NL8700930A - Systeem van orthogonaal werkende codegeneratoren, radio's voorzien van een codegenerator en codegeneratoren van zo'n systeem. - Google Patents

Systeem van orthogonaal werkende codegeneratoren, radio's voorzien van een codegenerator en codegeneratoren van zo'n systeem. Download PDF

Info

Publication number
NL8700930A
NL8700930A NL8700930A NL8700930A NL8700930A NL 8700930 A NL8700930 A NL 8700930A NL 8700930 A NL8700930 A NL 8700930A NL 8700930 A NL8700930 A NL 8700930A NL 8700930 A NL8700930 A NL 8700930A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
generators
code
subcode
generator
orthogonally
Prior art date
Application number
NL8700930A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Hollandse Signaalapparaten Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Hollandse Signaalapparaten Bv filed Critical Hollandse Signaalapparaten Bv
Priority to NL8700930A priority Critical patent/NL8700930A/nl
Priority to AU14095/88A priority patent/AU598357B2/en
Priority to DE8888200652T priority patent/DE3878008T2/de
Priority to ES198888200652T priority patent/ES2037811T3/es
Priority to AT88200652T priority patent/ATE85483T1/de
Priority to EP88200652A priority patent/EP0287154B1/en
Priority to CA000563776A priority patent/CA1315402C/en
Priority to US07/181,879 priority patent/US4872200A/en
Priority to JP63092681A priority patent/JPS63283331A/ja
Publication of NL8700930A publication Critical patent/NL8700930A/nl
Priority to GR930400506T priority patent/GR3007283T3/el

Links

Classifications

    • HELECTRICITY
    • H04ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
    • H04BTRANSMISSION
    • H04B1/00Details of transmission systems, not covered by a single one of groups H04B3/00 - H04B13/00; Details of transmission systems not characterised by the medium used for transmission
    • H04B1/69Spread spectrum techniques
    • H04B1/713Spread spectrum techniques using frequency hopping
    • H04B1/7143Arrangements for generation of hop patterns
    • HELECTRICITY
    • H04ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
    • H04JMULTIPLEX COMMUNICATION
    • H04J13/00Code division multiplex systems
    • H04J13/10Code generation
    • HELECTRICITY
    • H04ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
    • H04JMULTIPLEX COMMUNICATION
    • H04J13/00Code division multiplex systems
    • H04J13/16Code allocation
    • H04J13/18Allocation of orthogonal codes

