NL8702805A - Inrichting voor het optisch onderzoeken van textielbanen. - Google Patents

Inrichting voor het optisch onderzoeken van textielbanen. Download PDF

Info

Publication number
NL8702805A
NL8702805A NL8702805A NL8702805A NL8702805A NL 8702805 A NL8702805 A NL 8702805A NL 8702805 A NL8702805 A NL 8702805A NL 8702805 A NL8702805 A NL 8702805A NL 8702805 A NL8702805 A NL 8702805A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
signal
cloth
fabric
processing circuit
signal processing
Prior art date
Application number
NL8702805A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Tno
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Tno filed Critical Tno
Priority to NL8702805A priority Critical patent/NL8702805A/nl
Priority to PCT/NL1988/000051 priority patent/WO1989004887A1/en
Publication of NL8702805A publication Critical patent/NL8702805A/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G01MEASURING; TESTING
    • G01NINVESTIGATING OR ANALYSING MATERIALS BY DETERMINING THEIR CHEMICAL OR PHYSICAL PROPERTIES
    • G01N33/00Investigating or analysing materials by specific methods not covered by groups G01N1/00 - G01N31/00
    • G01N33/36Textiles
    • G01N33/367Fabric or woven textiles
    • DTEXTILES; PAPER
    • D06TREATMENT OF TEXTILES OR THE LIKE; LAUNDERING; FLEXIBLE MATERIALS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • D06HMARKING, INSPECTING, SEAMING OR SEVERING TEXTILE MATERIALS
    • D06H3/00Inspecting textile materials
    • D06H3/08Inspecting textile materials by photo-electric or television means
    • GPHYSICS
    • G01MEASURING; TESTING
    • G01NINVESTIGATING OR ANALYSING MATERIALS BY DETERMINING THEIR CHEMICAL OR PHYSICAL PROPERTIES
    • G01N21/00Investigating or analysing materials by the use of optical means, i.e. using sub-millimetre waves, infrared, visible or ultraviolet light
    • G01N21/84Systems specially adapted for particular applications
    • G01N21/88Investigating the presence of flaws or contamination
    • G01N21/89Investigating the presence of flaws or contamination in moving material, e.g. running paper or textiles
    • G01N21/892Investigating the presence of flaws or contamination in moving material, e.g. running paper or textiles characterised by the flaw, defect or object feature examined
    • G01N21/898Irregularities in textured or patterned surfaces, e.g. textiles, wood
    • G01N21/8983Irregularities in textured or patterned surfaces, e.g. textiles, wood for testing textile webs, i.e. woven material

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Textile Engineering (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Analytical Chemistry (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Biochemistry (AREA)
  • General Health & Medical Sciences (AREA)
  • General Physics & Mathematics (AREA)
  • Immunology (AREA)
  • Pathology (AREA)
  • Medicinal Chemistry (AREA)
  • Food Science & Technology (AREA)
  • Wood Science & Technology (AREA)
  • Materials Engineering (AREA)
  • Treatment Of Fiber Materials (AREA)
  • Investigating Materials By The Use Of Optical Means Adapted For Particular Applications (AREA)

Description

H.0. 34629 *
Inrichting voor het optisch onderzoeken van textielbanen.
Bij het bewerken of behandelen van textielbanen, zoals geweven doek of gebreid doek, moet een te bewerken doekbaan snel kunnen worden her-5 kend bijvoorbeeld om de bewerking aan de bijzondere eisen van het doek aan te passen. Dit geldt bijvoorbeeld wanneer dergelijke doekbanen moeten worden gedroogd of geverfd of andere bewerkingen moeten ondergaan. Kenmerken die hierbij een rol spelen zijn bijvoorbeeld de aard van de binding, het aantal draden (bij weefsel) of steken (bij breisel) per 10 lengte-eenheid, de draaddikte, en dergelijke. Een dergelijke herkenning is dikwijls moeilijk vooral wanneer het doek in natte toestand aankomt en wannneer doekbanen van verschillende soort afwisselend en in snelle opeenvolging worden aangeboden, terwijl een snelle beslissing vereist is. Het aanpassen van de bewerkingen aan de doeksoort kan dikwijls tot 15 aanmerkelijke energiebesparingen leiden, bijvoorbeeld wanneer het gaat om het drogen van doek en de verschillende voorkomende doekbanen verschillende hoeveelheden water opnemen.
Er bestaat op het moment geen voldoend nauwkeurige en snelwerkende inrichting voor dit doel. De uitvinding beoogt derhalve een dergelijke 20 inrichting te verschaffen.
Dit wordt volgens de uitvinding bereikt doordat bovengenoemde inrichting voor het optisch onderzoeken van doekbanen voorzien is van een lichtbron om lichtstraling naar een te onderzoeken doekbaan te richten, een lichtopnemer om door het doek gereflecteerde lichtstraling op te ne-25 men en deze - in overeenstemming met de sterkte van de gereflecteerde lichtstraling - in een electrisch signaal met wisselende sterkte om te zetten, een signaalverwerkingsketen om op het doek betrokken en in het electrische signaal aanwezige periodiciteiten te onderzoeken.
De signalen, die in het algemeen met de van de verschillende punten 30 van het doek afkomstige straling overeenkomen, zijn sterk met ruis gemengd, onder meer als gevolg van de zeer onregelmatige verstrooing of reflectie tegen de doekdraden of -steken en zijn daardoor ongeschikt voor het rechtstreeks vaststellen van de periodiciteiten die met de aard van het doek samenhangen. De inrichting volgens de uitvinding is in 35 staat de voor de verschillende voorkomende doekbanen kenmerkende periodiciteiten uit deze signalen af te leiden. Hierdoor kan een vergelijking met standaardperiodiciteiten, die van voorbeelddoekbanen zijn afgeleid, worden uitgevoerd en kan een ondubbelzinnige herkenning worden verkregen. Voor dit onderzoek van de een bepaald doek kenmerkende periodici-40 teiten worden de elektrische signalen bij voorkeur in digitale vorm ge- .8702805 * 2 bracht om de verwerking te vereenvoudigen.
Bij een voordelige uitvoeringsvorm is de inrichting verder gekenmerkt door een geheugen om kenmerkende periodiciteiten in het frequentiespectrum van als voorbeeld dienende monsters van voorkomende doekba-5 nen op te slaan, waarbij de signaalverwerkingsketen het frequentiespectrum van het te onderzoeken electrische signaal kan vormen, een vergelijker om het frequentiespectrum van een te onderzoeken doek en het opgeslagen frequentiespectrum te vergelijken, en een beslissingsschakeling om de graad van overeenstemming tussen de vergeleken frequentiespectra 10 te bepalen ten behoeve van een identificatie van het te onderzoeken doek.
Verder is van belang dat bij de fabricage van textielbanen, zoals geweven of gebreid doek, bijvoorbeeld tricotage, steeds meer voorzieningen worden getroffen om spanningen in het doek zo klein mogelijk te hou-X5 den en krimp tegen te gaan. In dit fabricageproces zijn drogers een belangrijk onderdeel omdat door het drogen de spanning in het doek min of meer wórdt gefixeerd. Door bij de inloop in de droger, afhankelijk van het aantal draden of steken per lengte-eenheid, het doek te stuiken kan over de gehele lengte van de doekbaan een geringe en constante krimp 20 worden verkregen. Voor de sturing van deze moderne drogers voor doek is het daarom noodzakelijk het aantal draden (van weefsel) of steken (van breisel) per lengte-eenheid te meten. Als gevolg van de constructie van de droger moet deze meting bij de uitloop van de droger worden gedaan.
Bij weer een verdere uitvoeringsvorm volgens de uitvinding die 25 ingericht is voor het tellen van draden c.q. steken, heeft de inrichting daarom het kenmerk dat de signaalverwerkingsketen is uitgevoerd voor het tellen van draden c.q. steken in een voortbewegende doekbaan, waarbij het elektrische signaal van ruis en laagfrequente storingen wordt ontdaan, en waarbij een draad c.q. steek in het elektrische signaal wordt 30 weergegeven door een piek welke gekarakteriseerd is door een maximum en twee aangrenzende minima en de tussen dit maximum en de beide minima bestaande amplitudeverschillen.
De uitvinding zal aan de hand van enkele uitvoeringsvoorbeel-den nader worden toegelicht met verwijzing naar de tekeningen, waarin: 35 Figuren IA en 1B twee uitvoeringsvormen tonen van een sensor toege past bij de inrichting volgens de uitvinding;
Figuur 2 een blokschema van het signaalverwerkingsgedeelte van deze inrichting toont;
