NL8503155A - METHOD AND DEVICES FOR COATING INDUSTRIAL OVENS OR OTHER AREAS IN WHICH VERY HIGH TEMPERATURES APPEAR. - Google Patents

METHOD AND DEVICES FOR COATING INDUSTRIAL OVENS OR OTHER AREAS IN WHICH VERY HIGH TEMPERATURES APPEAR. Download PDF

Info

Publication number
NL8503155A
NL8503155A NL8503155A NL8503155A NL8503155A NL 8503155 A NL8503155 A NL 8503155A NL 8503155 A NL8503155 A NL 8503155A NL 8503155 A NL8503155 A NL 8503155A NL 8503155 A NL8503155 A NL 8503155A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
wall
support
carrier
oven
fiber mat
Prior art date
Application number
NL8503155A
Other languages
Dutch (nl)
Original Assignee
Promat
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Promat filed Critical Promat
Publication of NL8503155A publication Critical patent/NL8503155A/en

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F27FURNACES; KILNS; OVENS; RETORTS
    • F27DDETAILS OR ACCESSORIES OF FURNACES, KILNS, OVENS, OR RETORTS, IN SO FAR AS THEY ARE OF KINDS OCCURRING IN MORE THAN ONE KIND OF FURNACE
    • F27D1/00Casings; Linings; Walls; Roofs
    • F27D1/0003Linings or walls
    • F27D1/0006Linings or walls formed from bricks or layers with a particular composition or specific characteristics
    • F27D1/0009Comprising ceramic fibre elements
    • F27D1/002Comprising ceramic fibre elements the fibre elements being composed of adjacent separate strips

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Ceramic Engineering (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Furnace Housings, Linings, Walls, And Ceilings (AREA)
  • Thermal Insulation (AREA)
  • Treatment Of Fiber Materials (AREA)

Description

VO 7466VO 7466

Werkwijze en inrichtingen voor het bekleden van industrieovens of andere ruimtes waarin zeer hoge temperaturen optreden.Method and devices for coating industrial ovens or other spaces in which very high temperatures occur.

De uitvinding betreft een werkwijze en inrichtingen voor het bekleden van industrieovens of andere ruimtes waar zeer hoge temperaturen optreden, met warmtelsolerende, tegen hoge temperaturen bestendige vezelmatstroken of -stukken, waarvan de vezelrichting in hoofd-5 zaak loodrecht verloopt op de binnenwand van de oven, en welke naast elkaar of op elkaar liggend, vast ineengedrukt tegen de binnenwand van de oven bevestigd worden met bevestigingsinrichtingen, welke van de cvenwand uitstekende dragers en zich ongeveer evenwijdig aan de oven-wand uitstrekkende staken bevatten, waarop de vezelmatstukken opgeregen 10 zijn.The invention relates to a method and devices for coating industrial ovens or other spaces where very high temperatures occur, with heat-insulating, high-temperature-resistant fiber mat strips or pieces, the fiber direction of which extends substantially perpendicular to the inner wall of the oven, and which are juxtaposed or superimposed, firmly pressed against the inner wall of the oven with fasteners, which include supports projecting from the oven wall and stakes extending approximately parallel to the oven wall, on which the fiber batts are threaded.

Het is bekend, industrieovens en ruimtes die bloot staan aan hoge temperaturen te bekleden met vezelmatstroken, welke dicht opeen samengevouwen en stevig tezamen gedrukt op staken van bevestigings-beugels worden opgeregen (DE-PS 22 31 658). De op deze wijze geprefa-15 briceerde vezelblokken worden dan naast en boven elkaar hetzij rechtstreeks aan de ovenwand bevestigd of vóór een achterste isolatie aangebracht op draagpennen, welke aan de binnenwand van de oven bevestigd zijn en door die achterste isolatie heenreiken. Deze bekende binnenwand-bekleding heeft het nadeel, dat weliswaar de wikkelingen van de vezel-20 matstroken van de afzonderlijke blokken onder voorspanning op elkaar liggen, doch dat tussen de afzonderlijke blokken voegen open kunnen blijven, aangezien het niet mogelijk is, de blokken bij het inbouwen tegen elkaar vast te spannen. Gewoonlijk bedraagt de lengte van de te beschermen wanden ook niet nauwkeurig een geheel veelvoud van de vezel-25 bloklengte, zodat ten minste aan één einde van de te beschermen wand vezelblokken geopend en onderverdeeld moeten worden, om hiermede de aanwezige leemte op te vullen, welke smaller is dan overeenkomt met de lengte van een vezelblok. Gok op deze plaatsen lukt het dikwijls niet, de bekleding in dezelfde kwaliteit te vervaardigen, als over de rest 30 van het wandvlak, waar de geprefabriceerde vezelblokken ongeschonden bevestigd kunnen worden.It is known to coat industrial furnaces and spaces exposed to high temperatures with fiber mat strips, which are tightly folded together and pressed together tightly on stakes of mounting brackets (DE-PS 22 31 658). The fiber blocks prefabricated in this way are then attached side by side and one above the other either directly to the oven wall or in front of a rear insulation applied to support pins which are attached to the inner wall of the oven and extend through said rear insulation. This known inner wall covering has the drawback that, although the windings of the fiber mat strips of the individual blocks are superimposed on each other under pre-tension, joints can remain open between the individual blocks, since it is not possible for the blocks to be against each other. Usually, the length of the walls to be protected is not exactly an integer multiple of the fiber block length, so that at least at one end of the wall to be protected fiber blocks have to be opened and subdivided in order to fill the gap which is present. narrower than corresponding to the length of a fiber block. It is often unsuccessful in these places to manufacture the coating in the same quality as over the rest of the wall surface, where the prefabricated fiber blocks can be attached intact.

Voor het isoleren van buizen en andere langgerekte bouwelementen in ovens is het bekend, ringvormige vezelmatstukken, waarvan deFor insulating pipes and other elongated building elements in ovens, it is known, annular fiber mats, of which the

r Ir I

-2- vezelrichting in hoofdzaak loodrecht verloopt op de te beschermen buis, om de buis te leggen en op te steken op staken van bevestigingsbeugels, welke aan de buis worden vastgeklemd, (DE-GM 84 07 841)· De hierbij toegepaste bevestigingsbeugels zijn aan weerszijden voorzien van staken, 5 welke in er vóór en achter aangepaste vezelringen grijpen. Bij deze bekende constructie is het moeilijk, die vezelmatringen zo ver samen te drukken als het voor een voldoende brandwering van de wanden van industrieovens of andere, aan hoge temperaturen blootstaande ruimtes vereist is, aangezien er hiervoor geen geschikte inrichtingen beschik-10 baar zijn en de klembevestiging van de bevestigingsbeugels aan de buis niet voldoende weerstand biedt.-2- direction of fiber runs substantially perpendicular to the pipe to be protected, in order to lay the pipe and attach it to the stakes of fixing brackets, which are clamped to the pipe, (DE-GM 84 07 841). provided on both sides with stakes, 5 which engage in fiber rings adapted in front and behind. In this known construction it is difficult to compress those fiber mat rings as far as is required for a sufficient fire resistance of the walls of industrial furnaces or other spaces exposed to high temperatures, since no suitable devices are available for this and the clamping of the mounting brackets to the pipe does not provide sufficient resistance.

Voorts is een bekleding tegen hoge temperaturen voor industrieovens bekend (DE-OS 24 18 096), waarbij een aantal vezelmatstukken op staken van een bevestigingsinrichting worden opgestoken en worden 15 samengedrukt, waarbij een op het einde van de staak opgeschroefde moer met daaronder gelegde klemplaat ervoor zorgt, dat de opgeregen vezelmatstukken in axiale richting van de staken bijeen worden gehouden.Furthermore, a high temperature coating for industrial furnaces is known (DE-OS 24 18 096), in which a number of fiber mats are put on stakes of a fastening device and are pressed together, with a nut screwed on at the end of the stake with clamping plate underneath it ensures that the threaded fiber mat pieces are held together in the axial direction of the stakes.

De staken zijn bevestigd aan het vrije been van draaghoekstukken, welke na het tegen de ovenwand aan zetten van de vezelblokken worden vastge-20 last en in het bereik van de moeren en klemplaten van de volgende vezelblokken zijn voorzien van uitsparingen.The stakes are attached to the free leg of supporting corner pieces, which are welded after the fiber blocks have been placed against the furnace wall and are provided with recesses in the region of the nuts and clamping plates of the following fiber blocks.

Deze bekende inrichting heeft het nadeel, dat elk vezelblok slechts aan die rand bevestigd en vastgehouden wordt, waaraan zich de, als drager voor de staken dienst doende, hoekvormige draagrail bevindt-25 Aan de tegenovergelegen rand wordt het vezelblok slechts door wrijving tegen het naburige vezelblok vastgehouden. Hierbij kan het voorkomen, dat het houvast tussen naburige vezelblokken tijdens bedrijf van de oven losraakt en op deze plaatsen scheuren en spleten optreden, waardoorheen de hitte in het inwendige van de oven tot aan de draaginrich-30 tingen en de buitenwand van de oven kan komen.This known device has the drawback that each fiber block is fastened and held only on that edge, on which the angular support rail serving as the carrier for the stakes is located. On the opposite edge, the fiber block is only rubbed against the neighboring fiber block held. In this case it is possible that the grip between neighboring fiber blocks becomes detached from the oven during operation and cracks and splits occur at these places, through which the heat in the interior of the oven can reach the supporting devices and the outer wall of the oven. .

Doel van de uitvinding is nu, een werkwijze en inrichtingen voor het bekleden van industrieovens of andere, aan hoge temperaturen blootstaande ruimtes van de in de aanhef nader gedefinieerde soort aan te geven, waarmee het mogelijk is, afzonderlijke, losse vezelmatstukken 35 met ongeveer loodrecht op de ovenwand verlopende vezelrichting op het gehele ovenvlak met gelijkblijvende voorspanning in te bouwen en een « « -3- dichte aansluiting ter plaatse van de voegen niet slechts tussen de vezelmatstrokan van de hoofdbekleding doch ook tussen deze en een eventueel in te bouwen achterste isolatie te bereiken. Hierbij is het de bedoeling dat de bevestigingsinrichtingen zodanig uitgevoerd zijn, dat 5 zij voor de erop geregen vezelmatstukken over de volle lengte van de staken veilig en betrouwbaar houvast geven en ook zonder toepassing van extra drukinrichtingen zodanig kunnen worden ingebouwd, dat zich ter plaatse van de overgangsplaatsen tussen naburige vezelblokken geen opengaande spleten kunnen vormen.The object of the invention is now to indicate a method and devices for coating industrial ovens or other spaces exposed to high temperatures of the type defined in the preamble, with which it is possible to disclose separate, loose fiber mat pieces approximately perpendicular to the direction of the oven wall running in a fiber direction running over the entire oven surface with a constant pre-tension and a tight connection at the joints to be achieved not only between the fiber mat of the main covering but also between it and any rear insulation to be built in . It is the intention here that the fastening devices are designed in such a way that they provide a secure and reliable hold for the strung fiber mats over the full length of the stakes and can also be installed without the use of additional pressure devices such that at the location of the transition sites between adjacent fiber blocks cannot form opening slits.

10 Dit doel wordt met de volgens de uitvinding voorgestelde werk wijze bereikt, doordat de dragers van de bevestigingsinrichtingen in een aantal, ten opzichte van de binnenwand ongeveer loodrechte en ongeveer op afstand van de staaklengte naast elkaar aangebrachte vlakken op elkaar volgend tegen de binennwand worden bevestigd, waarbij de 15 vezelmatstukken op de staken van de telkens bevestigde bevestigings- inrichting cpgestoken en ineengedrukt worden, alvorens de bevestigingsinrichtingen van het eerstvolgende verdere vlak, onder samenpersing van de vezelmatstukken tegen de binnenwand bevestigd worden.This object is achieved with the method proposed according to the invention in that the carriers of the fastening devices are successively fastened to the inner wall in a number of surfaces which are approximately perpendicular to the inner wall and which are arranged next to each other about the stake length. wherein the fiber mat pieces are plugged onto the stakes of the respective attached fastening device and pressed together before the fastening devices of the next further surface are attached to the inner wall while the fiber mat pieces are compressed.

Met een dergelijke werkwijze is het mogelijk, binnenwanden van 20 industrieovens of andere ruimtes die aan hoge temperaturen blootstaan van willekeurige vorm en grootte te voorzien van een vezelmatbekleding, welke over het gehele wandvlak homogeen is, dat wil zeggen over dat gehele vlak dezelfde voorspanning heeft, aangezien op elk van de vezelmatstukken een even grote aandrukkracht in langsrichting van de te 25 beschermen wand wordt uitgeoefend. Aangezien de bekleding ter plaatse wordt vervaardigd en het mogelijk is, de staken van de bevestigingsinrichtingen naar behoefte te buigen, kunnen ook gebogen wandvlakken volgens de uitgevonden werkwijze worden geïsoleerd.With such a method it is possible to provide interior walls of industrial furnaces or other spaces that are exposed to high temperatures of arbitrary shape and size with a fiber mat coating, which is homogeneous over the entire wall surface, that is to say has the same prestress over that entire surface, since an equally great pressing force in the longitudinal direction of the wall to be protected is exerted on each of the fiber mat pieces. Since the cladding is manufactured on site and it is possible to bend the stakes of the fastening devices as required, curved wall surfaces can also be insulated according to the invented method.

Teneinde een bijzonder goed houvast van de vezelmatstukken 30 tegen de binnenwand te bereiken, welk houvast op zichzelf reeds door de te bereiken voorspanning wordt bepaald, is het doelmatig, wanneer de bevestigingsinrichtingen van het eerstvolgende verdere vlak op de staken van de voorafgaande bevestigingsinrichtingen worden opgestoken, alvorens zij tegen de binnenwand worden bevestigd. De staken worden dan 35 aan hun aanvankelijk vrije einden door de eerstvolgende bevestigings- inrichting vastgehouden, waarbij er evenwel voor gezorgd is, dat zij in f ί -4- ten minste één van de bevestigingsinrichtingen bij verwarming in de langsrichting onbelemmerd kunnen uitzetten.In order to achieve a particularly good hold of the fiber mat pieces 30 against the inner wall, which hold itself is already determined by the pre-tension to be achieved, it is expedient if the fastening devices of the next further surface are attached to the stakes of the preceding fastening devices, before they are fixed to the inner wall. The stakes are then held at their initially free ends by the next fastening device, however ensuring that they can expand at least one of the fastening devices in longitudinal heating unobstructedly.

Aangezien de temperatuur van de isolerende laag van de, naar de aan hoge temperatuur blootgestelde ruimte toe gekeerde zijde naar de 5 dragende ruimtewand toe afneemt, is het doelmatig, voor het opsteken of oprijgen van de vezelmatstukken een achterste isolatielaag in te brengen, welke een geringere isolerende werking kan hebben en welke tussen de binnenwand en aan de dragers van de bevestigingsinrichtingen aangebrachte klemelementen wordt ingespannen. Hierbij kan de achterste 10 isolerende laag op draagtappen worden verankerd, welke op afstand van de bevestigingsinrichtingen aan de binnenwand van de oven bevestigd worden, en waarmee de dragers van de bevestigingsinrichtingen achtereenvolgens worden verbonden. Op deze wijze is het mogelijk, de achterste isolatie reeds veilig en betrouwbaar tegen de binnenwand van de 15 ruimte welke blootgesteld is aan hoge temperatuur, vast te houden, alvorens de hoofdisolatie wordt ingebracht.Since the temperature of the insulating layer from the side facing the high-temperature exposed space towards the load-bearing space wall decreases, it is expedient to insert a rear insulating layer before inserting or threading the fiber mats, which layer which has an insulating effect and which is clamped between the inner wall and clamping elements arranged on the carriers of the fastening devices. Here, the rear insulating layer can be anchored to support studs, which are attached to the inner wall of the oven at a distance from the fastening devices, and to which the carriers of the fastening devices are successively connected. In this way it is possible to hold the rear insulation already securely and reliably against the inner wall of the space exposed to high temperature before the main insulation is introduced.

Voor de achterste isolatielaag kan chamotte of een ander, vuurvast materiaal worden toegepast. Bijzonder doelmatig is het evenwel, voor die achterste isolatielaag een warmteïsolerend, temperatuurbesten-20 dig vezelmateriaal, bijvoorbeeld minerale vezels of glasvezels toe te passen, welk materiaal bij het inbouwen van de bevestigingsinrichtingen dwars op de binnenwand van de oven wordt samengedrukt door de op die bevestigingsinrichtingen opgeregen vezelmatstukken. Hierdoor worden voegen en spleten ook tussen de hoofdbekleding en de achterste isola-25 tielaag vermeden en wordt een homogeniteit van de bekleding over de volle dikte van de isolatie verkregen. De dragers, respectievelijk de draagtappen voor de dragers van de bevestigingsinrichtingen kunnen op eenvoudige wijze door stompe elektrische lassen op de binnenwand van de industrieoven worden bevestigd.For the rear insulation layer, chamotte or other refractory material can be used. However, it is particularly expedient to use a heat-insulating, temperature-resistant fiber material, for example mineral fibers or glass fibers, for that rear insulating layer, which material is compressed during installation of the fastening devices transversely to the inner wall of the oven by means of the fastening devices on these fastening devices. laced fiber mats. This also avoids joints and gaps between the main cladding and the rear insulating layer and a homogeneity of the cladding over the full thickness of the insulation is obtained. The carriers, respectively the carrier studs for the carriers of the fastening devices, can be easily attached to the inner wall of the industrial oven by butt electric welds.

30 Een inrichting volgens de uitvinding voor het bevestigen van een bekleding uit tegen hoge temperaturen bestendige en warmteïsole-rende vezelmatstroken of -stukken aan de binnenwand van een industrieoven op een andere ruimte die aan hoge temperaturen blootstaat, bestaande uit ten minste één, de vezelmat dragende staak en ten minste één, 35 aan de binnenwand van de oven te bevestigen drager voor het uitvoeren van de hierboven toegelichte werkwijze wordt gekenmerkt, doordat de -5- staak aan het vrije einde van de drager bevestigd is en dat de drager op geringe afstand van een staak is voorzien van een gat voor het daarin brengen van die staak van een andere bevestigingsinrichting.A device according to the invention for attaching a coating of high-temperature-resistant and heat-insulating fiber mat strips or pieces to the inner wall of an industrial oven in another room that is exposed to high temperatures, consisting of at least one bearing the fiber mat pole and at least one carrier to be attached to the inner wall of the oven for carrying out the above-described method is characterized in that the -5 pole is attached to the free end of the carrier and in that the carrier is a short distance from a stake is provided with a hole for inserting said stake of another fastening device therein.

Voorts kan de drager op afstand van zijn aan de binnenwand te 5 bevestigen einde zijn voorzien van een opening voor het inbrengen van een kienelement, dat op een eventueel aanwezige achterste isolatie drukt en deze tegen de binnenwand aandrukt en vasthoudt. De opening in de drager kan zijn voorzien van getande randen, terwijl het klemelement op doelmatige wijze als wigplaat is uitgevoerd, welke op verschillende 10 afstanden van het te bevestigen einde van de drager in de opening daarvan kan worden ingebracht en aan de bovenzijde en/of onderzijde is voorzien van grendelend werkzame iigplaatsnokken of -verdiepingen, welke achter de getande randen van de opening grijpen of waarin deze ingrijpen. Door deze uitvoering is het mogelijk, het klemelement op verschil-15 lende afstanden van de binnenwand van de ruimte welke blootgesteld is aan hoge temperaturen, aan te brengen, naargelang van de dikte van die eventueel voor de te isoleren ruimte bestemde, achterste isolatie. Ter bevestiging van de wigplaten is geen gereedschap nodig terwijl de beves-tigingsinrichtingen voor vezelmatbekladingen van onderling verschillen-20 de dikte en samenstelling toe te passen zijn.Furthermore, the carrier can be provided, at a distance from its end to be fixed to the inner wall, with an opening for inserting a baffle element, which presses on any rear insulation that is present and presses and holds it against the inner wall. The opening in the carrier can be provided with serrated edges, while the clamping element is expediently designed as a wedge plate, which can be inserted into the opening thereof at different distances from the end of the carrier to be attached and at the top and / or the bottom side is provided with locking effective lugs or recesses which engage or engage the serrated edges of the opening. This embodiment makes it possible to arrange the clamping element at different distances from the inner wall of the space which is exposed to high temperatures, depending on the thickness of the rear insulation which may be intended for the space to be insulated. No tools are required for fastening the wedge plates, while the fastening devices for fiber mat coatings of mutually differing thickness and composition can be used.

De drager van de bevestigingsinrichting wordt op voordelige wijze als smalle draagplaat uitgevoerd en is aan zijn, aan de binnenwand van de oven te bevestigen einde voorzien van een draagtap voor het vastlassen tegen de binnenwand. 3ij een andere uitvoeringsvorm kan de 25 draagplaat van de drager aan zijn naar de binnenwand toe gekeerde einde zijn voorzien van een flens, bijvoorbeeld van een omgebogen rand, welke op de draagtap te bevestigen is. Deze uitvoering biedt het voordeel, dat aanvankelijk een achterste isolatie op de draagtappen kan worden opgestoken en met op de draagtappen vast te klemmen klemmen kan worden 30 bevestigd, alvorens later de vezelmatstukken van de hoofdisolatie worden ingebouwd en met hun bevestigingsinrichtingen worden geborgd, welke dan op de draagtappen vastgelast worden of hierop worden vastgeschroefd dan wel op andere wijze worden bevestigd.The support of the fastening device is advantageously designed as a narrow support plate and is provided at its end, which is to be attached to the inner wall of the oven, with a carrying tap for welding against the inner wall. In another embodiment, the support plate of the support can be provided at its end facing the inner wall with a flange, for instance of a bent edge, which can be fixed on the support pin. This embodiment offers the advantage that initially a rear insulation can be attached to the carrier studs and can be attached with clamps to be clamped to the carrier studs before the fiber mats of the main insulation are subsequently installed and secured with their fastening devices. the carrier studs are welded or screwed to or otherwise secured.

Bij een bijzonder doelmatige uitvoeringsvorm van de bevesti-35 gingsinrichting heeft het gat in de drager aan zijn omtreksrand ten minste één aan de rand open uitsparing terwijl de staak op zijn buiten- * ï -6- omtrek is voorzien van ten minste één, in die uitsparing passend uitsteeksel, dat in de axiale richting een begrensde lengte-uitgestrekt-heid heeft.In a particularly efficient embodiment of the fastening device, the hole in the carrier has at its peripheral edge at least one recess open at the edge, while the stake is provided with at least one, on its outer circumference, in that recess fitting projection, which has a limited length extension in the axial direction.

Deze nadere uitwerking biedt het voordeel, dat de vezelmatstuk-5 ken voordat zij worden gemonteerd op de staken opgestoken en tot vezel-blokken samengeperst kunnen worden, welke blokken dan met de uit het vezelblok reikende punt van de staak in een gat van een tevoren tegen de ovenwand vastgelaste of vastgeschroefde bevestigingsinrichting ingestoken en door het eenvoudig draaien hieraan vastgezet kunnen worden. 10 Hierdoor worden de uit een aantal vezelmatstukken bestaande vezelblok-ken in axiale richting van de staken niet slechts aan weerseinden vastgehouden, doch wordt tegelijkertijd tussen opeenvolgende staken een trekvaste verbinding tot stand gebracht, welke het in stand houden van de voorspanning tussen de samengedrukte vezelmatstukken waarborgt.This further elaboration offers the advantage that the fiber batts are mounted on the stakes before they are mounted and can be compressed into fiber blocks, which blocks are then placed in a hole of a predetermined hole with the tip of the stake extending from the fiber block. the furnace wall is welded or bolted on and the fastening device can be secured by simply turning it. As a result, the fiber blocks consisting of a number of fiber mat pieces are not only retained at the ends in the axial direction of the stakes, but at the same time a tensile-resistant connection is established between successive stakes, which ensures that the prestressing between the compressed fiber mats is maintained. .

15 Na het inbrengen en vastzetten van de staken in de telkens voorafgaande draaginrichting kan dan die draaginrichting van deze staak na het draaien in de juiste stand onbezwaarlijk aan de ovenwand bevestigd, bijvoorbeeld vastgelast worden, waarbij geen bijzondere drukinrichting vereist is om de drager in de stand te houden.After insertion and securing of the stakes in the preceding support device, the support device of this stake can then be attached to the furnace wall, for instance welded, without any damage, after turning in the correct position, whereby no special pressing device is required to position the carrier in the position. to keep.

20 Aangezien het uitsteeksel in axiale richting een begrensde langs-uitgestrektheid heeft, kan de staak bij verwarming in langsrich-ting onbelemmerd uitzetten.Since the protrusion has a limited longitudinal extent in the axial direction, the stake can expand unimpeded when heated in the longitudinal direction.

Het is doelmatig, wanneer het uitsteeksel op de staak ten opzichte van de uitsparing aan het gat in de drager over een hoek ver-25 sprongen ligt. Bij draaiing van de staak komt het dóór de uitsparing van de voorafgaande drager binnengetreden uitsteeksel uit het bereik van de uitsparing en komt te liggen achter de rand van het gat in de drager, waarbij tegelijkertijd de drager in een stand komt, waarin die drager tegen de overwand kan worden bevestigd.It is expedient if the projection on the pole is offset by an angle relative to the recess on the hole in the carrier. When the stake is rotated, the protrusion entered through the recess of the preceding carrier comes out of the area of the recess and lies behind the edge of the hole in the carrier, at the same time the carrier comes into a position in which that carrier is against the wall can be confirmed.

30 Teneinde dezelfde bevestigingsinrichting universeel ook met minder vezelmatstukken te kunnen toepassen, is het doelmatig, wanneer op de staak een aantal uitsteeksels op axiale afstand uiteen aangebracht zijn. Er is dan steeds een uitsteeksel, dat na draaiing van de staak dienst doet voor het vastzetten, wanneer de punt van de staak in 35 het gat van de voorafgaande drager en in de daarvóór aangebrachte vezelmatstukken ingebracht werd.In order to be able to use the same fastening device universally also with fewer fiber mat pieces, it is expedient if a number of protrusions are spaced apart axially on the rod. There is then always a protrusion which serves for fixing after the rod has been rotated, when the tip of the rod has been inserted into the hole of the preceding carrier and into the fiber mats provided before.

* » -7-* »-7-

Teneinde de op de staken opgeschoven vezelmatstukken totdat ze ingebouwd worden in de juiste stand te houden, kan zijn voorzien in op de staken op te schuiven klemplaten, welke een boring en een aan de omtrek daarvan aangebrachte verwijding bevatten, welke naar gedaante 5 en grootte overeenkomen met het gat en de aan de rand open uitsparing in de drager. Na het opsteken van de vezelmatstukken wordt dan telkens een klemplaat op een staak opgeschoven, waarbij de vezelmatstukken op de gewenste wijze worden samengedrukt. Vervolgens wordt de klemplaat ten opzichte van de staak verdraaid, zodat het uitsteeksel aan die 10 staak uit het bereik van de verwijding komt en achter de rand van de boring in de klemplaat komt te liggen en deze belemmert, onder de druk van de expanderende vezelmatstukken weer van de staak af te glijden.In order to maintain the correct position of the fiber mats slid on the stakes until they are built-in, clamping plates to be slid onto the stakes may be provided, comprising a bore and a widened circumference corresponding to shape and size with the hole and the recess in the carrier open at the edge. After the fiber mat pieces have been put on, a clamping plate is then slid onto a stake, the fiber mat pieces being compressed in the desired manner. Then, the clamping plate is rotated relative to the stake, so that the protrusion on that stake comes out of the range of the widening and lies behind the edge of the bore in the clamping plate and obstructs it, again under the pressure of the expanding fiber mats to slide off the stake.

Een bijzonder gunstige constructie wordt verkregen, wanneer het gat in de drager is voorzien van twee diametraal tegenover elkaar gele-15 gen uitsparingen en wanneer de staak een aantal, op axiale afstand uiteen aangebrachte paren diametraal tegenover elkaar gelegen uitsteeksels bevat, welke passen in de uitsparingen en ten opzichte daarvan over 90° versprongen zijn. De staken nemen dan nadat zij gedraaid zijn ten opzichte van de dragers op twee tegenover elkaar gelegen plaatsen tegen 20 de gatrand steun, waarbij ervoor gezorgd is, dat die staken meer of minder ver in de voorafgaande vezelblokken ingestoken, gedraaid en vastgezet kunnen worden.A particularly favorable construction is obtained when the hole in the carrier is provided with two diametrically opposed recesses and when the stake contains a number of axially spaced pairs of diametrically opposed projections which fit into the recesses and are offset by 90 ° relative to it. After being rotated relative to the carriers, the stakes then take support at two opposite positions against the hole edge, ensuring that those stakes can be inserted, rotated and secured more or less far into the preceding fiber blocks.

Teneinde een gelijkmatige verdichting van de vezelmatstroken bij het inbouwen ter plaatse te bereiken, wanneer deze niet, zoals in 25 het voorgaande beschreven, tot geprefabriceerde vezelblokken zijn samengevoegd, is volgens de uitvinding voorzien in een inrichting voor het samendrukken van de vezelmatstroken of -stukken tegen de binnen-wancbekleding van een industrieoven of een andere ruimte die is blootgesteld aan hoge temperaturen, welke inrichting in hoofdzaak bestaat 30 uit een tegensteun, welke kan steun nemen tegen de bevestigingsinrich-tingen, een tegen die matstroken of -stukken aan te leggen drukplaat en een tussen de tegensteun en de drukplaat aangebrachte spreidinrichting, welke steun neemt tegen de tegensteun en werkzaam is op de drukplaat.In order to achieve an even compaction of the fiber mat strips during on-site installation, when these have not been assembled into prefabricated fiber blocks, as described above, according to the invention a device is provided for compressing the fiber mat strips or pieces against the inner wall lining of an industrial oven or other space exposed to high temperatures, which device mainly consists of a counter-support, which can take support against the fastening devices, a pressure plate to be placed against said mat strips or pieces and a spreader arranged between the counter-support and the printing plate, which takes support against the counter-support and acts on the printing plate.

Met een dergelijke, eenvoudige spaninrichting is het mogelijk, 35 de vezelmatstroken op elkaar liggend in te bouwen en over hun volle oppervlak met grote kracht samen te drukken, alvorens die vezelmat- -8- stroken in hun samengedrukte toestand door de aan de binnenwand met bevestigingsinrichtingen, respectievelijk met de hieraan bevestigde draagtappen geborgd worden.With such a simple tensioning device it is possible to build in the fiber mat strips lying one on top of the other and to compress them over their full surface with great force before these fiber mat strips in their compressed condition through the inner wall with fastening devices. or be secured with the carrying studs attached thereto.

De tegensteun bestaat op doelmatige wijze uit ten minste twee 5 trekstaven en een, die trekstaven aan één van hun einden op zijwaartse afstand van twee bevestigingsinrichtingen verbindende traverse, waarop de spreidinrichting aangrijpt. De trekstaven zijn aan hun andere einden voorzien van ten minste telkens één naar opzij uitstekend haakdeel, dat achter de drager van een reeds aan de binnenwand van de oven beves-10 tigde bevestigingsinrichting grijpt.The counter-support expediently consists of at least two tie rods and a crossbar connecting said tie rods at one of their ends at a lateral distance from two fasteners, on which the spreader engages. The tie rods are provided at their other ends with at least one laterally projecting hook part, which engages behind the carrier of a fastening device already attached to the inner wall of the oven.

Een dergelijke tegensteun kan op eenvoudige wijze met zijn trekstaven achter twee bevestigingsinrichtingen worden gehangen en neemt de spankrachten op, welke door de spreidinrichting bij het samendrukken van de op de bevestigingsinrichting opgestoken vezelmatstukken worden 15 uitgeoefend. De tegensteun neemt hierbij met in hoogte verstelbare steunen steun tegen de binnenwand van de oven, zodat die tegensteun zich nog vóór een eventueel aan te brengen achterste isolatie kan bevinden. Teneinde met enerzijds onderling verschillende zijwaartse afstanden van de in een vlak aangebrachte bevestigingsinrichtingen reke-20 ning te houden en anderzijds ook met onderling verschillend dikke achterste isoleringen, kan de traverse in de dwars- en de langsrichting van de trekstaven verstelbaar aan die trekstaven bevestigd zijn.Such a counter-support can be hung in a simple manner with its tension rods behind two fastening devices and absorbs the tensioning forces which are exerted by the spreading device when the fiber mats attached to the fastening device are pressed together. The counter support takes support with height-adjustable supports against the inner wall of the oven, so that this counter support can still be located before any rear insulation that may be fitted. In order to take into account, on the one hand, different lateral distances of the fastening devices arranged in a plane and, on the other hand, also with mutually differently thick rear insulations, the cross-beam in the transverse and the longitudinal direction of the tie bars can be attached to said tie bars.

De drukplaat van de voorspaninrichting is op de trekstaven verplaatsbaar en bevat in het bereik van de bevestigingsinrichtingen uit-25 sparingen ter grootte van de draagplaten. Hierdoor is het mogelijk, na het bereiken van de gewenste voorspanning de dragers van de eerstvolgende verdere bevesgtigingsinrichtingen in het bereik van de uitsparingen op de aldaar verschijnende staken van de voorafgaande bevestigingsinrichtingen op te schuiven en in het vlak van de drukplaat 30 tegen de binnenwand van de oven vast te lassen. De samengedrukte vezelmatstukken kunnen dan niet meer opveren en een deel van hun voorspan-ning verliezen, wanneer de drukplaat van de spaninrichting wordt verwijderd en de tegensteun wordt afgenomen.The pressure plate of the prestressing device is movable on the tie rods and has recesses the size of the supporting plates in the region of the fastening devices. This makes it possible, after the desired pre-tension has been reached, to slide the carriers of the next further fastening devices in the region of the recesses on the stakes of the preceding fastening devices appearing there and in the plane of the pressure plate 30 against the inner wall of the weld the oven. The compressed fiber mat pieces can then no longer spring up and lose part of their pretension when the pressure plate is removed from the tensioning device and the counter support is removed.

De spreidinrichting kan een drukhefboom zijn, welks éne einde 35 een gebogen glijplaat of een rol draagt, welke over de drukplaat verplaatsbaar, respectievelijk erover afrolbaar is. In plaats daarvan kan t * -9- de spreidinrichting ock worden gevormd door een kniehefbccm, welks êne been scharnierbaar is bevestigd aan de traverse en welks andere been scharnierbaar is bevestigd aan de drukplaat.The spreading device can be a pressure lever, one end of which carries a curved slide plate or a roller, which is movable over the pressure plate or can be rolled over it. Alternatively, the spreader can also be a knee lift, one leg of which is hingedly attached to the crossbar and whose other leg is hingedly attached to the pressure plate.

Verdere kenmerken en voordelen volgens de uitvinding blijken 5 uit de hieronder volgende beschrijving en de tekening, waarin voorkeurs-uitvceringsvormen volgens de uitvinding aan de hand van uitvoerings-voorbeelden nader worden toegelicht.Further features and advantages according to the invention are apparent from the following description and the drawing, in which preferred embodiments according to the invention are further elucidated on the basis of exemplary embodiments.

fig. 1 is een gedeeltelijke langsdoorsnede van de bekleding van een industrieoven met vezelmatstukken; 10 fig. 2 is een met fig. 1 corresponderende, schematische langs doorsnede van een bekleding van een industrieoven met enigszins andere bevestigingsinrichtingen en een inrichting voor het samendrukken van de vezelmatstroken voor het uitvoeren van de werkwijze volgens de uitvinding; 15 fig. 3 is een langsdoorsnede op vergrote schaal volgens de lijn III-ÏII in fig. 4 van één der in fig. 2 weergegeven bevestigingsinrichtingen; fig. 4 is een aanzicht in pijlrichting IV van de bevestigings-inrichting volgens fig. 3; 20 fig. 5 is een bovenaanzicht van het bij de bevestigingsinrich- ting volgens de fig. 3 en 4 toegepaste klemelement voor het vastklemmen van de achterste isolatielaag; fig. 6 toont, schematisch en in perspectief een gedeelte van de industrieovenbekleding met de in fig. 2 weergegeven inrichting voor 25 het samendrukken van de vezelmatstroken; fig. 7 is een perspectivisch aanzicht met uiteengeplaatste onderdelen van de in fig. 6 weergegeven inrichting voor het samendrukken van de vezelmatten, waarbij de afzonderlijke onderdelen van die inrichting te zien zijn; 30 fig. 8 is een schuin aanzicht van twee anders uitgevoerde be vestigingsinrichtingen volgens de uitvinding in een stand ten opzichte van elkaar, alvorens die inrichtingen worden samengevoegd; fig. 9 is eveneens een schuin aanzicht van de bevestigingsinrichtingen volgens fig. 8 in met elkaar verbonden toestand; 35 fig. 10 is een schuin aanzicht van een deel van een staak van een andere uitvoeringsvorm van een bevestigingsinrichting volgens de -10- uitvinding, zoals deze voor het vervaardigen van voor inbouw gerede vezelblokken wordt toegepast, met bijbehorende klemplaat; en fig. 11 is een zijaanzicht, dat de montage verduidelijkt van een aantal vezelblokken met bevestigingsinrichtingen volgens de fig.FIG. 1 is a partial longitudinal section of the coating of an industrial oven with fiber batts; Fig. 2 is a schematic longitudinal sectional view corresponding to Fig. 1 of an industrial furnace coating with slightly different fastening devices and a device for compressing the fiber mat strips for carrying out the method according to the invention; Fig. 3 is an enlarged longitudinal section taken on the line III-II in Fig. 4 of one of the fastening devices shown in Fig. 2; Fig. 4 is a view in arrow direction IV of the fastening device according to Fig. 3; Fig. 5 is a top plan view of the clamping element used in the fastening device according to Figs. 3 and 4 for clamping the rear insulating layer; FIG. 6 is a schematic and perspective view of a portion of the industrial furnace coating with the apparatus for compressing the fiber mat strips shown in FIG. 2; FIG. 7 is an exploded perspective view of the fiber mat compression device shown in FIG. 6, showing the individual parts of that device; Fig. 8 is an oblique view of two differently designed fastening devices according to the invention in a position relative to each other before these devices are combined; FIG. 9 is also an oblique view of the fastening devices of FIG. 8 in interlocked condition; Fig. 10 is an oblique view of part of a stake of another embodiment of a fastening device according to the invention as used for manufacturing ready-to-install fiber blocks, with associated clamping plate; and FIG. 11 is a side view illustrating the mounting of a number of fiber blocks with fasteners of FIG.

5 8-10.5 8-10.

In fig. 1 is met het verwijzingscijfer 10 een binnenwand van een industrieoven of een andere, aan hoge temperaturen blootgestelde ruimte aangeduid, welke binnenwand een zijwand of een bodemwand, dan wel een bcvenwand van de oven kan zijn en bij het hier weergegeven uit-10 voeringsvoorbeeld bestaat uit metaalplaat. Op de binnenzijde 10a van deze binnenwand is een bekleding 11 aangebracht ter bescherming van die binnenwand 10 van de industrieoven, welke bekleding bestaat uit een achterste isolatielaag 12 en een hoofdisolatielaag 13. De hoofdisolatielaag 13 is naar de inwendige ruimte 14 van de oven toe gekeerd en wordt 15 rechtstreeks blootgesteld aan de in de inwendige ruimte van de oven heersende, hoge temperaturen, zoals met pijlen 15 in fig. 1 aangeduid.In Fig. 1, reference numeral 10 denotes an inner wall of an industrial oven or other space exposed to high temperatures, which inner wall may be a side wall or a bottom wall, or an oven wall, and in the drawings shown herein. lining example consists of metal sheet. On the inner side 10a of this inner wall, a lining 11 is provided to protect that inner wall 10 of the industrial oven, which lining consists of a rear insulating layer 12 and a main insulating layer 13. The main insulating layer 13 faces the interior space 14 of the oven and 15 is directly exposed to the high temperatures prevailing in the interior of the oven, as indicated by arrows 15 in FIG.

De hoofdisolatielaag 13 bestaat uit ongeveer rechthoekige vezelmat-stukken 16, waarvan de vezelrichting 17 in hoofdzaak loodrecht verloopt op de binnenwand 10 van de oven en welke dicht op elkaar liggen. De 20 hoofdisolatielaag kan ook uit een vezelmatstrook bestaan, welke zigzagvormig is samengevouwen, zodanig dat zijn afzonderlijke "windingen" dicht op elkaar liggen en de vezelrichting eveneens in pijlrichting 17 verloopt. De matstroken of -stukken bestaan uit een warmteïsolerend, tegen hoge temperaturen bestendig vezelmateriaal, bijvoorbeeld uit 25 fibersilicaatvezels of keramische vezels, welke bestand zijn tegen de hoge temperaturen, welke in de inwendige ruimte 14 van de oven optreden.The main insulating layer 13 consists of approximately rectangular fiber mats 16, the fiber direction 17 of which extends substantially perpendicular to the inner wall 10 of the oven and which are closely spaced. The main insulating layer may also consist of a fiber mat strip, which is zigzag-folded, such that its separate "turns" are close together and the fiber direction also extends in arrow direction 17. The mat strips or pieces consist of a heat-insulating, high-temperature resistant fiber material, for example of fiber silicate fibers or ceramic fibers, which are resistant to the high temperatures which occur in the interior space 14 of the oven.

De achterste isolatielaag 12 is aangebracht tussen de hoofdisolatielaag 13 en de binnenwand 10 van de oven. Die achterste isola-30 tielaag wordt niet rechtstreeks blootgesteld aan de hoge, in de inwendige ruimte 14 van de oven heersende temperaturen en kan derhalve uit minder hittebestendig en daardoor ook goedkoper materiaal, bijvoorbeeld uit minerale vezels of glasvezels bestaan. Aangezien deze achterste isolatielaag ook niet mechanisch wordt belast, is een bijzondere 35 samendrukking niet vereist. Het is ook mogelijk, voor de achterste isolatielaag een keramische stampmassa, chamotte/of dergelijke toe te passen, wanneer hiermee bijzondere voordelen kunnen worden bereikt.The rear insulating layer 12 is disposed between the main insulating layer 13 and the inner wall 10 of the oven. This rear insulating layer is not directly exposed to the high temperatures prevailing in the interior space 14 of the furnace and can therefore consist of less heat-resistant and therefore also cheaper material, for instance mineral fibers or glass fibers. Since this rear insulating layer is not subjected to mechanical loading either, special compression is not required. It is also possible to use a ceramic stamping mass, chamotte or the like for the rear insulating layer, if special advantages can be achieved with this.