Description

Systeem van orthoeonaal werkende codegeneratoren, radio's voorzien van een codegenerator en codegeneratoren van zo'n systeem.
De uitvinding heeft betrekking op een systeem van orthogonaal wer-5 kende codegeneratoren waarbij een eerste codegenerator uit een lopende tellerstand een codereeks genereert welke ongelijk is aan de codereeks welke door een tweede, met eenzelfde tellerstand gestuurde codegenerator wordt gegenereerd.
10 De uitvinding heeft eveneens betrekking op een codegenerator geschikt voor gebruik in een systeem als hierboven omschreven en op een radio voorzien van een codegenerator, waarbij de uitgangssignalen van de codegenerator een geheugen worden toegevoerd voor het adresseren van geheugenplaatsen waarbij een geheugenplaats een fre-15 quentie representerende waarde omvat die een zender- en ontvanger-eenheid wordt toegevoerd voor het op laatstgenoemde frequentiewaar-de afstemmen van deze eenheid.
Een dergelijk systeem is bekend uit EP-A 0 189 695. Het betreft in 20 het bijzonder een systeem voor radiocommunicatie. Hierbij wordt door een radio een reeks van frequenties gegenereerd waarop de radio uitzendt of ontvangt. Een radio is hiertoe voorzien van een pseudo-random generator waarvan de lopende tellerstand aan een, eveneens tot de radio behorende codegenerator wordt toegevoerd. Hierbij wordt 25 van de veronderstelling uitgegaan dat de radio's zijn voorzien van onderling gesynchroniseerde tellerstandgeneratoren. Voor het synchroniseren van tellerstandgeneratoren (ook wel tijd-van-dag tellers genoemd) wordt verwezen naar de europese octrooiaanvrage 87200384.3. Een codegenerator genereert uit de lopende tellerstand 30 een codereeks van codes. Een code bepaalt op welke frequentie een radio uitzendt of ontvangt. Hiertoe is het mogelijk dat een dergelijke code een conversietabel (geheugen) adresseert waardoor de t; 2 code wordt geconverteerd naar een frequentie. Een dergelijke conversietabel zal derhalve vaak een één op één afbeelding zijn. Indien van een aantal radio's de codereeksen gelijk en synchroon zijn, houdt dit in dat communicatie tussen deze radio's mogelijk 5 is. Een verzameling van dergelijke radio's wordt wel een net genoemd. Vaak is het wenselijk dat er meer netten (codegeneratoren) van radio's aanwezig zijn die onderling verschillende codereeksen genereren zodat communicatie tussen netten niet mogelijk is.
Uit EP-A 0 189 695 is een dergelijk systeem bekend. Indien boven-10 dien gewenst wordt dat dergelijke netten elkaar niet kunnen storen moet gelden dat de codereeksen op geen enkel moment eenzelfde code genereren. De netten genereren dan onderling zogenaamde orthogonale codereeksen. Hierbij is het voor communicatie belangrijk dat, indien de codereeks van een eerste net bekend is, de codereeksen van andere 15 netten nog zoveel mogelijk onbekend zijn, teneinde de gevolgen van jamming zoveel mogelijk te beperken. Dit houdt in dat de orthogonale codereeksen onderling zo weinig mogelijk gecorreleerd moeten zijn terwijl er voldoende correlatie in het gehele systeem van netten aanwezig moet zijn om te garanderen dat alle netten onderling ortho-20 gonale codereeksen genereren.
Indien in deze beschrijving wordt gesproken van een codegenerator is dit in geval van radiocommunicatie equivalent met een net van radio's (codegeneratoren) welke synchroon eenzelfde codereeks 25 genereren. Alle radio's van eenzelfde net zijn voorzien van codegeneratoren die eenzelfde code genereren. Twee orthogonaal werkende codegeneratoren zijn derhalve equivalent met twee orthogonaal werkende netten van codegeneratoren.
30 De genoemde aanvrage EP-A 0 189 695 heeft als nadeel dat niet alle netten orthogonale codereeksen genereren.
* «e 3
De uitvinding kent dit nadeel niet en wordt hierdoor gekenmerkt dat een codegenerator is opgebouwd uit een aantal onderscheidelijk gerangschikte en met de tellerstand gestuurde subcodegeneratoren welke ieder een subcode genereren die tesamen de code representeren, 5 waarbij tenminste één subcodegenerator van de eerste codegenerator een subcode genereert welke ongelijk is aan de subcode van de overeenkomstig gerangschikte subcodegenerator van de tweede codegenerator .
10 Een systeem overeenkomstig de uitvinding heeft bovendien als voordeel dat op eenvoudige wijze een zeer complex systeem van orthogo-naal werkende codegeneratoren (orthogonale netten van radio's) kan worden gerealiseerd. Compromittatie van een eerste codegenerator heeft minimale gevolgen voor wat betreft mede-compromittatie van 15 andere codegeneratoren (andere netten van radio's). Bovendien kan een bestaand systeem op eenvoudige wijze worden uitgebreid of gereorganiseerd, zonder dat afbreuk wordt gedaan aan de orthogonale werking van de codegeneratoren.
20 Een bijzondere uitvoeringsvorm van een systeem van orthogonaal werkende codegeneratoren wordt gekenmerkt doordat een codegenerator is opgebouwd uit n subcodegeneratoren i (i — 1, 2, ..., n) waarbij een subcodegenerator i achtereenvolgens subcodes representerende getallen g. genereert waarbij g^ < N^-l en een vast gekozen waarde 25 voorstelt, waarbij een subcodegenerator is opgebouwd uit een pseudo-random generator en een opteleenheid, de pseudo-random generator, onder besturing van een sleutel uit de lopende tellerstand een pseudo-random reeks van getallen genereert welke de opteleenheid worden toegevoerd en de opteleenheid een getal A-, 30 modulo-N^ bij voorlaatst genoemde getallen optelt ter verkrijging van de getallen g..
1 - v . „ ..
4 f*
Indien een codegenerator overeenkomstig de uitvinding wordt toegepast in een in frequentie hoppende radio waarbij de codegenerator de genoemde geheugentabel (conversietabel) adresseert voor bet verkrijgen van de te gebruiken frequentie, kan de radio overeenkomstig de 5 uitvinding bijzonder voordelig worden uitgevoerd ten aanzien van storingen welke optreden in cosite situaties. Indien ortbogonaal werkende radio's geografisch gezien dicht bij elkaar komen, kunnen zij elkaar storen indien zij frequenties gebruiken die weliswaar verschillend zijn, maar dicht bij elkaar liggen. In combinatie met 10 de codegenerator kan het geheugen dusdanig worden ingericht dat bijzonder weinig radio's elkaar kunnen storen. Overeenkomstig de uitvinding wordt hiertoe het geheugen opgebouwd uit x ^ x ...
. . x Nn - Q geheugenplaatsen welke respectievelijk de frequentie-waarden 15 i i ^ 2 2 2 Ni Ni f f f f f f f f 1 ’ 2.....rQ/N1’ 1 ’ 2 ’ ···’ Q/N ’ ···’ rl ’ r2 .....
N1 f,-f, . £. -f, fQ/N1 omvatten, met f^ + (j 1) < < f 1 + ^ en i - 1. 2, .... Q/N1( j - 1, 2, ..., N-.
20
Een bijzonder voordelige uitvoeringsvorm volgens de uitvinding bestaat hieruit dat het geheugen is opgebouwd uit x N2 x ...
... x Nn = Q geheugenplaatsen welke respectievelijk de frequentie- waarden 25 30 5 f 1 f 1 ,1-2.2 ,2 Q/klk2 1, 2 ’··’ rk2’ E1 * Z2 **·’ k2’ ----- 1 ,QAlk2 r2 £k 5 ^ f 1 f 1 f 1 * 2 f 2 -2 Q/kik2 l+k2’ 2+k2’··’ r2k2’ rl+k2’ r2+k2’'*’ E2k2’ ·*··* ri+k2 ' QA1k2 Q/k1k2 £2+k2 ’ £2k2 10 f1 f 1 f 1 f 2 k 2 k 2 Q/kik2 l+2k2' 2+2k2’‘‘’ r3k2’ rl+2k2' r2+2k2’··’ 3k2...... l+2k2 * fQ/k lk2 QAik2 2+2k2 '*·’ £3k2 is : f 1 f 1 f1 f 2 k 2 1+(^-1)^· 2+(kx-l)k2’ * ’' \k2’ n+d^-Dkg' I2+(k1“l)k2’'' ’ 2 QAA« QAAo QAAo \*2...... £1+(^-1)^’ f2+(k1~l)k2* £^2 20 omvatten met Jf^ - f^| > A.f^ (j - 1, 2, .... Q/kjk^; l,i' - 1, 2.....kjkg Ai^i'; Δ > 0; k^ e N+) en f.J * £ $'
Indien i * i of j ** j.
25
Een radio blijkt nu op grond van theoretische gronden dusdanig te zijn ingericht dat een maximaal aantal radio's storingsvrij in een cosite-situatie kunnen werken.
30 f ».· 6
De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van de volgende figuren, waarin fig. 1 een eenvoudige uitvoeringsvorm van een codegenerator overeenkomstig de uitvinding weergeeft; 5 fig. 2 een boomdiagram weergeeft welke de verdeling van sleutel- en optelgetallen geeft voor een systeem van codegeneratoren van fig. 1; fig. 3 een boomdiagram weergeeft voor een mogelijke sleutel en optelgetallenverdeling van een systeem van 48 orthogonaal werken- 10 de codegeneratoren.
fig. 4 een codegenerator weergeeft behorende bij het systeem van fig. 3; fig. 5 het weglaten van een niveau in het boomdiagram van fig. 3 weergeeft.
15 fig. 6 het tussenvoegen van een niveau in het boomdiagram van fig. 3 weergeeft; fig. 7 het reconfigureren van een niveau in het boomdiagram van fig. 3 weergeeft; fig. 8 het fixeren van een niveau in het boomdiagram van 20 fig· 3 weergeeft; fig. 9 het uitbreiden van subcodegeneratoren van enige codegeneratoren van een systeem overeenkomstig fig. 3 weergeeft.
Fig. 10 een radio voorzien van een subcodegenerator weergeeft; 25 fig. 11 mogelijke verdelingen van clusters van radio's over een frequentieinterval weergeeft; fig. 12 een boomdiagram overeenkomstig de uitvinding weergeeft voor het verkrijgen van een optimale cosite-situatie.
30 7 *
In fig. I is met verwijzingscijfer 1 een zeer eenvoudige uitvoeringsvorm van een codegenerator, welke deel uitmaakt van een systeem van orthogonaal werkende codegeneratoren, overeenkomstig de uitvinding weergegeven. De codegenerator is voorzien van een 32 bits 5 tellerstandgenerator 2, die een 32 bits lopende tellerstand genereert. De codegenerator is verder voorzien van drie subcodegene- de retoren 3.i (i-1, 2 of 3). Een i subcodegenerator 3.i genereert uit de lopende tellerstand een q-tallig getal van a^ cijferplaatsen.