Figuren 3A, B en C voorbeelden van signalen in verschillende punten 40 van het blokschema van fig. 2 tonen; .8702805 * 3 *
Figuur 4 een voorbeeld geeft van een doekbaan, zoals breisel, waarvan de steken moeten geteld;
Figuur 5 een uitvoeringsvorm toont van het in de inrichting volgens de uitvinding toe te passen meetelement; 5 Figuur 6A tot 6C voorbeelden resp. geven van het van het meetele ment verkregen oorspronkelijke elektrische signaal, het na filtering van hoge frequenties en herschaling verkregen elektrische signaal, en het na filtering van de lage frequenties verkregen elektrische signaal; en
Figuur 7 een voorbeeld toont van een in het elektrische signaal op-10 tredende piek met bijbehorende amplitudeverschillen ten opzichte van aangrenzende minima.
In fig. IA en B zijn twee uitvoeringsvormen van signaalsensoren la resp. lb voor de inrichting volgens de uitvinding schematisch in doorsnede afgebeeld. De sensor la is daarbij bestemd voor metingen aan bewe-15 gend doek 2, terwijl de sensor lb zowel voor bewegend als stilstaand doek 2 geschikt is.
De sensor la volgens fig. IA omvat een stralingsbron 3a, bijvoorbeeld een lichtdiode, met een lens 4a voor het in een punt 5a op het doek 2 focusseren van de door de bron 3a uitgezonden straling, alsmede 20 een lens 6a voor het afbeelden van de stralingsvlek 5a op een stralings-opnemer 7a, bijvoorbeeld een fotodiode, die met een uitgangsleiding 8 is verbonden. Wanneer de doekbaan 2 beweegt, zal de in het punt 5a aankomende straling in het voorbijlopende punt van het doek 2 op verschillende wijzen worden gereflecteerd, zodat aan de leiding 8 een elektrisch 25 signaal kan worden afgegeven, waarvan de sterkte in overeenstemming met deze stralingswisselingen verandert.
De sensor lb van fig. 1B omvat een stralingsbron 3b in de vorm van een flitslamp , die stralingspulsen naar een strookvormig gedeelte 5b van een doekbaan 2 kan richten, alsmede een lens 6b, die deze strook 5b 30 op een samengestelde stralingsopnemer 7b kan afbeelden. Deze opnemer bestaat uit een aantal cellen, die elk de daarop invallende straling in een overeenkomstig deelsignaal kunnen omzetten, welke deelsignalen achter elkaar over de uitgangsleiding 8 kunnen worden afgevoerd. Deze opnemer 7b is daarbij in het bijzonder van de ladingopzamelsoort, waarbij 35 elke cel een met de invallende straling overeenkomende lading kan opzamelen, welke opnemer voorts als een ladingschuifregister is uitgevoerd, dat onder besturing van kloksignalen de ladingen van de verschillende cellen naar de aangrenzende cellen kan doorgeven, zodat de met de uit-gangsleiding 8 verbonden laatste cel achtereenvolgens de verschillende 40 ladingen naar deze leiding afvoert. Uiteraard kunnen ook andere opnemers .8702805 * 4 worden gebruikt, die op een overeenkomstige wijze kunnen werken.
Figuur 2 toont een blokschema van een verwerkingsketen voor de inrichting volgens de uitvinding. De uitgangsleiding 8 van een sensor 1 (la of lb volgens fig. IA resp. B) is met een analoog-digitaal omzetter 5 9 verbonden, die die de analoge uitgangssignalen van de sensor 1 in di gitale signalen omzet.
In het geval van de sensor la van fig. IA, die alleen met een bewegende baan 2 kan werken, wordt met behulp van een snelheidsmeter 10 de snelheid van de baan 2 gemeten, waarbij de snelheidsmeetsignalen over 10 een leiding 11 naar de omzetter 9 worden gezonden om de analoge signalen van de sensor la afhankelijk van de baansnelheid te bemonsteren voor het vormen van een digitale reeks, die dan onafhankelijk wordt van de snelheid van de baan 2.
In het geval van de sensor lb van fig. 1B wordt een analoge sig-15 naalreeks verkregen met een snelheid, die alleen van de uitvoersnelheid van de in het analoge schuifregister opgenomen ladingen afhangt, welke snelheid op een bepaalde waarde wordt vastgelegd.
De reeks van digitale signalen, die de omzetter 9 verlaat, wordt aan een normeertrap 12 toegevoerd, waarin alle signaalwaarden zodanig 20 worden herleid, dat een bepaalde vaste gemiddelde waarde wordt verkregen. Deze genormeerde signalen worden dan naar een autocorrelator 13 gevoerd, waarin een signaalwaarde wordt vergeleken met op bepaalde afstanden daarvan gelegen andere waarden, waardoor periodiciteiten in de sig-naalreeks kunnen worden vastgesteld, die ten opzichte van de niet-perio-25 dieke ruissignalen, die storend zijn voor de meting, kunnen worden onderscheiden
Uit de aldus versterkte periodieke bestanddelen van het signaal wordt vervolgens in een trap 14 de verdeling over de verschillende frequenties afgeleid, hetgeen tot een spectrum met een of meer duidelijke 30 pieken leidt, die met de verschillende voorkomende periodiciteiten overeenkomen.
In een geheugen 15 zijn de spectra van de voorkomende doeksoorten opgeslagen. Deze zijn bepaald aan de hand van een aantal voorbeeldmon-sters van dergelijke doeken, waaruit een gemiddelde spectrumverdeling is 35 afgeleid, die als kenmerkend voor de desbetreffende doeksoort kan worden beschouwd.
