NL8901858A - Implanteergereedschap. - Google Patents
Implanteergereedschap. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8901858A NL8901858A NL8901858A NL8901858A NL8901858A NL 8901858 A NL8901858 A NL 8901858A NL 8901858 A NL8901858 A NL 8901858A NL 8901858 A NL8901858 A NL 8901858A NL 8901858 A NL8901858 A NL 8901858A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- needle
- tool
- implanting
- implant
- magazine
- Prior art date
Links
Classifications
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A61—MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
- A61M—DEVICES FOR INTRODUCING MEDIA INTO, OR ONTO, THE BODY; DEVICES FOR TRANSDUCING BODY MEDIA OR FOR TAKING MEDIA FROM THE BODY; DEVICES FOR PRODUCING OR ENDING SLEEP OR STUPOR
- A61M37/00—Other apparatus for introducing media into the body; Percutany, i.e. introducing medicines into the body by diffusion through the skin
- A61M37/0069—Devices for implanting pellets, e.g. markers or solid medicaments
Landscapes
- Health & Medical Sciences (AREA)
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Dermatology (AREA)
- Medical Informatics (AREA)
- Anesthesiology (AREA)
- Biomedical Technology (AREA)
- Heart & Thoracic Surgery (AREA)
- Hematology (AREA)
- Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- Animal Behavior & Ethology (AREA)
- General Health & Medical Sciences (AREA)
- Public Health (AREA)
- Veterinary Medicine (AREA)
- Dental Prosthetics (AREA)
Description
Nedap N.V.
Implanteergereedschap
De uitvinding betreft een gereedschap voor het in een levend wezenimplanteren van meestal cilindervormige voorwerpen, zogenaamde im¬plantaten, die bijv. een elektronische schakeling kunnen bevattenvoor radiografische detectie op afstand en welk gereedschap van eenmagazijn met één of meerdere implantaten kan worden voorzien en metals bijzonderheid, dat de als holle buis uitgevoerde implanteernaaldeerst het magazijn doorboort en daaruit een implantaat meeneemt,alvorens het lichaam van het levende wezen door te dringen.
In de praktijk zijn implanteergereedschappen bekend, ook voorzienvan verwisselbare magazijnen met implantaten, maar bij deze be¬staande gereedschappen bevindt zich de implanteernaald als bij eeninjectiespuit vast gemonteerd op de voorzijde van het gereedschap.Deze implanteernaald dient eerst in het lichaam gestoken te worden,waarna via een extra aandrukstift het implantaat uit het magazijnwordt gedrukt en door de naald heen in het lichaam wordt gebracht.Vervolgens wordt de naald teruggetrokken door het gehele gereedschapterug te trekken. Om nu te voorkomen dat het implantaat in de naaldmee teruggetrokken wordt, is een speciale constructie nodig om deaandrukstift enigszins achter te laten blijven bij het uittrekkenvan het gereedschap. Een belangrijk nadeel van deze bekende implan¬teergereedschappen is nu, dat de naald, welke ter bevordering van derepetitie-snelheid van het implanteren, veelal meerdere malen ge¬bruikt wordt zonder hem tussentijds uitwendig te ontsmetten.
De binnenzijde wordt meestal wel gedesinfecteerd doordat het im¬plantaat in het magazijn in het algemeen omgeven is door een ont¬smettende vloeistof, welke met het implantaat mee door de binnen¬zijde van de naald gedreven wordt.
Door het niet uitwendig ontsmetten kunnen infecties ontstaan of vandier op dier worden overgebracht.
Bij het implanteergereedschap volgens de uitvinding wordt eerst hetgereedschap tegen het lichaam gedrukt en wordt vervolgens, bijvoor¬beeld met handkracht, de implanteemaald door het magazijn gedrukt,daarbij een implantaat meenemende om daarna pas het lichaam binnente dringen. Bij de passage door het magazijn wordt de bij elk im¬plantaat aanwezige desinfecterende vloeistof of pasta, behalve aande binnenzijde, nu ook aan de buitenzijde van de naald aangebracht.Bovengenoemd nadeel van infectieoverdracht wordt daarmee tegenge¬gaan. Bijkomend voordeel is nog, dat de naald bij het implanteerge¬reedschap in rust zich geheel binnen dit gereedschap bevindt. Descherpe naald kan aldus de bedienaar of het dier geen verwondingentoebrengen en ook de naald zelf kan door stoten, of iets dergelijks,niet worden beschadigd. Bovendien is het in bepaalde kringen psy¬chologisch beter de injecteernaald niet zichtbaar te maken.