In dit voorbeeld wordt zonder enige beperking aangenomen dat 10 q - a,. - 2. Iedere subcodegenerator genereert derhalve een 2 bits subcode(getal) g. (i—1, 2 of 3). Het bereik van een subcodegenerator is derhalve [0, N^-l] met N-—4. De drie subcodes g^ vormen tesa-men een 6 bits code, zoals in fig. 1 is aangegeven. Een subcodegenerator 3.i is opgebouwd uit vercijfereenheid 4.i (i=l, 2, 3) en een 15 modulo-4 optelopteleenheid 5.1. De vercijfereenheid 4.i genereert onder invloed van een verwisselbare sleutel 6.i (i—1, 2, 3) een pseudo-random 2-bits getal L^. Dit 2-bits getal L- wordt de optel-eenheid 5.i toegevoerd. De opteleenheid 5.i wordt eveneens een 2-bits getal A^ (i-1, 2, 3) toegevoerd. De opteleenheid 5.i telt 20 het 2-bitsgetal A- modulo-4 bij het getal Lj_ op voor het verkrijgen van de subcode g...
In een systeem van orthogonaal werkende codegeneratoren als hier- 3 „ _ Σ a 2 5 p—1 P 6 hierboven omschreven kunnen maximaal 2V - 2 - 64 orthogonaal werkende codegeneratoren worden opgenomen omdat er niet meer dan 64 verschillende codes kunnen worden gegenereerd. Hiertoe behoren de 64 codegeneratoren te zijn voorzien van een sleutel- en optelgetallen A^ distributie over eenkomstig de uitvinding. Een mogelijke distributie van sleutels en optelgetallen kan als volgt plaatsvinden: v 8
Alle subcodegeneratoren 3.1 van de 64 codegeneratoren (64 netten) hebben eenzelfde sleutel S^. (Men zegt ook wel dat deze subcodegeneratoren van dezelfde soort zijn.) Er is een eerste cluster van 16 codegeneratoren welke het optelgetal A-^ ^ heeft. Er is een tweede 5 cluster van 16 codegeneratoren welke een van A-^ ^ verschillend optelgetal A^ 2 heeft. Evenzo is er een derde en een vierde cluster van 16 codegeneratoren met optelgetallen A·^ g respectievelijk A-^ Omdat ^ ^ ^ m (k, m * 1,2,3,4 Λ k H i) geldt dat de vier clusters onderling verschillende codes genereren (de getallen g^ 10 zijn immers ongelijk).
In fig. 2 is met behulp van een boomdiagram aangegeven hoe 64 (netten van) codegeneratoren R verdeeld worden over vier clusters.
Op niveau 1 van het boomdiagram zijn de vier clusters met de bijbe-15 horende optelgetallen van de eerste subcodegenerator aangegeven. Hieruit blijkt duidelijk dat de eerste subcodegeneratoren de vierdeling (orthogonaliseren)op het eerste niveau van het boomdiagram bewerkstelligen. Tevens is de gemeenschappelijke sleutel S·^ van de eerste subcodegenerator boven het eerste niveau aangegeven. De 20 eerste index van een sleutel of optelgetal correspondeert met index 1 van de subcodegenerator 3.i en het niveau i waarop de betreffende sleutel of het betreffende optelgetal betrekking heeft (hier i « 1, 2 of 3). Een subcodegenerator 3.i zal hierna verkort worden aangegeven met subcodegenerator i.
25
Ten behoeve van het orthogonaliseren van de codegeneratoren binnen een cluster, wordt een cluster van 16 codegeneratoren onderverdeeld in vier subclusters van vier codegeneratoren. Om dit te bewerkstelligen worden maatregelen genomen bij de subcodegeneratoren 2 30 (i*=2) van een cluster: de 16 netten van de eerste cluster hebben eenzelfde sleutel S2 ^ terwijl vier netten van een eerste subcluster 8 7 G . . ...
9 van de eerste cluster een optelgetal A£ hebben, vier netten van een tweede subcluster van de eerste cluster een optelgetal A2 hebben, etc. Op een overeenkomstige wijze worden elk der tweede, derde en vierde clusters eveneens onderverdeeld in vier orthogonale 5 subclusters van vier codegeneratoren.
Omdat A2 φ ** A2 kj. (k,p,r - 1,2,3,4 Λ p * r) geldt dat netten van een eerste subcluster van een cluster orthogonaal zijn met netten van een tweede subcluster van laatstgenoemde cluster. Hierbij be- 10 hoeven de sleutels S2 ^ (i * 1,2,3,4) niet speciaal verschillend te zijn. Uit oogpunt van beveiliging na compromittatie is het echter voordelig om laatstgenoemde sleutels onderling onafhankelijk te kiezen. De sleutels bepalen als het ware het basispatroon van een codereeks terwijl de optelgedeelten basispatronen orthogonaliseren.
15 Omdat netten van een eerste cluster eveneens orthogonaal zijn met netten van een tweede cluster geldt dat netten van een eerste sub-cluster orthogonaal zijn met netten van iedere tweede, van de eerste subcluster verschillende subcluster.
20 In fig. 2 is op het tweede niveau de indeling van clusters in sub-clusters aangegeven. Tevens zijn de verschillende optelgetallen van de tweede subcodegeneratoren aangegeven. De gemeenschappelijke sleutel van een subcluster is boven het tweede niveau aangegeven.
25 Vier codegeneratoren binnen een subcluster zijn orthogonaal ten gevolge van het toepassen van een gemeenschappelijke sleutel voor deze vier codegeneratoren en het toepassen van vier verschillende optelgetallen bij deze codegeneratoren voor de subcodegenerator 3. Zo krijgen de vier codegeneratoren van de tweede cluster van de derde 30 subcluster een gemeenschappelijke sleutel S3 23 en respectievelijk vier verschillende optelgetallen A3 231» A3 232' A3 233 en ^3 234' 6 .
w 10
In fig. 2 zijn op het derde niveau de optelgetallen van de subcode-generatoren 3 aangegeven terwijl boven het derde niveau de gemeenschappelijke sleutel van vier codegeneratoren welke tot één sub-cluster behoren is aangegeven.
5
Omdat vier codegeneratoren binnen een subcluster orthogonaal werken ten gevolge van de optelgetallen bij de subcodegeneratoren 3, codegeneratoren van verschillende subclusters binnen één cluster orthogonaal werken ten gevolge van de optelgetallen bij de subcodegenera-10 toren 2 en codegeneratoren van verschillende clusters orthogonaal werken ten gevole van de optelgetallen bij subcodegeneratoren 1, werken alle 64 codegeneratoren (of netten van codegeneratoren) onderling orthogonaal.
15 Een codegenerator overeenkomstig het voorgaande uitvoeringsvoorbeeld kan als volgt worden gegeneraliseerd: Er kunnen per codegenerator n subcodegeneratoren worden toegepast waarbij een subcodegenerator is voorzien van a bits. In fig. 2 zou dit betekenen dat er n niveaus zijn waarbij ieder knooppunt 2a vertakkingen heeft en er totaal 20 Q - 2na codegeneratoren zijn. Er zijn 1 + 2a + 2^a + 2^n‘^^a = = (2na-l)/(2a-l) onafhankelijke sleutels met 2a verschillende optelgetallen per sleutel.
In plaats van binaire getallen kunnen bij de subcodegeneratoren ge-25 tallen uit een q-tallig stelsel worden gebruikt. De optelgetallen worden in dat geval modulo-qa opgeteld. Indien de codegenerator met n subcodegeneratoren is uitgerust, waarbij een subcodegenerator is voorzien van a q-tallige cijferplaatsen kunnen maximaal Q = qna codegeneratoren orthogonaal werkzaam zijn.
30 v ' r * * 11 na i a
Er zijn ^—~ onafhankelijke sleutels met q verschillende optel-q -1 getallen per sleutel. Het is mogelijk om met behulp van 2 bits (a-2) een drietallig stelsel te simuleren (q=3) door alleen de getallen 5 00, 01 en 10 te gebruiken en deze op te vatten als een cijfer. In dat geval worden de optelgetallen modulo-3 opgeteld.
Als voorbeeld van een verdergaande generalisatie is het tevens mogelijk dat het bereik van subcodegeneratoren i (i - 1, ..., n) 10 binnen een codegenerator verschillend is. Het bereik van subcodege-nerator i is dan N.. d.w.z. subcodegenerator i genereert getallen in het bereik [0, N^-l]. De variatie in dit bereik kan op verschillende manieren worden gerealiseerd: het aantal cijferplaatsen a^ is een functie van i; cijferplaatsen van subcodegenerator i zijn in het 15 q^-tallig stelsel, waarbij q^ een functie van i is of het volledige bereik van een subcodegenerator i wordt niet benut zoals hiervoor omschreven met getallen g^ *» 00, 01 of 10, waarbij = 2. Het is eveneens mogelijk om de drie genoemde methoden te combineren.
20 Indien bijvoorbeeld de eerste en tweede methode worden gecombineerd geldt dat voor bereik van een subcodegenerator i kan worden a.
kan worden beschreven: = q^ . Indien hierbij eveneens de derde a.
methode van toepassing is geldt N. < q.
25 ^
Het maximaal aantal orthogonaal werkende codegeneratoren Q is N·^ x N2 x ... x Nn. Er zijn N-^ x ^ x ... x Nn_^ onafhankelijke sleutels voor de subcodegeneratoren i met Η- verschillende optelgetallen per sleutel. Er zijn in totaal 1 + N·^ + N-jxNg + ... + + N-jX^x.. .xNn i onafhankelijke sleutels.
30 i .
m 12
Tot nu toe is er bij de generalisatie van het systeem van orthogo-naal werkende codegeneratoren van uitgegaan dat alle (sub)clusters per niveau even groot zijn, dat wil zeggen, een zelfde aantal codegeneratoren omvatten. Dit komt overeen met de voorwaarde dat alle 5 subcodegeneratoren i hetzelfde bereik hebben. Uitgaande van de hiervoor omschreven orthogonaal werkende codegeneratoren zijn voor een verdergaande generalisatie vijf onafhankelijke methoden al of niet in combinatie toe te passen. Voor iedere methode geldt dat deze tenminste voor subcodegeneratoren i worden genomen die tot eenzelfde 10 (sub)cluster behoren en derhalve eenzelfde sleutel hebben (ofwel van dezelfde soort zijn). De vijf methoden zullen aan de hand van een voorbeeld worden besproken.
Uitgangspunt is een systeem van drie clusters (N-^ - 3) met ieder twee subclusters (N2 = 2), met ieder vier subsub-15 clusters (N^ = 4) van twee codegeneratoren elk (N^ - 2), zie fig. 3.
In fig. 4 is een mogelijke opbouw van een codegenerator van het laatstgenoemde systeem van deze codegeneratoren gegeven, waarbij 20 a-^ = q·^ = 2. Voor de eenvoud zijn de codegeneratoren in een af wijkende notatie genummerd van R-^ - R^g. Voor een subcodegenerator 1 al geldt dat - 3, zodat . Dit impliceert dat alleen de getallen g^ = 00, 01 en 10 worden gebruikt, waarbij optelgetallen modulo-3 worden opgeteld. Voor een subcodegenerator 2 geldt dat a2 dat N2 - 2, zodat Ng = q2 en de getallen g2 — 0 en g2 — 1 worden gebruikt; optelgetallen worden modulo-2 opgeteld. Voor een subcode- a3 generator 3 geldt dat - 4, zodat - q^ en de getallen g^ = 00, 01, 10 en 11 worden gebruikt; optelgetallen worden modulo-4 30 opgeteld. Voor een subcodegenerator 4 geldt hetzelfde als is besproken bij subcodegenerator 2.
