NL8900141A - Rolstoel. - Google Patents

Rolstoel. Download PDF

Info

Publication number
NL8900141A
NL8900141A NL8900141A NL8900141A NL8900141A NL 8900141 A NL8900141 A NL 8900141A NL 8900141 A NL8900141 A NL 8900141A NL 8900141 A NL8900141 A NL 8900141A NL 8900141 A NL8900141 A NL 8900141A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
wing
chair
seat
beams
adjustable
Prior art date
Application number
NL8900141A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Linido Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Linido Bv filed Critical Linido Bv
Priority to NL8900141A priority Critical patent/NL8900141A/nl
Priority to DE9090200136T priority patent/DE69000980T2/de
Priority to EP90200136A priority patent/EP0384499B1/en
Publication of NL8900141A publication Critical patent/NL8900141A/nl
Priority to US07/816,539 priority patent/US5217239A/en

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61GTRANSPORT, PERSONAL CONVEYANCES, OR ACCOMMODATION SPECIALLY ADAPTED FOR PATIENTS OR DISABLED PERSONS; OPERATING TABLES OR CHAIRS; CHAIRS FOR DENTISTRY; FUNERAL DEVICES
    • A61G5/00Chairs or personal conveyances specially adapted for patients or disabled persons, e.g. wheelchairs
    • A61G5/08Chairs or personal conveyances specially adapted for patients or disabled persons, e.g. wheelchairs foldable
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61GTRANSPORT, PERSONAL CONVEYANCES, OR ACCOMMODATION SPECIALLY ADAPTED FOR PATIENTS OR DISABLED PERSONS; OPERATING TABLES OR CHAIRS; CHAIRS FOR DENTISTRY; FUNERAL DEVICES
    • A61G5/00Chairs or personal conveyances specially adapted for patients or disabled persons, e.g. wheelchairs
    • A61G5/08Chairs or personal conveyances specially adapted for patients or disabled persons, e.g. wheelchairs foldable
    • A61G5/0808Chairs or personal conveyances specially adapted for patients or disabled persons, e.g. wheelchairs foldable characterised by a particular folding direction
    • A61G5/0816Chairs or personal conveyances specially adapted for patients or disabled persons, e.g. wheelchairs foldable characterised by a particular folding direction folding side to side, e.g. reducing or expanding the overall width of the wheelchair
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61GTRANSPORT, PERSONAL CONVEYANCES, OR ACCOMMODATION SPECIALLY ADAPTED FOR PATIENTS OR DISABLED PERSONS; OPERATING TABLES OR CHAIRS; CHAIRS FOR DENTISTRY; FUNERAL DEVICES
    • A61G5/00Chairs or personal conveyances specially adapted for patients or disabled persons, e.g. wheelchairs
    • A61G5/08Chairs or personal conveyances specially adapted for patients or disabled persons, e.g. wheelchairs foldable
    • A61G5/0866Chairs or personal conveyances specially adapted for patients or disabled persons, e.g. wheelchairs foldable folding down backrest, e.g. where the backrest folds down onto the seat support
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61GTRANSPORT, PERSONAL CONVEYANCES, OR ACCOMMODATION SPECIALLY ADAPTED FOR PATIENTS OR DISABLED PERSONS; OPERATING TABLES OR CHAIRS; CHAIRS FOR DENTISTRY; FUNERAL DEVICES
    • A61G5/00Chairs or personal conveyances specially adapted for patients or disabled persons, e.g. wheelchairs
    • A61G5/10Parts, details or accessories
    • A61G5/1054Large wheels, e.g. higher than the seat portion
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61GTRANSPORT, PERSONAL CONVEYANCES, OR ACCOMMODATION SPECIALLY ADAPTED FOR PATIENTS OR DISABLED PERSONS; OPERATING TABLES OR CHAIRS; CHAIRS FOR DENTISTRY; FUNERAL DEVICES
    • A61G5/00Chairs or personal conveyances specially adapted for patients or disabled persons, e.g. wheelchairs
    • A61G5/10Parts, details or accessories
    • A61G5/1078Parts, details or accessories with shock absorbers or other suspension arrangements between wheels and frame
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61GTRANSPORT, PERSONAL CONVEYANCES, OR ACCOMMODATION SPECIALLY ADAPTED FOR PATIENTS OR DISABLED PERSONS; OPERATING TABLES OR CHAIRS; CHAIRS FOR DENTISTRY; FUNERAL DEVICES
    • A61G5/00Chairs or personal conveyances specially adapted for patients or disabled persons, e.g. wheelchairs
    • A61G5/10Parts, details or accessories
    • A61G5/1056Arrangements for adjusting the seat
    • A61G5/1067Arrangements for adjusting the seat adjusting the backrest relative to the seat portion
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61GTRANSPORT, PERSONAL CONVEYANCES, OR ACCOMMODATION SPECIALLY ADAPTED FOR PATIENTS OR DISABLED PERSONS; OPERATING TABLES OR CHAIRS; CHAIRS FOR DENTISTRY; FUNERAL DEVICES
    • A61G5/00Chairs or personal conveyances specially adapted for patients or disabled persons, e.g. wheelchairs
    • A61G5/10Parts, details or accessories
    • A61G5/1056Arrangements for adjusting the seat
    • A61G5/1075Arrangements for adjusting the seat tilting the whole seat backwards

Description

Rolstoel.
De uitvinding heeft betrekking op een invalidestoel of -wagen in hoofdzaak bestaande uit een stoel die op een samenklapbaar onderstel is aangebracht, welke stoel tenminste bestaat uit een zitting en een rugleuning, waarbij de zitting, de rugleuning en het onderstel universeel instelbaar en samenklapbaar zijn.
Een invalidewagen van het bovengenoemde soort is bekend uit de internationale octrooiaanvrage WO84/02647.
De zojuist genoemde publicatie suggereert een eenvoudige oplossing te bieden voor het aanpassen van een invalidewagen aan de wensen en afmetingen van een gebruiker, zodat de fabri-canten en leveranciers van dergelijke voorwerpen hun assortiment aanzienlijk kunnen beperken en tegen een aantrekkelijker prijs per eenheid kunnen leveren. Die eenvoudige oplossing bestaat uit het opbouwen van de invalidewagen uit een aantal instelbare elementen die zodanig door organen zijn verbonden, dat de zitting, rugleuning en voetsteun zowel onderling als ten opzichte van het onderstel alle mogelijke standen kunnen innemen. Aan het samenklapbaar zijn van het onderdeel wordt in die publicatie echter slechts terloops aandacht geschonken.
Bij de bekende invalidewagen is de stoel om een vast draaipunt instelbaar ten opzichte van het onderstel. Tijdens het instellen van de door de gebruiker of door het verplegend personeel gewenste stand van de stoel ten opzichte van het onderstel, moet het zwaartepunt van de gebruiker en de stoel samen zich langs een cirkelbaan bewegen. Dit leidt tot het moeten uitoefenen van een krachtsinspanning die in ieder geval het vermogen van de gebruiker teboven kan gaan, en kan ook leiden tot gevaarlijke situaties indien het zwaartepunt van de gebruiker en stoel tijdens het rijden voorbij de kiepgrens ligt.
De uitvinding beoogt nu in de eerste plaats de zojuist genoemde nadelen op te heffen zonder daarbij afstand te doen van de voordelen die verband houden met een beperkt assortiment aan invalidestoelen.
Volgens de uitvinding is een en ander in hoofdzaak bereikt, doordat de stoel bestaat uit een centraal gelegen bovenvleugel, uit zittingliggers en uit koppelstangen die de bovenvleugel op de wijze van parallellogramscharnieren in langsrichting van de rolstoel met de beide zittingliggers verbinden, en doordat het onderstel bestaat uit een centraal gelegen ondervleugel, uit twee zijframes die voor de ondersteuning zorgen, en uit koppelplaten die de ondervleugel op de wijze van parallellogramscharnieren in dwars-richting van de rolstoel met de beide zijframes verbinden, en doordat de stand van de bovenvleugel ten opzichte van de ondervleugel instelbaar is·
Bij voorkeur maken de bovenvleugel en de ondervleugel deel uit van een stangenvierkant waarvan de stand door een in lengte instelbaar onderdeel kan worden veranderd. Het in lengte instelbare onderdeel kan een zuiger-cilindereenheid en een schrank-blokkering bevatten die buiten het stangenvierkant zijn gelegen.
Indien de invalidestoel of -wagen een rugleuning bezit, bestaat deze bij voorkeur uit een centraal gelegen rugvleu-gel, uit rugliggers, en uit paren rugkoppelstangen die de rugvleu-gel op de wijze van parallellogramscharnieren met de beide rugliggers verbinden. De zittingliggers en de rugliggers alsmede de bovenvleugel en de rugvleugel moeten in dat geval zodanig draaibaar met elkaar zijn verbonden dat in de neergeklapte stand van de rugleuning de zittingliggers en rugliggers elk in aan elkaar evenwijdige vlakken tegelijk dezelfde beweging kunnen maken. Hierdoor zijn, met de rugleuning in omhooggeklapte stand, zowel de zitting als de rugleuning automatisch tegen samenvouwen geblokkeerd. Samenvouwen is alleen mogelijk met omlaaggeklapte rugleuning. Na het samenvouwen is de rugleuning automatisch tegen omhoog klappen geblokkeerd.
Het scharnierpunt tussen de bovenvleugel en de rugvleugel en de scharnierpunten tussen de zittingliggers en de rugliggers liggen alleen in de gebruiksstand van de wagen of stoel in êln lijn.
De rugleuning kan in de omhooggeklapte stand auto- matisch ten opzichte van de zitting worden vergrendeld, en in dat geval moet een ontgrendeling worden bediend voor het opheffen van die vergrendeling.
Aan de zichtbare zijde van de rugvleugel kan een handgreep zijn aangebracht om de rugleuning te kunnen inklappen en weer gemakkelijk te kunnen uitklappen of om de gehele stoel eenvoudig te kunnen optillen, en om de stoel te kunnen inklappen.
Als begrenzing is tussen de koppelplaten van de zijframes een flexibel element, zoals een band aangebracht om - met behulp van een lengte-instelling - de hoogte van de stoel ten opzichte van de wielen in te stellen, en om de beide zijframes symmetrisch te houden ten opzichte van de ondervleugel.
Indien armsteunen zijn aangebracht, zijn deze bij voorkeur in hoogte instelbaar en afneembaar of wegklapbaar met de zittingliggers verbonden.
Indien voetsteunen aanwezig zijn, zijn deze bij voorkeur op de bovenvleugel aangebracht en in lengte- en in hoek-richting instelbaar.
De uitvinding zal hieronder nader worden toegelicht aan de hand van de tekening, waarin bij wijze van voorbeeld een aantal uitvoeringsvormen van een rolstoel volgens de uitvinding is weergegeven. In de tekening toont: figuur 1 in perspectief een vooraanzicht van de rolstoel in een gebruiksstand, figuur 2 een schema van de parallellogramscharnie-ren van de zitting in de langsrichting van de rolstoel en de rugleuning, figuur 3 in perspectief een achteraanzicht van de rolstoel van figuur 1, figuur 4 een schema van de parallellogramscharnie-ren van het onderstel in dwarsrichting van de rolstoel, figuur 5 in perspectief de rolstoel van figuur 3 in een inklapte stand, figuur 6 een principeschets van de vergrendeling tussen de bovenvleugel en de rugvleugel, gezien in de richting van de pijl VI in figuur 3, en figuur 7 een schematisch zij-aanzicht van een andere uitvoeringsvorm.
De in de tekening weergegeven rolstoel bestaat uit een stoel 1 en een onderstel 2.
De stoel 1 bestaat zoals gebruikelijk uit een zitting 3 en een rugleuning 4 van invouwbaar materiaal, en twee arm-steunen 5 en 6 van enigszins meegevend materiaal.
Het invouwbare materiaal van de zitting 3 is bevestigd aan twee zittingliggers 7, 8 die zich in de voortbewegings-richting van de rolstoel uitstrekken.
De onderzijden van beide zittingliggers 7, 8 zijn door twee op langsafstand gelegen draaipunten 9, 10/11, 12 draaibaar verbonden met de ene uiteinden van twee paren koppelstangen 13, 14/15, 16. De andere uiteinden van deze koppelstangen 13-16 zijn draaibaar verbonden met een centraal gelegen bovenvleugel 17. Op deze wijze ontstaan twee parallellogramscharnieren in langsrich-ting van de rolstoel, welke parallellogramscharnieren het mogelijk maken om de zittingliggers 7, 8 naar elkaar toe te bewegen om de zitting 3 in de klappen, waarbij de zittingliggers 7, 8 in verticale vlakken juist naast de bovenvleugel 17 komen te liggen. En wel in een naar voren verplaatste stand ten opzichte van de gebruiks-stand van de rolstoel. Eên en ander is zichtbaar in figuur 2, waarin tevens corresponderende onderdelen van de rugleuning zijn aangeduid.
De bovenvleugel 17 is aan de voorzijde van de rolstoel om een horizontale dwarsas 18 draaibaar verbonden met het boveneinde van een frontkoker 19. Het ondereinde van de frontkoker 19 is om een horizontale dwarsas 20 draaibaar verboden met het vooreinde van een tot het onderstel 2 behorende centraal gelegen onder-vleugel 21. De bovenvleugel 17, de frontkoker 19 en de ondervleugel 21 vormen samen met een achterkoker 66 een trapeziumvormige constructie. Tussen de as 20 aan of nabij het vooreinde van de ondervleugel 21 en een punt meer naar achteren op de bovenvleugel 17 is een in lengte instelbaar onderdeel 22, zoals een bus met aan de eeide einden inwendige schroefdraden van tegengestelde spoed aangebracht. Door het instellen van de bus 22 kan daarom de stand van de bovenvleugel 17, en derhalve van de ermee verbonden stoel 1 worden ingesteld ten opzichte van de ondervleugel 22, dus ten opzichte van de grond. Gevolg van deze wijze van hoekverstelling is dat de rij-balans optimaal is omdat de horizontale en verticale verplaatsing van het zwaartepunt van de stoel en de gebruiker tezamen, ten opzichte van het onderstel minimaal is over het instelbereik, zodat het kieprisico aanzienlijk kleiner is dan bij bekende rolstoelen.
Het onderstel 2 bestaat verder uit twee zijframes 23, 24 die voor de ondersteuning op de grond zorgen. In de weergegeven uitvoeringsvorm bestaat deze ondersteuning uit twee aan of nabij het achtereinde van de rolstoel gelegen spaakwielen 25, 26 met luchtbanden, en uit twee meer naar voren gelegen relatief kleine zwenkwielen 27, 28 met massieve banden. De spaakwielen 25, 26 zijn door vaste horizontale wielassen 29 met de zijframes verbonden en de zwenkwielen 27, 28 zijn gelagerd in zwenkbeugels 30, 31 die om een in hoofdzaak verticale zwenkas 32, 33 met de zijframes zijn verbonden. Indien deze verbindingen telescopisch, zoals met koker-constructies zijn uitgevoerd, is het ook mogelijk om de grotere spaakwielen aan de voorzijde van de rolstoel te monteren, en de kleinere zwenkwielen aan de achterzijde. Ook kan op deze wijze de wielbasis worden veranderd. Aan de spaakwielen zijn hoepels 34, 35 bevestigd met behulp waarvan de gebruiker de rolstoel kan voortbewegen en sturen. De onderdelen 25 tot en met 35 zijn echter niet wezenlijk voor de uitvinding, omdat zij ook vervangen kunnen worden door andere geschikte ondersteuningen waarin bijvoorbeeld sprake is van electrische voortbeweging of sturing. Electrische aandrijving van de bus 22 voor het instellen van de stand van de zitting ten opzichte van de bodem behoort uiteraard ook tot de mogelijkheden. In figuur 7 zal nog een alternatieve constructie van de bus 22 worden beschreven.
De zijframes 23, 24 zijn beide door paren koppelplaten 36, 37/38, 39 om in hoofdzaak horizontale assen draaibaar verbonden met de ondervleugel 21. Op deze wijze ontstaan twee pa- rallellogramscharnieren (figuur 4) in dwarsrichting van de rolstoel, welke parallellogramscharnieren het mogelijk maken om de zijframes 23, 24 naar elkaar toe te bewegen. En wel in een naar beneden verplaatste stand ten opzichte van de gebruiksstand van de rolstoel. De maximale afstand tussen de zijframes 23 en 24 en daardoor de hoogte van de zitting 2 boven de bodem, is instelbaar met behulp van een band 65 die aan de bovenrand van de zijframes en onder de ondervleugel 21 is bevestigd. De lengte van de band kan aan de einden worden veranderd of juist in het midden.
Het invouwbare materiaal van de rugleuning 4 is bevestigd aan twee rugliggers 40, 41. De achterzijden van beide rug-liggers 40, 41 zijn door twee op afstand gelegen draaipunten 42, 43/44, 45 draaibaar verbonden met de ene uiteinden van twee paren rugkoppelstangen 46, 47/48, 49. De andere uiteinden van deze rug-koppelstangen 46-49 zijn draaibaar verbonden met een centraal gelegen rugvleugel 50. Op deze wijze ontstaan net als bij het onderstel (zie figuur 2) twee parallellogramscharnieren in dwarsrichting van de rolstoel, welke parallellogramscharnieren het mogelijk maken om de rugliggers 40, 41 naar elkaar toe te bewegen om de rugleuning 4 in de klappen, en wel in een naar boven verplaatste stand ten opzichte van de gebruiksstand van de rolstoel.
Door de lengte van de koppelstangen 36-39 en 46-49 wordt de "breedte" van de stoel bepaald. Mocht het nodig zijn om stoelen van verschillende breedten in het assortiment op te nemen dan zouden universele koppelstangen met meerdere draaipunten kunnen worden geproduceerd die al naar gelang de behoefte op de juiste lengte worden afgezaagd.
De rugvleugel 50 is om een dwarsas 51 draaibaar verbonden met de bovenvleugel 17. De zittingliggers 7, 8 en rugliggers 40, 41 zijn onderling draaibaar verbonden door scharnierpunten 52, 53. In de gebruiksstand liggen de scharnierpunten 51-53 op één lijn, in neergeklapte en samengevouwen stand echter niet. De onderdelen van de rugleuning en zitting zijn zodanig gedimensioneerd en met elkaar verbonden dat tijdens het samenvouwen van de stoel in dwarsrichting de zittingliggers 7, 8 en de rugliggers 40, 41 tege lijkertijd dezelfde beweging in twee evenwijdige vlakken uitvoeren. Daardoor zijn de zitting 3 en de rugleuning 4 automatisch geblokkeerd tegen samenklappen in dwarsrichting als de rugleuning 4 omhoog geklapt is, en is de rugleuning geblokkeerd tegen omhoog klappen als de zitting is samengeklapt.
Aan de in (gebruiksstand) achterzijde respectievelijk in de (in neergeklapte stand) bovenzijde van de rugvleugel 50 is een handgreep 58 bevestigd, met behulp waarvan de ingeklapte stoel of rolstoel indien gewenst kan worden opgetild. Bovendien vergemakkelijkt deze handgreep ook het weer terugbrengen naar de gebruiksstand.
De rugleuning wordt in de gebruiksstand bij voorkeur automatisch vergrendeld en kan pas worden neergeklapt nadat een ontgrendeling is bediend die nader zal worden toegelicht aan de hand van figuur 6. Zou geen vergrendeling aanwezig zijn, dan zou de rolstoel niet kunnen worden geduwd.
De armsteunen 5, 6 zijn aan de zittingliggers 7, 8 bevestigd door twee schuifplaten 60, 61 met zich over in hoofdzaak de gehele hoogte uitstrekkende gleuf 62 voor het opnemen van blijvend met de zittingliggers verbonden schroef- en moerverbindingen. Door het naar beneden schuiven van de armsteunen 7, 8 neemt de stoel in ingeklapte stand nog minder ruimte in. De afstand tussen de armsteunen moet uiteraard groot genoeg zijn om de rugliggers 40, 41 tegen de langsliggers 7, 8 te kunnen klappen. In de nog te bespreken figuur 7 zijn de armsteunen overigens op een andere wijze opgehangen.
Het vooreinde van de bovenvleugel 17 is een geschikte plaats voor het aanbrengen van voetsteunen 63, 64 die voor de uitvinding verder niet van belang zijn en daarom niet in detail worden beschreven.
In figuur 6 is weergegeven dat de bovenvleugel 21 en de rugvleugel 50 draaibaar met elkaar zijn verbonden door de dwarsas 51. Om die dwarsas 51 is een van een uitsparing voorziene palstang 54 draaibaar ondersteund. Op de rugvleugel 50 is een hefboom 55 ondersteund rond een as 56. De ene arm van de hefboom heeft en uitsteeksel 68 dat in de uitsparing van de palstang 54 kan grijpen en de andere arm van de hefboom wordt zodanig belast door een drukveer 57, dat door het met de knop 59 indrukken van de veer 57 de ontgrendeling teweeg kan worden gebracht. De stand van de rug leuning in de gebruiksstand is instelbaar met een schroefstang 67 die is aangebracht tussen het uiteinde van de palstang 54 en een lager gelegen punt op de bovenvleugel 21.
De in figuur 7 weergegeven uitvoeringsvariant die zich van de eerste uitvoeringsvorm in hoofdzaak onderscheidt door een ander en op een andere plaats aangebracht, in lengte instelbaar onderdeel 22 *. De andere onderdelen van figuur 7 die geheel corresponderen met de betreffende onderdelen van de figuren 1-6 zijn met dezelfde verwijzingscijfers aangeduid, met tussen haakjes de in figuur 7 niet zichtbare onderdelen.
Ook de stoel 1 van figuur 7 bestaat derhalve uit een onderstel 2, zitting 3 en een rugleuning 4 van invouwbaar materiaal, en twee armsteunen 5. Het onderstel 2 bezit weer twee spaak-wielen 25 (26) met luchtbanden en twee relatief kleine zwenkwielen 27, (28). Het veranderen van de wielbasis is ook hier mogelijk. Het invouwbare materiaal van de zitting 3 is bevestigd aan twee zit-tingliggers 7 (8). De voetsteunen 63 (64) zijn nu aan de zitting-liggers bevestigd doch dat is voor de uitvinding niet van wezenlijk belang.
De boven vleugel 17, de frontkoker 19 en de onder-vleugel 21 vormen samen met de achterkoker 66 weer een trapeziumvormige constructie. Achter de rugleuning 4 zijn de rugkoppelstan-gen 46 en 47 alsmede de on een dwarsas 51 met de ondervleugel 21 verbonden rugvleugel 50 en de handgreep 58 zichtbaar.
Het bijzondere van de uitvoeringsvariant van figuur 7 is nu dat het in lengte instelbare onderdeel 22' bestaat uit een buiten het stangenvierkant gelegen zuiger-cilindereenheid die is opgebouwd uit een aan de ondervleugel 21 bevestigde cilinder 69 en een aan de boven vleugel 17 bevestigde zuigers tang 70 die met een schrankbeveiliging 71 kan worden geblokkeerd. In de cilinder 69 is een veer 72 opgenomen die de zuiger en de zuigerstang 70 belast.
Als extra voorziening is nog een vergrendelbare gasveer 73 aangebracht die in ontgrendelde toestand een instelling van de hoek tussen de zitting 3 en de rugleuning 4 levert en in vergrendelde stand aan de rugleuning een zekere vering toestaat.
Dat de in figuur 7 weergegeven rolstsoel tevens voorzien is van op de rugleuning 4 aangebrachte handvaten 74 is voor het wezen van de uitvinding niet van belang.
Binnen het kader van de conclusies vallen ook andere uitvoeringsvormen dan de in de tekening is weergegeven.

Claims (12)

1. invalidestoel of -wagen in hoofdzaak bestaande uit een stoel die op een samenklapbaar onderstel is aangebracht, welke stoel tenminste bestaat uit een zitting en een rugleuning, waarbij de zitting, de rugleuning en het onderstel universeel instelbaar en samenklapbaar zijn, aet bet bemerk, dat de stoel (1) bestaat uit een centraal gelegen bovenvleugel (17), uit zit-tingliggers (7, 8) en uit koppelstangen (13-16) die de bovenvleugel (17) op de wijze van parallellogramscharnieren in langsrichting van de rolstoel met de beide zittingliggers verbinden, dat het onderstel (2) bestaat uit een centraal gelegen ondervleugel (21), uit twee zijframes (23, 24) die voor de ondersteuning zorgen, en uit koppelplaten (36-39) die de ondervleugel op de wijze van parallellogramscharnieren in dwarsrichting van de rolstoel met de beide zijframes verbinden, en dat de stand van de bovenvleugel ten opzichte van de ondervleugel instelbaar is.
2. Stoel of wagen volgens conclusie 1, met het kenaerk, dat de bovenvleugel (17) en de ondervleugel (21) deel uitmaken van een stangenvierkant waarvan de stand door een in lengte instelbaar onderdeel (22, 22') kan worden veranderd.
3. Stoel of wagen volgens conclusie 1 of 2, eet het kenaerk, dat het in lengte verstelbare onderdeel (22') een zuigereilindereenheid (69, 70) en een schrankblokkering (71) bevat die buiten het stangenvierkant zijn gelegen.
4. Stoel of wagen volgens één der conclusies 1-3, aet het kenaerk, dat de rugleuning (4) bestaat uit een centraal gelegen rugvleugel (50), uit rugliggers (40, 41) en uit paren rug-koppelstangen (46, 47/48, 49) die de rugvleugel op de wijze van pa- rallellogramscharnieren met de beide rugliggers verbinden.
5. Stoel of wagen volgens conclusie 4, net het kenmerk, dat de zittingliggers (7, 8) en de rugliggers (40, 41) alsmede de bovenvleugel (27) en de rugvleugel (50) zodanig draaibaar met elkaar zijn verbonden, dat in de neergeklapte stand van de rugleuning, de zittingliggers (7, 8) en de rugliggers (40, 41) elk in aan elkaar evenwijdige vlakken tegelijk dezelfde beweging kunnen maken.
6. Stoel of wagen volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat het scharnierpunt (51) tussen de bovenvleugel (17) en de rugvleugel (59) en de scharnierpunten (52, 53) tussen de zittingliggers (7, 8) en de rugliggers (40, 41) alleen in de gebruiks-stand in éên lijn liggen.
7. Stoel of wagen volgens één der voorgaande conclusies 4-6, met het kenmerk, dat de rugleuning (4) in de omhoog geklapte stand automatisch ten opzichte van de zitting (3) wordt vergrendeld, en dat een ontgrendeling (59) is aangebracht voor het opheffen van die vergrendeling.
8. Stoel of wagen volgens één der conclusies 4-7, met het kenmerk, dat aan de zichtbare zijde van de rugvleugel (50) een handgreep (58) is aangebracht.
9. Stoel of wagen volgens één der conclusies 1-3, met het kenmerk, dat tussen de koppelplaten (36-39) van de zij-frames (23, 24) een in lengte instelbaar flexibel element (65) is aangebracht waarvan de lengte de hoogte van de stoel (1) ten opzichte van de wielen (25-28) bepaalt.
10. Stoel of wagen volgens één der conclusies 1-3, met het kenmerk, dat op de zittingliggers afneembare of weg-klapbare armsteunen (5, 6) zijn aangebracht die in hoogte instelbaar zijn.
11. Stoel of wagen volgens één der conclusies 1-3, met het kenmerk, dat op de bovenvleugel (17) voetsteunen (63, 64) zijn aangebracht die in lengte- en in hoekrichting instelbaar zi;jn.
12. Stoel of wagen zoals weergegeven in de tekening en/of besproken aan de hand daarvan.
NL8900141A 1989-01-20 1989-01-20 Rolstoel. NL8900141A (nl)

Priority Applications (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8900141A NL8900141A (nl) 1989-01-20 1989-01-20 Rolstoel.
DE9090200136T DE69000980T2 (de) 1989-01-20 1990-01-19 Rollstuhl.
EP90200136A EP0384499B1 (en) 1989-01-20 1990-01-19 Wheelchair
US07/816,539 US5217239A (en) 1989-01-20 1991-12-30 Wheelchair

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8900141 1989-01-20
NL8900141A NL8900141A (nl) 1989-01-20 1989-01-20 Rolstoel.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8900141A true NL8900141A (nl) 1990-08-16

Family

ID=19853993

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8900141A NL8900141A (nl) 1989-01-20 1989-01-20 Rolstoel.

Country Status (3)

Country Link
EP (1) EP0384499B1 (nl)
DE (1) DE69000980T2 (nl)
NL (1) NL8900141A (nl)

Families Citing this family (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE19733453A1 (de) * 1997-08-02 1999-02-04 Jens Lueck Faltbarer Rollstuhl
US6092822A (en) * 1998-11-10 2000-07-25 Jim Roger Salmon And Chris Phillip Berryhill, A California Partnership Self-propelled wheelchair
TWM244070U (en) * 2003-08-13 2004-09-21 Pihsiang Machinery Mfg Co Ltd Suspending structure for a wheelchair
US9364378B2 (en) 2012-07-31 2016-06-14 Invacare International Sarl Wheelchair including a collapsible and/or angle adjustable backrest frame

Family Cites Families (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE2700899A1 (de) * 1977-01-11 1978-07-13 Hille Int Ltd Gestell fuer rollstuhl
DE3380587D1 (en) * 1983-01-14 1989-10-26 Lemercier Daniel Foldable wheeled chair
US4553770A (en) * 1983-07-06 1985-11-19 Lyman Roger T Wheelchair attachment
SE458503B (sv) * 1985-01-24 1989-04-10 Scaniainventor Ab Hopfaellbar rullstol
US4614246A (en) * 1985-07-15 1986-09-30 Masse James H Powered wheel chair

Also Published As

Publication number Publication date
DE69000980T2 (de) 1993-07-29
DE69000980D1 (de) 1993-04-08
EP0384499A1 (en) 1990-08-29
EP0384499B1 (en) 1993-03-03

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5217239A (en) Wheelchair
EP0329002B1 (en) Reclinable wheelchair
US2685325A (en) Invalid cart
US4369987A (en) Folding wheeled chair/luggage carrier
SE417275B (sv) Isertagbar rullstol
US6467788B1 (en) Tilt-in-place wheelchair having adjustable wheelbase width
EP0790913A1 (en) Vertical folding wheelchair frame
EP0214269A1 (en) FOLDABLE WHEELCHAIR FRAME.
IE47514B1 (en) Collapsible space frame for a child's push chair
US11931303B1 (en) Foldable tiltable wheelchair and frame therefor
AU2001281097B2 (en) A wheelchair seat having adjustable telescoping assembly
AU2001281097A1 (en) A wheelchair seat having adjustable telescoping assembly
US6224156B1 (en) Seat back recliner kit for wheelchair
CA2368810C (en) Folding wheelchair with a positioning assembly
EP1049440B1 (en) A wheelchair
EP0522783A2 (en) Pushchair
NL8900141A (nl) Rolstoel.
US4591182A (en) Recliner wheelchair
CA1311676C (en) Foldable wheelchair
EP0395719B1 (en) A vertically adjustable wheel chair
US2792876A (en) Reclinable chair construction
GB2209312A (en) Wheelchairs
JP4403567B2 (ja) 車椅子の車台
EP0286397B1 (en) Mobile chair
US20020096856A1 (en) Companion rider wheel chair

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed