NL8800879A - Kaartsorteerinrichting. - Google Patents

Description

4 V* D HO/AM/l Tanaka Seiki

KAARTSORTEERINRICHTING

De uitvinding betreft een kaartsorteerinrichting, en meer in het bijzonder op de kaartsorteerinrichting, die kaarten, documenten of papieren kan sorteren door het lezen van gecodeerde markeringen op een kaart, document of papier, 05 door het te sorteren overeenkomstig de in de gelezen gecodeerde markeringen opgenomen informatie en door ze in één of een aantal sorteerstapelbakken te plaatsen.

In de conventionele kaartsorteerinrichtingen, worden documenten voor slips en dergelijke gesorteerd overeen-10 komstig de staafcodes op de documenten, die een groep van bestemmingsplaatsen, soorten van goederen en dergelijke representeren. In deze conventionele sorteerinrichtingen werden kaarten of documenten één voor één opgevoerd en sommige van dergelijke inrichtingen hadden transportbaan veranderende me-15 chanismen of een poort langs de baan van de kaarten of documenten om een geselecteerde kaart of document te geleiden in een van de andere kaarten of documenten verschillende baan.

In een dergelijk geval wordt de gecodeerde informatie waarop wordt gesorteerd gelezen door een staafcodelezer voorafgaande 20 aan het inbrengen van een kaart in een kaarttransporteur en wanneer de kaart een voorafvastgestelde positie bereikt die wordt ingesteld door een programma, wordt de transportbaan veranderd of een poort geopend om de kaart in een geselecteerde kaartstapelbak te brengen.

25 Overeenkomstig een dergelijke kaartsorteerinrich ting is het nodig om een voorafbepaald aantal transportbaan veranderende mechanismen of poorten op te stellen langs de kaarttransportbaan om de kaarten te geleiden naar de kaart-stapelbakken. Dit maakt tamelijk gecompliceerde positieveran-30 derende mechanismen van de transportbaan veranderende platen *. 8800875 *

A

-2- of poortopenende en sluitende mechanismen mogelijk. Het volume van de inrichting wordt derhalve tamelijk groot. Ten gevolge van de gecompliceerde constructie, kan het opvoeren van de sorteersnelheid niet makkelijk worden bereikt. Het bleek 05 ook dat de apparatuur ten gevolge van de gecompliceerde constructie ervan storingen opleverde.

Het doel van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een kaartsorteerinrichting welke beperkt van grootte is en die de kaarten sneller kan sorteren zonder pro-10 blemen bij het transport en sorteren van de kaarten.

Een kaartsorteerinrichting volgens de onderhavige uitvinding omvat een sensor die gecodeerde markeringen op het oppervlak van een kaart leest, middelen voor het één voor één opvoeren van kaarten langs een kaarttransportbaan, welke 15 kaarten geleverd worden uit een kaartstapelinrichting waarin de kaarten zijn opgenomen, zodanig dat de lange zijde van elk van de kaarten onder een rechte hoek staan ten opzichte van de kaarttransportrichting, waarbij de kaarten intermitterend worden opgevoerd, zodat de kaarten stilgehouden kunnen worden 20 of voorafbepaalde posities langs de transportbaan tot een kaart of de kaarten uit de baan worden getrokken, een kaart-stapelaar die de kaarten op kan nemen, welke worden opgevoerd door de kaarttransportmiddelen, middelen voor het uittrekken van een kaart uit de kaarttransportbaan door één einde van 25 een kaart te houden tussen een steeds roterende rol en een vrijloopdrukrol, wanneer de kaart wordt opgevoerd door de kaarttransportmiddelen nabij de voorafbepaalde positie corresponderend met één van de kaartstapelbakken en voorts de kaart in een richting van de langszijde van de kaart wordt 30 geleid, en middelen voor het besturen van de verrichtingen betreffende het uittrekken van de kaart, welke een bestu-ringssignaal uitzenden naar de uittrekmiddelen door een uitgangssignaal uit de sensor, welke uitgevoerd wordt door een voorafvastgesteld programma en het regelen van de verrichtin-35 gen van het uittrekken en verdere geleidingsmiddelen die gesynchroniseerd zijn met de werking van de transportmiddelen.

In de figuren toont:

Fig. 1(a) een bovenaanzicht van een uitvoeringsvorm

. 8 8 0 0 8 7 S

* φ -3- van een kaartsorteerinrichting volgens de onderhavige uitvinding.

Fig. 1(b) een vooraanzicht van de uitvoeringsvorm uit fig. 1(a), en 05 Fig. 1(c) een aanzicht van de rechterzijde ervan.

Fig. 1(a) is een aanzicht volgens de lijn B-B uit fig. 1(b) en fig. 1(b) is een aanzicht volgens de lijn A-A uit fig. 1(a).

Fig. 2 is een perspectivisch aanzicht van een 10 hoofddeel van de uitvoeringsvorm van de kaartsorteerinrichting volgens de fig. 1(a), 1(b) en 1(c).

Zoals de figuren 1(a), 1(b) en 1(c) tonen, is het kaarttransportmechanisme 10 opgesteld in een middengedeelte van de inrichting en worden daardoor de kaarten l opgevoerd.

15 Het kaarttransportmechanisme 10 omvat trommels 4, 6, 14, en 16 en de eindloze banden 7 en 17, waarbij de eindloze band 7 rond de trommels 4 en 6 is geslagen en de eindloze band 17 geslagen is rond de trommels 14 en 16, zodat de trommels 4 en 14 samenwerken en worden geroteerd in tegengestelde richtin-20 gen met behulp van de tandwielen 4a en 14a. De banden 7 en 17 houden de kaarten ertussen vast en voeren deze op. Het kaarttransportmechanisme 10 drijft een snaarschijf intermitterend aan vanaf een motor 5 met behulp van een snaar V]_, waarbij de snaarschijf direkt gekoppeld is met een trommel 4 en derhalve 25 de kaarten intermitterend kan opvoeren. Nabij een inlaat van het kaarttransportmechanisme 10 is een staafcodelezer 2 opgesteld, die een staafcode op elke van de kaarten 1 kan lezen.

Wanneer de kaarten 1 opgevoerd worden door de eindloze banden 7 en 17, steekt één van de kaarten 1 uit vanaf de banden 7 en 30 17 (zie fig. 1(a)). Langs de transportbaan van de kaarten die worden vastgehouden tussen de eindloze banden 7 en 17 bevinden zich een aantal zandlopervormige rollen 8a, 8b...8f die door een motor 15 via een as 8s worden aangedreven teneinde deze continu te doen roteren. Tegenover de rollen 8a, 8b...8f 35 zijn tonvormige vrijloopdrukrollen 9a, 9b...9f aanwezig. De continu geroteerde rollen 8a, 8b...8f en de corresponderende drukrollen 9a, 9b...9f zijn normaal op afstand van elkaar geplaatst en de uitstekende einden van de kaarten 1 kunnen in .8800879 4 -4- % de ruimte tussen de rollen passen. Een snaarschijf 8b op één einde van de as 8s roteert in de richting aangegeven door een pijl in fig. 2 met behulp van de motor 15 via een snaarschijf 15p en een snaar V2, zodat de rollen 8a, 8b...8f die met de 05 as 8s gekoppeld zijn steeds in dezelfde richting roteren.

Voor de rollen 8a, 8b...8f bevindt zich een kaartstapelaar 12 met bakken 12a, 12b...12f respectievelijk. De vorm van de voortdurend roterende rollen 8a, 8b...8f is zandlopervormig terwijl de vorm van de drukrollen tonvormig is. De vorm van 10 de continu roterende rollen en de drukrollen zijn complementair aan elkaar. De drukrollen 9a, 9b...9f zijn omhoog en omlaag beweegbaar met behulp van respectievelijk de spoelen 11a, llb...llf. Door het omlaag drukken van een spoel wordt een corresponderende drukrol omlaag gedrukt teneinde het uit-15 stekende einde van de kaart 1 vast te houden. Zelfs indien een kaart 1 een dun papier is, kan het vastgehouden worden op een enigszins gekromde wijze in een dwarsrichting (of korte zijde) van de kaart ten gevolge van de complementaire vorm van het paar rollen. Derhalve kan de kaart vastgehouden wor-20 den tussen de rollen op vrijwel rechte wijze ten opzichte van de langszijde van de kaart op een gewenste kaartstapelbak.

Thans zal het uittrekken van de kaarten 1 worden beschreven.

Zoals de fig. 1(a), 1(b) en 1(c) tonen, worden 25 kaarten l in een kaartstapeltrechter 3 één voor één opgevoerd door het benedendeel van de trechter 3 met behulp van de kaarttransportrol 3a op een transporteur 2a onder de staafco-delezer 2 waar een staafcode op het oppervlak van een kaart 1 gelezen wordt door de kaartcodelezer 2. De gelezen informatie 30 wordt gestuurd naar een besturingsschakeling (niet getekend) als een uitgangssignaal van de staafcodelezer 2.

De naar de transporteur 2a opgevoerde kaart 1 wordt verder geleid naar het kaarttransportmechanisme 10. Door het kaarttransportmechanisme 10 worden de kaarten 1 intermitte-35 rend opgevoerd, terwijl ze vast worden gehouden tussen de eindloze banden 7 en 17 op zodanige wijze dat de langszijde van de kaarten 1 onder een rechte hoek staan ten opzichte van de transportrichting van de eindloze banden 7 en 17, zoals . esc on s * -5- duidelijk is aangegeven met onderbroken lijnen in fig. 1(a).

Een kaart 1 wordt intermitterend opgevoerd, zodat de kaart 1 wordt bewogen bijvoorbeeld van de positie 7a naar die van 7b en daar voor een ogenblik stilgehouden en vervolgens verder 05 bewogen naar positie 7c. In deze toestand steekt één einde van elke kaart 1, dat wil zeggen het benedenste einde ervan in fig. 1(a) en een linkerdeel in fig. 1(c) uit van de banden 7 en 17. De uitstekende einden worden opgevoerd in een ruimte tussen de continu roterende rollen en de drukrollen. Wanneer 10 een kaart 1 stilgehouden wordt voor een gewenste kaartstapel-bak van de stapelaar 12, wordt een drukrol die zich bevindt juist boven het uiteinde van de kaart 1 omlaag gebracht en wordt een einde van de kaart l vastgehouden tussen de drukrol en de corresponderende continu roterende rol.

15 Een kaart 1 bijvoorbeeld die opgenomen moet worden in de bak 12b wordt stilgehouden op positie 7b en een spoel 11b wordt bediend met behulp van een besturingssignaal uit de niet-getekende besturingsschakeling en deze drukt de drukrol 9b omlaag zodat de drukrol 9b een einde van de kaart 1 vast-20 houdt tussen de rol 8b, zoals fig. 2 duidelijk toont. Aangezien de rol 8b evenals de rollen 8a, 8c...8f steeds roteert in de richting van de pijl in fig. 2, wordt de kaart die thans tussen de rollen wordt vastgehouden uitgetrokken in de richting van de stapelbak 12b van de stapelaar 12 en daarin 25 opgenomen. Tijdens het intermitterende transport, kan een aantal kaarten 1 uitgetrokken worden en in de bakken worden opgenomen in één beweging, of in sommige gevallen kan zelfs een kaart niet in een bak worden gesorteerd. Het probleem welke kaarten gesorteerd moeten worden en wanneer zij uitge-30 trokken moeten worden uit de transportbaan, wordt opgelost door het uitvoeren van een vooraf vastgesteld programma en door gebruik te maken van de niet-getekende besturingsschakeling, die dit bepaalt overeenkomstig de uitgang van de staaf-codelezer 2 en onafhankelijk de spoelen lla, 11b—llf be-35 dient synchroon met de intermitterende beweging van het kaarttransportmechanisme 10. Het uittrekken wordt alleen gestart door het omlaag drukken van de betreffende spoel teneinde de bijbehorende drukrol omlaag te brengen. Het uittrek- .8800079 4 -6- ken van de kaart geschiedt dus zeer snel. De kaarten 1 worden één voor één opgevoerd waarbij de lange zijde van de naburige kaarten naast elkaar worden bewogen. Er is dus voor het kaartopvoermechanisme 10 niet veel ruimte nodig zodat de ge-05 hele inrichting kleiner kan zijn dan de bekende apparatuur.

Het aantal stapelbakken, in het getekende uitvoe-ringsvoorbeeld zes, kan naar wens door de gebruiker van de inrichting worden gekozen.

De kaartstapeltrechter 3 en de kaartstapelaar 12 10 kunnen losmaakbaar zijn van het huis van de inrichting, zodat het toevoeren en uitnemen van de kaarten 1 gemakkelijk kan plaatsvinden.

. 8 8 0 0 P 7 '

Claims (5)

1. Kaartsorteerinrichting voor het achtereenvolgens sorteren van een aantal kaarten, documenten of papieren, gekenmerkt door middelen voor het opvoeren van de kaarten, die een opeenvolgende kaarttransportbaan vormt door het bewegen 05 van een paar eindloze banden in dezelfde richting, waarbij een zijde van de eindloze banden gericht is naar de zijde van de andere en waarbij kaarten, documenten of papieren vastgehouden worden tussen en opgevoerd worden door de eindloze banden, middelen voor het uittrekken van de kaarten, documen-10 ten of papieren langs de kaarttransportbaan en voorzien van continu roterende rollen en vrijloopdrukrollen die naar elkaar zijn gericht en waarbij een ruimte wordt overgelaten tussen de rollen waardoorheen één einde van elk van de kaarten, documenten of papieren beweegt wanneer de kaarten, docu-15 menten of papieren worden opgevoerd door het paar eindloze banden, waarbij de kaartuittrekmiddelen een kaart, document of papier uittrekken door één einde vast te houden op een positie van een kaartstapelbak, waar het uit de kaarttransportbaan wordt getrokken, wanneer de vrijloopdrukrol wordt aange-20 dreven om samen te werken met een corresponderende rol en voor het verder geleiden ervan in een richting onder een rechte hoek ten opzichte van de kaarttransportbaan, middelen voor het besturen van de kaartuittrekmiddelen, die selectief de kaartuittrekmiddelen besturen, om kaarten, documenten of 25 papieren uit de kaarttransportbaan te trekken op een sorteer-positie ervan.

2. Kaartsorteerinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de kaarttransportmiddelen de kaarten, documenten of papieren achtereenvolgens één voor één in de kaart- 30 transportbaan bewegen.

3. Kaartsorteerinrichting volgens conclusie l, met het kenmerk, dat kaartstapelbakken aangebracht zijn op de respectievelijke kaartsorteerposities, welke de kaarten, documenten of papieren die respectievelijk uit de kaarttrans- 35 portbaan zijn getrokken, opnemen. .8800879 . -8- «

4. Kaartsorteerinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat elke van de continu roterende rollen een zandlopervorm hebben en de drukrollen een tonvorm hebben.

5. Kaartsorteerinrichting volgens conclusie 1, met 05 het kenmerk, dat de besturingsmiddelen een sensor omvatten die een op het oppervlak van een kaart, document of papier aanwezige code leest en een besturingssignaal overeenkomstig een vooraf vastgesteld programma voor een uitgangssignaal uit de sensor uitzenden naar de kaartuittrekmiddelen, teneinde de 10 werking van de delen van de kaartuittrekmiddelen synchroon met de werking van de kaarttransportmiddelen regelen. , 880 0 m