NL8803070A - Inzetstuk van een apparatenkast voor electrische installaties. - Google Patents

Description

Inzetstuk van een apparatenkast voor electrische installaties.

De uitvinding heeft betrekking op een inzetstuk van een apparatenkast voor electrische installaties, welk inzetstuk bestaat uit een huis met doorvoer- en opneemorganen voor electrische leidingen, en uit aan weerszijden van het huis gelegen armen met sleufgaten om het inzetstuk waterpas aan een schakelbord te kunnen bevestigen, welk huis voorzien is van twee bij een apparatenkast passende overgangswanden met nokken die zowel in als tegen ribben van een opening van de apparatenksat kunnen worden geplaatst.

Dergelijke inzetstukken zijn reeds bekend. Behalve om electrische geleidingen gaat het bij schakelkasten uiteraard ook om aardleidingen, die moeten worden aangesloten op een diep in de apparatenkast, dat wil zeggen vrij dicht bij het schakelbord gelegen aardstrip. Het aansluiten van die aardleidingen kan bij de stand der techniek daarom niet doelmatig en gemakkelijk plaatsvinden.

De uitvinding beoogt in het voorgaande verbetering te brengen. Volgens de uitvinding is dit bereikt, doordat in op de overgangswanden aansluitende verlengde zijwandgedeelten van het huis sleuven zijn aangebracht voor het doorlaten van een geleidende aardstrip die ten opzichte van de aan het schakelbord te bevestigen armen aan de andere zijde van de doorvoer- en opneemorganen ligt, en doordat het huis een deksel bezit dat alleen toegang tot de aardstrip geeft zolang het voorfront van de bijbehorende apparatenkast nog niet is aangebracht.

Het deksel kan zijn voorzien van afgeplatte pennen die zodanig met het huis kunnen samenwerken dat het deksel zowel scharnierbaar en vergrendelbaar als verwijderbaar is.

De aardstrip kan met een schroef zijn bevestigd aan een schroefnok in het inwendige van het huis.

De uitvinding zal hieronder nader worden toegelicht aan de hand van de tekening, waarin bij wijze van voorbeeld een uitvoeringsvorm van een inzetstuk volgens de uitvinding is weergegeven. In de tekening toont, bezien ten opzichte van de stand waarin het inzetstuk onder een apparatenkast op een verticaal schakelbord is aangebracht: figuur 1 een bovenaanzicht van het inzetstuk, figuur 2 een achteraanzicht van het inzetstuk, figuur 3 een zij-aanzicht in de richting van de pijl III van figuur 1, figuur 4 een binnenaanzicht van het deksel, en figuur 5 een aanzicht in de richting van de pijl V van figuur 4.

In de tekening zijn het schakelbord, de apparatenkast en de electrische leidingen gemakshalve niet getekend.

Het in de figuren 1-3 weergegeven inzetstuk bestaat uit een huis 1 met acht doorvoerorganen 2, 2' voor electrische leidingen, waarbij de vier doorvoerorganen 2’ op bekende wijze zijn ingericht voor het opnemen van beschermingsbuizen met grotere diameter (3/4"1) voor electrische leidingen dan de resterende doorvoerorganen 2 voor het opnemen van beschermingsbuizen met kleinere diameter (5/811)· De doorvoerorganen bestaan op bekende wijze uit cilindrische boringen die zijn afgesloten door een gemakkelijk tijdens het installeren te verwijderen rond plaatje. De doorvoerorganen 2' die als opneemorgaan voor dikkere beschermingsbuizen zijn ingericht, hebben bovendien een borst die als aanslag voor de beschermingsbuizen dient.

Het huis 1 is aan beide einden voorzien van armen 3 met sleuf gaten 4 om het inzetstuk waterpas aan een schakelbord te kunnen bevestigen.

Het huis 1 is verder voorzien van twee bij de apparatenkast passende gekromde overgangswanden 5 met nokken 6 die op bekende wijze naar keuze in of tegen ribben van een opening van de apparatenkast kunnen worden geplaatst. Deze overgangswanden 5 sluiten aan op verlengde zijwandgedeelten 7 van het huis 1.

In de overgangswanden 5 en de verlengde zijwandgedeelten 7 zijn sleuven 8 (figuur 3) aangebracht voor het doorlaten van een aardstrip 9 die door een schroef 10 (figuur 1) zelftap- pend kan worden bevestigd aan een schroefnok 11 in het inwendige van het huis·

De aardstrip 9 steekt dus buiten het huis 1 uit en kan daar worden aangesloten op een aardleiding, waartoe een schroef gat 12 is aangebracht. Ook op het binnen het huis gelegen gedeelte van de aardstrip 9 zijn schroefgaten aangebracht om de aardstrip te kunnen aansluiten op in de apparatenkast gelegen apparaten en schakelaars.

Doordat de aardstrip 9 op afstand ligt van het schakelbord, in figuur 1 dus op relatief grote afstand van het ach-tervlak door de armen 3 van het huis 1, kunnen de aardaansluitingen veel gemakkelijker en dus sneller dan bij bekende apparatenkasten worden gemonteerd.

Het huis 1 zou na het monteren van de elec-trische leidingen en aardaansluitingen eenvoudig met een los deksel kunnen worden afgesloten, doch er kan ook gebruik worden gemaakt van het in de figuren 4 en 5 weergegeven klapdeksel 13 mits het huis 1 voorzien is van draaipuntnokken 14 voor het opnemen van bijpassende afgeplatte pennen 15 van het deksel 13. De draaipuntnokken 14 en de afgeplatte pennen 15 zijn daarbij zodanig gericht en gedimensioneerd dat het klapdeksel 13 evenwijdig aan de aardstrip 9 kan worden verwijderd en aangebracht, en dat het deksel ook vanzelf in ongeveer loodrecht daarop staande standen kan blijven staan.

Het deksel 13 bezit een evenwijdig aan zichzelf ten opzichte van de pennen 15 verschoven langswand 16 die past in een inham 17 (figuur 3) van de verlengde zijwandgedeelten 7 van het huis 1. Die langswand 16 is in gemonteerde toestand in aanraking met de achterzijde van een voorfront van de apparatenkast, zodat het klapdeksel 13 dan niet meer zonder meer geopend kan worden. Dit is om veiligheidsredenen uiteraard gewenst.

Binnen het kader van de conclusies vallen ook andere uitvoeringsvormen dan degene die in de tekening is weergegeven.

Claims (4)

1. Inzetstuk van een apparatenkast voor elec-trische installaties, welk inzetstuk bestaat uit een huis met doorvoer- en opneemorganen voor electrische leidingen, en uit aan weerszijden van het huis gelegen armen met sleufgaten om het inzetstuk waterpas aan een schakelbord te kunnen bevestigen, welk huis voorzien is van twee bij een apparatenkast passende overgangswanden met nokken die zowel in als tegen ribben van een opening van de ap-paratenksat kunnen worden geplaatst, met het kenmerk, dat in op de overgangswanden (5) aansluitende verlengde zijwandgedeelten (7) van het huis (1) sleuven (8) zijn aangebracht voor het doorlaten van een geleidende aardstrip (9) die ten opzichte van de aan het schakelbord te bevestigen armen (3) aan de andere zijde van de doorvoer- en opneemorganen (2, 2') ligt, en dat het huis een deksel bezit dat alleen toegang tot de aardstrip (9) geeft zolang het voorfront van de bijbehorende apparatenkast nog niet is aangebracht.

2. Inzetstuk volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het deksel (13) voorzien is van afgeplatte pennen (15) die zodanig met draaipuntnokken (14) van het huis kunnen samenwerken dat het deksel zowel scharnierbaar en vergrendelbaar als verwijderbaar is.

3. Inzetstuk volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de aardstrip (9) door een schroef (10) is bevestigd aan een schroefnok (11) in het inwendige van het huis.

4. Inzetstuk zoals weergegeven in de tekening en/of besproken aan de hand daarvan.