Enige uitvoeringsvoorbeelden van het implanteergereedschap volgensde uitvinding worden nu beschreven aan de hand van de figuren 1 en2.
Het implanteergereedschap als geschetst in figuur 1 bestaat uit eenpistoolgreep 1 met een daaraan bevestigde magazijnhouder 2, waarineen magazijn 3 met bijvoorbeeld tien implantaten 4 kan worden ge¬schoven. Het transport van het magazijn door de magazijnhouder,zodat telkens het volgende implantaat gereed is voor implantering,geschiedt op bekende, niet getekende, wijze gedurende bijvoorbeeldhet eerste deel van de slag van trekker 5.
De implanteernaald 6 is aan de aangepunte zijde geleid door bus 7 enwordt aan de andere zijde bijv. met behulp van pen 8 gekoppeld metschuifstuk 9, dat via nokken geleid is in banen, welke uitgespaardzijn van de binnenzijde van pistoolgreep 1. Deze banen lopen even¬wijdig aan de asrichting van de naald. De naald 6 heeft bij voorkeurde vorm, welke vastgelegd is in octrooiaanvrage 8901281 van aan¬vraagster. Bedoelde naald heeft een spleet overlangs, welke spleetzich op de tekening aan de onderzijde bevindt. De naald kan daardoorgemakkelijk worden verwijderd door deze volgens pijl 10 naar boven te trekken en bij loskomen van pen 8 van schuifstuk 9 in asrichtinguit geleiding 7 te trekken. Een nieuwe naald kan in omgekeerde volg¬orde worden aangebracht. De bovenzijde van het implanteergereedschapkan worden afgesloten door klep 11, draaiend om as 12. Naald 6 kanop een op zich bekende wijze in de richting van de punt axiaal wor¬den bewogen, daarbij gestuurd door schuifstuk 9. Een stangenstelsel 13 en 14 volgens tekening kan daarbij de beweging van trekker 5 viarol 15 overbrengen op schuifstuk 9.
Het eerste deel 16 van de slag van trekker 5 is vrij en kan bijv.worden gebruikt voor de (niet getekende) opzet van magazijn 3 voorhet in implanteerpositie brengen van het volgende implantaat. Daarnaraakt baan 17 van trekker 5 rol 15 en wordt arm 13 tegen de werkingvan veer 18 in bewogen. De aan één zijde in de greep gelagerde arm 14 dient aan de andere zijde als draaipunt voor arm 13.
Bij verder bewegen van de trekker zal dus de naald 6 via het schuif¬stuk 9 steeds verder naar links worden bewogen. Eerst doorboort denaaldpunt daarbij een seal 19 van magazijn 3, schuift vervolgens omimplantaat 4 heen en doorboort dan seal 20 van magazijn 3. Tijdensde doorgang van de naald door de implantaatholte in het magazijnworden zowel het in- als uitwendige naaldoppervlak bevochtigd doorde zich in de implantaatholte bevindende vloeistof.
Na het doorboren van seal 20 bevindt het implantaat 4 zich geheel inde naald en wordt verder tijdens de implanteerslag optredendenaaldverplaatsing op die plaats gehouden door drukstift 21. Dezedrukstift heeft een diameter welke iets kleiner is dan de eerdergenoemde axiale spleet in de naald, zodat deze bij het aanbrengenover de drukstift aangebracht kan worden. De drukstift wordt bij hetverwisselen van de naald niet vervangen en blijft achter in hetimplanteergereedschap. De drukstift 21 wordt via een verdund ge¬deelte 22 axiaal gelagerd in schuifstuk 9. Het verdunde gedeelte 22eindigt in een kop 23. De vrije slag 24 tussen het dikke drukstift-deel 21 en de voorzijde van schuifstuk 9 is zo gekozen dat dit dediepte bestemt waarover implantaat 4 in de naald 6 kan schuiven.
