NL8603239A - Dakventilator. - Google Patents

Dakventilator. Download PDF

Info

Publication number
NL8603239A
NL8603239A NL8603239A NL8603239A NL8603239A NL 8603239 A NL8603239 A NL 8603239A NL 8603239 A NL8603239 A NL 8603239A NL 8603239 A NL8603239 A NL 8603239A NL 8603239 A NL8603239 A NL 8603239A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
housing
base
roof fan
roof
fan according
Prior art date
Application number
NL8603239A
Other languages
English (en)
Other versions
NL192631B (nl
NL192631C (nl
Original Assignee
Gebhardt Gmbh Wilhelm
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority claimed from DE19853546083 external-priority patent/DE3546083A1/de
Application filed by Gebhardt Gmbh Wilhelm filed Critical Gebhardt Gmbh Wilhelm
Publication of NL8603239A publication Critical patent/NL8603239A/nl
Publication of NL192631B publication Critical patent/NL192631B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL192631C publication Critical patent/NL192631C/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24FAIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
    • F24F7/00Ventilation
    • F24F7/02Roof ventilation
    • F24F7/025Roof ventilation with forced air circulation by means of a built-in ventilator

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Structures Of Non-Positive Displacement Pumps (AREA)

Description

*!£ * VO 8435 Dakventilator.
De uitvinding betreft een dakventilator met een door een aan-drijfmotor aangedreven radiaal loopwiel/ bij voorkeur met verticale as, en een het radiale loopwiel en de aandrijfmotor bevattend huis, dat via een voet met het dak of een overeenstemmende wand van een te ventileren 5 ruimte verbindbaar is, waarbij zijn doorsnede tenminste in een bereik, dat grenst aan een het verbindingsorgaan naar de voet vormend plaatvormig basislichaam, de contour van een rechthoek, resp. vierkant heeft en dat een intreedopening aan de naar de voet toegekeerde zijde, alsmede een radiale uittrede met twee aan tegenover elkaar liggende rechthoeks-10 zijden van het huis aanwezige uittreedopeningen bezit, welke de stroom van het transportmedium uit de omgeving van de aandrijfmotor wegleiden.
Een dergelijke dakventilator is in de niet-voorgepubliceerde Duitse octrooiaanvrage P 34 38 710.2 beschreven. Via het radiale loopwiel wordt in de asrichting uit een te ventileren ruimte een transport-15 medium, bijvoorbeeld lucht, afgezogen, dat het radiale loopwiel in hoofdzaak verlaat en via de uittreedopeningen naar buiten geblazen wordt.
Omdat slechts twee tegenover elkaar gelegen uittreedopeningen aanwezig zijn, treedt het transportmedium gericht en in hoofdzaak zonder wervelingen uit de ventilator naar buiten, waardoor dit ver weggeblazen wordt.
20 Voorts onderscheidt dit type dakventilator zich door lage ver mogenverliezen en is geruisarm. Gebleken is echter, dat een controle, resp, toezicht van deze dakventilator steeds nog relatief omslachtig is, omdat het radiale loopwiel en de motor van buiten af slechts moeilijk toegankelijk en slechts met moeite bekeken kunnen worden.
25 Doel van de onderhavige uitvinding is de dakventilator van het hierboven bedoelde type met behoud van zijn voordelen zodanig te verbeteren, dat controle, resp. inspectie en toezicht in het bijzonder van het radiale loopwiel en de aandrijfmotor eenvoudig en met slechts weinig tijdverlies kunnen plaatsvinden. In elk geval moet de dakventilator een 30 eenvoudige opbouw bezitten en gunstig in kosten vervaardigd kunnen worden.
Hèt genoemde probleem wordt opgelost, doordat het huis aan de beide de uittreedopeningen bezittende kopzijden van het huis geopend kan worden, zodanig, dat het radiale loopwiel in de bedrijfstoestand van 8-50 3 2.5 9 i « -2- de ventilator naar buiten toe afgedekt en in, de geopende kopzijden van het huis bevattende controletoestand van de ventilator bekeken kan worden en toegankelijk is. Bij voorkeur moet dus de dakventilator bij een beproeving, resp. inspectie of toezicht niet van de voet afgenomen worden, 5 meer nog is het voldoende, de kopzijden van het huis eenvoudig te openen, om zich een beeld omtrent het inwendige van de dakventilator te kunnen vormen. Zo is het mogelijk de loopwieltoestand, de mate van vervuiling, de draairichting of dergelijke zo snel mogelijk te controleren, zonder dat hierbij een langdurige stilstand van de dakventilator nood-10 zakelijk zou zijn. Onder bepaalde omstandigheden kan het beproeven zelfs bij lopende dakventilator plaatsvinden.
Bij de uitvoeringsvorm van de dakventilator volgens de uitvinding kan de oorspronkelijke, uitwendige vorm op doelmatige wijze behouden blijven, zodat architecten bij het ontwerp van gebouwen geen reke-15 ning behoeven te houden met de latere uitvoeringsvorm van de ventilator. Daarbij is het huis van de dakventilator als gevolg van zijn eenvoudige vorm zonder grote investering en gunstig in kosten te vervaardigen.
Voorts is het aanbrengen van de te openen huiszijden aan de de uittreed-openingen bevattende zijden mogelijk, zodat ook meerdere dakventilatoren, 20 zonder de toegankelijkheid van het inwendige te benadelen, op de wijze van een batterij direct op elkaar volgend aangebracht kunnen worden.
Verdere ontwikkelingen van de uitvinding worden nog besproken.
Doordat de beide, bij de tegenover elkaar liggende en de uittreed-openingen bezittende rechthoekszijden van het huis behorende kopwanden 25 van het huis elk geheel of ten dele van het huis verwijderbaar zijn, zijn ook grotere ingrepen in de dakventilator mogelijk, bijvoorbeeld voor-controledoeleinden, waarbij de eventueel storende kopwanden van het huis verwijderd kunnen worden.