In een vergelijker 16 wordt het zojuist bepaalde spectrum vergeleken met de opgeslagen spectra, waarna in een beslissingstrap 17 wordt vastgesteld, welke van de voorbeeldspectra het meest met het onderzochte 40 spectrum overeenkomt. Deze beslissingstrap 17 is tenslotte met een weer- .8702805 5 geefmiddel 18 verbonden, dat bijvoorbeeld wordt gevormd door het scherm van een rekeninrichting. Op dat scherm kunnen de verschillende signaalvormen en uitkomsten van statistische bewerkingen, en in het bijzonder ook de genomen beslissing worden weergegeven.
5 Fig. 3 geeft een aantal signaalvormen weer. Bij A is een voorbeeld van een genormeerd signaal, en bij B dit signaal na autocorrelatie afge-beeld; C toont de spectrumverdeling van het signaal B, dat twee duidelijke pieken vertoont, die voor herkennning van het doek bruikbaar zijn. Het aantal pieken en de ligging daarvan hangt af van de doeksoort. Wan-10 neer de plaats van de pieken kan worden voorspeld, behoeven geen verge-lijkingsspectra in het geheugen 15 te worden opgenomen.
Het vergelijken met een opgeslagen spectrum kan op twee wijzen geschieden. De eerste wijze omvat het bepalen van de afstand tussen overeenkomstige pieken in het gemeten spectrum en in het voorbeeldspectrum. 15 Hierbij zal het spectrum met de kleinste afstanden als het overeenkomstige spectrum worden uitgekozen, tenzij de verschillen met de andere spectra te klein zijn, in welk geval de meting zal moeten worden herhaald. De andere wijze omvat het bepalen van de overdekkingsgraad (d.w.z. het van elkaar aftrekken van de desbetreffende spectra, m.a.w. 20 de resultaten van de statistische bewerkingen), waarbij ook de afmetingen van de pieken een rol kunnen spelen.
Bij gebruikmaking van een sensor lb volgens figuur 1B worden in het algemeen scherper bepaalde pieken verkregen, mits het aantal cellen van de opnemer voldoende groot is, en wel zodanig, dat binnen de kleinste 25 periodiciteit een voldoende groot aantal meetpunten is gelegen. De opnemer 7b is bij voorkeur evenwijdig aan een doekdraad gericht. Het is ook mogelijk twee onderling loodrechte opnemers 7b te gebruiken, waardoor een nog scherpere bepaling kan worden verkregen.
In figuur 4 is een voorbeeld gegeven van een stuk doekbaan, dat in 30 dit geval een breisel, zoals plattrico, omvat. Een dergelijke doekbaan is bijvoorbeeld op een rondbreimachine vervaardigd en heeft dan een platgeslagen buisvorm, die in spanningsloze toestand, als een baan van twee lagen tricot, door de droger wordt gevoerd. Door de buisvorm kan alleen de rechterzijde van het breisel worden waargenomen, zoals in fi-35 guur 1, aangezien deze zijde zowel aan de onderkant als aan de bovenkant naar buiten is gericht.
Uit figuur 4, linkerdeel van de afbeelding, volgt op welke wijze de lussen van het breisel zijn gevormd. In vertikale richting kan men twee gebieden onderscheiden, namelijk gebied A dat de vertikale aan het op-40 pervlak van het breisel gelegen strepen aangeeft, die worden gevormd . 8702805 Λ 6 door de rechterkant van de lussen die een aaneengesloten nagenoeg rechte lijn vormen. Het dieper gelegen gebied B geeft de linkerkant van de lussen weer die wat dieper in het breisel zijn gelegen en ook schuiner lopen. Uit figuur 4 blijkt dat gebied B het meest geschikt is om het aan-5 tal lussen of steken te tellen. In het gebied A liggen de steken in eikaars verlengde en is derhalve het meten van deze steken moeilijker.
Voor het tellen in het algemeen van de draden bij weefsel of de steken bij breisel wordt bij voorkeur weer een zogenaamde optical reflective sensor (ORS) gekozen zoals in figuur 1 aangeven. Met dit ele-10 ment kan het doek in de voortbewegingsrichting optisch worden afgetast. Het elektrische signaal is afhankelijk van de reflecterende eigenschappen van het doek (bijv. kleur) en de afstand tussen het doek en de sensor. Het door de sensor afgegeven signaal is analoog en kan met behulp van een analoog-digitaal (A-D) omzetter en een microcomputer in korte 15 tijdintervallen worden bemonsterd zodat een voor verder bewerking geschikt digitaal signaal wordt verkregen. Hierbij moet de bemonsterings-frequentie zijn afgestemd op de snelheid van de voortbewegende doekbaan om een signaal te krijgen waaruit het aantal draden of steken kan worden bepaald.
20 Daar de afstand van doek tot sensor zeer kritisch is wordt de. sen sor bij voorkeur tussen twee op een aan een beugel bevestigde gemeenschappelijke as gemonteerde rollers gemonteerd. Dit in figuur 5 aangegeven meetelement wordt tegen het over een wals voortbewogen doek aangedrukt waardoor de sensor met een vaste afstand tot het doek met eventu-25 ele bewegingen loodrecht op de as van de wals meebeweegt. In figuur 5 is verder aangegeven hoe op de as bij de rechterrol een tachometer is ingebouwd waarmee continu de snelheid wordt gemeten. Bij de linkerrol is een optocoupler ingebouwd waarmee een met de omwenteling van de rol samenwerkend pulssignaal wordt opgewekt.
30 De met behulp van de tachometer uitgevoerde meetmethode is geba seerd op het aantal aftastingen gedurende een tijdperiode waarin een bepaalde lengte van doekbaan passeert. De afstand die gedurende die periode wordt afgelegd wordt enkele milliseconden voor elke meting berekend uit de met de tachometer gemeten snelheid. Hierbij is het essentieel dat 35 de snelheid voor en tijdens de meting constant blijft daar anders de tijd geen maat is voor de hoeveelheid doek die gedurende de meting passeert. Gedurende de vastgestelde meettijd wordt het doek afgetast met behulp van de sensor. Door uit het door de sensor afgegeven elektrische signaal het aantal periodiciteiten af te leiden en deze te relateren aan 40 de opgemeten lengte kan het aantal draden of steken per lengte-eenheid . 87 02805