r ' 13
Een eerste generaliserende methode is het weglaten van een niveau van enige (sub)clusters. Een voorbeeld hiervan is geschetst in fig.
5. Hier is niveau 4 voor een subcluster weggelaten. Dit wordt gerealiseerd door bij de codegeneratoren twee of meer subcodegenerato-5 ren samen te voegen tot een grotere subcodegenerator. Laatstgenoemde subcodegeneratoren zijn voorzien van één sleutel en verschillende optelgetallen. In dit voorbeeld zijn de subcodegeneratoren 3 en 4 van de codegeneratoren 1-8 samengevoegd tot één subcodegenerator 3'. Subcodegeneratoren 3' zijn voorzien van a^' — 3 cijferplaatsen, één 10 gemeenschappelijke sleutel en acht onderling verschillende optelgetallen (A^ k - 1,2,...,8), welke modulo-8 worden opgeteld.
Een tweede methode is het tussenvoegen van een niveau voor enige (sub)clusters. Een voorbeeld hiervan is geschetst in fig. 6. Eén 15 niveau is toegevoegd voor de subcluster van codegeneratoren R-^-Rg. Dit wordt gerealiseerd door, bij de codegeneratoren die tot een (sub)cluster behoren, een aantal subcodegeneratoren te vervangen door twee of meer subcodegeneratoren per subcodegenerator. In dit voorbeeld zijn de subcodegeneratoren 3 van de codegeneratoren R^-Rg 20 vervangen door subcodegeneratoren 3' en 4'. De subcodegeneratoren 3' zijn voorzien van eenzelfde sleutel Sg, -q, terwijl de subcodegeneratoren 4' zijn voorzien van een sleutel S^, m °f W2’ z*-e fig. 6. Vier subcodegeneratoren met sleutel Sg, zijn voorzien van het optelgetal Ag, en de overige vier subcodegenera-25 toren met sleutel Sg, ^ zijn voorzien van het optelgetal Ag, \yi' Hierbij geldt dat Ag, * Ag, γγχ. De subcodegeneratoren 4' van de codegeneratoren Rl en R2 zijn voorzien van optelgetal A^, de subcodegeneratoren 4' van de codegeneratoren R3 en R4 van optelgetal A^, m2 ’ subcodegeneratoren 4' van de codegeneratoren R5 30 en R6 van optelgetal A^, 1121 en subcodegeneratoren 4' van de codegeneratoren R7 en R8 van optelgetal A\\21‘ *:· 14
Hierbij geldt dat: A4, >ιηι * A4».m2 en A4'.1121 * A4'.1122·
De subcodegeneratoren 5 van de codegeneratoren R1 en R2 zijn voorzien van een gemeenschappelijke sleutel \2.11 en resp.
twee verschillende optelgetallen en A5 2.1112' 5
Een derde methode is het reconfigureren van enige (sub)-clusters. Hierbij wordt in een (sub)cluster de verdeling van het aantal cijferplaatsen voor opeenvolgende niveau's i (bijv. i = k, k+1, k+r) herverdeeld in een aantal cijferplaatsen a^' (i = k, k+1, 10 k+r) waarbij geldt dat het totaal aantal cijferplaatsen onver anderd blijft, m.a.w.
k+r k+r Σ a. = Σ a.' . i=k 1 i=k 1
Een voorbeeld is geschetst in fig. 7. In fig. 7 geldt dat a^' — 1 en a^' = 2, zodat a2 + a^ - a2' + a^'. Het aantal sleutels op het vierde niveau bedraagt nu twee in plaats van vier. Bij iedere sleutel van het vierde niveau van de codegeneratoren (R-^-Rg) behoren nu vier verschillende optelgetallen. Eenzelfde effekt kan eveneens worden bereikt door in de code getallen g^ onderling te verwisselen, 20 bijv. gj gk wordt vervangen door gj - gk -
Een vierde methode is het fixeren van één of meer subcodegeneratoren van enige codegeneratoren. Dit houdt in dat van enige codegeneratoren de output van één of meerdere subcodegeneratoren wordt gefixeerd 25 c.q. gemaskeerd met een getal. Dit heeft tot gevolg dat de betreffende codegeneratoren een beperkte, zo mogelijk disjuncte codereeks genereren. In fig. 8 is een voorbeeld geschetst waarbij de subcodegeneratoren 4 van de codegeneratoren 1 en 2 zijn gefixeerd. In een boomdiagram als in fig. 8 houdt fixeren in feite het afknippen van
Of) een tak in omdat het aantal orthogonaal werkende codegeneratoren die 48 verschillende codes genereren, verminderd.
t- 9 15
Een vijfde methode betreft het uitbreiden van subcodegeneratoren voor enige codegeneratoren. Dit kan worden gerealiseerd door een aantal subcodegeneratoren i een groter bereik N^' te geven zodat het aantal orthogonaal werkende codegeneratoren in het systeem kan toe-5 nemen. Dit laatste is eveneens te realiseren door enige codegeneratoren te voorzien van een extra subcodegenerator. De twee mogelijkheden worden achtereenvolgens geschetst met behulp van fig. 9.
In fig. 9 zijn twee codegeneratoren toegevoegd. Dit kan worden ge-10 raliseerd door de subcodegeneratoren 3 te voorzien van een extra cijferplaats, d.w.z. a^' - 3. Indien q = 2 houdt dit in dat subcode- 3 generatoren 3 een bereik Ng < 2 hebben. In dit geval is Ng = 5, zodat het aantal te genereren codes Q - x ^ x Ng x — -3x2x5x2-60 bedraagt. Dit houdt in dat het systeem uit 15 maximaal 60 orthogonaal werkende codegeneratoren kan bestaan. Voor 10 codegeneratoren worden echter de vierde subcodegeneratoren gefixeerd, zodat effectief 50 orthogonaal werkende codegeneratoren in het systeem zijn opgenomen die 60 verschillende codes genereren.
Voor de fixatie komen derhalve twee codegeneratoren met respectie-20 velijk een sleutel Sg-j^, Sg2p Sg22» ^331 en ^332 aarunerking, zodat bij elk der bijbehorende subclusters een tak van het bijbehorende boomdiagram wordt afgeknipt. Alleen de subcluster met sleutel S3H is derhalve voorzien van een vijfde tak.
25 Overeenkomstig de tweede mogelijkheid voor de vijfde methode zijn de codegeneratoren met sleutel Sg^ voorzien van een extra subcodegenerator met een bereik van N-2. Dit impliceert dat het systeem 50 verschillende codes kan genereren waardoor eveneens 50 orthogonaal werkende codegeneratoren kunnen worden gerealiseerd. Alleen de sub-30 cluster met sleutel Sg-j^ is derhalve voorzien van een vijfde tak.
Het verschil met de eerste mogelijkheid komt met name tot uiting in ? : ' τ 16 het aantal verschillende codes welke worden gegenereerd: volgens de eerste mogelijkheid worden 60 verschillende codes gegenereerd waarbij 50 orthogonaal werkzame codegeneratoren aanwezig zijn, volgens de tweede mogelijkheid worden 50 verschillende codes gegene-5 reerd waarbij 50 orthogonaal werkende codegeneratoren aanwezig zijn.
Het zal duidelijk zijn dat het mogelijk is om al bovengenoemde methoden te combineren voor het verkrijgen van een zeer complex systeem van orthogonaal werkende codegeneratoren.
10
Hierna zal een bijzondere toepassing van orthogonaal werkende codegeneratoren in een systeem van in frequentie hoppende radio's worden besproken.
15 Bij hoppende netten van radio's doen zich vaak cosite problemen voor. Hiermee wordt bedoeld dat (hoppende) netten van radio's elkaar storen, indien deze netten geografisch gezien dicht bij elkaar komen. Deze storing kan ook optreden bij orthogonaal hoppende netten van radio's, doordat de (weliswaar verschillende) frequenties die de 20 radio's gebruiken dicht bij elkaar liggen, zodat dóórspraak optreedt. Om cosite problemen bij in frequentie hoppende netten van radio's te voorkomen moet er derhalve zorg voor worden gedragen dat de frequenties niet alleen verschillend zijn maar eveneens een zekere relatieve of absolute frequentieafstand hebben. Radio's die wor-25 den voorzien van een codegenerator overeenkomstig de uivinding kunnen zeer ongevoelig voor cositeproblemen worden uitgevoerd, dankzij de structuur van het systeem van codegenerator met bijbehorende sleutel en optelgetaldistributie.
30 In fig. 10 is een radio 8 weergegeven welke is voorzien van een codegenerator 9 overeenkomstig de uitvinding. De door de codegenerator 9 gegenereerde codes worden via leiding 10 een geheugen 11 é». /v u * V i 17 toegevoerd. De code fungeert hier als een adresseringssignaal en selecteert een geheugenplaats van het geheugen 11. De inhoud van een geheugenplaats bestaat uit een binair getal welke een frequen-tiewaarde aangeeft. Indien er Q orthogonaal hoppende (netten van) 5 radio's aanwezig zijn moeten de radio's tenminste Q verschillende frequenties kunnen genereren. Dit houdt in dat een codegenerator in het algemeen Q verschillende codes genereert en dat een geheugen 11, onder toevoering van Q verschillende codes, Q verschillende fre-quentiewaarden genereert. Bij twee verschillende codes behoren der-10 halve twee verschillende frequentiewaarden. De door het geheugen 11 gegenereerde frequentiewaarden worden in de radio voor verdere verwerking, via leiding 12, een eenheid 13 aangeboden. De eenheid 13 omvat bekende middelen voor het genereren, moduleren, ontvangen, en demoduleren van een zendsignaal.
15
Om cosite-problemen te voorkomen wordt het geheugen 11 op een bijzondere manier met Q verschillende frequentiewaarden gevuld. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de beschreven structuuropzet van het systeem van codegeneratoren. Alle radio's behorende tot één net 20 worden voorzien van een codegenerator met gelijke sleutel en optel-getallen. Alle radio's worden voorzien van een gelijk gevuld geheugen 11.
Een eerste mogelijkheid overeenkomstig de uitvinding om het geheugen 25 11 te vullen wordt hierna aangegeven.
Stel dat de te gebruiken frequenties in een interval met als laagste frequentie f^ en als hoogste frequentie moeten liggen. Voor de bandbreedte B geldt B - £^ - f^. De geheugenplaatsen zijn met Q fre-30 quentiewaarden, die lineair oplopen met stapjes Af = B/Q gevuld.
Dit houdt in, dat clusters met optelgetallen ^ p Aj_ j, Aj^ 5, ... altijd een minimale frequentieafstand ΔΒ - B/N·^ hebben. Dit geldt f ” > - 18 eveneens voor clusters met optelgetallen A-^ 2> Ai 4> ^1 6’ '' ’ '
Door een juiste keuze van B en kunnen tussen de radio's van dergelijke clusters derhalve geen cosite-problemen optreden.
Bij radio's welke zich binnen een cluster bevinden en bij radio's 5 van naburige clusters kunnen echter nog wel cosite-problemen optreden. Een voorbeeld wordt geschetst aan de hand van fig. 1, 2 en 11.
Stel dat een net van Q = 64 radio's aanwezig is welke zijn voorzien van een codegenerator als in fig. 1. De sleutel- en optelgetalver-10 deling is zoals in fig. 2 is weergegeven. Uit fig. 2 blijkt dat = 4. De 16 radio's met optelgetal A-^ vormen een cluster G-^. Radio's met optelgetal A-. vormen een cluster G (g = 1,2,3 of 4) .
*** * O O
Stel dat - 80 MHz en f-^ = 40 MHz. De bandbreedte ΔΒ van een cluster van radio's is op elk moment derhalve 10 MHz. In fig. 11 wordt 15 één en ander nog verduidelijkt. Op t *= tp hebben alle radio's met optelgetal A^ (cluster G^) een frequentie die groter is dan 40 MHz en kleiner dan 50 MHz (toestand 5-1 van fig. 11). Tengevolge van de lineaire ordening van het geheugen 11 hebben alle radio's met optelgetal A-^ 2 (cluster G2) een frequentie die groter is dan 50 MHz 20 en kleiner dan 60 MHz. Voor radio's uit cluster Gg en G^ geldt dat deze frequenties hebben tussen 60 en 70 respectievelijk 70 en 80 MHz. Tussen radio's van cluster G·^ en Gg is derhalve altijd een minimale frequentieafstand van 10 MHz aanwezig. Dit geldt eveneens voor de radio's behorende tot cluster G2 en G^. Stel dat de 25 radio's iedere At sec een nieuwe frequentie genereren (hopfrequentie - At’"^) dan zal in het algemeen op t - Ïq + At de toestand S zijn gewijzigd: de subcodegeneratoren 4.1 genereren een andere subcode waardoor de clusters G·^ - G^ anders over de frequentieband B worden verdeeld (bijv. toestand £=2 van fig. 11). In fig. 11 is aangegeven 30 dat in totaal vier verdelingen (toestanden S) mogelijk zijn, corresponderend met het bereik van de subcodegeneratoren 4.1.
Uit fig. 11 blijkt duidelijk dat de 12 netten van radio's van clus- < 19 ter G^ altijd een minimale frequentieafstand van 10 MHz hebben met de 12 netten van radio's van cluster Gg. Dit geldt eveneens voor de 12 netten van radio's behorende tot cluster G2 respectievelijk cluster G^. Het maximaal aantal clusters van radio's C dat zonder pro-5 blemen incosite kan werken is derhalve 2 (Gp Gg en G2, G^). Hierbij is aangenomen dat een frequentieafstand van 10 MHz voldoende is voor een storingsvrije cosite-situatie. Binnen een cluster van 12 netten van radio's is de frequentieafstand kleiner dan 10 MHz en kunnen derhalve wel storingen optreden.
10
Het is eveneens mogelijk dat de bandbreedte ΔΒ — B/N-^ niet voldoende is om een storing tussen radio's van cluster G^ met radio's van cluster G^ te voorkomen. In dat geval kunnen bijvoorbeeld in toestand 5-1 alleen radio's van cluster G·^ en G^ storingsvrij in een cosite-15 situatie verkeren. In toestand 5-2 zijn dit derhalve G2 en G^.
Het maximaal aantal clusters van radio's die storingsvrij in een cosite-situatie kan verkeren is derhalve twee (C - 2). Het aantal clusters van radio's die storingsvrij in een cosite-situatie kan verkeren is echter met een faktor twee afgenomen. Indien de minimale 20 vereiste bandbreedte Ab gelijk is aan B/7, kan worden aangetoond dat C - 4 indien N-^ - 8. Onder gelijke omstandigheden, dat wil zeggen de minimale bandbreedte Ab voor een storingsvrije cosite-situatie is B/7 geldt dat C - 8 indien = 56 (ΔΒ = B/56). Hieruit blijkt dat bij een toenemend aantal clusters van radio's het aantal clusters 25 van radio's die zich storingsvrij in een cosite-situatie kunnen bevinden, toeneemt. De verhouding C/N-^ neemt echter af bij een stijgende N·^: relatief minder clusters van radio's kunnen zich in een storingsvrije cosite-situatie bevinden bij een stijgend aantal clusters van radio's. Daarom wordt B bij voorkeur voldoende groot 30 gekozen. Indien B voldoende groot wordt gekozen is het, zoals hiervoor is aangegeven, mogelijk om Ab — ΔΒ = B/N^ te kiezen. Hierdoor is het mogelijk dat de clusters G^ (i = 1,3,5,...) storingsvrij in 6 / * “ï 20 cosite kunnen werken en dat de clusters van radio's (i = 2,4,6,...) eveneens storingsvrij in cosite kunnen werken. Hierbij is het binnen een cluster van radio's niet noodzakelijk dat de frequenties lineair in het geheugen 11 zijn geordend. Er is alleen een 5 frequentierelatie tussen de clusters van radio's vereist. Een vulling van het geheugen waarbij binnen een cluster geen lineaire ordening noodzakelijk is, terwijl tussen clusters wel een lineaire ordening aanwezig is, kan als volgt worden omschreven: de x ^ x ... x Nn = Q geheugenplaatsen omvatten respectievelijk de frequen-10 tiewaarden f1f1 f1 Ψ 2 f 2 f2 f 1 f 1 1 , 2 ’ ···’ Q/N^ rl ’ 2..... Q/N ..... 1 ' 2 .....
N f _f f -f fQ/N. ’ "et fi + < V < fx + J · "ër1 en 15 1 1 i - 1, 2, ..., Q/Nr j - 1, 2.....Nr
Overeenkomstig een tweede methode om cosite-problemen te minimaliseren wordt een minimale relatieve (procentuele) frequentieafstand be-20 werkstelligd tussen de te gebruiken frequenties. In het frequentie-interval B met < B < f^ worden een aantal frequent resets j gekozen. Een frequentieset j bestaat uit k frequenties fjJ ( i — 1, 2, ..., k). Hierbij geldt dat twee naburige frequenties f en f^+jJ tenminste Δ x 100% van elkaar liggen in frequentieafstand: 25 fi+lJ - fij 2 ‘-'w <1 - 1. 2.....fc> <1>
Uit formule (1) volgt, dat fkj > f.j (1 - A)k (2) 2q Uit formule (2) volgt eenvoudig met f^ = f^ en f^ *= f^: log f - log f log α - λ, <3> c .
4 21
De waarde van k wordt dusdanig gekozen dat deze altijd is te ontbinden in tenminste twee factoren k^ en k ^ Een eis voor k ^en k derhalve: log f. - log f 5 *1*2 - log (1 - Δ) waarbij k^ en gehele getallen moeten zijn en < k^.
De waarde N-^ van de codegeneratoren wordt gelijk gekozen aan k^ (de kleinste factor) terwijl de waarde Nn gelijk aan k2 wordt gekozen.
10 In een boomdiagram als in fig. 2 zou dit betekenen dat op het eerste niveau k-^ clusters aanwezig zijn terwijl op het hoogste niveau k2 subclusters per subcluster aanwezig zijn. Alvorens tot het algemene geval over te gaan wordt eerst een voorbeeld gegeven hoe de frequenties f^J in het geheugen 11 zijn opgeslagen.
15 Stel dat f^ - 87,5 MHz, f·^ — 30 MHz en Δ = 0,1. Uit formule (4) volgt dan dat k^k2 - 10 kan worden gekozen zodat k·^ = 2 en kj - 5 een oplossing is. Hierdoor is = 2 en Nn = 5. De overige parameters, d.w.z. N2> .... Nn_]- zijn nog vrij te kiezen. Tevens zijn alle optelgetallen en sleutels nog vrij te kiezen. Stel dat n — 3 en 20 N2 4. Hiermee ontstaat een systeem zoals in fig. 12 is weergegeven. Voor het aantal te genereren frequenties Q geldt: Q - Νχ x N2 x N3 = 40.
In het betreffende frequentieinterval bestaat een set j van frequenties f^, waarvan twee opeenvolgende frequenties fen w 25 een relatieve afstand hebben van 10% uit maximaal k - 10 frequenties f^, d.w.z. 1 < i < 10. Er worden Q/k « 4 van dergelijke sets gekozen, d.w.z. 1 < j < 4: - «- * i * i * 1 een eerste set : , f2.......f1Q ; 2 2 2 3Q een tweede set : , , ...... f ; 3 3 3 een derde set : f^ , f^ , ...... f^ ;
8 ? C
t 22 t Z|. 4* 4· een vierde set : , ...... f^Q .
Hierbij geldt dat - f^+^ ^0,1 voor 1 < i < 9 en 1 S j :£ 4. Tevens geldt dat * f^,^" indien i * i of j ^ j .
^ De frequenties van een eerste set kunnen echter wel dicht bij de frequenties van een tweede set liggen, d.w.z. het kan voorkomen dat 1 2 f£ » fg . De geheugenplaatsen van het geheugen zijn als volgt opeenvolgend gevuld: -1-1 _1_2 -2-3 ¢3 n 4 f 4 - 1 -f^· 10 1 ’ r2 ··· 5 ’ 1 ··· 5 ' 1 ·· 5 ’ 1 "· x5 ’ Z6 ' * 10 ’ R1 ’ R2 ·· R5 ’ R6 ··· R10’ Rll*·· R15’ R16··· R20’ R21‘'' R 25’ 2 2 3 3 4 4 f f f f f f 6 ' · · 10 ’ 6 ··· 10 ’ 6 ··· 10 R26'*‘ R30 ’ R31 R35 ’ R36··· R40 *
Met - R40 zijn de 40 (netten van) radio's aangegeven welke op een zeker tijdstip van de, erboven aangegeven frequentie gedurende een z.g.n. hopperiode gebruik maken. Nu blijkt dat R-^ - R^ storingsvrij in cosite kunnen werken tengevolge van de 10% frequentieafstand.
20 (Aangenomen wordt dat een frequentieafstand van 10% voldoende is om storingsvrij in cosite te kunnen werken.) Dat geldt tevens voor R6 ‘ R10’ R11 ‘ R15’ R16 " R20’ R21 " R25’ R26 " R30’ R31 - R35 en R36 " R40‘ daarentegen kunnen R.. (i = 1-20) en Rj (j = 21-40) nagenoeg storingsvrij in een cosite-situatie werken. Het kan namelijk 25 voorkomen dat R2Q en R2^ elkaar storen omdat de relatieve frequentieafstand tussen Fg^ en f^ kleiner kan zijn dan 10%. Tevens blijkt dat het maximaal aantal (netten van) radio's welke storingsvrij in cosite kunnen werken gelijk is aan k (= 10): de radio's R-^ - R^ en R36 ’ R40 kunnen bijvoorbeeld storingsvrij in cosite werken. Het is 30 mogelijk om te bewijzen dat volgens bovenstaande methode het maximaal aantal netten die storingsvrij in cosite kunnen verkeren maximaal is.
{. > ; 23
Onder gebruikmaking van eenzelfde notatie als hiervoor omschreven kan als generalisatie de algemene vulling van het geheugen 11 als volgt worden genoteerd: -11 12 2 .2 Q/klk2 5 *1, £2 ’*·’ k2’ 1 ’ 2 ’·” k2’ ----* 1 .0/¾ fQAlk2 H "" k2 11 12 2 2 q/klk2 10 rl+k2’ r2+k2’··’ r2k2’ rl+k2’ r2+k2'··’ r2k2...... rl+k2 ’ Q/kik2 QA^2 £2+k2 · ·’ £2k2 1 1 1 2 2 2 Q/klk2 fl+2k2' f2+2k2’·*’ f3k2’ fl+2k2’ f2+2k2’··’ f3k2’ ··*·’ fl+2k2 ’ QAxk2 QAxk2 £2+2k2 '··* £3k2 ’ 1 1 12 2 20 £1+(^-1Α2' f2-i-(k1~l)k2’ *' ’ £^2’ £1+(^-1)^’ £2+(^-1)^’ ’ ’ ’ 2 QAA2 QAi k2 QAA2 fkxk2...... £1+(^-1)^’ £2+(^-1)^’··’ £^2
Hierbij geldt dat f.·^ - f/] > A.f^ (j - 1, 2, QA^; 25 + i i' i,i' -1, 2, .... k^k2 Λ i j* i'; Δ > 0; k^k2 € N ) en f * f ~ indien i * i of j * j.
30 BV"· a;

Claims (16)

3
1. Systeem van orthogonaal werkende codegeneratoren waarbij een eerste codegenerator uit een lopende tellerstand een code gene-5 reert welke ongelijk is aan de code welke door een tweede, met eenzelfde tellerstand gesturde codegenerator wordt gegenereerd, met het kenmerk, dat een codegenerator is opgebouwd uit een aantal onder-scheidelijk gerangeschikte en met de tellerstand gestuurde subcodegeneratoren, welke ieder een subcode genereren die tesamen de 10 code representeren, waarbij tenminste één subcodegenerator van de eerste codegenerator een subcode genereert welke ongelijk is aan de subcode van de overeenkomstig gerangschikte subcodegeneratoren van de tweede codegenerator.
2 Q//klk2 Q/kik2 Q/k1k2 ^2**···’ £1+(^-1)γ f2+(k^-l)k2’ £^2 omvatten met - f/? | ^ Δ.ϋ^ (j = 1, 2, Q/k^k2; i,i' - 1, 2.....kiko A i i< i'; Δ > 0; Lk. e N+) en f.·^ * f.3 12 12 ï ï indien i * i of j * j.
2. Systeem van m orthogonaal werkende codegeneratoren j (j = 1, ..., m) volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat een codegenerator j is opgebouwd uit Q subcodegeneratoren i (i - 1, 2, ..., Q) waarbij een subcodegenerator i achtereenvolgens subcodes representerende getallen g^ genereert, waarbij g^ < N^-l en een vast gekozen waarde 20 voorstelt en is opgebouwd uit een pseudo-random generator en een opteleenheid, waarbij de pseudo-random generator, onder besturing van een sleutel S uit de lopende tellerstand een pseudo-random reeks van getallen genereert welke de opteleenheid worden toegevoerd en waarbij de opteleenheid een getal A^, modulo-N^ bij voorlaatst 25 genoemde getallen optelt ter verkrijging van de getallen g^.
3. Systeem van orthogonaal werkende codegeneratoren volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het systeem is opgebouwd uit x Nj x ... x Nn codegeneratoren, waarbij x Nj x ... x Nn 30 subcodegeneratoren i in verschillende soorten zijn uitgevoerd door respectievelijk verschillende optelgetallen < N^-l toe te passen bij een verzameling van N·^ x ^ x ... x x x x ... x Nn subcodegeneratoren i en waarbij iedere combinatie van X. : · ; . / . ' f ·; een soort van de subcodegeneratoren i met een soort van de subcode generatoren i-1 in één codegenerator, bij x N2 x ... x x N^_2 x ^i+l x · · * xNR codegeneratoren voorkomt.
4. Systeem van orthogonaal werkende codegeneratoren volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat iedere verzameling van x N^+·^ x x ... x Nn subcodegeneratoren k van dezelfde soort (k » 1, 2, ..., i-1) eenzelfde codereeks determinerende sleutel voor de subcode-generator i hebben. 10
5. Systeem van orthogonaal werkende codegeneratoren volgens één der voorgaande conclusies 2-4, met het kenmerk, dat een subcode-generator i, welke getallen g^ < genereert is voorzien van a^ q^-tallige cijferplaatsen voor het genereren van het getal waarbij 15 ai N. < q, . 1 u
6. Systeem van orthogonaal werkende codegeneratoren volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat voor alle subcodegeneratoren i 20 geldt dat q^ = q.
7. Systeem van orthogonaal werkende codegeneratoren volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat bij een aantal verzamelingen van n (Sa) 25 p-i-1 P q codegeneratoren, welke zijn voorzien van subcode generatoren i-1 met eenzelfde sleutel, de subcodegeneratoren i-1 zijn samengevoegd met de bijbehorende subcodegeneratoren i waarbij de samengestelde subcodegeneratoren Zijn voorzien van eenzelfde (ai-l+ai) 30 sleutel en van q onderling verschillende optelgetallen van (a^ .j+a^) cijferplaatsen. V *L ’ .
8. Systeem van orthogonaal werkende codegeneratoren volgens conclusie 6 of 7, met het kenmerk, dat bij een aantal verzamelingen n ( Σ . > ^ van q * codegeneratoren met eenzelfde sleutel voor subcode- generatoren i een aantal overeenkomstige cijferplaatsen worden gefixeerd.
9. Systeem van orthogonaal werkende codegeneratoren volgens conclusies 6-8, met het kenmerk, dat bij een aantal verzamelingen n (Sa) - P P“1 c van q r codegeneratoren met eenzelfde sleutel voor subcode- generator i, de subcodegeneratoren i van de verzameling zijn vervangen door r nevensubcodegeneratoren i' (i' -1.....r) waarbij 15 nevensubcodegeneratoren i' onderling eenzelfde sleutel en verschillende optelgetallen hebben.
10. Systeem van orthogonaal werkende codegeneratoren volgens één der conclusies 6-8, met het kenmerk, dat bij een aantal verzame- 20 (=L V lingen van q ^ codegeneratoren welke zijn voorzien van code generatoren i met onderling eenzelfde sleutel en codegeneratoren i+1 met onderling eenzelfde sleutel, de subcodegeneratoren i van de ver-25 zameling zijn vervangen door subcodegeneratoren i' met a^ cijferplaatsen en met onderling verschillende optelgetallen en de subcodegeneratoren i+1 van de verzameling zijn vervangen door subcodegeneratoren i+1' met cijferplaatsen en met onderling verschil lende optelge tallen, waarbij a^ + a^+^ * a^' + a^+·^' . 30
11. Systeem van orthogonaal werkende codegeneratoren volgens één der conclusies 6-10, met het kenmerk, dat bij een aantal ver- n ( Σ a ) p-i P zamelingen van q codegeneratoren met onderling gelijke sleutels op niveau i, de subcodegeneratoren i van de verzameling worden vervangen door subcodegeneratoren i' met onderling eenzelfde sleutel, a^' cijferplaatsen en met onderling verschillende optel-getallen. 10
12. Codegenerator te gebruiken voor een systeem van orthogonaal werkende codegeneratoren als in één der voorgaande conclusies.
13. Radio voorzien van een codegenerator als in één der voorgaande conclusies, waarbij de uitgangssignalen van de codegenerator 15 een geheugen worden toegevoerd voor het adresseren van geheugen-plaatsen waarbij een geheugenplaats een frequentierepresenterende waarde omvat, die een zender- en ontvangereenheid wordt toegevoerd voor het op laatstgenoemde frequentiewaarde afstemmen van deze een-heid, waarbij de radio werkt op een frequentieband met als laagste frequentie f·^ en als hoogste frequentie f^ en waarbij het geheugen is opgebouwd uit x N£ x ... x Nn * Q, welke respectievelijk de frequentiewaarden fp f2, —, fq omvatten met fi+1 - f£ - (fj^f^/Q voor i - 1, 2, ..., Q-l. 25
14. Radio voorzien van een codegenerator als in één der voorgaande conclusies, waarbij de uitgangssignalen van de codegenerator een geheugen worden toegevoerd voor het adresseren van geheugen-plaatsen waarbij een geheugenplaats een frequentierepresenterende ^ waarde omvat, die een zender- en ontvangereenheid wordt toegevoerd , · voor het op laatstgenoemde frequentiewaarde afstemmen van deze eenheid, waarbij de radio werkt op een frequentieband met als laagste frequentie f-^ en als hoogste frequentie f^, en waarbij het geheugen is opgebouwd uit x N£ x ... x Nr = Q geheugenplaatsen welke 5 respectievelijk de frequentiewaarden w Μ f 1 , 1 - 1 - 2 2 2 "l iNl 1 ’ 2 ’ ”·’ Q/N1 ’ rl ’ r2 ’ ·’ Q/N ’ ···' E1 ' z2 ' N f -f . f -f fQ/Nx omvatten, met f^ + (j-1) N < ff < fi + j · en 10 i = 1, 2, ..., Q/Nlf j - 1, 2, Nr
15. Radio voorzien van een codegenerator als in één der voor gaande conclusies 1-12, waarbij de uitgangssignalen van de codegenerator een geheugen worden toegevoerd voor het adresseren van 15 geheugenplaatsen waarbij een geheugenplaats een frequentierepresen-terende waarde omvat, die een zender- en ontvangereenheid wordt toegevoerd voor het op laatstgenoemde frequentiewaarde afstemmen van deze eenheid en waarbij het geheugen is opgebouwd uit x N£ x___ xNn=Q geheugenplaatsen, welke respectievelijk de frequentie-waarden 1 1 1 2 2 2 Q/kik2 1, 2 ’·” k2’ *1 ’ 2 ”·’ k2...... 1 Q/k1k2 Q/kik2 25 2 k2 ’ ,1,1 ,1,2,2 2 Q/kik2 h+k2’ t2+k2’··’ l+k2’ 12+k2 ’ ‘ ’ t2k2......tl+k2 ’ Q/k k QA·, k f f r2+k2 ’ ··’ r2k2 30 ,1 ,1 12 2 2 Q/kik2 £l+2k2’ £2+2k2 ’ ' ‘ ’ £3k2 ’ *1+2^’ £2+2^’··’ £3k2......l+2k2 ’ 4. QAjk2 QAxk2 £2+2k2 ’··* £3k2 1 1 12 2 5 £1+(^-1)^’ £2+(^-1)^’··’ £^2’ £1+(^-1)^’ f2+ (kt-1)k2’
16. Radio volgens conclusie 15, met het kenmerk, dat de radio 15 in een frequentieband B werkt met < B < f^, waarbij voor kjk2 geldt dat: log f - log f, V Ir < —---- K1K2 - log(l - Δ) 20 25 30 f / v.
NL8700930A 1987-04-17 1987-04-17 Systeem van orthogonaal werkende codegeneratoren, radio's voorzien van een codegenerator en codegeneratoren van zo'n systeem. NL8700930A (nl)