Doordat volgens een uitvoeringsvorm de beide, bij de tegenover 30 elkaar liggende en de uittreedopeningen bezittende rechthoekzijden van het huis behorende kopwanden van het huis elk als geheel of met een wand-partij van de overige basis van het huis wegklapbaar zijn, waardoor het huis zijdelings opklapbaar is, kan een eenvoudig te hanteren openend en sluitend mechanisme voor het ventilatorhuis toegepast worden.
35 Doordat de verwijderbare kopwanden van het huis, resp. wand- partijen of wandgedeeltes in de bedrijfstoestand van de ventilator onder
È £ fi " 9 X Λ ^ V v v» i. sj J
* ii -3- afdichting losneembaar aan de basis van het huis aangebracht zijn, bij voorkeur door een in het bijzonder lijstvormige, tussen de verwijderbare huispartij en de basis van het huis verlopende afdichting, is niettegenstaande de te openen kopwanden van het huis in de bedrijfstoestand 5 van de ventilator een optimale afdichting gewaarborgd, zodat geen valse lucht aangezogen wordt en ook de afgewerkte lucht uitsluitend door de uittreedopeningen naar buiten treedt.
Doordat het ventilatorhuis, resp. de basis van het huis in het bereik van de naar de uittreedopeningen toe gekeerde rechthoekszijden 10 ten opzichte van het basislichaam verzwenkbaar scharnierend is, wordt het toezicht op de dakventilator nogmaals aanzienlijk vereenvoudigd.
Doordat de doorsnede van het plaatvormige basislichaam ongeveer met de doorsnede van de aansluitende, naburige huispartij overeenstemt, is een compacte constructie voor de dakventilator mogelijk met prak-15 tisch niet buiten het huis uitstekend basislichaam. Eventueel aanwezige bevestigingsschroeven voor het verankeren van het basislichaam aan de voet, kunnen bij voorkeur door het verwijderen, resp. wegzwenken van de te openen kopwanden toegankelijk gemaakt worden.
Doordat het huis aan de van de voet, resp. het dak af gekeerde 20 bovenzijde door een afneembare dekselplaat met bijvoorbeeld rechthoekige contour afgesloten is, wordt de toegankelijkheid van het inwendige van het huis en in het bijzonder van het loopwiel en van de motor voor toezichtsdoeleinden verbeterd.
Doordat het radiale loopwiel en de aandrijfmotor gemeenschappe-25 lijk aan een drager binnen het huis opgehangen zijn, waarbij zij doelmatig vanaf de tegenover het basislichaam liggende bovenzijde van het huis in het huis gezet, resp. daaruit genomen kunnen worden, * doordat de in het bijzonder als draagplaat uitgevoerde drager met de uitstekende, axiale eindbereiken van meerdere, bijvoorbeeld vier, 30 zuilvormige, anderzijds op de bodem van het huis, resp. het basislichaam steunende draagsteunen steunt en in het bijzonder daarop ligt, eventueel onder tussenvoeging van dempelementen, zoals rubber, doordat de draagsteunen evenwijdig aan de loopwielas verlopen en met radiaal gemeten afstand buiten de omvang van het radiale loop-35 wiel, in het bijzonder op gelijke afstand over de loopwielomvang verdeeld, aangebracht zijn, en 8 30"~ - i # s -4- doordat de drager in de richting van de huisbovenzijde uitstekende, bij voorkeur in axiale verlenging ten opzichte van de draag-steunen aangebrachte steunen draagt, waarop de dekplaat doelmatig losneembaar vast verbonden ligt, wordt de montage van de dakventilator 5 vereenvoudigd en wordt bovendien het toezicht vergemakkelijkt, omdat de afzonderlijke constructiedelen zeker verankerd, goed toegankelijk en gemakkelijk uitwisselbaar in het inwendige van het huis zijn aangebracht.
Hierna wordt de uitvinding aan de hand van de bijgaande tekeningen nader toegelicht. In deze tekeningen tonen: 10 fig. 1 een zijaanzicht van de dakventilator volgens de uitvin ding in gesloten bedrijfstoestand, waarbij gestreept de dekplaat in de van het huis afgenomen toestand is aangeduid; fig. 2 de ventilator volgens fig. 1 in de controletoestand met verwijderde, resp. opgeklapte kopwanden van het huis en in gestreepte 15 uitvoeringsvorm bij omhoog geklapte basis van het huis; fig. 3 een zijaanzicht van een andere uitvoeringsvorm van de dakventilator volgens de uitvinding bij afgenomen zijwand; en fig. 4 een schematisch voorgesteld detail van de dekplaat in het bereik van êën van zijn ventilatorspleten volgens het gestreepte detail 20 IV uit fig. 3 en een aanzicht volgens de pijl A in fig. 3.
De dakventilator volgens de uitvinding bezit een huis 5, waarvan de onderzijde aan de zijwanden kan zijn omgezet of een in doorsnede Z-vormige, rondom lopende rand 4 bezit (zie ook fig. 3), waarmede dit op een plaatvormig basislichaam 6 met rechthoekige of vierkante doorsnede 25 aangebracht en in het bijzonder vastgeschroefd is, dat op de voet 7 van een niet-weergegeven dak of een betreffende wand van een te ventileren ruimte zit.
* In doorsnede heeft tenminste het aan het basislichaam 6 grenzende bereik van het huis 5 eveneens de contour van een rechthoek, resp. vier-30 kant.
In het inwendige van het huis 5 is een gestreept weergegeven radiaal loopwiel 8 aangebracht, dat aan een aandrijfmotor 9 gekoppeld is, welke op later nog aan de hand van fig. 3 te bespreken wijze in het inwendige van het huis is opgehangen. De loopwielas 10 loopt evenwijdig aan 35 de langsas 14 van het huis 5, resp. valt daarmee samen en is haaks op het plaatoppervlak van het basislichaam 6 aangebracht. Aan de naar de S Λ Λ ·— s* Tl* Λ.
g v2 ··>' „·· ? s y ' Ï'1' :» » in V» 0 « -5- voet toegekeerde zijde heeft het huis 5 een gestreept weergegeven in-treedopening 15 en voorts is een radiale uittrede met twee uittreed-openingen 12, 13 in het huis 5 aanwezig, waardoor de door het radiale loopwiel via de intreedopening 15 aangezogen transportstroom, bijvoor-5 beeld lucht, in de omgeving uitgeblazen wordt.