-11--11-

Slijkens fig. 1 is de bekleding 11 aan de binnenwand 10 bevestigd met bevestigingsinrichtingen, welke in hun geheel met 18 zijn aangeduid. Bij de in fig. 1 weergegeven uitvoeringsvorm bestaat elke beves-tigingsinrichting uit een drager 21, een staak 27 en een cilindrische 5 draagtap 19, welke van de ovenwand 10 naar binnen uitstekend hieraan is vastgelast en is voorzien van een punt 20. De draagtappen 19 zijn op een voorafbepaalde afstand a in de langsrichting naast elkaar en op een afstand b (fig. 6} naar opzij naast elkaar aangebracht. Hun lengte is iets groter, dan overeenkomt met de dikte d van de achterste isolatielaag 12, 10 welke op de draagtappen 19 is opgestoken en door deze op zijn plaats wordt gehouden.As can be seen from Fig. 1, the cover 11 is attached to the inner wall 10 with fastening devices, which are indicated in their entirety by 18. In the embodiment shown in Fig. 1, each fastening device consists of a carrier 21, a stake 27 and a cylindrical carrier stud 19, which is welded inwards from the oven wall 10 and provided with a point 20. The carrier studs 19 are arranged side by side at a predetermined distance a in the longitudinal direction and at a distance b (fig. 6} side by side. Their length is slightly greater than corresponds to the thickness d of the rear insulating layer 12, 10 which is on the support studs 19 has been put on and is held in place by it.

Op de draagtap 19 van elke bevestigingsinrichting 18 is een drager 21 bevestigd, welke zich in dezelfde richting uitstrekt, als de draagtap 19 en tot in de hoofdisolatielaag 13 reikt. De drager 21 be-15 staat uit een ongeveer rechthoekige draagplaat 22, welke aan zijn naar de binnenwand 10 toe gekeerde einde 22a is voorzien van een ongeveer haaks omgebogen flens 23, waarin een boring 24 is aangebracht, waarmee de flens 23 op de draagtap 19 opgestoken en hieraan door middel van een moer 25 of op andere wijze bevestigd kan worden.A carrier 21 is mounted on the carrier stud 19 of each fastening device 18, which extends in the same direction as the carrier journal 19 and extends into the main insulating layer 13. The support 21 consists of an approximately rectangular support plate 22, which at its end 22a facing towards the inner wall 10 is provided with an approximately perpendicularly bent flange 23, in which a bore 24 is provided, with which the flange 23 is mounted on the support pin 19 plugged on and can be attached to it by means of a nut 25 or otherwise.

20 Onder de flens 23 van de drager 21 is aan de draagtap 19 een clip 26 vastgeklemd of opgeschroefd, welke als oplegging dienst doet voor de drager 21 en waarmee de achterste isolatielaag aan de binnenwand 10 wordt vastgehouden tot het aanbrengen van de hoofdisolatielaag 13 en tot de bevestiging van de drager 21, zodat die achterste isolatie-25 laag niet omlaag kan vallen.Under the flange 23 of the carrier 21, a clip 26 is clamped or screwed to the carrier stud 19, which serves as a support for the carrier 21 and with which the rear insulating layer is held on the inner wall 10 until the main insulating layer 13 is applied and the mounting of the carrier 21, so that the rear insulating layer cannot fall down.

Aan het vrije einde 22b van de drager 21 is een staak 27 vastgelast, welke zich ongeveer evenwijdig aan de binnenwand 10 van de industrieoven uitstrekt en waarop een samengevouwen vezelmatstrook of de vezelmatstukken 16 zijn opgestoken, welke een montage-eenheid ter 30 lengte a vormen. De vezelmatstukken 16 zijn in langsrichting van de binnenwand, dat wil zeggen dwars op hun vezelrichting 17, met een speciale samendrukinric'nting samengedrukt, die hieronder nog nader zal worden beschreven.A stake 27 is welded to the free end 22b of the carrier 21, which extends approximately parallel to the inner wall 10 of the industrial furnace and on which are placed a folded fiber mat strip or the fiber mat pieces 16, which form a mounting unit of length a. The fiber mat pieces 16 are compressed in the longitudinal direction of the inner wall, i.e. transverse to their fiber direction 17, with a special compression device, which will be described in more detail below.

Op geringe afstand van de staak en aan de naar de binnenwand 10 35 toegekeerde zijde daarvan is in de drager 21 een gat 28 aangebracht, waarvan de diameter iets groter is, dan de diameter van de staak 27.A hole 28, the diameter of which is slightly larger than the diameter of the stake 27, is arranged in the carrier 21 at a short distance from the stake and on its side facing the inner wall.

-12--12-

In dit gat 28 wordt de punt 27a van de staak 27 van de naburige beves-tigingsinrichting 18 ingebracht, wanneer de vezelmatstukken 16 worden samengedrukt en de eerstvolgende verdere bevestigingsinrichting 18, tegen de kopzijde van de vooraf ingebrachte montage-eenheid aan liggend 5 aan zijn draagtap 19 wordt bevestigd. Deze montagewerkwijze wordt hieronder nog nader toegelicht. De staken 27 bestaan bij voorkeur uit stalen staven met cirkelrarmig dwarsprofiel en een punt, welke ten opzichte van de binnenwand 10 convex of concaaf gebogen en daardoor ook aan gebogen wanden, inspringende of uitspringende hoeken of wanduitsteeksels 10 kunnen worden aangepast.Into this hole 28, the tip 27a of the stake 27 of the adjacent fastening device 18 is inserted when the fiber mat pieces 16 are compressed and the next further fastening device 18 abuts the head of the pre-inserted mounting unit on its carrying stud 19 is confirmed. This mounting method is explained in more detail below. The stakes 27 preferably consist of steel bars with a circular cross-section and a point, which can be convex or concave curved relative to the inner wall 10 and can therefore also be adapted to curved walls, recessed or protruding corners or wall protrusions 10.

Blijkens fig. 1 is de dikte D van de hoofdisolatielaag 13 groter, dan de dikte d van de achterste isolatielaag 12 en liggen de be-vestigingsinrichtingen 18 volledig in het inwendige van de bekleding 11. Aangezien de staken 27 aanvankelijk haaks aan de draagplaten 22 vast-15 gelast zijn, moet hun punt 27a in de richting naar de binnenwand 10 worden gedrukt, om deze in het gat 28 van de drager 21 van de naburige bevestigingsinrichting 18 te kunnen inbrengen, aangezien dit gat dichter bij de binnenwand 10 ligt, dan de bevestigingsplaats van de staak aan de drager 21. Door het omlaagdrukken worden ook de op de staak 27 20 opgestoken vezelmatstukken 16 van de montage-eenheid in pijlrichting 17 tegen de achterste isolatielaag 12 gedrukt, waarbij die vezelmatstukken deze laag samendrukken en enigszins verdichten, zodat eventueel aanwezige holten tussen hoofdisolatielaag 13 en achterste isolatielaag 12 volledig worden gesloten.As can be seen from Figure 1, the thickness D of the main insulation layer 13 is greater than the thickness d of the rear insulation layer 12, and the fastening devices 18 lie completely in the interior of the liner 11. Since the stakes 27 are initially perpendicular to the support plates 22 15, their point 27a must be pressed towards the inner wall 10 in order to be able to insert it into the hole 28 of the carrier 21 of the adjacent fastening device 18, since this hole is closer to the inner wall 10 than the place of attachment of the stake to the carrier 21. By pressing down, the fiber mat pieces 16 of the mounting unit mounted on the stake 27 20 are also pressed against the rear insulating layer 12 in the direction of arrow 17, the fiber mat pieces compressing and slightly compacting this layer, so that any any cavities between main insulating layer 13 and rear insulating layer 12 are completely closed.

25 Bij de in de fig. 2-5 weergegeven uitvoeringsvorm van de be kleding 11 zijn de bevestigingsinrichtingen 18 iets anders uitgevoerd.In the embodiment of the coating 11 shown in Figs. 2-5, the fastening devices 18 are designed slightly differently.

De drager 21 bestaat weliswaar eveneens uit een rechthoekige draagplaat 22, doch is aan zijn ondereinde 22a voorzien van een draagtap 19, welke rechtstreeks bevestigd is aan de draagplaat 22 en waarmee die draag-30 plaat 22, bijvoorbeeld door stompelektrisch lassen, rechtstreeks tegen de binnenzijde 10a van de binnenwand 10 van oven wordt vastgelast.Although the support 21 also consists of a rectangular support plate 22, it is provided at its lower end 22a with a support pin 19, which is directly attached to the support plate 22 and with which said support plate 22, for example by butt electric welding, directly against the inside. 10a of the inner wall 10 of the oven is welded.

Aan het buitenste einde 22b van de draagplaat 22 bevindt zich de staak 27 en daaronder het gat 28, dat iets groter is, dan de diameter van de staak, zodat de punt 27a van de staak van de naburige bevestigings-35 inrichting in langsrichting kan bewegen, wanneer die staak als gevolg van de inwerking van hitte uitzet. Blijkens fig. 4 bevat de draagplaat -13- 22 op afstand van zijn, aan de binnenwand te bevestigen einde 22a een opening 29 voor het inbrengen van een klemelement 30. De opening 29 heeft getande randen 31 en 32, zodat een aantal boven elkaar liggende insteekopeningen 33 zijn gevormd, welke een in hoofdzaak trapeziumvor-5 mige gedaante hebben en naar de staak 27 toe toelopen. Het klemelement 30 is als wigvormige plaat uitgevoerd (fig. 5), en kan in elke van de insteekopeningen 33 en daardoor op variërende afstand van de binnenwand 10 ingestoken worden in de drager 21, welke aan de binnenwand 10 vastgelast is. De wigvormige plaat 30 doet dienst om de achterste isola-10 tielaag 12 neer te drukken en tegen de binnenwand 1C vast te houden; die wigvormige plaat wordt derhalve na het inbrengen van de achterste isolatielaag zodanig in een insteekopening 33 ingestoken, dat die plaat de achterste isolatielaag 12 verend ineendrukt en door de terugstel-krachten van het vezelmateriaal van de achterste isolatielaag 12 naar 15 binnen, dat wil zeggen in de richting naar de inwendige ruimte 14 van de oven toe gedrukt wordt, zodat zijn bovenste zijranden tegen de beide, tegenover elkaar gelegen, schuine vlakken 35 van een insteekopening aan liggen. Om ervoor te zorgen dat het klemelement 30 niet weer uit zijn insteekopening 33 kan wegglijden, is dat klemelement aan zijn naar de 20 inwendige ruimte 14 toe gekeerde oppervlak 36 aan de zijranden voorzien van in langsdoorsnede tandvormige noppen 37, welke grijpen achter de schuine vlakken 35 van de insteekopening 33, waar dat klemelement inge-stcken werd.At the outer end 22b of the support plate 22 is the stake 27 and below it the hole 28, which is slightly larger than the diameter of the stake, so that the tip 27a of the stake of the adjacent fastening device can move longitudinally when the stake expands due to the action of heat. As can be seen from Fig. 4, the support plate -13-22 comprises an opening 29 at a distance from its end 22a to be attached to the inner wall, for the insertion of a clamping element 30. The opening 29 has serrated edges 31 and 32, so that a number of superimposed insertion openings 33 are formed which have a substantially trapezoidal shape and run towards the stake 27. The clamping element 30 is designed as a wedge-shaped plate (fig. 5), and can be inserted into each of the insertion openings 33 and thereby at varying distances from the inner wall 10 in the carrier 21, which is welded to the inner wall 10. The wedge-shaped plate 30 serves to depress the rear insulation layer 12 and hold it against the inner wall 1C; that wedge-shaped plate is therefore inserted after insertion of the rear insulating layer into an insertion opening 33 in such a way that said plate compresses the rear insulating layer 12 resiliently and through the restoring forces of the fiber material of the rear insulating layer 12 inwards, i.e. in the direction towards the interior space 14 of the oven is pressed, so that its upper side edges lie against the two opposite oblique surfaces 35 of an insertion opening. To ensure that the clamping element 30 cannot slip out of its insertion opening 33 again, that clamping element is provided on its surface 36 facing the inner space 14 on the side edges with longitudinal section tooth-shaped studs 37, which engage behind the oblique surfaces 35 of the insertion opening 33, where that clamping element was inserted.

Bij het aanbrengen van de bekleding volgens de fig. 1, 2 en 6 25 wordt volgens de uitvinding zodanig te werk gegaan, dat de dragers 21 van de bevestigingsinrichtingen 18 in een aantal, ten opzichte van de binnenwand 10 ongeveer loodrechte en ongeveer op afstand van de staak-lengte a naast elkaar liggende vlakken A, B, C achtereenvolgens aan de binnenwand 10 worden bevestigd, waarbij de vezelmatstukken 16 van elke 30 montage-eenheid, welke uit een bevestigingsinrichting 18 en een bepaald aantal vezelmatstukken 16 bestaat, op de staken 27 van de telkens aan de binnenwand 10 bevestigde bevestigingsinrichting 18 opgestoken en in-eengedrukt worden, alvorens de bevestigingsinrichtingen 18 van het eerstvolgende, verdere vlak B, resp. C onder samenpersing van de vezelmat-35 stukken 16 van de zoeven ingebouwde montage-eenheid tegen de binnenwand 10 bevestigd worden. Bij de uitvoeringsvorm volgens de fig. 2-5 wor- -14- den hierbij de dragers 18 rechtstreeks tegen de binnenwand 10 van de industrieoven vastgelast, terwijl de vezelmatstukken 16 van de voorafgaande montage-eenheid samengedrukt worden. Daarna wordt de achterste isolatielaag 12 ingebracht en worden achtereenvolgens de vezelmatstuk-5 ken 16 op de staak 27 van- de bevestigingsinrichting 18 in het vereiste aantal opgestoken. Daarna worden de vezelmatstukken 16 in de langsrich-ting van de staak ineengedrukt en voor het laatste vezelmatstuk van de ingebrachte montage-eenheid wordt weer een bevestigingsinrichting 18 tegen de binnenwand 10 vastgelast, nadat de punt 27a van de staak 27 in 10 het gat 28 van deze volgende bevestigingsinrichting 18 is ingebracht.When the covering according to Figs. 1, 2 and 6 is applied, the invention is carried out in such a way that the carriers 21 of the fastening devices 18 are in a number approximately perpendicular to the inner wall 10 and approximately at a distance from the stake length a adjacent surfaces A, B, C are successively attached to the inner wall 10, the fiber mat pieces 16 of each mounting unit, which consists of a fixing device 18 and a certain number of fiber mat pieces 16, on the stakes 27 of the fastening device 18 which is fixed to the inner wall 10 in each case and are pushed together before the fastening devices 18 of the next, further surface B, respectively. C are pressed against the inner wall 10 by compression of the fiber mat 35 pieces 16 of the newly built-in mounting unit. In the embodiment according to Figs. 2-5, the supports 18 are welded directly to the inner wall 10 of the industrial oven, while the fiber mat pieces 16 of the previous assembly unit are pressed together. Thereafter, the rear insulating layer 12 is introduced and the fiber batts 16 are successively plugged onto the stake 27 of the fastening device 18 in the required number. Then, the fiber mat pieces 16 are compressed in the longitudinal direction of the stake, and for the last fiber mat piece of the inserted mounting unit, a fastening device 18 is again welded to the inner wall 10, after the tip 27a of the stake 27 is inserted into the hole 28 of the this next fastening device 18 has been introduced.

Na het vastlassen van de draagplaat houdt deze draagplaat dan de vezelmatstukken van de voorafgaande montage-eenheid in hun samengeperste toestand.After welding the carrier plate, this carrier plate then keeps the fiber mat pieces of the previous mounting unit in their compressed state.

Bij de uitvoeringsvorm volgens fig. 1 worden eerst de draagtap-15 pen 10 op afstand van de staaklengte a, welke overeenkomt met de lengte van een montage-eenheid in samengedrukte toestand van de vezelmatstro-ken, tegen de binnenwand 10 in een aantal opeenvolgende vlakken A, B, C vastgelast. Daarna wordt de achterste isolatielaag 12 opgestoken op deze draagtap 19 en met clips 26 geborgd. Daarna wordt, zoals in het 20 voorgaande beschreven, tewerk gegaan, dat wil zeggen dat eerst de drager 21 op de zich in een vlak bevindende draagtappen 19 opgestoken worden en met de moeren 25 worden bevestigd. Daarna worden de vezelmatstukken 16 van de tussen de vlakken A en B aan te brengen montage-eenheden op de staken 27 van de zich in het vlak A bevindende dragers 25 21 opgestoken en in de langsrichting, dat wil zeggen evenwijdig aan de binnenwand 10 van de oven, zover samengedrukt, als voor het bereiken van voldoende mechanische sterkte en de vereiste warmteïsolatie nodig is. In aansluiting daarop worden de in het volgende vlak B aan te brengen bevestigingsinrichtingen 18 tegen het laatste vezelmatstuk 16 aan 30 gezet, waarbij de punten 27a van de staken 27 van de in het vlak A aangebrachte dragers in de gaten 28 worden ingebracht. De dragers worden dan loodrecht op de binnenwand 10 op de draagtappen 19 opgeschoven, waarbij de op de staken 27 van de voorafgaande bevestigingsinrichtingen 18 opgestoken vezelmatstukken 16 in pijlrichting 17, dat wil zeggen 35 loodrecht op de binnenwand 10, op de achterste isolatielaag 12 drukken en deze ineenpersen. De nieuw aangezette dragers 21 in het vlak B wor- - 15- den dan met de moeren 25 aan hun draagtappen 19 vastgeschroefd. Daarna kunnen weer vezelmatstukken 16 op de staken 27 van de zoeven tegen de binnenwand 10 bevestigde drager opgestoken worden, zodat geleidelijk de gehele bekleding van de oven ter plaatse kan worden aangebracht.In the embodiment according to Fig. 1, first the carrier studs 10 are spaced from the stake length a, which corresponds to the length of a mounting unit in the compressed state of the fiber mat strips, against the inner wall 10 in a number of successive planes A, B, C welded. Thereafter, the rear insulating layer 12 is put on this carrying pin 19 and secured with clips 26. Thereafter, as described in the foregoing, the procedure is carried out, that is to say the carrier 21 is first fitted onto the in-plane carrying studs 19 and fastened with the nuts 25. The fiber mat pieces 16 of the mounting units to be arranged between the surfaces A and B are then placed on the stakes 27 of the supports 25 located in the plane A and in the longitudinal direction, i.e. parallel to the inner wall 10 of the oven, compressed as far as is necessary to achieve sufficient mechanical strength and the required heat insulation. Subsequently, the fastening devices 18 to be arranged in the next plane B are placed against the last fiber mat piece 16, the points 27a of the stakes 27 of the carriers arranged in the plane A being inserted in the holes 28. The carriers are then slid perpendicular to the inner wall 10 onto the carrier studs 19, the fiber mats 16 mounted on the stakes 27 of the preceding fasteners 18 in the direction of the arrow 17, i.e. 35 perpendicular to the inner wall 10, pressing on the rear insulating layer 12 and squeeze these. The newly applied carriers 21 in plane B are then screwed to their carrier studs 19 with the nuts 25. Fiber mat pieces 16 can then be reattached to the stakes 27 of the carrier fastened to the inner wall 10, so that the entire furnace lining can gradually be applied on site.

5 Ket blijkt dat de klemelementen 30 bij de in de fig. 2-5 weer gegeven uitvoeringsvorm na bevestiging van de dragers 21, doch ook reeds vóór het bevestigen van die dragers aan de binnenwand 10, in de openin-gen 29 kunnen worden ingeschoven, waarbij aanpassing aan uiteenlopende diktes d van de achterste isolatielaag 12 mogelijk is.It has been found that in the embodiment shown in Figs. 2-5 the clamping elements 30 can be pushed into the openings 29 after the carriers 21 have been fastened, but also before the carriers have been attached to the inner wall 10, allowing adaptation to varying thicknesses d of the rear insulating layer 12.

10 Om de vezelmatstukken 16 van de hoofdisolatielaag 13 ter plaat se stevig genoeg te kunnen samendrukken en er een voldoende voorspan-ning aan mede te delen, welke noodzakelijk is om de gewenste isolerende werking te bereiken en de uitwerkingen van het thermisch slinken tegen te gaan alsmede om voldoend mechanisch weerstandsvermogen van de vezel-15 bekleding te bereiken, wordt voor het uitvoeren van de uitgevonden werkwijze een samendrukinrichting toegepast, welke het beste blijkt uit de fig. 2, 6 en 7.In order to be able to compress the fiber mats 16 of the main insulating layer 13 firmly on site and to impart to them a sufficient bias necessary to achieve the desired insulating effect and to counteract the effects of the thermal shrinkage as well as In order to achieve sufficient mechanical resistance of the fiber-coating, a compression device is used for carrying out the invented method, which is best shown in Figures 2, 6 and 7.

Die samendrukinrichting, welke in zijn geheel met verwijzings-cijfer 38 is aangeduid, bestaat in hoofdzaak uit een tegensteun 39, 20 welke tegen de bevestigingsinrichtingen 18 kan steun nemen, uit een drukplaat 56, welke tegen de vezelmatstroken of -stukken 16 kan worden aangelegd, en uit een tussen de tegensteun 39 en de drukplaat 56 aangebrachte spreidinrichting 51, welke enerzijds steun neemt tegen de tegensteun 39 en anderzijds werkzaam is op de drukplaat 56.This compression device, which is denoted in its entirety by reference numeral 38, mainly consists of a counter-support 39, 20 which can take support against the fastening devices 18, of a pressure plate 56, which can be placed against the fiber mat strips or pieces 16, and from a spreading device 51 arranged between the counter-support 39 and the printing plate 56, which on the one hand takes support against the counter-support 39 and on the other hand acts on the printing plate 56.

25 Zoals nader gedetailleerd uit de fig. 6 en 7 blijkt, wordt de tegensteun 39 gevormd door twee trekstaven 40 en een traverse 41, welke de beide trekstaven aan hun éne einde 40a met elkaar verbindt.As will be shown in more detail from Figs. 6 and 7, the counter-support 39 is formed by two tie bars 40 and a crossbar 41 connecting the two tie bars at their one end 40a.

Aan zijn andere einde 40b is elke trekstaaf voorzien van een naar opzij uitstekend haakdeel 42, dat achter de drager 21 van een reeds tegen 30 de binnenwand 10 van de oven bevestigde bevestigingsinrichting 18 kan grijpen, wanneer de trekstaaf opzij aangezet wordt. Aan hun tegenovergelegen einden 40a zijn de trekstaven 40 voorzien van langwerpige gaten 43, waarin verbindingsmiddelen, bijvoorbeeld schroeven of dergelijke kunnen glijden, waarmee de traverse 41 aan de trekstaven 40 worden be-35 vestigd, zodat het mogelijk is, de traverse 41 in langsrichting van de trekstaven 40 te verstellen.At its other end 40b, each pull rod is provided with a laterally projecting hook part 42, which can engage behind the support 21 of a fastening device 18 already fixed against the inner wall 10 of the oven when the pull rod is turned aside. At their opposite ends 40a, the tie bars 40 are provided with elongated holes 43 into which connecting means, for example screws or the like, can slide, securing the cross bar 41 to the tie bars 40, so that the cross bar 41 is longitudinally mounted. adjust the tie rods 40.

-16--16-

De traverse 41 wordt gevormd door een hoekvormige drager, welks éne been 44 is voorzien van twee reeksen gaten 45 en 46, en welks andere been 47 is voorzien van twee, zich in de langsrichting van de traverse uitstrekkende, langwerpige gaten 48. Met behulp van de gatenrijen 5 45 en 46 is het mogelijk, de trekstaven 40 in verschillende zijwaartse afstanden van elkaar met schroeven aan de traverse 41 te bevestigen en hierdoor rekening te houden met de zijwaartse afstand b, welke twee in één vlak A, resp. B, resp. C aangebrachte bevestigingsinrichtingen 18 van elkaar hebben. De langwerpige gaten 48 doen dienst voor de bevesti-10 ging van steunen 49, waarmee de traverse 41 steun kan nemen tegen de binnenwand 10 van de oven. Ook deze steunen 49, welke als steun-hoekpro-fielen zijn uitgevoerd, zijn voorzien van langwerpige gaten 50, welke veroorloven, de traverse 41 op verschillende afstanden van de binnenwand 10 van de oven aan de steunen 49 te bevestigen en hierdoor reke-15 ning te houden met verschillende diktes d van de achterste isolatielaag.Traverse 41 is formed by an angular support, one leg 44 of which is provided with two series of holes 45 and 46, and the other leg 47 of which is provided with two elongated holes 48 extending in the longitudinal direction of the traverse. the hole rows 45 and 46 make it possible to fasten the tie rods 40 to the crossbeam 41 at different lateral distances from each other, thereby taking into account the lateral distance b, which two in one plane A, resp. B, resp. C mounting devices 18 disposed apart. The elongated holes 48 serve for the attachment of supports 49, with which the crossbeam 41 can take support against the inner wall 10 of the oven. These supports 49, which are designed as support angle profiles, are also provided with elongated holes 50, which allow the crossbar 41 to be fastened to the supports 49 at different distances from the inner wall 10 of the oven and thereby to take into account with different thicknesses d of the rear insulation layer.

De spreidinrichting 51 kan worden gevormd door een kniehefboom, welke enerzijds scharnierbaar is bevestigd in het centrum van de tegen-steunplaat 40 en anderzijds aan die plaats, waar de beide benen 44 en 20 47 van de traverse bijeenkomen, en welks knie-scharnier ongeveer in het midden ligt. Bij de hier weergegeven uitvoeringsvorm is de spreidinrichting 51 een drukhefboom 52, welks éne einde 52a een gebogen glijplaat 53 draagt, welke aan de drukplaat 56 verplaatsbaar is, en welks andere einde 52b ingezet is in de tussen de benen 44 en 47 van de traverse 25 gevormde nis (fig. 2).The spreader 51 can be formed by a knee lever, which is hinged on the one hand in the center of the counter-support plate 40 and on the other hand at the location where the two legs 44 and 20 of the crossbar meet, and whose knee hinge is approximately is in the middle. In the embodiment shown here, the spreader 51 is a pressure lever 52, one end 52a of which carries a curved slide plate 53, which is movable on the pressure plate 56, and the other end 52b of which is inserted between the legs 44 and 47 of the crossbar 25. niche (fig. 2).

De drukplaat 56 heeft een in hoofdzaak rechthoekige vorm en is qua grootte aangepast aan het vlak van de vezelmatstroken 16 van een montage-eenheid, welke telkens wordt ingebouwd. De drukplaat bevat, op zijwaartse afstand b van twee in één vlak A, resp. B, resp. C aange-30 brachte bevestigingsinrichtingen uitsparingen 54 en 55, welke iets groter zijn, dan de vlakken van de draagplaten 22 van de bevestigingsinrichtingen 18.The printing plate 56 has a substantially rectangular shape and its size is adapted to the plane of the fiber mat strips 16 of a mounting unit, which is installed each time. The printing plate contains, at lateral distance b from two in one plane A, resp. B, resp. C-mounted fasteners recesses 54 and 55 which are slightly larger than the surfaces of the support plates 22 of the fasteners 18.

Met de samendrukinrichting 38 wordt als volgt gewerkt:The compression device 38 is operated as follows:

Nadat twee in één vlak A, resp. B aan te brengen bevestigingsinrich-35 tingen 18 tegen de binnenwand 10 vastgelast, respectievelijk aan hun draagtappen 19 bevestigd zijn, wordt allereerst de achterste isolatie- -17- laag 12 van de volgende mentage-eenheid ingebracht. Daarna worden de beide trekstaven 40, welke reeds op afstand b van de draaginrichtingen 13 aan de traverse 41 kunnen zijn bevestigd, met hun haakdelen 42 gehangen achter de draagplaten 22 van de bevestigingsinrichtingen 18, 5 waarbij zij van opzij achter de draagplaten 22 worden geschoven. De trekstaven 40 bevinden zich dan rechtstreeks boven de achterste isolatielaag 12, waarbij de traverse 41 door de steunen 49 op afstand ter dikte d van de achterste isolatielaag 12 tegen de binnenwand 10 van de oven steun neemt.After two in one plane A, resp. Fixing devices 18 to be applied welded to the inner wall 10 or attached to their carrying studs 19, first of all the rear insulation layer 12 of the next menting unit is introduced. Thereafter, the two tie rods 40, which may already be fixed at a distance b from the support devices 13 to the crossbeam 41, are hung with their hook parts 42 behind the support plates 22 of the fixing devices 18, sliding them from the side behind the support plates 22. The tie rods 40 are then located directly above the rear insulating layer 12, the crossbeam 41 supporting the spacer d by the spacers 49 of the thickness of the rear insulating layer 12 against the inner wall 10 of the oven.

10 Daarna worden de vezelmatstukken 16 van de betrokken montage- eenheid op de staken 27 van de beide opzij in een vlak A, resp. B aangebrachte bevestigingsinrichtingen 18 opgestoken, waarbij zij over de trekstaven 40 van de tegensteun 39 erlangs geschoven kunnen worden.The fiber mat pieces 16 of the respective mounting unit are then placed on the stakes 27 of both sides in a plane A, respectively. Fixing devices 18 fitted in B, which can be slid over the tie rods 40 of the counter support 39 along it.

