NL8601653A

NL8601653A - Houder met een lepel.

Info

Publication number: NL8601653A
Application number: NL8601653A
Authority: NL
Original assignee: Thomassen & Drijver
Priority date: 1986-06-24
Filing date: 1986-06-24
Publication date: 1988-01-18

Description

κ ϊ - 1 - Ρ ΗΡ/ΑΒ/83

Houder met een lepel

De uitvinding heeft betrekking op een houder die bestaat uit een bus met een deksel en een in de houder opgenomen lepel. Met een dergelijke bekende houder is het mogelijk om de consument met de houder tevens een lepel te leveren, waarmee de inhoud van de houder in afgepaste porties kan 5 worden verwerkt.

Er moet voor worden gezorgd dat na het openen van het deksel de lepel kan worden gepakt zonder dat de inhoud van de houder moet worden doorwoeld op zoek naar de lepel. Bovendien dient voor het beperken van de fabricagekosten de 10 lepel zo klein mogelijk en zo eenvoudig mogelijk te worden gefixeerd in de houder.

* In dit verband moet rekening worden gehouden met het feit, dat de leverantier van de houder met lepel de fabrikant die de inhoud in de houder brengt/ enerzijds als een 15 geheel bus, deksel en lepel/ en anderzijds een op de bus aan te brengen bodem toelevert. Met andere woorden na het vullen van de bus wordt de bodem aangebracht en de gerede houder omgekeerd en in deze toestand verder gehandhaafd.

De uitvinding beoogt fixeermiddelen voor de lepel te 20 verschaffen, waarmee ondanks het hierboven beschreven fabricageproces is verzekerd dat na het verwijderen van het deksel door de consument de lepel direkt beschikbaar is voor het uit de houder nemen van zijn inhoud.

Derhalve is de houder overeenkomstig de uitvinding ge-25 kenmerkt door middelen voor het in de houder zodanig fixeren van de lepel dat ten minste een lepeIdee1 in de direkte nabijheid van het deksel is gelegen.

De fixeermiddelen overeenkomstig de uitvinding kunnen worden gerubriceerd in twee groepen, fixeermiddelen die zijn aangebracht aan de bus en/of het deksel, en fixeermiddelen 30 die zijn aangebracht aan de lepel.

C* 0 U ; £ £ ? . * *v - 2 -

Bijzonder voordelige fixeermiddelen zijn die waarbij bet deksel sluit op een aan de bus bevestigde dekselring en de fixeermiddelen zijn bevestigd aan de dekselring en ze tevens een in de dekselring aangebrachte verdieping omvatten.

5 Aldus wordt bereikt dat de produktiekosten bijzonder gering zijn en tevens tijdens het bovengenoemde fabricageproces de lepel, in het bijzonder zijn schepdeel vrijblijft van de in de houder opgenomen inhoud.

Genoemde en andere kenmerken zullen aan de hand van 10 een groot aantal uitvoeringsvoorbeelden van de fixeermiddelen overeenkomstig de uitvinding worden toegelicht onder verwijzing naar de bijgevoegde tekening, waarin:

Pig. 1 is een perspektivisch aanzicht van een geëxplodeerde doorsnede van een houder overeenkomstig de uitvin-15 ding;

Fig. 2, 4, 6, 9, 10-14 tonen elk een variant van de fixeermiddelen; en

Fig. 3, 5, 7 en 8 zijn bovenaanzichten voor respektie-velijk fig. 2, 4 en 6.

20 ' Fig. 1 toont een houder 1 zoals die wordt toegeleverd door de fabrikant van de houder. De houder omvat een bus 2, een bodem 3 en een deksel 4. Het deksel 4 sluit op een dekselring 5 in een daarin aangebrachte ringvormige groef 6. De door de dekselring 5 bepaalde opening 7 is afgesloten met 25 een sluitfolie 8. Door het lichten van het deksel 4 en het verwijderen van het folie 8 krijgt de consument toegang tot het inwendige van de houder 1. De fixeermiddelen 9 volgens de uitvinding omvatten in dit geval een ringvormige voor 10 die op zodanige afstand a vanaf het deksel 4 is aangebracht, 30 dat een lepel 63 is ingeklemd tussen het deksel 4 en de voor 9.

Bij de in fig. 2 getoonde houder 11 volgens de uitvinding omvatten de fixeermiddelen 9 een in de bus 2 aangebrachte ringvormige klemring 12 waaraan een lepel 13 35 losmaakbaar is bevestigd door de steel 14 van de lepel 13 een aantal malen door het vlak van de ring 12 heen te bewegen zodat de lepel loskomt ter hoogte van de verzwakking 15.

λ Λ rt 4 g !ï ï 8 o ü 1 oy ^ * '* - 3 -

Bij liet uitvoeringsvoorbeeld volgens fig. 4 en 5 omvattende fixeermiddelen 9 eveneens een klemring 12 die is geklemd aan de bus 2 van de houder 16. In dit geval is de steel 17 van de lepel 18 met behulp van de stroken 19 beves-5 tigd in de ring 12. De steel 17 kan van de stroken 19 worden afgebroken die ook op hun beurt te verwijderen zijn van de ring 12. In dit geval is de ring ter hoogte van de pijl 20 gedeeld, zodat de ring 12 gemakkelijk klemmend is aan te brengen in de bus 2.