Zoals uit de fig. 1 en 3 blijkt, bestaat het huis 5 bij voorkeur uit twee in axiale richting 14 op elkaar volgende en naadloos in elkaar overgaande partijen. De eerste, aan de rand 4, resp. het basislichaam 6 grenzende partij 16 heeft, in langsrichting 14 gezien, een rechthoekige 10 of vierkante buitencontour en is aan alle vier zijden, welke overigens eveneens een rechthoekige gestalte hebben, gesloten. De in langsrichting direct daarop aansluitende tweede huispartij 17 heeft twee tegenover elkaar liggende huiszijden, welke in hoofdzaak in êën vlak met steeds één van twee tegenover elkaar liggende rechthoekszijden van de 15 eerste partij 16 verlopen; deze beide zijden van de tweede partij 17 zijn eveneens zonder opening uitgevoerd en vormen met de betreffende zijden de eerste partij 16 van twee tegenover elkaar liggende gesloten zijvlakken van het huis 5, waarvan de ene 18 in fig. 1 is weergegeven en welke evenwijdig aan het vlak van tekening in fig. 1 verlopen. De beide 20 tegenover elkaar liggende zijden van de tweede partij 17 zijn elk naar buiten toe en dus in ten opzichte van elkaar tegengestelde richtingen uitgebogen, zodat naar buiten uitstekende uitbuigingen 19, 20 aanwezig zijn, welke bij de rechthoekig op de zijvlakken 18 verlopende rechthoekszijden van de eerste partij 16 behoren.
25 De uitbuigingen 19, 20 hebben in zijaanzicht en in de richting van de zijvlakken 18 zonder openingen gezien, een driehoekige buitencontour met nagenoeg even lange benen, zodat men zich het huis 5 als blok kan denken, waartegenaan twee tegenover elkaar liggende kopzijden 21, 22 van het huis een in doorsnede driehoekvormig, prismatisch lichaam 30 gezet is.
Bij het uitvoeringsvoorbeeld volgens fig. 1 stemt de in axiale richting gemeten lengte van de eerste partij 16 ongeveer overeen met die van de tweede partij 17; deze constructieve vorm van het huis is in het bijzonder dan geschikt, wanneer, zoals afgeheeld, de aandrijfmotor 9 35 een axiaal in het inwendige van het loopwiel 8 reikende inbouwmotor is.
Bij de uitvoeringsvorm volgens fig. 3 daarentegen is de aandrijfmotor 9 6303239
ΐ V
-6- een op het loopwiel 8 aansluitende aanbouwmotor, op grond waarvan de rechthoekvormige partij 16 ongeveer dubbel zo lang is als de van uit-buigingen voorziene partij 17.
De beide uittreedopeningen 12, 13 behoren bij de de uitbuigingen 5 19, 20 bezittende kopzijden 21, 22 van het huis en zijn direct in de uit buigingen 19, 20 aan de van het basislichaam 6 afgekeerde, naar boven wijzende zijvlakken aangebracht.
De bovenzijde van het huis 5 is eventueel door een afdekplaat 28 met bijvoorbeeld rechthoekige contour afgesloten.
10 Om voor inspectie-, controle- of andere toezichtsdoeleinden bij het radiale loopwiel 8 of de aandrijfmotor 9 te kunnen komen, resp. deze te kunnen bekijken, bijvoorbeeld voor het controleren van de toestand van het loopwiel, de mate van vervuiling of voor het controleren van de draairichting, is er volgens de uitvinding voor gezorgd, dat het huis 5 15 aan de beide, de uittreedopeningen 12, 13 bezittende kopzijden van het huis geopend kan worden, zodat de genoemde werkzaamheden in een de geopende kopzijden bevattende controletoestand van de ventilator uitgevoerd kunnen worden. Hierbij zijn bij voorkeur de bij de beide kopwanden 21, 22 van het huis behorende en de uittreedopeningen 12, 13 bezittende 20 kopwanden 23, 24 van het huis geheel of ten dele van het huis verwijderbaar, resp. afneembaar, zodat zonder moeilijkheden de binnen het huis aanwezige constructiedelen toegankelijk zijn. Bij voorkeur zijn daarbij de de uittreedopeningen 12, 13 bezittende kopwanden 23, 24 van het huis 5 als geheel, dan wel slechts met een wandpartij van de overige basis van 25 het huis, wegklapbaar en in het bijzonder wegzwenkbaar.
Bij de in de tekening weergegeven uitvoeringsvoorbeelden zijn de kopwanden 23, 24 van het huis elk volledig van de blijvende basis 25 van het huis verwijderbaar, resp. wegzwenkbaar, waarbij steeds ook gelijktijdig naburige delen 29, 30, van de zijdelings aansluitende zijwanden, 30 resp. zijvlakken 18 zonder openingen kunnen worden verwijderd, resp. weggezwenkt (zie fig. 2). Het huis 5 bestaat hier dus praktisch uit drie gescheiden delen, nl. de basis 25 van het huis en de beide, bij de uittreedopeningen 12, 13 behorende zijdelen 31, 32 van het huis, die elk een kopwand 23, 24 van het huis, alsmede twee bij voorkeur als geheel aan 35 de rand gevormde en tegenover elkaar gelegen wanddelen 29, resp. 30 bevatten. In doorsnede bezitten de zijdelen 31, 32 dus een in hoofdzaak Q /J* Λ "f “·*
w *y *2 u -*J
> -v -7- U-vormige contour, waarbij de U-opening in de in fig. 1 afgeheelde bedrijf stoestand van de ventilator naar het inwendige van het huis en naar het loopwiel 8 wijst.
Voor een eenvoudig hanteren zijn de beide zijdelen 31, 32 volgens 5 fig. 2 wegklapbaar van de basis 25 van het huis in de nabijheid van de voet 7 en van het basislichaam 6 zwenkbaar aan het frame 4 van het huis bevestigd, waarbij de beide, bij één van de zijdelen behorende zwenk-assen 33, 33' evenwijdig aan de bijbehorende rechthoekszijde van het rechthoekvormige deel 16 en eveneens evenwijdig aan het oppervlak van het ba-10 sislichaam 6 verlopen. Derhalve bevinden zij zich in de nabijheid van de betreffende kopwand 23, 24 van het huis. Daardoor is het mogelijk, zonder veel moeite een openen van het huis 5 te doen plaatsvinden, waarbij niet alleen de kopzijden 21, 22 van het huis geopend worden, doch waarbij bovendien, in overeenstemming met de gestalte van de delen 29, 30 ook 15 een zijdelings openen in het bereik van de in de bedrijfsstand volledig geen openingen bezittende, resp. gesloten zijwanden 18 plaatsvindt, hetgeen de toegankelijkheid van het inwendige van het huis verder verbetert.
Bij voorkeur zijn de beide zijdelen 31, 32 in het bijzonder voor toezichtsdoeleinden ook geheel afneembaar, bij voorkeur doordat aan de 20 zwenkassen door hun betreffende uitvoeringsvorm een scheiding plaatsvindt.
Voor het bevestigen van de zijdelen 31, 32 in de bedrijfstoe-stand van de ventilator volgens fig. 1 aan de basis van het huis zijn bij voorkeur in het bovenste randbereik van het huis 5 op de scheidings-25 plaatsen met de zijdelen snel-sluitende inrichtingen 34, bijvoorbeeld in de vorm van haken, aanwezig. Voorts zijn in het scheidingsbereik 35 tussen de basis 25 van het huis en de beide zijdelen 31, 32, langs de huisrand verlopende, bijvoorbeeld lijstvormige afdichtingen aanwezig (niet weergegeven), welke in de bedrijfstoestand van de ventilator in 30 het bereik van de scheidingsplaatsen tussen de drie onderdelen van het huis een optimale afdichting garanderen.
Doordat de verzwenkbare zijdelen 31, 32 ook gedeeltes 29, 30 van de zijwand 18 zonder openingen bevatten, zijn de geen openingen bevattende zijvlakken fabricage-technisch aanzienlijk eenvoudiger te maken.
35 De zijwanden worden normaliter door persen vervaardigd, bijvoorbeeld uit plaat; dit persen is bij kleinere te persen vlakken, zoals deze in £ o - T s* • vu·- Λ *4 ----- -8- het onderhavige geval door de onderverdeling van de zijvlakken ontstaan zijn, aanzienlijk eenvoudiger te bewerkstelligen dan bij grote vlakken. Problemen met betrekking tot het vormen van plooien, dan wel vanwege grote en dure werktuigen treden in het onderhavige geval niet meer op.
5 Bij het uitvoeringsvoorbeeld werd de onderverdeling van de zij wanden 18 zonder openingen voor het scheiden van de delen 29, 30 volgens de fig. 1 en 2 steeds volgens een scheidingslijn 36 bewerkstelligd, die uitgaande van de rand 4 op enige afstand van de betreffende kopwand 23, 24 van het huis aanvankelijk evenwijdig aan de langsrichting 14 van het 10 huis verloopt. De hoogte van dit evenwijdig lopende deel 37 is iets groter dan de hoogte van het rechthoekige deel 16, eindigt echter voor het bereiken van de hoogte van de naar buiten uitstaande kant 38 van de uitbuigingen 19, 20. Aan het einde van het gedeelte 37 sluit een naar boven en naar buiten en vanaf de langsas 14 gericht gedeelte 39 van de 15 scheidingslijn aan, dat evenwijdig aan het naar buiten wijzende vlak van de uitbuigingen 19, 20 verloopt en aan het bovenste, buitenrand-bereik van de bovenzijde van het huis eindigt. De zijdelen 29, 30 bezitten in zijaanzicht, volgens fig. 1 gezien, steeds twee stomphoekig aan elkaar bevestigde delen.
20 De boven besproken afdichtingen verlopen o.a. langs de scheidings lijnen 36.
Bij voorkeur zijn de in het bereik van de scheidingslijnen 36 naar elkaar toegekeerde randbereiken van de basis 25 van het huis en de zijdelen 31, 32 in bovenaanzicht gezien, onderling verzet aangebracht, 25 zodat deze randbereiken (40, 40' in fig. 2) in de bedrijstoestand volgens fig. 1 elkaar overlappen; dit verschaft voor het huis in de bedrijfs-toestand een optimaal samenhouden en een grote stijfheid.
* De beschreven, bijzondere vorm van de zijdelen 31, 32 heeft enerzijds het voordeel, dat het huis 5 in het bereik van het in de nabijheid 30 van de grondplaat 6 aangebrachte, radiale loopwiel over een groter bereik geopend kan worden en anderzijds, dat in het bereik van de bovenzijde de dekplaat geen een het zwenken hinderende invloed kan uitoefenen.
De basis van het huis heeft, in de richting van het zijvlak 18 zonder openingen gezien, de gestalte van een rechthoek van kleinere 35 breedte dan het huis 5 als geheel, waaraan in het bereik van de knik van de scheidingslijn 36 een naar buiten toe zich verwijdend regelmatig, •S ί ö 3 2 3 9 -9- trapeziumvormig beeld aansluit.
Een voordeel van de dakventilator volgens de uitvinding ligt daarin, dat de grondplaat 6 in zijn contour nagenoeg met die van de rand 4, resp. het naburige bereik van de partij 16 overeen kan stemmen, omdat 5 het mogelijk is de voor het doorvoeren van bevestigingselementen, zoals schroeven of dergelijke, noodzakelijke openingen binnen het huis 5 en aldaar of door de zijdelen 31, 32 afgedekte plaatsen van het basislichaam 6 aan te brengen. Door het wegzwenken van de zijdelen 31, 32 zijn deze openingen voor de montage, resp. demontage van de dakventilator gemak-10 kelijk toegankelijk; bij 44 zijn in fig. 2 betreffende schroefverbindingen aangeduid.
Om het radiale loopwiel 8 in het geval van onderhoud ook van onder af zonder enige moeite goed toegankelijk te maken, is ervoor gezorgd, dat het ventilatorhuis, bij het uitvoeringsvoorbeeld de basis 25 van het 15 huis, in het bereik van een, bij hun aan de uittreedopeningen toegevoegde rechthoekszijden ten opzichte van het basislichaam 6 naar omhoog zwenkbaar bevestigd is. Daartoe heeft de basis 25 van het huis enerzijds aan zijn onderzijde vast aangebrachte en anderzijds aan de rand 4 scharnierend en verzwenkbaar gelagerde lippen 46. Bij voorkeur zijn aan de 20 beide zijdelen aangebrachte basiseenheden zwenkassen 47 aangebracht, welke doelmatig evenwijdig en op enige afstand van de betreffende naburige zwenkassen 33, 33' van de zijdelen 31, 32 verlopen, zodat de basis van het huis naar keuze naar de ene of de andere zijde naar omhoog kan worden gezwenkt (in gestreepte uitvoeringsvorm is de basis van het 25 huis in fig. 2 in een naar omhoog gezwenkte toestand afgebeeld).
Bij voorkeur is met de basis 25 van het huis ook gelijktijdig het radiale loopwiel en de aandrijfmotor naar omhoog zwenkbaar.
* Een vereenvoudigd toezicht van de dakventialtor volgens de uitvinding kan voorts worden bereikt, wanneer volgens fig. 3 zowel het ra-30 diale loopwiel 8 alsook de aandrijfmotor 9 vanaf de bovenzijde van het huis daarin gezet en daarbij gemeenschappelijk aan een drager 48 in het inwendige van het huis ogehangen zijn. Daartoe zijn bij het uitvoeringsvoorbeeld volgens fig. 3 vier met hun ene axiale eindzijde op de grondplaat 6 verankerde zuilvormige en evenwijdig aan de langsrichting 14 35 naar buiten stekende draagsteunen 49 aanwezig, welke in axiale richting buiten het radiale loopwiel 8 uitsteken en welke met radiaal gemeten ¢-:03239 -10- af stand buiten het radiale loopwiel 8 op een gelijkmatige afstand over de omtrek van het loopwiel verdeeld aangebracht zijn. Zij dragen onder tussenvoeging van een dempelement, de als draagplaat uitgevoerde en het •loopwiel 8 overspannende drager 48. Deze laatst draagt de uitsluitend 5 daarop verankerde aandrijfmotor 9, met het aandrijvende deel waarvan het radiale loopwiel 8 in verbinding staat.
Bij het uitvoeringsvoorbeeld volgens fig. 3 zit de als aanbouw-motor uitgevoerde aandrijfmotor 9 van boven af op de drager 48, terwijl bij het uitvoeringsvoorbeeld volgens fig. 1 ook de als inbouwmotor uit-10 gevoerde aandrijfmotor 9 onder de drager 48 aangebracht en aan deze hangend bevestigd is.
Op de drager 48 enerzijds zijn wederom eveneens uitstekende steunen 50 aangebracht, die in aantal met die van de draagsteunen 49 overeenstemmen en elk volgens een axiale verlenging ten opzichte daarvan aan-15 gebracht zijn. Hun van de drager 48 af gekeerde eindbereiken reiken iets buiten de bovenzijde van het huis 5 uit en dragen de afneembare·, de bovenzijde van het huis afsluitende dekplaat 28. Deze laatste is bij voorkeur losneembaar aan de boveneinden van de zuilen 50 vastgeschroefd.
Thans is in het geval van reparatiewerkzaamheden een snel en 20 eenvoudig demonteren van de aandrijfmotor en het radiale loopwiel mogelijk. Slechts de dekplaat 28 met de steunen 50 moeten worden verwijderd (zie gestreepte afbeelding in fig. 1) en eventueel een opklappen van de beide zijdelen 31, 32, te bewerkstelligen, om het uitnemen van de gemoduleerde eenheid, in hoofdzaak bestaande uit motor en loopwiel, mogelijk 25 te maken. Ook is het denkbaar, naast uitsluitend het naar buiten zwenken van de zijdelen 31, 32 en het vervolgens losmaken van de verbindingen tussen de draagzuilen 49 en de grondplaat 6, de gehele eenheid bestaande uit dekplaat, zuilen, dragers, aandrijfmotor en loopwiel tezamen uit te nemen.
30 ' Tijdens bedrijf van de dakventilator volgt de door het radiale loopwiel 8 getransporteerde luchtstroming de pijlen 51, 52. Daarbij wordt de stroming, nd het verlaten van het radiale loopwiel 8, in twee steeds naar êên van de uittreedopeningen 12, 13 voerende stromings-kanalen 53, 53' geleid. Deze zijn elk aan drie zijden van de binnen-35 vlakken van het gedeelte 29, resp. 30 en de wanden 23, 24 gevormd en de vierde wand 54, 54' bevindt zich binnen het huis 5 en loopt, beginnend f^·· .«*»» *·* itt, λ V 'v ij *J %t -11- op afstand boven het radiale loopwiel 8, in hoofdzaak volgens de betreffende scheidingslijn 36. De wanden 54, 54' zijn daarbij delen van de zijdelen 31, 32 en daarmee wegzwenkbaar. Voor het dempen van geluid kunnen de, de stromingskanalen begrenzende wandgedeeltes hol uitgevoerd en 5 met geluiddempend materiaal gevuld (fig. 3) zijn, of zijn van binnen af bekleed, doordat geluid-absorberend materiaal aan de binnenzijde daarvan bevestigd is.
Om ook bij hoge belasting van de dakventilator een goede koeling van de betreffende motor en in het bijzonder door de transportlucht niet 10 bestreken aanbouwmotor te waarborgen, zijn in het bereik van de dekplaat 28 sleufvormige geleidingsopeningen 55 aanwezig, welke een toevoer van koellucht in de, de motor omgevende motorruimte 56 mogelijk maken.
Dit is vooral dan noodzakelijk, wanneer de aandrijfmotor voor het dempen van ruis, zoals in fig. 3 bij 58 gestreept is weergegeven, gekap-15 seld is. De ventilatieopeningen 55 kunnen direct in de dekplaat 28 aangebracht zijn, bij voorkeur kunnen zij echter ook, zoals fig. 4 schematisch toont, door tussenruimtes tussen de bovenzijde 57 van het huis en de dekplaat 28 gevormd zijn. In het laatste geval kunnen doelmatig de steunen 50 de gewenste spleethoogte garanderen en kan een dekplaat van 20 zeer eenvoudige constructie, bijvoorbeeld een zijdelings afgekante plaat, toepassing vinden.
Ten gunste van een bijzonder intensieve motorkoeling is er volgens fig. 3 voor gezorgd, dat de motorruimte 56 bovendien met de uit-treedopeningen 12, 13, onder tussenschakeling van het radiale loopwiel 25 8, in verbinding staat. Eventueel kan de drager 48 daartoe doorgaande openingen (niet weergegeven) bezitten. De koelluchtstroom wordt nu door het loopwiel 8 zelf geleverd, dat voor dit doel aan zijn naar de dekplaat ”28 toegekeerde axiale zijde een van radiaal van binnen naar radiaal van buiten verlopende, eventueel gekromde schoepenstel 62 30 draagt. De koelluchtstroom volgt bij rotatie van het loopwiel de pijlen 63 door de openingen 55, aansluitend de pijlen 64 in de kanalen 53, 53' en dan volgens de pijlen 52 door de uittreedopeningen terug naar de omgeving.
Bij 65 is een aanstroommondstuk voor het radiale loopwiel 8 35 afgebeeld.
Er zij nog op gewezen, dat het verbindingsbereik tussen de zijdelen en de basis van het huis volgens de scheidingslijnen 36 eventueel 5503239 -12- tandvonnig verdiept kan zijn, om de constructie als geheel een esthetisch uiterlijk te geven.
Met betrekking tot de omhoog klapbare basis 25 van het huis (zie fig. 2) zij nog opgemerkt, dat deze uiteraard ook slechts uitsluitend 5 op een zwenkas 47 kan scharnieren, zodat deze slechts naar één zijde toe naar omhoog verzwenkbaar is.
Aan de overliggende zijde kan dan doelmatig een sluitinrichting voor het losneembaar arreteren van de basis van het huis in de niet gezwenkte uitgangsstand aanwezig zijn.
10 ύ $ f* ·" <*» a
w V J i v S

