NL8901417A - Stoel-bed of ander ondersteuningsmiddel. - Google Patents

Description

Titel: Stoel-bed of ander ondersteuningsmiddel.

De uitvinding heeft betrekking op een stoel-bed of ander ondersteuningsmiddel met een freem waaraan een ondersteunend doek of membraan is bevestigd en zich daarover uitstrekt.

Tot nog toe worden trampolines en bepaalde kampeer-bedden vervaardigd uit een gesloten metalen lus, waaraan V-vormige metalen delen zijn gelast, teneinde met het freem bogen te vormen, waaraan het doek of het membraan geregen kan worden en zodanig op het frame gespannen, dat dit freem een persoon, welke op het doek of het membraan ligt, zit of springt, kan ondersteunen. De V-vormige delen kunnen bestaan uit een lange gegolfde metalen strook, welke aan het freem is gelast.

Ben probleem, dat bij een dergelijké constructie bestaat is, dat, wanneer een persoon op het doek ligt, zit of springt, op het freem een koppel wordt uitgeoefend. Dit vereist een sterke en relatief zware constructie voor het freem.

De uitvinding beoogt hiervoor een oplossing te verschaffen.

De uitvinding is derhalve gericht op een stoel-bed of dergelijk ondersteuningsmiddel, bestaande uit een freem uit lang materiaal, waaraan en waarover een doek of ander membraan door middel van een veter, koord of ander flexibel materiaal is bevestigd, respectievelijk zich uitstrekt en bevestigd is tussen het doek of ander membraan en het freem en waarbij het freem voorzien is van een aantal bevestigingsmiddelen, welke over het freem zijn verdeeld, waarbij elk bevestigingsmiddel zodanig is gevormd, dat dit het stijve, lange materiaal van het freem in de gemonteerde toestand ruim omsluit, zodanig, dat dit vrij om dat deel van het freem kan draaien en voorts zodanig gevormd, dat middelen ontstaan, waardoorheen het flexibele materiaal geregen of waaraan het flexibele lange materiaal anderszins bevestigd kan worden.

Wanneer iemand op het doek ligt,' zit, springt of op andere wijze steunt, worden de spanningen door de veter, het koord of ander lang materiaal opgenomen en vanuit de horizontale stand verdraaid, waarbij de bevestigingsmiddelen vrij kunnen draaien zodat het gedeelte, dat het flexibele lange materiaal vasthoudt, dienovereenkomstig onder de horizontale stand wordt gericht. Op het freem wordt derhalve geen koppel uitgeoefend en dat gedeelte van de bevestigingsmiddelen kan vrij op één lijn komen te liggen met de richting van de trekkracht, welke daarop door het flexibele lange materiaal wordt uitgeoefend.

De bevestigingsmiddelen hebben bij voorkeur de vorm van een plastic ring of kraag, bijvoorbeeld een ring verkregen door injectie-gieten en van schroefdraad worden voorzien en welke het stijve lange materiaal van het freem ruim omgrijpt en een gedeelte, bijvoorbeeld een V-vormig gedeelte, heeft, waarbij de ring verder afligt van het stijve lange materiaal dan de rest van dé ring voor het vormen van een oog, waardoorheen de veter, het koord of ander lang flexibel materiaal geregen kan worden.

Bij voorkeur is het freem buisvormig en vervaardigd uit aluminium of een aluminiumlegering. Het lange flexibele materiaal kan bestaan uit een elastisch koord, bijvoorbeeld een meervoudig geslagen rubber koord van ongeveer 6 mm diameter, omgeven door een elastische bekleding uit polypropy-leen.

De plastic ringen kunnen aan de binnenzijde van hun V-vormige gedeeltes glad zijn uitgevoerd voor het verminderen van slijtage van het flexibele lange materiaal. Zij kunnen aan de buitenzijde zijn afgerond om slijtage van de kleding van de gebruiker te verminderen.

Het doek of ander membraan, dat op boven beschreven wijze over het freem is gespannen kan voorzien zijn van een aantal ogen, waardoorheen het flexibele lange materiaal geregen kan worden in welk geval het aantal bevestigingsmiddelen aanwezig op het treem, voldoende moet zijn, zodat voor elke ring een oog ter beschikking is, bijvoorbeeld ongeveer 70 of in hoofdzaak in de orde van grootte van 65 tot 75. De bevestigingsmiddelen moeten gemakkelijk over het freem kunnen glijden naar standen, welke overeenstemmen met die van de ogen of iets ten opzichte daarvan verzet, afhankelijk van de wijze waarop het flexibele lange materiaal tussen het doek en het freem geregen is.