V
7 i worden bepaald.
Bij de tweede meetmethode wordt de optocoupler toegepast die telkens per lengte-interval een pulssignaal afgeeft, bijv. om de 10 cm, 20 cm of 40 cm (instelbaar). Door tussen twee pulssignalen het doek op te 5 meten met de sensor wordt snelheidsonafhankelijk een vaste lengte van de doekbaan onderzocht. De verwerking van het signaal is verder gelijk aan de meting met behulp van de tachometer.
In figuur 6A is een oorspronkelijk signaal van de sensor aangegeven dat nog niet bewerkt is. Het signaal heeft een variatie die minimaal is 10 en te klein is om op deze manier verder weer te geven. Daarom wordt het signaal vervolgens als volgt bewerkt:
De hoge frequenties (ruis) worden uitgefilterdj de achtergrond wordt afgetrokkenj en het resultaat wordt vergroot zoals weergegeven in figuur 6B. Vervolgens wordt het signaal van laagfrequente storingen ont-15 daan zoals aangegeven in figuur 6C. In dit signaal zou in het ideale geval elke piek overeenkomen met een draad of steek in het doek, welke piek dan wordt gekarakteriseerd door een maximum en twee daaraan grenzende minima.
In het navolgende worden onder steken (bij breisel) ook draden (bij 20 weefsel) begrepen.
Figuur 7 geeft een voorbeeld van een dergelijke piek, waarin de am-plitudeverschillen tussen het maximum en de aangrenzende minima respectievelijk door t yj en h y2 en de afstanden tussen de minima en het maximum respectievelijk door A xj en h X2 zijn weergegeven.
25 De genoemde amplitudeverschillen, d.w.z. ty, verschillen nogal van piek tot piek zoals uit figuur 6C volgt. In het gebied A van figuur 4 zullen de amplitudeverschillen kleiner zijn dan in gebied B.
Bij de bepaling van het aantal steken moet eerst worden overwogen welke pieken als steken kunnen worden gewaardeerd. D.w.z. dat de betreffende 30 amplitudeverschillen in de beschouwing moeten worden meegenomen. Hierbij kunnen alle pieken als steken worden beschouwd ongeacht hun hoogte of slechts die pieken met een amplitude boven een bepaald minimum en onder een bepaald maximum, waarbij het aantal steken per centimeter met behulp van de bijbehorende 4 x's wordt bepaald. Bij de eerste mogelijkheid 35 wordt meestal een te hoog aantal steken verkregen daar dan pieken worden meegerekend die niet het resultaat zijn van steken. Bij de tweede mogelijkheid wordt een betere bepaling verkregen als gevolg van het feit dat we zeker zijn van welke pieken overeenkomen met steken. Dat zal veelal gelden voo die pieken die niet te klein zijn (dat zou ruis kunnen zijn) 40 en die vaak voorkomen (onder de aanname dat we hoofdzakelijk steken .8702805 » 8 waarnemen).
Van het in figuur 5C aangegeven en bewerkte signaal zijn de ampli-tudeverschillen (4 y) ingedeeld in acht klassen en gegeven is hoeveel amplitudeverschillen binnen een dergelijke klasse vallen conform volgen-5 de tabel:
Klasse Bereik Aantal 1 0-32 8 2 32- 64 14 10 3 64- 96 33 4 96-128 42 5 128-160 55 6 160-192 35 7 192-224 21 15 8 224-256 4
Het blijkt dat de meting als ruw controlemiddel geschikt is bij de verwerking van voortbewegend doek. Het is aan te bevelen het eindresultaat op meerdere metingen van niet te korte doekbanen te baseren.
20 Een probleem kan de temperatuur van het doek bij het verlaten van de droger zijn aangezien het meetelement in korte tijd de temperatuur aanneemt van het doek. Deze temperatuur van het doek mag niet te hoog zijn, in elk geval niet hoger dan 40°C. Ter verdere controle kan in het meetelement een temperatuuropnemer zijn ingebouwd zodat bij een 25 eventueel te hoge temperatuur kan worden gewaarschuwd. Ook kan het meetelement voorzien zijn van een koelstelsel.
Het spreekt vanzelf dat de uitvinding niet tot de weergegeven uitvoeringsvorm beperkt is maar dat wijzigingen en modificaties binnen het kader van de uitvinding kunnen worden aangebracht. Zo kan het meet-30 element tegen destructieve invloeden, zoals water en vuil worden beschermd enerzijds door een betere afscherming van de opstelling en anderzijds door een robuustere uitvoering van het meetelement zelf. Zo kan bijv. met perslucht het lensstelsel van de sensor vrij worden gehouden van stofdeeltjes. Tevens zou het kunnen dienen als koeling.
35 De bovenbeschreven inrichting kan met voordeel worden gebruikt om bij de bewerking van het doek een automatische aanpassing van deze bewerking aan de kwaliteit van het optisch onderzochte doek te realiseren. Dit kan bijv. gebeuren met behulp van een intelligent programma waarmede elk nieuw doek zijn eigen parameters optimaliseert. De detectie van een 40 verandering van het aantal draden of steken kan geschieden door de pas • 8702805 9 verkregen resultaten te vergelijken met eerder verkregen resultaten. Een bepaalde afwijking kan dan tot een verdere optimalisatie van de parameters leiden. Zo kan bij de bepaling van het aantal draden of steken per lengte-eenheid bij de uitloop van de droger vastgesteld worden op welke 5 manier de inloop bijgeregeld moet worden.
. 8702805

Claims (7)

1. Inrichting voor het optisch onderzoeken van textielbanen, zoals geweven of gebreid doek, voorzien van een lichtbron om lichtstraling 5 naar een te onderzoeken doekbaan te richten, een lichtopnemer om door het weefsel gereflecteerde lichtstraling op te nemen en deze - in overeenstemming met de sterkte van de gereflecteerde lichtstraling - in een elektrisch signaal met wisselende sterkte om te zetten, een signaalver-werkingsketen om op het doek betrokken en in het elektrische signaal 10 aanwezige periodiciteiten te onderzoeken.
2. Inrichting volgens conclusie 1, gekenmerkt door een geheugen om kenmerkende periodiciteiten in het frequentiespectrum van als voorbeeld dienende monsters van voorkomende doekbanen op te slaan, waarbij de sig-naalverwerkingsketen het frequentiespectrum van het te onderzoeken elek- 15 trische signaal kan vormen, een vergelijker om het frequentiespectrum van een te onderzoeken doek en het opgeslagen frequentiespectrum te vergelijken, en een beslissingsschakeling om de graad van overeenstemming tussen de vergeleken frequentiespectra te bepalen ten behoeve van een identificatie van het te onderzoeken doek.
3. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de signaal- verwerkingsketen is uitgevoerd voor het tellen van draden c.q. steken in een voortbewegende doekbaan, waarbij het genoemde elektrische signaal van ruis en laagfrequentie storingen wordt ontdaan, en waarbij een draad c.q. steek in het doek in het elektrische signaal wordt weergegeven door 25 een piek, welke gekarakteriseerd wordt door een maximum en twee aangrenzende minima en de tussen dit maximum en de beide minima bestaande amp-litudeverschillen.
4. Inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de signaal-verwerkingsketen is uitgevoerd om ten behoeve van de genoemde telling 30 die pieken als draden c.q. steken te waarderen, waarvan de genoemde am-plitudeverschillen boven een bepaalde ondergrens en onder een bepaalde bovengrens liggen.
5. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat lichtbron en lichtopnemer tot een enkele sensor zijn samengevoegd, die tussen 35 twee, op een aan een beugel bevestigde, gemeenschappelijke as gemonteerde rollers is gemonteerd, waarbij de rollers tegen de over een wals voortbewegende doekbaan worden aangedrukt.
6. Inrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat aan een zijde van de gemeenschappelijke as een tachometer is gekoppeld om conti- 40 nu een met de momentane snelheid van de rollers evenredig snelheids - .8702805 *r signaal af te geven aan de signaalverwerkingsketen.
7. Inrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat in één der rollers een optocoupler is ingebouwd, waarmee na bepaalde afgelegde lengte-intervallen, samenhangend met de omtrek van de rol, een pulssig-5 naai wordt opgewekt dat aan de signaalverwerkingsketen wordt afgegeven. ***** .8702805
NL8702805A 1987-11-23 1987-11-23 Inrichting voor het optisch onderzoeken van textielbanen. NL8702805A (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8702805A NL8702805A (nl) 1987-11-23 1987-11-23 Inrichting voor het optisch onderzoeken van textielbanen.
PCT/NL1988/000051 WO1989004887A1 (en) 1987-11-23 1988-11-22 Device for the optical determination of periodicities in textile bands or webs

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8702805A NL8702805A (nl) 1987-11-23 1987-11-23 Inrichting voor het optisch onderzoeken van textielbanen.
NL8702805 1987-11-23

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8702805A true NL8702805A (nl) 1989-06-16

Family

ID=19850963

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8702805A NL8702805A (nl) 1987-11-23 1987-11-23 Inrichting voor het optisch onderzoeken van textielbanen.

Country Status (2)

Country Link
NL (1) NL8702805A (nl)
WO (1) WO1989004887A1 (nl)

Families Citing this family (13)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB9008632D0 (en) * 1990-04-17 1990-06-13 Leicester Polytechnic Inspecting garments
GB9024936D0 (en) * 1990-11-16 1991-01-02 Leicester Polytechnic Methods and apparatus for fabric inspection
EP0505760B1 (de) * 1991-03-27 1997-08-27 Mahlo GmbH & Co. KG Verfahren und Vorrichtung zur Feststellung eines Verzugswinkels in einem textilen Material
DE4408722A1 (de) * 1994-03-15 1995-09-21 Haver & Boecker Gewebemeßgerät
DE19535259A1 (de) * 1995-09-22 1997-03-27 Taurus Daten & Mestechnik Gmbh Optische Abtastvorrichtung zur Vermessung von Oberflächenstrukturen
DE19920364A1 (de) * 1999-05-04 2000-11-16 Fraunhofer Ges Forschung Verfahren zur Erkennung von Farbmustern auf Oberflächen
AU2003901632A0 (en) * 2003-04-03 2003-05-01 Commonwealth Scientific And Industrial Research Organisation Apparatus for measuring uniformity of a laminar material
US8832966B2 (en) 2009-02-19 2014-09-16 Whirpool Corporation Laundry treating appliance with fluffing-state detection
US8528230B2 (en) 2009-02-19 2013-09-10 Whirlpool Corporation Laundry treating appliance with bulky item detection
US9745688B2 (en) 2009-02-19 2017-08-29 Whirlpool Corporation Laundry treating appliance with load surface area detection
US8528229B2 (en) 2009-02-19 2013-09-10 Whirlpool Corporation Laundry treating appliance with imaging control
US8522452B2 (en) 2009-02-19 2013-09-03 Whirlpool Corporation Laundry treating appliance with state of dryness based imaging control
US8528228B2 (en) 2009-02-19 2013-09-10 Whirlpool Corporation Laundry treating appliance with drying rack detection based on imaging data

Family Cites Families (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE1067401B (de) * 1957-04-02 1959-10-22 Albert Leimer, Augsburg Vorrichtung zum Geraderichten von verzogenen Schußfäden in laufenden Gewebebahnen
CH366685A (de) * 1958-09-17 1963-01-15 Soehne Krantz H Vorrichtung zur laufenden Messung der Schussfaden- oder Maschenzahl an bewegten Stoffbahnen
NL6600413A (nl) * 1965-01-18 1966-08-25
GB2068113B (en) * 1980-01-08 1984-02-15 Spencer Wright Ind Inc Detection of faults in fabrics
US4490618A (en) * 1982-04-12 1984-12-25 Canadian Patents & Development Limited Optical system for analyzing the surface of a fibrous web
DE3416883A1 (de) * 1984-05-08 1985-11-14 Robert Prof. Dr.-Ing. 7760 Radolfzell Massen Verfahren und anordnung zur kontinuierlichen beruehrungslosen messung der 2-dimensionalen schrumpfung von strickwaren
BE1000294A3 (nl) * 1987-02-05 1988-10-11 Wetenschappelijk En Tech Ct Va Werkwijze voor het meten van de garendichtheid van een weefsel of de steekdichtheid van een breisel en inrichting voor het uitvoeren van deze werkwijze.

Also Published As

Publication number Publication date
WO1989004887A1 (en) 1989-06-01

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8702805A (nl) Inrichting voor het optisch onderzoeken van textielbanen.
US4887155A (en) Method and arrangement for measuring and/or monitoring properties of yarns or ropes
US5333208A (en) Method and arrangement for optical control of the needles of knitting machines
US7369253B2 (en) Systems and methods for measuring sample surface flatness of continuously moving samples
CA1071732A (en) Method for automatic fabric inspection
US5068799A (en) System and method for detecting flaws in continuous web materials
US11459206B2 (en) Method, system and sensor for detecting a characteristic of a textile or metal thread fed to an operating machine
CN101103246B (zh) 自动判别系统
CN104374781B (zh) 用于监视纺织机上移动纱线的参数的cmos光学检测器
US4586372A (en) Method and arrangement for the continuous contactless measurement of the shrinkage of textiles
US5030841A (en) Process and device for measuring the twist of a running, elongate test body
US4118127A (en) Method of detecting faults in moving webs of materials
US4953265A (en) Device for detecting neps in carded, textile fiber material
US5825501A (en) Structure and yarn sensor for fabric
JP3611140B2 (ja) 糸の測定装置
US4255050A (en) Apparatus for measuring the position of weft threads in a moving fabric web
JP2000027067A (ja) ストランド形状の繊維製品の無接触測定方法およびこの方法を実施するための装置
US6633383B1 (en) Method and apparatus for the automated inspection of yarn packages
WO2011026249A1 (de) Vorrichtung und verfahren zur optischen abtastung eines bewegten textilmaterials
US20040212803A1 (en) Measuring device for movements on a weaving machine
JPS63171361A (ja) 繊維材料の分析方法および装置
DE19943079A1 (de) Vorrichtung an einer Karde oder Krempel, bei der ein Faserflor aus Textilfasern, z.B. Baumwolle, Chemiefasern u.dgl., gebildet ist
KR19980032767A (ko) 직포의 검반장치
US5521395A (en) Method and apparatus for determining the structure of yarns in the region of their surface
US6936836B2 (en) Method and apparatus for examining fiber material traveling in a fiber processing machine

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed