NL8700684A - Afbuigeenheid voor gebruik met een projectie televisiebeeldbuis. - Google Patents

Description

PHN 12072 1 > X.

N.V, Philips' Gloeilampenfabrieken te Eindhoven.

Afbuigeenheid voor gebruik met een projectie televisiebeeldbuis.

De uitvinding heeft betrekking op een electromagnetische afbuigeenheid voor gebruik met een projectie televisiebeeldbuis met een tegenover een elektronenkanon gelegen beeldscherm, bevattende: een lijnafbuigspoelen stelsel voor het afbuigen van de 5 electronenbundel in de beeldbuis in horizontale richting, welk stelsel twee tegenover elkaar gelegen zadelspoelen bevat met elk longitudinale geleidergroepen die aan weerskanten van de longitudinale as van de beeldbuis gepositioneerd dienen te worden.

Er zijn grootbeeld TV sets op de markt met schermdia-10 gonalen van 40 inch of meer. Deze sets bevatten meestal drie afzonderlijke kathodestraalbuizen (resp. rood, groen en blauw) die naast (of boven) elkaar zijn opgesteld, elk met zijn eigen lenzensysteem, waarvan de beelden van achteren op een kijkscherm worden geprojecteerd in een zodanig arrangement dat ze een volledig kleurenbeeld vormen, met de 15 beelden in de drie kleuren correct op elkaar vallend. Elk van de gebruikte kathodestraalbuizen is voorzien van een afbuigspoelen stelsel met coaxiaal gearrangeerde lijn- en beeldafbuigspoelen voor het scannen van het raster in twee orthogonale richtingen. Als er geen bijzondere maatregelen worden genomen, zullen de op het scherm geprojecteerde rode, 20 groene en blauwe beelden trapeziumvormig van elkaar verschillen. Dit kan worden gecorrigeerd door de lijnafbuigspoelen van de buitenste kathodestraalbuizen zodanig te wikkelen dat ze bij bekrachtiging een 4-pool component met een bepaalde oriëntatie genereren. In de praktijk blijkt dat men op die manier wel de raster geometrie op het scherm goed kan 25 maken, doch dat dit ten koste gaat van de spotkwaliteit.

Aan de uitvinding ligt de opgave ten grondslag bovenstaande problematiek op te lossen.

De oplossing volgens de uitvinding wordt gekenmerkt, doordat aan het schermzijdige uiteinde van de afbuigeenheid de gelei-30 dergroepen van de tegenover elkaar gelegen zadelspoelen van het lijnafbuigspoelen stelsel aan één kant van de buisas op een eerste afstand, en aan de andere kant op een tweede, kleinere, afstand van £ V Λ ;.· .·' V' ? i . t «. V ; * n κ PHN 12072 2 elkaar liggen, en dat aan het kanonzijdige uiteinde de situatie net omgekeerd is, waarbij de afstanden aan het schermzijdige uiteinde zijn ingesteld voor het bij bekrachtiging van het lijnafbuigspoelen stelsel produceren van een 4-pool component die het op het beeldscherm te schrij-5 ven raster trapeziumvormig maakt en de afstanden aan het kanonzijdige uiteinde om een 4-pool component te genereren die tegengesteld is aan de nabij het schermzijdige uiteinde gegenereerde 4-pool component.

Wat met het bovenbeschreven lijnspoelen arrangement wordt bereikt, is het volgende: 10 Door het opwekken van een 4-pool component aan de schermzijde wordt de gewenste rastercorrectie verkregen. Aan de kanonzijde wordt een tegengestelde 4-pool component opgewekt. Deze heeft geen invloed op de rastercorrectie, maar zorgt er wèl voor dat de ongunstige invloed op de spotkwaliteit die de 4-pool component aan de 15 schermzijde met zich meebrengt gecompenseerd wordt.

Het realiseren van een lijnafbuigspoelen stelsel met de configuratie die de uitvinding eist is bijzonder gemakkelijk indien volgens een voorkeursvorm van de afbuiginrichting volgens de uitvinding de zadelspoelen van het lijnafbuigspoelen stelsel in yokewikkel techniek 20 worden uitgevoerd.

Een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding zal hierna aan de hand van de tekening worden beschreven, hierin toont:

Fig. 1a een typische lay-out van een projectie televisie-inrichting; 25 Fig. 1b de rangschikking van de blauwe, groene en rode beeldbuis in zo'n inrichting, en

Fig. 1c de door deze beeldbuizen geproduceerde en op een scherm geprojecteerde rasters vanaf de positie van de middelste (groene) beeldbuis; 30 Fig. 2 schematisch een langsdoorsnede door een in de inrichting van fig. 1 te gebruiken kathodestraalbuis met een afbuigeenheid volgens de uitvinding;

Fig. 3 een aanzicht van een doorsnede langs de lijn III-III door de lijnafbuigspoel 10 van de afbuigeenheid voor een blauwe 35 beeldbuis;

Fig. 4a de verdeling over de omtrek van de longitudinale geleidergroepen van de lijnafbuigspoel 10 aan zijn schermzijde en, & V :'· λ λ (_* · t- i PHN 12072 3

Fig. 4b de verdeling over de omtrek van longitudinale geleidergroepen van de lijnafbuigspoel 10 aan zijn kanonzijde;

Fig. 5 de vierpool veld component die door de lijnspoel 10 aan zijn schermzijde in de kathodestraalbuis van fig. 2 wordt 5 opgewekt;

Fig. 6 een aanzicht van het (trapeziumvormige) raster van een beeldbuis met een afbuigeenheid met een lijnafbuigspoel volgens fig. 2 en het door projectie op een scherm verkregen (rechte) raster B'.

In Fig. 1a wordt een vrijstaande kast getoond die een 10 televisie weergeefsysteem bevat voorzien van een kathodestraalbuis 1 met een beeldscherm 3, een projectielens systeem 4, spiegels 5 en 6 en een translucent projectiescherm 7. Bij kleurentelevisie wórden drie kathode-straalbuizen 1B, 1G en 1R en drie lenssystemen 2B, 2G, 2R gebruikt die in een vlak loodrecht op het vlak van de tekening liggen (Fig. 1b). De 15 spiegels 5 en 6 strekken zich dan b.v. zover in de richting loodrecht op de tekening uit dat ze licht van alle drie de kathodestraalbuizen kunnen opvangen. De buitenste kathodestraalbuizen 1B en 1R zijn naar binnen gericht, om de geprojecteerde rode, blauwe en groene rasters R, G, B op het scherm 7 te laten samenvallen. Deze rasters zullen trapeziumvormig 20 van elkaar verschillen (fig. 1c). Dit kan worden gecompenseerd door de lijnafbuigspoelen van de buitenste kathodestraalbuizen 1B en 1R aan hun schermzijde een 4-pool veld component te laten opwekken. Hoe dit gerealiseerd kan worden zonder dat spotbederf optreedt wordt aan de hand van de in fig. 2 in langsdoorsnede getekende kathodestraalbuis 1(B) uiteen-25 gezet. De kathodestraalbuis is aan de tegenover het beeldscherm 3 gelegen zijde voorzien van een electronenkanon 8.

Een door het electronenkanon 8 geproduceerde electro-nenbundel wordt bij zijn weg naar het scherm 3 in twee orthogonale richtingen: de lijnafbuigrichting (x) en de beeldafbuigrichting (y), 30 afgebogen met behulp van een afbuigeenheid 9. Zoals in detail in fig. 2 te zien is, omvat afbuigeenheid 9 volgens de uitvinding een lijnafbuig-buigspoel 10 en een beeldafbuigspoel 11 die coaxiaal t.o.v. elkaar op de beeldbuis 2 gearrangeerd zijn. Coaxiaal om de lijnafbuigspoel 10 en de beeldafbuigspoel 11, die in dit geval beide van het zadeltype met 35 liggende achterste verbindingsdelen zijn is een ringkern 12 van zacht-magnetisch materiaal aangebracht. Deze ringkern 12 kan ééndelig zijn, zoals in de figuur aangegeven, of tweedelig in het geval dat er f '“•'Γ. c- f V - l. _· w # i

J

*v PHN 12072 4 een (beeld-)afbuigspoel toroldaal op gewikkeld is.

Lijnafbuigspoel 10 heeft een speciale asymmetrie. Zoals in fig. 3, die een aanzicht van een doorsnede door de lijnafbuigspoel 10 langs de lijn III-III in fig. 2 toont, getoond wordt bestaat de lijnaf-5 buigspoel 10 uit twee helften 10a en 10b. De longitudinale geleidergroe-pen hiervan zijn aan de schermzijde van de lijnafbuigspoel 10 aan één kant van de buisas z op een afstand a van elkaar gelegen en aan de andere kant van de buisas z zijn ze op een (kleinere) afstand b van elkaar gelegen. Zoals aangegeven door het verschil in de afstanden c en 10 c' van de geleidergroepen tot de centrale as y (fig. 4a) ligt bij voorkeur het zwaartepunt van de vensters van de lijnspoelhelften aan de voorzijde van de lijnspoel 10 aan de rechterkant van de centrale as y. Deze ligging versterkt het beoogde effekt. De afstanden a, b, c en c' zijn zodanig ingesteld dat bij bekrachtiging van de lijnafbuigspoel 10 15 deze een voldoend krachtige 4-pool veld component aan zijn schermzijde opwekt. Zie fig. 5. Deze 4-pool veroorzaakt op het beeldscherm 3 van de buis 1B een trapeziumvormige rastervertekening (met een getrokken lijn aangegeven in fig. 6). Het via lens 4B (scheef) op het kijkscherm 7 geprojecteerde trapeziumvormig vertekende raster B' krijgt daardoor de 20 vorm van een rechthoek (met een onderbroken lijn aangegeven in fig. 6). Op analoge wijze kan men het raster R (fig. 1c) van de andere buitenste (rode) kathodestraalbuis 1R (fig. 1b) corrigeren. D.w.z. dat in dat geval de lijnspoel een asymmetrie gegeven wordt die 180° geïnverteerd is ten opzichte van de asymmetrie van de in fig. 3 getoonde 25 lijnspoel 10. D.w.z. dat in dat geval de afstand tussen de geleidergroepen van de spoelhelften aan de linkerkant van de spoel klein is en aan de rechterkant groot en dat bij voorkeur het zwaartepunt van de vensters van de lijnspoelhelften aan de voorzijde van de lijnspoel aan de linkerkant van de centrale as y ligt. Echter, als geen verdere maatregelen 30 zouden worden genomen, zou de spotkwaliteit nadelig beïnvloed worden.