Claims (19)

1. Dakventilator met een door een aandrijfmotor aangedreven radiaal loopwiel, bij voorkeur met verticale as en een het radiale loopwiel en de aandrijfmotor bevattend huis, dat via een voet met het dak of een overeenstemmende wand van een te ventileren ruimte verbindbaar is, waarbij 5 zijn doorsnede tenminste in een bereik, dat aan een het verbindingsdeel naar de voet vormend plaatachtig basislichaam grenst, de contour van een rechthoek, resp. vierkant heeft en dat een intreedopening aan de naar de voet toe gekeerde zijde, alsmede een radiale uittrede met twee aam tegenover elkaar liggende rechthoekszijden van het huis aanwezige uit-10 treedopeningen bezit, welke de stroom van het transportmedium uit de omgeving van de aandrijfmotor wegleiden, volgens de Duitse octrooiaanvrage P 34 38 710.2-16, met het kenmerk, dat het huis (5) aan de beide, de uittreedopeningen (12, 13) bezittende kopzijden (21, 22) van het huis geopend kan worden, zodanig, dat het radiale loopwiel (8) in 15 de bedrijfstoestand van de ventilator naar buiten toe afgedekt en bij, de geopende kopzijden (21, 22) van het huis bevattende controletoestand van de ventilator bekeken kan worden en toegankelijk is.
2. Dakventilator volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de beide, bij de tegenover elkaar liggende en de uittreedopeningen (12, 13) bezit- 20 tende rechthoekszijden van het huis behorende kopwanden (23, 24) van het huis elk geheel of ten dele van het huis (5) verwijderbaar zijn.
3. Dakventilator voglens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de beide, bij tegenover elkaar liggende en de uittreedopeningen (12, 13) bezittende rechthoekszijden van het huis behorende kopwanden (23, 24) van 25 het huis elk als geheel of met een wandpartij van de overige basis (25) van het huis wegklapbaar zijn, waarbij het huis (5) zijdelings opklapbaar is.
4. Dakventilator volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk, dat met de van de basis (25) van het huis verwijderbare, resp. wegzwenkbare 30 kopwanden (23, 24) van het huis, resp. de wandpartijen gelijktijdig delen (29, 30) van de aansluitende bij de tegenover elkaar liggende zijwanden (18) zonder openingen, verwijderbaar, resp. wegzwenkbaar zijn, zodanig, dat de dwars op de langsrichting (14) gemeten breedte van de basis (25) van het huis aan de rechthoekszijden zonder openingen in het b Λ : / 1 Q v ij v v -14- bereik van het wegzwenkbare gedeelte (29, 30) kleiner is dan de breedte van het huis (5) in de bedrijfstoestand van de ventilator.
5. Dakventilator volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk, dat de beide de uittreedopeningen (12, 13) bevattende kopwanden (23, 24) van 5 het huis, resp. de opklapbare wandpartijen daarvan, in de nabijheid van de voet (7) en hierbij in het bijzonder in de nabijheid of aan het, het gehele huis (5) dragende grondlichaam (6) verzwenkbaar bevestigd zijn, waarbij de zwenkassen (33, 33') bij voorkeur evenwijdig aan de bijbehorende rechthoekszijde van het huis en ten opzichte van het oppervlak 10 van het grondlichaam (6) verlopen en in het bereik van de buitenzijden (23, 24) van het huis aangebracht zijn.
6. Dakventilator volgens één van de conclusies 2-5, met het kenmerk, dat de verwijderbare kopwanden (23, 24) van het huis, resp. wandpartijen, of wandgedeeltes in de bedrijfstoestand van de ventilator 15 onder afdichting losneembaar aan de basis (25) van het huis aangebracht zijn, doelmatig door een in het bijzonder lijstvormige, tussen de verwijderbare huispartij (31, 32) en de basis (25) van het huis verlopende afdichting.
7. Dakventilator volgens één van de conclusies 1-6, met het ken- 20 merk, dat het ventilatorhuis (5), resp. de basis (25) van het huis in het bereik van naar de uittreedopeningen (12, 13) toe gekeerde rechthoekszijde ten opzichte van het basislichaam (6) verzwenkbaar bevestigd is.
8. Dakventilator volgens één van de conclusies 1-7, met het kenmerk, dat de basis (25) van het huis in het bereik van ten minste één 25 van zijn aan één van de verwijderbare, resp. wegklapbare wanden ¢23, 24) resp. wandpartijen of wanddelen (29, 30) grenzende kopzijden aan een huispartij of aan het grondlichaam ten opzichte daarvan naar omhoog zwenkbaar bevestigd is, waarbij de zwenkas (47) doelmatig evenwijdig en op enige afstand van de zwenkas (33, 33') van de naburige, uitzwenk-30 bare wand (23, 24) resp. wandpartij of van het betreffende wandgedeelte (29, 30) verloopt.
9. Dakventilator volgens conclusie 7 of 8, met het kenmerk, dat het radiale loopwiel (8) en de aandrijfmotor (9) tezamen met het huis (5), resp. de basis (25) van het huis, naar omhoog zwenkbaar zijn.
10. Dakventilator volgens één van de conclusies 1-9, met het kenmerk, dat de doorsnede van het plaatvormige basislichaam (6) ongeveer met de ^ ij V iJ ie V 'sf -15- doorsnede van de aansluitende, naburige huispartij (4, 16) overeenstemt.
11. Dakventilator volgens één van de conclusies 1-10, met het kenmerk, dat het huis (5) aan de van de voet (7), resp. het dak afgekeerde bovenzijde door een afneembare dekselplaat (28) met bijvoorbeeld recht- 5 hoekige contour afgesloten is.
12. Dakventilator volgens één van de conclusies 1-11, met het kenmerk, dat het radiale loopwiel (8) en de aandrijfmotor (9) gemeenschappelijk aan een drager (48) binnen het huis (5) opgehangen zijn, waarbij zij doelmatig vanaf de tegenover het basislichaam (6) liggende boven- 10 zijde van het huis in het huis (5) gezet, resp. daaruit genomen kunnen worden.
13. Dakventilator volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat de in het bijzonder als draagplaat uitgevoerde drager (48) uit de uitstekende, axiale eindbereiken van meerdere, bijvoorbeeld vier, zuilvormige, ander- 15 zijds op de bodem van het huis, resp. het basislichaam (6) steunende draagsteunen (49) rust en in het bijzonder daarop ligt, eventueel onder tussenvoeging van dempelementen, zoals rubber.
14. Dakventilator volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat de draagsteunen (49) evenwijdig aan de loopwielas (14) verlopen en met 20 radiaal gemeten afstand buiten de omvang van het radiale loopwiel (8) in het bijzonder op gelijke afstand over de loopwielomvang verdeeld, aangebracht zijn.
15. Dakventilator volgens conclusies 12-14, met het kenmerk, dat de drager (48) in de richting (14) van de huisbovenzijde uitstekende, bij 25 voorkeur in axiale verlenging ten opzichte van de draagsteunen (49) aangebrachte steunen (50) draagt, waarop de dekplaat (28) doelmatig losneembaar vast verbonden'ligt.
16. * Dakventilator volgens één van de conclusies 1-15, met het kenmerk, dat de aandrijfmotor (9) gekapseld in het inwendige van het huis 30 aangebracht is.
17. Dakventilator volgens één van de conclusies 1-16, met het kenmerk, dat de aan de van het basislichaam (6) af gekeerde bovenzijde van het huis aangebrachte dekplaat (28) één of meer ventilatieopeningen (55) in het bijzonder ventilatiesleuven voor de toevoer van koellucht voor de 35 motor bezit, resp. onder vrijlaten van ventilatieopeningen (55) aan het huis (5) resp. de steunen (50) aangebracht is. 2303239 -16-
18. Dakventilator volgens conclusie 17, met het kenmerk, dat de enerzijds via de ventilatieopeningen (55) met de omgeving in verbinding staande, de aandrijfmotor (9) bevattende motorruimte (56) anderzijds, onder tussenschakeling van het radiale loopwiel (8), met de uittreed- 5 openingen (12, 13) in verbinding staat, waarbij het roterende radiale loopwiel (8) een koelluchtstroom levert en bij voorkeur voor dat doel aan zijn naar de motor (9) toegekeerde axiale zijde een stel schoepen (62) draagt.
19. Dakventilator volgens éën van de conclusies 1-18, met het ken-10 merk, dat de uittreedopeningen (12, 13) aan de beide, daarbij behorende kopzijden (21, 22) in het bereik aangebracht zijn, welke een uitbuiging (19, 20) in het huis vormen, waarvan de contour, van één van de zijvlakken (18) zonder openingen af gezien, uit twee in axiale richting op elkaar volgende partijen (16, 17) bestaat, nl. uit een aan alle vier 15 zijden geheel gesloten partij (16) van rechthoekige of vierkante doorsnede en een partij (17), waarvan de in de toestromingsrichting gerichte, tegenover elkaar gelegen kopzijden naar buiten en dus naar onderling tegengestelde richtingen onder vorming van uitbuigingen (19, 20) geknikt zijn, waarbij de beide, de uitbuigingen (19, 20) bevattende kop-20 wanden (23, 24) van het huis tezamen met daaraan aangebrachte zijdelingse gedeeltes (29, 30) van de zijwanden (18) zonder openingen, ten opzichte van de basis (25) van het huis afneembaar, resp. verzwenkbaar aangebracht zijn. ö v j 2 o 3
NL8603239A 1985-12-21 1986-12-19 Dakventilator. NL192631C (nl)

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE3545684 1985-12-21
DE3545684 1985-12-21
DE19853546083 DE3546083A1 (de) 1985-12-24 1985-12-24 Dachventilator
DE3546083 1985-12-24

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8603239A true NL8603239A (nl) 1987-07-16
NL192631B NL192631B (nl) 1997-07-01
NL192631C NL192631C (nl) 1997-11-04

Family

ID=25839254

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8603239A NL192631C (nl) 1985-12-21 1986-12-19 Dakventilator.

Country Status (7)

Country Link
US (1) US4742765A (nl)
CH (1) CH672543A5 (nl)
FR (1) FR2592141B1 (nl)
GB (1) GB2184534B (nl)
IT (1) IT1199718B (nl)
NL (1) NL192631C (nl)
SE (1) SE467122B (nl)

Families Citing this family (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5185941A (en) * 1990-06-01 1993-02-16 Challenge Industries Dryer blower cleanout door assembly
US7682231B2 (en) * 2004-01-20 2010-03-23 Greenheck Fan Corporation Exhaust fan assembly
US7320636B2 (en) 2004-01-20 2008-01-22 Greenheck Fan Corporation Exhaust fan assembly having flexible coupling
US20050159101A1 (en) * 2004-01-20 2005-07-21 Hrdina Terry L. Pivotal direct drive motor for exhaust assembly
ITPD20060446A1 (it) * 2006-12-06 2008-06-07 Ln 2 Srl Socio Unico Collettore a chiocciola, particolarmente per ventilatori da impiegarsi in cappe aspiranti
DK178657B1 (da) * 2014-08-21 2016-10-17 Morten Bjørklund Anordning til montering eller integrering i eller på skorstene eller aftrækssystemer.
DE202014007792U1 (de) * 2014-09-23 2016-01-08 Kutzner + Weber Gmbh Absaugvorrichtung zur Gasabsaugung aus einer Gas führenden Leitung, insbesondere zur Gasabsaugung aus einem Schornstein oder einem Entlüftungsrohr

Family Cites Families (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2551004A (en) * 1947-11-06 1951-05-01 Swartwout Co Ventilator
US2711682A (en) * 1951-08-04 1955-06-28 Ilg Electric Ventilating Co Power roof ventilator
US3305163A (en) * 1965-04-12 1967-02-21 G C Breidert Co Ventilator
DE2209301C2 (de) * 1972-02-28 1974-02-07 Buettner-Schilde-Haas Ag, 4150 Krefeld Dachlüfter
AT337409B (de) * 1973-07-19 1977-06-27 Fischbach Kg Blech Metall R Dachlufter
CH591632A5 (nl) * 1974-12-16 1977-09-30 Friedling Gerard
DE3438710C2 (de) * 1984-10-23 1986-11-27 Wilhelm Gebhardt Gmbh, 7112 Waldenburg Dachventilator

Also Published As

Publication number Publication date
IT1199718B (it) 1988-12-30
GB8629345D0 (en) 1987-01-21
SE8605486D0 (sv) 1986-12-19
SE467122B (sv) 1992-05-25
US4742765A (en) 1988-05-10
CH672543A5 (nl) 1989-11-30
FR2592141A1 (fr) 1987-06-26
GB2184534B (en) 1990-07-04
IT8622608A0 (it) 1986-12-05
SE8605486L (sv) 1987-06-22
NL192631B (nl) 1997-07-01
IT8622608A1 (it) 1988-06-05
FR2592141B1 (fr) 1990-01-19
NL192631C (nl) 1997-11-04
GB2184534A (en) 1987-06-24

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US6358139B1 (en) Super-clean air device for the pharmaceutical, foodstuff, and biotechnology sector
US4694736A (en) Clean room
NL194155C (nl) Luchtzuiveringsinrichting.
US6174342B1 (en) High filter efficiency, low energy consumption, and low noise fan filter unit
EP2628416B1 (en) Refrigerated merchandiser with airflow divider
US10393123B2 (en) Fan unit
RU2443955C2 (ru) Сушильный модуль для сушильной камеры
NL8603239A (nl) Dakventilator.
US5185941A (en) Dryer blower cleanout door assembly
EP3594583A1 (en) Ceiling-embedded air conditioner
US9220354B2 (en) Merchandiser with airflow divider
US3797373A (en) Air curtain
US3305163A (en) Ventilator
US10309710B2 (en) Configurable spiral freezer
KR970007127A (ko) 공기조화기의 실내유니트
US2505394A (en) Ventilating register
US1874043A (en) Unit for heating and ventilating systems
CN1091241C (zh) 敞开式商品陈列柜送风机配置结构
US3058650A (en) Air conditioner
JPH0228342Y2 (nl)
CN116076385B (zh) 宠物干燥箱
EP1113858B1 (en) High filtering efficiency, low energy consumption, and low noise fan filter unit
FI92434B (fi) Kuivauslaite
JP2946076B2 (ja) 熱風循環炉
JP2021099198A (ja) 排気ダクトおよび外気導入ユニット

Legal Events

Date Code Title Description
CNR Transfer of rights (patent application after its laying open for public inspection)

Free format text: MASCO GMBH

CNR Transfer of rights (patent application after its laying open for public inspection)

Free format text: GEBHARDT VENTILATOREN GMBH & CO.

BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V4 Discontinued because of reaching the maximum lifetime of a patent

Effective date: 20061219