NL8820672A - Werkwijze voor putstimulatie bij de werkwijze voor het produceren van olie en inrichting voor het verwezenlijken daarvan. - Google Patents

Werkwijze voor putstimulatie bij de werkwijze voor het produceren van olie en inrichting voor het verwezenlijken daarvan. Download PDF

Info

Publication number
NL8820672A
NL8820672A NL8820672A NL8820672A NL8820672A NL 8820672 A NL8820672 A NL 8820672A NL 8820672 A NL8820672 A NL 8820672A NL 8820672 A NL8820672 A NL 8820672A NL 8820672 A NL8820672 A NL 8820672A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
fluid
discharge
well
filled
current
Prior art date
Application number
NL8820672A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Pk Byuro Elektrogidravliki An
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Pk Byuro Elektrogidravliki An filed Critical Pk Byuro Elektrogidravliki An
Publication of NL8820672A publication Critical patent/NL8820672A/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E21EARTH OR ROCK DRILLING; MINING
    • E21BEARTH OR ROCK DRILLING; OBTAINING OIL, GAS, WATER, SOLUBLE OR MELTABLE MATERIALS OR A SLURRY OF MINERALS FROM WELLS
    • E21B43/00Methods or apparatus for obtaining oil, gas, water, soluble or meltable materials or a slurry of minerals from wells
    • E21B43/003Vibrating earth formations
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E21EARTH OR ROCK DRILLING; MINING
    • E21BEARTH OR ROCK DRILLING; OBTAINING OIL, GAS, WATER, SOLUBLE OR MELTABLE MATERIALS OR A SLURRY OF MINERALS FROM WELLS
    • E21B28/00Vibration generating arrangements for boreholes or wells, e.g. for stimulating production
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E21EARTH OR ROCK DRILLING; MINING
    • E21BEARTH OR ROCK DRILLING; OBTAINING OIL, GAS, WATER, SOLUBLE OR MELTABLE MATERIALS OR A SLURRY OF MINERALS FROM WELLS
    • E21B37/00Methods or apparatus for cleaning boreholes or wells
    • GPHYSICS
    • G01MEASURING; TESTING
    • G01VGEOPHYSICS; GRAVITATIONAL MEASUREMENTS; DETECTING MASSES OR OBJECTS; TAGS
    • G01V1/00Seismology; Seismic or acoustic prospecting or detecting
    • G01V1/02Generating seismic energy
    • G01V1/157Generating seismic energy using spark discharges; using exploding wires

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Geology (AREA)
  • Mining & Mineral Resources (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • General Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental & Geological Engineering (AREA)
  • Geochemistry & Mineralogy (AREA)
  • Fluid Mechanics (AREA)
  • Remote Sensing (AREA)
  • Acoustics & Sound (AREA)
  • General Physics & Mathematics (AREA)
  • Geophysics (AREA)
  • Physical Or Chemical Processes And Apparatus (AREA)
  • Fluid-Pressure Circuits (AREA)
  • Crystals, And After-Treatments Of Crystals (AREA)
  • Immobilizing And Processing Of Enzymes And Microorganisms (AREA)

Description

AANVRAAGSTER NOEMT ALS UITVINDERS: 1. Olga Nikolaevna SIZONENKO, 2. Rafkhat Akhmetovich MAXUTOV, 3. Pavel Petrovich MALJILSHEVSKY, k. Georgy Grigorievich GOROVENKO, 5· Alexei Vladimirovich S0K0L0V, 6. Diana Naumovna LYAPIS, 7· Vladimir Ivanovich SCHEKIN, 8. Natalya Ivanovna KUSKOVA.
Werkwi.jze voor putstimulatie bi.i de werkwijze voor het produceren van olie en inrichting voor het verwezenlijken daarvan.
Gebied van de Techniek
De uitvinding heeft betrekking op werkwijzen en middelen voor putstimulatie bij het produceren van olie, water, gas of oplosbare stoffen uit putten en deze heeft meer in het bijzonder betrekking op werkwijzen voor putstimulatie bij de werkwijze van olieproduktie en inrichtingen voor het uitvoeren daarvan.
Stand der Techniek
Thans zijn bekende technische oplossingen bekend die stimulering van putten beogen met gebruik van omzetting van elektrische energie in andere soorten energie, die werkt op de put en het bodemgebied van het gat om opeenhopingen van asfaltachtige en harsachtige stoffen te verwijderen uit filtratiekanalen die bestaan uit koolwaterstofneerslagen en enige mechanische verontreinigingen in dat andere geval. Indien een elektrische energiebron een aanzienlijk vermogen moet hebben, worden waarschijnlijk nieuwe filtratiekanalen gevormd en zullen de bestaande waarschijnlijk uitgebreid worden.
Een werkwijze is bekend voor putstimulatie bij de werkwijze voor het voortbrengen van olie en een inrichting voor het verwezenlijken daarvan (US-A-4.3^5-650), waarbij elektrische energie opgeslagen ineen condensator omgezet wordt in mechanische energie van schokgolven die zich voortplanten door de producerende formatie door het vrijgeven van de elektrische energie in een vonkontladingkanaal tussen elektroden aangebracht op het niveau van het oliedragende bed, waarbij hoogspanning toegevoerd wordt aan de elektrode uit de condensator geladen door de laadinrichting, d.w.z. de stroomstootgenerator die door middel van een trekkabel verbonden is met een vermogensbron aan het oppervlak. In dit geval wordt de elektrische vonk gestart door toenemende intensiteit van het elektrische veld over de elektroden in de periode voor de doorslag en de schokgolf wordt in het bed gekanaliseerd.
5 De bovenstaande werkwijze beoogt het starten van een elektrische vonk in de inrichting door een toename in de veldintensiteit. De werkwijze voorziet in het uittrekken van een verhuizing streng en zuigstangen en het opvullen van de put met een dodend fluïdum. Aangezien de put dodend fluïdum een emulsieachtige oplossing of zuur of gemineraliseerd 3 water met aanzienlijk elektrisch geleidingsvermogen 6 = 10 is, die alle zeer geleidende media zijn, is het daarom onmogelijk doorslag teweeg te brengen zelfs hoewel de laadspanning van de hoogspan-ningscondensator vergroot wordt en de ontlaadspleet verkleind. In dit geval vindt exponentieel leeglopen van de elektrische lading van de 5 condensator plaats zonder dat een stroomgeleidend kanaal gevormd wordt dat de elektroden sluit. De schokgolf wordt niet opgewekt waarbij op de producerende formatie slechts invloed uitgeoefend wordt door zware geleidende stromen, die dezelfde hoge waarden bereiken als in het geval van doorslag.
I De inrichting voor het verwezenlijken van de werkwijze voor put- stimulatie bij de werkwijze voor olieproduktie omvat een ontlaadkamer met positieve en negatieve elektroden verbonden met een stroomstootgene-rator, die een hoogspanningslading van condensatoren van het startstel-sel in serie geschakeld en hoofdcondensatoren parallel geschakeld overbrengt naar de ontlaadspleet om een ontlaadtunnel te vormen. De veldintensiteit neemt toe bij het stapsgewijs vergroten van de laadspanning van de in serie geschakelde condensatoren van het startstelsel bij het toenemen van de spanning van de hoofdcondensatoren die parallel geschakeld zijn met lage laadspanning.
Bij het toevoeren van de spanning aan de elektroden uit de stroom-stootgenerator, vindt echter geen doorslag plaats, maar vindt exponentieel leeglopen van de elektrische lading van de condensator plaats zonder het vormen van een ontlaadkanaal bij het sluiten van de elektroden. Bij dergelijke condensatoren is het onmogelijk de laadspanning te vergroten door de beperkte dikte van de scheidingsisolatoren vanwege de radiale afwijking van een put. Het bed wordt niet gestimuleerd aangezien in dit geval geen schokgolf opgewekt wordt.
De nadelen van de werkwijze en de inrichting van de uitvinding omvatten eveneens het met weinig rendement en niet stabiel bedrijven van de inrichting in waterige oplossingen met enige elektrische geleiding en zuivere lichte koolwaterstoffen in toestanden waarin de formatiedruk 20 MPa overschrijdt. Het feit is dat de startintensiteit van het ontladen onder deze omstandigheden toeneemt, 100 kV/cm overschrijdend, hetgeen enerzijds een toename in de laadspanning van de condensatoren van het i startstelsel vraagt boven de waarden vanwege de mogelijke dikte van de scheidingsisolatoren (honderden kilovolts) beperkt door de radiale afmeting van de put, hetgeen op zijn beurt de condensatoren niet werkzaam maakt en bijgevolg de doelmatigheid en betrouwbaarheid van zowel de werkwijze als de inrichting negatief beïnvloedt. Anderzijds kan een I aanzienlijker intensiteit verkregen worden door het beperken van de ontlaadspleet; dit zal echter onjuist paren van de stroomstootgenerator en de vonkontlaadkanaalbelasting tot gevolg hebben. Dientengevolge zullen energieverliezen in de generator toenemen, waarbij de aard van het vrijgeven van energie in het ontlaadkanaal niet langer optimaal zal i zijn en de intensiteit van de schokgolf die het bed stimuleert zal afnemen.
Bovendien is een werkwijze bekend voor putstimulatie bij de werkwijze van olieproduktie en een inrichting voor het verwezenlijken daarvan (US-A-4.343.356) omvattende stimulatie van een put bij behandeling van olie en/of gas en/of gascondensatorproduktie. De werkwijze omvat het periodiek opwekken van schokgolven zich voortplantend door de produktie-formatie door het vrijgeven van elektrische energie in een ontlaadkanaal tussen een paar elektroden, die gevoed worden met hoogspanning met opgewekt starten van ontladen in een fluïdumvulling in de put. Het opgewekt starten wordt verwezenlijkt door het inbrengen van een exploderende metaalgeleider in de ontlaadspleet. De geleider wordt automatisch toegevoerd na elke ontlading en in de ontlaadspleet geplaatst.
De werkwijze omvat echter aanzienlijke energieverliezen (15~50% van de opgeslagen energie) in het stadium van het verwarmen van de geleider, smelten en verdampen en aanzienlijke optische stralingsverlie-zen, die de intensiteit van de schokgolf aanzienlijk verminderen.
Bovendien maakt de werkwijze het mogelijk schokgolven op te wekken, waarvan de intensiteit aanzienlijk beperkt is door de tamelijk geringe hoeveelheid energie opgeslagen in de hoogspanningscondensator.
De aanzienlijker opslag van elektrische energie brengt vergrote afmetingen van isolatie mee, hetgeen ontoelaatbaar is onder de omstandigheden van de beperkte radiale afmeting van de put. Vanwege de geringe afmetingen van putten waarvan de diameter in het algemeen kleiner is dan 150 mm (deze is nog kleiner - 114-120 mm - bij het ontwikkelen van houders aanwezig op een diepte van 3 tot 5 hm) en aangezien de bedrijfsspanning 20-25 kV moet overschrijden, is het praktisch onmogelijk condensatoren voor de houder te ontwikkelen met passend vermogen en betrouwbaarheid. Dit probleem wordt verder veremstigd door het feit dat temperatuur in het boorgat in het algemeen 70 tot 100° overschrijdt in het gebied van 5 de produktieformatie.
De inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze voor putstimula-tie bij de werkwijze voor het produceren van olie omvat een ontlaadkamer met positieve en negatieve elektroden, een stelsel voor het toevoeren van een startmiddel tussen de elektroden en stroomstootgenerator verbon- 0 den met de elektroden. Het toevoerstelsel voor het startmiddel is een inrichting voor het gemechaniseerd inbrengen van de geleider via de positieve elektrode naar de negatieve.
Een dergelijke inrichting voor het gemechaniseerd inbrengen van de geleiders heeft echter geen betrouwbaarheid door scheuren van het opper-5 vlak of aanhechten van de geleiders op punten waar deze in aanraking komen met de stroomgeleidende delen. Het materiaal van de stroomgelei-dende delen ondergaat hoog absoluut wegdragen door vonkerosie.
Beschrijving van de uitvinding ) Het is het doel van de uitvinding in een werkwijze te voorzien voor putstimulatie bij de werkwijze voor olieproduktie en in een inrichting voor het uitvoeren daarvan, die het mogelijk maken intensiteit van de schokgolf te vergroten bij het stimuleren van de produktieformatie door het wijzigen van de omstandigheden voor het starten van de elektri- 1 sche ontlading.
Het bovenstaande doeleinde wordt verwezenlijkt doordat bij een werkwijze voor putstimulatie bij de werkwijze voor produktie van olie en/of gascondensaat omvattende het periodiek opwekken van schokgolven zich voortplantend door de producerende formatie door het starten van de elektrische ontlading in een fluïdum dat de put vult tussen de elektroden geplaatst in de put, volgens de uitvinding een stroom geleidend fluïdum, omvattend een di-elektrisch fluïdum en een stroomgeleidend poedermateriaal bovendien toegevoerd wordt om de elektrische ontlading tussen de elektroden op gang te brengen.
Het is passend dat koolwaterstof of polysiloxanvloeistof of water als een di-elektrisch fluïdum gebruikt worden.
Het is passend dat metaal of grafiet gebruikt worden als een stroomgeleidend poedermateriaal.
Het is eveneens passend dat aluminium of magnesiumpoeder gebruikt wordt als een stroom geleidend poedermateriaal.
Het is wenselijk dat een oxidatiemiddel verantwoordelijk voor de exotherme reactie toegevoerd wordt tussen de elektroden gelijk met een stroom geleidend fluïdum.
Het is in bepaalde gevallen redelijk dat oxidatiemiddel toegevoerd I wordt na de vorming van de elektrische ontlading.
Het is van voordeel looddioxide of ferrioxyde of kalium permange-naat te gebruiken als oxidatiemiddel.
Het is in bepaalde gevallen van voordeel een gasvormig oxidatiemiddel te gebruiken dat in wisselwerking treedt met produkten gevormd i tijdens de elektrische ontlading.
In dit geval is het redelijk dat wat zuurstof bevattend gas als een oxidatiemiddel gebruikt wordt.
Het is dienovereenkomstig redelijk dat de temperatuur van een fluïdum dat de put vult gemeten wordt met regelmatige tussenruimten bij de werkwijze van olieproduktie. Indien de temperatuur lager blijkt te zijn dan het verkolingspunt van olie, moet de hoeveelheid oxidatiemiddel toegevoerd vergroot worden en blijkt deze hoger te zijn dan het verkolingspunt van olie moet de hoeveelheid oxidatiemiddel toegevoerd dienovereenkomstig verkleind worden.
De voorgestelde werkwijze en omstandigheden van starten van elektrische ontlading die hierboven beschreven zijn verzekeren dat de intensiteit van de schokgolf die het bed stimuleert toeneemt.
Het bovenstaande doeleinde wordt eveneens verwezenlijkt door het feit dat de inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze, omvattende ten minste een ontlaadkamer met positieve en negatieve elektroden, een stelsel voor het toevoeren van een startmiddel tussen de elektroden en een stroomstootgenerator verbonden met de elektroden, volgens de uitvinding ten minste een doseerafsluiter heeft met een aandrijving verbonden met de stroomstootgenerator om gelijklopend bedrijf van de doseerafsluiter te verzekeren in het geval van de elektrische ontlading tussen de elektroden en een verdere kamer gevuld met een di-elektrisch fluïdum, waarbij de doseerafsluiter periodiek de ontlaadkamer in verbinding brengt met de verdere kamer door middel van een kanaal aanwezig in de wand van de verdere kamer en in de negatieve elektrode en met een druk-spoelafsluiter om een gelijkblijvende verschildruk te verzekeren in de verdere kamer en dat in de put de wand van de ontlaadkamer voorzien is van inlaat- en uitlaatgaten om in verbinding te staan met het medium van het boorgat.
Het is passend dat met het kanaal aanwezig in de verdere kamer en in de negatieve elektrode waarbij de positieve elektrode buisvormig vervaardigd wordt in de vorm van enig aan erosie weerstand biedend materiaal, waarvan het holle inwendige gevuld is met vaste di-elektri-sche materie.
Het is passend dat de positieve elektrode omvat een veelheid van 5 buisvormige elementen coaxiaal ten opzichte van elkaar aangebracht, zodat het uitwendige oppervlak van een buisvormig element grenst aan het inwendige oppervlak van een ander buisvormig element en elk van de uitwendige buisvormige elementen wordt verplaatst ten opzicht van het aangrenzende inwendige buisvormige element weg van de negatieve elektro-D de. Het is redelijk dat de buisvormige elementen verplaatst kunnen worden ten opzichte van elkaar op een gelijkmatige afstand, zodat het tapse oppervlak omvattende de randen van de buisvormige elementen een scherpe hoek maakt tussen 8 en 15° met de langshartlijn van de positieve elektrode.
j Het is passend dat voor het stimuleren van de put gevuld met formatiewater ook boorf luïdum, het stelsel van het toevoeren van een startmiddel vanaf de negatieve elektrode naar de positieve omvat een hydraulische versterker en een pneumatische hydraulische accumulator verbonden door middel van een kanaal met de drukspoelsafsluiter en de I doseerafsluiter en met de volgende opeenvolging aangebracht; de hydraulische versterker, de drukspoelafsluiter, de pneumatische hydraulische accumulator en de doseerafsluiter, waarbij de verdere kamer het bovendeel van de hydraulische versterker vormt en gevuld is met een stroom geleidend startfluïdum en waarbij het benedendeel van de hydraulische versterker in verbinding staat met het medium van het boorgat.
Op van voordeel zijnde wijze zijn de inlaat- en uitlaatgaten in de wand van de ontlaadkamer aan de buitenzijde bedekt met elastische membranen.
Het is passend dat gasgevulde elastische omhulsels aanwezig aan beide zijden van het uitlaatgat in de ontlaadkamer en de ruimte tussen de wand van het boorgat isolerend alsmede die van de ontlaadkamer, aan de buitenzijde gebruikt worden.
Met tenminste een doseerafsluiter met een aandrijving verbonden met de stroomstootgenerator, is het mogelijk om de ontlaadtijd en die van het toevoeren van een oxidatiemiddel perfect gelijklopend te maken.
Aanwezigheid van de verdere kamer in de inrichting maakt het mogelijk daarin een di-elektrisch fluïdum op te slaan.
Met de ontlaadkamer periodiek in verbinding staande met de verdere kamer door middel van de doseerafsluiter, is het mogelijk de hoeveelheid van een di-elektrisch fluïdum te doseren - een oxidatiemiddel om de volledige wisselwerking daarvan met zuurstof en acetyleen te verzekeren.
Teneinde de exotherme reactie te doen verlopen, wordt een di-elek-trisch fluïdum toegevoerd in de ontlaadkamer via het kanaal aanwezig in de wand van de verdere kamer.
j Het kanaal heeft de drukspoelafsluiter om te verzekeren dat de gelijkblijvende overmatige druk gehandhaafd wordt in het kanaal ten opzichte van de put, waardoor het gelijkblijvende volume fluïdum toegevoerd kan worden bij het veranderen van de druk in de verdere kamer om stabiel bedrijf van de inrichting te verkrijgen.
) Het uitlaatgat in de wand van de ontlaadkamer dient voor het uitwerpen van een straal gevormd tijdens ontladen op de wand van het boorgat voor bedstimulatie en de gas-dampruimte gevormd in dit geval in de ontlaadkamer wordt gevuld met een fluïdum uit de put via het inlaat-gat.
i Het gebruik van de positieve elektrode met buisvormige gedaante vervaardigd uit enig aan erosie weerstand biedend materiaal maakt het mogelijk de levensduur van de elektrode tot 5.103 pulsen te vergroten, bij het verzekeren van een tamelijk hoog niveau fluïdumintensiteit in de elektrode-elektrodespleet, terwijl met een di-electricum dat het holle ) inwendige van de elektrode vult het mogelijk is verliezen voor het doorslaan te verminderen.
De uitvoering van de positieve elektrode als een veelheid van buisvormige elementen maakt het mogelijk het ontladen op gang te brengen bij het vernietigen van een laag van het buisvormige element een scherpe I rand vormend vanaf de rand van de opvolgende lagen. De hoek begrensd door het tapse oppervlak omvattende de randen van de buisvormige elementen en de langshartlijn van de positieve elektrode ligt tussen 8° en 15°. De minimumwaarde van de hoek wordt beperkt door de sterkte van het werkzame deel van de elektrode; indien de hoek kleiner dan 8° is, breekt i de rand waardoor grote deformaties ontstaan en indien deze groter dan 15° is, neemt de doelmatigheid van het ontladen af.
Het stelsel van het toevoeren van een startfluïdum verschaft in de inrichting voor putstimulatie is geschikt voor het stimuleren van de put gevuld met formatiegaten of boorfluïdum. Het stelsel van het toevoeren van fluïdum uit de negatieve elektrode naar de positieve verzekert stabiel starten via het toevoeren van een stroom geleidend fluïdum onder de bepaalde overmaat druk (ten opzichte van uitwendige wisselende druk) hetgeen het mogelijk maakt de gelijkblijvende vorm van de startende straal toegevoerd in de elektrode-elektrodespleet te handhaven en zo de amplitude van de schokgolf die het bed stimuleert. Opname van de hydrau- lische versterker in het starttoevoerstelsel maakt het mogelijk over-maatdruk voort te brengen in de verdere kamer gevuld met een stroom geleidend fluïdum door gebruik van uitwendige putdruk waarbij geen verdere vennogensbronnen vereist zijn. i De drukspoelafsluiter aanwezig in het starttoevoerstelsel verze kert dat de gelijkblijvende overmaat druk in het kanaal ten opzichte van de put gehandhaafd wordt, waardoor het gelijkblijvende volume van een stroom geleidend fluïdum toegevoerd kan worden. Met het gebruik van de pneumatische hydraulische accumulator is het mogelijk druk in het kanaal i te stabiliseren wanneer een stroom geleidend fluïdum in de ontlaadkamer stroomt. De aanwezigheid van de doseerafsluiter, een aandrijving verbonden met een stroomstootgenerator, verzekert dat een vast fluïdumvolume syntronoom toegevoerd wordt in de ontlaadkamer. Aangezien gebruik gemaakt wordt van de elastische membranen aangepast om de inlaat- en uitlaatgaten aan de uitlaatzijde te bedekken, is het mogelijk in een ruimte te voorzien gevuld met een di-elektrisch fluïdum en gescheiden van de put en tegelijkertijd gassen daarin gevormd tijdens elektrische ontladingen vrij te geven, hetgeen stabiel bedrijf van de inrichting verzekert in putten gevuld met aanzienlijk geleidende oplossingen. Het elastische membraan maakt een doelmatige overdracht van schokgolf en fluïdumstroomdruk naar de omgeving voor bedstimulatie mogelijk.
Met de gasgevulde elastische omhulsels aangebracht aan beide zijden van het uitlaatgat in de ontlaadkamer, is het mogelijk in een geïsoleerde ruimte te voorzien tussen de wand van het boorgat en die van de ontlaadkamer gevuld met een putfluïdum. Een schokgolf plant zich voort in deze isolerende ruimte. In dit geval neemt de intensiteit daarvan aanzienlijk toe, omdat bij het bereiken van het gasgevulde elastische Omhulsel de golf gereflecteerd wordt als een verdunde golf voorbij de voorzijde waarvan de druk bijna dadelijk zal verdwijnen en binnen een tijd liggend in het bereik van (0 tot 70 ps) beïnvloedt de volumecavitatie het fluïdum over de hele breedte daarvan. Aanzienlijker schokgolfintensiteit wordt verwezenlijkt door het samenklappen van cavitatiebellen binnen de grenzen van de drukgolf met een amplitude tot 1.105 MPa en cumulatieve fluïdumstralen die het bed stimuleren.
Bijgevolg maakt de voorgestelde werkwijze voor putstimulatie en de inrichting voor het uitvoeren daarvan het mogelijk het bovenstaande doel te verwezenlijken aangezien deze de volgende voordelen bieden door het wijzigen van de startomstandigheden van elektrische ontlading en ontwer-peigenschappen van de inrichting; - aanzienlijker intensiteit van de schokgolf die het bed stimu leert; - stabiel bedrijf van de inrichting in putten gevuld met stroomge-leidende oplossingen; - stabiel bedrijf van de inrichting onder de omstandigheden van wisselende uitwendige druk.
Korte beschrijving van de tekeningen
Hieronder wordt een beschrijving gegeven van een als voorbeeld dienende uitvoering van de onderhavige uitvinding aan de hand van de bijgaande tekeningen, waarin:
Fig. 1 een schematisch langsdoorsnede-aanzicht is van een inrichting voor putstimulatie volgens de uitvinding;
Fig. 2 een afbeelding van eenheid A in fig. 1 op vergrote schaal is;
Fig. 3 een afbeelding van eenheid B in fig. 2 op vergrote schaal is;
Fig. 4 een aanzicht van de inrichting volgens fig. 1 is, waarbij het starttoevoerstelsel omvat een hydraulische versterker en een pneumatische hydraulische accumulator; en
Fig. 5 een aanzicht is van de inrichting volgens fig. 1., waarbij de gasgevulde elastische omhulsels aan de buitenzijde aanwezig zijn.
Voorkeursuitvoering van de uitvinding
De werkwijze voor putstimulatie bij de werkwijze voor produktie van olie en/of gas en/of gascondensaat omvat dat schokgolven periodiek opgewekt worden om zich voort te planten door de producerende formatie. De schokgolven worden opgewekt door het op gang brengen van de elektrische ontlading in een fluïdum dat de put vult tussen de elektroden geplaatst in de put. Voor het starten van de elektrische ontlading wordt een stroomgeleidend fluïdum bovendien toegevoerd tussen de elektroden, als resultaat waarvan een schokgolf met een steile voorzijde gevormd wordt. Het stroomgeleidende fluïdum omvat een di-elektrisch fluïdum en een stroomgeleidend poedermateriaal.
Met de elektrische ontlading in het fluïdum dat de put vult gestart door het toegevoerde stroomgeleidende fluïdum, wordt een schokgolf met steil front gevormd, dat typisch is voor de elektrische ontlading, waarbij de pulsduur bepaald wordt door de omvang van het stroomgeleidende fluïdum.
Het stroomgeleidende fluïdum is gebaseerd op enig di-elektrisch fluïdum, zoals koolwaterstof, polysiloxanmateriaal of water.
Aangezien het startmiddel ontstoken wordt in het ontlaadkanaal, vindt verbranding bij hoge begindruk en temperatuur plaats. Wanneer dit plaatsvindt, vindt geen sluiten van rotsspleten en kanalen gevormd tijdens het op gang brengen van de ontlading plaats, temeer omdat het 5 verwarmde fluïdum met een hoge snelheid in het bed stroomt. Na het toevoeren van de spanning na het sluiten van de elektrode/elektrode-spleet van het stroomgeleidende fluïdum, ontwikkelt de ontlading zich eerst langs het scheidingsvlak tussen het stroomgeleidende fluïdum en het putfluïdum. Deze werkwijze is van aard met elektronische doorslag, D d.w.z. energieverlies voor doorslag is verwaarloosbaar. Het doorslaan geeft aanleiding tot het stroomgeleidende plasmakanaal, waarin de materie (stroomgeleidend fluïdum) verwarmd wordt tot de temperatuur van 3-104K met druk 2.103 MPa bereikend. Bij het toenemen van elektrisch vermogen verbreedt het plasmakanaal. i Het oxidatiemiddel wordt eerst toegevoerd bij het einde van de eerste halve kringloop van het vrijgeven van energie in het elektrische ontlaadkanaal, indien meer dan 80% energie opgeslagen in de condensatoren vrijgegeven wordt. Gedurende deze tijd varieert de belastingweer-stand wezenlijk en wordt het schokgolffront gevormd. Aangezien de ener-i gie opgeslagen door de condensatoren het elektrische ontlaadkanaal binnentreedt in een periode van (60-80). 10“6s en de eerste halve kringloop ongeveer (20-25)·10'6s, wordt het oxidatiemiddel praktisch op het moment waarop het vrijgeven van energie voltooid is toegevoerd met het ontlaadkanaal reeds verbreedt.
Voor het vergroten van de putfluïdumtemperatuur, wordt oxidatiemiddel gelijk met het stroomgeleidende fluïdum toegevoerd.
Het stroomgeleidende poedermateriaal en het oxidatiemiddel geplaatst in de elektrode-elektrodespleet worden verwarmd op de ontste-kingstemperatuur van het mengsel en ondergaan exotherme reactie. Op dit tijdstip wordt een nabij het voorste deel liggend deel van de schokgolf gevormd. Het schokgolfgebied bestrijkt de ruimte tussen het golffront en het ontlaadkanaal gevuld met een radiaal divergerende stroming samengedrukt fluïdum. Bijgevolg is het vermogen overgebracht door de schokgolf en verbruikt bij het veranderen van de inwendige toestand van het putfluïdum, dit in beweging brengend, een combinatie van vermogen vrijgegeven in het ontlaadkanaal en dat vrijgegeven als resultaat van de exotherme reactie.
De schokgolf werkt op de rots waardoor deze uiteenvalt, waarbij het putfluïdum met hogere temperatuur het benedengebied van het gat van de gehele doorsnede van het betrokken gat binnentreedt en dit verwarmt.
Alle opeenvolgende doorslagen van de elektrode-elektrodespleet vinden met dezelfde opeenvolging plaats totdat de putfluïdumtemperatuur bij het benedengat het verkoolpunt van de olie bereikt. Om een afname in doorlaatbaarheid van het benedengebied van het gat te verminderen door verkolen van olie, wordt de toevoer van oxidatiemiddel af gesneden, waarbij het bed slechts gestimuleerd wordt door de schokgolven ontstaande uit elektrische ontlading. Bij een lagere temperatuur wordt het oxidatiemiddel opnieuw toegevoerd, waardoor de putfluïdumtemperatuur toeneemt.
Het stroomgeleidende fluïdum kan omvatten een mengsel van bijvoorbeeld olieraffinerende fracties en een poeder zoals aluminium, koolstof of magnesium. Voor het oxidatiemiddel kan gebruik gemaakt worden van metaaloxiden, bijvoorbeeld looddioxide, ijzererts of kaliumpermangenaat.
De werkwijze volgens de uitvinding wordt gekenmerkt door een gelijkblijvende omvang van het toevoeren van thermische energie in de elektrode-elektrodespleet. In dit geval wordt de temperatuur van het boorgat in het betreffende deel bepaald door de omvang van de ingebrachte warmte en door de omvang van het verwijderen van warmte in het bed en langs het boorgat met het verwarmde putfluïdum in beweging.
Met het stroomgeleidende fluïdum en het oxidatiemiddel afzonderlijk ingebracht, is het mogelijk de ontlading op gang te brengen door middel van het stroomgeleidende fluïdum met gelijkblijvende elektrische parameters, hetgeen stabiele bedstimulatie en behandeling onder vooraf bepaalde omstandigheden verzekert. De hoeveelheid oxidatiemiddel wordt gesteld in overeenstemming met de putfluïdumtemperatuur, die niet hoger moet zijn dan het bepaalde verkoolpunt van de olie.
Om een afname in permeabiliteit van het benedengebied van het gat te vermijden, wordt het verkolingspunt van de olie bepaald, waarbij de putfluïdumtemperatuur periodiek gemeten wordt bij het betroffen deelni-veau en de omvang van het oxidatiemiddel toegevoerd in het stroomgeleidende fluïdum wordt verminderd met toenemende putfluïdumtemperatuur om het verkoolpunt van de olie te bereiken. In dit geval neemt de toevoer-temperatuur van het oxidatiemiddel toe met de fluïdumtemperatuur dalend onder het verkolingspunt van olie.
Variatie in de hoeveelheid van het oxidatiemiddel in het stroomgeleidende fluïdum dient ten eerste en in hoofdzaak voor het variëren van de hoeveelheid warmte vrijgegeven tijdens elke bijzondere ontlading.
In het geval van de elektrische ontlading in de put bijvoorbeeld gevuld met koolwaterstof bevattende vloeistof, ontstaan hoge temperaturen in het ontlaadkanaal (tot 10ή K) waardoor koolwaterstoffen uiteen- vallen en tot 50 procent waterstof en tot 25 en 30 procent acetyleen vormend. In dit geval is het passend wat gasvormend oxidatiemiddel, bijvoorbeeld zuurstof, toe te voeren in hoeveelheden om de volledige wisselwerking met zuurstof en acetyleen te verzekeren. Als resultaat van 5 exotherme reacties wordt extra energie vrijgegeven en de temperatuur van het bewegende fluïdum kan verscheidene duizenden graden bereiken, waardoor rotsspleten en verwarming van het bed ontstaan, waardoor olie migreert naar het zich bij de bodem bevindende gat. Kooldioxide voortgebracht als resultaat van acetyleen reagerend met zuurstof uit het oxida-) tiemiddel bevordert op zijn beurt verplaatsing van olie. De adsorptie van kooldioxide door olie vergroot een opslag van energie die deze bezit en vermindert fluïdumvisceusheid. Overigens lost kooldioxide bij het reageren met het minerale deel van de olie en/of gas en/of gasconden-saatreservoir, bepaalde componenten van het rotsgeraamte op, waardoor de ; permeabiliteit daarvan bevorderd wordt. De tweede en opeenvolgende doorslagen in de spleet vinden met dezelfde opeenvolging plaats. Bij het zo werken wordt de temperatuur van het zich bij de bodem bevindende gat gecontroleerd als zijnde de maximum mogelijke. Zoals hierboven opgemerkt wordt het verkoolpunt van de hoog moleculaire koolwaterstoffractie als een dergelijke temperatuur beschouwd.
Bijgevolg verzekert de voorgestelde werkwijze een aanzienlijken intensiteit van de schokgolf die het bed stimuleert.
De inrichting omvat een huis 1 (fig. 1) waarvan het bovendeel een stroomstootgenerator 2 opneemt, elektrisch verbonden met een positieve elektrode 3 en een negatieve elektrode 4 aanwezig in een ontlaadkamer 5· In de wand van de ontlaadkamer 5 is een inlaatgat 6 aanwezig voor het uitwerpen van een fluïdumstraal gevormd tijdens het ontladen en een inlaatgat 7 voor het vullen daarvan met een putfluïdum. De ontlaadkamer 5 is voorzien van een temperatuursensor 8, om de temperatuur van de bodem van het gat te controleren. Onder de ontlaadkamer 5 is een verdere kamer 9 aangebracht in verbinding staande met de ontlaadkamer 5 door middel van een kanaal 10 via de negatieve elektrode 4. De inrichting omvat eveneens een stelsel voor het toevoeren van een startmiddel tussen de elektroden 3. 4, dat een drukspoelafsluiter 11 en een doseerafsluiter 12 is. De drukspoelafsluiter 11 verzekert dat de gelijkblijvende overmaat druk gehandhaafd wordt in het kanaal 10 ten opzichte van de put en de doseerafsluiter 12 stelt de hoeveelheid di-elektrisch fluïdum en is verbonden met een aandrijving 13. De inrichting is verbonden met een stuurpaneel 14 geplaatst bij de putkop via een draadkabel 15· Het stuur-paneel 14 dient voor het aanschakelen van de zuigstroomgenerator 2 via een zuigstroomgenerator-stuureenheid 16, waarvan de uitgang verbonden is met de inlaat van een temperatuursensoreenheid 17.
Met het kanaal 10 aanwezig in de verdere kamer 9 en de negatieve elektrode 4, wordt de positieve elektrode 3 (figuur 2) buisvormig vervaardigd in de vorm van enig aan erosie weerstand biedend materiaal, waarvan het holle inwendige gevuld is met een vaste di-elektrische materie. De elektrode 3 is opgenomen in een isolator 18 en heeft uitwendige en inwendige isolerende bussen 19, 20.
De positieve elektrode 3 is vervaardigd uit een veelheid van buisvormige elementen 21, coaxiaal met elkaar aangebracht, zodat het uitwendige oppervlak van een buisvormige element 21 grenst aan het inwendige oppervlak van een ander buisvormig element 21 en elk van de uitwendige buisvormige elementen 21 is verplaatst ten opzichte van het aangrenzende inwendige buisvormige element 21 weg van het negatieve element 4. De elektrode 3 heeft een scherpe rand 22.
De buisvormige elementen 21 zijn verplaatst ten opzichte van elkaar met een gelijkblijvende afstand, zodat het tapse oppervlak omvattende de randen van de buisvormige elementen 21 een scherpe hoek maakt liggend tussen 8 en 15° met de langshartlijn van de positieve elektrode, waarbij de hoek overeenkomt met de afschuinhoek van de scherpe rand 22. Indien deze kleiner dan 8° is, breekt de rand 22 waardoor grote deformaties ontstaan en indien deze groter dan 15° is, neemt de doelmatigheid van het ontladen af. Een dergelijke constructieve inrichting van de positie elektrode 3 in samenhang met kanaal 10 van de negatieve elektrode 4 verzekert een aanzienlijker intensiteit van de schokgolf de producerende formatie stimulerend door beperking van de verliezen voor doorslag en vertragingstijd van de ontlading.
Om putten gevuld met formatiewater of boorfluïdum te stimuleren, omvat het stelsel van het toevoeren van een stroomgeleidend startfluïdum (fig. 4) van de negatieve elektrode 4 naar de positieve elektrode 3 een hydraulische versterker 23 en een pneumatische hydraulische accumulator 24 die verbonden zijn door middel van het kanaal 10, met de drukspoelaf-sluiter 11 en de doseerafsluiter 12, en in de volgende opeenvolging aangebracht: de hydraulische versterker 23, de drukspoelafsluiter 11·, de pneumatische hydraulische accumulator 24 en de doseerafsluiter 12. De verdere kamer 9 vormt het bovendeel van de hydraulische versterker en is gevuld met een stroomgeleidend startfluïdum. Een benedendeel 25 van de hydraulische versterker 23 staat in verbinding met het medium van het boorgat via een opening 26 en een stangeinde 27 van de hydraulische versterker 23 is gevuld met gas en staat in verbinding met een houder 28. De hydraulische versterker 23 is verbonden via de drukspoelafsluiter 11 met de pneumatische hydraulische accumulator 24, die op zijn beurt verbonden is met de doseerafsluiter 12, bedreven vanaf de aandrijving 13 aangedreven door de stroomstootgenerator 2. j Om stabiel bedrijf van de inrichting te verzekeren in putten gevuld met zeer geleidende oplossingen (fig. 2), zijn de inlaat- en uitlaatgaten 7» 6 in de wand van de ontlaadkamer 5 aan de buitenzijde bedekt met elastische membranen 29, 30.
De inrichting heeft gasgevulde elastische omhulsels 31 (fig· 5) ) aanwezig aan de buitenzijde van beide zijden van het uitlaatgat 6 (fig. 1) van de ontlaadkamer 5 en voorzien van een stelsel 32 voor het onder druk brengen (fig. 3) om tegendruk te handhaven bij het naar beneden brengen van de inrichting en een drukontlastend stelsel 33 bediend bij het naar boven trekken daarvan. Uit het stelsel 32 voor het onder druk i brengen treedt gas de omhulsels 31 binnen via een afsluiter 34 door een pijp 35* Dit verzekert isolatie van de ruimte tussen de wand van het boorgat en die van de kamer gevuld met een putfluïdum, waarbij de intensiteit van de schokgolf aanzienlijk toeneemt door volumecavitatie.
De inrichting voor putstimulatie werkt als volgt.
De inrichting wordt in de put gebracht gedoofd met een vloeistof op koolwaterstofbasis op de draadkabel 15 (fig* 1). De stuureenheid 16 van de stroomstootgenerator wordt aangeschakeld bij het stuurpaneel 14 om vermogen toe te voeren naar de elektroden 3, 4 van de ontlaadkamer 5 en de aandrijving 13. Een elektrische doorslag met hoogspanning vindt plaats in het fluïdum met een plasma ontlaadkanaal gevormd, waarin energie opgebracht wordt gedurende (6θ-8θ).10'6s. De materie in het ontlaadkanaal wordt verwarmd tot de temperatuur van (2-4)-10"4K en de druk wordt opgebouwd tot (1-1,5)· 103 MPa. De vloeibare koolwaterstoffen breken bij dergelijke hoge temperaturen af in hoofdzaak waterstof en acetyleen voortbrengend. Onder invloed van de hoge druk verbreedt het ontlaadkanaal en wordt belast met tamelijk hoge snelheden, die gericht zijn langs stralen uitgaande van ongeveer het in het midden liggende deel van de ontlaadspleet, waarna het fluïdum aanwezig in de kamer een snelle beweging krijgt en als stralen met hoge snelheid uitgeworpen wordt.
Gelijktijdig met de elektrische doorslag met hoge spanning werkt de aandrijving 13 voor het openen van de doseerafsluiter 12 en het oxidatiemiddel stroomt in de vereiste hoeveelheid uit de verdere kamer 9 via de drukspoelafsluiter 11 door het kanaal 10 in de ontlaadkamer 5 waar dit gevangen wordt in de fluïdumstraal om een chemische reactie te beginnen met verder vrijgeven van warmte. De verwarmde fluïdumstraal verzadigd met kooldioxide treedt het bed binnen bij een omvang van I5OO-2000 m/s waarbij rots uiteenvalt en het bed verwarmd wordt. De tweede en opvolgende doorslagen in de spleet vinden plaats met dezelfde opeenvolging tot het tijdstip waarop de temperatuur het olieverkokingspunt overschrijdt. Op dit punt wordt het signaal toegevoerd uit de tempera-tuursensor 8 naar de temperatuursensoreenheid 17, die het signaal zendt naar de stuureenheid 16 van de stroomstootgenerator om de stroomstootge-nerator 2 uit te schakelen.
Met de positieve elektrode 3 (fig. 2), gevormd als een veelheid van buisvormige elementen 21 (fig. 3)» werkt de inrichting in hoofdzaak op dezelfde wijze. Met de spanning opgebracht op de elektrode 3 (fig· 2) vindt een doorslag plaats in de spleet tussen de rand 22 en de negatieve elektrode 4. De aanwezigheid van de elektrode gevormd als een veelheid van buisvormige elementen 21 (fig. 3) vervaardigd van enig aan erosie weerstand biedend materiaal en met de scherpe rand 22 doet de elektrische ontlading gevormd worden door het elektrische mechanisme met minimale verliezen, met toename in schokgolfintensiteit. Bij vernietiging van het buisvormige element 21, dat de scherpe rand 22 begrenst, wordt de ontlading gevormd vanaf de rand 22 van de opvolgende lagen van de buisvormige elementen 21 waardoor de erosieslijtage daarvan ontstaat. De scherpe rand 22 is zelf aanscherpend.
Met het stelsel van het voeden van een startmiddel (fig. 4) van de negatieve elektrode 4 naar de positieve 3 omvattende de hydraulische versterker 23 en de pneumatische hydraulische accumulator 24, werkt de inrichting in hoofdzaak op dezelfde wijze en maakt stimulatie mogelijk van putten gevuld met formatiewater of boorfluïdum behalve dat het omgevende medium binnendringt via het inlaatgat 7 in de ontlaadkamer 5 en via de openingen 26 in het bendendeel 25 van de hydraulische versterker 23 deze laatste beïnvloedend. Wanneer dit plaatsvindt, wordt het stroomgeleidende fluïdum, waarmee de verdere kamer 9, die het bovendeel van de versterker 23 vormt, gevuld is, onder een druk gebracht groter dan die van het omgevende medium en vult de pneumatische hydraulische accumulator 20 via de drukspoelafsluiter 11 via het kanaal 10 totdat de overmaat druk volgens het ontwerp (ten opzichte van de uitwendige wisselende druk) van het stroomgeleidende fluïdum bereikt wordt, waarna de drukspoelafsluiter 11 beweegt voor het uitschakelen van de toevoer van stroomgeleidend fluïdum in het kanaal 10. Met het elektrische signaal toegevoerd uit de stroomstootgenerator 2 naar de aandrijving 13. opent de doseerafsluiter 12 en wordt het stroomgeleidende fluïdum toegevoerd via de negatieve elektrode 4 naar de positieve, binnen een bepaalde tijdsduur τ, waardoor een startbrug tussen de elektroden gevormd wordt. Het moment waarop het stroomgeleidende fluïdum de elektrode-elektrode-spleet sluit, wordt hoogspanning toegevoerd naar de elektrode 3, waar-5 door een doorslag van de startbrug ontstaat. Het elektrische signaal wordt opgebracht met een vooraf bepaalde frequentie f = ί—, waarin f de Signaalafgeeffrequentie is en τ de afgeeftijd van elk opvolgend signaal is, een stabiele hoogspanningsontlading verzekerend in de ontlaadkamer 5. Bij het verbruiken van het stroomgeleidende fluïdum opgeslagen in het 1 kanaal 10 en de hydraulische kamer van de pneumatisch hydraulische accumulator 23 neemt druk in het kanaal 10 af en opent de drukspoelaf-sluiter 11, waarbij de pneumatische hydraulische accumulator 24 in verbinding gebracht wordt met het bovendeel van de versterker 23, d.w.z. de verdere kamer 9· 5 Indien het fluïdum toegevoerd wordt in het kanaal 10 beweegt de versterker 23 om gas dat het stangeinde 27 vult naar de houder 28 te verdrijven.
Met de inrichting werkend met het zeer geleidende medium de put vullend, worden de inlaat- en uitlaatgaten 6, 7 (fig. 2) in de wand van ) de ontlaadkamer 5 aan de buitenzijde bedekt door de membranen respectievelijk 29, 30 en de inrichting werkt in hoofdzaak op dezelfde wijze behalve dat voor het bewegen van de inrichting in de put de inwendige ruimte van de ontlaadkamer 5 gevuld wordt met een di-elektrisch fluïdum via het inlaatgat 7 (met het membraan 29 verplaatst). De lucht beweegt i door hetzelfde gat. Zodra de ontlaadkamer 5 gevuld is, wordt het membraan 29 vervangen. De schokgolf gevormd met het ontlaadkanaal verbreed, plant zich voort in het fluïdum dat de ontlaadkamer 5 vult en gaat door het membraan 30 naar buiten naar het omgevende medium. De verbredende na het ontladen ontstaande gas-dampruimte doet het fluïdum bewegen in de kamer 5 en voorbij de grenzen daarvan, omdat het elastische membraan 30 de hydrodynamica van de stroming praktisch niet negatief beïnvloedt.
Voor het vergroten van de intensiteit van de schokgolf die het bed stimuleert, heeft het bed gasgevulde elastische omhulsels 31 (fig. 5) aan de buitenzijde en werkt op in hoofdzaak dezelfde wijze, behalve dat deze bewogen wordt in de put tot een bepaalde diepte met het stelsel 32 voor het onder druk brengen in bedrijf. In dit geval stroomt gas onder druk aanwezig in de ruimte van het stelsel 32 voor het onder druk brengen in de elastische omhulsels 31 via de afsluiter 34 door de pijp 35· Indien het omhulsel 31 gevuld is sluit de afsluiter 34. De schokgolf plant zich voort in het gebied geïsoleerd door het omhulsel 31·
In het onderstaande wordt de onderhavige uitvinding als voorbeeld weergegeven door het beschrijven van de optimale uitvoeringen daarvan.
Voorbeeld 1
Gebruikt wordt gemaakt van een inrichting voor putstimulatie volgens de uitvinding afgeheeld in fig. 1.
De put wordt gesmoord met een vloeistof op koolwaterstofbasis. Berekend wordt de hoeveelheid oxidatiemiddel-zuurstof voor volledige wisselwerking met waterstof en acetyleen.
De massa koolwaterstoffen bevattende vloeistof die de ontlaadkamer 5 vult bedraagt tot 15,4 g. Als resultaat van uiteenvallen na het doorslaan in het fluïdum, zal de massa waterstof tot 7,7 E worden en die van acetyleen 3,8 g.
Als resultaat van de reactie met zuurstof 2C2H2 + 502 --> 4C020 + 2E,0 + 600 Kcal; 2M = 2 x 26 g = 52 g; ν'2 **2 5Mn = 5 x 16 g = 80 g; U2
De zuurstofmassa voor het verzekeren van volledige wisselwerking met acetyleen is ongeveer 6 g.
2H2 + 02 —> 2H20 + 133 Kcal; 2M„ = 2 x 2 g - 4 g; H2 5Mn = 16 X 5 g = 80 g.
U2
De zuurstofmassa voor het verzekeren van volledige wisselwerking met waterstof is ongeveer 30,8 g.
Bijgevolg is 37 g 02 vereist voor de volledige reactie.
Visceusheid μ van niet paraffine-achtige olie onder oorspronkelijke reservoiromstandigheden (formatietemperatuur To=40°C) voor behandeling μ = 300 MPa.s en de verkolingstemperatuur van olie ligt tussen 130 en 150°C.
De inrichting wordt in de put bewogen, bijvoorbeeld op de draadka-bel 15· Wanneer dit plaatsvindt wordt de ontlaadkamer 5 gevuld met koolwaterstoffen bevattende vloeistof door het inlaatgat 7*
Zodra de inrichting geplaatst is in het betreffende deel, wordt het stuurpaneel 14 bediend voor het aanschakelen van de stroomstootgene-rator 2 en voedingsspanning naar de elektrode 3·
Elektrische doorslag bij hoogspanning vindt plaats in het fluïdum en een ontlaadkanaal wordt gevormd waarin energie (7.5 kJ) toegevoerd wordt binnen een periode van 70.10"6 s. De materie in het ontlaadkanaal wordt verwarmd tot 3.10* K en de druk stijgt tot 1,2 x 103 MPA, welke 5 temperatuur de vloeibare koolwaterstoffen doet uiteenvallen met waterstof en acetyleen vrijkomend. Onder invloed van de hoge druk verbreedt het ontlaadkanaal en geeft een snelle beweging aan het fluïdum aanwezig tussen de elektroden. Gelijk met de elektrische doorslag met hoogspanning wordt het oxidatiemiddel toegevoerd met een omvang van 37 g· De ) exotherme reacties beginnen op dit punt 2C2H2 + 502 - 4C020 + 600 Kcal; 2H2 + 02 - ^0 + 133 Kcal.
De verwarmde fluïdumstraal verzadigd met kooldioxide dringt het bed binnen met een omvang van ongeveer 1800 m/s. Gedurende deze hande-i ling valt de rots uiteen en wordt het bed verwarmd waardoor een grotere beweeglijkheid van de olie ontstaat. Kooldioxide wordt aan het harsoppervlak geadsorbeerd, niet wegbrekend, en wordt vrijgegeven. Met geleidelijk uitzettend gas werkt de energie daarvan doelmatig voor beweging van olie in het bed. Belangrijker is dat kooldioxide bij het reageren met het minerale deel van de houder bepaalde componenten van het rotsgeraamte oplost, waardoor de doorlaatbaarheid daarvan vergroot wordt.
Zodra de wandtemperatuur van het boorgat het verkolingspunt van olie (I3O-I5O)°C bereikt, wordt de toevoer oxidatiemiddel verminderd en indien noodzakelijk uitgeschakeld.
Als resultaat van de uitgevoerde handeling is het mogelijk aanzienlijke instroming van olie naar de put op te wekken.
Voorbeeld 2
De toerusting is overeenkomstig aan die gebruikt in voorbeeld 1.
Gebruik gemaakt wordt van een positieve elektrode met buisvormige gedaante (fig. 2) bestaande uit een veelheid van buisvormige elementen gemaakt uit enig aan erosie weerstand biedend materiaal en met een scherpe rand. De afschuinhoek van de elektroderand is 10°.
De gedaante van de elektrode maakt het mogelijk een doorslagontla-ding te vormen onder de omstandigheden van hoge druk door het verzekeren van de aanzienlijke elektrische intensiteit in de elektrode-elektrode-spleet.
Voorbeeld 3
Stimulatie van de put gevuld met formatiewater of boorfluïdum. Toerusting en werkwijzen zijn overeenkomstig aan die in voorbeeld 1, behalve dat een stroom geleidend fluïdum toegevoerd wordt in de elektro- de-elektrodespleet waarbij het fluïdum omvat een di-elektrisch fluïdum zoals bijvoorbeeld koolwaterstoffen bevattend fluïdum en een stroom geleidend poedermateriaal, bijvoorbeeld aluminium. Het moment waarop het stroomgeleidende fluïdum de elektrode-elektrodespleet sluit, wordt hoogspanning toegevoerd aan de elektroden waardoor een doorslag ontstaat. Het stroomgeleidende kanaal wordt gevormd, waarbij energie (7,5 IJ) opgeslagen door de condensatoren ingebracht wordt.
Bij het heftig vrijgeven van energie in het ontlaadkanaal neemt het aantal elementaire deeltjes daarin toe door het verdampen van start-moleculen en het uiteenvallen daarvan en vindt dissociatie plaats. Deze periode is 40.10‘6s volgens experimentele gegevens. De temperatuur in het ontlaadkanaal op het tijdstip van het vrijgeven van energie is groter dan 1,8 x ÏO^K en de druk in het kanaal is 1,5 x 103 MPa. Op het moment waarop het vrijgeven van energie voorbij is, wordt het oxidatie-poeder d.w.z. looddioxide toegevoerd. Het aluminiumpoeder en looddioxi-depoeder worden verdampt in plasma en in ionen gedissocieerd. Op dit punt vindt de volgende exotherme reactie plaats: 3Pb02 + 4A1 —> 2A1203 + 3Pb = 200 Kcal
De reactieprodukten dringen het putfluïdum binnen, verwarmen dit en verdampen dit gedeeltelijk. Het verwarmde fluïdum en damp dringen de spleten in ontstaande uit de voorafgaande schokgolf en poriën met een aanzienlijke snelheid. Bijgevolg wordt als een resultaat van het verdere thermische effect het bed verwarmd, waardoor de beweegbaarheid van de olie toeneemt. Aangezien de wandtemperatuur van het boorgat na de exotherme reactie in plasma 800°C en hoger kan bereiken, is het noodzakelijk de temperatuur te beheersen. Zodra de temperatuur in het boorgat het verkolingspunt van olie bereikt tussen (130-150°C), wordt de toevoer van oxidatiemiddel verminderd en indien noodzakelijk afgesloten. De schokgolven stimuleren het verwarmde bed. In dit geval neemt de hoeveelheid warmte af vanwege het gebrek aan oxidatiemiddel.
Voorbeeld 4
De toerusting en werkwijzen waren overeenkomstig aan die gebruikt in voorbeeld 1, behalve dat de inlaat- en uitlaatgaten in de wand van de ontlaadkamer bedekt waren aan de buitenzijde met een elastisch membraan. Doorslag tussen de elektroden vindt plaats in het di-elektrische fluïdum waarmee de ontlaadkamer gevuld is, hetgeen stabiel bedrijf van de inrichting verzekerd in putten gevuld met aanzienlijk geleidende oplossingen. Het elastische membraan maakt een doelmatige overdracht van de schokgolf en fluïdumstroomdruk mogelijk naar het omgevende medium voor het stimuleren van het bed.
Voorbeeld 5
Toerusting en werkwijzen zijn overeenkomstig aan die gebruikt in voorbeeld 1, behalve dat de ontlaadspleet beperkt wordt door gasgevulde elastische omhulsels. De schokgolfintensiteit neemt wezenlijk toe door volumeeavitatie.
Industriële toepasbaarheid
De uitvinding kan toegepast worden bij het herstellen van de doorlaatbaarheid van het benedengebied van een gat negatief beïnvloed tijdens bedrijf door de neerslag van asfalt- en harsachtige stoffen aanwezig bij de putproduktie, het afbouwen van een put, het breken en verwijderen van een colmatant uit de wanden van boring van het gat alsmede bij breken van de formatie om de doorlaatbaarheid van het benedengebied van het gat te vergroten.

Claims (24)

1. Werkwijze voor putstimulatie bij de werkwijze van het produceren van olie en/of gas en/of gascondensaat, welke omvat het periodiek opwekken van schokgolven die zich voortplanten door de producerende formatie door het starten van een elektrische ontlading in een fluïdum dat de put vult tussen elektroden geplaatst in de put, met het kenmerk, dat een stroomgeleidend fluïdum omvattende een di-elektrisch fluïdum en een stroomgeleidend poedermateriaal bovendien toegevoerd wordt om de elektrische ontlading tussen de elektroden te starten.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat koolwaterstof of polysiloxanvloeistof of water als een di-elektrisch fluïdum gebruikt wordt.
3. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat als een stroomgeleidend poedermateriaal metaal of grafiet gebruikt wordt.
4. Werkwijze volgens conclusie 3» met het kenmerk, dat als een stroomgeleidend poedermateriaal aluminium of magnesiumpoeder gebruikt wordt.
5· Werkwijze volgens een van de conclusies 1 tot en met 4, met het kenmerk, dat tussen de elektroden gelijk met een stroomgeleidend fluïdum een oxidatiemiddel verantwoordelijk voor dè exotherme reactie ingebracht wordt.
6. Werkwijze volgens conclusie 5· met het kenmerk, dat het oxidatiemiddel na de vorming van de elektrische ontlading toegevoerd wordt,
7· Werkwijze volgens conclusie 5. met het kenmerk, dat indien metaal of grafiet gebruikt wordt als stroomgeleidend poedermateriaal looddioxide, ferrioxide of kaliumpermangenaat als oxidatiemiddel gebruikt wordt.
8. Werkwijze volgens conclusie 5. met het kenmerk, dat indien aluminium of magnesium gebruikt wordt als een stroomgeleidend poedermateriaal, looddioxide, ferrioxide of kaliumpermangenaat als oxidatiemiddel gebruikt wordt.
9· Werkwijze volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat als een oxidatiemiddel looddioxide of ferrioxide of kaliumpermangenaat gebruikt wordt, indien metaal of grafiet gebruikt wordt als stroomgeleidend poedermateriaal.
10. Werkwijze volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat indien aluminium of magnesium gebruikt wordt als een stroomgeleidend poedermateriaal looddioxide of ferrioxide of kaliumpermangenaat als oxidatiemiddel gebruikt wordt.
11. Werkwijze volgens conclusie 5. met het kenmerk, dat het oxidatiemiddel een gasvormige stof is,in wisselwerking tredend met produkten gevormd tijdens de elektrische ontlading.
12. Werkwijze volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat zuurstof-5 bevattend gas als een oxidatiemiddel gebruikt wordt.
13· Werkwijze volgens conclusie 5» met het kenmerk, dat de temperatuur van een fluïdum dat de put vult gemeten wordt met regelmatige tussenruimten bij de werkwijze van olieproduktie en dat de omvang van het oxidatiemiddel toegevoerd toeneemt, indien de gemeten temperatuur ) lager blijkt te zijn dan het verkolingspunt van olie; terwijl indien deze hoger blijkt te zijn dan het verkolingspunt van olie de toegevoerde hoeveelheid oxidatiemiddel dienovereenkomstig verminderd wordt.
14. Werkwijze volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de temperatuur van een fluïdum dat de put vult gemeten wordt met regelmatige > tussenruimten bij de werkwijze van het produceren van olie en de omvang van het toegevoerde oxidatiemiddel toeneemt indien de gemeten temperatuur lager is dan het verkolingspunt van olie; terwijl indien deze hoger blijkt te zijn dan het verkolingspunt van olie de hoeveelheid toegevoerd oxidatiemiddel dienovereenkomstig verkleind wordt.
15. Inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze, omvattende ten minste een ontlaadkamer (5) met positieve en negatieve elektroden (3, 4), een stelsel voor het toevoeren van een startmiddel tussen de elektroden (3, 4) en een stroomstootgenerator (2) verbonden met de elektroden (3, 4), met het kenmerk, dat deze ten minste een doseerafsluiter (12) heeft met een aandrijving (13) verbonden met de stroomstootgenerator (12) om gelijklopend bedrijf van de doseerafsluiter (12) te verzekeren in het geval van elektrische ontlading tussen de elektroden (3, 4), en een verdere kamer (9) gevuld met een di-elektrisch fluïdum, waarbij de doseeraf sluiter (12) de ontlaadkamer (5) periodiek in verbinding brengt met de verdere kamer (9) door middel van een kanaal (10) aanwezig in de wand van de verdere kamer (9) en in de negatieve elektrode (4) en met een drukspoelafsluiter (11) om een gelijkblijvend verschil in druk te verzekeren in de verdere kamer (9) en dat in de put, de wand van de ontlaadkamer (5) voorzien is van inlaat- en uitlaatgaten (7, 6) om met het medium van het boorgat in verbinding te staan.
16. Inrichting volgens conclusie 15, met het kenmerk, dat met het kanaal (10) aanwezig in de negatieve elektrode (4) de positieve elektrode (3) buisvormig in gedaante vervaardigd wordt van een aan erosie weerstand biedend materiaal, waarvan het holle inwendige gevuld is met een vaste di-elektrische materie.
17· Inrichting volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat de positieve elektrode (3) omvat een veelheid van buisvormige elementen (21) coaxiaal ten opzichte van elkaar aangebracht, zodat het uitwendige oppervlak van een buisvormig element grenst aan het inwendige oppervlak i van een ander buisvormig element en elk van de uitwendige buisvormige elementen verplaatst is ten opzichte van het aangrenzende inwendige buisvormige element weg van de negatieve elektrode (4).
18. Inrichting volgens conclusie 17, met het kenmerk, dat de buisvormige elementen (21) ten opzichte van elkaar verplaatst zijn met i een gelijkmatige afstand, zodat het tapse oppervlak omvattende de randen van de buisvormige elementen (21) omvat een scherpe hoek van 8° tot 15° met de langshartlijn van de positieve elektrode (3)·
19· Inrichting volgens een van de conclusies 15 of 16 of 17, met het kenmerk, dat voor het stimuleren van de put gevuld met formatiewater of boorfluïdum het stelsel van een startmiddel van de negatieve elektrode naar de positieve omvat een hydraulische versterker (23) en een pneumatische hydraulische accumulator (24) door middel van het kanaal (10) verbonden met de drukspoelafsluiter (11) en de doseerafsluiter (12) en met de volgende opeenvolging ingericht: de hydraulische versterker (23), de drukspoelafsluiter (11), de pneumatische hydraulische accumulator (24) en de doseerafsluiter (12), waarbij de verdere kamer (9) het bovendeel vormt van de hydraulische versterker (23) en gevuld is met een stroom geleidend startfluïdum en waarbij het benedendeel van de hydraulische versterker (23) in verbinding staat met het medium van het boorgat .
20. Inrichting volgens conclusie 18, met het kenmerk, dat voor het stimuleren van de put gevuld met formatiewater of boorfluïdum, het stelsel van een startmiddel van de negatieve elektrode naar de positieve omvat een hydraulische versterker (23) en een pneumatische hydraulische accumulator (24) door middel van het kanaal (10) verbonden met de drukspoelafsluiter (11) en de doseerafsluiter (12) en met de volgende opeenvolging aangebracht: de hydraulische versterker (23), de drukspoelafsluiter (11), de pneumatische hydraulische accumulator (24) en de doseerafsluiter (12), waarbij de verdere kamer (9) het bovendeel van de hydraulische versterker (23) vormt en gevuld is met een stroom geleidend startfluïdum en waarbij het benedendeel van de hydraulische versterker (23) in verbinding staat met het medium van het boorgat.
21. Inrichting volgens conclusie 19, met het kenmerk, dat de inlaat- en uitlaatgaten (7, 6) in de wand van de ontlaadkamer (5) aan de buitenzijde bedekt zijn met een elastisch membraan (29, 30).
22. Inrichting volgens een van de conclusies 15 of 16 of 17. met het kenmerk, dat deze gasgevulde elastische omhulsels (31) heeft aanwezig aan de buitenzijde aan beide zijden van het uitlaatgat in de ont-laadkamer en de ruimte tussen de wand van het gat van de boring en die van de ontlaadkamer isolerend.
23. Inrichting volgens conclusie 18, met het kenmerk, dat deze gasgevulde elastische omhulsels (31) heeft aan de buitenzijde aan beide zijden van het uitlaatgat (6) aanwezig in de ontlaadkamer (5) en de ruimte tussen de wand van het gat van de boring en die van de ontlaadkamer (5) isolerend.
24. Inrichting volgens conclusie 19. met het kenmerk, dat deze gasgevulde omhulsels (31) heeft aanwezig aan de buitenzijde aan beide zijden van het uitlaatgat (6) in de ontlaadkamer (5) en de ruimte tussen de wand van het gat van de boring en die van de ontlaadkamer (5) isolerend.
NL8820672A 1988-05-20 1988-05-20 Werkwijze voor putstimulatie bij de werkwijze voor het produceren van olie en inrichting voor het verwezenlijken daarvan. NL8820672A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
SU8800110 1988-05-20
PCT/SU1988/000110 WO1989011581A1 (en) 1988-05-20 1988-05-20 Method and device for exciting a well during oil extraction

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8820672A true NL8820672A (nl) 1990-04-02

Family

ID=21617255

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8820672A NL8820672A (nl) 1988-05-20 1988-05-20 Werkwijze voor putstimulatie bij de werkwijze voor het produceren van olie en inrichting voor het verwezenlijken daarvan.

Country Status (8)

Country Link
US (1) US5004050A (nl)
JP (1) JPH03500671A (nl)
DE (1) DE3891315T1 (nl)
FR (1) FR2641322A1 (nl)
GB (1) GB2229528A (nl)
NL (1) NL8820672A (nl)
NO (1) NO900281D0 (nl)
WO (1) WO1989011581A1 (nl)

Families Citing this family (41)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5460223A (en) * 1994-08-08 1995-10-24 Economides; Michael J. Method and system for oil recovery
LT3992B (en) 1994-08-12 1996-06-25 Aktsionernoe Obschestvo Zakryt Method for extration gas from water-bearing horizonts
DE59408375D1 (de) * 1994-09-21 1999-07-08 Hmt Ag Vorrichtung zur erzeugung von stosswellen für die medizinische therapie, insbesondere für die elektro-hydraulische lithotripsie
US5579845A (en) * 1995-02-07 1996-12-03 William C. Frazier Method for improved water well production
CN1053254C (zh) * 1997-05-08 2000-06-07 西北核技术研究所 用于油井解堵的井下放电器
WO2004051004A2 (en) * 2002-12-02 2004-06-17 Bj Services Company Method and apparatus for sub-sea pile-driving
US20060037516A1 (en) * 2004-08-20 2006-02-23 Tetra Corporation High permittivity fluid
US9190190B1 (en) 2004-08-20 2015-11-17 Sdg, Llc Method of providing a high permittivity fluid
US8789772B2 (en) 2004-08-20 2014-07-29 Sdg, Llc Virtual electrode mineral particle disintegrator
US7367405B2 (en) * 2004-09-03 2008-05-06 Baker Hughes Incorporated Electric pressure actuating tool and method
US10060195B2 (en) 2006-06-29 2018-08-28 Sdg Llc Repetitive pulsed electric discharge apparatuses and methods of use
WO2009073475A2 (en) * 2007-11-30 2009-06-11 Chevron U.S.A. Inc. Pulse fracturing device and method
US8113278B2 (en) 2008-02-11 2012-02-14 Hydroacoustics Inc. System and method for enhanced oil recovery using an in-situ seismic energy generator
WO2010041292A1 (ja) * 2008-10-07 2010-04-15 Yamauchi Hajime 油田再生方法及び装置
GB2471899A (en) * 2009-07-17 2011-01-19 Dynamic Dinosaurs Bv An electrode assembly for an electrical discharge acoustic source.
US8746333B2 (en) * 2009-11-30 2014-06-10 Technological Research Ltd System and method for increasing production capacity of oil, gas and water wells
US20120132416A1 (en) * 2010-11-28 2012-05-31 Technological Research, Ltd. Method, system and apparatus for synergistically raising the potency of enhanced oil recovery applications
US10407995B2 (en) 2012-07-05 2019-09-10 Sdg Llc Repetitive pulsed electric discharge drills including downhole formation evaluation
US9181788B2 (en) * 2012-07-27 2015-11-10 Novas Energy Group Limited Plasma source for generating nonlinear, wide-band, periodic, directed, elastic oscillations and a system and method for stimulating wells, deposits and boreholes using the plasma source
US20140060804A1 (en) * 2012-09-06 2014-03-06 Joel Scott Barbour Well Cleaning Device
WO2014049021A1 (de) * 2012-09-27 2014-04-03 Wintershall Holding GmbH Verfahren zur förderung von erdgas und erdgaskondensat aus unterirdischen gaskondensat-lagerstätten sowie fliessfähige zusammensetzungen (fz) zum einsatz in diesem verfahren
US10081759B2 (en) 2012-10-09 2018-09-25 Eric John Wernimont Method, apparatus, and composition for increased recovery of hydrocarbons by paraffin and asphaltene control from reaction of fuels and selective oxidizers in the subterranean environment
US10077644B2 (en) 2013-03-15 2018-09-18 Chevron U.S.A. Inc. Method and apparatus for generating high-pressure pulses in a subterranean dielectric medium
WO2014178747A1 (ru) * 2013-04-30 2014-11-06 Abramova Anna Vladimirovna Устройство для очистки водяных скважин
WO2015042608A1 (en) 2013-09-23 2015-03-26 Sdg Llc Method and apparatus for isolating and switching lower voltage pulses from high voltage pulses in electrocrushing and electrohydraulic drills
FR3015549B1 (fr) * 2013-12-20 2019-05-10 Ene29 S.Ar.L. Dispositif de stimulation de puits et procede de diagnostic d'un tel dispositif de stimulation
CA2889226C (en) * 2014-04-28 2019-12-31 Todd Parker Method and device for removing deposits from a formation fluid or gas transportation means
EP2940244B1 (en) * 2014-04-28 2019-07-24 Blue Spark Energy Inc. Method and device for removing deposits from a formation fluid or gas transportation means
CA2898557C (en) * 2014-07-24 2023-03-14 Blue Spark Energy Inc. Method and device for cleaning control particles in a wellbore
EP2977545B1 (en) * 2014-07-24 2019-06-05 Blue Spark Energy Inc. Method and device for cleaning control particles in a wellbore
CA2930355C (en) 2015-05-26 2023-09-12 Blue Spark Energy Inc. Method for sealing an opening of a wellbore equipment
EP3098379B1 (en) * 2015-05-26 2019-10-02 Blue Spark Energy Inc. Method for sealing an opening of a wellbore equipment
US10865622B2 (en) * 2017-10-02 2020-12-15 Blue Spark Energy Inc. Device and method for cleaning a wellbore equipment
RU179024U1 (ru) * 2017-11-28 2018-04-25 Акционерное общество "Научно-исследовательский институт по нефтепромысловой химии" (АО "НИИнефтепромхим") Электродная система скважинного электрогидравлического устройства
US10577767B2 (en) * 2018-02-20 2020-03-03 Petram Technologies, Inc. In-situ piling and anchor shaping using plasma blasting
US10844702B2 (en) * 2018-03-20 2020-11-24 Petram Technologies, Inc. Precision utility mapping and excavating using plasma blasting
CN110107272B (zh) * 2019-03-20 2021-07-09 南京帕尔斯电气科技有限公司 一种高聚能电脉冲解堵装置及操作方法
EP3966416A4 (en) 2019-05-06 2022-12-14 Services Pétroliers Schlumberger HIGH-PRESSURE DRILLING ASSEMBLY
RU2751024C2 (ru) * 2019-12-31 2021-07-07 Федеральное государственное бюджетное образовательное учреждение высшего образования "Грозненский государственный нефтяной технический университет имени акад. М.Д. Миллионщикова" Способ ионно-плазменного импульсного воздействия на малообводнённую нефть и устройство для его реализации
US11536124B2 (en) 2020-09-03 2022-12-27 Petram Technologies, Inc. Sliced and elliptical head probe for plasma blast applications
US11203400B1 (en) 2021-06-17 2021-12-21 General Technologies Corp. Support system having shaped pile-anchor foundations and a method of forming same

Family Cites Families (16)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3180418A (en) * 1961-08-16 1965-04-27 Norman A Macleod Casing descaling method and apparatus
US3420300A (en) * 1966-10-27 1969-01-07 Sinclair Research Inc Method and apparatus for heating a subsurface formation
US3503446A (en) * 1968-05-13 1970-03-31 Clarence W Brandon Method and apparatus for forming and/or augmenting an energy wave
US4343356A (en) * 1972-10-06 1982-08-10 Sonics International, Inc. Method and apparatus for treating subsurface boreholes
US4124978A (en) * 1974-05-28 1978-11-14 Wagner William C Compressed air engine
US4169503A (en) * 1974-09-03 1979-10-02 Oil Recovery Corporation Apparatus for generating a shock wave in a well hole
US4074758A (en) * 1974-09-03 1978-02-21 Oil Recovery Corporation Extraction method and apparatus
US3946809A (en) * 1974-12-19 1976-03-30 Exxon Production Research Company Oil recovery by combination steam stimulation and electrical heating
US4067390A (en) * 1976-07-06 1978-01-10 Technology Application Services Corporation Apparatus and method for the recovery of fuel products from subterranean deposits of carbonaceous matter using a plasma arc
US4164978A (en) * 1978-02-21 1979-08-21 Winton Corporation Oil extraction method
US4345650A (en) * 1980-04-11 1982-08-24 Wesley Richard H Process and apparatus for electrohydraulic recovery of crude oil
US4479680A (en) * 1980-04-11 1984-10-30 Wesley Richard H Method and apparatus for electrohydraulic fracturing of rock and the like
US4667738A (en) * 1984-01-20 1987-05-26 Ceee Corporation Oil and gas production enhancement using electrical means
IT1178206B (it) * 1984-12-13 1987-09-09 Consiglio Nazionale Ricerche Sorgente elettroacustica impulsiva per prospezioni sismiche ad alta risoluzione
GB2199660B (en) * 1984-12-05 1990-12-12 Southwest Res Inst Seismic impulse source transducer
FR2574559B1 (fr) * 1984-12-06 1987-07-10 Inst Francais Du Petrole Etinceleur pour engendrer des ondes acoustiques dans l'eau

Also Published As

Publication number Publication date
WO1989011581A1 (en) 1989-11-30
GB2229528A (en) 1990-09-26
JPH03500671A (ja) 1991-02-14
GB9001066D0 (en) 1990-06-13
NO900281L (no) 1990-01-19
FR2641322A1 (fr) 1990-07-06
DE3891315T1 (de) 1990-04-05
US5004050A (en) 1991-04-02
NO900281D0 (no) 1990-01-19

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8820672A (nl) Werkwijze voor putstimulatie bij de werkwijze voor het produceren van olie en inrichting voor het verwezenlijken daarvan.
US4343356A (en) Method and apparatus for treating subsurface boreholes
AU704119B2 (en) Method and apparatus for blasting hard rock
KR100323215B1 (ko) 플라즈마 블라스팅 방법 및 장치
US9422799B2 (en) Plasma source for generating nonlinear, wide-band, periodic, directed, elastic oscillations and a system and method for stimulating wells, deposits and boreholes using the plasma source
US9004165B2 (en) Method and assembly for recovering oil using elastic vibration energy
CN105674818A (zh) 一种高压放电驱动含能电极释放能量产生冲击波的方法
WO2010114415A1 (ru) Способ электрогидравлического воздействия на нефтяной пласт и устройство для его осуществления
EP3865656A1 (en) Acoustic stimulation
RU2199659C1 (ru) Способ интенсификации добычи нефти
RU2248591C2 (ru) Скважинный источник упругих колебаний
KR100877133B1 (ko) 파암장치 및 기폭유니트
RU2228436C2 (ru) Способ получения высоких температур и давлений в ограниченном и замкнутом пространстве
US11840914B1 (en) Multi-stage perforation and shock wave combined device and method for initial fracture enhancement
RU2475627C1 (ru) Способ ликвидации и предотвращения образования асфальтено-смоло-парафиновых отложений в нефтяных скважинах и нефтепроводах и установка для его осуществления
RU163418U1 (ru) Устройство для электровзрывного разрушения твердых непроводящих материалов
RU2451173C2 (ru) Устройство для импульсной знакопеременной обработки прискважинной зоны пласта
RU2256072C1 (ru) Способ интенсификации добычи углеводородов и устройство для его осуществления
SU1629503A1 (ru) Способ воздействи на призабойную зону пласта
RU2235869C2 (ru) Устройство для обработки призабойной зоны скважины
RU2432453C1 (ru) Способ электрохимической обработки нагнетательных скважин
UA54532C2 (uk) Свердловинний електролітичний генератор імпульсів

Legal Events

Date Code Title Description
BV The patent application has lapsed