Om dit nadelige effect te compenseren, wordt de lijnspoel 10 van de "blauwe" beeldbuis 1(B) zodanig gewikkeld dat hij aan zijn kanonzijde een asymmetrie in de omtreksverdeling van de longitudinale geleidergroepen vertoont die tegengesteld is aan de asymmetrie aan zijn scherm-35 zijde. Dit is veraanschouwelijkt in fig. 4b. De afstanden d, e, f en f' zijn zodanig ingesteld dat aan de kanonzijde bij bekrachtiging een 4-pool veld component wordt opgewekt die tegengesteld is aan de 4-pool P 7 f* r' - o / v» · v y i' © *4 ί ΡΗΝ 12072 5 veld component aan de schermzijde. Deze 4-pool veld component heeft geen invloed op de rastercorrectie, doch compenseert de nadelige invloed die de schermzijdige 4-pool veld component op de spotkwaliteit heeft.

Hiermee wordt dus bereikt dat de rastervertekening op het kijkscherm 5 gecorrigeerd wordt zonder dat een storende mate van spotvertekening wordt geïntroduceerd.

Op analoge wijze heeft ook de lijnspoel van de "rode" kathbdestraalbuis 1(R) aan zijn kanonzijde een asymmetrie in de verdeling van de longitudinale geleidergroepen die tegengesteld is aan de asymmetrie aan de 10 schermzijde.

Het zal duidelijk zijn dat de zadelvormige lijnafbuig-spoel helften 10a en 10b niet op één en dezelfde mal gewikkeld kunnen worden. (Bij spoelen waarbij de afstanden a en b over de hele lengte constant blijven zou dat wel kunnen, deze worden dan gespiegeld 15 gemonteerd). Om het moeten gebruiken van 2 mallen te voorkomen kan met voordeel gebruik worden gemaakt van de in US-A 4 484 166 beschreven yoke wikkel techniek.

De lijnspoelen worden in dat geval rechtstreeks tegen de binnenzijde van een holle, trechtervormige drager gewikkeld die aan zijn 20 uiteinden van groeven voor het geleiden van de draadgeleiders voorzien is.

£ ’ -j v { ? Λ

Claims (2)

1. Electromagnetische afbuigeenheid voor gebruik met een projectie televisiebeeldbuis, met een tegenover een electronen-kanon gelegen beeldscherm, bevattende: een lijnafbuigspoelen stelsel voor het afbuigen van de 5 electronenbundel in de beeldbuis in horizontale richting, welk stelsel twee tegenover elkaar gelegen zadelspoelen bevat met elk longitudinale geleidergroepen die aan weerskanten van de longitudinale as van de beeldbuis gepositioneerd dienen te worden, met het kenmerk, dat aan het schermzijdige uiteinde de geleidergroepen van de tegenover elkaar 10 gelegen zadelspoelen aan één kant van de buisas op een eerste afstand, en aan de andere kant op een tweede, kleinere, afstand van elkaar liggen, en dat aan het kanonzijdige uiteinde de situatie net omgekeerd is, waarbij de afstanden aan het schermzijdige uiteinde zijn ingesteld voor het bij bekrachtiging van het lijnafbuigspoelen stelsel 15 genereren van een 4-pool component die het op het beeldscherm te schrijven raster trapeziumvormig maakt en de afstanden aan het kanonzijdige uiteinde om een 4-pool component te genereren die tegengesteld is aan de nabij het schermzijdige uiteinde gegenereerde 4-pool component.

2, Afbuigeenheid volgens conclusie 1, met het kenmerk, 20 dat de zadelspoelen van het lijnafbuigspoelen stelsel in yoke wikkel techniek uitgevoerd zijn. 87. c (i 8 t