NL8720754A - Pyramidevormig dobbelsteenscorebord en spel. - Google Patents

Description

V

V

894503/AA ^

'V

Pyramidevormig dcbbelsteensccrebord er. spel.

De uitvinding heeft als doel een nieuw scorebord re verschaffen die door een of meer spelers gebruikt kan worden voor het verschaffen van een ondubbelzinnige telling van het werpen van een paar kubische dobbelstenen met 6 kanten met 5 daarop de cijfers 1 tot en met 6.

Het spel heeft als doel dat een speler de dobbelstenen gooit en de waarde daarvan op het nieuwe scorebord bijhoudt totdat een herhaalde waarde geworpen wordt waarna de score van de speler opgeteld wordt en de dobbelstenen aan de 10 volgende speler gegeven worden.

De uitvinding wordt toegelicht aan de hand van de tekeningen. In de tekeningen tonen:

Figuur 1 een voorstelling van alle numerieke waarden die beschikbaar zijn op twee kanten van een paar kubische 15 dobbelstenen met elk de cijfers 1 tot en met 6 op de kanten ervan;

Figuur 2 een bovenaanzicht van het bord volgens de uitvinding dat een afscheiding van het nieuwe scorebord volgens de uitvinding uit alle mogelijke dobbelsteenwaarde-20 combinaties toont;

Figuur 3 de plaatsing van een merkstuk op het scorebord waarvoor de dobbelstenen een waarde 3 en 5 tonen;

Figuren 4A, 4B en 4C de richting van straten op het nieuwe scorebord volgens de uitvinding; ! i 25 Figuren 5A, 5B en 5C de score van straten op het nieuwe scorebord volgens de uitvinding;

Figuren 6A en 6B het gebruik van de straat met de hoogste waarde bij de telling;

Figuren 7A, 7B en 7C het gebruik van waarden van de 30 twee straten waarbij een merkstuk bijdraagt aan de completering van de twee kruisende straten; en

Figuur 8 de score met de hoogste waarde bij het bord volgens de uitvinding.

In de figuren 1 en 2 heeft een vlak rechthoekig spel-35 of scorebord 10 een gelijkbenig driehoekig raster, gevormd uit een eerste groep van 6 equidistant gescheiden parallelle 872.0754.

? horizontale lijnen 20 die een tweede groep snijden van 6 verticale schuine lijnen 30, die schuin naar rechts onder een hoek van 60° met de horizontale lijnen 20 lopen en die tevens een derde groep snijden van 6 verticaal schuine 5 lijnen 40, die schuin naar links lopen onder een hoek van 60° met de horizontale lijnen 20. Alle drie groepen kruisende lijnen vormen tezamen een 6x6 gelijkbenige driehoekige matrix. De horizontale lijnen 20 zijn genummerd van 1 tot en met 6 in toenemende volgorde en de verticale schuine lijnen 10 zijn genummerd van 1 tot en met 6 van links naar rechts, waarbij zij de onderste of basislijn 22 snijden. De getallen binnen de dik getekende cirkels op ieder kruispunt van de groepen lijnen 20, 30 en 40 stellen de waarde van elke 'afzonderlijke kruising voor. cirkel 62 bevat bijvoorbeeld de 15 cijfers 2 en 4, die corresponderen met het cijfer van de horizontale lijn "2" en de verticaal kruisende lijn "4". De dikke cirkels zijn niet nodig voor gebruik van het scorebord maar zijn slechts toegevoegd als gemak voor de nieuwe gebruiker. Na een korte gebruikstijd zal de gebruiker in 20 staat zijn de waarde van elke kruising zonder deze cirkels gemakkelijk te bereiken. De binnenste rij cijfers langs elke kant van het driehoekige scorebord wordt tijdens het spelen gebruikt en zal later toegelicht worden.

In figuur 2 is een 6x6 rechthoekige matrix getoond 25 van de combinaties die verkregen kunnen worden door het werpen van een paar kubische dobbelstenen met 6 kanten en een cijfer van 1 tot en met 6 op een kant. Er zal opgemerkt worden dat bepaalde combinaties zoals 1-2 en 2-1 tot dubbelzinnigheden kunnen leiden voor wat betreft welke door 30 de worp met een cijfer 1 aangegeven zou worden op de ene dobbelsteen en een cijfer 2 op de andere dobbelsteen. Er zal ook opgemerkt worden dat de groepen combinaties symmetrisch om de diagonaal van de vierkante matrix door de streepjeslijn 70 van dubbele cijfers lopen. Wanneer de vierkante 35 matrix over de lijn 70 gevouwen wordt, zal blijken dat alle meervoudige groepen, zoals 1-4 en 4-1 zullen samenvallen, waardoor het aantal mogelijke combinaties afneemt tot een totaal van 15 plus de 6 dubbele tot een totaal van 21 872.0754 ; t * t < combinaties met 6 combinaties langs één zijde. Dit vormt de afscheiding van het driehoekige spel- en scorebord volgens de uitvinding dat dient voor het verkleinen van de dubbelzinnigheden voor eliminatie van gelijke combinaties die uit 5 het werpen van een paar dobbelstenen volgen.

Tijdens gebruik van het spel- of scorebord volgens de uitvinding kunnen de volgende regels gevolgd worden, hoewel andere regels met gelijk succes gebruikt kunnen worden. De eerste speler, die 231 punten of meer scoort, wordt tot 10 winnaar uitgeroepen tenzij een tegenspeler in dezelfde beurt meer scoort. Elke speler heeft recht op hetzelfde aantal beurten als de winnaar.

Elke beurt bestaat eruit dat een speler de dobbelstenen werpt totdat hij een herhaalde combinatie werpt die reeds in 15. die beurt geworpen is. Er kunnen eenentwintig verschillende combinaties van de dobbelstenen geworpen worden. Het spel,

Master Dice, dient voor het bij elke worp rollen van een andere combinatie. Zodra een combinatie door een speler herhaald is, is de beurt van die speler over en worden zijn 20 punten geteld. Bij elke door een speler geworpen combinatie wordt een merkstuk voor die combinatie op het scorebord geplaatst. Voor het vaststellen van de positie van het merkstuk op het scorebord kan gekeken worden naar de cirkel-combinaties van figuur 1 of kan het cijfer van 1 tot en met 25 6 in de kolom links van de pyramide gebruikt worden dat correspondeert met het cijfer op de dobbelsteen met het laagste cijfer en dan het cijfer van 1 tot en met 6 in de rij aan de onderkant van de pyramide dat correspondeert met het cijfer op de dobbelsteen met het hoogste cijfer. Vervol-30 gens worden de lijnen naar het kruispunt gevolgd en wordt het merkstuk daar geplaatst, zie figuur 3. De speler gaat door met het werpen van de dobbelstenen en het plaatsen van merkstukken op het scorebord todat de speler een herhaalde combinatie werpt, dat wil zeggen in figuur 3 gooit de speler 35 een andere 3-5 combinatie, waarbij zijn beurt eindigt.

Aan het einde van de beurt van elke speler worden de punten op de volgende wijze geteld: elke op het scorebord geplaatst merkstuk van elke speler is 1 punt waard tenzij 87 2.0754 * 4 i\ * het zich in een straat bevindt, figuren 4A, 4B en 4C.

Straten kunnen in elke van drie richtingen lopen. De waarde van een straat wordt bepaald door de richting van de straat, figuren 4A, 4B, 4C, naar de buitenrand van de driehoek waar 5 de puntenwaarde getoond is, zie figuren 5A, 5B en 5C. Er zijn drie straten op het scorebord die elk corresponderen met een randcijfer 1 tot en met 6 langs de onderkant en linkerrand van de driehoek 11. Wanneer een merkstuk gebruikt wordt bij het maken van meer dan een van de drie mogelijke 10 straten per randgetal worden de punten van de straat met de hoogste waarde geteld, zie figuren 6A en 6B. Wanneer een puntmerkstuk bijdraagt aan de completering van twee kruisende straten, niet van hetzelfde getal, worden de punten geteld met de waarden van beide straten, zie figuren 7A, 7B 15 en 7C.

Er zijn drie straten mogelijk die slechts uit een puntmerkstuk bestaan. Zij bevinden zich in de hoeken van de driehoek. Wanneer het scorebord in een beurt gevuld wordt, dat wil zeggen alle 21 verschillende combinaties, zonder dat 20 een herhaling geworpen wordt, zal de score van de speler 231 punten zijn. Deze score wordt verkregen door het optellen van de puntenwaarde van^fioogste, dat wil zeggen 6, 5, 4, 3, 2, 1 straten.

8720754.