Een verder voordeel van de uitvinding is het ontbreken van lassen op het freem, zodat aluminium of een alumi-niumlegering kan worden gebruikt, derhalve een veel lichtere constructie.

Het freem kan zijn voorzien van poten, welke zich naar omlaag uitstrekken, waarbij de ondereinden zijn voorzien van een draaibare voet op de wijze als beschreven in het Britse octrooischrift 2.129.288, door middel van een integrale kraag, welke op de poot aanwezig is om te voorkomen, dat deze tijdens transport losdraait, terwijl de draaibare voet kan blijven functioneren.

Een rugsteungedeelte van het freem kan aanwezig zijn en schuin worden ingesteld ten opzichte van de rest van de steunmiddelen op een wijze beschreven in het Britse octrooischrift 2.129.288 door gebruik te maken van handwielen. In dat geval kan de spanning op het doek of het membraan in de verschillende delen van het freem zodanig zijn, dat een automatische scheiding plaatsvindt van twee getande delen van het handwielmechanisme, wanneer dit laatste wordt gelost voor een snelle en gemakkelijke instelling.

De voordelen met betrekking tot de steunmiddelen in de meest ruime zin en ook de verschillende voorkeursconstructies zijn zeer nuttig bij een stoel-bed voor hengelaars.

Een voorbeeld van een stoel-bed, vervaardigd volgens de onderhavige uitvinding is weergegeven in de bijgaande tekeningen, waarin: fig. 1 een perspectivisch, gedeeltelijk uit elkaar getekend, aanzicht is van de delen van stoel-bed; fig. 2 is een perspectivisch, gedeeltelijk uit elkaar getekend, aanzicht van andere delen van het stoel-bed in een verder gevorderde fase van montage; fig, 3 is een ander perspectivisch, gedeeltelijk uit elkaar getekend, aanzicht van verdere delen van het stoel-bed, waarbij het freem praktisch geheel gemonteerd is; fig. 3a is een perspectivisch aanzicht op grotere schaal van een detail van het stoel-bed, weergegeven in fig. 3; fig. 4a en 4b tonen een eindaanzicht, respectievelijk een doorsnede-aanzicht van de bevestigingsmiddelen van het freem en fig. 5 en 6 zijn respectievelijk onderaanzichten van delen van het stoel-bed in een praktisch complete toestand, waaruit de wijze blijkt, waarop het elastische koord door de ogen van een doek of membraan van het stoel-bed geregen kan worden, alsmede door de ogen, gevormd door de bevestigingsmiddelen.

Gemeend wordt, dat het voor de deskundige duidelijk is op welke wijze het weergegeven stoel-bed de verschillende voordelen geeft, zoals in de beschrijving uiteengezet.

Een buisvormig freem 10 uit aluminiumlegeringbuis voor een stoel-bed weergegeven in fig. 3, omvat twee lange, ronde buisvormige zijrails 12, welke in hoofdzaak onderling evenwijdig lopen en op afstand liggen en in deze stand gehouden worden door voorste en achterste pootconstructies 14 en 16. Deze laatste bestaan elk uit een paar vierkante telescoperende poten 18 uit aluminiumlegering, waarbij elk ondereinde voorzien is van een draaivoet 20. De poten van elk paar zijn onderling aan elkaar gezet door middel van dwarsschoren 22 en de boveneinden van elke poot zijn voorzien van kanaalvormige delen 24, bestemd voor het opnemen van een bijbehorend einde van één van de zijrails 12.

Openingen 26 (getoond in fig. 2) zijn aanwezig aan één einde van elk kanaalgedeelte 24, zodat dit draaibaar bevestigd kan worden aan het bijbehorende einde van een zijrail 12 door middel van tapeinden 28, welke door plastic injectie zijn gevormd en voorzien van onderlegringen 30. Het freem 10 bevat voorts een U-vormig beensteun 32, welke aan zijn einden draaibaar bevestigd is op de vooreinden van de zijrails 12, respectievelijk door middel van een open verankering 34 aan de vooreinden daarvan, gaten aanwezig zijn in de vrije einden van de ü-vormige beensteun 32 op ëên lijn met die van de verankeringen 34 en voorts zijn schoren 28 aanwezig, gevormd door plastic injectie en voorzien van onderlegringen 30 en welke zich uitstrekken door de openingen in de verankeringen 34 en de gaten in de vrije einden van de beensteun 32.