Wordt nu de trekker nog verder naar binnen bewogen dan beweegt naald6 door spanring 25, daarbij het implantaat meenemende, opgeduwd doordrukstift 21. Om te kunnen implanteren is het gereedschap vooraf metspanring 25 op de huid van het te implanteren lichaam gedrukt. Dehuid spant zich dan en laat zich gemakkelijk doorboren door de zichsteeds verder bewegende naald 6. Aan het eind van de trekkerslagbevindt de naald 6 met implantaat 4 zich op de gewenste diepte inhet lichaam. Het implanteergereedschap dient nu tegen de huid aan¬gedrukt te blijven tijdens het nu volgende lossen van de trekker 5.Veer 18 zorgt nu voor het terugtrekken van de naald uit het lichaam.Om te voorkomen dat het implantaat mee teruggetrokken wordt, blijftdrukstift 21 tijdens een deel van de naaldslag achter, totdat hetimplantaat zich vrij in het lichaam bevindt. Dit achterblijven wordtbewerkstelligd door pal 26 en veer 27. Heeft namelijk de naald 6 demaximale implanteerdiepte bereikt, dan valt de neus van pal 26 ach¬ter de dan daar aanwezige kop 23 van drukstift 21 en houdt dezelaatste tegen tot de pal 26 gelost wordt doordat nok 28 van schuif-stuk 9 tegen oploopkant 29 van pal 26 loopt. De drukstift 21 wordtdan verder mee teruggenomen door schuifstuk 9. In de ruststand rustschuif stuk 9 via kop 23 tegen de aanslag 30 in de greep van hetimplanteergereedschap. Bij verder teruggaan van trekker 5 komt baan17 vrij van rol 15 en kan de transportbeweging van het magazijn 3plaatsvinden, zodat het implanteergereedschap weer gereed is vooreen volgende implanteerbehandeling.
Om het vinden van de juiste implanteerplek op het lichaam te verge¬makkelijken kan het implanteergereedschap voorzien zijn van eenpositioneerstuk 31, dat bevestigd is aan spanring 25. Dit positio-neerstuk 31 heeft de vorm van het lichaam ter plaatse.
Een tweede uitvoeringsvoorbeeld is geschetst in figuur 2. Hierbijwordt geen gebruik gemaakt van een pistoolgreep met trekker, maarvan een verende telescoopconstructie.
De buizen 1 en 2 kunnen in- en uit elkaar schuiven, maar zijn on¬derling tegen draaien geborgd. Drukveer 3 houdt de buizen in de uitgeschoven stand, waarbij aanslag 4 de maximale stand bepaalt. Aanbuis 2 is een handvat 5 bevestigd. Over het einde van buis 1 kaneen, in dit voorbeeld cilindervormig, magazijn 6 worden geschoven,dat langs de omtrek een aantal holtes bevat, waarin zich elk eenimplantaat 7 met enige desinfecterende vloeistof bevindt. Het maga¬zijn 6 is aan beide zijden op bekende wijze dichtgeseald, zodat deimplantaten en de vloeistof opgesloten blijven. Verder is aan buis 1een neusstuk 8 bevestigd, dat deels geopend kan worden om verwisse¬len van magazijn toe te laten.
Het neusstuk is evenals bij de vorige uitvoering voorzien van eenspanring 9. Ook nu is de implanteernaald 10 bij voorkeur voorzienvan een overlangse spleet, zodat hij gemakkelijk volgens pijl 11over pen 12 gedrukt kan worden en zo ook eenvoudig vervangen kanworden. De naald 10 wordt aan de puntzijde geleid in holte 13 vanhet neusstuk. Binnen de naald bevindt zich weer een drukstift 14welke een verdund gedeelte 15 bezit, waarmee hij gelagerd is in hetaan het handvat 5 bevestigde deel 16. Het verdunde deel 15 eindigtin kop 17. Om het vinden van de juiste implanteerplek te vergemak¬kelijken, kan het gereedschap weer voorzien zijn van een positio-neerstuk 18, bevestigd aan neusstuk 8.