Claims (8)

1. Vlak spelbord met een driehoekig rooster, gekenmerkt door een eerste groep van 6 parallelle equidistant gescheiden horizontale lijnen die een tweede groep kruisen van 6 parallelle equidistant gescheiden verticale schuine lijnen, 5 die schuin naar rechts met de horizontale lijnen lopen, en die tevens een derde groep kruisen van 6 parallelle equidistant gescheiden verticale lijnen die schuin ten opzichte van de linkerlijnen en de 6 verticaal met de rechterlijnen lopende lijnen schuin naar links met de horizontale lijnen 10 lopen, waarbij de lijnen in elke groep een hoek met de lijnen van de andere groepen maken; een rij getallen van 1 tot en met 6 langs de onderzijde van het driehoekige raster, waarbij de getallen van links naar rechts jjeplaatst zijn om te corresponderen met de 15 kruising van/6 verticaal schuin naar links lopende lijnen en de 6 lijnen die verticaal schuin naar de rechterlijnen met de horizontale lijnen lopen; en een rij getallen van 1 tot en met 6 die langs de linkerrand van het driehoekige raster aangebracht zijn met 20 de getallen van onder naar boven geplaatst om te corresponderen met de kruising van de 6 horizontale lijnen met de 6 verticaal schuin naar links lopende lijnen en de 6 verticaal naar rechts lopende lijnen.

2. Spelbord volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het 25 raster een gelijkbenige driehoek is.

3. Spelbord volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de kruising van elk van de verticaal schuine lijnen met de horizontale lijn een numerieke index heeft die correspondeert met zowel de langs de onderkant als de aan de linker- 30 rand van de driehoek aangebrachte getallen.

4. Spelbord in hoofdzaak zoals hiervoor aan de hand van de bijgevoegde tekeningen toegelicht.

5. Werkwijze voor het spelen van een spel met een soort spelbord, een aantal speelstukken en een paar soort dobbel- 35 stenen, waarbij het spelbord een raster toont, dat bepaald wordt door een eerste genummerde groep van 6 parallelle 87 207 54.'' % i Cl1 horizontale lijnen die verticaal gescheiden zijn, 'een tweede genummerde groep van 6 parallelle verticaal schuine lijnen onder een hoek snijden, en een derde groep van 6 parallelle verticaal schuine lijnen die de eerste groep lijnen met een 5 aan de tweede groep lijnen complementaire hoek snijden, omvattende het tijdens een beurt door een speler werpen van de dobbelstenen en het plaatsen van een merkstuk op de kruising die het daarbij absoluut geworpen getal voorstelt en dat de speler voortgaat met het werpen van de dobbelste-10 nen en het plaatsen van merkstukken op het bord die voor elke andere absolute waarde van de dobbelstenen aangerekend worden totdat de speler een herhaalde combinatie werpt, op welk moment een stand opgemaakt wordt en de dobbelstenen aan de volgende speler gegeven worden.

6. Spel volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat het spelbord een raster van eenentwintig absolute getallen omvat.

7. Spel volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de speler probeert herhaling van absolute getallen te vermijden 20 of de dobbelstenen aan de volgende speler geeft.

8. Werkwijze voor het spelen van een spel met een spelbord-middel, een aantal spelmerkstukmiddelen en middelen die een paar dobbelsteenmiddelen omvatten, waarbij het spelbordmiddel een driehoekig rastermiddel heeft dat bepaald wordt door 25 een eerste groep van zesin hoofdzaak parallelle, horizontale, verticaal gescheiden lijnmiddelen die een tweede groep van zes in hoofdzaak parallelle verticaal gescheiden schuine lijnmiddelen, die schuin naar rechts met de horizontale lijnen lopen, kruisen en die tevens een derde groep van 30 zes in hoofdzaak parallelle verticaal gescheiden schuin naar links lopende lijnmiddelen en de zes verticaal gescheiden schuin naar rechts lopende lijnmiddelen, die schuin naar links met de horizontale lijnen lopen, kruisen, waarbij de lijnen in elke groep onder een hoek met de lijnen van de andere groepen 35 lopen, omvattende: het tijdens een beurt door een speler werpen van de doppelsteenmiddelen en het plaatsen van een merkstukmiddel op de kruismiddelen, die het absoluut geworpen getal voorstellen en de speler voortgaat met het werpen van de dobbelsteenmiddelen en het plaatsen van merkstukmiddelen 8720754 7 — 7 — op her bordrr.iddel die geteld worden "oor elke ar.dcre door cle öobbe 1 steenmidde 1 en -verkregen getalswaard·: totdat de speler een herhaalde combinatie werpt, op we-Ik moment een stand opgemaakt wordt en de getalgeneratiefunctie van de dobbelsteen-5 middelen aan de volgende speler overgedragen wordt. 87207543