10 Bij de houder 11 volgens fig. 12 omvatten de fixeer middelen 9 een in de bus 2 axiaal opgestelde scheidingswand 22 die bestaat uit een folie. In de folie is een opening 23 aangebracht, waarin het schepdeel 24 van de lepel 25 rust. Zodoende is wederom de lepel 25 gefixeerd in de direkte na-15 bijheid van het deksel 4.

Bij de uitvoeringsvormen volgens fig. 10, 12-14 zijn de fixeermiddelen 9 aangebracht aan de dekselring 5.

In fig. 10 omvatten de fixeermiddelen 9 van de houder 26 een tweede deksel 27 dat sluit om een ringvormige af-20 staande rand 28 van de dekselring 29. Het deksel 27 heeft een aan een lepel 30 aangepaste vorm en is vervaardigd van een relatief eenvoudig te vervormen materiaal, zodat het gemakkelijk uit de houder is te verwijderen. De inhoud van de houder 26 kan worden bereikt na het verwijderen van het 25 deksel 4 en het naar het inwendige van de houder 26 toe verwijderen van het deksel 27.

Bij fig. 12 omvatten de fixeermiddelen 9 van de houder 31 uit de afstaande rand 32 gebogen klemorganen 34 voor een schepdeel 35 van de lepel 36. Op deze wijze is binnen de 30 ringvormige rand 32 de lepel 36 gefixeerd in de nabijheid van het deksel 4 en geklemd tegen het folie 8.

Bij de houder 37 volgens fig. 13 omvatten de fixeermiddelen 9 uit de rand 39 gevormde klemorganen 38 waarmee in dit geval de steel 40 is gefixeerd aan de klemring 41.

35 Een bijzonder voordelige uitvoeringsvorm is getoond in fig. 14. De houder 42 omvat in dit geval een in de neerwaarts gerichte rand 43 van de dekselring 44 aangebrachte 8 501553 - 4 - trede 45 waarop een lepel 46 met daaraan aangevormde nokken 47 en 48 rust. De trede 45 kan cirkelrond zijn of bestaan uit twee diametraal tegenover elkaar gelegen trededelen. Noodzakelijk is in dit geval dat de afstand tussen de beide 5 nokken 47 en 48 in hoofdzaak overeenstemt met de diameter van de trede 45 of de afstand tussen de trededelen.

Indien de lepel een lepellengte heeft die in hoofdzaak overeenstemt met de diameter van de bus 2 is het mogelijk om de lepel nabij het deksel 4 in de bus 2 te klemmen. Bij 1Ö fig. 6 en 7 is een lepel 49 zonder meer ter hoogte van het deksel 4 geklemd in de bus 2 van de houder 50. In fig. 8 is een lepel 51 verder voorzien van een kontaktorgaan 52 dat is bevestigd aan een steel 53 en een kontaktorgaan 54 dat is bevestigd aan een schepdeel 55. Met kontaktorganen 52 en 54 15 wordt ten opzichte van de uitvoering in fig. 6 meer verzekerd dat de lepel 51 in de getoonde stand blijft.

Dit wordt verder verzekerd, indien overeenkomstig fig. 9 onder een lepel 56 in de bus 2 van de houder 57 een voor 58 is aangebracht waarop de in een axiaal vlak van de 20 bus 2 gelegen lepel 56 rust.

S3 01 §5 3

Claims

1. Houder, omvattende een bus met een deksel en een in de houder opgenomen lepel, gekenmerkt door middelen voor het in de houder zodanig fixeren van de lepel dat ten minste een lepeldeel in de direkte nabijheid van het deksel is gelegen.

2. Houder volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de fixeermiddelen omvatten een in de houder aangebrachte voor die op zodanige afstand a van het deksel is aangebracht, dat de lepel tussen het deksel en de voor is ingeklerad.

3. Houder volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de 10 fixeermiddelen omvatten een in de bus aangebrachte klemring, waaraan losmaakbaar de lepel is bevestigd.

4. Houder volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de fixeermiddelen omvatten een in de bus axiaal opgestelde scheidingswand die bestaat uit een folie.

5. Houder volgens conclusie 1, met het kenmerk dat het deksel sluit op een aan de bus bevestigde dekselring en de fixeermiddelen zijn bevestigd aan de dekselring.

6. Houder volgens conclusie 5, met het kenmerk dat de fixeermiddelen omvatten de lepel aan de klemring klemmende 20 klemorganen.

7. Houder volgens conclusie 5, met het kenmerk dat de fixeermiddelen omvatten een tweede aan de dekselring sluitend deksel en dat de lepel is ingesloten tussen de beide deksels.

8. Houder volgens conclusie 5, met het kenmerk dat de fixeermiddelen omvatten een in de dekselring aangebrachte verdieping.

9. Houder volgens conclusie 1, met het kenmerk dat e lepellengte in hoofdzaak gelijk is aan de diameter van de 30 bus.

10. Houder volgens conclusie 9, met het kenmerk dat de fixeermiddelen omvatten aan de lepel bevestigde klemorganen. -7* λ Λ 4 r» f *2 2 *3 h 1 0 0^