De implanteerhandeling begint door het gereedschap op de juisteplaats tegen het lichaam te drukken, daarbij geholpen door posi-tioneerstuk 18. Ring 9 spant de huid, waardoor het doordringen vande naald 10 vergemakkelijkt wordt. Via handvat 5 wordt de druk ver¬hoogd, zodat de telescoopbuis 2 in buis 1 schuift. Veer 3 spant zichdaarbij verder. Naald 10 wordt via pen 12 meegenomen, doorboort deeerste seal van het magazijn, neemt een implantaat mee inclusiefdesinfectievloeistof, doorboort de tweede seal en vervolgens dehuid en het inwendige weefsel. Drukstift 14 blijft eerst achter overafstand 19 (ongeveer implantaatlengte) en wordt dan meegenomen, hetimplantaat voor zich uit drijvend. Aan het einde van de slag 20schiet veer 21 achter de dan op die plaats aangekomen kop 17.
Bij terugtrekken van handvat 5 zorgt veer 3 ervoor, dat de neus van het implanteergereedschap tegen het lichaam gedrukt blijft, maarnaald 10 wordt mee teruggenomen. Drukstift 14 blijft achter, tegen¬gehouden door veer 21 en houdt daarmee implantaat 7 op zijn plaatsin het lichaam. Is naald 10 ver genoeg teruggetrokken, dan drukt nok22, die deel uitmaakt van handvat 5, veer 21 los van kop 17, zodatdrukstift 14 mee teruggenomen kan worden totdat de aanslag 4 bereiktis en het gereedschap weer in de beginstand is gekomen en kan wordenweggenomen van de implanteerplek. Aan het eind van de teruggaandebeweging kan magazijn 6 één plaats worden gedraaid, zodat het vol¬gende implantaat in de implanteerstand wordt gebracht. De methodevan draaien van het magazijn is hier niet getekend; het mechanismedaartoe kan bijv. in ruimte 23 worden aangebracht en worden voorge¬spannen via uitsteeksel 24 van buis 2 in de ingeschoven stand.
Claims (7)
1. Gereedschap voor het in een levend wezen implanteren van door¬gaans cilindervormige voorwerpen, zogenaamde implantaten, welkeimplantaten bijvoorbeeld een elektronische schakeling kunnenbevatten voor radiografische detectie op afstand, welk gereed¬schap van een magazijn met één of meerdere implantaten kan wordenvoorzien, met het kenmerk, dat de als holle buis uitgevoerdeimplanteernaald eerst het magazijn doorboort en daarbij een im¬plantaat en een desinfecterende vloeistof meeneemt, alvorens hetlichaam van het levende wezen door te dringen.
2. Implanteergereedschap volgens conclusie 1, met het kenmerk, datde naald na het inbrengen weer geheel in het gereedschap wordtteruggetrokken en dat bij deze teruggaande beweging het implan¬taat door middel van een tijdelijk achterblijvende drukstift opzijn plaats in het lichaam wordt gehouden, waarna ook de druk¬stift zich geheel in het gereedschap terugtrekt.
3. Implanteergereedschap volgens één of meerdere der voorgaandeconclusies, met het kenmerk, dat het deel van het gereedschap datop de huid wordt gedrukt, ringvormig is, waardoor de huid zichspant op de plaats waar geïmplanteerd gaat worden.
4. Implanteergereedschap volgens één of meer der voorgaande conclu¬sies, met het kenmerk, dat de voorzijde van het gereedschapvoorzien is van een positioneerstuk dat zich om de te implanterenplaats van het lichaam sluit, zodat de plaats van implanterennauwkeurig en gemakkelijk bepaald wordt.
5. Implanteergereedschap volgens één of meer der voorgaande conclu¬sies, met het kenmerk, dat de implanteernaald van een doorlopendeaxiale spleet is voorzien, waardoor de naald gemakkelijk verwis¬selbaar is.
6. Implanteergereedschap volgens één of meer der voorgaande conclu¬sies, met het kenmerk, dat het gereedschap van een pistoolgreepis voorzien en de naald wordt ingebracht door het samenknijpenvan de hand.
7. Implanteergereedschap volgens één of meer der conclusies 1 t/m 5,met het kenmerk, dat het gereedschap is opgebouwd rond twee te¬lescopisch in elkaar schuivende buizen en de naald wordt ingé¬bracht door duwen met de handpalm.
Priority Applications (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8901858A NL8901858A (nl) | 1989-07-19 | 1989-07-19 | Implanteergereedschap. |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8901858A NL8901858A (nl) | 1989-07-19 | 1989-07-19 | Implanteergereedschap. |
NL8901858 | 1989-07-19 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8901858A true NL8901858A (nl) | 1991-02-18 |
Family
ID=19855061
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8901858A NL8901858A (nl) | 1989-07-19 | 1989-07-19 | Implanteergereedschap. |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
NL (1) | NL8901858A (nl) |
Cited By (5)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP0481566A1 (en) * | 1990-10-11 | 1992-04-22 | Texas Instruments Incorporated | Kit for introducing a foreign body which is suitable for identifying an animal |
US5273532A (en) * | 1991-09-03 | 1993-12-28 | Texas Instruments Incorporated | Injector for hypodermically implanting an object in a living being |
US5288291A (en) * | 1992-08-12 | 1994-02-22 | Datapet, Inc. | Method and apparatus for simultaneously injecting a liquid and a transponder into an animal |
EP0596161A1 (en) * | 1992-11-06 | 1994-05-11 | Texas Instruments Incorporated | Apparatus for subcutaneous introduction of a needle |
US5370611A (en) * | 1991-07-08 | 1994-12-06 | Texas Instruments Incorporated | Injector |
-
1989
- 1989-07-19 NL NL8901858A patent/NL8901858A/nl not_active Application Discontinuation
Cited By (7)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP0481566A1 (en) * | 1990-10-11 | 1992-04-22 | Texas Instruments Incorporated | Kit for introducing a foreign body which is suitable for identifying an animal |
US5251647A (en) * | 1990-10-11 | 1993-10-12 | Texas Instruments Incorporated | Method for introducing a transponder together with a disinfectant |
US5370611A (en) * | 1991-07-08 | 1994-12-06 | Texas Instruments Incorporated | Injector |
US5273532A (en) * | 1991-09-03 | 1993-12-28 | Texas Instruments Incorporated | Injector for hypodermically implanting an object in a living being |
US5288291A (en) * | 1992-08-12 | 1994-02-22 | Datapet, Inc. | Method and apparatus for simultaneously injecting a liquid and a transponder into an animal |
WO1994004217A1 (en) * | 1992-08-12 | 1994-03-03 | Datapet, Inc. | Apparatus for simultaneous injection of a liquid and transponder |
EP0596161A1 (en) * | 1992-11-06 | 1994-05-11 | Texas Instruments Incorporated | Apparatus for subcutaneous introduction of a needle |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US4223674A (en) | Implant gun | |
US4597753A (en) | Implanting method and device | |
US4966593A (en) | Disposable hypodermic syringe with retractable needle | |
US5284479A (en) | Implanter | |
EP1865885B1 (de) | Implantationswerkzeug für intraokularlinsen | |
US9757552B2 (en) | Applicator for inserting an implant | |
US5288291A (en) | Method and apparatus for simultaneously injecting a liquid and a transponder into an animal | |
US3620216A (en) | Implant trocar | |
US4862885A (en) | Instrument for inserting a deformable intraocular lens into the eye | |
US4244370A (en) | Tool for positioning implantable medical prosthetic device _and method of using same | |
US5797942A (en) | Re-usable end cap for re-usable lancet devices for removing and disposing of a contaminated lancet | |
US5964736A (en) | Livestock biological and vaccine handling system | |
US20080275462A1 (en) | Intracorneal Lens Insertion System | |
SE8003057L (sv) | Anordning for genomstickning av hud | |
EA004092B1 (ru) | Устройство для инъекций | |
NL8901858A (nl) | Implanteergereedschap. | |
US6837865B2 (en) | Implant syringe | |
US10034752B2 (en) | Method of implanting a penile prosthetic by capturing a suture in a slot formed through an exterior surface of a needle | |
US5306251A (en) | Device for injecting a fluid or inserting an object beneath the skin of an animal | |
WO2020117153A2 (en) | Direct hair transplant development in automatic transfer device | |
NL8901124A (nl) | Implanteergereedschap voor eenmalig gebruik. | |
CN105662640B (zh) | 牛子宫固体投药器 | |
EP0858813A2 (en) | Improvements in or relating to implanters | |
NL8902283A (nl) | Implanteergereedschap met impulswerking. | |
EP3662875A1 (en) | Backflush needle |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A1B | A search report has been drawn up | ||
BV | The patent application has lapsed |