Een ü-vormige rugsteun 36 uit ronde buis uit alumi-niumlegering is draaibaar bevestigd aan de achtereinden van de zijrails 12. De draaibare bevestiging is hier wat ingewikkelder, doordat deze bestaat uit ronde gedeeltes 38 aan de einden van de ü-vormige rugsteun 36 met naar buiten gerichte tanden of vertandingen 40 en buitenwaarts gerichte insteekeinden 42 met schroefdraad. Deze laatste zijn gestoken door centrale ronde openingen 44 in andere ronde delen 46 aan de achtereinden van de zijrails 12. Deze ronde gedeeltes 46 hebben naar binnen gerichte tanden of vertandingen 48, welke samenwerken met de buitenwaarts gerichte tanden of vertandingen van de ronde gedeeltes 38 in de rugsteun 36. Grote handwielvormige moeren 50 werken samen met de van schroefdraad voorziene insteekeinden 42 met betreffende onderlegringen 52, aanwezig tussen de moeren en de ronde gedeeltes 46 aan de einden van de zijrails 12. Wanneer dus de handwielen 50 worden aangedraaid, zullen de tanden of vertandingen van de ronde gedeeltes 38 en 46 weer in samenwerking treden voor het bepalen van de relatieve hoek tussen de rugsteun 36 en de zijrails 12. Het losdraaien van de handwielen 50 maakt het mogelijk de hoek van de rugsteun 36 in te stellen en het weer aandraaien van de handwielen 50 zet de rugsteun 36 onder de gewenste hoek vast.

Het is duidelijk, dat de verschillende draaipuntcon-structies het mogelijk maken de rugsteun 36 en de beensteun 32 naar omlaag op de zijrails 12 te vouwen, terwijl de poot-constructies 14 omhoog tegen de rails 12 gevouwen kunnen worden.

Elke draaivoet 20 is voorzien van een vierkante kraag 54, welke daaraan met een strip 56 is bevestigd. De kraag 54 werkt samen met de bijbehorende poot 18 om te voorkomen, dat de draaivoet 20 verloren gaat in het geval dat deze tijdens transport uit de onderzijde van de poot valt. Dit kraaggedeelte 54 is duidelijker in fig. 3a weergegeven.

Verdeeld over de buisvormige zijrails 12, de buisvormige beensteun 32 en de buisvormige rugsteun 36 is een aantal door injectiegieten- gevormde kunststofringen 58 aanwezig, waarvan er één duidelijker in fig. 4a en fig. 4b is weergegeven. Fig. 4a toont hoe elke ring het buisvormige gedeelte, waaraan dit is bevestigd omgeeft en een V-vormig gedeelte 60 heeft, dat vanaf de buis naar buiten wijst voor de vorming van een ruimte 62 tussen de buis en het binnenvlak van de ring 58 en een buitenvlak 64, dat is afgerond wanneer de ring 58 in axiale doorsnede wordt bezien.

Een doek 66 met een buitenomtrek, welke overeenstemt met de binnenzijde van het freem 10 en iets kleiner is dan dat binnenvlak, heeft een versterkte omtrek 68 en is voorzien van een aantal gaten 70, welke langs de omtrek zijn verdeeld. Het aantal gaten 70 stemt in aantal overeen met de ringen 58, aanwezig op de verschillende ronde buisvormige gedeeltes van het freem 10, Een aantal elastische koorden 72 is door de gaten 70 en de V-vormige gedeeltes 60 van de ringen 58 geregen voor het spannen van het doek 66 over het buisvormige freem 10 op een wijze, als weergegeven in de figuren 5 en 6.

Opgemerkt zij, dat elke ring 58 het buisvormige gedeelte, waaraan deze is bevestigd, ruim omgeeft. Het resultaat is, dat, wanneer iemand op het doek ligt en het koord gespannen wordt, zoals dit vanuit de horizontale stand wordt verdraaid, elke ring vrij kan draaien door het V-vormige gedeelte daarvan, waardoor het koord naar omlaag in een horizontale stand wordt gericht. Op het freem wordt dan in hoofdzaak geen koppel uitgeoefend, doch slechts een binnenwaartse trek. De ruime verbinding van elke ring 58 aan het buisvormige freem 10 maakt het ook mogelijk, dat deze over het buisfreem kan glijden. Dit vergemakkelijkt een juist doorrijgen van de koorden 72.

Verder zij opgemerkt, dat het V-vormige gedeelte van de ring een oog vormt, waardoorheen het koord geregen kan worden. Het V-vormige gedeelte is glad uitgevoerd aan de binnenzijde voor het verminderen van slijtage van de elastische koorden 72.

Het koord bestaat uit een gevormd en geslagen rubber met een diameter van ongeveer 6 mm, omgeven door een elastische omhulling uit polypropyleen.

Bij het weergegeven stoel-bed zijn er in totaal ongeveer 65 plastic ringen 58 aanwezig verdeeld over het freem 10, ofschoon elk aantal in het gebied van 70 gewenst kan zijn, terwijl het mogelijk is veel meer of veel minder ringen toe te passen.

De spanning van het doek 66, wanneer dit aan het freem 10 is bevestigd, kan zodanig zijn, dat de vrije einden van de rugsteun 36 naar elkaar toe getrokken worden, zodat bij het lossen van de handwielen 50 deze twee einden automatisch naar elkaar toe getrokken zullen worden en aldus de tanden of vertandingen op de ronde gedeeltes 38 en 46 gelost worden voor het vergemakkelijken van een juiste instelling van de rugsteun 36 onder de gewenste hoek.

Het weergegeven stoel-bed kan worden verpakt en verkocht in de ongemonteerde toestand en wordt naderhand in elkaar gezet om te worden gebruikt als weergegeven in de bijgaande tekeningen.

Verschillende variaties en modificaties in het stoel-bed zijn zonder meer duidelijk, zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Als voorbeeld kan worden aangegeven, dat de been-steun 32 en het bijbehorende gedeelte van het doek 66 gemist kunnen worden om te voorzien in een stoel in plaats van een stoel-bed. ,

Claims (9)

1. Stoel-bed of dergelijk ondersteuningsmiddel, be staande uit een freem (10) uit lang materiaal, waaraan en waarover een doek (66) of ander membraan door middel van een veter, koord of ander flexibel materiaal (72) is bevestigd, respectievelijk zich uitstrekt en bevestigd is tussen het doek (66) of ander membraan en het freem, met het kenmerk, dat het freem (10) is voorzien van een aantal bevestigingsmiddelen (58), welke over het freem (10) verdeeld zijn, waarbij elk bevestigingsmiddel (58) zodanig is gevormd, dat dit het stijve lange materiaal van het freem (10) in de gemonteerde toestand ruim omsluit, zodanig, dat dit vrij om dat deel van het freem (10) kan draaien en voorts zodanig gevormd, dat middelen ontstaan, waardoorheen het flexibele materiaal (72) geregen of waaraan het flexibele lange materiaal (72) anderszins bevestigd kan worden.

2. Stoel-bed of andere ondersteuningsmiddelen volgens conclusie 1, met het kenmerk,dat de verbindingsmiddelen (58) elk de vorm hebben van een ring (58) of kraag, welke het stijve lange materiaal van het freem (10) ruim omsluit.

3. Stoel-bed of ander ondersteuningsmiddel volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat elke ring (58) of kraag door injectiegieten van kunststof gevormd is.

4. Stoel-bed of ander ondersteuningsmiddel volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk, dat elke ring (58) of kraag een gedeelte (60) heeft, waarmee de ring (58) of kraag verder van het stijve lange materiaal gelegen is dan de rest van de ring (58) of kraag voor de vorming van een oog, waardoorheen het lange flexibele materiaal (72) geregen kan worden.

5. Stoel-bed of dergelijk ondersteuningsmiddel volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat het gedeelte (60) een V-vormig gedeelte is.

6. Stoel-bed of dergelijk ondersteuningsmiddel volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat elke ring (58) of kraag aan de binnenzijde van zijn V-vormig gedeelte (60) glad is uitgevoerd om slijtage van het flexibele lange materiaal (72) te beperken.

7. Stoel-bed of dergelijk ondersteuningsmiddel volgens één van de conclusies 2-6, met het kenmerk, dat elke ring (58) of kraag een afgerond buitenvlak heeft, gezien in axiale doorsnede van de ring (58).

8. Stoel-bed of dergelijk ondersteuningsmiddel volgens één van de voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat het aantal bevest jingsmiddelen (58) in hoofdzaak in de orde van grootte van 65 tot 75 is.

9. Stoel-bed of dergelijk ondersteuningsmiddel volgens één van de voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat elk bevestigingsmiddel (58) over het gedeelte van het freem (10), waaraan dit bevestigd is, kan glijden.