Na het inbrengen van het laatste vezelmatstuk 16 wordt dan de 15 tegensteunplaat 56 vóór dit laatste vezelmatstuk 16 op de trekstaven 40 gezet en wel zodanig, dat de uitsparingen 54 en 55 van de drukplaat 56 stroken met de draagplaten 22 van de bijbehorende bevestigingsinrichtingen. Daarna wordt de spreidinrichting 51 zodanig ingezet, dat de gebogen glijplaat 53 zich in de loodrechte middellijn van de drukplaat 20 56 bevindt. In dit verband zij erop gewezen, dat uiteraard ook twee of drie spreidinrichtingen 51 kunnen worden toegepast, welke afzonderlijk dan wel gemeenschappelijk in werking gesteld worden, wanneer grotere krachten voor het ineendrukken vereist zijn.After the insertion of the last fiber mat piece 16, the counter support plate 56 is then placed on the tie bars 40 in front of this last fiber mat piece 16, such that the recesses 54 and 55 of the pressure plate 56 are in contact with the support plates 22 of the associated fastening devices. The spreader 51 is then deployed such that the curved slide plate 53 is in the perpendicular centerline of the pressure plate 20 56. In this connection, it should be noted that, of course, two or three spreading devices 51 may also be used, which are actuated individually or together when greater forces are required for the compression.

Door het omlaagdrukken van het einde 52a van de drukhefboom 52 25 glijdt de gebogen glijplaat 53 langs de drukplaat 56 omlaag en schuift deze op de trekstaven 40 in langsrichting van de staken 27 tegen het er het dichtstbij gelegen vezelmatstuk, waarbij oorspronkelijk slechts los naast elkaar gelegen vezelmatstukken 16 ten bedrage van de maat x (fig. 2) samengedrukt worden en op de staaklengte a worden gecomprimeerd. 30 De punten 27a van de staken 27 kunnen in de openingen 54 en 55 van de drukplaat uit de vezelmatstukken 16 naar buiten treden.By pressing down the end 52a of the pressure lever 52, the curved slide plate 53 slides down along the pressure plate 56 and slides on the tie rods 40 longitudinally of the stakes 27 against the nearest fiber mat piece, originally only loosely adjacent fiber mat pieces 16 of the dimension x (Fig. 2) are compressed and compressed to the stake length a. The tips 27a of the stakes 27 can exit from the fiber mat pieces 16 in the openings 54 and 55 of the printing plate.

Het blijkt, dat door het verstellen van de traverse 41 in de langsrichting van de trekstaven 40 de maat a, tot daarop de vezelmatstukken worden samengedrukt, kan worden veranderd. Het is derhalve 35 mogelijk, door verstelling in langsrichting van de traverse 41 de samen-drukking van de matstroken te veranderen, en hierdoor tevens de isole- -18- rende werking, de mechanische belastbaarheid en het thermisch slinken van het vezelmateriaal van de hoofdbekleding te variëren.It has been found that by adjusting the crossbeam 41 in the longitudinal direction of the tie bars 40, the dimension a, until the fiber mat pieces are pressed thereon, can be changed. It is therefore possible, by adjusting in the longitudinal direction of the cross-section 41, to change the compression of the mat strips, and thereby also to change the insulating effect, the mechanical load capacity and the thermal shrinkage of the fiber material of the main covering. to vary.

Nadat de vezelmatstroken 16 van de betrokken montage-eenheid zijn samengedrukt, worden de draagplaten 22 van de volgende bevestigings-5 inrichting 18 aangezet, doordat zij met hun gaten 28 worden geschoven over de punten 27a van de staken 27 van de voorafgaande bevestigings-inrichtingen, welke uit de uitsparingen 54 en 55 van de drukplaat 56 steken. De draagplaten 22 worden dan tegen de binnenzijde 10a van de binnenwand 10 gedrukt en hierop vastgelast, waarbij tegelijkertijd de 10 punten 27a van de staken 27 omlaaggedrukt worden en de achterste isolatielaag 12 wordt samengedrukt. Dit neerdrukken en vastlassen is zonder moeilijkheden mogelijk, aangezien de drukplaat 56, door de spreidinrich-ting 51 tegen de vezelmatstroken 16 gedrukt gehouden wordt, en deze laatste eerst elastisch kunnen terugveren, wanneer de spreidinrichting 15 51 wordt weggenomen. De vastgelaste draagplaten houden dan de samen- drukking van de tussen die draagplaten en de voorafgaande draagplaten ingespannen vezelmatstukken in stand.After the fiber mat strips 16 of the respective mounting unit have been compressed, the carrier plates 22 of the next fastening device 18 are turned on by sliding their holes 28 over the points 27a of the stakes 27 of the previous fastening devices, which protrude from the recesses 54 and 55 of the pressure plate 56. The carrier plates 22 are then pressed against the inner side 10a of the inner wall 10 and welded to it, simultaneously pressing down the 10 points 27a of the stakes 27 and compressing the rear insulating layer 12. This pressing down and welding is possible without difficulties, since the printing plate 56 is held pressed by the spreading device 51 against the fiber mat strips 16, and the latter can only spring back elastically when the spreading device 51 is removed. The welded-on carrier plates then maintain the compression of the fiber mat pieces clamped between those carrier plates and the previous carrier plates.

Na het wegnemen van de spreidinrichting 51 en van de drukplaat 56 kan ook de tegensteun 39, na geringe zijwaartse verplaatsing in de 20 werkrichting naar voren getrokken en achter de eerstvolgende, zoeven vastgelaste draagplaten worden gehangen, waarop de volgende montage-eenheid op de in het voorgaande beschreven wijze kan worden ingebouwd.After the spreading device 51 and the pressure plate 56 have been removed, the counter support 39 can also be pulled forward after a slight lateral displacement in the working direction and hung behind the next supporting plates, which have just been welded together, on which the next mounting unit is mounted on the can be built in as described above.

In de fig. 8 - 11 is de bevestiging van een bekleding weergegeven, welke bestaat uit vooraf vervaardigde vezelblokken. In de fig.Figures 8 - 11 show the attachment of a coating, which consists of prefabricated fiber blocks. In the fig.

25 8 en 9 zijn twee axiaal achter elkaar geplaatste bevestigingsinrich- tingen 18 afgebeeld, welke uit een drager 21 en telkens een staak 27 bestaan, welke vastgelast is aan de drager. De drager 21 bestaat uit een ongeveer rechthoekige draagplaat 22 en een hiervan ongeveer loodrecht omgebogen flens 23, welke rechtstreeks tegen de wand van een 30 industrieoven vastgelast, door klinknagels bevestigd of vastgeschroefd wordt. Voor het vastschroeven of door middel van klinknagels bevestigen kan de flens 23 zijn voorzien van een boring 24 of van een oog 72, welke in een aan de binnenwand van de oven aangebrachte haak kan worden ingehangen.8 and 9, two axially successively arranged fastening devices 18 are shown, which consist of a carrier 21 and each a rod 27, which is welded to the carrier. The support 21 consists of an approximately rectangular support plate 22 and one of these approximately perpendicularly bent flange 23, which is welded directly to the wall of an industrial oven, fastened or screwed by rivets. For screwing or fastening by means of rivets, the flange 23 can be provided with a bore 24 or an eye 72, which can be hooked into a hook arranged on the inner wall of the oven.

35 Onder de staak 27 is in de draagplaat 22 een gat 28 aangebracht, dat aan zijn omtreksrand 60 twee diametraal tegenover elkaar gelegen, -19- aan da rand open uitsparingen 61 en 62 bevat, welke evenwijdig aan de flens 23 van de drager 21 verlopen.A hole 28 is arranged under the stake 27 in the support plate 22, which has at its peripheral edge 60 two diametrically opposite recesses 61 and 62 open at the edge, which extend parallel to the flange 23 of the support 21 .

De staken 27 dragen aan hun buitenomtrek 63 een aantal, op axiale afstand 1 van elkaar aangebrachte uitsteeksels 64 en 65, welke 5 bij het in de fig. 8 en 9 weergegeven uitvoeringsvoorbeeld zijn gevormd als rechthoekige lippen en paarsgewijs tegenover elkaar liggen.The stakes 27 carry on their outer circumference 63 a number of projections 64 and 65, which are axially spaced 1 from each other, which, in the exemplary embodiment shown in Figs. 8 and 9, are formed as rectangular lips and face each other in pairs.

Uit fig. 8 blijkt, dat de uitsteeksels 64 en 65 tegenover de aan de rand open uitsparingen 61 en 62 van het gat 28 over een hoek van 90° versprongen zijn, dat wil zeggen loodrecht op de flens 23 staan. 10 Elk uitsteeksel 64 en 65 heeft slechts een begrensde langs-uitgestrekt-heid, waarbij de tegenover elkaar gelegen uitsteeksels 64 en 65 passen in de uitsparingen 61 en 62, wanneer zij zich in een aan de flens 23 evenwijdige stand bevinden en de staak 27 in het gat 28 van de draagplaat 22 van een naburige bevestigingsinrichting 18 wordt ingeschoven, 15 zoals weergegeven in fig. 8. Het blijkt, dat in deze inbrengstand de twee op elkaar volgende bevestigingsinrichtingen 18 ten bedrage van 90° ten opzichte van elkaar verdraaid zijn. Na het inbrengen van de staak 27 van de achterste bevestigingsinrichting in het gat 28 van de voorste bevestigingsinrichting, wordt dan de drager 21 onder een hoek van 90° 20 gedraaid, zodat de op elkaar volgende bevestigingsinrichtingen de in fig. 9 weergegeven stand innemen, waarin de uitsteeksels 64 en 65 van de zich aan tegenover elkaar gelegen zijden van de draagplaat bevindende uitsteekselparen tegen de rand 60 van het gat 28 stoten, wanneer de bevestigingsinrichtingen 18 in axiale richting naar elkaar toe worden 25 verplaatst.It can be seen from Fig. 8 that the protrusions 64 and 65 are offset by an angle of 90 °, that is to say perpendicular to the flange 23, opposite the recesses 61 and 62 of the hole 28 open at the edge. Each protrusion 64 and 65 has only a limited longitudinal extent, with the opposing protrusions 64 and 65 fitting into the recesses 61 and 62 when they are in a position parallel to the flange 23 and the rod 27 in the hole 28 of the support plate 22 of an adjacent fastening device 18 is pushed in, as shown in fig. 8. It appears that in this insertion position the two successive fastening devices 18 are rotated by 90 ° relative to each other. After inserting the rod 27 of the rear fastening device into the hole 28 of the front fastening device, the carrier 21 is then rotated at an angle of 90 ° 20, so that the successive fastening devices take the position shown in Fig. 9, in which the projections 64 and 65 of the projection pairs located on opposite sides of the carrier plate butt against the edge 60 of the hole 28 when the fasteners 18 are moved in an axial direction.

In fig. 10 is een enigszins andere uitvoeringsvorm van een staak weergegeven, welke aan zijn omtrek slechts één uitsteeksel 64 bevat, waarvan er uiteraard ook een aantal in een reeks axiaal achter elkaar kunnen zijn aangebracht. Overeenkomstig de vorm van deze staak 30 heeft het bijbehorende gat in de draagplaat 22 van de drager 21 ook slechts één uitsparing 61 aan één zijde. Dit is in de tekening evenwel niet nader weergegeven.Fig. 10 shows a slightly different embodiment of a stake, which has only one projection 64 on its periphery, of which, of course, a number may also be arranged in a series axially one behind the other. According to the shape of this stake 30, the corresponding hole in the support plate 22 of the support 21 also has only one recess 61 on one side. However, this is not shown in more detail in the drawing.

De montage van een bekleding met vezelmatstukken is verduidelijkt in fig. 11.The mounting of a covering with fiber mat pieces is illustrated in fig. 11.

35 Bij het aanbrengen van de bekleding met bevestigingsinrichtingen volgens de fig. 8-10 wordt zodanig te werk gegaan, dat een aantal -20- vezelmatstukken 16 in een vervaardigingsbedrijf op één of een aantal naast elkaar geplaatste staken 27 van bevestigingsinrichtingen 18 opgestoken en in axiale richting van de staak samengedrukt worden. Hierbij kunnen de randstukken 16a en 16b van de staken met licht brandbare kar-5 tonnen schalen 66 en 67 ingevat zijn, welke later, bij het in bedrijf nemen van de oven verbranden.When applying the covering with fastening devices according to Figs. 8-10, the procedure is such that a number of -20 fiber mats 16 in a manufacturing company are put up on one or a number of side-by-side stakes 27 of fastening devices 18 and in axial compressed towards the stake. Here, the edge pieces 16a and 16b of the stakes may be encased in lightly flammable cardboard shells 66 and 67, which will burn later when the oven is put into operation.

Na het, in axiale richting van de staken 27 samendrukken van de vezelmatstukken 16 worden op de staken klemplaten 68 uit staal of ander onbrandbaar materiaal opgestoken. De klemplaten 68 bevatten een cirkel-10 ronde boring 69 met aan de omtrek daarvan ten minste één verwijding 70, welke de opening van de boring plaatselijk wijder maakt. De boring 69 en de verwijding 70 komen naar gedaante en grootte overeen met het gat 28 en de aan de rand open verwijding(en) 61 en 62 in de draagplaat van de bevestigingsinrichting, zodat zij over de uitsteeksels 64 en 65 aan 15 de staak 27 heengeschoven en door draaiing op de staak 27 vastgezet kunnen worden, waarbij de klemplaten 68 achter telkens één, resp. twee diametraal tegenover elkaar gelegen uitsteeksels 64 en 65 komen te liggen en aldaar vastgehouden worden door de verend samengedrukte vezelmatstukken.After the fiber mat pieces 16 have been compressed in the axial direction of the stakes 27, clamping plates 68 of steel or other non-combustible material are placed on the stakes. The clamping plates 68 include a circular round bore 69 with at least one flare 70 at its periphery, which locally widens the opening of the bore. The bore 69 and flare 70 correspond in shape and size to the hole 28 and the rim-open flare (s) 61 and 62 in the mounting plate of the mounting device so that they extend over the projections 64 and 65 at the stake 27 slidable and can be fixed by rotation on the rod 27, whereby the clamping plates 68 behind each one, resp. two diametrically opposed projections 64 and 65 come to lie and are held there by the resiliently compressed fiber mats.

20 Na het op de staken 27 van de bevestigingsinrichtingen 18 op steken van de vezelmatstukken 16 namen de draagplaten 22 van de dragers 21 een horizontale stand in, dat wil zeggen dat hun langsranden zich in een ten opzichte van de binnenwand 10 van de oven evenwijdige stand bevinden, zoals dit uit de fig. 8 en 11 blijkt bij de rechts weerge-25 geven bevestigingsinrichting 18. In deze stand wordt het vezelblok 71 tegen het voorafgaande vezelblok aan gezet, waarvan de bevestigingsinrichting 18 reeds tegen de binnenwand 10 van de oven werd vastgeschroefd. Bij dit aanzetten wordt de punt 20 van de staak 27 in het gat 28 van de drager 21 van de voorafgaande bevestigingsinrichting ingebracht en 30 stevig aangedrukt, waarbij de vezelmatstukken 16 van het aangezette vezelblok 71 nog verder kunnen worden samengedrukt en een eventueel nog aanwezige klemplaat 68 op de staak 27 verder wordt teruggeschoven.After the fiber mat pieces 16 have been placed on the stakes 27 of the fastening devices 18, the supporting plates 22 of the carriers 21 assumed a horizontal position, that is to say that their longitudinal edges are in a position parallel to the inner wall 10 of the oven. as shown in FIGS. 8 and 11 in the mounting device 18 shown on the right. In this position the fiber block 71 is placed against the previous fiber block, the mounting device 18 of which has already been screwed against the inner wall 10 of the oven. . When this is turned on, the tip 20 of the stake 27 is inserted into the hole 28 of the carrier 21 of the preceding fastening device and pressed firmly, whereby the fiber mat pieces 16 of the applied fiber block 71 can be pressed even further and any clamping plate 68 still present. on the stake 27 is pushed further back.

Wanneer dan de staak 27 zover in de vezelmatstukken van het voorafgaande vezelblok 71 is binnengedrongen, dat ten minste het eerste 35 uitsteekselpaar 64, 65 van de staak 27 zich achter de draagplaat 22 van de voorafgaande bevestigingsinrichting bevindt en deze draagplaat 22 -21- tussen twee opeenvolgende uitsteekseiparen zit, wordt de drager 21 van het aangezette vezelblok 71 over een hoek van 90° tot in de in fig, 9 weergegeven stand verdraaid, waarin de draagplaat 22 loodrecht staat en de flens 23 evenwijdig op de binnenwand 1G een oplegging heeft op die 5 binnenwand. Aangezien de uitsteeksels 64 en 65 aan de staak 27 nu loodrecht staan en achter de vrije rand 60 van het gat 28 in de voorafgaan de bevsstigingsinrichting 18 grijpen, is een trekvaste verbinding tot stand gebracht tussen da beide op elkaar volgende vezelblokken 71, waarbij de samengedrukte vezelmatstukken van het nieuw aangezette vezelblok 10 71 aan één zijde tegen de draagplaat 22 van de voorafgaande bevestigings- inrichting en tegen de draagplaat 22 van de zoéven over een hoek van 90° gedraaide bevestigingsinrichting van het aangezette vezelblok 71 steun nemen. De flens 23 van het aangezette vezelblok 71 kan nu onbe-zwaarlijk tegen de binnenwand 10 van de oven met een klinknagel-, 15 schroef- of las-verhinding worden bevestigd, zonder dat verdere, speciale hulpmiddelen nodig zijn om de vezelmatstukken van dit vezelblok bij het vastlassen samen te drukken en de drager 21 in zijn stand vast te houden. Aangezien het vezelblok 71 na het insteken en draaien van zijn bevestigingsinrichting 18 aan het voorafgaande vezelblok 71 vast 20 hangt, kan de drager 21 ook met zijn oog 72 in een, aan de binnenwand van de oven aangebrachte haak, eenvoudigweg ingehangen worden.Then, when the stake 27 has penetrated the fiber mat pieces of the preceding fiber block 71 so far that at least the first 35 protrusion pair 64, 65 of the stake 27 is behind the support plate 22 of the preceding fastening device and this support plate 22 -21- between two. in successive protrusion pairs, the support 21 of the applied fiber block 71 is rotated through an angle of 90 ° to the position shown in FIG. 9, in which the support plate 22 is perpendicular and the flange 23 has a support parallel to the inner wall 1G. 5 inner wall. Since the protrusions 64 and 65 on the stake 27 are now perpendicular and engage the fastening device 18 behind the free edge 60 of the hole 28 in the preceding one, a tensile connection has been established between the two successive fiber blocks 71, the compressed Fiber mat pieces of the newly applied fiber block 10 71 support on one side against the support plate 22 of the previous fastening device and against the support plate 22 of the fastening device of the applied fiber block 71 rotated through an angle of 90 °. The flange 23 of the applied fiber block 71 can now be secured against the inner wall 10 of the furnace by means of a rivet, screw or splice connection without further special aids being required to fix the fiber mats of this fiber block compressing the welding and holding the carrier 21 in its position. Since the fiber block 71 hangs from the preceding fiber block 71 after insertion and rotation of its fastening device 18, the carrier 21 can also simply be hooked with its eye 72 in a hook provided on the inner wall of the oven.

De uitvinding is niet beperkt tot de weergegeven en beschreven uitvoeringsvormen doch er zijn allerlei veranderingen en aanvullingen mogelijk zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.The invention is not limited to the illustrated and described embodiments, but all kinds of changes and additions are possible without departing from the scope of the invention.

25 Zoals reeds aangeduid, kan de samendrukinrichting ook een aan tal spreidinrichtingen bevatten en is het ook mogelijk, meer dan twee trekstaven toe te passen. Voorts kunnen de staken van de bevestigings-inrichtingen ook gebogen zijn, teneinde bekledingen te kunnen aanbrengen aan gebogen ovenwanden. Verder is het mogelijk, de bevestigings-30 inrichtingen te voorzien van een aantal uitsparingen, welke van de om-trekswand van een gat in de drager uitgaan en onder een hoek ten opzichte van elkaar zijn geplaatst, waarbij dan dienovereenkomstig ook de uitsteeksels 64 en 65 op de staken onder een hoek ten opzichte van elkaar aangebracht moeten zijn. Voorts is het niet noodzakelijk, de uit-35 steeksels als rechthoekige lippen te vormen; veeleer kunnen die uitsteeksels ook worden gevormd door halfbolvormige noppen. Tenslotte is -22- het ook denkbaar, de uitsteeksels als schroefvlakken uit te voeren, welke in een dienovereenkomstig gevormd van binnenschroefdraad voorzien gat 28 in de draagplaat worden ingeschroefd, wanneer men de drager 21 draait, teneinde zijn flens in een ten opzichte van de binnenwand van 5 de oven evenwijdige stand te brengen. Voorts kunnen de dragers ook zijn voorzien van haken in plaats van ogen, waarbij dan aan de binnenwand van de oven ogen worden toegepast waarin de haken van de dragers kunnen worden ingehangen.As already indicated, the compression device can also contain a number of spreading devices and it is also possible to use more than two tension rods. Furthermore, the stakes of the fastening devices can also be curved, so that coatings can be applied to curved oven walls. Furthermore, it is possible to provide the fastening devices with a number of recesses, which protrude from the peripheral wall of a hole in the carrier and are placed at an angle to each other, with the projections 64 and 65 correspondingly on the stakes must be arranged at an angle to each other. Furthermore, it is not necessary to shape the protrusions as rectangular lips; rather, these protrusions can also be formed by hemispherical studs. Finally, it is also conceivable to design the protrusions as screw surfaces, which are screwed into a correspondingly threaded hole 28 in the support plate when the support 21 is rotated in order to have its flange in relation to the inner wall of the oven parallel. Furthermore, the carriers can also be provided with hooks instead of eyelets, wherein eyes are then used on the inner wall of the oven in which the hooks of the carriers can be hung.

Bovendien is het mogelijk, tussen de achterste isolatielaag 12 10 en de hoofdisolatielaag 13 een dampdichte laag, bijvoorbeeld een metalen foelie aan te brengen, teneinde de vorming van condensaat van chemisch aggressieve, respectievelijk corroderende dampen te vermijden.In addition, it is possible to provide a vapor-tight layer, for example a metal foil, between the rear insulating layer 12 and the main insulating layer 13, in order to avoid the formation of condensate from chemically aggressive or corrosive vapors.

Voor bepaalde gevallen kan de achterste isolatielaag ook worden weggelaten en is het mogelijk, voor die achterste isolatie andere mate-15 rialen toe te passen of achterste isolaties van verschillende dikten in te bouwen. Verder bestaat de mogelijkheid, montage-eenheden van grotere breedte toe te passen en in één vlak telkens meer dan twee, bijvoorbeeld drie, vier of zelfs vijf bevestigingsinrichtingen naast elkaar tegelijkertijd aan de binnenwand te bevestigen.For certain cases, the rear insulation layer can also be omitted and it is possible to use other materials for that rear insulation or to install rear insulation of different thicknesses. It is furthermore possible to use mounting units of greater width and to attach more than two, for instance three, four or even five fastening devices side by side simultaneously on the inner wall in one plane.

Claims (26)

1. Werkwijze voor het bekleden van industrieovens of andere ruim tes die worden blootgesteld aan hoge temperaturen, met warmtelsolerende, tegen hoge temperaturen bestendige vezelmatstroken of -stukken, waarvan de vezelrichting in hoofdzaak loodrecht verloopt op de binnenwand van de 5 oven, en welke naast elkaar of op elkaar liggend, stevig samengedrukt tegen de binnenwand van de oven bevestigd worden met bevestigingsinrich-tingen, welke van de ovenwand uitstekende dragers en zich ongeveer evenwijdig aan de ovenwand uitstrekkende staken bevatten, waarop de vezel-matstukken opgestoken zijn, met het kenmerk, dat de dragers (21) van de 10 bevestigingsinrichtingen (18) in een aantal, ten opzichte van de binnenwand (10) ongeveer loodrechte en ongeveer op afstand van de staaklengte (a) naast elkaar aangebrachte vlakken (A, B, C) opeenvolgend aan de binnenwand (10) bevestigd worden, waarbij de vezelmatstukken (16) op de staken (27) van de telkens bevestigde bevestigingsinrichting (18) op-15 gestoken en samengedrukt worden, alvorens de bevestigingsinrichtingen (18) van het eerstvolgende verdere vlak (B, resp. C), onder samendruk-king van de vezelmatstukken (16), aan de binnenwand (10) bevestigd worden.1. Method for coating industrial ovens or other spaces exposed to high temperatures, with heat-insulating, high-temperature-resistant fiber mat strips or pieces, the direction of fiber of which extends substantially perpendicular to the inner wall of the oven, and which are side by side or superimposed, tightly compressed against the inner wall of the oven, by fastening devices comprising supports extending from the oven wall and stakes extending approximately parallel to the oven wall, on which the fiber mat pieces are mounted, characterized in that the carriers (21) of the mounting devices (18) in a number of surfaces (A, B, C) arranged next to each other in succession on a number of surfaces (A, B, C) which are approximately perpendicular to the inner wall (10) and approximately at a distance from the stake length (a). inner wall (10), the fiber mat pieces (16) being mounted on the stakes (27) of the respective fastening device (18) and be compressed before the fastening devices (18) of the next further surface (B, resp. C), attached to the inner wall (10) by compressing the fiber mat pieces (16). 2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de beves-20 tigingsinrichtingen (18) van het eerstvolgende verdere vlak (3, resp. C) op de staken (27) van de voorafgaande bevestigingsinrichtingen (18) opgestoken worden, alvorens zij aan de binnenwand (10) worden bevestigd.Method according to claim 1, characterized in that the fastening devices (18) of the next further surface (3, respectively C) are attached to the stakes (27) of the preceding fastening devices (18) before they attached to the inner wall (10). 3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat voor het opsteken op de staken van de vezelmatstukken (16) een achterste 25 isolatielaag (12) wordt ingebracht, welke ingespannen wordt tussen de binnenwand (10) en aan de dragers (21) van de bevestigingsinrichtingen (18) aangebrachte klemelementen (26, resp. 30).Method according to claim 1 or 2, characterized in that for inserting onto the stakes of the fiber mat pieces (16) a rear insulating layer (12) is inserted, which is clamped between the inner wall (10) and on the carriers ( 21) clamping elements (26, 30 respectively) arranged of the fastening devices (18). 4. Werkwijze volgens één der conclusies 1-3, met het kenmerk, dat de achterste isolatielaag (12) wordt verankerd op draagtappen (19), " 30 welke op afstand (a) van de bevestigingsinrichtingen (18) aan de binnenwand (10) van de oven bevestigd en waarmee de dragers (21) van de bevestigingsinrichtingen (18) op elkaar volgend verbonden worden.Method according to any one of claims 1 to 3, characterized in that the rear insulation layer (12) is anchored on support studs (19), which are spaced (a) from the fastening devices (18) on the inner wall (10). of the oven and to which the carriers (21) of the fastening devices (18) are successively connected. 5. Werkwijze volgens één der conclusies 1-4, met het kenmerk, dat voor de achterste isolatielaag (12) warmteïsolerend, temperatuur- -24- bestendig vezelmateriaal wordt toegepast, dat bij de inbouw van de be-vestigingsinrichtingen (18) van de hierop opgestoken vezelmatstukken (16) dwars op de binnenwand (10) van de oven samengedrukt wordt.Method according to one of Claims 1 to 4, characterized in that heat-insulating, temperature-resistant fiber material is used for the rear insulating layer (12), which is used when installing the fastening devices (18) of the pushed-on fiber mat pieces (16) are pressed transversely to the inner wall (10) of the oven. 6. Werkwijze volgens één der conclusies 1-5, met het kenmerk, 5 dat de dragers (21) , resp. de draagtappen (19), door elektrische stomp-lassen op de binnenwand (10) worden bevestigd.Method according to any one of claims 1 to 5, characterized in that the carriers (21), resp. the carrying studs (19) are fixed to the inner wall (10) by electric butt welding. 7. Inrichting voor het bevestigen van een bekleding uit tegen hoge temperaturen bestendige en warmteïsolerende vezelmatstroken of -stukken aan de binnenwand van een industrieoven of van een andere aan hoge tem- 10 peraturen blootgestelde ruimte, bestaande uit ten minste één die vezelmatstukken dragende staak en ten minste één aan de binnenwand van de oven te bevestigen drager, in het bijzonder voor het uitvoeren van de werkwijze volgens één der conclusies 1-6, met het kenmerk, dat de staak (27) aan het vrije einde (22b) van de drager (21) bevestigd is 15 en dat de drager (21) op geringe afstand van de staak (27) een gat (28) bevat voor het inbrengen van de staak (27) van een andere bevestigings-inrichting (18).7. Device for attaching a coating of high temperature resistant and heat insulating fiber mat strips or pieces to the inner wall of an industrial furnace or other space exposed to high temperatures, consisting of at least one stake bearing fiber mat pieces and at least one carrier to be attached to the inner wall of the oven, in particular for carrying out the method according to any one of claims 1-6, characterized in that the rod (27) at the free end (22b) of the carrier ( 21) and that the carrier (21) includes a hole (28) at a short distance from the stake (27) for insertion of the stake (27) from another fastening device (18). 8. Inrichting volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de staak (27) uitgaande van de drager (21) ten opzichte van de binnenwand convex 20 of concaaf gebogen is.Device according to claim 7, characterized in that the rod (27) is convex or concave curved from the carrier (21) relative to the inner wall. 9. Inrichting volgens conclusie 7 of 8, met het kenmerk, dat de drager (21) op afstand van zijn aan de binnenwand (10) te bevestigen einde (22a) een opening (29) bevat voor het inbrengen van een klemele-ment (30).Device according to claim 7 or 8, characterized in that the support (21) has an opening (29) at a distance from its end (22a) to be attached to the inner wall (10) for the insertion of a clamping element ( 30). 10. Inrichting volgens één der conclusies 7-9, met het kenmerk, dat de opening (29) in de drager (21) getande randen (31, 32) bevat en dat het klemelement (30) is uitgevoerd als wigvormige plaat, welke op verschillende afstanden van het te bevestigen einde (22a) van de drager (21) in de opening (29) daarvan kan worden ingebracht en aan de boven-30 zijde (36) en/of onderzijde is voorzien van ligplaatsnokken (37) of verdiepingen, welke achter de getande randen (31, 32) van de opening (29) grijpen of waar zij in grijpen.Device according to any one of claims 7-9, characterized in that the opening (29) in the carrier (21) has toothed edges (31, 32) and in that the clamping element (30) is designed as a wedge-shaped plate, which different distances from the end (22a) of the carrier (21) to be attached can be inserted into the opening (29) thereof and is provided with mooring projections (37) or recesses on the top (36) and / or the bottom, which engage or engage behind the serrated edges (31, 32) of the opening (29). 11. Inrichting volgens één der conclusies 7-10, met het kenmerk, dat de drager (21) is uitgevoerd als een smalle draagplaat (22) en aan 35 zijn, aan de binnenwand (10) van de oven te bevestigen einde (22a) is voorzien van een draagtap (19) voor het vastlassen aan de binnenwand (10). -25-Device according to any one of claims 7-10, characterized in that the support (21) is designed as a narrow support plate (22) and has an end (22a) to be attached to the inner wall (10) of the oven. is provided with a carrying pin (19) for welding to the inner wall (10). -25- 12. Inrichting volgens één der conclusies 7-11, met het kenmerk, dat de draagplaat (22) van de drager (21) aan zijn naar de binnenwand (10) toe gekeerde einde (22a) is voorzien van een flens (23), welke op de draagtap (19) te bevestigen is.Device according to any one of claims 7-11, characterized in that the support plate (22) of the support (21) is provided with a flange (23) at its end (22a) facing the inner wall (10), which can be attached to the carrying pin (19). 13. Inrichting volgens één der conclusies 7-12, gekenmerkt door een op de draagtap (19) op te klemmen clip (26) als klemelement.Device according to any one of claims 7-12, characterized by a clip (26) to be clamped onto the carrying pin (19) as a clamping element. 14. Inrichting volgens één der conclusies 7-13, met het kenmerk, dat het gat (28) in de drager (21) aan zijn omtreksrand (60) ten minste één aan de rand open uitsparing (61, resp. 62) en de staak (27) aan 10 zijn buitenomtrek (63) ten minste één in die uitsparing (61, resp. 62) passend uitsteeksel (64, resp. 65) bevat, dat in de axiale richting een begrensde lengte-uitgestrektheid heeft.Device according to any one of claims 7-13, characterized in that the hole (28) in the carrier (21) at its peripheral edge (60) has at least one recess (61, 62) open at the edge and the on its outer circumference (63), at least one projection (27) includes at least one projection (64, 65, respectively) fitting into said recess (61, 62, respectively), which has a limited longitudinal extent in the axial direction. 15. Inrichting volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat het uitsteeksel (64, resp. 65) op de staak (27) ten opzichte van de uitspa- 15 ring (61, resp. 62) aan het gat (28) in de drager (21) over een hoek versprongen ligt.Device according to claim 14, characterized in that the projection (64, 65 respectively) on the pole (27) relative to the recess (61, 62 respectively) on the hole (28) in the carrier (21) is staggered at an angle. 16. Inrichting volgens conclusie 14 of 15, met het kenmerk, dat op de staak (27) een aantal uitsteeksels (64, 65) op axiale afstand uiteen aangebracht zijn.Device according to claim 14 or 15, characterized in that a number of projections (64, 65) are arranged at axial distance on the rod (27). 17. Inrichting volgens één der conclusies 14 - 16, gekenmerkt door op de staken (27) op te schuiven kiemplaten (68), welke een boring (69) en ten minste één aan de omtrek daarvan aangebracht verwijd gedeelte (70) bevatten, welke naar gedaante en grootte overeenkomen met het gat (28) en de aan da rand open uitsparing (61, resp. 62) in de drager (21). 25Device according to any one of claims 14 to 16, characterized by seed plates (68) which can be slid onto the stakes (27) and which have a bore (69) and at least one flared portion (70) arranged on the periphery thereof, which their shape and size correspond to the hole (28) and the recess (61 or 62) open at the edge in the carrier (21). 25 18. Inrichting volgens één der conclusies 14 - 17, met het kenmerk, dat het gat (28) in de drager (21) is voorzien van twee diametraal tegenover elkaar gelegen uitsparingen (61 en 62), en de staak (27) is voorzien van een aantal, op axiale afstand uiteen aangebrachte paren diametraal tegenover elkaar gelegen uitsteeksels (64, 65), welke passen 30 in de uitsparingen (61 en 62) en ten opzichte daarvan onder een hoek van 90° versprongen zijn.Device according to any one of claims 14 to 17, characterized in that the hole (28) in the carrier (21) is provided with two diametrically opposite recesses (61 and 62), and the stake (27) is provided of a plurality of axially spaced pairs of diametrically opposed projections (64, 65) which fit into the recesses (61 and 62) and are offset at an angle of 90 ° thereto. 19. Inrichting volgens één der conclusies 14-18, met het kenmerk, dat de drager (21) aan zijn naar de binnenwand (10) van de oven toe gekeerde einde (22a) een oog (72) bevat, waarmee die drager in een aan 35 de binnenwand aangebrachte haak kan worden ingehangen. * % -26-Device according to any one of claims 14-18, characterized in that the support (21) has an eye (72) at its end (22a) facing the inner wall (10) of the oven, with which said support is placed in a hook mounted on the inner wall can be hung. *% -26- 20. Inrichting voor het samendrukken van vezelmatstroken of -stukken van de binnenwandbekleding van een industrieoven of een andere aan hoge temperaturen blootgestelde ruimte, welke opgestoken zijn op zich ongeveer evenwijdig aan de binnenwand uitstrekkende staken van beves- 5 tigingsinrichtingen, welke met dragers ongeveer op afstand van de staak-lengte aan de binnenwand bevestigd zijn, in het bijzonder voor het uitvoeren van de werkwijze volgens één der conclusies 1-6, gekenmerkt door een tegensteun (39), welke tegen de bevestigingsinrichtingen (18) steun kan nemen, een tegen de matstroken of -stukken aan te leggen druk-10 plaat (56) en een tussen tegensteun (39) en drukplaat (56) aangebrachte spreidinrichting (51), welke steun neemt tegen de tegensteun (39) en op de drukplaat (56) werkzaam is.20. Apparatus for compressing fiber mat strips or pieces of the inner wall lining of an industrial furnace or other high-temperature exposed space, which are mounted on stakes of fastening devices extending approximately parallel to the inner wall, with carriers approximately spaced apart of the stake length are attached to the inner wall, in particular for carrying out the method according to any one of claims 1-6, characterized by a counter support (39), which can take support against the fixing devices (18), one against the pressure plate (56) to be laid on mat strips or pieces and a spreading device (51) arranged between counter support (39) and pressure plate (56), which takes support against the counter support (39) and acts on the pressure plate (56) . 21. Inrichting volgens conclusie 20, met het kenmerk, dat de tegensteun (39) bestaat uit ten minste twee trekstaven (40) en een, die trek- 15 staven aan één einde (40a) op zijwaartse afstand van twee bevestigingsinrichtingen verbindende traverse (41), waarop de spreidinrichting (51) aangrijpt, en dat de trekstaven (40) aan hun andere einden (40b) zijn voorzien van telkens één naar opzij uitstekend haakdeel (42), dat grijpt achter de drager (21) van een reeds aan de binnenwand (10) van 20 de oven bevestigde bevestigingsinrichting (18).21. Device according to claim 20, characterized in that the counter-support (39) consists of at least two tie rods (40) and a cross beam (41 connecting lateral tie rods at one end (40a) from two fastening devices). ), on which the spreader (51) engages, and that the tie rods (40) at their other ends (40b) each have one laterally projecting hook part (42), which engages behind the carrier (21) of an already on the inner wall (10) of the oven-mounted fastening device (18). 22. Inrichting volgens conclusie 20 of 21, met het kenmerk, dat de tegensteun (39) met in hoogte verstelbare steunen (49) steun neemt tegen de binnenwand (10) van de oven.Device according to claim 20 or 21, characterized in that the counter support (39) with height-adjustable supports (49) takes support against the inner wall (10) of the oven. 23. Inrichting volgens één der conclusies 20 - 22, met het kenmerk, 25 dat de traverse (41) in de dwars- en langsrichting van de trekstaven (40) verstelbaar aan die trekstaven bevestigd is.Device according to any one of claims 20 - 22, characterized in that the crossbar (41) is fixedly adjustable to said tie bars in the transverse and longitudinal direction of the tie rods (40). 24. Inrichting volgens één der conclusies 20 - 23, met het kenmerk, dat de drukplaat (56) op de trekstaven (40) verschuifbaar is en in het bereik van de bevestigingsinrichtingen (18) is voorzien van uitsparin- 30 gen (54, 55) ongeveer ter grootte van de draagplaten (22).24. Device according to any one of claims 20 - 23, characterized in that the pressure plate (56) is slidable on the tie rods (40) and has recesses (54, 55) in the region of the fastening devices (18). ) approximately the size of the support plates (22). 25. Inrichting volgens één der conclusies 20 - 24, met het kenmerk, dat de spreidinrichting (51) wordt gevormd door een drukhefboom (52), welks éne einde (52a) een gebogen glijplaat (53) of een rol draagt, welke aan de drukplaat (56) verplaatsbaar, resp. erover afrolbaar is. -27-Device according to any one of claims 20 - 24, characterized in that the spreading device (51) is formed by a pressure lever (52), one end (52a) of which carries a curved slide plate (53) or a roller, which is attached to the pressure plate (56) movable, resp. is rollable about it. -27- 26. Inrichting volgens één der conclusies 20 - 24, met het kenmerk, dar de spreidinrichting (51) wordt gevormd door een kniehefboom, welks éne been scharnierbaar is bevestigd aan de traverse (41) en welks andere been aan de drukplaat (56) scharnierbaar bevestigd is.Device according to any one of claims 20 - 24, characterized in that the spreading device (51) is formed by a toggle lever, one leg of which is hinged to the crossbar (41) and the other leg of which is hinged to the pressure plate (56) is confirmed.
NL8503155A 1984-11-15 1985-11-15 METHOD AND DEVICES FOR COATING INDUSTRIAL OVENS OR OTHER AREAS IN WHICH VERY HIGH TEMPERATURES APPEAR. NL8503155A (en)

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE3441803 1984-11-15
DE3441803 1984-11-15
DE3533982 1985-09-24
DE19853533982 DE3533982A1 (en) 1984-11-15 1985-09-24 Method and device for lining industrial furnaces or other high-temperature spaces

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8503155A true NL8503155A (en) 1986-06-02

Family

ID=25826570

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8503155A NL8503155A (en) 1984-11-15 1985-11-15 METHOD AND DEVICES FOR COATING INDUSTRIAL OVENS OR OTHER AREAS IN WHICH VERY HIGH TEMPERATURES APPEAR.

Country Status (3)

Country Link
BE (1) BE903647A (en)
DE (1) DE3533982A1 (en)
NL (1) NL8503155A (en)

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE29801522U1 (en) * 1998-01-30 1998-03-12 Promat Gmbh, 40880 Ratingen Device for attaching a high temperature-resistant and heat-insulating lining composed of individual modules
DE202015004114U1 (en) * 2015-06-12 2016-09-13 Gvp Gesellschaft Zur Vermarktung Der Porenbrennertechnik Mbh Device for fixing thermally insulating modules made of mineral wool

Family Cites Families (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3854262A (en) * 1973-05-01 1974-12-17 Babcock & Wilcox Co Inpaled and compressed fibrous furnace lining
US3892396A (en) * 1973-12-26 1975-07-01 Carborundum Co Lining for high temperature furnaces
DE2815769A1 (en) * 1978-04-12 1979-10-18 Daimler Benz Ag Plastics vehicle accelerator pedal - with footplate, connector and adjustable lever clamp joined by integral film hinges

Also Published As

Publication number Publication date
DE3533982A1 (en) 1986-05-22
DE3533982C2 (en) 1988-01-07
BE903647A (en) 1986-03-03

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US4287839A (en) Apparatus for lining the inner walls of industrial furnaces
CA1078607A (en) Refractory insulation
RU2129693C1 (en) Plate type fire grate apparatus
NL8201085A (en) INSULATION UNIT OF FIBER TISSUE.
US4449345A (en) Insulation module hardware
US4524702A (en) Readily repairable and lightweight cover for a heated vessel
US2116530A (en) Building structure
NL8503155A (en) METHOD AND DEVICES FOR COATING INDUSTRIAL OVENS OR OTHER AREAS IN WHICH VERY HIGH TEMPERATURES APPEAR.
US4523531A (en) Modular furnace lining having mechanically interlocking attachment means
US4140484A (en) Refractory sheathing
EP0165205B1 (en) Movable heat chamber insulating structure
EP1001215B1 (en) Emitter apparatus
US4932187A (en) Refractory anchor system and method
US4848055A (en) Center mounted insulating module for a furnace
CA1266775A (en) Readily repairable and lightweight cover for a heated vessel
CA1315981C (en) Modular furnace lining and attachment hardware therefor
US4633636A (en) Retainer assembly
JPS6399491A (en) Lining of heating chamber
US4850171A (en) Modular furnace lining and hardware system therefor
US4389190A (en) Support of suspension of insulating material
CA1147956A (en) Insulation module mounting means
US5088262A (en) Anchor system for installing and holding sheet insulation functionally in place and method of use
US6920731B2 (en) Insulated structure
DE2805098C2 (en) Refractory coated guide tube for pusher or lifting hearth furnaces
DE3444507C2 (en)

Legal Events

Date Code Title Description
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed