aangeduide rollen aanwezig.

Na het aanbrengen van de folie 5 op het bakje 1 wordt dit naast het station 19 gebracht waar het deksel 7 er op wordt gedrukt. De verpakking is dan gereed om te worden af gevoerd.

Het zal duidelijk zijn, dat slechts een mogelijke uitvoeringsvorm van een verpakking volgens de uitvinding en voor het vervaardigen daarvan in de tekening is weergegeven en hierboven beschreven en dat vele wijzigingen kunnen worden aangebracht zonder buiten de uitvindingsgedachte te vallen.

Claims

1. Verpakking voor het verpakken van verse produkten zoals noten, olijven en dergelijke, met het kenmerk, dat van een uit kunststof vervaardigd bakje (l) de bovenrand (2) is voorzien van een naar buiten toe stekende, in één vlak liggende, rondom lopende flensrand (3) waaraan langs een. gesloten lijn (6) een folie (5) is vastgehecht, terwijl over de flensrand (3) heen een deksel (7) is vastgeklemd en in de verpakking, behalve het te verpakken produkt (11), in hoofdzaak een inert gas (14) aanwezig is.

2. Verpakking volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat tussen de flensrand (3) van het bakje (1) en de afsluitende folie (5) twee, elk rondom lopende, hechtlijnen (6) op geringe afstand naast elkaar aanwezig zijn.

3. Werkwijze voor de vervaardiging van een verpakking volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat in het bakje (1) het te verpakken produkt (11) wordt gebracht, in het bakje (1) een inert gas (14) wordt geblazen voor het uit-drijven van de lucht uit het bakje, over het bakje (l) heen een folie (5) wórdt aangebracht en deze folie op de flensrand (3) van het bakje wordt vastgehecht en gelijktijdig op maat wordt afgesneden zodanig dat op één plaats een lip buiten de flensrand (3) uit blijft steken, waarna over de folie (5) en de flensrand (3) heen een deksel (7) wordt vastgeklemd.

4. Werkwijze volgens conclusie 3 met het kenmerk, dat opeenvolgende bakjes (1) door middel van een transporteur worden toegevoerd aan een plaats (9) waar het te verpakken produkt (10) in het bakje wordt gebracht, vervolgens aan een plaats (12) waar een inert gas (14) in het bakje wordt geblazen, dan aan een plaats (15) waar de folie (5) er op wordt aangebracht waarbij een deel van een foliebaan door een matrijzen-stel (18) tegen de flensrand (3) van het bakje (1) wordt aangedrukt en daaraan door verwarming vastgehecht en uit de folie baan (5) gesneden, en vervolgens aan een plaats (19) waar op het bakje (l) een deksel (7) wordt aangebracht, terwijl het resterende, nog samenhangende deel van de foliebaan (5) door een aftrekrol (17) verder wordt getransporteerd onder het wegtrekken van folie (5) van een voorraadrol (16) zodanig dat voor het volgende bakje (1) een nieuw stuk folie (5) ter beschikking staat.