Priority Applications (10)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8700930A NL8700930A (nl) 1987-04-17 1987-04-17 Systeem van orthogonaal werkende codegeneratoren, radio's voorzien van een codegenerator en codegeneratoren van zo'n systeem.
AU14095/88A AU598357B2 (en) 1987-04-17 1988-03-31 System of orthogonal code generators, radios provided with a code generator and generators of such a system
DE8888200652T DE3878008T2 (de) 1987-04-17 1988-04-06 System zur erzeugung von orthogonalen koden, funkgeraete mit kodegenerator und kodegeneratoren fuer ein solches system.
ES198888200652T ES2037811T3 (es) 1987-04-17 1988-04-06 Sistema de generadores de codigo ortogonales, radios provistas de un generador de codigo y generadores de codigo de tal sistema.
AT88200652T ATE85483T1 (de) 1987-04-17 1988-04-06 System zur erzeugung von orthogonalen koden, funkgeraete mit kodegenerator und kodegeneratoren fuer ein solches system.
EP88200652A EP0287154B1 (en) 1987-04-17 1988-04-06 System of orthogonal code generators, radios provided with a code generator and code generators of such a system
CA000563776A CA1315402C (en) 1987-04-17 1988-04-11 System of orthogonal code generators, radios provided with a code generator and code generators of such a system
US07/181,879 US4872200A (en) 1987-04-17 1988-04-15 System of orthogonal code generators, radios provided with a code generator and code generators of such a system
JP63092681A JPS63283331A (ja) 1987-04-17 1988-04-16 直交コード発生器システム,コード発生器を備えた無線機及びそのシステムのコード発生器
GR930400506T GR3007283T3 (nl) 1987-04-17 1993-03-09

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8700930 1987-04-17
NL8700930A NL8700930A (nl) 1987-04-17 1987-04-17 Systeem van orthogonaal werkende codegeneratoren, radio's voorzien van een codegenerator en codegeneratoren van zo'n systeem.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8700930A true NL8700930A (nl) 1988-11-16

Family

ID=19849885

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8700930A NL8700930A (nl) 1987-04-17 1987-04-17 Systeem van orthogonaal werkende codegeneratoren, radio's voorzien van een codegenerator en codegeneratoren van zo'n systeem.

Country Status (10)

Country Link
US (1) US4872200A (nl)
EP (1) EP0287154B1 (nl)
JP (1) JPS63283331A (nl)
AT (1) ATE85483T1 (nl)
AU (1) AU598357B2 (nl)
CA (1) CA1315402C (nl)
DE (1) DE3878008T2 (nl)
ES (1) ES2037811T3 (nl)
GR (1) GR3007283T3 (nl)
NL (1) NL8700930A (nl)

Families Citing this family (33)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPH06103873B2 (ja) * 1988-09-01 1994-12-14 三菱電機株式会社 直交系列発生方式
US5103459B1 (en) * 1990-06-25 1999-07-06 Qualcomm Inc System and method for generating signal waveforms in a cdma cellular telephone system
US6693951B1 (en) 1990-06-25 2004-02-17 Qualcomm Incorporated System and method for generating signal waveforms in a CDMA cellular telephone system
US5210770A (en) * 1991-09-27 1993-05-11 Lockheed Missiles & Space Company, Inc. Multiple-signal spread-spectrum transceiver
JPH05145515A (ja) * 1991-11-19 1993-06-11 Canon Inc スペクトル拡散通信装置
FR2712444B1 (fr) * 1993-11-10 1995-12-29 Alcatel Mobile Comm France Procédé de construction d'un code d'étalement associé à un utilisateur d'un système de transmission numérique à accès multiple par répartition par codes et à séquence directe, et procédé correspondant de génération d'un tableau.
BR9506273A (pt) * 1994-07-29 1997-08-12 Qualcomm Inc Método para determinar a sincronização da sequência pn em um sistema de comunicação de espectro de propagação por sequência direta e aparelho e sistema para selecionar uma sequência de demodulação sincronizada
US6292476B1 (en) * 1997-04-16 2001-09-18 Qualcomm Inc. Method and apparatus for providing variable rate data in a communications system using non-orthogonal overflow channels
ZA961025B (en) * 1995-02-28 1996-07-16 Qualcomm Inc Method and apparatus for providing variable rate data in a communications system using non-orthogonal overflow channels
US6977967B1 (en) 1995-03-31 2005-12-20 Qualcomm Incorporated Method and apparatus for performing fast power control in a mobile communication system
TW347616B (en) * 1995-03-31 1998-12-11 Qualcomm Inc Method and apparatus for performing fast power control in a mobile communication system a method and apparatus for controlling transmission power in a mobile communication system is disclosed.
US6137840A (en) * 1995-03-31 2000-10-24 Qualcomm Incorporated Method and apparatus for performing fast power control in a mobile communication system
US5805648A (en) * 1995-07-31 1998-09-08 Qualcomm Incorporated Method and apparatus for performing search acquisition in a CDMA communication system
US6678311B2 (en) 1996-05-28 2004-01-13 Qualcomm Incorporated High data CDMA wireless communication system using variable sized channel codes
US5926500A (en) * 1996-05-28 1999-07-20 Qualcomm Incorporated Reduced peak-to-average transmit power high data rate CDMA wireless communication system
US6396804B2 (en) 1996-05-28 2002-05-28 Qualcomm Incorporated High data rate CDMA wireless communication system
US5930230A (en) 1996-05-28 1999-07-27 Qualcomm Incorporated High data rate CDMA wireless communication system
US5859840A (en) * 1996-05-31 1999-01-12 Qualcomm Incorporated Spread spectrum communication system which defines channel groups comprising selected channels that are additional to a primary channel and transmits group messages during call set up
US5875391A (en) * 1996-07-25 1999-02-23 Unisite, Inc. Method of and apparatus for performing antenna cosite analysis
US5790589A (en) * 1996-08-14 1998-08-04 Qualcomm Incorporated System and method for rapidly reacquiring a pilot channel
US5893035A (en) * 1996-09-16 1999-04-06 Qualcomm Incorporated Centralized forward link power control
US6496543B1 (en) * 1996-10-29 2002-12-17 Qualcomm Incorporated Method and apparatus for providing high speed data communications in a cellular environment
US6173007B1 (en) 1997-01-15 2001-01-09 Qualcomm Inc. High-data-rate supplemental channel for CDMA telecommunications system
US7751370B2 (en) 2001-07-13 2010-07-06 Qualcomm Incorporated Method and apparatus for forward link rate scheduling
US6335922B1 (en) 1997-02-11 2002-01-01 Qualcomm Incorporated Method and apparatus for forward link rate scheduling
US5991284A (en) 1997-02-13 1999-11-23 Qualcomm Inc. Subchannel control loop
CA2300064A1 (en) * 1997-08-14 1999-02-25 Siemens Aktiengesellschaft Method and device for generating a random number sequence for carrier frequencies of a mobile radio transmission
US6097972A (en) * 1997-08-29 2000-08-01 Qualcomm Incorporated Method and apparatus for processing power control signals in CDMA mobile telephone system
US6101173A (en) * 1998-03-16 2000-08-08 Qualcomm Incorporated Adaptive reacquisition time in a slotted paging environment
FI982203A (fi) * 1998-10-09 2000-04-10 Nokia Networks Oy Menetelmä ja generaattori generoida CDMA-radiojärjestelmän ortogonaalinen hajotuskoodi
US6735313B1 (en) * 1999-05-07 2004-05-11 Lucent Technologies Inc. Cryptographic method and apparatus for restricting access to transmitted programming content using hash functions and program identifiers
US6363060B1 (en) * 1999-06-30 2002-03-26 Qualcomm Incorporated Method and apparatus for fast WCDMA acquisition
US8199696B2 (en) 2001-03-29 2012-06-12 Qualcomm Incorporated Method and apparatus for power control in a wireless communication system

Family Cites Families (11)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3920894A (en) * 1974-03-11 1975-11-18 Bell Telephone Labor Inc Pseudo-random parallel word generator
NO141294C (no) * 1974-10-31 1980-02-06 Licentia Gmbh Fremgangsmaate ved frembringelse av slumpartede binaertegnfoelger
US4225935A (en) * 1977-08-30 1980-09-30 Sperry Corporation Coding method and system with enhanced security
US4308617A (en) * 1977-11-07 1981-12-29 The Bendix Corporation Noiselike amplitude and phase modulation coding for spread spectrum transmissions
US4341925A (en) * 1978-04-28 1982-07-27 Nasa Random digital encryption secure communication system
SU921059A1 (ru) * 1980-07-07 1982-04-15 Научно-исследовательский институт прикладных физических проблем им.А.Н.Севченко Генератор случайных чисел
SU947856A1 (ru) * 1980-09-22 1982-07-30 Минский радиотехнический институт Многоканальный параллельный генератор псевдослучайных чисел
FR2507844A1 (fr) * 1981-06-16 1982-12-17 Thomson Csf Procede et systeme de generation de lois temporelles pseudo-aleatoires orthogonales
US4694412A (en) * 1982-09-22 1987-09-15 Intel Corporation Random number generator for use in an authenticated read-only memory
US4667301A (en) * 1983-06-13 1987-05-19 Control Data Corporation Generator for pseudo-random numbers
US4685132A (en) * 1985-07-30 1987-08-04 Sperry Corporation Bent sequence code generator

Also Published As

Publication number Publication date
CA1315402C (en) 1993-03-30
AU1409588A (en) 1988-10-20
ES2037811T3 (es) 1993-07-01
DE3878008T2 (de) 1993-07-01
ATE85483T1 (de) 1993-02-15
GR3007283T3 (nl) 1993-07-30
DE3878008D1 (de) 1993-03-18
EP0287154A1 (en) 1988-10-19
US4872200A (en) 1989-10-03
EP0287154B1 (en) 1993-02-03
JPS63283331A (ja) 1988-11-21
AU598357B2 (en) 1990-06-21

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8700930A (nl) Systeem van orthogonaal werkende codegeneratoren, radio&#39;s voorzien van een codegenerator en codegeneratoren van zo&#39;n systeem.
US6058137A (en) Frequency hopping system for intermittent transmission
US4142069A (en) Time reference distribution technique
Yang et al. Optical orthogonal codes with unequal auto-and cross-correlation constraints
US8254362B2 (en) Method and device of generating time-varying preamble sequence and pseudorandom noise (PN) binary sequence in direct sequence spread spectrum (DSSS) communications
US4460992A (en) Orthogonal CDMA system utilizing direct sequence pseudo noise codes
US3810019A (en) Multifrequency communication system for fading channels
Tancevski et al. Hybrid wavelength hopping/time spreading schemes for use in massive optical networks with increased security
US4442527A (en) Synchronization systems
US4476566A (en) Frequency hopping radio communications apparatus having pseudo-random _channel selection
HU223362B1 (hu) Eljárás és berendezés adatkeretek szinkronizálására párhuzamos csatornákon
JP6223606B2 (ja) 通信装置および搬送波周波数制御方法
JP4518723B2 (ja) 周波数の繰返しシーケンスの生成
NO155079B (no) Fremgangsmaate for aa sende og motta data i et kommunikasjonssystem, samt mottakerkorrelatoranordning for aa motta og korrelere et flertall pulser.
Kostic et al. The design and performance analysis for several new classes of codes for optical synchronous CDMA and for arbitrary-medium time-hopping synchronous CDMA communication systems
CN112217539A (zh) 一种跳频图案同步方法、装置、电子设备及存储介质
MacGregor et al. Optimal spare capacity preconfiguration for faster restoration of mesh networks
Zakharchenko et al. Integrated methods of information security in telecommunication systems
EP0899903B1 (en) Switching network providing multiple timing paths for port circuits
JPWO2019240936A5 (nl)
US6005902A (en) Providing timing to an external system
KR101872738B1 (ko) 동기화된 주파수 도약 통신시스템에서 주파수 도약 속도가 상이한 다중 주파수 도약 신호간 직교성 처리 방법
RU2803622C1 (ru) Способ пакетной передачи данных шумоподобными сигналами
US3500211A (en) Pulse receiver whose output does not respond to signal distortion existing during short,intermittent periods
Maric et al. Address assignment for multiple-access systems based upon the theory of congruence equations

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed