NL8802893A - Werkwijze voor het verwerken en weergeven van beeldinformatie en inrichting waarin de werkwijze wordt toegepast. - Google Patents

Werkwijze voor het verwerken en weergeven van beeldinformatie en inrichting waarin de werkwijze wordt toegepast. Download PDF

Info

Publication number
NL8802893A
NL8802893A NL8802893A NL8802893A NL8802893A NL 8802893 A NL8802893 A NL 8802893A NL 8802893 A NL8802893 A NL 8802893A NL 8802893 A NL8802893 A NL 8802893A NL 8802893 A NL8802893 A NL 8802893A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
memory
processing part
cells
pixels
image information
Prior art date
Application number
NL8802893A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Oce Nederland Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Oce Nederland Bv filed Critical Oce Nederland Bv
Priority to NL8802893A priority Critical patent/NL8802893A/nl
Priority to NL8902654A priority patent/NL8902654A/nl
Priority to DE68918808T priority patent/DE68918808T2/de
Priority to EP89202947A priority patent/EP0371544B1/en
Priority to US07/440,981 priority patent/US5155598A/en
Priority to JP1304544A priority patent/JPH02202174A/ja
Publication of NL8802893A publication Critical patent/NL8802893A/nl

Links

Classifications

    • HELECTRICITY
    • H04ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
    • H04NPICTORIAL COMMUNICATION, e.g. TELEVISION
    • H04N1/00Scanning, transmission or reproduction of documents or the like, e.g. facsimile transmission; Details thereof
    • H04N1/40Picture signal circuits
    • H04N1/405Halftoning, i.e. converting the picture signal of a continuous-tone original into a corresponding signal showing only two levels
    • H04N1/4055Halftoning, i.e. converting the picture signal of a continuous-tone original into a corresponding signal showing only two levels producing a clustered dots or a size modulated halftone pattern

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Multimedia (AREA)
  • Signal Processing (AREA)
  • Image Processing (AREA)
  • Facsimile Image Signal Circuits (AREA)

Description

Océ-Nederland B.V. te Venlo
Werkwijze voor het verwerken en weergeven van beeldinformatie en inrichting waarin de werkwijze wordt toegepast
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het verwerken en het op een beelddrager gerasterd weergeven van op een halftoonbeeld betrekking hebbende beeldinformatie door het vormen van beeldelementen volgens een op m x n beeldpunten gebaseerd rasterpatroon, waarbij de weergave van verscheidene beeldpunten uit hetzelfde rasterpatroon volgens in de beeldinformatie vastgelegde intensiteitsgegevens wordt uitgevoerd.
De uitvinding heeft tevens betrekking op een inrichting voor het toepassen van de werkwijze.
Een dergelijke werkwijze is bekend uit de Europese octrooiaanvrage 190 901. Hierbij wordt de optische dichtheidsschaal van het weergave-systeem verdeeld in een aantal gebieden, die elk de aangrenzende gebieden kunnen overlappen. Aan elk gebied wordt een vlakverdeling van beeldpunten van een op m x n beeldpunten gebaseerd rasterpatroon toegekend. Verder wordt bij elke toegekende vlakverdeling van beeldpunten een aantal intensiteitsniveaus gekozen, waarbij elk intensiteitsniveau de intensiteitswaarden van de in vlakverdeling vastgelegde beeldpunten omvat. Elke combinatie van vlakverdeling en een bepaald intensiteitsniveau correspondeert dan met een waarde in het betreffende gebied van de OD-schaal, hetgeen in een geheugen van een rasterpatroongenerator is vastgelegd.
Op basis van een in de ontvangen beeldinformatie vastgelegd inten-siteitsgegeven haalt de rasterpatroongenerator uit zijn geheugen de daarmee corresponderende gegevens omtrent de vlakverdeling van beeldpunten en de per beeldpunt geldende intensiteitswaarden en geeft deze door naar de aansturingsmodule van een printer ter verkrijging van de in de aanhef gestelde weergave.
Voor de uitvoering van de bovenomschreven werkwijze moet het bij de rasterpatroongenerator behorend geheugen vrij groot zijn omdat de toegekende vlakverdelingen, elk met het bijbehorend intensiteitsniveau, erin opgeslagen moeten worden. Verder is er een selectiemechanisme nodig om op basis van het ontvangen intensiteitsgegeven de juiste vlakverdeling en het bijbehorend intensiteitsniveau te kiezen. Hierbij is ook nog een keuze-instructie nodig als een ontvangen intensiteitsgegeven ligt in een overlappend deel van twee gebieden. Doordat de intensiteits-waarde per beeldpunt vaak verschilt, is de schakel frequentie hoog. Vanwege dit alles moet veel elektronica intensief gebruikt worden, hetgeen tot grote kosten en een mindere betrouwbaarheid leidt.
De onderhavige uitvinding beoogt bovengenoemde bezwaren te vermijden. Volgens de uitvinding wordt dat doel bereikt in een werkwijze volgens de aanhef met het kenmerk dat de verscheidene beeldpunten binnen elk rasterpatroon een cluster van p x q beeldpunten vormen met p < m en q < n en volgens een uniforme intensiteitswaarde worden weergegeven. Ten aanzien van een inrichting volgens de uitvinding wordt dat doel bereikt doordat de inrichting middelen omvat voor het vormen van een cluster van p x q beeldpunten binnen elk rasterpatroon met p < m en q < n en tevens middelen voor het volgens een uniforme intensiteitswaarde weergeven van deze beeldpunten.
Volgens de werkwijze hoeft slechts een vlakverdeling van beeldpunten te worden opgeslagen, waardoor er geen selectiemechanisme noch een keuze-instructie nodig is, hoeven er geen intensiteitsniveaus te worden opgeslagen, daar gebruik gemaakt wordt van het in de ontvangen beeldinformatie opgeslagen intensiteitsgegeven, en is door de uniformiteit de schakel frequentie laag, waardoor de weinige elektronica minder intensief gebruikt hoeft te worden. De gehele werkwijze is dan ook betrouwbaar.
Volgens een eerste uitvoeringsvorm van de werkwijze wordt de beeldinformatie toegevoerd naar een eerste verwerkingsdeel, welk eerste verwerkingsdeel de beeldinformatie opslaat in een eerste geheugen, en wordt telkens een gedeelte van de opgeslagen beeldinformatie overgedragen naar een tweede verwerkingsdeel voor het opslaan in een tweede geheugen, het uitlezen uit het tweede geheugen en het bewerken met gegevens afkomstig uit een derde verwerkingsdeel, waarna het bewerkte gedeelte van de beeldinformatie wordt overgezonden naar een vierde verwerkingsdeel voor het omzetten van het bewerkte gedeelte in intensiteitssignalen voor een weergavedeel, welk weergavedeel de beeldelementen op een beelddrager vormt.
In een tweede uitvoeringsvorm van de werkwijze worden, voordat in het tweede verwerkingsdeel het in het tweede geheugen opgeslagen gedeelte wordt bewerkt met gegevens afkomstig uit het derde ver- werkingsdeel, de waarden voor m, n, p en q en een plaatsaanduiding van de cluster van p x q beeldpunten binnen het op m x n beeldpunten gebaseerde rasterpatroon ingebracht in een derde geheugen dat verbonden is met het derde verwerkingsdeel, in welk derde verwerkingsdeel op basis van de ingebrachte waarden voor m, n, p en q en de plaatsaanduiding van de cluster binnen het rasterpatroon een vergelijkingsraster van m x n cellen wordt gegenereerd, in de met de beeldpunten van de cluster overeenkomende cellen eenzelfde binaire waarde wordt ingevuld en in de overige cellen een andere binaire waarde wordt ingevuld, het ingevulde vergelijkingsraster vervolgens wordt opgeslagen in een vierde geheugen en daarna telkens een gedeelte van de inhoud van het vierde geheugen naar het tweede verwerkingsdeel wordt overgezonden.
In een derde uitvoeringsvorm van de werkwijze wordt, voordat de beeldinformatie wordt toegevoerd naar het eerste verwerkingsdeel, een vierde geheugen, dat verbonden is met het derde verwerkingsdeel, gevuld met een vergelijkingsraster van m x n cellen, van welk raster in de cellen van een cluster van p x q cellen eenzelfde binaire waarde wordt ingevuld en in de andere cellen een andere binaire waarde wordt ingevuld.
In een vierde uitvoeringsvorm van de werkwijze wordt een vierde geheugen (27), dat verbonden is met het derde verwerkingsdeel (25), gevuld met een vergelijkingsraster van m x n cellen, van welk raster in de cellen van een cluster van p x q cellen eenzelfde binaire waarde wordt ingevuld en in de andere cellen een andere binaire waarde wordt ingevuld, waarbij de plaats van het cluster binnen het raster telkens wordt bepaald door de waarden van de het in bewerking komend intensiteitsgegeven omringende en in de beeldinformatie vastgelegde intensiteitsgegevens.
In een vijfde uitvoeringsvorm van de werkwijze, waarbij de op het halftoonbeeld betrekking hebbende beeldinformatie wordt gevormd door de som van beeldinformaties van de het halftoonbeeld vormende beeldpunten, worden in het tweede verwerkingsdeel alle beeldpunt!nformaties uit het tweede geheugen bewerkt met eerst de inhoud van de m cellen van de door het derde verwerkingsdeel overgezonden eerste lijn van het in het vierde geheugen opgeslagen vergelijkingsraster, daarna met de inhoud van de m cellen van de tweede lijn en zo verder tot en met de inhoud van de m cellen van de n-de lijn van het vergelijkingsraster en wordt elke bewerkte beeldpuntinformatie naar een vierde verwerkings- deel overgezonden, welk vierde verwerkingsdeel op basis van het in de verwerkte beeldpunt!nformatie vastgelegde intensiteitsgegeven een weergavedeel een, een beeldpunt vormende, intensiteit laat afgeven aan een beelddrager.
De uitvinding zal nader worden toegelicht met behulp van bijgaande figuren, waarbij:
Fig. la t/m Fig. Ie voorbeelden zijn van de modulatie van beeldpuntgrootte;
Fig. 2 een inrichting weergeeft waarin de werkwijze volgens de uitvinding kan worden toegepast;
Fig. 3 schematisch de bewerking van de beeldinformatie weergeeft;
Fig. 4a t/m Fig. 4e voorbeelden zijn van het resultaat van de werkwijze volgens de uitvinding.
Het veranderen van de grootte van een beeldpunt op een beelddrager door het veranderen van de toegevoerde energie wordt modulatie van de beeldpuntgrootte genoemd. Dit wordt kort aangeduid met dotgrootte-modulatie (DGM). DGM is een van de methoden om halftoonbeelden weer te geven.
In Fig. la t/m Fig. Ie is een voorbeeld gegeven van DGM. De lijnen in de figuren geven de grenzen van de door de adresseerbaarheid van het weergavesysteem vastgelegde afbeeldingscellen weer. Als geen energie aan de cellen wordt toegevoerd, en de uiteinde!ijke beelddrager is bijvoorbeeld wit papier, houdt elke cel haar witte indruk, zoals in Fig. la is weergegeven. Als per cel een kleine hoeveelheid gebundelde energie wordt toegevoerd, en daardoor een klein zwart beeldpunt wordt gevormd (zie Fig. lb), is het effect een lichtgrijze indruk. Naarmate meer energie per cel wordt toegevoerd, wordt elk (zwart) beeldpunt groter (zie Fig. lc) en wordt de waarneembare indruk grijzer. Op het moment dat de toegevoerde energie zo groot is dat het beeldpunt de grenzen van de afbeeld!ngscel raakt, zoals in Fig. ld is weergegeven, zijn de hoeken van elke cel nog altijd wit, zodat geen zwarte, maar een donkergrijze indruk wordt verkregen. Een totaal zwarte indruk wordt pas verkregen als elk beeldpunt zijn afbeeldingscel overlapt, dus als de diameter van het beeldpunt tenminste even groot is als de diagonaal van de afbeeldingscel (zie Fig.
Ie; voor de duidelijkheid zijn in Fig. Ie de omtrekken van de beeldpunten wit weergegeven).
DGM zou dus door het louter veranderen van de per afbeeldingscel toegevoerde energie een ideale manier zijn om halftoonbeelden weer te geven. Echter door onvolkomenheden in de beelddrager en/of het weerga-vesysteem is de eenvoudige methode van DGM, te weten: het vullen van elke afbeeldingscel in een bepaald halftoongebied met de voor die halftoon benodigde energie, onbetrouwbaar en niet reproduceerbaar. Derhalve zijn er alternatieve methoden ontwikkeld, die wel van DGM gebruik maken, maar een betere reproduceerbaarheid hebben, zoals de methode beschreven in de genoemde Europese octrooiaanvrage 190 901.
Ook de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding, die de genoemde bezwaren verbonden aan de werkwijze van de eerder genoemde aanvrage beoogt te vermijden, maakt gebruik van DGM en wordt hierna beschreven. Eerst wordt echter de inrichting beschreven waarin de werkwijze wordt toegepast.
Fig. 2 geeft de inrichting weer waarin de werkwijze volgens de uitvinding kan worden toegepast. Een eerste verwerkingseenheid 21, welke hierna met "ontvanger" zal worden aangeduid, bezit een bit-mapgeheugen 22 waarin van een gegevensgenerator 20 afkomstige beeldinformatie kan worden opgeslagen. Dit bitmapgeheugen 22 kan bijvoorbeeld 800 x 600 byte groot zijn. Indien als voorbeeld van een gegevensgenerator 20 een beeldscanner met een resolutie in beide richtingen van 4 punten per millimeter wordt genomen, kan in het bitmapgeheugen 22 de beeldinformatie betrekking hebbende op een halftoonbeeld van 20 bij 15 cm worden opgeslagen (mits de beeldinformatie per gescand beeldpunt in een byte opgeslagen wordt).
De ontvanger 21 is verbonden met een tweede verwerkingsdeel 23, welke hierna met "gegevenskoppelaar" zal worden aangeduid. Met de gegevenskoppelaar 23 is ook een derde verwerkingsdeel 25 verbonden, welke hierna met "rastergenerator" zal worden aangeduid. De rasterge-nerator 25 bevat tenminste een verge!ijkingsgeheugen 27, waarin een vergelijkingsraster van m x n cellen kan worden opgeslagen, in welk raster de cellen van een cluster van p x q cellen worden voorzien van de binaire waarde 1 en de overige cellen van de binaire waarde 0.
Het opslaan van het verge!ijkingsraster in het vergelijkingsgeheugen 27 kan op verschillende manieren geschieden. Zo kan bij de fabricage van de inrichting waarin de werkwijze wordt uitgevoerd een in ROM uitgevoerd vergelijkingsgeheugen 27 worden ingebouwd. In de ROM is het vergelijkingsraster als het ware ingebakken en kunnen de waarden voor m, n, p en q en de plaats van de cluster binnen het raster niet meer veranderd worden. De werkwijze kan dan alleen met de vastgelegde waarden en plaatsaanduiding worden uitgevoerd. Dit zou bijvoorbeeld het geval kunnen zijn bij een standaardmachine, die ook door onervaren gebruikers zonder problemen bediend moet kunnen worden.
Een andere manier is geschikt voor bijvoorbeeld een specialist, die de ene keer met een klein, de andere keer met een groter vergelij-kingsraster wil werken, waarbij ook de plaats en/of de grootte van de cluster gewijzigd moet kunnen worden. Hij kan dan via een toetsenbord (niet afgebeeld) de waarden van m, n, p en q en de plaatsaanduiding van de cluster invoeren in een in RAM uitgevoerd voorgeheugen 26. De rastergenerator 25 maakt dan op basis van deze gegevens een vergelij-kingsraster met de met de binaire waarden ingevulde cellen en slaat het ingevulde vergelijkingsraster op in het in RAM uitgevoerde verge-lijkingsgeheugen 27. Daarna kan de specialist de werkwijze volgens zijn specificaties uitvoeren.
Volgens een derde manier worden de waarden van m, n, p en q ingébracht volgens een der beide voorgaande manieren, maar wordt de plaats van de cluster telkens bepaald door de waarden van de in de beeldinformatie vastgelegde intensiteitsgegevens die het in bewerking komend intensiteitsgegeven omringen. Hierdoor worden scherpe overgangen, bijvoorbeeld bij lijnen of karakters, beter gevolgd. Ook zullen moirë-effecten onderdrukt worden, aangezien de cluster binnen het vergelijkingsraster, en dus binnen de weer te geven beeldelementen, niet telkens dezelfde plaats inneemt.
De gegevenskoppelaar 23 bevat tenminste een lijngeheugen 24, dat bijvoorbeeld dezelfde opslagcapaciteit omvat als een lijn uit het bit-mapgeheugen, dus 600 byte. In de gegevenskoppelaar 23 vindt de bewerking van de beeldinformatie met gegevens uit de rastergenerator 25 plaats. De gegevenskoppelaar 23 is verbonden met een vierde ver-werkingsdeel 28, hetwelk hierna als "stuureenheid" zal worden aangeduid, dat een weergavedeel 30, bijvoorbeeld een laserprinter, aanstuurt. De stuureenheid 28 zet de ontvangen intensiteitsgegevens om in stuursignalen 29 voor het in intensiteit moduleren van de door de laser 31 van de laserprinter 30 aan een beelddrager 33 af te geven lichtbundel 32.
Voor de hierna volgende beschrijving van een voorkeursuitvoeringsvorm van de werkwijze wordt als voorbeeld voor m en n de waarde 3 gebruikt en voor p en q de waarde 2, terwijl de cluster in de linkerbenedenhoek van het vergelijkingsraster is geplaatst. De cellen van de cluster bevatten elk de binaire waarde 1 en de overige cellen elk de binaire waarde 0. Verder worden de waarden van de in de voorgaande beschrijving gegeven voorbeelden gebruikt.
Een beeldscanner 20 scant lijnsgewijs een halftoonbeeld van bijvoorbeeld 5 bij 10 cm en genereert dus 400 scanlijnen van 200, elk een intensiteitsgegeven bevattende bytes. De beeldscanner 20 zendt de gegenereerde bytes over naar de ontvanger 21, die de intensiteitsbytes opslaat in een bitmapgeheugen 22.
Hierdoor vormt het bitmapgeheugen 22 een digitale weergave van het halftoonbeeld.
De rastergenerator 25 vormt een vergelijkingsraster van 3 bij 3 cellen in het vergelijkingsgeheugen 27 en slaat in de linker- en mid-dencel van de middelste en onderste rij de binaire waarde 1 op. In de overige cellen slaat hij de binaire waarde 0 op.
De ontvanger 21 zendt de 200 bytes van de bovenste scanlijn van het bitmapgeheugen 22 over naar de gegevenskoppelaar 23, die deze bytes B-j (i = 1...200) opslaat in het lijngeheugen 24. Daarna gaat de gegevenskoppelaar 23 deze bytes bewerken met de inhoud van de cellen van het vergelijkingsraster 34. In Fig. 3 wordt deze bewerking schematisch weergegeven. De gegevenskoppelaar 23 zet de inhoud van de drie cellen van de bovenste lijn 34a van het vergelijkingsraster 34, die de rastergenerator 25 hem op zijn aanvraag toestuurt, in een schuifregister en haalt dit schuifregister in een vermenigvuldigingsoperatie over de bytes B·,· in het lijngeheugen 24. Per byte B·,· uit het lijngeheugen 24 ontstaan dan drie nieuwe bytes, weergegeven in een printlijn 35a, die de gegevenskoppelaar 23 achtereenvolgens zendt naar de stuureenheid 28 van de laserprinter 30. De stuureenheid 28 zet het in de nieuwe byte vastgelegde intensiteitsgegeven om in een stuursignaal 29 voor het in intensiteit moduleren van de door laser 31 van de laserprinter 30 aan een fotogeleider 33 af te geven lichtbundel 32 voor het vormen van een beeldpunt van een beeldelement 36 overeenkomstig een op zich bekende elektrofotografische methode. Daar de drie bits van het schuifregister op nul staan, overeenkomstig de inhoud van de drie cellen van de bovenste lijn 34a van het vergelijkingsraster 34, hebben alle nieuwe bytes een nulinhoud, en wordt een lege printlijn afqebeeld.
Nadat de bytes in het lijngeheugen 24 zijn vermenigvuldigd met de inhoud van de drie cellen van de bovenste lijn 34a van het vergelijkingsraster 34 en print!ijn 35a is ontstaan, zet de gegevenskoppelaar 23 de inhoud van de drie cellen van de middelste lijn 34b van het vergelijkingsraster 34 in het schuifregister en voert dezelfde operatie uit op de bytes Bi in het lijngeheugen 24. Per byte Bi uit het lijngeheugen 24 ontstaan dan weer drie bytes, weergegeven in een print!ijn 35b. Daar de schuifregisterbits achtereenvolgens op 1, 1 en 0 staan, bevatten nu de eerste twee nieuwe bytes het inten-siteitgegeven van de oude byte en de derde een nulinhoud. De gegevenskoppelaar 23 zendt de nieuwe bytes weer achtereenvolgens naar de stuureenheid 28, waarna de laser 31 van de laserprinter 30 telkens twee keer een lichtbundel van een zekere intensiteit en een keer geen lichtbundel aan de beelddrager 3 afgeeft. Aangezien de onderste lijn 34c van het vergelijkingsraster identiek is aan de middelste lijn 34b, wordt deze procedure nog een keer herhaald, waardoor printlijn 35c ontstaat. De bytes Bi uit het lijngeheugen 24 zijn nu alle vermenigvuldigd met de inhoud van de cellen van de drie lijnen van het vergelijkingsraster 34, en de eerste rij 35 van beeldelementen 36 van het weer te geven halftoonbeeld is op de beelddrager 33 gevormd.
Voor de bewerking van de 200 bytes van de volgende scanlijn uit het bitmapgeheugen 23 zendt de ontvanger 21 deze over naar de gegevenskoppelaar 23, die deze bytes opslaat in het lijngeheugen 24, waarbij hij de bytes van de vorige lijn van het bitmapgeheugen 22 overschrijft. Daarna past de gegevenskoppelaar 23 de procedure zoals hiervoor is beschreven op de bytes van de volgende scanlijn toe. De ontvanger 21 kan de bytes van de volgende scanlijn van het bit-mapgeheugen 22 ook tijdens de bewerkingsfase van de bytes van de vorige scanlijn overzenden, mits de gegevenskoppelaar 23 over een tweede lijngeheugen beschikt, waarin hij de bytes van de volgende scanlijn kan opslaan. Na afloop van de bewerkingsfase van de bytes van de vorige scanlijn kan de gegevenskoppelaar 23 dan direct (met tijdswinst) doorgaan met het bewerken van de bytes van de volgende scanlijn.
In Fig. 4a t/m Fig. 4e worden voorbeelden van gevormde beeldelementen getoond, waarbij van twee rijen beeldelementen drie achtereenvolgende beeldelementen zijn weergegeven. Aangezien slechts een cluster van vier afbeeldingscellen, die omringd is door lege afbeeldingscellen, voor de vorming van de halftoonwaarde van een beeldelement wordt gebruikt, is het bereik in de lichte grijswaarden groot. Ook als de beeldpunten de grens van hun afbeeldingscel hebben bereikt (Fig. 4c), overheerst nog het niet-ingevulde deel van het beeldelement, waardoor de indruk nog altijd aan de lichtgrijze kant is. Dit in tegenstelling tot de eenvoudige methode van DGM, waarbij dan de indruk donkergrijs is (zie hiervoor Fig. ld). Pas als de beeldpunten de afbeeldingscellen overlappen, en in het geval van de eenvoudige methode van DGM een zwarte indruk ontstaat (Fig. Ie), begint een middengrijze indruk te ontstaan (Fig. 4d). Een volledig zwarte indruk ontstaat pas als de diameter van het beeldpunt twee maal zo groot is als de diagonaal van de afbeeldingscel. (Fig. 4e).
Daar elke byte van het lijngeheugen 24 met de inhoud van de drie cellen van elk der drie lijnen van het verge!ijkingsraster vermenigvuldigd wordt en elke nieuwe byte een af te beelden beeldpunt vormt, waarbij telkens 3 bij 3 beeldpunten een beeldelement vormen, wordt het gescande beeld bij eenzelfde resolutie van de laserprinter 30 als die van de scanner 20 een factor 3 in beide richtingen opgeblazen. Om nu een weergegeven halftoonbeeld te verkrijgen dat even groot is als het gescande halftoonbeeld, moet dus de adresseerbaarheid van de laserprinter 30 in beide richtingen driemaal zo groot zijn als de adresseerbaarheid van de beeldscanner. In zijn algemeenheid geldt, dat de adresseerbaarheid van het weergavedeel 30 in de ene richting m-maal zo groot moet zijn als die van de gegevensgenerator 20 en die in de andere richting n-maal zo groot om een 1:1 afbeelding te verkrijgen.
Door de combinatie van een rasterpatroon van 3x3 cellen, waardoor de ruimtelijke resolutie (de effectief waargenomen resolutie) hoog blijft, en de uniforme intensiteitswaarden van de clusters van 2x2 cellen, waardoor een groot aantal grijswaarden kunnen worden weergegeven, wordt het effect van onvolkomenheden (instabiliteiten in de beelddrager en/of het weergavesysteem) in belangrijke mate onderdrukt.

Claims (11)

1. Werkwijze voor het verwerken en het op een beelddrager gerasterd weergeven van op een halftoonbeeld betrekking hebbende beeldinformatie door het vormen van beeldelementen volgens een op m x n beeldpunten gebaseerd rasterpatroon, waarbij de weergave van verscheidene beeldpunten uit hetzelfde rasterpatroon volgens in de beeldinformatie vastgelegde intensiteitsgegevens wordt uitgevoerd, met het kenmerk, dat de verscheidene beeldpunten binnen elk rasterpatroon een cluster van p x q beeldpunten vormen met p < m en q < n en volgens een uniforme intensiteitswaarde worden weergegeven.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de beeldinformatie wordt toegevoerd naar een eerste verwerkingsdeel (21) welk eerste verwerkingsdeel de beeldinformatie opslaat in een eerste geheugen (22), en dat telkens een gedeelte van de opgeslagen beeldinformatie wordt overgedragen naar een tweede verwerkingsdeel (23) voor het opslaan in een tweede geheugen (24), het uitlezen uit het tweede geheugen (24) en het bewerken met gegevens afkomstig uit een derde verwerkingsdeel (25), waarna het bewerkte gedeelte van de beeldinformatie wordt overgezonden naar een vierde verwerkingsdeel (28) voor het omzetten van het bewerkte gedeelte in intensiteitssignalen (29) voor een weergavedeel (30), welk weergavedeel (30) de beeldelementen op een beelddrager (33) vormt.
3. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat, voordat in het tweede verwerkingsdeel (23) het in het tweede geheugen (24) opgeslagen gedeelte wordt bewerkt met gegevens afkomstig uit het derde verwerkingsdeel (25), de waarden voor m, n, p en q en een plaatsaanduiding van de cluster van p x q beeldpunten binnen het op m x n beeldpunten gebaseerde rasterpatroon worden ingébracht in een derde geheugen (26) dat verbonden is met het derde verwerkingsdeel (25), in welk derde verwerkingsdeel (25) op basis van de ingebrachte waarden voor m, n, p en q en de plaatsaanduiding van de cluster binnen het rasterpatroon een vergelijkingsraster van m x n cellen wordt gegenereerd, in de met de beeldpunten van de cluster overeenkomende cellen eenzelfde binaire waarde wordt ingevuld en in de overige cellen een andere binaire waarde wordt ingevuld, het ingevulde vergelijkingsraster vervolgens wordt opgeslagen in een vierde geheugen (27) en daarna telkens een gedeelte van de inhoud van het vierde geheugen (27) naar het tweede verwerkingsdeel (23) wordt overgezonden.
4. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat, voordat de beeldinformatie wordt toegevoerd naar het eerste verwerkingsdeel (22), een vierde geheugen (27) dat verbonden is met het derde verwerkingsdeel (25) wordt gevuld met een vergelijkingsraster van m x n cellen, van welk raster in de cellen van een cluster van p x q cellen eenzelfde binaire waarde wordt ingevuld en in de andere cellen een andere binaire waarde wordt ingevuld.
5. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat een vierde geheugen (27), dat verbonden is met het derde verwerkingsdeel (25), wordt gevuld met een verge!ijkingsraster van m x n cellen, van welk raster in de cellen van een cluster van p x q cellen eenzelfde binaire waarde wordt ingevuld en in de andere cellen een andere binaire waarde wordt ingevuld, waarbij de plaats van het cluster binnen het raster telkens wordt bepaald door de waarden van de, het in bewerking komend intensiteitsgegeven omringende en in de beeldinformatie vastgelegde i ntensi tei tsgegevens.
6. Werkwijze volgens een der conclusies 2 t/m 5, waarbij de op het halftoonbeeld betrekking hebbende beeldinformatie wordt gevormd door de som van beeldpuntinformaties van de het halftoonbeeld vormende beeldpunten, met het kenmerk, dat in het tweede verwerkingsdeel (23) alle beeldpuntinformaties uit het tweede geheugen (24) worden bewerkt met eerst de inhoud van de m cellen van de door het derde verwerkingsdeel (25) overgezonden eerste lijn van het in het vierde geheugen (27) opgeslagen vergelijkingsraster, daarna met de inhoud van de m cellen van de tweede lijn en zo verder tot en met de inhoud van de m cellen van de n-de lijn van het vergelijkingsraster en dat elke bewerkte beeldpuntinformatie wordt overgezonden naar een vierde verwerkingsdeel (28), welk vierde verwerkingsdeel (28) op basis van het in de verwerkte beeldpuntinformatie vastgelegde intensiteitsgegeven een weergavedeel (30) een, een beeldpunt vormende intensiteit (32) laat afgeven aan een beelddrager (33).
7. Werkwijze volgens een der conclusies 1, 3, 4 of 5, met het kenmerk, dat m-n = 3enp = q = 2,
8. Inrichting voor het toepassen van de werkwijze volgens conclusie 1, omvattende middelen voor het verwerken en het op een beelddrager gerasterd weergeven van op een halftoonbeeld betrekking hebbende beeldinformatie door het vormen van beeldelementen volgens een op m x n beeldpunten gebaseerd rasterpatroon, waarbij de weergave van verscheidene beeldpunten uit hetzelfde rasterpatroon volgens in de beeldinformatie vastgelegde intensiteitsgegevens wordt uitgevoerd, met het kenmerk, dat de inrichting middelen omvat voor het vormen van een cluster van p x q beeldpunten binnen elk rasterpatroon met p < m en q < n en tevens middelen voor het volgens een uniforme intensiteits-waarde weergeven van deze beeldpunten.
9. Inrichting volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de inrichting een eerste verwerkingsdeel (21) en een met het eerste verwerk!' ngsdeel (21) verbonden eerste geheugen (22) omvat voor het opslaan in het eerste geheugen (22) van door het eerste verwerkings-deel (21) ontvangen beeldinformatie, dat de inrichting verder een met het eerste verwerkingsdeel (21) verbonden tweede verwerkingsdeel (23) en separaat met het tweede verwerkingsdeel (23) een tweede geheugen (24) en een derde verwerkingsdeel (25) omvat voor het opslaan in het tweede geheugen (24), het uitlezen uit het tweede geheugen (24) en het bewerken met uit het derde verwerkingsdeel (25) afkomstige gegevens van telkens een door het eerste verwerkingsdeel (21) overgedragen gedeelte van de in het eerste geheugen (22) opgeslagen beeldinformatie, en dat de inrichting verder een met het tweede verwerkingsdeel (23) verbonden vierde verwerkingsdeel (28) en een met het vierde verwerkingsdeel (28) samenwerkend weergavedeel (30) omvat voor het door het vierde verwerkingsdeel (28). omzetten van het door het tweede verwerkingsdeel (23) overgedragen bewerkte gedeelte van de beeldinformatie in stuursignalen (29) voor het weergavedeel (30) ter vorming van de beeldelementen op een beelddrager (33).
10. Inrichting volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de inrichting separaat met het derde verwerkingsdeel (25) verbonden een derde geheugen (26) en een vierde geheugen (27) omvat voor het opslaan van de waarden van m, n, p en q en de plaatsaanduiding van de cluster van p x q beeldpunten binnen het op m x n beeldpunten gebaseerde rasterpatroon in het derde geheugen (26) en voor het opslaan van het vergelijkingsraster van m x n cellen in het vierde geheugen (27).
11. Inrichting volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat het eerste geheugen (22) een bitmapgeheugen omvat en dat het tweede geheugen (24) een lijngeheugen met tenminste dezelfde opslagcapaciteit als een lijn uit het bitmapgeheugen omvat.
NL8802893A 1988-11-24 1988-11-24 Werkwijze voor het verwerken en weergeven van beeldinformatie en inrichting waarin de werkwijze wordt toegepast. NL8802893A (nl)

Priority Applications (6)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8802893A NL8802893A (nl) 1988-11-24 1988-11-24 Werkwijze voor het verwerken en weergeven van beeldinformatie en inrichting waarin de werkwijze wordt toegepast.
NL8902654A NL8902654A (nl) 1988-11-24 1989-10-26 Werkwijze en inrichting voor het verwerken en weergeven van beeldinformatie.
DE68918808T DE68918808T2 (de) 1988-11-24 1989-11-21 Verfahren und Vorrichtung zur Verarbeitung und Reproduktion von Bildinformationen.
EP89202947A EP0371544B1 (en) 1988-11-24 1989-11-21 Method of and apparatus for processing and reproducing image information
US07/440,981 US5155598A (en) 1988-11-24 1989-11-22 Method and apparatus for processing and reproducing images
JP1304544A JPH02202174A (ja) 1988-11-24 1989-11-22 画像情報の処理及び複写の為の方法並びに装置

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8802893A NL8802893A (nl) 1988-11-24 1988-11-24 Werkwijze voor het verwerken en weergeven van beeldinformatie en inrichting waarin de werkwijze wordt toegepast.
NL8802893 1988-11-24

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8802893A true NL8802893A (nl) 1990-06-18

Family

ID=19853281

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8802893A NL8802893A (nl) 1988-11-24 1988-11-24 Werkwijze voor het verwerken en weergeven van beeldinformatie en inrichting waarin de werkwijze wordt toegepast.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL8802893A (nl)

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5404411A (en) Bitmap-image pattern matching apparatus for correcting bitmap errors in a printing system
US6775032B2 (en) Apparatus and method for halftone hybrid screen generation
EP0388833B1 (en) Optical recording system
US5760811A (en) Halftone image recording apparatus and method based on first and second timing signals chosen from a plurality of synchronized clocks
US7372992B2 (en) Image data processing machine
JP3545908B2 (ja) データ処理装置
JP2599554B2 (ja) ディジタル暗度制御による画像複製方法
DE69016123T2 (de) Bildverarbeitungsgerät.
NL8902654A (nl) Werkwijze en inrichting voor het verwerken en weergeven van beeldinformatie.
US5740330A (en) Exposure controlling method and an exposure controlling apparatus
US5327258A (en) Image processing apparatus
US6344870B1 (en) Methods of providing lower resolution format data into higher resolution format
US7116445B2 (en) Image forming apparatus and image forming method
EP0837426B1 (en) Image forming apparatus
EP0348047A1 (en) Modulating radiation beams
EP0488118B1 (en) Image recording apparatus for high quality images
EP0813335A2 (en) Method of generating gradation-corrected image data, image output apparatus, and method of calculating amount of exposure
NL8802893A (nl) Werkwijze voor het verwerken en weergeven van beeldinformatie en inrichting waarin de werkwijze wordt toegepast.
US5220432A (en) Methods and apparatus for half-tone imaging utilizing a rotated half-tone dot map
JPS58173972A (ja) 画像処理装置
JPH0685558B2 (ja) 画像処理装置
KR100228699B1 (ko) 화상 형성 장치 및 방법
JP3784531B2 (ja) 画像データ処理装置
JPH0276755A (ja) 解像度変換記録方式
JPH1127531A (ja) 画像処理装置および方法並びに記憶媒体

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed